Cover
2526 BO1 CRS DL1&2 251103.pdf
Summary
# Het bouwproces voor de werken
Dit deel van het bouwproces omvat alle activiteiten vanaf de aanschaf van grond tot aan de start van de daadwerkelijke bouwwerkzaamheden, inclusief voorstudie, ontwerp en werfvoorbereiding [11](#page=11).
## 1. Het bouwproces voor de werken
Deze fase begint met de aankoop van de grond of het onroerend goed en eindigt voor de start van de eigenlijke bouwwerkzaamheden. Het wordt onderverdeeld in [11](#page=11):
* Voorstudie [11](#page=11).
* Ontwerp [11](#page=11).
* Werfvoorbereiding [11](#page=11).
### 1.1 Voorstudie
De bouwheer (BH) initieert het bouwproces met zijn bouwwens. De architect (AR) start de voorstudie die een vertaling is van de wensen van de bouwheer naar een haalbaar project. De voorstudie omvat [12](#page=12):
* De opmaak van het bouwprogramma [12](#page=12).
* De studie van de regelgeving [12](#page=12).
* De studie van het perceel/goed en de ondergrond [12](#page=12).
* De opmaak van een brutoraming op basis van een oppervlakte- en volumestudie [12](#page=12).
#### 1.1.1 De opmaak van het bouwprogramma
Na de opdracht van de bouwheer plant de architect een overleg om de wensen van de bouwheer te verzamelen in een bouwprogramma. Dit schema bevat alle wensen zonder rekening te houden met beperkingen en beantwoordt de vraag: "Wat wil de bouwheer?" [12](#page=12).
#### 1.1.2 Studie van de regelgeving
Parallel met het bouwprogramma verzamelt de architect alle relevante informatie over het perceel. Hierbij worden cruciale vragen beantwoord zoals de bestemming van het perceel, de overstromingsgevoeligheid, bouwvoorschriften, vergunningen van bestaande bouwsels en historische vervuiling. Informatie hiervoor kan verkregen worden via de dienst ruimtelijke ordening van de gemeente, de omgevingscheck op vlaanderen.be, of het vastgoedinformatieplatform [12](#page=12).
De ruimtelijke ordening in Vlaanderen is hiërarchisch opgebouwd:
1. **Ruimtelijk Structuurplan (Vlaanderen, Provinciaal, Gemeentelijk)**: Een strategisch beleidsplan met een lange termijnvisie, niet direct juridisch bindend voor burgers [13](#page=13).
2. **Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP)**: Een juridisch bindend bestemmingsplan dat uitvoering geeft aan een structuurplan voor een specifiek gebied. Een RUP heeft voorrang op het (oude) Gewestplan [13](#page=13).
3. **Verkavelingsplan**: Het meest gedetailleerde plan dat de bouw- en gebruiksmogelijkheden per perceel regelt. De voorschriften van een verkavelingsplan hebben voorrang op RUP's of Gewestplannen indien de verkaveling jonger is dan 15 jaar [13](#page=13).
4. **Gemeentelijke Stedenbouwkundige Verordening**: Algemene regels die gelden voor het hele grondgebied van een gemeente en aanvullende rollen hebben [13](#page=13).
De restricties voor het bouwen van een 1-gezinswoning zijn vervat in de verkavelingsvoorschriften en omvatten o.a. bestemming, afstanden tot perceelsgrenzen, rooilijnen, bouwdiepte, hoogtes, dakvorm en vloerpeil. Deze voorschriften beantwoorden de vraag: "Wat mag de bouwheer?" [14](#page=14).
#### 1.1.3 Studie van het perceel/goed en zijn ondergrond
Om de bouwvoorschriften te visualiseren, is cruciale data over het perceel en de ondergrond nodig. Hiervoor belast de architect [14](#page=14):
* Een landmeter-expert voor de opmaak van een opmetingsplan [14](#page=14).
* Een ingenieur grondmechanica voor de opmaak van een sonderingsverslag [14](#page=14).
##### 1.1.3.1 De landmeter
Een landmeter-expert is een gereglementeerd beroep dat de grenzen van percelen officieel vaststelt. Belangrijkste taken zijn opmeten, afpalen, opstellen van verkavelingsplannen, schattingen en optreden bij grensgeschillen. Een opmetingsplan (of proces-verbaal van opmeting) is een juridisch bindend document dat de exacte ligging, afmetingen en oppervlakte van een perceel vastlegt [14](#page=14) [15](#page=15).
##### 1.1.3.2 De grondsondering
Een ingenieur grondmechanica onderzoekt de bodem en het grondwater. Een sonderingsverslag (CPT-sondering) bepaalt de draagkracht en opbouw van de ondergrond door een sondeerkegel de grond in te drukken en de kegelweerstand en wrijvingsweerstand te meten. De resultaten zijn cruciaal voor het bepalen van het funderingstype, het voorspellen van zettingen en het identificeren van risico's. De ingenieur geeft een funderingsadvies in zijn verslag [15](#page=15) [16](#page=16).
Na ontvangst van deze studies visualiseert de architect de voorschriften in een plan met maximale bebouwbare oppervlakte en volume, rekening houdend met funderingstechniek en grondwaterstand. Dit is nog geen ontwerp [16](#page=16).
**Belang van deze studies in de voorstudie:**
* Juist plan impact op bouwoppervlakte [16](#page=16).
* Juiste hoogtemeting impact op toegang en inplanting [16](#page=16).
* Slechte ondergrond kan leiden tot duurdere fundering of kelder [16](#page=16).
* Hoge grondwaterstand dwingt tot waterdichte kelder of schrappen van kelder [16](#page=16).
* Sonderingsverslagen van naburige percelen zijn niet altijd representatief [16](#page=16).
De resultaten van deze studies dwingen de bouwheer tot fundamentele keuzes inzake bouwprogramma en budget [16](#page=16).
##### 1.1.3.3 Technisch verslag grondverzet (TV)
Indien de bouwheer een kelder overweegt en er historische aanwijzingen van vervuiling zijn, is een bodemonderzoek aangewezen. Een technisch verslag grondverzet is verplicht bij het afvoeren van meer dan 250 m³ grond buiten het perceel. Het geeft een overzicht van de bodemkwaliteit, bepaalt of de grond verontreinigd is en hoe deze verwerkt moet worden. De kosten voor sanering kunnen hoog oplopen, dus het is aangewezen dit vroegtijdig te onderzoeken [16](#page=16) [17](#page=17).
#### 1.1.4 De opmaak van een brutoraming op basis van een oppervlakte- en volumestudie
De architect vertaalt de maximaal bebouwbare oppervlakte en volume naar een raming van de bouwkosten. Deze raming wordt in evenwicht gebracht met het budget van de bouwheer [17](#page=17).
**Raming:**
Een raming is een indicatieve schatting van de kosten, opgesteld in een vroege fase op basis van summiere informatie. Het doel is een eerste idee te geven van de haalbaarheid en of het project binnen de financiële mogelijkheden valt. Het is niet gedetailleerd en gebaseerd op gemiddelde prijzen per vierkante meter of vergelijkbare projecten [17](#page=17).
* Kelder: 750 euro/m² [17](#page=17).
* Bewoonbare opp.: 2500 euro/m² [17](#page=17).
* Verhardingen: 100 euro/m² [17](#page=17).
Een raming is niet-bindend en kan aanzienlijk afwijken van de uiteindelijke kosten, met een marge van 10-20% voor onzekerheden [18](#page=18).
De voorstudie beantwoordt de vragen: "Wat wil de BH?", "Wat mag de BH?", "Wat moet de BH?", en "Wat kan de BH?" [18](#page=18).
### 1.2 Ontwerp
Na de voorstudie start de ontwerpfase, waarbij de architect rekening houdt met het perceel, de ondergrond, de voorschriften, de maximaal bebouwbare oppervlakte en volume, en de brutoraming van de bouwheer [18](#page=18).
#### 1.2.1 Schetsontwerp
Dit zijn de eerste, ruwe tekeningen die het concept en de indeling weergeven. Bij elke ontwerpfase worden de plannen getoetst aan een detailraming die rekening houdt met de financiële draagkracht van de bouwheer [18](#page=18).
**Detailraming:**
Een gedetailleerde schatting van alle kosten, opgesteld vóór de bouwwerken. Het bestaat uit [18](#page=18):
* Bouwkosten per lot (ruwbouw, afwerking, technieken) [18](#page=18).
* Architectenkosten [18](#page=18).
* Kosten voor studies (EPB, stabiliteit, sondering) [18](#page=18).
* Vergunningen en verzekeringen [18](#page=18).
* Nutsvoorzieningen [18](#page=18).
* Inrichtingskosten (keuken, badkamer, vloeren) [18](#page=18).
* Onvoorziene kosten (5-10% van het totaal) [18](#page=18).
Een gedetailleerde raming is essentieel voor de haalbaarheid van het project en het voorkomen van financiële problemen [19](#page=19).
#### 1.2.2 Het voorontwerp
Een meer gedetailleerde versie van het schetsontwerp, met schaalgetekende plannen, doorsneden en gevels. Materialen en technieken worden globaal vastgelegd. Na akkoord van de bouwheer toetst de architect het ontwerp bij de dienst ruimtelijke ordening [19](#page=19).
#### 1.2.3 Het ontwerp omgevingsaanvraag/-vergunning
De architect werkt het voorontwerp uit conform de eisen van de omgevingsaanvraag en vraagt namens de bouwheer toelating aan de overheid. De aanvraag wordt ingediend op het omgevingsloket. De stadsarchitect evalueert de aanvraag op ontvankelijkheid, volledigheid en conformiteit met de voorschriften. De (her)bouw van een woning is altijd vergunningsplichtig en vereist de medewerking van een architect [19](#page=19) [20](#page=20).
De termijn voor een volledig en ontvankelijkheidsattest bedraagt 30 dagen. Bij significante afwijkingen of impact op de omgeving wordt een openbaar onderzoek ingesteld [20](#page=20).
**Omgevingsaanvraag bestaat uit:**
* Plannen architectuur [20](#page=20).
* Stedenbouwkundige nota [20](#page=20).
* Aanvraagformulieren [20](#page=20).
* Formulieren hemelwaterverordening [20](#page=20).
* Bijkomende stukken (afhankelijk van project): brandweer, verkeer, milieu, archeologie, bezonning, groeninrichting [20](#page=20).
De gemeente kan bijkomende stukken vragen [20](#page=20).
**De omgevingsvergunning integreert:**
* **Stedenbouwkundige vergunning**: Betreft de fysieke aspecten van het project en de naleving van bouwvoorschriften [21](#page=21).
* **Milieuvergunning**: Van toepassing op activiteiten die het milieu kunnen schaden [21](#page=21).
* Andere vergunningen (vegetatiewijziging, kleinhandelsactiviteiten) [21](#page=21).
De omgevingsvergunning wordt voorwaardelijk afgeleverd; belangrijke voorwaarden zijn o.a. start- en eindtermijnen. De aannemer is mede verantwoordelijk voor niet-vergunde of deels-vergunde gebouwen en moet de vergunning controleren [21](#page=21) [22](#page=22).
##### 1.2.3.1 Beroep tegen de beslissing
Tegen de beslissing (vergunning, weigering, voorwaarden) kan beroep worden aangetekend bij een hogere instantie, zoals de provincie. Dit proces kan lang duren, tot jaren bij vergunningsbetwistingen [22](#page=22) [23](#page=23).
#### 1.2.4 Het ontwerp prijsaanvraag/offerte
In afwachting van de vergunning kan de architect het ontwerp voor de prijsaanvraag opstarten. De plannen van de omgevingsaanvraag worden aangepast aan de vergunning en voorwaarden [22](#page=22).
**Het ontwerp prijsaanvraag bestaat uit:**
* Plannen en details [23](#page=23).
* Bestek [23](#page=23).
* Meetstaat [23](#page=23).
* Extra studies van experten [23](#page=23).
##### 1.2.4.1 Het bestek
Een gedetailleerd en juridisch bindend document dat alle technische en administratieve voorschriften beschrijft. Het bestaat uit [23](#page=23):
* **Algemene bepalingen**: Contractuele afspraken tussen bouwheer en aannemer (planning, betalingen, oplevering, sancties) [23](#page=23).
* **Bijzondere bepalingen**: Specificeert per werkpost de eisen aan uitvoering en materialen (meting, materiaal, verwerking, toepassing) [23](#page=23).
Het bestek is een essentieel instrument voor het opstellen van offertes, controle, juridische bescherming en kwaliteitsgarantie [24](#page=24).
##### 1.2.4.2 De technische fiche
Een document met gedetailleerde technische specificaties en eigenschappen van een product, materiaal, machine of dienst. Het bevat o.a. identificatie, fysieke eigenschappen, prestaties, gebruiksaanwijzing, normen en veiligheidsinformatie [24](#page=24).
##### 1.2.4.3 De meetstaat
Een gedetailleerde en kwantitatieve lijst van alle benodigde hoeveelheden materialen en werkzaamheden, opgedeeld per post en gebundeld in loten. Het is de basis voor aannemers om offertes te maken en maakt een eerlijke vergelijking mogelijk. Het is belangrijk de conformiteit tussen bestek en meetstaat te controleren [24](#page=24) [25](#page=25).
##### 1.2.4.4 Externe studies
Vereiste studies voor een 1-gezinswoning zijn o.a.:
* Sonderingsverslag (ingenieur grondmechanica) [25](#page=25).
* Stabiliteitsstudie (ingenieur bouwkunde) [25](#page=25).
* EPB-studie, ventilatiestudie (EPB-verslaggever) [25](#page=25).
* Veiligheidscoördinatie ontwerp (veiligheidscoördinator) [25](#page=25).
* Pre-advies riolering (keurder riolering) [25](#page=25).
* Bronbemalingsstudie (ingenieur grondmechanica) [25](#page=25).
Voor sloop of verbouwing zijn aanvullend een sloopopvolgingsplan en asbestinventarisatie nodig [25](#page=25).
###### 1.2.4.4.1 Stabiliteitsstudie
Uitgevoerd door een stabiliteitsingenieur om te garanderen dat de constructie stabiel, stevig en veilig is. De studie analyseert krachten, dimensioneert structurele elementen, adviseert over materiaalkeuze en stelt technische plannen op [26](#page=26).
###### 1.2.4.4.2 De EPB-studie
Vat de energieprestaties van een gebouw samen. Het rapport wordt opgesteld door een erkende EPB-verslaggever en toont de naleving van de wettelijke EPB-eisen. Belangrijke indicatoren zijn het E-peil (energieprestatie) en S-peil (isolatiewaarde gebouwschil) [26](#page=26).
###### 1.2.4.4.3 De ventilatiestudie
Een schematisch plan voor de installatie van een ventilatiesysteem, cruciaal voor een gezond binnenklimaat en vereist door de EPB-regelgeving. Het specificeert luchtafvoer en -toevoer, doorvoeropeningen, type ventilatiesysteem en benodigde debieten [27](#page=27).
###### 1.2.4.4.4 De veiligheidscoördinator
Een expert die onderzoekt hoe het ontwerp veilig gebouwd en onderhouden kan worden. Hij stelt een veiligheids- en gezondheidsplan (V&G-plan) op, analyseert het ontwerp, identificeert risico's en stelt preventiemaatregelen voor [28](#page=28).
###### 1.2.4.4.5 Principe keuring riolering
Een erkende deskundige inspecteert de conformiteit van een rioleringsinstallatie. De keurder onderzoekt of het ontwerp overeenstemt met lokale aansluitprincipes en maakt een keuringsverslag op [28](#page=28) [29](#page=29).
###### 1.2.4.4.6 Bronbemalingsstudie
Een gespecialiseerd onderzoek om de impact van het wegpompen van grondwater op de omgeving te beoordelen. Het bepaalt de grondwaterstand, voorspelt invloed op de omgeving, adviseert over bemalingstechnieken en onderbouwt de vergunningsaanvraag. De vergunningsplicht voor bronbemalingen is geregeld via de omgevingsvergunning, ingedeeld in drie klassen [29](#page=29) [30](#page=30).
##### 1.2.4.5 Hiërarchie der documenten
In theorie verwerkt de architect alle externe studies in zijn plannen, bestek en meetstaat. In de praktijk verwijst hij vaak naar de studies. Bij tegenstrijdigheden heeft het plan of studie van een expert voorrang op dat van de architect, maar enkel binnen zijn vakgebied [31](#page=31).
#### 1.2.4.1 De offerte/aanbesteding obv het uitvoeringsdossier offerte
De aannemer stelt een prijsaanbieding op basis van de documenten van de architect. De calculator van de aannemer analyseert het uitvoeringsdossier, vraagt prijzen aan, berekent de kostprijs, en stelt de offerte op. De offerte bevat de totale prijs, detailprijzen per post en meldingen van fouten/tegenstrijdigheden [31](#page=31) [32](#page=32).
De architect evalueert de ingediende offertes door controle op ontvankelijkheid, volledigheid, rekenfouten, materiële fouten, hoeveelheden, vergeten posten en abnormale prijzen. De bouwheer beslist uiteindelijk welke aannemer wordt aangewezen [33](#page=33) [34](#page=34).
#### 1.2.5 Het uitvoeringsontwerp
Dit is het definitieve ontwerp, aangepast na feedback van aannemers en de vergunning. Het omvat plannen, bestek, meetstaat en studies, waarbij fouten worden gecorrigeerd, leemtes worden toegevoegd, en tegenstrijdigheden worden geëlimineerd. Het is belangrijk dat dit gebeurt vóór de start van de werken [35](#page=35).
##### 1.2.5.1 Toezegging opdracht/aannemingscontract
Na aanpassing van het uitvoeringsdossier wordt de opdracht gegund aan de weerhouden aannemer. Het aannemingscontract is een cruciale overeenkomst die de prijs, planning, kwaliteit en aansprakelijkheid regelt. Het bevat o.a. identificatie van partijen, prijs en betalingsvoorwaarden, uitvoeringstermijn, waarborgen, oplevering en aansprakelijkheid [36](#page=36) [37](#page=37).
Het ontwerp is finaal en het meeste werk van de architect is gedaan. Het zwaartepunt komt nu bij de aannemer te liggen [37](#page=37).
### 1.3 Het projectteam
De aannemer krijgt een projectteam toegewezen, bestaande uit een projectleider, werfvoorbereider en werfleider [37](#page=37).
#### 1.3.1 Projectleider
Hoofd- en eindverantwoordelijke voor het project, die het project financieel bewaakt (budget, planning) en de communicatie coördineert [38](#page=38).
#### 1.3.2 Werfvoorbereider
De logistieke planner en organisator die de basis legt voor de uitvoering door technische analyse, gedetailleerde planning, inkoop en beheer van documenten [38](#page=38).
#### 1.3.3 Werfleider
Verantwoordelijk voor de operationele uitvoering op de werf, stuurt arbeiders aan, controleert de kwaliteit en bewaakt de veiligheid [38](#page=38).
### 1.4 De werfvoorbereiding
Deze dienst is verantwoordelijk voor alle voorbereidende werkzaamheden vóór de start van de bouwactiviteiten op de werf. Een goede voorbereiding minimaliseert vertragingen, extra kosten en fouten [39](#page=39).
**Taken van de werfvoorbereider:**
* Studie van het dossier [39](#page=39).
* Budgetbewaking [39](#page=39).
* Planning [39](#page=39).
* Inkoop en bestellingen [40](#page=40).
* Onderaannemers [40](#page=40).
* Vergunningen [40](#page=40).
* Verzekering [40](#page=40).
* Dossiersamenstelling [40](#page=40).
* Opmaak van een intern dossier met index [40](#page=40).
* Opmaak van de gedetailleerde uitvoeringsplanning [40](#page=40).
* Opmaak van een bestelstaat van de materialen [40](#page=40).
* Bundelen van technische fiches [40](#page=40).
* Opvragen van stalen [41](#page=41).
* Bestelling van plaatsbeschrijvingen [41](#page=41).
* Voorbereiden van een werfinrichtingsplan [41](#page=41).
* Verzamelen van stukken van het veiligheidsdossier [41](#page=41).
* Voorbereiden van het grondverzetplan [41](#page=41).
* Organiseren van het bouwrijp maken van het terrein [41](#page=41).
* Organiseren van de uitpaling van de woning [41](#page=41).
* Opvragen en coördineren van werfvoorzieningen [41](#page=41).
* Coördineren van de administratie [41](#page=41).
* Opvragen van montageplannen, principedetails en studies [41](#page=41).
* Opmaak van uitvoeringsdetails [41](#page=41).
* Aanpassen van plannen ifv lagenmaten [41](#page=41).
* Opvragen van ramenstaat [41](#page=41).
---
# Veiligheid en welzijn op de bouwplaats
Hier is een gedetailleerde studiehandleiding over veiligheid en welzijn op de bouwplaats, gebaseerd op het verstrekte document.
## 2. Veiligheid en welzijn op de bouwplaats
Dit onderdeel behandelt de wettelijke kaders, verplichtingen van betrokken partijen, risicoanalyses en preventiemaatregelen gerelateerd aan veiligheid en welzijn op tijdelijke mobiele bouwplaatsen.
### 2.1 Definities en reikwijdte
#### 2.1.1 Definities
* **Opdrachtgever (OG):** Iedere natuurlijke of rechtspersoon voor wiens rekening een bouwwerk wordt verwezenlijkt [61](#page=61).
* **Bouwdirectie ontwerp en controle op de uitvoering (BDO):** Iedere natuurlijke of rechtspersoon die voor rekening van de opdrachtgever zorg draagt voor het ontwerp en voor de controle op de uitvoering van het bouwwerk [61](#page=61).
* **Veiligheidscoördinator (VCO, VCU):** Iedere natuurlijke of rechtspersoon die aangesteld is om zorg te dragen voor de coördinatie inzake veiligheid en gezondheid tijdens het ontwerp en/of de verwezenlijking van het bouwwerk [61](#page=61).
* **Bouwdirectie belast met de uitvoering (BDU):** Iedere natuurlijke of rechtspersoon die voor rekening van de opdrachtgever zorg draagt voor de uitvoering van het bouwwerk [61](#page=61).
* **Tijdelijke Mobiele Bouwplaats (TMB):** Een bouwplaats waar civieltechnische of bouwwerken worden uitgevoerd, waarbij meer dan twee aannemers gelijktijdig of achtereenvolgens worden tewerkgesteld met specifieke risico's als gevolg van snel veranderende arbeidsomstandigheden en onderlinge impact [61](#page=61).
#### 2.1.2 Werken opgenomen in de lijst van TMB's
Werken zoals graafwerken, grondwerken, funderingswerken, waterbouwkundige werken, wegenwerken, plaatsing van nutsleidingen, bouwwerken, montage en demontage van geprefabriceerde elementen, inrichtings- of uitrustingswerken, verbouwingswerken, vernieuwbouw, herstellingswerken, ontmantelingswerken, sloopwerken, instandhoudingswerken, onderhouds-, schilder- en reinigingswerken, saneringswerken, en afwerkingswerkzaamheden die bij een van de voorgaande horen [61](#page=61).
#### 2.1.3 Wanneer niet van toepassing op TMB
Werken in de boor- en winningsindustrieën, montage van installaties (productie-, transformatie-, transport- en behandelingsinstallaties) en tussenkomsten op deze installaties (uitgezonderd montagewerken voor funderingen, beton- en metselwerken, en dragende structuren), en werken die door één enkele aannemer worden uitgevoerd in een inrichting waar de opdrachtgever werknemers tewerkstelt [61](#page=61).
#### 2.1.4 Verschil TMB-veiligheid versus veiligheid binnen een aannemer
* **TMB:** Richt zich op de veilige realisatie en onderhoud van een project tijdens realisatie en gebruik, inclusief de omgeving, aannemers en bewoners. De veiligheidscoördinator heeft een contract met de bouwheer en bewaakt de veilige realisatie van het project [62](#page=62).
* **Aannemer:** Richt zich op de werking en het personeel van de aannemer zelf, inclusief vaste werkplaatsen, bureaus en interne processen. De preventieadviseur of houder van het certificaat VCO-VOL staat in voor de veiligheid binnen de onderneming. Beide regelgevingen zijn complementair en essentieel [62](#page=62).
### 2.2 Algemeen wettelijk kader m.b.t. TMB
Het wettelijk kader wordt bepaald door het KB van 25 januari 2001 betreffende tijdelijke en mobiele bouwplaatsen, de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, en de Europese richtlijnen 92/57/EEG en 89/391/EEG [63](#page=63).
#### 2.2.1 Toepassing van de wetgeving
De regelgeving is van toepassing op werkgevers, werknemers, gelijkgestelde personen, en alle personen die betrokken zijn bij de werkzaamheden [63](#page=63).
#### 2.2.2 Algemene preventiebeginselen
Alle betrokken partijen zijn verplicht de algemene preventiebeginselen toe te passen:
1. Risico's voorkomen [63](#page=63).
2. Evaluatie van risico's die niet voorkomen kunnen worden [63](#page=63).
3. Bestrijding van risico's bij de bron [63](#page=63).
4. Vervanging van gevaarlijke door minder gevaarlijke zaken [63](#page=63).
5. Voorrang aan collectieve beschermingsmaatregelen boven individuele [63](#page=63).
6. Aanpassing van het werk aan de mens (inrichting werkposten, keuze werkuitrusting, werkmethoden) [63](#page=63).
7. Risico's zoveel mogelijk inperken, rekening houdend met technische ontwikkelingen [63](#page=63).
8. Risico's op ernstig letsel inperken door materiële maatregelen [63](#page=63).
9. Planning van preventie en integratie van techniek, organisatie, arbeidsomstandigheden, sociale betrekkingen en omgevingsfactoren [63](#page=63).
10. Werknemer informeren over aard werk, overblijvende risico's en preventiemaatregelen (bij indiensttreding en indien nodig) [63](#page=63).
11. Passende instructies verschaffen en begeleidingsmaatregelen vaststellen [63](#page=63).
12. Zich vergewissen van de gepaste veiligheids- en gezondheidssignalering [63](#page=63).
### 2.3 Verplichtingen van betrokken partijen
#### 2.3.1 Verplichtingen van alle betrokken partijen
Alle betrokken personen passen de algemene preventiebeginselen toe. De opdrachtgever, bouwdirectie uitvoering en bouwdirectie ontwerp en controle op de uitvoering organiseren de coördinatie en samenwerking tussen de verschillende aannemers en andere betrokkenen bij gelijktijdige of opeenvolgende werkzaamheden. Aannemers en andere betrokkenen zijn verplicht hieraan mee te werken [64](#page=64).
#### 2.3.2 Verplichtingen van werkgevers
Werkgevers treffen de nodige maatregelen ter bevordering van het welzijn van werknemers en passen de algemene preventiebeginselen toe. Een welzijnsbeleid moet geïntegreerd zijn in het management van de onderneming [64](#page=64).
#### 2.3.3 Verplichtingen opdrachtgever en bouwdirectie ontwerp en controle op de uitvoering
* Het veiligheids- en gezondheidsplan moet deel uitmaken van het bijzonder bestek, de prijsaanvraag of de contractuele documenten [65](#page=65).
* Ontvangen veiligheidsdocumenten van bouwdirecties uitvoering moeten worden voorgelegd aan de veiligheidscoördinator voor advies aan de opdrachtgever [65](#page=65).
* In de ontwerp-, studie- en uitwerkingsfasen worden de algemene preventiebeginselen in acht genomen bij bouwkundige, technische of organisatorische keuzes, planning van werken en raming van duur [65](#page=65).
* Zorgen ervoor dat de veiligheidscoördinator alle benodigde informatie krijgt en uitgenodigd wordt op vergaderingen [65](#page=65).
* Zien erop toe dat tussenkomende partijen samenwerken en activiteiten coördineren om de coördinator-verwezenlijking te voorzien van bevoegdheid, middelen en informatie [65](#page=65).
#### 2.3.4 Verplichtingen van iedere bouwdirectie belast met de uitvoering, aannemers en onderaannemers
* **Bouwdirectie belast met de uitvoering:** Moet alle veiligheids- en gezondheidsmaatregelen naleven en laten naleven door aannemers, onderaannemers en werknemers, zelfs bij indirecte banden [66](#page=66).
* **Aannemer:** Moet alle veiligheids- en gezondheidsmaatregelen naleven en laten naleven door onderaannemers en personeel ter beschikking gesteld door anderen [66](#page=66).
* **Onderaannemer:** Moet alle veiligheids- en gezondheidsmaatregelen naleven en laten naleven door eigen onderaannemers en personeel ter beschikking gesteld door anderen [66](#page=66).
* **Zelfstandigen:** Moeten meewerken aan de veiligheids- en gezondheidsmaatregelen [66](#page=66).
**Verplichtingen bij de inhuur van onderaannemers of zelfstandigen:**
* De aannemer, onderaannemer of zelfstandige weren die de verplichtingen niet naleeft [66](#page=66).
* Een overeenkomst sluiten met bedingen die de naleving van verplichtingen garanderen [66](#page=66).
* Noodzakelijke maatregelen treffen op kosten van de in gebreke geblevene, of zelf de nodige maatregelen nemen na ingebrekestelling [66](#page=66).
**Specifieke verplichtingen van aannemers (KB TMB):**
* In goede orde en met voldoende bescherming van de gezondheid de bouwplaats in stand houden [67](#page=67).
* Juiste keuze van werkplekken, toegangsmogelijkheden en verkeerswegen [67](#page=67).
* Voorwaarden voor intern transport en behandeling van materialen [67](#page=67).
* Onderhoud, controle vóór inbedrijfstelling en periodieke controle van installaties en toestellen [67](#page=67).
* Afbakening en inrichting van opslagzones voor materialen, inclusief gevaarlijke stoffen [67](#page=67).
* Voorwaarden voor verwijdering van gevaarlijke materialen [67](#page=67).
* Opslag en verwijdering van afval en puin [67](#page=67).
* Aanpassing van de duur van werken aan de evolutie van de bouwplaats [67](#page=67).
* Samenwerking tussen aannemers [67](#page=67).
* Wederzijdse inwerking met andere activiteiten ter plaatse [67](#page=67).
Bij gelijktijdige of achtereenvolgende aanwezigheid van minstens twee aannemers, moeten deze samenwerken en hun optreden coördineren met het oog op de voorkoming en bescherming tegen beroepsrisico's [67](#page=67).
### 2.4 De veiligheidscoördinator
De veiligheidscoördinator is essentieel voor het coördineren van preventiemaatregelen op een werf met diverse aannemers. Hij geeft aanbevelingen en adviezen [68](#page=68).
#### 2.4.1 Verschil met preventieadviseur
De preventieadviseur adviseert zijn werkgever en werknemers, terwijl de coördinator veiligheid en gezondheid de opdrachtgever adviseert [68](#page=68).
#### 2.4.2 Coördinator-ontwerp
* Adviseert de toepassing van algemene preventieprincipes op het ontwerp [68](#page=68).
* Stelt een veiligheids- en gezondheidsplan op [68](#page=68).
* Opdrachten: overmaken van relevante elementen uit het plan, opstellen en aanvullen postinterventiedossier en coördinatiedagboek, adviseren over offertes [68](#page=68).
* Niet verantwoordelijk voor risicoanalyse en preventiemaatregelen voor exploitatiepersoneel [68](#page=68).
#### 2.4.3 Coördinator-verwezenlijking
* Adviseert de toepassing van algemene preventieprincipes en het veiligheids- en gezondheidsplan tijdens de realisatiefase [68](#page=68).
* Opdrachten: aanvullen/aanpassen veiligheids- en gezondheidsplan, postinterventiedossier en coördinatiedagboek [68](#page=68).
* Noteert tekortkomingen in het coördinatiedagboek en informeert de opdrachtgever [68](#page=68).
* Regelmatige contacten met preventieadviseurs van aannemers, bouwplaatsbezoeken en vergaderingen van de coördinatiestructuur [69](#page=69).
### 2.5 Opbouw van een VGP (Veiligheids- en Gezondheidsplan) obv. een risicoanalyse
#### 2.5.1 Omgevingsfactoren
* **Verkeerssituatie:** Noodzaak van tijdig contact met lokale overheden bij inname openbaar domein, nodige signalisatie, werfafsluiting, signalisatieplan, overleg bij risicovolle werken, signalisatie voor leveranciers [69](#page=69).
* **Veiligheidszone:** Zorgen voor een veiligheidszone en bevoegd persoon voor nazicht bij risicovolle werken. Alternatieven zijn omleiding via signalisatie of een fysieke afscherming (bv. voetgangerstunnel) [70](#page=70).
* **Ondergrondse leidingen en kabels:** Verplichting om zich te vergewissen van de aanwezigheid van leidingen en kabels vóór aanvang van werken. Raadplegen van websites (KLIP-melding in Vlaanderen) en informeren bij de opdrachtgever. Na groen licht van de eigenaars mogen de werken beginnen. Machinale graafwerken zijn verboden; deze moeten manueel gebeuren onder toezicht van de eigenaars [70](#page=70).
* **Bovengrondse leidingen:** Aandacht voor werfinrichting en leveringszones om raken te vermijden [71](#page=71).
* **Hoogspanningsleidingen en cabines:** Vroegtijdig contact met beheerder voor veiligheidsmaatregelen en respecteren van de voorgeschreven veiligheidsafstanden [71](#page=71).
* **Specifieke omgevingsfactoren:** Integreren in startwerkvergaderingen en toolboxmeetings. Bij ondergrondse leidingen: beheerder contacteren die de ligging aanduidt, ter plaatse komen voor aanwijzingen en ondersteuning bij delicate graafwerken. Merkpaaltjes respecteren, proefsleuven graven, schade melden, en voorschriften van de beheerder volgen [71](#page=71).
#### 2.5.2 Werfinrichting
* **Noodnummers:** Moeten zichtbaar opgehangen zijn in lokalen [72](#page=72).
* **Werfafsluiting:** Vereist een degelijke afsluiting van minstens 180 cm hoog, verankerd, en onmogelijk voor onbevoegden. Blijft behouden tot einde der werken. Betonnen voeten mogen niet uitsteken. Nodige pictogrammen moeten opgehangen worden. Partijen die de afsluiting openen, moeten deze direct herstellen [72](#page=72).
* **Sanitaire voorzieningen:** Moeten voldoen aan CAO Humanisering van de arbeid. Voldoende grote werflokalen en sanitaire voorzieningen (toiletten, urinoirs, wastafels) zijn vereist. Chemische toiletten zijn een uitzondering. Dagelijks onderhoud door een bevoegd persoon [72](#page=72).
* **Orde en netheid:** Een ordelijke werf is de basis van een veilige werf. Verantwoordelijkheid voor eigen materialen en afval. Afval dagelijks verwijderen. Doorgangen moeten breed genoeg zijn [73](#page=73).
* **Gevaarlijke producten:** Correct omgaan met technische gassen (zuurstof, acetyleen, propaan, butaan) vereist veilige opslag, ventilatie, en brandbestrijdingsmiddelen. Gasflessen mogen nooit onbeheerd achterblijven [73](#page=73).
* **Levering van materialen:** Voorzien van een veilige leveringszone, eventueel met tijdelijke veiligheidszone en signalisatie. Vrachtwagens begeleiden, tijdig waarschuwen voorbijrijdend verkeer. Leveringen op verdiepingen enkel met afgeschermde bouwlift. Gebruik van gekeurde hijsmiddelen. Vermijden van valgevaar en opslag van zware materialen op vloeren of daken [73](#page=73).
* **Evacuatie:** Vluchtroutes en nooduitgangen moeten vrij zijn. Snelle evacuatie in geval van gevaar. Specifieke evacuatieplannen, brancard, EHBO-koffer en verantwoordelijke zijn vereist. Bewegwijzering voor hulpdiensten indien nodig [74](#page=74).
* **Elektrische werfinstallatie:** Bestaande installaties moeten voldoen aan het AREI. Eigen werfkast met differentieelschakelaar en zekeringen is vaak noodzakelijk. Stroomgroepen moeten geaard zijn en gekeurd. Werken aan elektrische installaties moeten spanningsvrij gebeuren. Kabels degelijk plaatsen, spatwaterdichte stopcontacten (IP44), leidingen met doorsnede 2,5mm². Huishoudelijke toebehoren zijn verboden. Overzichtsplan en keuringsattesten bewaren. Stroomverdeelkasten aangepast voor werfgebruik. Beschadigde kabels en defecte installaties direct buiten gebruik stellen. Handelingen door bevoegd personen (BA4/BA5) [74](#page=74).
* **Verlichting op de bouwplaats:** Voldoende verlichting in donkere plaatsen, doorgangen, trappen. Extra aandacht bij vroege/late werken. Werf betreden enkel met degelijke verlichting [75](#page=75).
#### 2.5.3 Gevaarlijke werken
De lijst van gevaarlijke werken is vastgelegd in de Codex over het welzijn op het werk. Voorbeelden zijn werken op hoogte, met gevaarlijke stoffen, grondwerken, elektrische installaties, sloopwerken, en werken in besloten ruimtes. Elke gevaarlijke taak moet vooraf worden beoordeeld en onderworpen aan een risicoanalyse [76](#page=76).
##### 2.5.3.1 Gevaarlijke werken bij de bouw van een woning
* **Grondwerken, funderingswerken & sleuven:** Startwerkvergadering met toolboxmeeting nodig. Aandacht voor taluds (aanbevolen 45°), grondsoort, druklasten. Beschoeiing indien nodig. Berekening door bevoegd persoon en nazicht door ingenieur stabiliteit. Keuze meest veilige oplossing. Vrije ruimte tussen bouwputwand en constructie (min. 150cm). Veiligheidszone (min. 2m) met afscherming. Kleine sleuven dicht leggen. Aanvullen en terrein vlak leggen zodra mogelijk. Voldoende en stevige toegangswegen. Planning om aansluitend ondergrondse constructie te plaatsen [76](#page=76).
* **Structurele graafwerken en funderingswerken:** Advies ingenieur stabiliteit en stabiliteitsstudie vereist. Regelmatige evaluatie van aanpalende constructies. Bij diepe uitgravingen, correct talud of beschoeiingssysteem met meest veilige oplossing [77](#page=77).
* **Vervuilde grond:** Werken staken, veiligheidszone bepalen. Opdrachtgever en veiligheidscoördinator informeren. Gespecialiseerd studiebureau/firma aanstellen voor sanering met veiligheidsmaatregelen. Alleen erkende bodemsaneerders [77](#page=77).
* **Ruwbouwconstructie:**
* **Ondergrondse constructies:** Stevige toegangswegen (ladders, trappentorens). Voldoende vrije ruimte tussen bouwputwand en constructie. Sleuven zo snel mogelijk aanvullen. Uitstekende wapeningen/betonijzers/bouten beschermen of omplooien. Gevaarlijke openingen en werkvloeren voorzien van stevige leuningen [78](#page=78).
* **Ruwbouw, bovenbouw:** Uitstekende wapeningen beschermen. Veilige werkmethodes (bv. eerst binnenmuren, dan isolatie, dan buitenblad) met degelijke stelling. Stelling als werkvloer en valbeveiliging. Gevaarlijke openingen voorzien van stevige leuningen. Collectieve beschermingsmiddelen blijven staan tot permanente borstwering aanwezig is. Betonnen trappen met leuningen. Vóór nieuwe verdiepingsvloer, collectieve valbeveiliging. Randbeveiliging aanbrengen tijdens productie. Raamopeningen en kokers afschermen. Ankerpunten, levenslijnen of leuningen op dakvlakken/terrassen voorzien. Slijpen van stenen met waterverneveling, afzuiging en PBM's [78](#page=78).
* **Dakconstructie en werken op het dak:** Degelijke collectieve valbeveiliging noodzakelijk vóór start werken. Dakrand afwerken zonder valgevaar. Collectieve valbeveiliging kan bestaan uit dakrand (1m20), leuningen of stelling. Leuningen met netten om vallend materiaal op te vangen. Bij valhoogte > 5m, bijkomende leuningen. Enkel bij technische onmogelijkheid collectieve beveiliging, harnas en vallijn gebruiken. Lastverdelende loopplanken, veiligheidsnetten. Veilige toegang tot het dak. Nazicht door bevoegd persoon. Geen werken bij zeer slechte weersomstandigheden [79](#page=79).
* **Buitenschrijnwerk en beglazing:** Voorzien van nodige veiligheidszones. Bij valgevaar werken met harnas en leeflijn. Glazen balustrades conform norm NBN S23 002. Permanente borstweringen en leuningen conform norm NBN B03 004. Veiligheidsglas conform norm NBN S23-002 [80](#page=80).
* **Technieken:** Bij betonboringen, veiligheidszone op lager gelegen verdieping. Elektrische installatie conform AREI. Werken aan elektrische installaties spanningsvrij. Hoogspanningswerkzaamheden twee weken op voorhand melden. Gasinstallatie door erkend installateur [80](#page=80).
* **Hefwerktuigen, hoogwerkers en andere machines:**
* **Plaatsing en gebruik:** Controleren draagkracht ondergrond. Geen opstelling nabij uitgravingen. Veiligheidsafstanden rekening houdend met talud. Funderingen bouwkranen berekend door bevoegd persoon. Giek kraan vrij over obstakels. Afstand tussen kranen. Kraan vrij draaien met de wind. Geen lasten na werkuren. Doorgangen min. 2m. Veiligheidszone rond machines. Geen activiteiten op rand bouwput/verdiepingsvloer [81](#page=81).
* **Gebruik van machines, gereedschap en materieel:** Gebruiks- en onderhoudsvoorschriften volgen, veiligheidsvoorzieningen controleren. Machines enkel door opgeleide personen. Geen gebreken die veiligheid in gevaar brengen. Elektrisch handgereedschap IP44. Personen enkel vervoeren met specifieke bouwliften. In hoogwerkers/schaarliften beveiligen met leeflijn en harnas, stabiele ondergrond, fabrikantinstructies volgen. Hefwerktuigen enkel door opgeleide personen. Hijszone afgebakend. Max. gewicht niet overschrijden. Hijsbanden voor éénmalig gebruik niet verder gebruiken. Stuurlijnen gebruiken. Bij slecht weer hefwerktuigen dichtplooien. Eén persoon geeft aanwijzingen aan kraanmachinist. Direct visueel contact en communicatie. Nooit lasten over hoofden hijsen [81](#page=81).
* **Keuring:** Keuringen ter inzage op werf. Opstellingsfiche verplicht voor torenkranen [82](#page=82).
* **Steigers en ladders:**
* **Vaste steigers:** Opleid en bevoegd persoon aanstellen. Aangelijnd veiligheidsharnas bij opbouw/afbraak. Steigerdocument aanwezig (montage/gebruik instructies, berekeningsnota). Steiger geïnspecteerd voor ingebruikname, periodiek, na wijzigingen. Steiger op stabiele ondergrond, verankerd. Max. 20cm van gevel. Stellingvloer dicht, met leuningen. Steiger mag betreden worden met duidelijk label. Geen materiaal stockeren op steiger. Geen werken bij slechte weersomstandigheden (windkracht 8 max) [83](#page=83).
* **Mobiele rolsteigers:** Vrijgegeven na opbouw door opgeleid persoon. Stellingkaart aanwezig. Wielen vergrendelen vóór gebruik. Binnenkant betreden. Bovenleuning, tussenleuning, voetplint. Steunen met stabilisatoren indien hoogte > 3x basis [84](#page=84).
* **Ladders:** Enkel gebruiken voor verplaatsing of inspectie, niet voor langdurig werk. Stevige ondergrond, 2 personen voor zware ladders. Tegen omvallen beveiligen. Niet steunen op één ladderboom of breekbaar element. Aangepaste ladderlengte (min. 1m boven werkplek/toegangsniveau, 75° opstelling, 1m overlap schuifladders). Geen metalen ladders nabij elektrische leidingen. Antislipvoeten. Controleren op schade. Werkzone afbakenen. Klimmen met aangezicht naar ladder (3-punten regel). Nooit hoger dan 4e sport. Max. 6m hoogte. Klein en licht gereedschap meenemen. Niet verder reiken dan één armlengte, ladder verplaatsen. Nooit met één voet op ladder, ander op steunpunt. Niet met meer dan 1 persoon tegelijk. Beklim nooit natte of geverfde ladders [84](#page=84).
#### 2.5.4 Preventiemaatregelen
#### 2.5.4.1 Collectieve beschermingsmaatregelen (CBM)
Eerst opteren voor CBM, daarna voor persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM). Valbeveiliging moet aanwezig zijn vóór creëren gevaarlijke opening/werkvloer. Realisaties collectief beveiligen en veilig achterlaten. CBM blijven aanwezig zolang risico aanwezig is, enkel wegnemen na goedkeuring veiligheidscoördinator. (Tijdelijk) wegnemen enkel na toestemming veiligheidscoördinator en in overleg. CBM controleren door bevoegd persoon. Geen werken boven/onder elkaar. Geen activiteiten op rand bouwput/verdiepingsvloer met gemotoriseerde machines. Boorden vrijhouden van materiaal/machines (min. 2m). Bij (beton) boringen, veiligheidszone op lager gelegen verdieping. Uitstekende wapeningen beschermen/inkorten. Definitieve beschermingen/leuningen zo vroeg mogelijk plaatsen [85](#page=85).
#### 2.5.4.2 Algemene eisen van collectieve beschermingsmaatregelen
* **Randbeschermingssystemen:** Minimaal leuning, tussenleuning en plint. Tussenleuning kan vervangen worden door net, paneel, hekwerk. Hoogte leuning min. 1m boven werkoppervlak. Plint min. 150mm hoog, dicht bij werkvloer. NBN EN 13374 normen voor tijdelijke beveiligingssystemen (klassen A, B, C afhankelijk van helling en valhoogte). Bij risico op vallend materiaal, leuningen met netten [86](#page=86).
#### 2.5.4.3 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
Verplicht bij betreden werf: werkkledij, veiligheidsschoenen (S3), veiligheidshelm. Afhankelijk van werkzaamheden: oogbescherming, gehoorbescherming (vanaf 80dB), harnas en leeflijn, stofmaskers (P3 aanbevolen), fluokledij op openbare weg. Risico eerst aan bron uitschakelen/beperken [87](#page=87).
#### 2.5.5 Specifieke werkzaamheden
* **Hijsen van personen:** Principieel verboden, enkel in uitzonderlijke omstandigheden met risicoanalyse en reglementaire bepalingen. Vanuit personenbak aan kraan enkel voor korte duur indien stellingen/hoogwerkers niet mogelijk. Combinatie personenbak/hefwerktuig gekeurd als geheel. Personenbak max. 2 personen, met veiligheidsharnas. Totale belasting max. helft van maximale last voor hijswerktuigen. Direct visueel contact en communicatie tussen kraanbestuurder en persoon in werkbak. Kraan met rem, voorzichtig verplaatsen (max. 20m/min hijssnelheid). Kraanbestuurder mag bedieningsplaat niet verlaten [88](#page=88).
* **Montage van geprefabriceerde stukken:** Randbeveiliging/bevestigingspunten aanbrengen op onderliggende element. Vanaf werkplatform of hoogwerker bevestigen (afstand max. 25cm). Leuning rond platform, anders veiligheidsharnas. Kwaliteit ankerpunt en lengte leeflijn belangrijk. Voorkeur voor collectieve veiligheidsmaatregelen (leuningen, stellingen). Voldoende communicatie kraanmachinist en monteurs [89](#page=89).
* **Werken met risico op brand of explosie:** Vuurvergunning aanvragen. Brandbaar materiaal verwijderen. Vonken en gloeiende delen afschermen. Gepaste brandbestrijdingsmiddelen aanwezig. Brandprocedure gekend. Duiding procedure brandalarm en evacuatie. Minimaal twee personen bij grote risico's, één als brandwacht. Zone een uur na werken bewaken. Eventueel brandbaar materiaal pas na 24u terugplaatsen [89](#page=89).
* **Werken in besloten ruimtes:** Bescherming tegen gevaarlijke gassen, intoxicatie, verstikking, brand, ontploffing. Specifieke risicoanalyse en preventiemaatregelen. Gespecialiseerd en opgeleid personeel met PBM's (ademhalingsmaskers, beschermende kledij). Zuurstofmeter met alarmsignaal verplicht. Continue persoon op wacht buiten de ruimte met contact en mogelijkheid tot hulpverlening. Permanente meting concentraties en controle ventilatiesysteem. Specifieke reddingsprocedure. Permanente ventilatie [90](#page=90).
* **Structurele werken:** Nodige kennis en toezicht ingenieur stabiliteit. Geen werken zonder berekeningen ingenieur stabiliteit. Verstevigingen/schoringen niet wijzigen zonder akkoord architect en ingenieur stabiliteit [90](#page=90).
* **Weersomstandigheden:** Bij slecht weer, buitenwerken staken, materiaal opbergen, hefwerktuigen dichtplooien, werfhekken verstevigen. Bij regenweer, geen werken met risico op elektrocutie. Bij ijzel/sneeuw, werkvloeren en toegangen vrijmaken. Bij warm weer (+25°C), fysieke werkbelasting verlagen, aangepaste kledij, koude dranken, pauzes [90](#page=90).
* **Werken met schadelijke stoffen:** Geen andere personen aanwezig in gebouw. Enkel personen met nodige PBM's. Toegang ontzeggen aan anderen [90](#page=90).
* **Maatregelen tegen kwartsstof en stofvorming:** Stofemissies zo laag mogelijk houden. Maatregelen: afscherming, beneveling, bevochtiging, directe stofafzuiging. Nat verzaag stenen, gereedschap met juiste afzuiging, stofmasker FFP3. Werkplek schoon houden. Koelwater en gruis direct opruimen met industriële stofzuiger. Goede ventilatie. Aangepaste opleiding [91](#page=91).
* **Risico op asbesthoudende materialen:** Nagaan of asbesthoudende materialen aanwezig zijn, asbestinventaris opvragen. Niet enkel bij sloopwerken, maar bij elke wijziging van structuur van materiaal. Erkende firma's voor afbraak, zone afbakenen en signaleren. Asbestafval apart sorteren [91](#page=91).
### 2.6 Organisatie van de hulpverlening en brandprocedure
#### 2.6.1 Maatregelen bij een ernstig arbeidsongeval
1. Gevaar uitschakelen, jezelf en slachtoffer in veiligheid brengen [92](#page=92).
2. Alarm aan interne EHBO-verantwoordelijke, werfleiding en opdrachtgever [92](#page=92).
3. Hulp verlenen aan slachtoffer en oproepen externe hulpdiensten. Ontvangst van hulpdiensten bij werftoegang [92](#page=92).
4. Kennisgeving van ernstige arbeidsongevallen (dood, blijvend of tijdelijk letsel) aan bevoegde regionale TWW-directie. Opmaak van omstandig verslag door werkgever/preventieadviseur binnen 5 werkdagen [92](#page=92).
5. Ongevallenonderzoek vereist voor elk ongeval [92](#page=92).
6. Maatregelen nemen om gelijkaardig ongeval te vermijden [92](#page=92).
#### 2.6.2 Brandprocedure
1. Brandalarm door roepen of afgesproken geluidssignaal. Bestaand brandalarm activeren [92](#page=92).
2. Bel 100 of 112 [92](#page=92).
3. Iedereen begeeft zich naar de straatzijde en afgesproken verzamelplaats [92](#page=92).
4. Noodroutes respecteren. Werfverantwoordelijke controleert aanwezigen en geeft inlichtingen aan brandweer [92](#page=92).
### 2.7 Veiligheid en welzijn van de werknemer
De Welzijnswet bewaakt het welzijn van werknemers en heeft betrekking op:
* Arbeidsveiligheid [93](#page=93).
* Bescherming van de gezondheid [93](#page=93).
* Ergonomie [93](#page=93).
* Arbeidshygiëne [94](#page=94).
* Verfraaiing van arbeidsplaatsen en leefmilieu [94](#page=94).
* Psychologische belasting op het werk [94](#page=94).
* Bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag [94](#page=94).
#### 2.7.1 De arbeidsveiligheid
Veiligheid is een toestand zonder of met te verwaarlozen/aanvaardbare risico's, gericht op de voorkoming van ongevallen, letsels, ziekten en hinder. Veilig werken houdt in: tijdig herkennen van gevaren, risico's beoordelen, en er gepast op reageren [93](#page=93).
#### 2.7.2 De bescherming van de gezondheid van de werknemer op het werk
Gezondheid is een toestand van optimaal welzijn in geestelijk, lichamelijk en maatschappelijk opzicht. In de werkomgeving betreft het een dynamisch evenwicht tussen belastbaarheid van de mens en totale belasting (levens-, woon- en werksituatie) [93](#page=93).
#### 2.7.3 De ergonomie
De studie van en het streven naar aanpassing van de werkomstandigheden aan de mens. Cruciale rol werkgever, afstemming werkomgeving op werknemer, ergonomisch bewustzijn werknemer [93](#page=93).
#### 2.7.4 Arbeidshygiëne
Herkennen, evalueren en beheersen van voor gezondheid belastende factoren in de werkomgeving [94](#page=94).
#### 2.7.5 De verfraaiing van de arbeidsplaatsen en interne maatregelen inzake leefmilieu
Betreft invloed van licht, geluid, klimatologische omstandigheden. Slechte omstandigheden kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid en stress veroorzaken [94](#page=94).
#### 2.7.6 Psychologische belasting op het werk
Psychosociale belasting kan leiden tot stress en te hoge werkdruk, wat de veiligheid in gevaar brengt door te snel en slordig werken [94](#page=94).
#### 2.7.7 Bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag
Wettelijke verplichting voor werkgevers en werknemers om zich van dergelijk gedrag te onthouden [94](#page=94).
#### 2.7.8 Algemeen wettelijk kader mbt de welzijnswet
De werkgever treft nodige maatregelen ter bevordering van het welzijn, volgens algemene preventiebeginselen [94](#page=94).
### 2.8 Basisprincipe preventiehiërarchie
De preventiehiërarchie (gelijk aan TMB) omvat:
1. Elimineren risico [95](#page=95).
2. Verminderen gevaar [95](#page=95).
3. Collectieve preventiemaatregelen [95](#page=95).
4. Individuele preventiemaatregelen [95](#page=95).
5. Organisatorische maatregelen (signalering, opleiding, procedures) [95](#page=95).
#### 2.8.1 Plichten van de werkgever
Neemt alle vereiste maatregelen, waaronder: risico's voorkomen en bestrijden aan de bron, ter beschikking stellen van beschermingsmiddelen, gezondheidstoezicht voorzien, onthaal en opleiding, verzekeringen [95](#page=95).
#### 2.8.2 Opleiding binnen de organisatie
Werknemer: basisopleiding veiligheid. Leidinggevende: opleiding veiligheid voor leidinggevenden (VCA-VOL). Kaderniveau: Preventieadviseur [95](#page=95).
#### 2.8.3 Procedure indiensttreding
Informatie over taak, werkplek, urenregeling, vakantie, materiaal, hygiëne, contactpersonen, brandinstructies, eerste hulp, arbeidsreglement, gedragscode (drugs, alcohol, pesten), EBHO, kennismaking collega's en vertrouwenspersoon [96](#page=96).
#### 2.8.4 Rechten en plichten van de werknemer
De werknemer mag zichzelf of anderen niet in gevaar brengen, is verantwoordelijk voor eigen gezondheid en die van collega's, werkt zoals het hoort, bevordert veiligheid, en meldt gevaarlijke situaties of gebreken [96](#page=96).
### 2.9 Risicoanalyse
#### 2.9.1 Wat is een risicoanalyse?
Identificatie van gevaren, vaststelling en bepaling van risico's, en beoordeling van deze risico's [96](#page=96).
**Doel:** Ongevallen voorkomen, werkmethodes aanpassen, welzijn bevorderen, preventiemaatregelen nemen [96](#page=96).
**Fases:** Opsporen risico's (inventarisatie), bepalen preventiemaatregelen, rangschikken risico's (evaluatie) [96](#page=96).
**Hoe risico's herkennen:** Proactief (analyses) en reactief (ongevalsonderzoek) [96](#page=96).
#### 2.9.2 Enkele definities
* **Gevaar:** Intrinsiek gevaarlijke eigenschap van een object, proces, situatie, persoon, werkmethode of gewoonte [96](#page=96).
* **Risico:** Kans dat het gevaar zich realiseert, met mogelijke blootstelling aan gevaar en kans op schade [97](#page=97).
* **Schade:** Nadeel dat voortvloeit uit een gebeurtenis (materieel, lichamelijk letsel, schade aan gezondheid/milieu) [97](#page=97).
* **Ongeval:** Ongewenste gebeurtenis met schade en/of letsel als gevolg [97](#page=97).
* **Bijna-ongeval/Incident:** Ongewenste gebeurtenis waarbij letsel en/of schade ontbreken [97](#page=97).
Een risicoanalyse inventariseert werkzaamheden, geeft per werk een quotering op blootstelling, gevaar en schade, en dringt maatregelen op [97](#page=97).
#### 2.9.3 Preventie en risicobeheersing
Preventie is het geheel van bepalingen/maatregelen om beroepsrisico's te voorkomen of te verminderen. Risicobeheersing houdt in dat werknemers risico's kennen, ze zo aanpakken dat ze geen negatieve gevolgen hebben, en leren omgaan met risico's en gevaren [97](#page=97).
#### 2.9.4 Preventiehiërarchie
De Welzijnswet verplicht werkgevers de volgende algemene preventiebeginselen toe te passen:
1. Risico's voorkomen (bv. materiaal op maat, mechanisch heffen) [97](#page=97).
2. Niet te voorkomen risico's evalueren [97](#page=97).
3. Risico's bij de bron bestrijden (bv. stofafzuiging) [97](#page=97).
4. Wat gevaarlijk is vervangen door wat niet of minder gevaarlijk is (bv. loodvervangers) [98](#page=98).
5. Voorkeur geven aan collectieve preventiemaatregelen boven persoonlijke [98](#page=98).
6. Het werk aanpassen aan de mens [98](#page=98).
7. De risico's beperken [98](#page=98).
8. De preventie plannen [98](#page=98).
9. Informatie, instructies en opleidingen geven [98](#page=98).
10. De gevaren signaleren [98](#page=98).
Deze maatregelen moeten worden genomen in een dynamisch risicobeheersingssysteem [98](#page=98).
---
# Het bouwproces tijdens en na de werken
Het bouwproces tijdens en na de werken behandelt de verschillende fasen en verantwoordelijkheden van de architect, projectleider, werfleider en veiligheidscoördinator tijdens de uitvoering van bouwprojecten, evenals de cruciale taken die na de voltooiing van de werken moeten worden uitgevoerd, zoals opleveringen en nacalculatie.
## 3. Het bouwproces tijdens en na de werken
### 3.1 De rol van de architect tijdens de werken
De architect speelt een cruciale rol tijdens de uitvoeringsfase van een bouwproject, waarbij hij optreedt als ontwerper, toezichthouder en adviseur voor de bouwheer. Zijn taken zijn wettelijk vastgelegd en worden geregeld in het contract met de bouwheer. De architect vertegenwoordigt de bouwheer op de werf, waakt over de naleving van plannen en reglementen, en controleert de uitvoering van de werken. Hij coördineert de tussenkomst van experten, adviseert de bouwheer bij technische en esthetische beslissingen, valideert facturen en stelt werfverslagen op. Wettelijk is de architect verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering, de naleving van de bouwvergunning en technische reglementen, en een veilig en stabiel ontwerp. Bij constructieve fouten of zware nalatigheid is de architect mede aansprakelijk, samen met de aannemer, onder de 10-jarige aansprakelijkheid [44](#page=44).
**Concreet omvatten de taken van de architect tijdens de uitvoering:**
* **Bij opstart werf:**
* Begeleiden van de bouwheer bij de aanvangsverklaring [44](#page=44).
* Controleren van de vergunningen, verzekeringen en keuringen van aannemers [44](#page=44).
* Organiseren van werfvergaderingen [44](#page=44).
* Controleren van de uitpaling van de woning door de landmeter [44](#page=44).
* **Tijdens de werf:**
* Organiseren van werfbezoeken en werfvergaderingen, en opmaken van werfverslagen [44](#page=44).
* Controleren of de werken overeenstemmen met de goedgekeurde plannen, het lastenboek en de technische voorschriften [45](#page=45).
* Controleren van de kwaliteit van materialen en uitvoering [45](#page=45).
* Goedkeuren of voorstellen van technische wijzigingen en technische verduidelijkingen geven [45](#page=45).
* Bijstand verlenen aan de bouwheer bij de financiële huishouding, waaronder het nakijken en goedkeuren van vorderingsstaten en advies geven over betalingen [45](#page=45).
* Coördineren van experten en studies, ontvangen van attesten en keuringsverslagen, en toezien op de aanvulling van het as-built dossier [45](#page=45).
* Toezien op de naleving van de bouwvergunning en regelgeving (EPB, ventilatie, brandveiligheid, toegankelijkheid, riolering, nutsvoorzieningen) [45](#page=45).
* **Op het einde der werken:**
* Voorbereiden en leiden van de voorlopige oplevering, inclusief het opstellen van het opleveringsverslag en de restpuntenlijst [45](#page=45).
* Controleren op herstel van gebreken binnen de garantieperiode en advies geven voor de definitieve oplevering [45](#page=45).
### 3.2 De werfvergadering
Een werfvergadering is een essentieel overlegmoment na een inspectie van de werf door de architect, in aanwezigheid van de aannemer. Het doel is om de status van de werf, vastgestelde gebreken en de verantwoordelijkheden voor herstel te bespreken. Het uitvoeringsdossier van de architect dient als referentiekader [45](#page=45).
**Aanwezigen op de werfvergadering:**
* **Architect:** Organiseert en leidt de vergadering, toetst de uitvoering aan de eisen van het uitvoeringsdossier [46](#page=46).
* **Projectleider:** Vertegenwoordigt de aannemer, staat in voor communicatie, budgetbewaking, planning en contractuele verplichtingen [46](#page=46).
* **Werfleider:** Ondersteunt de projectleider bij technische vragen over de status en vordering van de werf [46](#page=46).
* **Bouwheer:** Aanwezigheid is wenselijk, aangezien hij finaal beslist over herstelwerken [46](#page=46).
Parallel aan deze vergaderingen voert de veiligheidscoördinator verwezenlijking inspecties uit om de veiligheid te waarborgen [46](#page=46).
**Verloop van een typische werfvergadering:**
* Opening en overzicht van de agenda [46](#page=46).
* Doornemen van het verslag van de vorige vergadering en verificatie van actiepunten [46](#page=46).
* Stand van zaken update door de aannemer [46](#page=46).
* Bespreking van technische punten, fouten of gebreken [46](#page=46).
* Besluitvorming, formuleren van oplossingen en vastleggen van beslissingen [46](#page=46).
* Financiële stand van zaken en bespreking van afwijkingen [46](#page=46).
* Vastleggen van actiepunten met verantwoordelijke personen en deadlines [46](#page=46).
* Vastleggen van de datum van de volgende vergadering [46](#page=46).
### 3.3 Het werfverslag
Na elke werfvergadering stelt de architect een gedetailleerd werfverslag op. Dit document legt alle besproken punten, genomen beslissingen en afgesproken actiepunten schriftelijk vast en dient als juridisch document. De projectleider of werfleider kan ook werfverslagen genereren voor interne communicatie. Er zijn diverse apps beschikbaar die het opstellen van werfverslagen vergemakkelijken, zoals Archisnapper, Ed-controls, Aproplan, Fieldwire en Ibouw [46](#page=46) [47](#page=47).
**Eisen aan het werfverslag:**
* Datum en tijdsindicatie [47](#page=47).
* Genummerd in chronologie met de datum [47](#page=47).
* Vermelding van betrokken partijen en hun verantwoordelijken [47](#page=47).
* Vermelding van de aanwezige partijen [47](#page=47).
* **Opmerkingen & gebreken:**
* Uitvoerige beschrijving van de gebreken [47](#page=47).
* Verantwoordelijke voor de schade [47](#page=47).
* Voorstel tot oplossing of verwijzing naar de correcte referentie [47](#page=47).
* Verantwoordelijke voor de uitvoer van herstellingswerken [47](#page=47).
* Termijn en planning van herstelwerken [47](#page=47).
* Status van de opmerkingen [47](#page=47).
* Datum en tijd van versturen van het verslag [47](#page=47).
**Eisen aan een opmerking in een verslag:**
* **Waar:** Locatie van het gebrek, eventueel met een uittreksel van het plan [47](#page=47).
* **Wat:** Beschrijving van het gebrek, geïllustreerd met een foto [47](#page=47).
* **Hoe:** Oorzaak en gevolg van het gebrek, en hoe het opgelost zal worden [47](#page=47).
* **Wie:** Verantwoordelijke voor het gebrek, de oorzaak en de herstelling (niet noodzakelijk dezelfde partijen) [47](#page=47).
* **Wanneer:** Datum van vaststelling en deadline voor herstel [47](#page=47).
Het werfverslag moet kort en duidelijk de aandachtspunten communiceren, zonder de bedoeling te hebben om uit te leggen hoe iets uitgevoerd moet worden [47](#page=47).
### 3.4 De veiligheidscoördinator verwezenlijking tijdens de werken
De veiligheidscoördinator verwezenlijking (VCU) speelt een centrale rol tijdens de uitvoeringsfase. Zijn functie is wettelijk verplicht in België zodra meer dan één aannemer actief is op de werf [48](#page=48).
**Belangrijkste taken van de VCU:**
* Analyseren, coördineren en beperken van risico's op de werf [48](#page=48).
* Afstemmen van veiligheidsmaatregelen van alle betrokken partijen [48](#page=48).
* Organiseren van de communicatie over veiligheid [48](#page=48).
* Toezien op de correcte toepassing en actualisatie van het veiligheids- en gezondheidsplan (VGP) [48](#page=48).
**Concreet omvatten de taken van de VCU:**
* **Bij start der werken:**
* Controleren of aannemers op de hoogte zijn van het VGP [48](#page=48).
* Werfbezoek vóór de start om inrichting en organisatie te beoordelen [48](#page=48).
* Controle van signalisatie, toegang en PBM's [48](#page=48).
* **Tijdens de werken:**
* Deelname aan werfvergaderingen met veiligheidsverslag [48](#page=48).
* Opstellen van coördinatieverslagen met tekortkomingen en aanbevelingen [48](#page=48).
* Toezien op naleving van veiligheidsmaatregelen en controleren van risicoanalyses van aannemers [48](#page=48).
* Coördineren van werken van verschillende aannemers om conflicten te vermijden [48](#page=48).
* Aanpassen van het V&G-plan bij wijzigingen [48](#page=48).
* Inspecteren van aangeleverde documenten (risicoanalyses, werkvergunningen, keuringen) [48](#page=48).
* Controleren van aanwezigheidsregistratie (Checkin@Work) [48](#page=48).
* Controleren van VCA-attesten of gelijkwaardige veiligheidsdocumenten [48](#page=48).
* Inspectie van rapportage van (bijna-)ongevallen [48](#page=48).
* Opstellen van rapporten met corrigerende maatregelen [48](#page=48).
* Mogelijkheid om de werf stil te leggen bij grote veiligheidsinbreuken [48](#page=48).
### 3.5 Stukken van de werfleider
De werfleider levert tijdens de uitvoering een reeks documenten aan die de administratieve en technische ruggengraat vormen. Deze stukken dienen als referentie voor de projectleider tijdens werfvergaderingen [49](#page=49).
**Documenten per categorie:**
* **Dagelijkse opvolging:**
* **Dagverslag / Werfdagboek:** Overzicht van uitgevoerde werken, aanwezige ploegen, weersomstandigheden, leveringen, opmerkingen (dagelijks) [49](#page=49).
* **Foto's van voortgang:** Fotoverslag van uitgevoerde werken en details (dagelijks/wekelijks) [49](#page=49).
* **Opmetingen:** Eigen opmetingen van uitgevoerde hoeveelheden (regelmatig) [49](#page=49).
* **Check-in@Work registratie:** Aanwezigheidsregistratie van arbeiders (dagelijks) [49](#page=49).
* **Technische opvolging:**
* **Uitvoeringsplannen / detailtekeningen:** Up-to-date plannen met wijzigingen of as-built aanpassingen (bij wijzigingen) [49](#page=49).
* **Werkbonnen / leveringsbonnen:** Bewijs van geleverd materiaal of uitgevoerde werken (continu) [49](#page=49).
* **Meetstaat-aanpassingen:** Aangepaste hoeveelheden of bijkomende posten (bij meerwerken) [50](#page=50).
* **As-built gegevens:** Documentatie van wat effectief gebouwd is (tegen einde uitvoering) [50](#page=50).
* **Veiligheidsopvolging:**
* **Toolbox meetings / veiligheidsbriefings:** Notulen en aanwezigheidslijsten (maandelijks of bij nieuw risico) [50](#page=50).
* **Veiligheidsinspectieverslagen:** Controleverslagen van PBM's, signalisatie, orde en netheid (wekelijks/maandelijks) [50](#page=50).
* **Ongevallenrapporten / bijna-ongevallen:** Registratie en analyse van incidenten (bij elk incident) [50](#page=50).
* **Keuringen:** Attesten van stellingen, kranen, elektriciteit, hijsmaterieel (periodiek/bij indienststelling) [50](#page=50).
* **Kwaliteitscontrole:**
* **Kwaliteitscontrolelijsten:** Checklist per fase (bij elke fase) [50](#page=50).
* **Administratieve opvolging:**
* **Werfverslagen (coördinatievergadering):** Verslag van wekelijkse werfvergaderingen (wekelijks) [50](#page=50).
* **Leveringslijsten / stockbeheer:** Overzicht van ontvangen en gebruikte materialen (regelmatig) [50](#page=50).
* **Urenstaten / werkstaten:** Uren van arbeiders en onderaannemers (wekelijks) [50](#page=50).
* **Meerwerken- en afwijkingsmeldingen:** Meldingen van bijkomende of afwijkende werken met kostenschatting (bij optreden) [50](#page=50).
### 3.6 Stukken van de projectleider
De projectleider is verantwoordelijk voor coördinatie, planning, financiële opvolging en communicatie. Hij verzamelt en controleert documenten die het project beheersbaar maken [51](#page=51).
**Documenten tijdens de uitvoering:**
* **Gedetailleerde uitvoeringsplanning:** Opvolging en bijsturing van de werf [51](#page=51).
* **Week- of lookaheadplanning:** Dagelijkse coördinatie met werfleider en ploegen [51](#page=51).
* **Vergader- en werfverslagen:** Formele communicatie met bouwheer, architect, veiligheidscoördinator [51](#page=51).
* **Communicatie met opdrachtgever / architect:** Transparantie en bewijsvoering [51](#page=51).
* **Meerwerken- en afwijkingsaanvragen:** Goedkeuring bekomen en budget bewaken [51](#page=51).
* **Financiële voortgangsrapporten:** Budgetcontrole en rapportering [51](#page=51).
* **Vorderingsstaat:** Basis voor facturatie en betaling [51](#page=51).
* **Opvolgingsrapporten / dashboards:** Interne opvolging en rapportering [51](#page=51).
* **Kwaliteitscontrole- en keuringsrapporten:** Waarborg van kwaliteit en conformiteit [52](#page=52).
* **Risicoanalyse / wijzigingsbeheer:** Preventie van vertraging of budgetoverschrijding [52](#page=52).
* **V&G-plan (Veiligheids- en Gezondheidsplan):** Wettelijke verplichting [52](#page=52).
* **Veiligheidsstatistieken:** Opvolging en preventie [52](#page=52).
* **Organigram werf / contactlijst:** Duidelijke communicatiestructuur [52](#page=52).
* **Budgetopvolging / kostencalculatie:** Financiële controle [52](#page=52).
* **Facturen en goedkeuringen:** Financiële afhandeling [52](#page=52).
* **Bestelbonnen / leveringsbonnen:** Materiaalbeheer en verificatie [52](#page=52).
### 3.7 Taken van de architect bij het einde van de werken
Na de voltooiing van de werken verschuift de rol van de architect naar administratieve afhandeling en technische bijstand in de nazorg [53](#page=53).
**Taken bij einde der werken:**
* Organiseren en coördineren van de voorlopige oplevering [53](#page=53).
* Opvolgen en controleren van opleverpunten [53](#page=53).
* Opmaak van as-built dossier, architectuur [53](#page=53).
* **Administratieve huishouding einde der werken:**
* Coördinatie voor opmaak postinterventiedossier (PID) [53](#page=53).
* Coördinatie met EPB-verslaggever voor eindaangifte EPB [53](#page=53).
* Melden einde der werken bij omgevingsloket en verzekeringsmaatschappij [53](#page=53).
* **Financiële huishouding einde der werken:**
* Goedkeuren laatste vorderingen [53](#page=53).
* Voorbehoud/akkoord op afrekening voor oplevering [53](#page=53).
* Borgstellingsafspraken bij oplevering [53](#page=53).
* Controle eindafrekening [53](#page=53).
De architect blijft gedurende 10 jaar aansprakelijk voor gebreken in stabiliteit of structurele fouten. Hij is verplicht het volledige bouwdossier minstens 10 jaar te bewaren en is verantwoordelijk voor de eindcontrole van het as-built dossier indien contractueel vastgelegd [54](#page=54).
### 3.8 De voorlopige oplevering
De voorlopige oplevering is het officiële moment waarop de bouwheer, op advies van de architect, de uitgevoerde werken voorwaardelijk aanvaardt. Dit markeert de overdracht van de werf naar de bouwheer, onder voorbehoud van zichtbare gebreken die binnen een bepaalde termijn hersteld moeten worden [54](#page=54).
**Proces van voorlopige oplevering:**
* Organisatie door de architect, op initiatief van de aannemer [54](#page=54).
* Finale werfronde [54](#page=54).
* Opmaak van een gedateerd, tegensprekelijk verslag met restpunten (punchlist), onderbouwd met foto's [54](#page=54).
* Vastlegging van een onderhandelde termijn en waarborg voor de afwerking van de restpunten [54](#page=54).
* Ondertekening van het proces-verbaal van voorlopige oplevering door beide partijen [54](#page=54).
**Aandachtspunten voor oplevering:**
* Niet te snel de voorlopige oplevering aanvragen; een woning met meer dan 10 opleverpunten is niet werkbaar [54](#page=54).
* Voorbereid naar de oplevering komen met kennis over wat nog moet gebeuren, hersteld worden, de duur en kostprijs [54](#page=54).
* Zorgen dat het dossier administratief en financieel up-to-date is, inclusief benodigde stukken voor het PID en correcte verrekening van werken [54](#page=54).
**Gevolgen van de voorlopige oplevering:**
* Overdracht van schade op de werf naar de bouwheer [55](#page=55).
* Start van de garantieperiode voor kleine/grote onzichtbare gebreken (1 jaar tot definitieve oplevering) [55](#page=55).
* De woning kan in gebruik worden genomen [55](#page=55).
### 3.9 De definitieve oplevering
Exact één jaar na de voorlopige oplevering vindt de definitieve oplevering plaats. Gedurende dit jaar kunnen ernstige en niet-ernstige onzichtbare gebreken gemeld worden. Na de definitieve oplevering start de 10-jarige aansprakelijkheid van aannemer en architect voor ernstige gebreken (zoals scheurvorming en ernstige vochtschade) [55](#page=55).
**Proces van definitieve oplevering:**
* Vaak op verzoek van de bouwheer; bij onderhandelde waarborg initieert de aannemer dit [55](#page=55).
* Een ronde om na te gaan of er nog opstaande punten zijn van de voorlopige oplevering of dat er nieuwe punten zijn toe te voegen [55](#page=55).
* Opmaak van een PV van definitieve oplevering met actiepuntenlijst, onderbouwd met fotoverslag [55](#page=55).
* Mogelijkheid om een deel van de waarborg vrij te maken indien de resterende punten dit rechtvaardigen [55](#page=55).
* Na de laatste herstellingen en controle door de architect kan de waarborg volledig worden vrijgegeven of de finale afrekening worden gemaakt [55](#page=55).
**Gevolgen van de definitieve oplevering:**
* Einde garantieperiode voor kleine gebreken [55](#page=55).
* Start van de 10-jarige aansprakelijkheid voor aannemer en architect inzake stabiliteit en waterdichtheid [55](#page=55).
### 3.10 Taken van de werfleider na de werken
Na de werken levert de werfleider diverse documenten aan die de voltooiing van het project documenteren [56](#page=56).
* **Opleveringsverslag:** Overzicht van uitgevoerde werken, restpunten en opmerkingen (bij voorlopige oplevering) [56](#page=56).
* **Punchlist / restpuntenlijst:** Lijst van nog uit te voeren correcties of afwerkingen (einde werken) [56](#page=56).
* **As-built dossier:** Definitieve uitvoeringsplannen, keuringsattesten, handleidingen, materiaalgegevens (na oplevering) [56](#page=56).
* **Kwaliteitsdossier / keuringsattesten:** Certificaten van materialen, installaties, testresultaten (einde uitvoering) [56](#page=56).
### 3.11 Taken van de projectleider na de werken
Na de oplevering is de projectleider verantwoordelijk voor de formele afsluiting en nazorg van het project [56](#page=56).
* **Opleveringsverslag (voorlopig en definitief):** Formele afsluiting van project [56](#page=56).
* **Restpuntenlijst (punchlist):** Nazorg en afronding [56](#page=56).
* **As-built dossier:** Overdracht aan de bouwheer [56](#page=56).
* **Nazorg- / garantieplanning:** Beheer na oplevering [56](#page=56).
* **Nacalculatie:** Kennisborging binnen het bedrijf [56](#page=56).
#### 3.11.1 De nacalculatie
De nacalculatie is een cruciaal onderdeel van professioneel projectbeheer, waarbij de werkelijke kosten van een project worden vergeleken met de oorspronkelijke raming of offerte. Het doel is om het verschil tussen realiteit en raming positief te houden en winstmarges te behouden [57](#page=57).
**Formule nacalculatie:**
Nacalculatie = Realiteit – Raming [57](#page=57).
**Taken van de projectleider bij nacalculatie:**
* **Verzamelen:** Alle werkelijke kosten verzamelen en omzetten naar eenheidsprijzen, controleren meer- en minderwerken [57](#page=57).
* **Analyseren:** Vergelijken offerte en afrekening per post, berekenen gecorrigeerde kostprijs, analyseren afwijkingen [57](#page=57).
* **Evalueren:** Bepalen van oorzaken van afwijkingen (bijvoorbeeld slechte offerte, faalkosten, gebrekkige planning, wijzigingen bouwheer, dubbelzinnig bestek) [57](#page=57).
* **Rapporteren:** Input geven voor toekomstige offertes (aanpassen eenheidsprijzen, rendementen, moeilijkheidsfactor, winstfactor) en aanbevelingen doen voor uitvoeringstechnieken, materieel en onderaannemers [57](#page=57).
> **Tip:** De nacalculatie is meer dan een financiële controle; het destilleert verbeteracties voor volgende projecten. Concrete inzichten kunnen bijvoorbeeld leiden tot het aanpassen van leverancierslijsten of het inzetten van efficiënte ploegen bij volgende werven.
### 3.12 Taken van de EPB verslaggever na de werken
De EPB-verslaggever is verantwoordelijk voor het opstellen van de eindaangifte bij het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) [58](#page=58).
**Taken na de werken:**
* Opvragen van alle uitvoeringsgegevens en coördineren van stavingsstukken (technische fiches, facturen, werfverslagen) [58](#page=58).
* Organiseren en coördineren van de blowerdoortest en de inregelrapport ventilatie [58](#page=58).
* Actualiseren van de voorafberekening op basis van werkelijke gegevens en testresultaten [58](#page=58).
* Rapporteren van voorlopige resultaten aan de bouwheer met advies voor optimalisatie [58](#page=58).
* Controleren van herstelmaatregelen en updaten van de berekening [58](#page=58).
* EPB-eindverslag uploaden bij VEKA (max. 6 maanden na ingebruikname of oplevering) [58](#page=58).
* Dossieroverdracht aan bouwheer of VCU voor het PID [58](#page=58).
* Aflevering van het EPB-attest of energieprestatiecertificaat [58](#page=58).
#### 3.12.1 De blowerdoortest
Een blowerdoortest meet de luchtdichtheid van een gebouw door middel van een ventilator. Dit helpt bij het beoordelen en verbeteren van de energieprestatie, comfort en kwaliteit. Een waarde kleiner dan 1,5 luchtwisselingen per uur bij 50 Pascal drukverschil wordt als goed beschouwd en is de norm [58](#page=58) [59](#page=59).
### 3.13 Taken van de keurder riolering na de werken
De keurder riolering controleert na uitvoering of de private riolering correct is aangesloten, waterdicht en milieutechnisch conform [59](#page=59).
**Controlewerkzaamheden:**
* Dossierstudie van plannen, vergunningen en ontwerpnota's [59](#page=59).
* Visuele inspectie van aansluitingen, controlestoppen, regenwaterputten en Wadi's [59](#page=59).
* Dichtheidsproeven en rooktesten [59](#page=59).
* Controle van aansluitingen op de rooilijn [59](#page=59).
* Opmaak van een keuringsverslag [59](#page=59).
### 3.14 Taken van de veiligheidscoördinator na de werken
De veiligheidscoördinator (VCU) controleert aan het einde van de werf of de veiligheidsmaatregelen correct zijn nageleefd en of de bouwplaats veilig is voor ingebruikname. Hij stelt, bij voorkeur voor de oplevering, het postinterventiedossier (PID) samen [59](#page=59).
#### 3.14.1 Het postinterventiedossier (PID)
Het PID is een naslagdocument essentieel voor de veiligheid op lange termijn, bedoeld voor onderhoud, herstelwerken, instandhouding en verbouwingen. Het bundelt alle bouw- en installatie-informatie over het pand [59](#page=59).
**Essentiële stukken voor het PID:**
* Alle as-build informatie [59](#page=59).
* Keuringsverslagen [59](#page=59).
* Attesten [59](#page=59).
* Onderhoudsfiches [59](#page=59).
* Garantiebewijzen [59](#page=59).
---
# Documentatie en planning in de bouw
Dit document behandelt de documentatie en planning in de bouw, met specifieke aandacht voor de rol van diverse documenten zoals bestekken, meetstaten en technische fiches, de betrokkenheid van studiebureaus en experten, en de organisatie en planning van het bouwproces.
## 4. Documentatie en planning in de bouw
De documentatie en planning vormen de ruggengraat van een succesvol bouwproject, van de initiële ontwerpfase tot de uiteindelijke oplevering en nazorg. Deze documenten zorgen voor duidelijkheid, transparantie en contractuele zekerheid tussen alle betrokken partijen [23](#page=23).
### 4.1 Essentiële documenten in het ontwerpproces
Het ontwerpproces genereert een reeks cruciale documenten die de basis leggen voor de uitvoering van het bouwproject.
#### 4.1.1 Plannen
Plannen tonen de visuele aspecten van het project, zoals de indeling, afmetingen en esthetiek van een gebouw. Ze zijn essentieel voor de communicatie van het ontwerp aan alle betrokkenen [23](#page=23).
#### 4.1.2 Bestek
Het bestek, ook wel lastenboek genoemd, is een gedetailleerd en juridisch bindend document dat alle technische en administratieve voorschriften van een bouwproject beschrijft. Het bevat [23](#page=23):
* **Algemene bepalingen:** Contractuele afspraken tussen bouwheer en aannemer, waaronder identiteit van de opdrachtgever, planning, vereiste kwalificaties van de aannemer, verzekeringen, waarborgen, betalingsvoorwaarden, opleveringsprocedure en sancties [23](#page=23).
* **Bijzondere bepalingen:** Gedetailleerde technische eisen per werkpost, inclusief de manier van meten, materiaaleisen en -specificaties, verwerkingseisen en -specificaties, en de toepassing van materialen [23](#page=23).
Het bestek dient als basis voor offertes, een controle-instrument, juridische bescherming en kwaliteitsgarantie [24](#page=24).
#### 4.1.3 Technische fiche
Een technische fiche (datasheet) beschrijft de gedetailleerde technische specificaties en eigenschappen van een product, materiaal, machine of dienst. Typische inhoud omvat [24](#page=24):
* Identificatie (naam, artikelnummer, fabrikant) [24](#page=24).
* Fysieke eigenschappen (afmetingen, gewicht, kleur) [24](#page=24).
* Prestatiegegevens (draagvermogen, energieverbruik) [24](#page=24).
* Gebruiksinstructies (installatie, onderhoud) [24](#page=24).
* Normen en certificaten [24](#page=24).
* Veiligheidsinformatie [24](#page=24).
Technische fiches zijn onmisbaar voor architecten, ingenieurs en aannemers om correcte informatie te garanderen en de kwaliteit, veiligheid en compatibiliteit te waarborgen [24](#page=24).
#### 4.1.4 Meetstaat
De meetstaat is een gedetailleerde en kwantitatieve lijst van alle posten die nodig zijn voor een bouwproject, opgedeeld per post en gebundeld in loten [24](#page=24).
* **Post:** Eén werk of handeling uitgedrukt in een eenheid [24](#page=24).
* **Lot:** Een verzameling van posten die aan één (onder)aannemer worden toegewezen [24](#page=24).
De meetstaat specificeert de hoeveelheden materialen en werkzaamheden en biedt een objectieve basis voor aannemers om offertes op te stellen. De conformiteit tussen bestek en meetstaat is cruciaal [25](#page=25).
#### 4.1.5 Externe studies
Afhankelijk van het project kunnen diverse externe studies vereist zijn:
* **Sonderingsverslag:** Door een ingenieur grondmechanica om de bodemgesteldheid te bepalen [25](#page=25).
* **Stabiliteitsstudie:** Door een ingenieur bouwkunde om de stabiliteit, stevigheid en veiligheid van de constructie te garanderen. Dit omvat de analyse van krachten, dimensionering van structurele elementen en materiaalkeuze [25](#page=25).
* **EPB-studie:** Door een EPB-verslaggever om de energieprestaties en het binnenklimaat te bepalen, met aandacht voor het E-peil en S-peil [26](#page=26).
* **Ventilatiestudie:** Een schematisch plan voor de installatie van een ventilatiesysteem voor een gezond binnenklimaat, conform de EPB-regelgeving [27](#page=27).
* **Veiligheidscoördinatie (ontwerp):** Door een veiligheidscoördinator om te onderzoeken of het ontwerp veilig gebouwd en onderhouden kan worden. Dit resulteert in een ontwerpnota veiligheid en een risicoanalyse [27](#page=27) [28](#page=28).
* **Principe keuring riolering:** Een erkende deskundige controleert de conformiteit van de rioleringsinstallatie met de lokale aansluitprincipes [28](#page=28).
* **Bronbemalingsstudie:** Een onderzoek naar de impact van grondwaterwinning, noodzakelijk bij projecten waarbij de fundering onder de grondwaterstand komt [29](#page=29).
### 4.2 De omgevingsvergunning
De omgevingsvergunning integreert meerdere vroegere vergunningsprocedures in één dossier en beslissing. Het combineert de traditionele bouwvergunning met andere vergunningen die nodig zijn voor de realisatie van een project. De kern ervan is de samenvoeging van de [21](#page=21):
* **Stedenbouwkundige vergunning:** Beoordeelt de fysieke aspecten van het project en de naleving van bouwvoorschriften en ruimtelijke plannen [21](#page=21).
* **Milieuvergunning:** Van toepassing op activiteiten die potentieel schadelijk zijn voor het milieu en legt voorwaarden vast om de impact te beperken [21](#page=21).
Afhankelijk van het project kunnen ook vergunningen voor vegetatiewijziging of kleinhandelsactiviteiten deel uitmaken van het dossier. De omgevingsvergunning wordt voorwaardelijk afgeleverd en vereist naleving van de opgenomen voorwaarden, waaronder start- en afwerkingstermijnen [21](#page=21).
#### 4.2.1 Beroep tegen de beslissing
Tegen de beslissing, vergunning, weigering of voorwaarden kan beroep worden aangetekend bij een hogere instantie, zoals de provincie [22](#page=22).
### 4.3 De offerte- en aanbestedingsfase
Nadat een omgevingsvergunning is verkregen, kan de architect overgaan tot het opmaken van het ontwerp voor de prijsaanvraag/offerte [22](#page=22).
#### 4.3.1 Opmaak van het uitvoeringsdossier offerte
Dit dossier bestaat uit plannen en details, het bestek, de meetstaat en eventuele extra studies van experten [23](#page=23).
#### 4.3.2 De offerte van de aannemer
De offerte van de aannemer is een prijsaanbieding gebaseerd op het uitvoeringsdossier van de architect. De calculator van de aannemer voert een grondige analyse uit van het dossier, vraagt prijzen aan bij leveranciers en onderaannemers, berekent de kostprijs en stelt de gedetailleerde offerte op (#page=31, 32). De offerte omvat de totale prijs, detailprijzen per post en meldingen van fouten of tegenstrijdigheden in het dossier [31](#page=31) [32](#page=32).
#### 4.3.3 Controle van de offertes door de architect
De architect evalueert de ingediende offertes zorgvuldig aan de hand van een procedure die controleert op:
* Ontvankelijkheid (formaliteiten, kwalificaties, sociale verplichtingen) [33](#page=33).
* Volledigheid (ontbrekende essentiële stukken) [33](#page=33).
* Rekenfouten en materiële fouten [33](#page=33).
* Hoeveelheden (conformiteit met detailmeetstaat) [33](#page=33).
* Vergeten posten (posten in het dossier waarvoor geen prijs is aangeboden) [33](#page=33).
* Leemtes (posten die de aannemer niet heeft opgenomen, maar noodzakelijk zijn) [33](#page=33).
* Abnormale totaal- of eenheidsprijzen [34](#page=34).
* Voorgestelde optimalisaties door de aannemer [35](#page=35).
De architect legt het prijsvergelijk voor aan de bouwheer, die uiteindelijk de aannemer toezegt [35](#page=35).
### 4.4 Het uitvoeringsontwerp
Het uitvoeringsontwerp is een aangepaste versie van het oorspronkelijke ontwerp, verfijnd op basis van de feedback van aannemers en de opdracht die werd toegewezen. Hierin worden telfouten gecorrigeerd, leemtes toegevoegd, tegenstrijdigheden geëlimineerd en eventuele alternatieven doorgevoerd [35](#page=35).
#### 4.4.1 Aannemingscontract
Na de aanpassing van het uitvoeringsdossier wordt de opdracht toegewezen aan de aannemer, wat resulteert in een aannemingscontract. Dit contract is een overeenkomst tussen bouwheer en aannemer die de prijs, planning, kwaliteit en aansprakelijkheid regelt. Cruciale clausules omvatten [36](#page=36):
* Identificatie van de partijen [36](#page=36).
* Opsomming van het uitvoeringsdossier (met index en datum) [36](#page=36).
* Prijs en betalingsvoorwaarden (vast, eenheidsprijs, regie) [36](#page=36).
* Uitvoeringstermijn en sancties [36](#page=36).
* Waarborgen [36](#page=36).
* Opleveringsprocedure (voorlopig, definitief) [36](#page=36).
### 4.5 Planning en organisatie op de werf
De succesvolle uitvoering van een bouwproject vereist een duidelijke planning en een efficiënte organisatie op de werf.
#### 4.5.1 Rollen en verantwoordelijkheden
* **Projectleider:** Eindverantwoordelijke voor het gehele project, bewaakt budget, planning, kwaliteit en communicatie [38](#page=38).
* **Werfvoorbereider:** Verantwoordelijk voor de voorbereidende fase, technische analyse, gedetailleerde planning, inkoop en documentatiebeheer [38](#page=38).
* **Werfleider:** Verantwoordelijk voor de operationele uitvoering op de werf, stuurt arbeiders aan, controleert kwaliteit en veiligheid, en lost praktische problemen op [39](#page=39).
Een vlotte samenwerking en heldere communicatie tussen deze drie functies zijn cruciaal [39](#page=39).
#### 4.5.2 Taken van de werfvoorbereiding
De dienst werfvoorbereiding is essentieel om vertragingen, extra kosten en fouten te voorkomen. De taken omvatten [40](#page=40):
* Studie van het dossier (bouwplannen, lastenboek, meetstaat) [40](#page=40).
* Budgetbewaking in samenwerking met de calculatiedienst [40](#page=40).
* Opstellen van een gedetailleerde uitvoeringsplanning [40](#page=40).
* Inkoop en bestellingen van materialen en machines [40](#page=40).
* Selectie van onderaannemers en opstellen van contracten [40](#page=40).
* Aanvragen en verkrijgen van benodigde vergunningen [40](#page=40).
* Regelen van verzekeringen [40](#page=40).
* Samenstellen van dossiers (technische stukken, fiches, risico-analyse) [40](#page=40).
#### 4.5.3 Documentatie tijdens de uitvoering
Gedurende de uitvoering produceert de werfleider een reeks documenten die de administratieve en technische voortgang vastleggen:
* **Dagverslag/Werfdagboek:** Overzicht van uitgevoerde werken, aanwezige ploegen, weersomstandigheden, leveringen en opmerkingen [49](#page=49).
* **Foto’s van voortgang:** Visuele documentatie van uitgevoerde werken [49](#page=49).
* **Opmetingen:** Eigen opmetingen van uitgevoerde hoeveelheden voor facturatie of controle [49](#page=49).
* **Check-in@Work registratie:** Aanwezigheidsregistratie van arbeiders [49](#page=49).
* **Uitvoeringsplannen/detailtekeningen:** Up-to-date plannen met wijzigingen of as-built aanpassingen [49](#page=49).
* **Werkbonnen/leveringsbonnen:** Bewijs van geleverd materiaal of uitgevoerde werken [49](#page=49).
* **Meetstaat-aanpassingen:** Aangepaste hoeveelheden of bijkomende posten bij meerwerken [50](#page=50).
* **As-built gegevens:** Documentatie van wat effectief gebouwd is [50](#page=50).
* **Toolbox meetings/veiligheidsbriefings:** Notulen en aanwezigheidslijsten van veiligheidsvergaderingen [50](#page=50).
* **Veiligheidsinspectieverslagen:** Controleverslagen van PBM’s, signalisatie, orde en netheid [50](#page=50).
* **Ongevallenrapporten/bijna-ongevallen:** Registratie en analyse van incidenten [50](#page=50).
* **Keuringen:** Attesten van stellingen, kranen, elektriciteit, hijsmaterieel [50](#page=50).
* **Kwaliteitscontrolelijsten:** Checklist per fase [50](#page=50).
* **Werfverslagen (coördinatievergadering):** Verslag van wekelijkse werfvergaderingen [50](#page=50).
* **Leveringslijsten/stockbeheer:** Overzicht van ontvangen en gebruikte materialen [50](#page=50).
* **Urenstaten/werkstaten:** Uren van arbeiders en onderaannemers [50](#page=50).
* **Meerwerken- en afwijkingsmeldingen:** Meldingen van bijkomende of afwijkende werken met kostenraming [50](#page=50).
* **Opvolgingsplanning (lookahead):** 2-3 weken planning van komende werkzaamheden [51](#page=51).
De projectleider verzamelt, controleert en beheert een reeks documenten om het project beheersbaar te maken, waaronder gedetailleerde uitvoeringsplanningen, vergaderverslagen, financiële voortgangsrapporten, vorderingsstaten, kwaliteitscontrole- en keuringsrapporten, en het V&G-plan (#page=51, 52) [51](#page=51) [52](#page=52).
### 4.6 Oplevering en nazorg
Na de voltooiing van de werken volgen de oplevering en de nazorgfase.
#### 4.6.1 Taken van de architect bij het einde der werken
De architect coördineert de voorlopige en definitieve oplevering, volgt opleverpunten op, maakt het as-built dossier op en regelt de financiële en administratieve afhandeling, inclusief de opmaak van het postinterventiedossier en de EPB-eindafrekening [53](#page=53).
#### 4.6.2 De oplevering
* **Voorlopige oplevering:** Markering van het einde van de uitvoering, waarbij de woning in gebruik kan worden genomen. Schade wordt overgedragen aan de bouwheer en de garantieperiode voor kleine gebreken start [55](#page=55).
* **Definitieve oplevering:** Vindt plaats 1 jaar na de voorlopige oplevering, waarna de 10-jarige aansprakelijkheid voor ernstige gebreken start [55](#page=55).
#### 4.6.3 Taken van de werfleider na de werken
De werfleider levert het opleveringsverslag, de punchlist/restpuntenlijst, het as-built dossier en het kwaliteitsdossier aan [56](#page=56).
#### 4.6.4 Taken van de projectleider na de werken
Na het einde van het project stelt de projectleider het opleveringsverslag op, beheert de restpuntenlijst, deelt het as-built dossier en de nazorg-/garantieplanning, en voert de nacalculatie uit [56](#page=56).
#### 4.6.5 De nacalculatie
De nacalculatie, uitgevoerd na de oplevering, vergelijkt de oorspronkelijke raming/offerte met de reële kosten. Dit dient om de eenheidsprijzen aan te passen voor toekomstige projecten, de winstmarge te behouden en het verschil tussen raming en afrekening te verkleinen [56](#page=56).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Bouwproces (BP) | Het gehele traject van een bouwproject, opgedeeld in verschillende fasen met specifieke betrokken partijen en documenten. |
| Voorstudie (VS) | De initiële fase van een bouwproject waarin de wensen van de bouwheer worden verzameld, de regelgeving wordt onderzocht en een eerste raming wordt gemaakt. |
| Ontwerp (O) | De fase waarin de architect de plannen voor het bouwwerk uitwerkt, beginnend met een schetsontwerp tot aan het uitvoeringsontwerp. |
| Omgevingsaanvraag/-vergunning | Het proces waarbij de architect namens de bouwheer toestemming vraagt aan de overheid voor het uitvoeren van vergunningsplichtige handelingen, zoals de bouw van een woning. |
| Bestek (Lastenboek) | Een gedetailleerd en juridisch bindend document dat alle technische en administratieve voorschriften, specificaties en contractuele afspraken voor een bouwproject beschrijft. |
| Meetstaat | Een gedetailleerde en kwantitatieve lijst van alle posten die nodig zijn voor de uitvoering van een bouwproject, inclusief de hoeveelheden van materialen en werkzaamheden. |
| Technische fiche | Een document dat de gedetailleerde technische specificaties, eigenschappen en gebruiksaanwijzingen van een product, materiaal, machine of dienst beschrijft. |
| Stabiliteitsstudie | Een analyse uitgevoerd door een stabiliteitsingenieur om te garanderen dat een constructie stabiel, stevig en veilig is door het berekenen van krachten en het dimensioneren van structurele elementen. |
| EPB-verslag | Een officieel document dat de energieprestaties van een gebouw samenvat, opgesteld door een erkende EPB-verslaggever, en dat de naleving van de EPB-regelgeving aantoont. |
| Veiligheidscoördinator (VC) | Een expert die de veiligheid en gezondheid op een bouwplaats coördineert, risico's analyseert en preventiemaatregelen opstelt in een veiligheids- en gezondheidsplan (V&G-plan). |
| Postinterventiedossier (PID) | Een naslagdocument dat alle as-build informatie, keuringsverslagen, attesten en onderhoudsfiches van een pand bundelt, essentieel voor toekomstig onderhoud en herstelwerken. |
| Voorlopige oplevering | Het moment waarop de bouwheer, geadviseerd door de architect, de uitgevoerde werken voorwaardelijk aanvaardt van de aannemer, na een controle op zichtbare gebreken. |
| Definitieve oplevering | Het moment waarop de bouwheer de werken definitief en zonder voorbehoud aanvaardt, nadat alle resterende punten en gebreken zijn hersteld. |
| Nacalculatie | De vergelijking tussen de voorcalculatie (offerte) en de werkelijke kosten die tijdens de uitvoering van een bouwproject zijn gemaakt, om de rentabiliteit te bepalen en te verbeteren. |
| Tijdelijke Mobiele Bouwplaats (TMB) | Een bouwplaats waar civieltechnische of bouwwerken worden uitgevoerd met meer dan twee aannemers gelijktijktijdig of achtereenvolgens, met specifieke risico's als gevolg. |
| Collectieve Beschermingsmaatregelen (CBM) | Veiligheidsmaatregelen die de veiligheid van meerdere personen tegelijkertijd waarborgen, zoals leuningen, valnetten en afschermingen, en die voorrang hebben op individuele beschermingsmiddelen. |
| Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM) | Middelen die door individuele werknemers worden gedragen om hen te beschermen tegen specifieke risico's, zoals helmen, veiligheidsschoenen, oogbescherming en ademhalingsmaskers. |
| Risicoanalyse | Het proces van het identificeren van gevaren, het vaststellen en bepalen van risico's voor het welzijn van werknemers, en het evalueren van deze risico's om passende preventiemaatregelen te nemen. |