Cover
Börja nu gratis PED 1 De_pedagogische_relatie_inleiding_studentenversie (2).pdf
Summary
# Introductie tot pedagogiek en de pedagogische relatie
Dit gedeelte introduceert de basisbegrippen van pedagogiek, de rol van de leraar en het belang van een veilige en leerrijke omgeving, met specifieke aandacht voor de pedagogische handeling en de essentiële rol van de leraar-leerling relatie.
### 1.1 Wat is pedagogiek?
Pedagogiek houdt zich bezig met de ontwikkeling en het leren van kinderen en jongeren, en de rol die de volwassene daarin speelt. Het omvat de praktische toepassing van kennis en inzicht in de opvoeding, vorming en begeleiding van kinderen en jongeren [24](#page=24) [2](#page=2).
#### 1.1.1 Pedagogisch handelen
Pedagogisch handelen omvat de verantwoordelijkheid van de leraar om een veilige en leerrijke omgeving te creëren voor leerlingen. Dit houdt in [15](#page=15):
* Het geven van structuur en heldere verwachtingen [15](#page=15).
* Het motiveren van leerlingen [15](#page=15).
* Het creëren van bewustzijn bij leerlingen dat de groep mede verantwoordelijk is voor het leerproces van iedereen [15](#page=15).
**Voorbeelden van pedagogiek:**
* Tegen leerlingen zeggen dat ze niet mogen eten in de klas terwijl je zelf een kop koffie vasthoudt [23](#page=23).
* Een kind troosten dat gevallen is op de speelplaats [23](#page=23).
* Tegen een kind zeggen "nu even niet" wanneer je met een collega praat en het kind je iets wil vragen [23](#page=23).
#### 1.1.2 De pedagogische situatie
Een situatie wordt als pedagogisch beschouwd wanneer de volwassene een verantwoordelijkheid draagt in de vorming van kinderen op weg naar volwassenheid [24](#page=24).
### 1.2 De pedagogische relatie
De pedagogische relatie, specifiek de band tussen de leraar en leerlingen, is cruciaal voor een goed pedagogisch klimaat [16](#page=16).
#### 1.2.1 Belang van een goede band
Een goede band tussen leraar en leerlingen resulteert in:
* Leerlingen die zich veilig voelen en actief kunnen deelnemen aan de les [16](#page=16).
* Leerlingen die zich gezien, gehoord en geaccepteerd voelen [16](#page=16).
> **Tip:** Het versterken van de band met leerlingen kan leiden tot snellere realisatie van doelen. Verbinding maken gaat verder dan enkel een kennismakingsronde [39](#page=39).
#### 1.2.2 De rol van de leraar
De leraar heeft een pedagogische (= opvoedkundige) rol waarbij hij ervoor zorgt dat leerlingen met zichzelf en anderen kunnen omgaan. Dit vereist het creëren van een veilig leef- en leerklimaat in de klas. Hoewel er geen gelijkwaardigheid is tussen leraar en leerling, draagt de leraar wel een verantwoordelijkheid [14](#page=14).
> **Tip:** De TEDtalk van Rita Pierson, "Elk kind heeft een kampioen nodig", benadrukt het belang van positieve relaties voor kinderen [17](#page=17).
### 1.3 Cursusmateriaal en evaluatie
#### 1.3.1 Cursusmateriaal
Het cursusmateriaal voor dit onderdeel bestaat uit de cursus "Ontwikkelen en leren deel ‘pedagogiek’", powerpoints en aanvullend materiaal beschikbaar op Toledo [5](#page=5).
#### 1.3.2 Evaluatie
Het opleidingsonderdeel (OPO) "Ontwikkelen en leren" wordt geëvalueerd middels een examen in januari (70% van de score) en een taak (30% van de score) [6](#page=6).
* **Examen:** Betreft de delen ontwikkelings- en leerpsychologie en pedagogiek. Het is een gesloten boek examen gericht op kennis, inzicht en toepassing van de theorie [6](#page=6).
* **Taak:** Betreft de delen didactiek en digitale didactiek. Raadpleeg de opdrachtenfiche voor details [6](#page=6).
#### 1.3.3 ECTS en doorstroomregels
Om te slagen voor het OPO, moeten studenten op elk onderdeel minimaal 7/20 behalen. Indien een student op een onderdeel 7/20 of minder behaalt (een tekort van 3 punten of meer), kan hij niet slagen voor het OPO. Bij een score van 5/20 of minder op een onderdeel (een tekort van 5 punten of meer) krijgt de student een niet-tolereerbare score en kan hij niet slagen voor het OPO. Studenten moeten enkel de onderdelen van het OPO opnieuw afleggen waarvoor ze nog niet geslaagd zijn in een volgend semester (EP3) [7](#page=7).
### 1.4 Verwachtingen en afspraken
#### 1.4.1 Verwachtingen van de docent
Van studenten wordt verwacht dat zij het (digitale) cursusmateriaal, pennen, papier en powerpoints meebrengen. Daarnaast dienen zij verslagen van kijkwijzers voor te bereiden [8](#page=8).
#### 1.4.2 Gedragsafspraken
* Gsm's dienen aan de kant te blijven [8](#page=8).
* Laptops mogen uitsluitend voor notities gebruikt worden [8](#page=8).
* Ga discreet om met toiletbezoek [8](#page=8).
### 1.5 Kennismaking en verbinding
#### 1.5.1 Kijkwijzer: Kennismaken en verbinden
Studenten dienen de kijkwijzer "Kennismaken en verbinden" uit te werken tegen 7 oktober 2025. Dit omvat een kennismakingsspel, waarvan inspiratie op Toledo te vinden is. De uitwerking van het spel dient meegebracht te worden naar de eerstvolgende les pedagogiek na de observatiedag [12](#page=12).
#### 1.5.2 Opladen en bewaren
De uitwerking van de kijkwijzer dient geüpload te worden in LINK en bewaard te worden in de stagemap, volgens de richtlijnen in de kijkwijzer [12](#page=12).
#### 1.5.3 Artikel over verbinding
Een artikel over het belang van het versterken van de band met leerlingen suggereert dat dit leidt tot snellere doelrealisatie en dat "verbinden" meer inhoudt dan een simpele kennismakingsronde. Dit thema wordt verder uitgediept in artikelen over de kracht van verbinding maken [39](#page=39) [40](#page=40).
---
# Doelen in het onderwijs en pedagogische situaties
Dit deel behandelt de verschillende doelen in het onderwijs, zoals gekwalificeerd worden, socialisatie en subjectificatie, met inzichten van Biesta. Ook wordt het concept van een pedagogische situatie geïllustreerd aan de hand van voorbeelden.
### 2.1 Doelen in het onderwijs volgens Biesta
Het onderwijs kent drie hoofddoelen, zoals geïntroduceerd door Biesta. Deze doelen zijn kwalificatie, socialisatie en subjectificatie [19](#page=19).
#### 2.1.1 Kwalificatie
Kwalificatie verwijst naar het verwerven van kennis, vaardigheden en competenties die iemand 'kwalificeren' om specifieke taken uit te voeren of om te participeren in bepaalde domeinen. Dit kan gaan om het aanleren van academische vaardigheden, zoals taal en rekenen, maar ook om de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden [18](#page=18) [19](#page=19).
> **Voorbeeld:** In een duurzaamheidsproject leren leerlingen teksten lezen over milieuvervuiling, berekeningen maken over afvalproductie en presentaties voorbereiden. Hiermee ontwikkelen ze taal-, reken- en onderzoeksvaardigheden [18](#page=18).
#### 2.1.2 Socialisatie
Socialisatie omvat het proces waarbij individuen deel gaan uitmaken van de maatschappij en de normen, waarden en gebruiken van die samenleving leren kennen en internaliseren. Dit gebeurt door interactie met anderen en door het naleven van gedeelde regels en waarden binnen een gemeenschap, zoals de school [18](#page=18) [19](#page=19).
> **Voorbeeld:** Leerlingen werken samen aan posters en een voorlichtingsvideo voor jongere klassen. Hierdoor oefenen ze sociale vaardigheden en leren ze verantwoordelijkheid te nemen binnen de schoolgemeenschap [18](#page=18).
#### 2.1.3 Subjectificatie
Subjectificatie richt zich op de ontwikkeling van het individu als een subject met eigen waarden en motieven. Het doel is om kinderen te ondersteunen op hun weg naar volwassenheid en hen te helpen 'een persoon te worden'. Dit omvat het ontwikkelen van een eigen mening, het nadenken over persoonlijke keuzes en het ontdekken van de eigen invloed op de wereld [19](#page=19) [20](#page=20).
> **Voorbeeld:** Tijdens een klasgesprek over duurzaamheid denken leerlingen na over hun eigen rol in het verminderen van afval. Sommigen besluiten thuis actie te ondernemen en moedigen anderen aan bewuster om te gaan met afval. Ze vormen zo hun eigen mening en ontdekken hun eigen handelingsmogelijkheden [18](#page=18).
### 2.2 De pedagogische situatie
Een pedagogische situatie is een interactie tussen een opvoeder en een opvoedeling die gericht is op ontwikkeling en begeleiding. Het concept wordt vaak geïllustreerd aan de hand van concrete voorbeelden die de dynamiek van de situatie blootleggen [21](#page=21).
> **Voorbeeld:** Sam (9 jaar) trakteert zijn klas op blokjes kaas en salami. De veganistische juf weigert de traktatie. Vervolgens weigeren ook twintig van de dertig klasgenoten de traktatie, nadat een populair kind dit voordeed. Dit voorbeeld illustreert hoe een actie (de traktatie aanbieden) een kettingreactie van reacties (weigeren) kan veroorzaken, wat duidt op een sociaal systeem binnen de klas [21](#page=21) [22](#page=22).
---
# De pedagogische relatie: verantwoordelijkheid, vertrouwen en verbinding
Dit onderdeel verkent de cruciale rol van verantwoordelijkheid, vertrouwen en verbinding in het opbouwen van een warme pedagogische relatie tussen leraar en leerling, inclusief strategieën voor diverse situaties [25](#page=25) [26](#page=26) [27](#page=27) [28](#page=28) [29](#page=29) [30](#page=30) [31](#page=31) [32](#page=32) [33](#page=33) [34](#page=34) [35](#page=35) [36](#page=36) [37](#page=37) [38](#page=38) [41](#page=41).
### 3.1 Verantwoordelijkheid nemen en afleggen
Een belangrijk aspect van de pedagogische relatie is het nemen van verantwoordelijkheid. Dit betekent niet alleen consequent handelen, maar ook de bereidheid om je beslissingen te verantwoorden [27](#page=27).
#### 3.1.1 Dilemma's en consequente zijn
Situaties kunnen complex zijn, zoals het geval van Anniek die toiletbezoek nodig heeft ondanks een algemeen verbod. De vraag of leraren altijd consequent moeten zijn, wordt hier bevraagd. De kern is niet star vasthouden aan regels, maar weloverwogen beslissingen nemen en deze kunnen uitleggen [25](#page=25) [27](#page=27) [28](#page=28).
> **Tip:** Wijs is een wijs pedagogisch besluit nemen vereist dat je je keuze kunt onderbouwen [27](#page=27).
### 3.2 Vertrouwen en verbinden
Het opbouwen van vertrouwen en verbinding is essentieel voor een positieve pedagogische relatie [31](#page=31) [34](#page=34).
#### 3.2.1 Geduld als pedagogische keuze
In plaats van direct te berispen, kan een leraar kiezen voor geduld om een leerling de ruimte te geven om eigen verantwoordelijkheid te nemen. Juf Laura's aanpak met Lucas, die per ongeluk een glas omstoot, illustreert dit. Door hem apart te nemen en hem zelf na te laten denken over zijn actie en de gevolgen, voelt Lucas zich gesteund, erkent hij zijn fout en neemt hij zelf verantwoordelijkheid [30](#page=30) [31](#page=31).
> **Voorbeeld:** Juf Laura's reactie op Lucas' omgestoten glas toont aan dat je door geduld en een open gesprek een leerling helpt fouten in te zien en zelf verantwoordelijkheid te nemen [30](#page=30) [31](#page=31).
#### 3.2.2 Reageren vanuit vertrouwen
Situatie 5 met Lisa, die haar werk verbergt omdat ze het niet snapt en zich dom voelt, benadrukt het belang van reageren vanuit vertrouwen. Juf Eva spreekt Lisa niet streng aan, maar zoekt haar rustig op. Ze erkent Lisa's gevoelens en herinnert haar aan eerdere successen, waardoor Lisa zich gesteund voelt en hulp durft te vragen [33](#page=33).
#### 3.2.3 Het belang van verbinding
Een kind moet zich gezien voelen en erop kunnen vertrouwen dat de leraar het goed met hem voorheeft. Investeren in een professionele, warme pedagogische relatie is daarom cruciaal [34](#page=34).
### 3.3 De warme pedagogische relatie
Een warme pedagogische relatie is de basis voor een effectieve leeromgeving [35](#page=35).
#### 3.3.1 Rogers' pedagogische grondhouding
Carl Rogers' benadering van de pedagogische grondhouding omvat drie kerncomponenten:
* **Sense of belonging**: Het gevoel gehoord, gezien en welkom te zijn [35](#page=35).
* **Onvoorwaardelijke acceptatie en waardering**: Leerlingen mogen fouten maken zonder angst voor afwijzing [35](#page=35).
* **Echtheid (congruentie)**: Authentieke interacties waarbij de leraar zichzelf is en zijn gevoelens durft te delen [35](#page=35).
* **Empathie**: Het vermogen om zich te verplaatsen in de belevingswereld van de leerling [35](#page=35).
#### 3.3.2 Belang van relaties op klasniveau
Een positief klasklimaat, gevormd door de banden tussen leraar-leerling en leerling-leerling, heeft diverse positieve gevolgen:
* Betere sociale ontwikkeling [36](#page=36).
* Betere taalontwikkeling [36](#page=36).
* Betere schoolprestaties [36](#page=36).
* Minder probleemgedrag [36](#page=36).
#### 3.3.3 Belang van relaties op dyadisch niveau
Op dyadisch niveau (één-op-één relaties) kunnen leerlingen volledig opbloeien wanneer ze zich door de leraar gezien en gesteund voelen. Dit leidt tot [37](#page=37):
* Beter geloof in eigen kunnen [37](#page=37).
* Betere relaties met leeftijdsgenoten [37](#page=37).
#### 3.3.4 Welbevinden van de leraar
Het lesgeven is een stressvol beroep, maar de relatie met de leerlingen draagt significant bij aan het welbevinden van de leraar. Het streven naar een warme werkrelatie met elke leerling is dan ook belangrijk [38](#page=38).
### 3.4 Verwerkingsvraag/voorbeeldexamenvraag
Leerkracht-leerlingrelaties worden op twee niveaus beschreven: het klasniveau en het dyadische (één-op-één) niveau. Het klasniveau richt zich op de algemene sfeer en de onderlinge banden binnen de groep, terwijl het dyadische niveau de specifieke één-op-één relatie tussen leraar en individuele leerling betreft. Het niveau dat zichtbaar is op een foto hangt af van de specifieke inhoud van de foto [36](#page=36) [37](#page=37) [41](#page=41).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Pedagogiek | Het opvoedkundige aspect van het leraarschap, gericht op de vorming van kinderen tot volwassenen door het creëren van een veilige en leerrijke omgeving. |
| Pedagogisch handelen | De verantwoordelijkheid van de leraar om een veilige en leerrijke omgeving te creëren voor leerlingen, inclusief structuur bieden, motiveren en bewustzijn creëren over groepswerking. |
| Leeruitkomsten | Specifieke resultaten die studenten moeten bereiken na het volgen van een cursus of module, zoals kennis, vaardigheden en attitudes. |
| OPO | Een Onderwijseenheid van een opleiding die leidt tot specifieke leeruitkomsten en die geëvalueerd wordt met een studiepuntenscore. |
| ECTS | Een acroniem voor European Credit Transfer and Accumulation System, een Europese standaard voor het meten van de studiebelasting van onderwijs. |
| Kwalificatie | Het verwerven van kennis, vaardigheden en competenties die een persoon "kwalificeren" om specifieke taken uit te voeren of beroepen uit te oefenen. |
| Socialisatie | Het proces waarbij individuen leren deel uit te maken van de maatschappij, inclusief het aanleren van normen, waarden en gedragspatronen. |
| Subjectificatie | Het proces waarbij individuen hun eigen identiteit ontwikkelen, hun waarden verkennen en nadenken over hun rol en betekenis in de wereld. |
| Pedagogische relatie | De band tussen een leraar en een leerling, gekenmerkt door wederzijds vertrouwen, respect en een focus op de ontwikkeling van de leerling. |
| Pedagogische grondhouding | De houding en manier van omgaan van de leraar met leerlingen, gebaseerd op acceptatie, echtheid en empathie, zoals beschreven door Carl Rogers. |
| Onvoorwaardelijke acceptatie | Het accepteren en waarderen van leerlingen zoals ze zijn, ongeacht hun gedrag of prestaties, zonder angst voor afwijzing. |
| Echtheid (Congruentie) | De mate waarin een leraar authentiek is in interacties, zichzelf durft te zijn en zijn gevoelens op een passende manier deelt met leerlingen. |
| Empathie | Het vermogen van de leraar om zich te verplaatsen in de belevingswereld van de leerling, de gevoelens en perspectieven van de leerling te begrijpen. |
| Dyadisch niveau | Een één-op-één relatie tussen twee personen, in de context van onderwijs de relatie tussen een individuele leerling en de leraar. |
| Klasklimaat | De algemene sfeer en het welbevinden van de leerlingen binnen een klas, beïnvloed door de relaties tussen leerlingen onderling en de relatie met de leraar. |