Cover
立即免费开始 T4 - endocrien stelsel LANG
Summary
# Het endocriene stelsel en de werking van klieren
Dit onderwerp verkent de verschillende types klieren en hun rollen in secretie en hormoonproductie binnen het endocriene stelsel.
### 4.1 Secretie: endocriene en exocriene klieren
Secretie onderscheidt zich tussen slijmcellen en klierweefsel. Slijmcellen produceren slijm, een glijmiddel dat ook beschermt tegen uitdroging en schadelijke invloeden zoals enzymen en zuren. Klierweefsel, als type epitheelweefsel, wordt onderverdeeld in klieren met een afvoerbuis (exocriene klieren) en klieren zonder afvoerbuis [1](#page=1).
#### 4.1.1 Exocriene klieren
Exocriene klieren zijn verbonden met de "buitenwereld", meestal het lumen van een hol orgaan, via een afvoergang. De secretieproducten worden via deze gang naar buiten afgevoerd (ex- = naar buiten) [2](#page=2).
Voorbeelden van exocriene klieren zijn:
* **Speekselklieren:** Drie paar speekselklieren (oorspeekselklier, ondertongspeekselklier, onderkaakspeekselklier) produceren speeksel, dat via afvoergangen in de mondholte terechtkomt. Haarvaten leveren voedingsstoffen en zuurstof aan de producerende cellen, maar nemen het speeksel niet op [2](#page=2).
* **Melkklieren:** Deze klieren zijn bij de vrouw tot volle ontwikkeling gekomen en bestaan uit ongeveer 20 kwabjes (lobben) die uitmonden in de tepel. Tijdens zwangerschap breidt het buizensysteem zich uit onder invloed van hormonen. Na de geboorte start de melkproductie door het hormoon prolactine. Het gladde spierweefsel van de melkgangen en de tepel kan samentrekken onder invloed van neurale en hormonale prikkels, zoals oxytocine [3](#page=3).
#### 4.1.2 Endocriene klieren
Endocriene klieren, ook wel klieren met interne secretie of hormoonklieren genoemd, beschikken niet over een afvoerbuis. De gevormde producten, hormonen, worden rechtstreeks in de bloedbaan afgegeven [4](#page=4).
Voorbeelden van endocriene klieren zijn:
* Bijschildklieren [4](#page=4).
* Bijnieren [4](#page=4).
* Epifyse [4](#page=4).
* Hypofyse [4](#page=4).
* Hypothalamus [4](#page=4).
* Schildklier (produceert onder andere thyroxine) [4](#page=4).
* Zwezerik [4](#page=4).
* Eilandjes van Langerhans in de pancreas [4](#page=4).
> **Tip:** De werking van de meeste van deze klieren wordt verder in dit hoofdstuk toegelicht [4](#page=4).
#### 4.1.3 Gecombineerde endocriene en exocriene klieren
Sommige organen hebben zowel endocriene als exocriene functies en worden daarom gecombineerde of gemengde klieren genoemd.
Voorbeelden zijn:
* **Alvleesklier (pancreas):** Heeft een exocriene functie door de productie van pancreassap voor de spijsvertering, en een endocriene functie door de productie van de hormonen insuline en glucagon [4](#page=4).
* **Gonaden (geslachtsklieren):** Produceren geslachtshormonen (endocrien) en maken geslachtscellen aan die via een afvoerbuis naar buiten worden afgevoerd (exocrien) [4](#page=4).
---
# Belangrijkste klieren en hun hormonen
Dit deel focust op de belangrijkste endocriene klieren zoals de hypothalamus, hypofyse, epifyse, schildklier, bijschildklieren en pancreas, evenals de hormonen die zij produceren en hun functies. Veel organen produceren hormonen, maar niet alle behoren tot het endocriene stelsel, omdat hormoonproductie niet hun hoofdfunctie is, zoals bij de nieren die erytropoëtine (EPO) produceren. De hypothalamus is uniek omdat het zowel tot het zenuwstelsel als tot het endocriene stelsel behoort [5](#page=5).
### 4.3 De hypothalamus, de hypofyse en de epithalamus
#### 4.3.1 De hypothalamus
De hypothalamus, gelegen aan de onderkant van de hersenen en deel van de tussenhersenen (diencephalon), fungeert als een cruciaal controlecentrum. Het ontvangt prikkels van zintuigen en andere hersengebieden, en zijn output verloopt via het autonome zenuwstelsel en het endocriene stelsel om het lichaam aan te passen aan interne en externe omstandigheden. Neurosecretorische cellen in de hypothalamus produceren hormonen die worden opgeslagen in of de werking van de hypofyse regelen [6](#page=6).
#### 4.3.2 De hypofyse
De hypofyse, ter grootte van een erwt, is via een steeltje verbonden met de hypothalamus en bestaat uit een voorkwab (adenohypofyse) en een achterkwab (neurohypofyse). De achterkwab slaat oxytocine en antidiuretisch hormoon (ADH) op, die door neurosecretorische cellen in de hypothalamus worden aangemaakt. Oxytocine stimuleert samentrekkingen van de baarmoederwand (bevalling) en melkklieren (melkejectie), en werkt als neurotransmitter bij gedrag zoals binding en moedergedrag. ADH stimuleert waterreabsorptie in de nieren, wat essentieel is voor de homeostase van de bloedosmolariteit. Alcohol en cafeïne remmen de ADH-regulatie [10](#page=10) [8](#page=8) [9](#page=9).
De hypofysevoorkwab produceert minimaal zes proteïne/peptidehormonen, waarvan de activiteit wordt geregeld door hypothalamushormonen (releasing en inhibiting hormonen) die via een portaal bloedvatensysteem de hypofysevoorkwab bereiken. Hormonen die andere endocriene klieren als doelwit hebben zijn [11](#page=11):
* **Follikelstimulerend hormoon (FSH):** Stimuleert follikelrijping bij de vrouw en spermaproductie bij de man [12](#page=12).
* **Luteïniserend hormoon (LH):** Stimuleert ovulatie en vorming van het gele lichaam bij de vrouw, en testosteronproductie door Leydig-cellen bij de man [12](#page=12).
* **Thyroidstimulerend hormoon (TSH):** Stimuleert de schildklier voor de productie van schildklierhormonen T3 en T4 [12](#page=12).
* **Adrenocorticotroop hormoon (ACTH):** Stimuleert de bijnierschors tot productie van corticosteroïden [13](#page=13).
Andere hypofysevoorkwabhormonen zijn:
* **Prolactine:** Stimuleert groei en melkaanmaak in de melkklieren bij zwangere vrouwen; bij mannen voor ontwikkeling van prostaat en zaadblaasjes [14](#page=14).
* **Groeihormoon (GH):** Aangemaakt in de hypofyse, gereguleerd door GHRF en somatostatine uit de hypothalamus. Wordt stootsgewijs afgegeven, vooral bij lichaamsbeweging en slaap. Essentieel voor groei, werkt samen met schildklierhormoon T4. Hypersecretie leidt tot reuzengroei of acromegalie; hyposecretie in de kindertijd tot dwerggroei (nanisme) [14](#page=14) [15](#page=15) [16](#page=16).
#### 4.3.3 De epithalamus (pijnappelklier)
De pijnappelklier (epifyse) bevindt zich diep in de hersenen en secreteert onder andere melatonine, dat een rol speelt in het slaap-waakritme. Melatonineproductie wordt gestimuleerd door duisternis en geremd door licht, en regelt circadiane en seizoensgebonden cycli [18](#page=18).
### 4.4 De schildklierhormonen
De schildklier, gelegen aan de ventrale kant van de luchtpijp, produceert schildklierhormonen (T3 en T4), die jood bevatten en gebaseerd zijn op het aminozuur tyrosine. Deze hormonen hebben een brede werking, zijn belangrijk voor ontwikkelingsprocessen, stimuleren het metabolisme (aëroob katabolisme), verhogen de lichaamswarmte (thermoregulatie) en dragen bij aan homeostatische functies zoals bloeddruk en hartslag [19](#page=19) [20](#page=20).
* **Hyperthyroïdisme** (te veel schildklierhormonen) kan leiden tot hoge lichaamstemperatuur, zweten, gewichtsverlies, prikkelbaarheid en hoge bloeddruk. De ziekte van Graves is een auto-immuunvorm [21](#page=21).
* **Hypothyroïdisme** (te weinig schildklierhormonen) kan bij aangeboren vorm of in de kindertijd leiden tot vertraagde groei en mentale ontwikkeling (cretinisme). Een tekort aan jood kan leiden tot een kropgezwel (goiter) [21](#page=21) [22](#page=22).
De schildklier produceert ook calcitonine, wat een rol speelt in de calciumhuishouding [20](#page=20).
### 4.5 De bijschildklierhormonen (parathormoon)
De vier bijschildklieren produceren parathormoon (PTH), dat essentieel is voor de regulatie van calcium- en fosfaatgehalte in het bloed. PTH stimuleert de bloedcalciumconcentratie door resorptie uit botweefsel, verhoogde calciumreabsorptie in de nieren, en stimulatie van de actieve vorm van vitamine D (calcitriol) voor calciumabsorptie in de dunne darm. Calcitonine, geproduceerd door de schildklier, heeft een antagonistisch effect en verlaagt de bloedcalciumconcentratie door opname in botweefsel en verminderde reabsorptie in de nieren [23](#page=23) [24](#page=24).
### 4.6 Hormonen van de pancreas: insuline en glucagon
#### 4.6.1 Bloedglucosehomeostase
Het endocriene deel van de pancreas, de eilandjes van Langerhans, produceert insuline (bètacellen) en glucagon (alfacellen). Bloedglucosehomeostase is cruciaal voor de hersenen, die continu glucose nodig hebben als energiebron. Een setpoint voor bloedglucose is ongeveer 90mg/100ml. Insuline verlaagt de bloedglucoseconcentratie, terwijl glucagon deze verhoogt. Andere hormonen zoals adrenaline, cortisol en groeihormoon beïnvloeden ook de koolhydratenstofwisseling [25](#page=25) [26](#page=26) [27](#page=27).
#### 4.6.2 Insuline
Insuline verlaagt de bloedglucose door de glucoseopname door lichaamscellen te stimuleren, de glucoseverwerking te bevorderen (glycolyse, glycogeensynthese in lever en spieren, vetomzetting) en processen die de bloedglucose verhogen te remmen. Insuline stimuleert ook de synthese van eiwitten en kan worden gezien als het hormoon dat zorgt voor opname en verwerking van voedingsstoffen [28](#page=28).
#### 4.6.3 Glucagon
Glucagon verhoogt de bloedglucoseconcentratie door de glycogeenafbraak in de lever te stimuleren, waarbij leverglycogeen wordt omgezet in vrije glucose die in de bloedbaan terechtkomt. Spierglycogeen heeft geen homeostatische functie [30](#page=30).
#### 4.6.4 Diabetes mellitus
Diabetes mellitus wordt gediagnosticeerd bij een nuchtere bloedglucose > 125mg/100ml of > 200mg/100ml gedurende de dag, wijzend op een probleem met insuline [30](#page=30).
* **Diabetes type 1:** De pancreas produceert onvoldoende insuline, vaak door auto-immuniteit, en ontwikkelt zich meestal op jongere leeftijd. Behandeling bestaat uit insuline-injecties [31](#page=31) [32](#page=32).
* **Diabetes type 2:** Cellen worden resistent voor insuline, wat leidt tot een relatief insulinetekort. Erfelijkheid speelt een grotere rol, en levensstijlfactoren zoals overgewicht en weinig beweging vergroten de kans. Behandeling richt zich op gedragsverandering, medicatie en soms insuline [33](#page=33) [34](#page=34).
* **Zwangerschapsdiabetes:** Ontstaat door hormonale veranderingen tijdens de zwangerschap [30](#page=30).
### 4.7 Hormonen van de bijnier: stresshormonen
De bijnieren, gelegen bovenop de nieren, bestaan uit een bijniermerg (adrenaline, noradrenaline) en bijnierschors (corticosteroïden). De stressrespons kent drie fasen: alarmfase, weerstandsfase en uitputtingsfase [35](#page=35) [36](#page=36).
#### 4.7.2 De bijniermerghormonen: de alarmfase
De alarmfase wordt geregeld door het sympathische zenuwstelsel en de bijniermerghormonen adrenaline en noradrenaline. Deze hormonen verhogen de hartslag, ademfrequentie, zuurstofopname, stimuleren glycogeen- en vetafbraak, en reguleren de bloeddoorstroming naar kritieke organen. Dit is de 'fight-or-flight' respons [37](#page=37) [38](#page=38).
#### 4.7.3 De bijnierschorshormonen: de weerstandsfase
De bijnierschors produceert glucocorticoïden en mineralocorticoïden, die het lichaam helpen omgaan met langdurige stress [39](#page=39).
* **Glucocorticoïden:** Beïnvloeden koolhydraat- en lipidenmetabolisme om energieniveaus te handhaven. Ze hebben ook een immuunonderdrukkende en ontstekingsremmende werking. Voorbeelden zijn corticosteroïden (cortisone) [40](#page=40).
* **Mineralocorticoïden:** Beïnvloeden voornamelijk de water- en elektrolytenbalans, zoals aldosteron dat Na+ en Cl- resorptie stimuleert, wat leidt tot een verhoogde bloeddruk [41](#page=41).
#### 4.7.4 Derde fase van de stressrespons: de uitputtingsfase
Langdurige stress kan leiden tot uitputting van reserves, orgaanfalen en ziekteverschijnselen, zowel lichamelijk als geestelijk, zoals depressie en angststoornissen door verstoring van neuromediatoren zoals serotonine en melatonine [41](#page=41) [42](#page=42).
#### 4.7.5 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
De bijnierschors produceert ook mannelijke geslachtshormonen (androgenen) in kleine hoeveelheden, die bijdragen aan haargroei en de groeispurt tijdens de puberteit [42](#page=42).
### 4.8 Geslachtshormonen geproduceerd door de geslachtsorganen
De belangrijkste bron van geslachtshormonen zijn de gonaden (testes en ovaria), die androgenen, oestrogenen en progestinen produceren. Deze hormonen staan onder invloed van FSH en LH van de hypofyse [43](#page=43).
#### 4.8.1 De androgenen
Bij mannen produceren de testes vooral androgenen, met testosteron als belangrijkste. Androgenen stimuleren de ontwikkeling van mannelijke geslachtsorganen, de secundaire mannelijke geslachtskenmerken (haargroei, stemverlaging, spier- en botgroei – anabool effect), de huid, spermatogenese en geslachtsdrift. Het anabole effect wordt soms misbruikt als doping met ernstige gezondheidsrisico's [45](#page=45) [46](#page=46).
#### 4.8.2 De oestrogenen
Bij vrouwen produceren de ovaria oestrogenen, waarvan oestradiol het belangrijkste is. Oestrogenen zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van vrouwelijke geslachtsorganen en secundaire vrouwelijke geslachtskenmerken (borstgroei, vetverdeling, bekkenverbreding) [46](#page=46).
#### 4.8.3 De progestinen
Bij vrouwen worden progestines (waaronder progesteron) voornamelijk geproduceerd door het gele lichaam en de placenta, en zijn betrokken bij de voorbereiding en ontwikkeling van de baarmoeder tijdens de zwangerschap. Bij mannen spelen ze een rol in de testosteronproductie. Na de menopauze dalen de oestrogeen- en progestineconcentraties, wat kan leiden tot symptomen zoals opvliegers en botverzwakking (osteoporose) [47](#page=47).
---
# Stressrespons en hormonen
Dit onderwerp beschrijft de drie fasen van de stressrespons (alarm, weerstand, uitputting) en de rol van bijniermerg- en bijnierschorshormonen daarin.
### 3.1 De bijnieren en hun hormonen
De bijnieren, gelegen bovenop de nieren, zijn endocriene organen die bestaan uit een bijniermerg en een bijnierschors. Het bijniermerg produceert de aminehormonen adrenaline en noradrenaline, terwijl de bijnierschors diverse soorten corticoïde hormonen produceert. Deze hormonen spelen een cruciale rol in de stressrespons, gedefinieerd als de fysiologische en gedragsmatige veranderingen die optreden als gevolg van blootstelling aan stressoren [35](#page=35).
### 3.2 De drie fasen van de stressrespons
De stressrespons wordt algemeen onderverdeeld in drie fasen [36](#page=36):
1. **De alarmfase**: Stelt het lichaam in staat onmiddellijk te reageren. Deze fase wordt geregeld door het zenuwstelsel en het endocriene stelsel, met name door adrenaline en noradrenaline [36](#page=36).
2. **De weerstandsfase**: Stelt het lichaam in staat om stress op langere termijn te hanteren. Deze fase wordt gereguleerd door het endocriene stelsel, met name door steroïde hormonen [36](#page=36).
3. **De uitputtingsfase**: Treedt op bij overmatige blootstelling aan stress, resulterend in ziekteverschijnselen op zowel lichamelijk als mentaal vlak [36](#page=36).
> **Tip:** Stress kan zowel positief (opwinding) als negatief (bedreiging) worden ervaren, maar vergt veel van het lichaam en kan bij overmatige blootstelling schadelijk zijn [36](#page=36).
### 3.3 De bijniermerghormonen: de alarmfase
De alarmfase kenmerkt zich door acute stressreacties zoals een verhoogde hartslag, snellere ademhaling en zweten, evenals een geremde eetlust en spijsvertering. Deze fase is een samenwerking tussen het zenuwstelsel en het endocriene stelsel. Bij stress stimuleert de hypothalamus de sympathische afdeling van het autonome zenuwstelsel, wat leidt tot sympatische innervatie van het bijniermerg. Als reactie hierop geeft het bijniermerg adrenaline en noradrenaline vrij in het bloed. Deze hormonen oefenen effecten uit op doelwitorganen, vergelijkbaar met die van sympatische neuronen [37](#page=37).
De primaire functie van de alarmfase is het op korte termijn verhogen van de energieproductie (ATP) in kritieke organen zoals skeletspieren, het hart en de hersenen, zodat het lichaam direct met de stressor kan omgaan. Bij dieren wordt dit de vecht-of-vluchtrespons genoemd [38](#page=38).
**Effecten van de bijniermerghormonen:**
* Verhoging van de zuurstofopname in de longen [38](#page=38).
* Verhoging van de cardiale output, wat de transport van zuurstof en brandstoffen versnelt [38](#page=38).
* Stimulatie van glyco- en vetafbraak in lever en vetweefsel, wat leidt tot meer brandstoffen in de bloedbaan [38](#page=38).
* Regulatie van de bloeddoorstroming: minder bloed naar huid, spijsverteringsorganen en nieren; meer bloed naar skeletspieren, hersenen en hart door lokale vaatverwijding [38](#page=38).
* Stimulatie van het energiemetabolisme, gericht op ATP-productie [38](#page=38).
### 3.4 De bijnierschorshormonen: de weerstandsfase
De bijnierschorshormonen spelen een rol in de langdurige stressrespons. Hun effecten duren langer dan die van de bijniermerghormonen, die kortdurend maar intenser zijn. Dit is noodzakelijk om het lichaam in staat te stellen langer met stress om te gaan en vroegtijdige uitputting te voorkomen [39](#page=39).
Er worden twee belangrijke groepen bijnierschorshormonen onderscheiden: glucocorticoïden en mineralocorticoïden. Beide groepen dragen bij aan het behoud van homeostase tijdens langdurige stress [39](#page=39).
#### 3.4.1 Glucocorticoïden
Glucocorticoïden beïnvloeden het koolhydraten- en lipidenmetabolisme. Hun algemene doel is het handhaven van bloedbrandstofniveaus voor langdurige energieproductie. Daarnaast hebben ze een immuunonderdrukkende werking en worden ze daarom in de geneeskunde gebruikt [40](#page=40).
**Effecten van glucocorticoïden:**
* Afbraak van spierweefsel (eiwitten) tot aminozuren, die in de lever kunnen worden omgezet in glucose [40](#page=40).
* Omzetting van vetten in vetweefsel tot triglyceriden, die worden afgebroken tot vetzuren en glycerol. Vetzuur dient als brandstof, terwijl glycerol in de lever tot glucose kan worden omgezet [40](#page=40).
* Onderdrukking van immuunsysteemcomponenten, met een ontstekingsremmend en immuunonderdrukkend effect. Synthetische analogen (corticosteroïden, 'cortisone') worden ingezet als ontstekingsremmers en bij auto-immuunziekten of transplantatie-afstoting [40](#page=40).
> **Tip:** Langdurig gebruik van glucocorticoïden kan bijwerkingen hebben, zoals vochtopstapeling in het gezicht. Vaak worden NSAID's (niet-steroïde anti-inflammatoire drugs) als alternatief gebruikt voor ontstekingsremming en pijnstilling [40](#page=40).
#### 3.4.2 Mineralocorticoïden
Mineralocorticoïden beïnvloeden voornamelijk de water- en elektrolytenbalans. Bij langdurige stress leidt een verhoogde ACTH-concentratie tot verhoogde secretie van aldosteron. Aldosteron stimuleert de resorptie van natrium ($Na^+$) en chloride ($Cl^-$), wat leidt tot waterretentie en een stijging van de bloeddruk [40](#page=40) [41](#page=41).
### 3.5 De uitputtingsfase
De uitputtingsfase treedt op wanneer het lichaam langdurig zijn vet- en eiwitreserves aanspreekt. In onze samenleving zijn stressoren vaak van psychosociale aard en kunnen schadelijk zijn voor zowel de lichamelijke als de geestelijke gezondheid [41](#page=41).
**Schadelijke effecten op lichamelijke gezondheid:**
* Vertraagd herstel van wonden [41](#page=41).
* Verhoogde vatbaarheid voor infecties (door immuunonderdrukking door glucocorticoïden) [41](#page=41).
* Ontwikkeling van stoornissen zoals hypertensie (met risico op hart- en vaatziekten), spijsverteringskanaalstoornissen (bv. perforatie), ongezonde voedingspatronen, en astma [41](#page=41).
* Verhoogd risico op chronische ziekten [41](#page=41).
**Schadelijke effecten op geestelijke gezondheid:**
* Verhoogd risico op psychiatrische aandoeningen zoals depressie en angststoornissen. Bij angststoornissen is de regulatie van de stressrespons verstoord [41](#page=41).
* Overmatig vrijgesteld cortisol kan de synthese van neuromediatoren die essentieel zijn voor welzijn verstoren, zoals serotonine (gerelateerd aan stemming en genot). Verminderde serotonine kan leiden tot depressie [41](#page=41).
* Verstoring van de melatonineproductie, wat slaapstoornissen kan veroorzaken [41](#page=41).
> **Tip:** Het beheersen van de stressrespons is cruciaal. Dit kan door het vermijden van stressoren, het inbouwen van relaxatiemomenten en voldoende lichaamsbeweging [42](#page=42).
### 3.6 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
Naast glucocorticoïden en mineralocorticoïden produceert de bijnierschors ook mannelijke geslachtshormonen (androgenen) in kleine hoeveelheden, zowel bij mannen als vrouwen [42](#page=42).
* Bij meisjes en jongens stimuleren androgenen de haargroei in de oksels en schaamstreek en dragen bij aan de groeispurt tijdens de puberteit [42](#page=42).
* Bij mannen zijn de effecten van bijnierandrogenen beperkt door de veel grotere hoeveelheden androgenen die door de teelballen worden geproduceerd vanaf de puberteit [42](#page=42).
* Bij vrouwen hebben bijnierandrogenen wel significante functies: ze dragen bij aan het libido en worden omgezet in oestrogenen (vrouwelijke geslachtshormonen) in andere weefsels. Na de menopauze worden alle oestrogenen gevormd uit bijnierschorsandrogenen [42](#page=42).
Ook progesteron wordt door de bijnierschors aangemaakt bij mannen en vrouwen [42](#page=42).
---
# Geslachtshormonen
Geslachtshormonen, voornamelijk geproduceerd door de geslachtsorganen en in mindere mate door de bijnieren, spelen een cruciale rol in de ontwikkeling van geslachtskenmerken, de regulatie van voortplantingscycli en seksueel gedrag [43](#page=43).
### 4.1 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
De bijnierschors produceert een derde groep steroïde hormonen, de androgenen, die verschillen van glucocorticoïden en mineralocorticoïden. Deze androgenen worden zowel bij mannen als vrouwen in kleine hoeveelheden door de bijnierschors vrijgesteld. Bij meisjes en jongens stimuleren androgenen de haargroei in de oksels en schaamstreek en dragen ze bij aan de groeispurt tijdens de puberteit. Vanaf de puberteit produceren de teelballen veel grotere hoeveelheden androgenen, waardoor de effecten van bijnierandrogenen bij mannen beperkt zijn. Bij vrouwen hebben bijnierandrogenen wel significante functies: ze dragen bij aan hun libido en worden in andere weefsels omgezet tot oestrogenen. Na de menopauze, wanneer de eierstokken geen oestrogenen meer produceren, worden alle oestrogenen gevormd uit bijnierandrogenen. De bijnierschors produceert ook progesteron bij zowel mannen als vrouwen [42](#page=42).
### 4.2 Geslachtshormonen geproduceerd door de geslachtsorganen
De geslachtsorganen, te weten de teelballen (testes) bij mannen en de eierstokken (ovaria) bij vrouwen, zijn de primaire bronnen van geslachtshormonen. Deze produceren verschillende steroïde hormonen, onderverdeeld in drie hoofdcategorieën: androgenen, oestrogenen en progestinen. Hoewel zowel mannen als vrouwen hormonen uit alle drie de categorieën produceren, verschilt de verhouding. De geslachtshormonen zijn verantwoordelijk voor de groei en ontwikkeling van de geslachtsorganen, de regulatie van voortplantingscycli en seksueel gedrag. De productie van deze hormonen staat onder controle van hypofysevoorkwab hormonen FSH en LH, die op hun beurt weer worden gestimuleerd door een specifiek releasing hormoon van de hypothalamus [43](#page=43).
#### 4.2.1 De androgenen
Bij mannen worden androgenen voornamelijk door de cellen van Leydig in de teelballen geproduceerd, met testosteron als belangrijkste androgeen. Algemeen stimuleren androgenen het behoud en de ontwikkeling van de mannelijke geslachtsorganen. Bij vrouwen zijn de androgenen afkomstig van de bijnierschors. Al vroeg in de embryonale ontwikkeling (vanaf week 6) sturen androgenen de ontwikkeling van het embryo richting mannelijke primaire geslachtskenmerken, zoals de ontwikkeling van de mannelijke geslachtsorganen [45](#page=45).
Tijdens de adolescentie zijn hoge concentraties androgenen verantwoordelijk voor de groei en ontwikkeling van de mannelijke geslachtsorganen en de secundaire mannelijke geslachtskenmerken. Dit omvat mannelijke haargroei patronen, verlaging van de stem door groei van het strottenhoofd, groei van spieren en botten (anabool effect) wat resulteert in een gespierder postuur en bredere schouders bij mannen, en een dikkere huid met stimulatie van talgklieren (risico op acné). Verder dragen androgenen bij aan de ontwikkeling van mannelijk seksueel gedrag, stimuleren ze de spermatogenese en de geslachtsdrift (libido) bij zowel mannen als vrouwen. De androgenen bij de vrouw zijn afkomstig van de bijnierschors [46](#page=46).
Het anabole effect van testosteron, ook wel bekend als "anabole steroïden", wordt soms misbruikt als doping in de sport voor prestatieverbetering in kracht- en explosiviteitssporten. Dit gebruik brengt echter aanzienlijke gezondheidsrisico's met zich mee, waaronder onvruchtbaarheid bij mannen (atrofie van de teelballen) en masculiniseringseffecten bij vrouwen (verkleining van borsten, lagere stem, mannelijkere lichaamsbeharing). Op lange termijn kan anabool steroïdengebruik leiden tot schade aan lever en hart [46](#page=46).
#### 4.2.2 De oestrogenen
Bij vrouwen produceren de ovaria oestrogenen, waarvan oestradiol het belangrijkste is. Oestrogenen zijn verantwoordelijk voor het behoud en de ontwikkeling van de vrouwelijke geslachtsorganen. Verhoogde productie tijdens de puberteit leidt tot groei en ontwikkeling van de vrouwelijke geslachtsorganen en de secundaire vrouwelijke geslachtskenmerken, zoals borstgroei, aanmaak van vetweefsel met typisch vrouwelijke vetverdeling (borsten, buik, schaamheuvel, heupen, bovenbenen) en verbreding van het bekken. Bij mannen produceren de cellen van Leydig androstenedion, een voorloper van oestradiol. De precieze functie van oestrogeen bij mannen is momenteel nog onderwerp van onderzoek [46](#page=46).
#### 4.2.3 De progestinen
Bij vrouwen worden progestinen voornamelijk geproduceerd door het gele lichaam in de eierstok en, in grotere hoeveelheden tijdens de zwangerschap, door de placenta. Progestinen, waartoe progesteron behoort, bereiden bij zoogdieren de baarmoeder voor op de mogelijke innesteling van een bevrucht eitje en ondersteunen de verdere ontwikkeling van de baarmoeder voor groei en ontwikkeling van het embryo. Bij mannen wordt progesteron aangemaakt tijdens de synthese van steroïdhormonen in de bijnierschors en ook geproduceerd in de testes. Bij de man speelt progesteron een rol in de productie van voldoende testosteron [47](#page=47).
Na de menopauze stoppen de ovaria met de productie van oestrogenen en progestinen, wat een geleidelijke overgang is die leidt tot onregelmatige cycli en uiteindelijk de menopauze. De daling van oestrogeenconcentraties tijdens de overgang veroorzaakt symptomen zoals temperatuurregulatiestoornissen ("vapeurs"), gemoedschommelingen, nachtzweten, vaginale droogte en ongewenst urineverlies. Een belangrijk medisch probleem is het zwakker worden van botten door verhoogde beenweefselafbraak, waardoor postmenopauzale vrouwen vatbaarder zijn voor osteoporose [47](#page=47).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Secretie | Het proces waarbij klieren stoffen produceren en afscheiden. Dit kan zowel interne secretie (in de bloedbaan) als externe secretie (naar buiten of in een orgaanlumen) omvatten. |
| Endocriene klieren | Klieren zonder afvoerbuis die hun product, hormonen, rechtstreeks in de bloedbaan afscheiden. Ze worden ook wel hormoonklieren genoemd. |
| Exocriene klieren | Klieren met een afvoerbuis die hun secretieproducten afscheiden naar de buitenwereld, wat meestal het lumen van een hol orgaan is. Voorbeelden zijn speeksel- en zweetklieren. |
| Hormonen | Chemische boodschappers die door endocriene klieren worden geproduceerd en via de bloedbaan naar doelwitorganen worden getransporteerd om fysiologische processen te reguleren. |
| Hypothalamus | Een hersengebied dat fungeert als een belangrijk controlecentrum voor het zenuwstelsel en het endocriene stelsel, verantwoordelijk voor het reguleren van lichaamstemperatuur, honger, dorst en slaap-waakcycli, en het produceren van releasing en inhibiting hormonen. |
| Hypofyse | Een kleine endocriene klier die onder invloed van de hypothalamus staat en een breed scala aan hormonen produceert die andere endocriene klieren en lichaamsprocessen reguleren, zoals groei, stofwisseling en voortplanting. |
| Epifyse (pijnappelklier) | Een endocriene klier in de hersenen die het hormoon melatonine produceert, essentieel voor de regulatie van het slaap-waakritme en seizoensgebonden cycli. |
| Schildklierhormonen (T3 en T4) | Hormonen geproduceerd door de schildklier die een cruciale rol spelen in de stofwisseling, groei, ontwikkeling en thermoregulatie van het lichaam door bijna alle celtypes te beïnvloeden. |
| Calcitonine | Een hormoon geproduceerd door de schildklier dat helpt bij de regulatie van de calciumhuishouding door de opname van calcium in het botweefsel te stimuleren en de calciumuitscheiding via de nieren te verminderen. |
| Bijschildklierhormoon (PTH) | Hormoon geproduceerd door de bijschildklieren dat essentieel is voor het handhaven van normale calcium- en fosfaatgehalten in het bloed door botresorptie, calciumreabsorptie in de nieren en vitamine D-activering te stimuleren. |
| Bloedglucosehomeostase | Het strikt gereguleerde proces dat zorgt voor een constante bloedglucoseconcentratie, essentieel voor de energievoorziening van het lichaam, met name voor de hersenen. |
| Insuline | Een hormoon geproduceerd door de bètacellen van de pancreas dat de bloedglucoseconcentratie verlaagt door de opname en verwerking van glucose door cellen te stimuleren, en de omzetting van glucose in glycogeen en vet te bevorderen. |
| Glucagon | Een hormoon geproduceerd door de alfacellen van de pancreas dat de bloedglucoseconcentratie verhoogt door de afbraak van glycogeen in de lever te stimuleren, waardoor glucose in de bloedbaan vrijkomt. |
| Diabetes mellitus | Een chronische aandoening gekenmerkt door hyperglycemie (te hoge bloedglucoseconcentratie) als gevolg van problemen met de productie of werking van insuline, leidend tot beperkingen in de glucoseopname en -verwerking door het lichaam. |
| Stressrespons | De fysiologische en gedragsmatige reacties van een organisme op stressoren, onderverdeeld in de alarmfase (snelle reactie), de weerstandsfase (langetermijn aanpassing) en de uitputtingsfase (gevolgen van langdurige stress). |
| Adrenaline en noradrenaline | Hormonen geproduceerd door het bijniermerg die een cruciale rol spelen in de alarmfase van de stressrespons door het hartritme, ademfrequentie en energiemetabolisme te verhogen, en de bloeddoorstroming te herverdelen naar kritieke organen. |
| Corticoïden (glucocorticoïden en mineralocorticoïden) | Hormonen geproduceerd door de bijnierschors. Glucocorticoïden beïnvloeden het koolhydraten- en lipidenmetabolisme en hebben immuunonderdrukkende eigenschappen, terwijl mineralocorticoïden de water- en elektrolytenbalans reguleren. |
| Geslachtshormonen (androgenen, oestrogenen, progestinen) | Steroïde hormonen geproduceerd door de geslachtsorganen (gonaden) en in mindere mate door de bijnieren, die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van geslachtskenmerken, de regulatie van voortplantingscycli en seksueel gedrag. |