Cover
Börja nu gratis gastcollege 1.docx
Summary
# Van strafrecht naar bestuurlijke handhaving
Dit onderwerp verklaart de transitie van een strafrechtelijke aanpak naar een meer bestuurlijke benadering van handhaving, inclusief de niveaus en instrumenten van bestuurlijke handhaving die beschikbaar zijn voor gemeenten.
## 1. Overzicht van strafrecht naar bestuurlijke handhaving
Traditioneel werd criminaliteit voornamelijk bestreden via het strafrecht. Echter, de toenemende complexiteit van criminaliteit, met name ondermijnende criminaliteit, heeft geleid tot een verschuiving naar een meer proactieve en bestuurlijke handhavingsaanpak. Deze nieuwe aanpak is gericht op het voorkomen van misbruik, fraude en criminele infiltratie, en geeft gemeenten meer instrumenten om risico's te beoordelen en aan te pakken.
### 1.1 Aanleiding tot de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De invoering van de Wet Gemeentelijke Bestuurlijke Handhaving (BH) is ingegeven door verschillende factoren:
* **Ondermijnende criminaliteit:** Deze vorm van criminaliteit tast maatschappelijke structuren en systemen aan, veroorzaakt economische en sociale ontwrichting, en is vaak onzichtbaar maar impactvol. De wet definieert dit als criminaliteit die voortkomt uit specifieke strafbare feiten en die maatschappelijke structuren of het vertrouwen daarin schaadt of kan schaden. Voorbeelden van deze strafbare feiten omvatten witwassen, mensenhandel, drugsproductie, fiscale en sociale fraude, en valsheid in geschrifte, gebaseerd op een lijst van 33 strafbare feiten uit de Nieuwe Gemeentewet (art. 119ter).
* **Beperkte informatiepositie van gemeenten:** Gemeenten beschikten voorheen over onvoldoende informatie om de risico's van ondermijnende criminaliteit effectief te beoordelen.
* **Gebrek aan wettelijke basis voor integriteitsonderzoek:** Integriteitsonderzoeken die gemeenten reeds uitvoerden, ontbeerden een duidelijke wettelijke grondslag.
* **Versnipperde en ontoereikende bestaande bevoegdheden:** De bestaande bevoegdheden voor handhaving waren versnipperd en boden onvoldoende mogelijkheden om de hedendaagse uitdagingen aan te gaan.
De wet beoogt een modern, duidelijk en krachtig kader te bieden aan gemeenten ter preventie van misbruik, fraude en criminele infiltratie.
### 1.2 Krachtlijnen van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De Wet BH introduceert vier belangrijke vernieuwingen:
#### 1.2.1 Gemeentelijk integriteitsonderzoek
Gemeenten krijgen de wettelijke bevoegdheid om te onderzoeken of een uitbater of onderneming een risico vormt op ondermijnende criminaliteit.
* **Toepassingsgebied:** Dit onderzoek is van toepassing op publiek toegankelijke inrichtingen waar economische activiteiten plaatsvinden, zoals cafés, nachtwinkels, massagesalons, autohandel en horeca.
* **Onderzoeksfocus:** Er wordt nagegaan of er een ernstig risico bestaat dat de zaak gebruikt wordt voor het plegen van misdrijven, het benutten van misdaadoverstenen, of dat misdrijven zijn gepleegd om de uitbating mogelijk te maken.
* **Subjecten van onderzoek:** Het onderzoek richt zich niet enkel op de uitbater, maar ook op leidinggevenden, personen met een dominante positie, financiers, aandeelhouders/UBO's en andere betrokkenen.
* **Uitvoeringsprocedure:** De burgemeester is verantwoordelijk voor het onderzoek, dat door gemeentepersoneel wordt uitgevoerd binnen een termijn van 50 dagen, verlengbaar met 30 dagen. Bij nieuwe feiten kan een nieuw onderzoek worden gestart.
* **Geraadpleegde informatie:** Gemeenten mogen onder andere het Centraal Register Integriteitsonderzoeken (CRIO), politieadvies, eigen databanken, strafregisters, publieke bronnen (inclusief sociale media), de ARIEC en gerechtelijke overheden raadplegen. Casusoverleg is eveneens mogelijk.
* **Rol van DIOB:** De Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen (DIOB) moet advies geven wanneer er aanwijzingen zijn van een ernstig risico of wanneer de gemeente maatregelen wil nemen. Dit advies is niet bindend, maar wel verplicht om maatregelen te kunnen nemen.
* **Mogelijke gevolgen:** Voor vergunningsplichtige zaken kunnen dit weigering, schorsing of opheffing (maximaal 6 maanden) van de vergunning zijn, eventueel onder voorwaarden. Voor niet-vergunningsplichtige zaken kan dit de sluiting van de inrichting zijn. Beroep tegen deze beslissingen is mogelijk bij de Raad van State.
> **Tip:** Het integriteitsonderzoek is een proactief instrument om te voorkomen dat criminele elementen zich nestelen in legale economische structuren.
#### 1.2.2 Versterkte informatiepositie
Gemeenten krijgen meer toegang tot informatie, maar er zijn nog steeds beperkingen:
* **Beperkingen:** Er bestaat geen wettelijke basis voor informatie-uitwisseling tussen gemeenten onderling. Toegang tot bepaalde databanken (zoals Dimona, Limosa, UBO) ontbreekt nog, en de toegang tot inspectiediensten en fiscale informatie is beperkt.
* **Conclusie:** Hoewel de informatiepositie is verbeterd, is deze nog steeds niet volledig toereikend.
#### 1.2.3 Oprichting DIOB & verankering ARIEC
* **DIOB (Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen):** Deze directie heeft twee hoofdtaken:
* **Risicoanalyses:** Identificeren van kwetsbare sectoren op basis van CRIO-gegevens, wetenschappelijke data en trends.
* **Adviesverlening:** Gemeenten zijn verplicht de DIOB te raadplegen bij ernstige risico's. De DIOB bevraagt negen partnerdiensten en deelt enkel strikt noodzakelijke persoonsgegevens. Het advies is niet bindend, maar wel een vereiste voor het nemen van maatregelen.
* **ARIEC (Advies- en Recherchecentrum Integriteitsbeoordeling voor Overheden):** Blijft bestaan als netwerkorganisatie die gemeenten ondersteunt bij de bestuurlijke aanpak van ondermijning.
#### 1.2.4 Bestuurlijke verzegeling & bestuurlijke dwangsom
De wet biedt een nieuwe wettelijke basis voor:
* **Bestuurlijke dwangsom:** Dit instrument (art. 133ter §1 NGW) kan worden opgelegd om naleving van voorschriften af te dwingen.
* **Bestuurlijke verzegeling:** Dit instrument (art. 133ter §2 NGW) kan worden toegepast bij de sluiting van inrichtingen.
### 1.3 Verhouding met algemene bestuurlijke politie
De burgemeester heeft een algemene bevoegdheid om de openbare orde te beschermen (veiligheid, rust, gezondheid). Echter, de Raad van State oordeelt dat bijzondere wetgeving, zoals de Wet BH, voorrang heeft op de algemene bevoegdheid. De burgemeester mag artikel 135 §2 NGW niet gebruiken wanneer er een specifieke regeling bestaat. Dit kan leiden tot onduidelijkheid over de samenloop van bevoegdheden.
### 1.4 Evaluatie van de Wet BH
* **Positieve punten:**
* Gemeenten hebben eindelijk een wettelijke basis voor integriteitsonderzoek.
* De informatiepositie is verbeterd.
* De DIOB biedt ondersteuning aan gemeenten.
* Nieuwe instrumenten zoals verzegeling en dwangsom zijn ingevoerd.
* **Aandachtspunten en knelpunten:**
* De toepassing is beperkt tot bepaalde sectoren.
* Het verplichte advies van de DIOB kan maatregelen vertragen.
* Sommige databanken blijven ontoegankelijk.
* De samenloop met de algemene politiebevoegdheid blijft onduidelijk.
* Gemeenten moeten soms hele sectoren screenen bij het opmaken van politieverordeningen.
* Er is een noodzaak aan periodieke herevaluatie van maatregelen, zoals aangegeven door een arrest van het Grondwettelijk Hof.
### 1.5 Recente rechtspraak – Grondwettelijk Hof arrest 142/2025
Het Grondwettelijk Hof heeft artikel 35 van de Wet BH gedeeltelijk vernietigd:
* **Middel 1 (strafrechtelijke aard van maatregelen):** Het Hof oordeelde dat de maatregelen geen strafrechtelijk karakter hebben en verklaarde dit middel ongegrond.
* **Middel 2 (schending vrijheid van ondernemen en eigendomsrecht):** Het Hof erkende dat de maatregelen ingrijpend kunnen zijn. Een probleem was dat er geen verplichte periodieke herevaluatie van deze maatregelen was voorzien. Daarom vernietigde het Hof artikel 35 voor zover hierin geen periodieke herziening was vastgelegd. De wetgever dient dit nu te corrigeren.
### 1.6 Vergelijking strafrechtelijke en bestuurlijke handhaving
| Aspect | Gerechtelijk handhaven | Bestuurlijk handhaven |
| :--------------------- | :--------------------------------------------------------- | :--------------------------------------------------------------------------------------------- |
| **Vaststelling** | Politie als vaststeller | Politie en toezichters als vaststellers (Accijns- en Administratieve vaststellers - AA) |
| **Vervolging/Sanctie** | Parket als vervolginstantie; Rechtbank als sanctioneringsinstantie | Bestuurlijke instanties en/of personen als sanctioneringsmechanisme (sanctionerend ambtenaar, college, burgemeester) |
| **Inbreuk** | Inbreuk op de wet (diefstal, oplichting, etc.); Bijzondere wetten (belastingsfraude, sociale fraude) | Inbreuken op 'lokaal' wetboek (politiecodex, terrassenreglement, uitbatingsvergunning); Bijzondere wetgeving die lokale handhavingsinstrumenten stelt (bv. art. 9bis Drugswet) |
| **Sancties** | Boetes; Gevangenisstraf; Verbeurdverklaring | Boetes tot 500 euro; Sluiting van een instelling; Schorsing/intrekking van een vergunning; Maatregelen Burgemeester (bv. plaatsverbod, preventie) |
### 1.7 Niveaus van bestuurlijke handhaving
Bestuurlijke handhaving kan op twee niveaus worden onderscheiden:
* **Maatregelen:** Dit zijn preventieve handelingen gericht op het voorkomen van herhaling van bepaald gedrag. Het gaat om maatregelen die worden opgelegd aan een persoon om te voorkomen dat hij het opnieuw doet. Bijvoorbeeld het tijdelijk of definitief intrekken van een vergunning of het opleggen van een plaatsverbod.
* **Sancties:** Dit zijn de gevolgen die worden verbonden aan een overtreding. Dit kan gaan van een boete tot meer ingrijpende maatregelen zoals de sluiting van een inrichting.
De burgemeester heeft op grond van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet een algemene bevoegdheid om alle maatregelen te nemen die nodig zijn om problemen in de gemeente op te lossen. Dit kan variëren van tijdelijke tot definitieve intrekking van vergunningen of het opleggen van preventieve maatregelen. In urgente gevallen kan de burgemeester regels uitvaardigen in plaats van de gemeenteraad.
> **Tip:** Het onderscheid tussen maatregelen en sancties is cruciaal voor het begrijpen van de reikwijdte van bestuurlijke handhaving. Maatregelen zijn gericht op preventie, terwijl sancties reactief zijn op een overtreding.
---
# Aanleiding en krachtlijnen van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
Deze sectie schetst de context voor de invoering van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving, met speciale aandacht voor ondermijnende criminaliteit en de belangrijkste vernieuwingen van de wet.
### 2.1 Aanleiding tot de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving (wet BH) is ingevoerd als reactie op de steeds complexer wordende criminaliteit, in het bijzonder ondermijnende criminaliteit. Deze vormen van criminaliteit, zoals witwassen, mensenhandel, drugscriminaliteit en diverse vormen van fraude, tasten maatschappelijke structuren aan, misbruiken economische of sociale systemen en kunnen leiden tot maatschappelijke ontwrichting. Bestaande gemeentelijke bevoegdheden bleken versnipperd en onvoldoende om deze risico's adequaat te beoordelen en te bestrijden. De wet beoogt een modern, duidelijk en krachtig kader te bieden aan gemeenten om misbruik, fraude en criminele infiltratie te voorkomen.
#### 2.1.1 Ondermijnende criminaliteit
Hoewel er geen eenduidige definitie bestaat, omvat ondermijnende criminaliteit feiten die maatschappelijke structuren aantasten of kunnen aantasten, economische of sociale systemen misbruiken, en maatschappelijke ontwrichting kunnen veroorzaken. De wet gebruikt als basis een lijst van 33 strafbare feiten, waaronder witwassen, mensenhandel, drugsproductie, fiscale fraude, sociale fraude en valsheid in geschrifte. De definitie zoals gehanteerd in de wet luidt: "Criminaliteit die haar oorsprong vindt in de strafbare feiten bedoeld in artikel 119ter, § 10, vijfde lid, van de Nieuwe Gemeentewet en die daardoor maatschappelijke structuren of het vertrouwen daarin schaadt of kan schaden en die daardoor leidt of kan leiden tot een maatschappelijke en/of economische ontwrichting."
> **Tip:** Ondermijnende criminaliteit is vaak onzichtbaar, maar heeft een enorme impact op de samenleving. Het is cruciaal om de bredere maatschappelijke gevolgen ervan te erkennen.
### 2.2 Krachtlijnen van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De wet BH introduceert vier grote vernieuwingen en verduidelijkt de verhouding met de algemene bestuurlijke politie.
#### 2.2.1 Gemeentelijk integriteitsonderzoek
Gemeenten krijgen de wettelijke bevoegdheid om te onderzoeken of een uitbater of onderneming een risico vormt op ondermijnende criminaliteit.
* **Toepassingsgebied:** Dit onderzoek is van toepassing op publiek toegankelijke inrichtingen (PTI's) waar economische activiteiten plaatsvinden, zoals cafés, nachtwinkels, massagesalons, autohandel en horeca.
* **Onderzoeksdoel:** Het onderzoek richt zich op het vaststellen van een ernstig risico dat de zaak gebruikt wordt om misdrijven te plegen, om opbrengsten van misdrijven te benutten, of dat misdrijven gepleegd zijn om de zaak te kunnen uitbaten.
* **Onderzochte personen:** Het onderzoek richt zich niet alleen op de uitbater, maar ook op leidinggevenden, personen met een dominante positie, financiers, aandeelhouders/UBO's en andere betrokkenen.
* **Procedure:** De burgemeester is verantwoordelijk voor het onderzoek, dat door gemeentepersoneel wordt uitgevoerd. De standaardtermijn is 50 dagen, met een mogelijke verlenging van 30 dagen. Bij nieuwe feiten kan een nieuw onderzoek worden gestart.
* **Te raadplegen informatie:** De gemeente mag informatie uit diverse bronnen raadplegen, waaronder het Centraal Register Integriteitsonderzoeken (CRIO), politieadvies, eigen databanken, het strafregister, publieke bronnen (inclusief sociale media), het ARIEC, gerechtelijke overheden en kan casusoverleg plegen (art. 458ter).
* **Advies van DIOB:** De Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen (DIOB) moet altijd om advies worden gevraagd wanneer er aanwijzingen zijn van een ernstig risico of wanneer de gemeente maatregelen wil nemen. Dit advies is niet bindend, maar wel een voorwaarde om maatregelen te kunnen nemen.
* **Mogelijke gevolgen:** Voor vergunningsplichtige zaken kunnen de gevolgen variëren van weigering, schorsing of opheffing van de vergunning (tot maximaal zes maanden), tot schorsing onder voorwaarden. Voor niet-vergunningsplichtige zaken kan de inrichting gesloten worden. Beroep tegen deze beslissingen is mogelijk bij de Raad van State.
#### 2.2.2 Versterkte informatiepositie
Gemeenten krijgen meer toegang tot informatie, hoewel er beperkingen blijven bestaan. Er is momenteel geen wettelijke basis voor informatie-uitwisseling tussen gemeenten onderling. Toegang tot bepaalde cruciale databanken, zoals Dimona, Limosa en UBO, ontbreekt nog. Tevens is de toegang tot informatie van inspectiediensten en fiscale informatie beperkt. Hoewel de informatiepositie is verbeterd, wordt deze nog steeds als onvoldoende beschouwd.
#### 2.2.3 Oprichting DIOB en verankering ARIEC
* **DIOB (Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen):** Deze directie heeft twee kerntaken:
* **Risicoanalyses:** Het uitvoeren van analyses om kwetsbare sectoren te identificeren, gebaseerd op CRIO-gegevens, wetenschappelijke data en trends.
* **Adviesverlening:** Gemeenten zijn verplicht de DIOB te raadplegen bij een ernstig risico. De DIOB bevraagt hiervoor negen partnerdiensten en deelt enkel strikt noodzakelijke persoonsgegevens. Het advies is niet bindend, maar wel verplicht voor het nemen van maatregelen.
* **ARIEC:** Het ARIEC (Anti-Discriminatie, Racisme en Etnisch-Culturele Betrekkingen) blijft bestaan als netwerkorganisatie die gemeenten ondersteunt bij de bestuurlijke aanpak van ondermijning.
#### 2.2.4 Bestuurlijke verzegeling en bestuurlijke dwangsom
De wet introduceert een nieuwe wettelijke basis voor:
* **Bestuurlijke dwangsom:** Dit is geregeld in artikel 133ter, § 1 van de Nieuwe Gemeentewet (NGW).
* **Bestuurlijke verzegeling:** Dit instrument kan worden ingezet bij de sluiting van inrichtingen, zoals bepaald in artikel 133ter, § 2 NGW.
#### 2.2.5 Verhouding met algemene bestuurlijke politie
De burgemeester bezit een algemene bevoegdheid om de openbare orde te beschermen (veiligheid, rust, gezondheid). Echter, de Raad van State stelt dat bijzondere wetgeving, zoals de wet BH, voorrang heeft. Dit betekent dat de burgemeester artikel 135, § 2 NGW niet mag toepassen als er een specifieke regeling bestaat. Dit kan leiden tot onduidelijkheid over de samenloop van bevoegdheden.
> **Tip:** Begrijp het hiërarchische onderscheid: specifieke wetgeving (zoals de wet BH) primeert op de algemene bevoegdheden van de burgemeester wanneer er een overlap is.
### 2.3 Evaluatie van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De wet BH wordt op verschillende punten positief beoordeeld, maar er zijn ook aandachtspunten en negatieve kritieken.
#### 2.3.1 Positieve punten
* Gemeenten hebben nu eindelijk een wettelijke basis voor integriteitsonderzoek.
* De informatiepositie van gemeenten is verbeterd.
* De DIOB biedt ondersteuning aan gemeenten.
* Nieuwe instrumenten zoals bestuurlijke verzegeling en dwangsom zijn geïntroduceerd.
#### 2.3.2 Aandachtspunten en kritieken
* De wet is beperkt tot bepaalde sectoren.
* Gemeenten moeten altijd DIOB-advies vragen voor het nemen van maatregelen, wat soms vertraging kan veroorzaken.
* Sommige belangrijke databanken blijven ontoegankelijk voor gemeenten.
* De samenloop met de algemene politiebevoegdheid blijft onduidelijk.
* Er is een noodzaak aan periodieke herevaluatie van maatregelen, zoals aangegeven door het Grondwettelijk Hof.
### 2.4 Recente rechtspraak: Grondwettelijk Hof arrest 142/2025
Het Grondwettelijk Hof heeft artikel 35 van de wet BH gedeeltelijk vernietigd.
* **Middel 1 (strafrechtelijke aard van maatregelen):** Het Hof oordeelde dat de maatregelen geen strafrechtelijk karakter hebben, waardoor dit middel ongegrond werd verklaard.
* **Middel 2 (schending vrijheid van onderneming en eigendomsrecht):** Het Hof erkende dat de maatregelen zeer ingrijpend kunnen zijn. Het voornaamste probleem was het ontbreken van een verplichte periodieke herevaluatie van deze maatregelen. Om deze reden vernietigde het Hof artikel 35 in de mate dat er geen periodieke herziening voorzien is. De wetgever is nu verplicht dit aan te passen.
### 2.5 Slotconclusie
De wet BH is een belangrijke stap voorwaarts in de strijd tegen ondermijnende criminaliteit. Ze voorziet gemeenten van een wettelijke basis voor integriteitsonderzoek, verbetert hun informatiepositie, biedt ondersteuning via de DIOB en het ARIEC, en introduceert nieuwe handhavingsinstrumenten. Desondanks blijven er belangrijke knelpunten bestaan, waaronder de beperkte toegang tot databanken, het soms vertragende verplichte DIOB-advies, de onduidelijkheid met algemene politiebevoegdheden en de noodzaak tot periodieke herziening van maatregelen zoals bevestigd door het Grondwettelijk Hof.
#### 2.5.1 Vergelijking Gerechtelijk en Bestuurlijk Handhaven
| Kenmerk | Gerechtelijk Handhaven | Bestuurlijk Handhaven |
| :---------------------- | :--------------------------------------------------- | :----------------------------------------------------------------------------------------- |
| Vaststelling feiten | Politie | Politie en toezichters (ambtelijke handhavers) |
| Vervolging/sanctionering | Parket (vervolgingsinstantie) | Bestuurlijke instanties/personen (sanctionerend ambtenaar, college, burgemeester) |
| Toepassing sancties | Rechtbank | Bestuurlijke instanties (zoals hierboven genoemd) |
#### 2.5.2 Soorten Inbreuken en Handhaving
| Categorie Inbreuk | Voorbeelden |
| :---------------------------------- | :--------------------------------------------------------------------------------------- |
| Inbreuk op de wet (strafrechtelijk) | Diefstal, oplichting, ... |
| Inbreuk op lokaal regelgevend kader | Politiecodex, terrassenreglement, uitbatingsvergunning, ... |
| Bijzondere wetten | Belastingsfraude, sociale fraude, ... |
| Bijzondere wetgeving met lokale instrumenten | Art. 9bis Drugswet, wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving (bestuurlijke dwangsom/verzegeling) |
#### 2.5.3 Mogelijke Sancties
| Gerechtelijke Sancties | Bestuurlijke Sancties |
| :------------------------- | :----------------------------------------------------------------- |
| Boetes | Boetes tot 500 euro |
| Gevangenisstraf | Sluiting van een inrichting |
| Verbeurdverklaring | Schorsing/intrekking van een vergunning |
| | Maatregelen van de burgemeester: plaatsverbod, preventieve maatregelen |
---
# Evaluatie en recente rechtspraak met betrekking tot de wet BH
Dit gedeelte behandelt de evaluatie van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving, inclusief de positieve punten en aandachtspunten, en analyseert recente rechtspraak, met name een arrest van het Grondwettelijk Hof.
### 3.1 Evaluatie van de wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving
De wet gemeentelijke bestuurlijke handhaving (Wet BH) is ingevoerd om gemeenten een modern, duidelijk en krachtig kader te bieden in de strijd tegen ondermijnende criminaliteit. De aanleidingen hiervoor waren de toenemende complexiteit van criminaliteit, met name ondermijende criminaliteit zoals witwassen, mensenhandel, drugscriminaliteit en fraude. Gemeenten hadden voorheen onvoldoende informatie om risico's te beoordelen, ontbrak er een wettelijke basis voor integriteitsonderzoeken die al werden uitgevoerd, en waren bestaande bevoegdheden versnipperd en ontoereikend.
#### 3.1.1 Positieve punten van de evaluatie
* **Wettelijke basis voor integriteitsonderzoek:** Gemeenten beschikken nu over een wettelijke basis om te onderzoeken of uitbaters of ondernemingen een risico vormen op ondermijnende criminaliteit, met name bij publiek toegankelijke inrichtingen waar economische activiteiten plaatsvinden.
* **Verbeterde informatiepositie:** Gemeenten krijgen meer toegang tot relevante informatie, hoewel dit nog steeds niet altijd voldoende is.
* **Ondersteuning via DIOB en ARIEC:** De oprichting van de Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen (DIOB) en de verankering van het Advies- en Meldpunt voor Ondermijning (ARIEC) bieden gemeenten cruciale ondersteuning.
* **Nieuwe handhavingsinstrumenten:** De wet introduceert nieuwe instrumenten zoals bestuurlijke verzegeling en bestuurlijke dwangsommen.
#### 3.1.2 Aandachtspunten en kritiekpunten uit de evaluatie
* **Beperking tot specifieke sectoren:** De toepassing van de wet is beperkt tot bepaalde sectoren, wat impliceert dat niet alle risico's op ondermijning volledig worden aangepakt.
* **Verplicht advies DIOB:** Gemeenten moeten altijd advies vragen aan DIOB voor het nemen van maatregelen, wat de procedure soms kan vertragen.
* **Toegankelijkheid van databanken:** Sommige belangrijke databanken blijven ontoegankelijk voor gemeenten, wat de informatiepositie verder beperkt.
* **Samenloop met algemene politiebevoegdheid:** Er blijft onduidelijkheid bestaan over de samenloop en de voorrang van de specifieke bevoegdheden onder de Wet BH ten opzichte van de algemene politiebevoegdheden van de burgemeester. De Raad van State heeft geoordeeld dat bijzondere wetgeving voorrang heeft op de algemene bevoegdheid uit artikel 135 §2 NGW.
* **Screenen van hele sectoren:** Bij het opstellen van een politieverordening moeten gemeenten soms hele sectoren screenen, wat een aanzienlijke inspanning kan vergen.
* **Nood aan periodieke herziening van maatregelen:** Een belangrijk aandachtspunt, aangekaart door het Grondwettelijk Hof, is de noodzaak van een periodieke herevaluatie van bestuurlijke maatregelen.
### 3.2 Recente rechtspraak: Arrest Grondwettelijk Hof 142/2025
Het Grondwettelijk Hof heeft in arrest 142/2025 artikel 35 van de Wet BH gedeeltelijk vernietigd.
#### 3.2.1 Analyse van de middelen en de beslissing van het Hof
* **Middel 1 (strafrechtelijke aard van maatregelen):** De klacht betrof de strafrechtelijke aard van de door de wet voorziene maatregelen. Het Hof oordeelde dat de maatregelen geen strafrechtelijk karakter hebben en verklaarde dit middel ongegrond.
* **Middel 2 (schending vrijheid van ondernemen en eigendomsrecht):** Dit middel richtte zich op de mogelijke schending van de vrijheid van ondernemen en het eigendomsrecht door de ingrijpende aard van de bestuurlijke maatregelen. Het Hof erkende dat deze maatregelen zeer ingrijpend kunnen zijn. Het belangrijkste pijnpunt dat het Hof identificeerde, was het ontbreken van een **verplichte periodieke herevaluatie** van de opgelegde maatregelen.
#### 3.2.2 Gevolg van het arrest
Als gevolg van de beslissing van het Hof is artikel 35 van de Wet BH vernietigd in de mate dat er geen periodieke herziening van de maatregelen is voorzien. De wetgever is nu gehouden om deze lacune te herstellen en de wet aan te passen om te voorzien in een dergelijke periodieke herziening.
> **Tip:** Het arrest van het Grondwettelijk Hof benadrukt het belang van proportionaliteit en rechtszekerheid. Bestuurlijke sancties, hoe noodzakelijk ook, mogen niet permanent worden opgelegd zonder periodieke toetsing aan de evoluerende omstandigheden.
### 3.3 Belangrijkste instrumenten en verhoudingen
#### 3.3.1 Bestuurlijke handhaving versus gerechtelijke handhaving
Het document schetst een duidelijk onderscheid tussen gerechtelijke en bestuurlijke handhaving:
| Kenmerk | Gerechtelijke handhaving | Bestuurlijke handhaving |
| :---------------------- | :----------------------------------------------------- | :------------------------------------------------------------------------------- |
| Vaststelling inbreuk | Politie als vaststeller | Politie en toezichters als vaststellers (ambtenaren met akte van bevoegdheid) |
| Opvolging | Parket als vervolginstantie | Bestuurlijke instanties en/of personen als sanctioneringsmechanisme |
| Sanctie-instantie | Rechtbank als sanctioneringsinstantie | Sanctionerend ambtenaar, college, burgemeester |
| Type inbreuk | Inbreuk op de wet (diefstal, oplichting, etc.) | Inbreuken op 'lokaal' wetboek (politiecodex, terrassenreglement, uitbatingsvergunning), bijzondere wetgeving die lokale instrumenten biedt (bv. art. 9bis Drugswet) |
| Mogelijke sancties | Boetes, gevangenisstraf, verbeurdverklaring | Boetes tot 500 euro, sluiting van een instelling, schorsing/intrekking van een vergunning, bestuurlijke maatregelen van de burgemeester (bv. plaatsverbod, preventie) |
#### 3.3.2 Rol van de burgemeester en het DIOB
* **Burgemeester:** De burgemeester beschikt over een algemene bevoegdheid om de openbare orde te beschermen (veiligheid, rust, gezondheid). Echter, bij het bestaan van specifieke wetgeving, zoals de Wet BH, heeft deze voorrang.
* **DIOB (Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen):**
* **Taken:** Voert risicoanalyses uit op basis van beschikbare data en wetenschappelijke inzichten, en verleent advies aan gemeenten.
* **Advies:** Het advies van DIOB is niet bindend, maar wel verplicht om bepaalde bestuurlijke maatregelen te kunnen nemen. Het vereist raadpleging van negen partnerdiensten en deelt enkel strikt noodzakelijke persoonsgegevens.
* **ARIEC:** Blijft bestaan als een netwerkorganisatie ter ondersteuning van gemeenten bij de bestuurlijke aanpak van ondermijning.
#### 3.3.3 Bestuurlijke verzegeling en dwangsom
De Wet BH introduceert een wettelijke basis voor:
* **Bestuurlijke dwangsom** (artikel 133ter §1 NGW)
* **Bestuurlijke verzegeling** bij de sluiting van inrichtingen (artikel 133ter §2 NGW)
Deze instrumenten versterken de mogelijkheden van gemeenten om effectief op te treden tegen overtredingen en ondermijnende praktijken.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Bestuurlijke handhaving | Een vorm van overheidsoptreden gericht op het afdwingen van naleving van wetten en reglementen door middel van niet-strafrechtelijke maatregelen, zoals boetes, sluitingen of intrekkingen van vergunningen. |
| Ondermijnende criminaliteit | Criminaliteit die maatschappelijke structuren aantast, economische of sociale systemen misbruikt, en leidt tot maatschappelijke ontwrichting. Dit omvat niet alleen georganiseerde misdaad, maar ook witteboordencriminaliteit en organisatiecriminaliteit. |
| Gemeentelijk integriteitsonderzoek | Een wettelijke bevoegdheid voor gemeenten om te onderzoeken of een uitbater of onderneming, met name bij publiek toegankelijke inrichtingen, een risico vormt op ondermijnende criminaliteit. |
| Bestuurlijke verzegeling | Een maatregel die de bestuurlijke verzegeling inhoudt, met name bij de sluiting van inrichtingen, wat betekent dat de toegang tot die inrichting fysiek wordt afgesloten. |
| Bestuurlijke dwangsom | Een financiële sanctie die door een bestuurlijke autoriteit wordt opgelegd aan een persoon of entiteit die een overtreding begaat, met als doel de naleving van de wet te verzekeren en verdere overtredingen te ontmoedigen. |
| DIOB (Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen) | Een overheidsinstantie die risicoanalyses uitvoert en advies verleent aan gemeenten bij het beoordelen van integriteitsrisico's en het nemen van maatregelen tegen ondermijnende criminaliteit. |
| ARIEC | Een netwerkorganisatie die gemeenten ondersteunt bij de bestuurlijke aanpak van ondermijning door informatie en expertise te delen. |
| Grondwettelijk Hof (GwH) | Het hoogste rechtscollege in België dat oordeelt over de grondwettelijkheid van wetten en wetgevende decreten, en optreedt als scheidsrechter in geschillen tussen de federale overheid en gemeenschappen/gewesten. |
| Vergunningsplichtige zaken | Ondernemingen of activiteiten die een specifieke vergunning van de overheid vereisen om te mogen opereren, zoals horecazaken of nachtwinkels. |
| Niet-vergunningsplichtige zaken | Ondernemingen of activiteiten die geen specifieke vergunning van de overheid nodig hebben om te opereren, maar nog steeds onderworpen kunnen zijn aan algemene wetgeving en toezicht. |