Cover
Start now for free Supply chain managementt.pdf
Summary
# Voorraadbeheer en de kosten ervan
Voorraadbeheer omvat de principes en kosten die gepaard gaan met het aanhouden van goederen om aan verschillende bedrijfsbehoeften te voldoen, zoals klantenservice, operationele continuïteit en economische voordelen [35](#page=35).
### 1.1 Waarom voorraad aanhouden?
Het aanhouden van voorraad is essentieel om meerdere redenen [35](#page=35):
* **Klantenservice:** Voorraad maakt het mogelijk om klanten snel te bedienen en direct te leveren wat zij vragen [35](#page=35).
* **Buffer bij onvoorziene omstandigheden:** Het dient als bescherming tegen gebeurtenissen zoals beschadiging tijdens transport, waarbij direct een nieuw product kan worden verzonden [35](#page=35).
* **Operationele efficiëntie:** Het zorgt ervoor dat machines en productielijnen continu kunnen draaien, wat kostbaar herstarten voorkomt [35](#page=35).
* **Kostenbesparing op bestellingen:** Door grotere hoeveelheden in één keer te bestellen, worden kosten voor individuele zendingen, administratie en het ontvangen van goederen gereduceerd [35](#page=35).
### 1.2 Soorten voorraden
Er worden diverse soorten voorraden onderscheiden, elk met een specifieke functie [35](#page=35):
* **Strategische voorraad:** Aangehouden vanwege economische of politieke instabiliteit, bijvoorbeeld tijdens oorlog, om toekomstige leveringsproblemen te ondervangen [36](#page=36).
* **Speculatieve voorraad:** Aangehouden in afwachting van een stijging van de kostprijs, om te profiteren van lagere huidige prijzen [36](#page=36).
* **Buffervoorraad:** Dient om tekorten te voorkomen en de operationele continuïteit te waarborgen, bijvoorbeeld om stilstand van machines te vermijden [36](#page=36).
* **Cyclusvoorraad:** De voorraad die dagelijks wordt gebruikt en bestaat uit onderdelen die voor meerdere producten gelijk zijn [36](#page=36).
* **Veiligheidsvoorraad:** Zorgt voor een extra zekerheid dat er nooit te weinig is [36](#page=36).
* **Seizoensvoorraad:** Voorraad die per seizoen wordt ingekocht, bijvoorbeeld voor feestdagen of specifieke weersomstandigheden [36](#page=36).
* **Restantpartijen / Incourante voorraad:** Goederen die niet meer verkocht raken, bijvoorbeeld omdat ze uit de mode zijn [36](#page=36).
### 1.3 Kosten van voorraad
Het aanhouden van voorraad brengt diverse kosten met zich mee, die grofweg in vijf categorieën kunnen worden ingedeeld. Voorraad wordt gezien als vastgelegd geld dat geen rente oplevert, in tegenstelling tot geld op de bank. Een te grote voorraad is dan ook onwenselijk, ondanks de noodzaak om voorraad te hebben om te kunnen werken en leveren [37](#page=37) [38](#page=38).
#### 1.3.1 Bestelkosten
Dit zijn de administratieve kosten die gepaard gaan met het plaatsen van een bestelling. Dit omvat onder andere [37](#page=37):
* Raadplegen van catalogi [37](#page=37).
* Invullen van bestelformulieren [37](#page=37).
* Verkrijgen van goedkeuringen (manager, budget) [37](#page=37).
* Versturen van aanvragen naar de inkoopafdeling [37](#page=37).
* Onderzoeken van mogelijkheden en eventueel opvragen van offertes door inkoop [37](#page=37).
* Voorbereiden en verzenden van inkooporders [37](#page=37).
* Verwerken van orderbevestigingen [37](#page=37).
* Controleren van goederen [37](#page=37).
* Invoeren van voorraad in het systeem [37](#page=37).
* Ontvangen, controleren en betalen van facturen [37](#page=37).
#### 1.3.2 Rentekosten
Dit zijn de kosten die ontstaan doordat geld is geïnvesteerd in voorraad en daardoor niet beschikbaar is voor andere, potentieel renderende, investeringen, zoals rente op een bankrekening [37](#page=37).
> **Tip:** Hoewel voorraad essentieel is, leidt een te grote hoeveelheid tot gemiste rente-inkomsten [37](#page=37) [38](#page=38).
#### 1.3.3 Ruimtekosten
Deze kosten zijn gerelateerd aan de benodigde ruimte en opslagsystemen voor de voorraad, zowel in winkels als magazijnen. Ze worden ook wel magazijnkosten genoemd. Dit omvat kosten voor [38](#page=38):
* Magazijnvolume [38](#page=38).
* Verwarming en koeling [38](#page=38).
* Verzekering van de opslagruimte [38](#page=38).
#### 1.3.4 Risicokosten
Risicokosten ontstaan door verschillende vormen van verlies of waardevermindering van de voorraad [38](#page=38):
* **Beschadiging (kwalitatief risico):** Fysieke schade aan goederen, bijvoorbeeld door vallen [38](#page=38).
* **Diefstal (kwantitatief risico):** Verlies van voorraad door diefstal [38](#page=38).
* **Houdbaarheid / veroudering (commercieel risico):** Goederen die bederven, uit de mode raken of verouderen [38](#page=38).
* **Prijsfluctuatie (prijsrisico):** Waardevermindering door concurrenten die producten goedkoper aanbieden [38](#page=38).
#### 1.3.5 Nee-verkoop
Dit betreft de gemiste verkopen en de daarmee samenhangende gevolgen wanneer producten niet beschikbaar zijn in de winkel of magazijn. Lege schappen kunnen consumenten ontmoedigen [38](#page=38).
---
# Opslagmethoden en stapel-/opslagsystemen
Dit onderwerp behandelt de verschillende locatiesystemen, opslagmethoden en specifieke opslagsystemen die in logistieke en magazijnomgevingen worden gebruikt [50](#page=50) [51](#page=51) [52](#page=52) [53](#page=53) [54](#page=54) [55](#page=55).
### 2.1 Soorten locatiesystemen
Er zijn vier hoofdtypes locatiesystemen [51](#page=51):
#### 2.1.1 Vaste locatie
Bij dit systeem heeft elk goed een specifieke, vooraf bepaalde plaats in het magazijn [51](#page=51).
* **Voordelen:**
* Goederen zijn gemakkelijk terug te vinden [51](#page=51).
* Minder kans op fouten bij het opslaan of picken [51](#page=51).
* **Nadelen:**
* Ruimteverlies: een locatie kan ongebruikt blijven als er weinig voorraad is, maar neemt toch de volledige ruimte in beslag [51](#page=51).
* Problemen bij de introductie van nieuwe producten: er moet een geschikte locatie gevonden worden [51](#page=51).
#### 2.1.2 Vrije locatie
Goederen worden opgeslagen op de eerst beschikbare vrije plaats [51](#page=51).
* **Voordeel:**
* Alle beschikbare ruimte wordt optimaal benut [52](#page=52).
* **Nadeel:**
* Vereist een nauwkeurige administratie om de locatie van goederen bij te houden, aangezien ze steeds op een andere plaats kunnen worden opgeslagen [52](#page=52).
#### 2.1.3 Zone-locatie
Producten worden gegroepeerd op basis van specifieke kenmerken, zoals bijvoorbeeld chemicaliën of producten die stofvrij opgeslagen moeten worden [52](#page=52).
#### 2.1.4 Gemengde locatie
Dit systeem combineert elementen van zowel vaste als vrije locaties. Het wordt vaak gebruikt voor seizoenproducten of promotieartikelen [52](#page=52).
### 2.2 Opslagmethoden
De keuze voor een opslagmethode is vaak afhankelijk van de aard van de producten, met name hun houdbaarheid [52](#page=52).
* **FIFO (First In, First Out):** De eerste goederen die binnenkomen, zijn ook de eerste die weer worden uitgeleverd. Dit is cruciaal voor producten met een beperkte houdbaarheid, zoals fruit en groenten [52](#page=52).
* **FEFO (First Expired, First Out):** Goederen die het eerst verlopen, worden als eerste uitgeleverd. Dit is een verfijning van FIFO voor producten waar de vervaldatum bepalend is [52](#page=52).
* **LIFO (Last In, First Out):** De laatst binnengekomen goederen worden als eerste uitgeleverd. Dit is geschikt voor producten die niet kunnen vervallen, zoals kartonnen dozen of plastic ballen [52](#page=52).
### 2.3 Stapel- en opslagsystemen
Verschillende soorten rekken en systemen zijn ontworpen om de opslag van goederen te optimaliseren [53](#page=53) [54](#page=54) [55](#page=55).
#### 2.3.1 Palletstelling
Dit is een veelgebruikt systeem voor de opslag van goederen op pallets [53](#page=53).
* **Grijplagen:** Lagen in het rek waar goederen direct toegankelijk zijn [53](#page=53).
* **Bulklagen:** Lagen die zowel voorraad bovenaan als onderaan het rek bevatten [53](#page=53).
#### 2.3.2 Inrij- of doorrijstelling
Pallets worden in het rek geschoven en rollen vervolgens naar achteren, waardoor ze achter elkaar komen te staan [54](#page=54).
#### 2.3.3 Doorrolstelling
Goederen worden aan de ene kant van het rek ingeschoven en aan de andere kant uitgehaald. Dit systeem is zeer geschikt voor FIFO-toepassingen [54](#page=54).
#### 2.3.4 Draagarmstelling
Specifiek ontworpen voor de opslag van lange goederen, zoals hout of buizen [54](#page=54).
#### 2.3.5 Verrijdbare stelling
Dit systeem bestaat uit meerdere stellingen die op rails zijn gemonteerd. De gehele stelling kan naar links of rechts worden geschoven, wat de toegang voor orderverzamelaars vergemakkelijkt [55](#page=55).
#### 2.3.6 Haspelstelling
Voorzien van een as, waardoor de stelling kan draaien. Afhankelijk van de klantvraag kan een deel of de volledige haspel worden geleverd [55](#page=55).
> **Tip:** De keuze van het juiste opslagsysteem is afhankelijk van factoren zoals het type product, de benodigde opslagcapaciteit, de doorloopsnelheid en de beschikbare ruimte. Een gedegen analyse van deze factoren leidt tot efficiëntere magazijnoperaties [52](#page=52) [53](#page=53) [54](#page=54) [55](#page=55).
---
# Soorten stellingen en opslag van materialen
Dit onderwerp behandelt verschillende soorten stellingen en opslaghulpmiddelen die gebruikt worden voor het efficiënt organiseren en bewaren van materialen.
### 3.1 Soorten stellingen
Er zijn diverse typen stellingen die ontworpen zijn voor specifieke opslagbehoeften en logistieke processen.
#### 3.1.1 Verrijdbare stelling
Een verrijdbare stelling is opgebouwd uit meerdere stellingen die op rails geplaatst zijn. Hierdoor kunnen de gehele stellingconstructies naar links of rechts worden geschoven, wat ruimtebesparend werkt en de toegang tot specifieke secties vergemakkelijkt voor orderverzamelaars [55](#page=55).
#### 3.1.2 Haspelstelling
De haspelstelling is uitgerust met een as, waardoor deze kan roteren. Afhankelijk van de klantvraag kan een deel of de volledige haspel worden geleverd [55](#page=55).
#### 3.1.3 Paternosterstelling
Dit type stelling, ook wel bekend als een verticale omloopstelling, heeft legborden die een circulaire beweging maken. Een bekend voorbeeld van de toepassing hiervan is bij apotheken [56](#page=56).
> **Tip:** Paternosterstellingen zijn ideaal voor het opslaan van artikelen met een hoog draaitempo en benutten de verticale ruimte optimaal.
### 3.2 Berekeningen voor opslagcapaciteit
#### 3.2.1 Oefening 1: Dozen op een legbordstelling
Deze oefening illustreert hoe de maximale hoeveelheid dozen die op een legbord passen, berekend kan worden, rekening houdend met de afmetingen van het legbord en de dozen, en de mogelijkheid om de dozen te draaien en te stapelen.
* **Afmetingen legbord:** 100 cm (breedte) x 48 cm (diepte) x 65 cm (hoogte) [56](#page=56).
* **Afmetingen doos:** 13,5 cm (breedte) x 24 cm (diepte) x 14 cm (hoogte) [56](#page=56).
Om de capaciteit te maximaliseren, wordt een optimale oriëntatie gezocht:
* In de lengte van het legbord passen $100 \text{ cm} / 13,5 \text{ cm} = 7.40 \approx 7$ dozen [57](#page=57).
* In de diepte van het legbord passen $48 \text{ cm} / 24 \text{ cm} = 2$ dozen [57](#page=57).
* In de hoogte, bij stapelen, passen $65 \text{ cm} / 14 \text{ cm} = 4.64 \approx 4$ dozen [57](#page=57).
Het totale aantal dozen per legbord is dan het product van deze aantallen: $7 \times 2 \times 4 = 56$ dozen [57](#page=57).
**Antwoord:** Maximaal 56 dozen per legbord kunnen worden opgeslagen zonder dat ze uitsteken, mits ze slim gedraaid en gestapeld worden [57](#page=57).
#### 3.2.2 Oefening 2: Platen op een draagstelling
Deze oefening berekent hoeveel multiplexplaten van verschillende diktes op één locatie binnen een draagstelling kunnen worden geplaatst, rekening houdend met de beschikbare ruimte en benodigde manoeuvreerruimte.
* **Nuttige ruimte tussen de armen van de draagstelling:** 134 cm [57](#page=57).
* **Minimale benodigde vrije ruimte voor heftruck:** 8 cm [57](#page=57).
De beschikbare hoogte voor de platen is: $134 \text{ cm} - 8 \text{ cm} = 126 \text{ cm}$ [57](#page=57).
De berekeningen voor verschillende plaatdiktes zijn:
* **Platen van 1,4 cm dik:** $126 \text{ cm} / 1,4 \text{ cm} = 90$ platen [57](#page=57).
* **Platen van 1,8 cm dik:** $126 \text{ cm} / 1,8 \text{ cm} = 70$ platen [57](#page=57).
* **Platen van 2,2 cm dik:** $126 \text{ cm} / 2,2 \text{ cm} = 57,27$. Aangezien geen halve platen mogelijk zijn, wordt dit afgerond naar beneden: 57 platen [57](#page=57).
**Antwoord:**
* Voor platen van 1,4 cm: 90 platen [57](#page=57).
* Voor platen van 1,8 cm: 70 platen [57](#page=57).
* Voor platen van 2,2 cm: 57 platen [58](#page=58).
### 3.3 Opslaghulpmiddelen
Opslaghulpmiddelen zijn essentieel voor het bundelen, transporteren en opslaan van goederen. Ze kunnen onder andere worden onderverdeeld in de volgende categorieën [58](#page=58):
* **Europallet:** Een gestandaardiseerde pallet die veel gebruikt wordt voor het transporteren en opslaan van goederen [59](#page=59).
* **Palletbox:** Een box die op een pallet geplaatst kan worden voor het opslaan van losse of kwetsbare goederen.
* **Rolcontainer:** Een mobiele container met wielen, ideaal voor het transporteren van goederen binnen een faciliteit.
* **Big Bag:** Een grote, flexibele zak, meestal gemaakt van geweven polypropyleen, ontworpen voor het opslaan en transporteren van bulkgoederen zoals poeders, granulaten of zaden.
* **Tank:** Specifieke opslagcontainers voor vloeistoffen of gassen.
* **Krat:** Een stevige bak, vaak van kunststof, gebruikt voor het opslaan en transporteren van kleinere eenheden, zoals flessen of onderdelen.
* **Tonnen:** Cilindrische vaten, meestal gebruikt voor het opslaan van vloeistoffen, chemicaliën of voedingsmiddelen.
Deze hulpmiddelen faciliteren niet alleen de opslag, maar ook de interne transportstromen van materialen [61](#page=61).
---
# Transporthulpmiddelen
Transporthulpmiddelen zijn apparaten die worden gebruikt om goederen efficiënt van de ene plaats naar de andere te verplaatsen [61](#page=61).
### 4.1 Steekwagen
De steekwagen is een zeer eenvoudig transportmiddel dat voornamelijk wordt gebruikt voor het verplaatsen van zwaardere objecten over kortere afstanden [62](#page=62).
#### 4.1.1 Voordelen van een steekwagen
De belangrijkste voordelen van een steekwagen zijn:
* Lage aanschafkosten [62](#page=62).
* Minimale onderhoudskosten [62](#page=62).
#### 4.1.2 Nadelen van een steekwagen
Een belangrijk nadeel van de steekwagen is dat deze niet geschikt is voor transport over langere afstanden [62](#page=62).
#### 4.1.3 Toepassingen van een steekwagen
Een steekwagen kan worden gebruikt voor het transporteren van:
* Dozen en bakken [62](#page=62).
* Apparaten zoals een wasmachine [62](#page=62).
### 4.2 Transporteurs
Transporteurs zijn hulpmiddelen die specifiek worden gebruikt voor het vervoeren van bulkgoederen zoals aardappelen en graan [63](#page=63).
### 4.3 Transportbanden (Conveyors)
Transportbanden, ook wel conveyors genoemd, zijn systemen die continu materiaal transporteren, vaak over langere afstanden en in industriële omgevingen [64](#page=64).
---
# criteria voor de keuze van transportmiddelen
De keuze van het meest geschikte transportmiddel is cruciaal voor een efficiënte en kosteneffectieve logistieke operatie en wordt bepaald door een reeks criteria die rekening houden met de specifieke kenmerken van het product, de bestemming en de operationele vereisten [81](#page=81) [82](#page=82).
### 5.1 Algemene criteria voor transportmiddelen
Er zijn diverse factoren die de uiteindelijke keuze van een transportmiddel beïnvloeden. Deze criteria zorgen ervoor dat de goederen veilig, tijdig en tegen acceptabele kosten hun bestemming bereiken [81](#page=81) [82](#page=82).
#### 5.1.1 Snelheid
Snelheid verwijst naar de tijd die benodigd is om producten van de fabrikant naar de afnemer te transporteren. Vliegtuigen worden over het algemeen beschouwd als het snelste transportmiddel [82](#page=82).
#### 5.1.2 Bereikbaarheid
Dit criterium beoordeelt in hoeverre een transportmiddel elke gewenste locatie kan bereiken. Het uitgebreide wegennetwerk in België, bijvoorbeeld, verklaart mede de populariteit van vrachtvervoer [82](#page=82).
#### 5.1.3 Variabiliteit
Variabiliteit betreft de mogelijkheid dat het transport op een afgesproken tijdstip kan aanvangen en/of eindigen, en dus de kans op vertragingen door onvoorziene omstandigheden [82](#page=82).
#### 5.1.4 Bruikbaarheid
Bruikbaarheid slaat op de mate waarin een transportmiddel ingezet kan worden voor uiteenlopende soorten goederen met verschillende afmetingen [82](#page=82).
#### 5.1.5 Frequentie
De frequentie geeft aan hoe vaak een transportmiddel ingezet kan worden. Dit wordt beïnvloed door factoren zoals rij- en rusttijden voor vrachtwagens, operationele uren voor vliegtuigen, vaarschema's voor schepen en dienstregelingen voor treinen. Pijpleidingen bieden daarentegen een 24/7 beschikbaarheid [82](#page=82).
#### 5.1.6 Veiligheid en risico's
Dit criterium evalueert het risico op schade aan de lading of het verlies van goederen gedurende het transport [83](#page=83).
#### 5.1.7 Kosten
De kosten per tonkilometer zijn een essentiële overweging en hangen samen met de afstand van het transport, het gewicht van de lading en de snelheid van het vervoer. Hoewel de exacte kosten variëren, is het algemeen bekend dat luchttransport aanzienlijk duurder is dan scheepvaart. Logistiek streeft naar de goedkoopste en meest efficiënte werkmethoden [83](#page=83).
### 5.2 Kenmerken van specifieke transportmiddelen
Verschillende transportmiddelen hebben hun eigen specifieke voor- en nadelen met betrekking tot kosten, bereikbaarheid, snelheid en capaciteit [83](#page=83) [84](#page=84).
#### 5.2.1 Scheepvaart (inclusief binnenvaart)
* **Kosten:** Goedkoop [83](#page=83).
* **Bereikbaarheid:** Kleine bereikbaarheid (via grote havens en waterwegen zoals de Leie) [83](#page=83).
* **Snelheid:** Traag [83](#page=83).
* **Capaciteit:** Grote hoeveelheden [83](#page=83).
#### 5.2.2 Spoorwegtransport
* **Kosten:** Duur [84](#page=84).
* **Bereikbaarheid:** Kleine bereikbaarheid [84](#page=84).
* **Snelheid:** Tamelijk snel [84](#page=84).
* **Capaciteit:** Grote hoeveelheden [84](#page=84).
#### 5.2.3 Luchttransport
* **Kosten:** Duurst [84](#page=84).
* **Bereikbaarheid:** Kleine bereikbaarheid [84](#page=84).
* **Snelheid:** Heel snel [84](#page=84).
* **Capaciteit:** Beperkte hoeveelheden [84](#page=84).
#### 5.2.4 Wegtransport
* **Kosten:** Tamelijk duur [84](#page=84).
* **Bereikbaarheid:** Grote bereikbaarheid (onmisbaar door het wegennetwerk) [84](#page=84).
* **Snelheid:** Snel [84](#page=84).
* **Capaciteit:** Kleine hoeveelheden [84](#page=84).
### 5.3 Trends in wegvervoer
Het wegvervoer ondergaat momenteel diverse veranderingen, waaronder toenemende files, een focus op groene logistiek, arbeidstekorten, een trend naar minder voorraden en de groei van pakketdiensten. Het uitbesteden van distributielogistiek is een belangrijk gevolg hiervan [84](#page=84).
### 5.4 Rol van verpakking in de logistiek
Hoewel niet direct een transportmiddel, speelt verpakking een fundamentele rol in de logistieke keten en beïnvloedt het indirect de keuze en efficiëntie van transport [76](#page=76).
#### 5.4.1 Functies van verpakkingen
Verpakkingen dienen diverse doelen, waaronder:
* Het efficiënt voorbereiden van producten voor transport en verkoop [76](#page=76).
* Het in optimale staat afleveren van producten bij de eindverbruiker, met de juiste informatie en tegen de laagste prijs [76](#page=76).
* Bescherming van de inhoud tegen externe invloeden en omgekeerd [76](#page=76).
* Het creëren van een zichtbare en communiceerbare vorm voor marketing [76](#page=76).
* Het verhandelbaar maken van de inhoud in specifieke hoeveelheden (bv. gezinsformaat) [76](#page=76).
* Het verplaatsbaar maken van de inhoud (bv. graan in zakken) [76](#page=76).
* Het verstrekken van informatie aan de koper (bv. op etiketten) [76](#page=76).
* Het optimaal aanbieden van de inhoud aan de consument (bv. een fles of tube) [76](#page=76).
* Het verwerkbaar en bruikbaar zijn in een industrieel productieproces (bv. stapelbare groentebakken) [76](#page=76).
Een verpakking wordt zelf ook als een product beschouwd. In de productielogistiek zijn dit vaak bulkverpakkingen, afgestemd op grote volumes [76](#page=76).
#### 5.4.2 Factoren die de keuze van verpakking beïnvloeden
De keuze van de verpakking is afhankelijk van de grootte van het product, de staat ervan (vloeibaar, vast, etc.), of het gevaarlijk of ontvlambaar is, de waarde van het product en of temperatuurcontrole vereist is. Vaak is de waarde een doorslaggevende factor; dure apparatuur wordt niet in goedkope, lagekwaliteit verpakkingen verzonden [77](#page=77).
#### 5.4.3 Soorten verpakkingen in de distributielogistiek
Er wordt onderscheid gemaakt tussen consumentenverpakkingen en distributieverpakkingen. Consumentenverpakkingen zijn bedoeld voor gezinnen, terwijl distributieverpakkingen (ook wel verzend- of exportverpakkingen genoemd) grotere eenheden vormen voor transport [77](#page=77).
#### 5.4.4 Kosten van verpakking
De kostprijs van verpakking wordt beïnvloed door:
* Het verpakkingsmateriaal [78](#page=78).
* De duurzaamheid, recycleerbaarheid en herbruikbaarheid [78](#page=78).
* Vulling van de verpakking [78](#page=78).
* Volume en gewicht, aangezien dit de ruimte in transportmiddelen bepaalt [78](#page=78).
* De inpaktijd, wat personeelskosten met zich meebrengt [78](#page=78).
* Eventuele personalisatie, zoals een logo [78](#page=78).
#### 5.4.5 Milieuaspecten van verpakking
Er is groeiende aandacht voor het verduurzamen van verpakkingen [78](#page=78).
### 5.5 RFID-technologie in de logistiek
RFID (Radio-Frequency Identification) labels bieden mogelijkheden voor het traceren van producten gedurende de gehele logistieke keten [81](#page=81).
#### 5.5.1 Voordelen van RFID
* Helpt bij het voorkomen van fouten [81](#page=81).
* Verbeterd overzicht en behoud van voorraad, aangezien producten op afstand gelezen kunnen worden, ook als ze niet fysiek gescand kunnen worden [81](#page=81).
* Automatische en gelijktijdige scanning van goederen op een pallet bij het passeren van een RFID-poort [81](#page=81).
#### 5.5.2 Toepassingen van RFID
* **Productie:** Producten in bulk 'lezen' [81](#page=81).
* **Distributie:** Efficiëntere opvolging van in- en uitstroom van producten [81](#page=81).
* **Retail:** Zeer snelle inventarisatie, toegepast door grote ketens zoals Zara [81](#page=81).
* **E-commerce:** Snellere en eenvoudigere opvolging van pakjes, wat thuisleveringen vergemakkelijkt [81](#page=81).
---
# Het proces van ontvangst en goederencontrole
Dit hoofdstuk behandelt de essentiële stappen en overwegingen bij het ontvangen en controleren van goederen in een magazijnomgeving.
### 6.1 Het lossen van goederen
Het proces begint met het lossen van de vrachtwagen door de magazijnmedewerker. De ontvangen goederen worden geplaatst op een 'inspectiezone' om de volgende controleprocedures te faciliteren [27](#page=27).
### 6.2 Documentatie en controle bij ontvangst
Bij het lossen is het cruciaal om de goederen te vergelijken met de vrachtdocumenten, zoals de CMR of vrachtbrief. De magazijnmedewerker telt de collies na en controleert of dit overeenstemt met de documenten. Na deze controle wordt de CMR afgetekend [27](#page=27) [28](#page=28).
#### 6.2.1 Afhandeling van discrepanties
Er zijn verschillende scenario's die kunnen voorkomen tijdens de ontvangst:
* **Aantalsverschillen:** Indien het aantal geleverde dozen niet overeenkomt met de CMR (bijvoorbeeld 8 dozen geleverd terwijl er 10 op de CMR staan), dient de chef geraadpleegd te worden om te reclameren bij de leverancier. Het verschil moet genoteerd worden op de CMR [29](#page=29).
* **Verpakking en pallets:** Wanneer de goederen op de CMR anders vermeld staan qua verpakking (bijvoorbeeld op één pallet) dan hoe ze daadwerkelijk in de vrachtwagen staan (tien losse dozen), is het belangrijk om het aantal correct te noteren. Bij europallets dient dit specifiek op de CMR vermeld te worden, aangezien hier kosten aan verbonden zijn, in tegenstelling tot wegwerppallets [29](#page=29).
* **Beschadigde goederen:** Als de dozen gescheurd of open zijn, hoewel het aantal op de CMR correct is en overeenkomt met de bestelbon, dient dit genoteerd te worden op de CMR en kunnen de goederen worden teruggestuurd [30](#page=30).
### 6.3 Crossdocking
Crossdocking is een logistiek proces waarbij goederen het magazijn binnenkomen, aan een kwaliteitscontrole worden onderworpen, maar *nooit* de opslag ingaan. In plaats daarvan worden ze onmiddellijk op de kade geplaatst om te vertrekken met een uitleveringsbon naar de bestemmeling. Dit systeem wordt vooral toegepast bij bederfelijke goederen, zoals verse producten (voeding, fruit, vlees), vanwege hun houdbaarheid [30](#page=30) [32](#page=32).
### 6.4 Goederenstromen in productie
Het document raakt ook verschillende goederenstromen aan die relevant kunnen zijn in een productieomgeving, wat indirect verband kan houden met de aard van goederen die ontvangen worden:
* **Convergerende stroom:** Goederen uit meerdere bronnen komen samen om één samengesteld eindproduct te vormen [30](#page=30) [32](#page=32).
* **Divergerende stroom:** Eén product wordt verwerkt tot verschillende eindproducten [33](#page=33).
* **Parallelle productie:** Verschillende goederen ondergaan dezelfde bewerking [33](#page=33).
* **Serieproductie:** Producten worden achter elkaar gemaakt [33](#page=33).
Daarnaast worden twee productieorganisatieprincipes benoemd:
* **Continu:** Materialen stromen continu door het bedrijf in een vaste volgorde [33](#page=33).
* **Functioneel:** Gelijksoortige bewerkingen worden gegroepeerd per afdeling [33](#page=33).
#### 6.4.1 Voordelen en nadelen van functionele organisatie
Voordelen van een functionele organisatie omvatten een beter overzicht en de centralisatie van voorzieningen zoals afzuigmachines, wat kostenbesparend kan zijn. Nadelen zijn onder andere het telkens opnieuw instellen van machines per product, meer planning die nodig is, en de vorming van tussenvoorraad [33](#page=33).
### 6.5 Productieverstoringen en de toekomst
Productie kan ongewild stilvallen door diverse oorzaken, zoals hoge energie- en gasprijzen, cyberaanvallen, of logistieke problemen zoals treinontsporingen, met gevolgen als baanverlies of technisch werkloosheid. De toekomst van de productie wordt gezien in automatisatie, wat efficiënter werken, kortere productietijden en minder fouten met zich mee kan brengen, waarbij werknemers worden opgeleid om machines te bedienen [34](#page=34).
---
# voorraadbeheer en omloopsnelheid
Dit hoofdstuk behandelt de kernconcepten van voorraadbeheer, met een specifieke focus op de omloopsnelheid van voorraden, de berekening ervan en de implicaties voor een onderneming.
### 7.1 Omloopsnelheid van de voorraad
De omloopsnelheid van de voorraad, ook wel voorraadrotatie genoemd, geeft aan hoe vaak de voorraden in een magazijn vervangen zijn gedurende een specifieke periode, meestal een jaar. In het algemeen duidt een hoge omloopsnelheid op een efficiënte en winstgevende onderneming [69](#page=69).
#### 7.1.1 Berekening van de omloopsnelheid
De omloopsnelheid wordt berekend met de volgende formule:
$$ \text{Voorraadrotatie} = \frac{\text{kostprijs van de omzet}}{\text{(gemiddelde) voorraden}} $$
De uitkomst van deze berekening geeft aan hoe lang goederen gemiddeld in het magazijn liggen opgeslagen, of hoe vaak de voorraden binnen een bepaalde periode vernieuwd zijn [69](#page=69).
**Voorbeeld:**
Als een bedrijf jaarlijks voor 30.000 euro aan goederen verkoopt en een gemiddelde voorraad van 10.000 euro aanhoudt, is de omloopsnelheid 30.000 / 10.000 = 3. Dit betekent dat de goederen gedurende het jaar drie keer vernieuwd zijn. Een omloopsnelheid van 360 zou betekenen dat de goederen dagelijks verkocht en vervangen worden [69](#page=69).
#### 7.1.2 Interpretatie van de omloopsnelheid
##### Hoge omloopsnelheid
Een hoge omloopsnelheid is over het algemeen een positieve indicator die wijst op veel verkopen. Sectoren zoals de mode en voedingsmiddelenindustrie kennen doorgaans een hoge omloopsnelheid omdat de voorraden frequent worden aangevuld. Het is echter essentieel om te allen tijde voldoende voorraad aan te houden, eventueel door het aanleggen van een buffervoorraad of veiligheidsvoorraad [70](#page=70).
##### Lage omloopsnelheid
Een lage omloopsnelheid, met infrequent aanvullen, suggereert dat er mogelijk meer goederen worden opgeslagen dan nodig. Het aanhouden van slapende of dode voorraden leidt tot hogere opslagkosten en het risico op veroudering van goederen. Bedrijven zetten vaak promotiestrategieën in, zoals kortingen, flitsverkopen of opruimingsacties, om overtollige voorraden te vermijden. In bepaalde productie- of industriesectoren kan een lagere omloopsnelheid echter normaal zijn; een auto wordt bijvoorbeeld niet direct als verouderd beschouwd na een maand opslag [70](#page=70).
#### 7.1.3 Indeling van magazijn op basis van omloopsnelheid
Het magazijn kan worden ingedeeld op basis van de omloopsnelheid van producten, wat bepaalt waar deze worden opgeslagen:
* **Zone A:** Producten met een hoge omloopsnelheid (worden veel verkocht) [70](#page=70).
* **Zone B:** Producten met een middelmatige omloopsnelheid [70](#page=70).
* **Zone C:** Producten met de laagste omloopsnelheid (worden het minst vlot verkocht) [70](#page=70).
### 7.2 Omgaan met oude voorraad
Oude of verouderde artikelen kunnen op verschillende manieren worden afgehandeld:
* Korting geven of promoties organiseren [71](#page=71).
* Schenken aan een goed doel [71](#page=71).
* Hergebruiken als grondstof voor andere toepassingen [71](#page=71).
Het is belangrijk te onthouden dat voorraad geld kost (bv. huur van magazijn) en het zoeken naar artikelen tijd in beslag neemt. Het belangrijkste is om er zo snel mogelijk vanaf te komen [71](#page=71).
### 7.3 Orderverzamelen
Orderverzamelen, ook wel 'picking' genoemd, is het proces van het selecteren van artikelen om een bestelling compleet te maken. Er zijn diverse wijzen van orderverzamelen [71](#page=71):
#### 7.3.1 Sequentieel verzamelen
Bij sequentieel verzamelen worden orders achter elkaar afgehandeld. Dit kan per klantenorder of per artikel.
##### A) Sequentieel verzamelen per klantenorder
Elke order wordt afzonderlijk, met behulp van een verzamellijst, samengesteld en vervolgens compleet naar de controleafdeling gebracht [72](#page=72).
* **Voordelen:** Eenvoudigst en meest gebruikt, geringe organisatie nodig, overzichtelijk [72](#page=72).
* **Nadelen:** Tijdsverlies [72](#page=72).
* **Gebruik:** Kleine magazijnen, lage overslagpercentages, magazijnen met lage capaciteit en klein opslagvolume [72](#page=72).
##### B) Sequentieel verzamelen per artikel of verzamelorder
Orders worden in twee fasen afgehandeld. Eerst worden de binnenkomende orders gescheiden in afzonderlijke verzamelopdrachten per artikelsoort, waarna de artikelen per order worden verdeeld. Dit betekent dat de route voor verschillende orders slechts één keer afgelegd hoeft te worden [72](#page=72).
* **Voordelen:** Kortere trajectduur, hogere orderverzamelcapaciteit, overzichtelijk [72](#page=72).
* **Nadelen:** Tijdsverlies door het uitsplitsen van orders [72](#page=72).
* **Gebruik:** Vele kleine orders, waar geen snelle afhandeling vereist is [72](#page=72).
#### 7.3.2 Parallel verzamelen per klantenorder
Klantenorders worden gesplitst, niet naar artikel, maar naar magazijngedeelte. Vervolgens wordt op dezelfde wijze verzameld als bij sequentieel verzamelen per order, waarna de oorspronkelijke order opnieuw wordt samengesteld [72](#page=72).
* **Voordelen:** Snelle verzameling door gelijktijdig bewerken van een order en door uitsplitsing [73](#page=73).
* **Gebruik:** Grote orders, artikelen die op verschillende manieren moeten worden opgeslagen, organisaties waar korte reactietijd vereist is [73](#page=73).
### 7.4 Belangrijke elementen bij het orderverzamelproces
#### 7.4.1 Klaarzetten van goederen
Het klaarzetten kan dynamisch of statisch zijn [73](#page=73).
* **Dynamisch klaarzetten:** De goederen komen naar de orderverzamelaar toe (bijvoorbeeld via robotsystemen zoals bij Alibaba, AGV's of ASRS) [73](#page=73).
* **Statisch klaarzetten:** De orderverzamelaar gaat zelf naar de goederen toe [73](#page=73).
#### 7.4.2 Picken (Verzamelen)
Het verzamelen kan handmatig of mechanisch gebeuren.
* **Voice picking:** Orderverzameling via spraakherkenning waarbij de orderverzamelaar zijn handen vrij heeft. Het systeem geeft locaties en te picken hoeveelheden door, die door de picker worden bevestigd [73](#page=73) [74](#page=74).
* **Pick to light:** Het picken wordt gestuurd via lichtjes op de locaties [74](#page=74).
#### 7.4.3 Picking in traditionele handel vs. e-commerce
Er zijn duidelijke verschillen in het pickproces tussen de traditionele handel en e-commerce:
* **Traditioneel:** Kenmerkt zich door grotere orders (klantenorder picking) en vaak een 'vrijdagpiek'. De focus ligt op productiviteit [74](#page=74) [75](#page=75).
* **E-commerce:** Kenmerkt zich door veel kleine orders (item picking) en een 'maandagpiek' (bestellingen gebeuren vaak in het weekend). De focus ligt op betrouwbaarheid [74](#page=74) [75](#page=75).
Een uitdaging in de e-commerce is het voorkomen van dubbele verkoop wanneer voorraad tegelijkertijd in een fysieke winkel en online beschikbaar is. Dit kan worden opgelost door de stock te splitsen tussen winkelvoorraad en magazijnvoorraad [75](#page=75).
---
# uitbesteden van distributielogistiek
Het uitbesteden van distributielogistiek aan een gespecialiseerde derde, bekend als logistieke dienstverlening, omvat de gehele of gedeeltelijke overdracht van distributietaken door een verlader [85](#page=85).
### 8.1 Redenen voor uitbesteding van distributielogistiek
Er zijn diverse redenen waarom bedrijven ervoor kiezen hun distributielogistiek uit te besteden:
* **Concentratie op kernactiviteiten:** Door distributie uit te besteden, kan een bedrijf zich beter richten op zijn kerntaken, wat cruciaal is in een markt met steeds veeleisendere klanten en snelle veranderingen. Dit biedt ruimte en flexibiliteit om snel in te spelen op marktveranderingen [85](#page=85).
* **Ontzorging:** Uitbesteding neemt zorgen weg omtrent het optimaliseren van arbeidscapaciteit, transportcapaciteit en vakantieplanning [85](#page=85).
* **Financiële voordelen en variabele kosten:** Bedrijven betalen alleen voor de benodigde capaciteit, waardoor vaste kosten variabel worden gemaakt [85](#page=85).
* **Lagere investeringen:** Uitbesteding kan leiden tot lagere investeringen in bijvoorbeeld planning, ICT en magazijnruimte [85](#page=85).
* **Hogere logistieke kwaliteit:** Door gebruik te maken van de expertise van logistieke dienstverleners, wordt de logistieke kwaliteit verbeterd [85](#page=85).
* **Minder risico:** Uitbesteding kan de risico's voor het oorspronkelijke bedrijf verminderen [85](#page=85).
> **Tip:** Een logistiek dienstverlener wordt geen eigenaar van de goederen, wat een belangrijk onderscheid is met bijvoorbeeld een groothandelaar [86](#page=86).
### 8.2 Track & Trace en de impact ervan
Track & Trace-systemen bieden essentiële informatie over de locatie, status en het tijdstip van een zending. De implementatie hiervan leidt tot diverse voordelen [86](#page=86):
* **Kwaliteitsverbetering:** Het vermindert klachten door vermissing van ladingen, verkort de responstijd op klantvragen en verhoogt de flexibiliteit door online informatie [86](#page=86).
* **Kostenreductie:** Het beperkt het verlies van zendingen, versnelt de facturatie, maakt fraude bestrijding makkelijker door betere gevolgde ladingen en vermindert fouten door elektronische informatie [86](#page=86).
* **Continuïteit waarborgen:** Dit leidt tot betere klantenservice, klantbinding, imago verbetering en extra dienstverlening door meer informatievoorziening [86](#page=86).
### 8.3 E-commerce delivery opties
De groei van e-commerce brengt specifieke uitdagingen met zich mee voor distributielogistiek, met name door de toename van grote aantallen kleine pakketjes (B2C). Hierdoor maken de meeste bedrijven gebruik van logistieke dienstverleners zoals b-post, DHL of UPS. De keuze voor een bepaald leveringsmodel hangt af van criteria zoals [86](#page=86):
* De afstand die men zelf wil overbruggen om kosteneffectief te zijn [87](#page=87).
* Regionale gebondenheid [87](#page=87).
* De te vervoeren hoeveelheid [87](#page=87).
* De gewenste mate van rompslomp [87](#page=87).
Mogelijke leveringsmethoden omvatten:
* **Zelf brengen:** Het zelf verzorgen van het transport [87](#page=87).
* **Extern transport:** Het inschakelen van externe transporteurs [88](#page=88).
* **Klant laten afhalen:** De klant haalt het product op bij een locatie [88](#page=88).
* **Aan huis leveren:** Levering direct aan het huisadres van de klant [89](#page=89).
* **Klant laten afhalen in pick-up point/box:** Levering aan een afhaalpunt in de buurt [89](#page=89).
De levering kan afkomstig zijn uit een centraal magazijn van de winkel, of direct uit het magazijn van de leverancier [89](#page=89).
#### 8.3.1 Next day delivery
Een populair concept in e-commerce is "Next day delivery", waarbij de bestelling de dag na bestelling geleverd wordt, bijvoorbeeld met de slogan "Voor 22u bestel, morgen in huis" [89](#page=89).
### 8.4 Gevolgen en houdbaarheid van e-commerce delivery
De snelle levering in e-commerce heeft significante sociale en ecologische gevolgen:
* **Sociaal:** Hoge werkdruk, stress en hoge verwachtingen bij medewerkers, nachtarbeid, werken op zon- en feestdagen. De stijgende brandstofprijzen worden vaak doorgerekend aan postbedrijven. Er is een sterke onderhandelingspositie van bepaalde partijen [90](#page=90).
* **Ecologisch:** Meer transport door een groter aantal kleine bestellingen leidt tot meer uitstoot. Ook wordt er meer afval gegenereerd [90](#page=90).
De houdbaarheid van dit model wordt bevraagd. Mogelijke oplossingen omvatten:
* **Minder vrachtwagens en afval:** Dit kan bereikt worden door een langere periode voor planning aan te houden, waardoor "next day delivery" wellicht minder haalbaar wordt en er langer gewacht moet worden [90](#page=90).
* **Beter verpakken:** Efficiënter omgaan met verpakkingsmateriaal [90](#page=90).
* **Zoeken naar alternatieve transportmiddelen:**
* **Elektrische fietsen:** Milieuvriendelijk, verkeersonafhankelijk, maar met beperkte capaciteit en afhankelijkheid van weersomstandigheden [90](#page=90).
* **Drones:** Verkeersonafhankelijk, snel en milieuvriendelijker, maar ook hier zijn capaciteit en weersafhankelijkheid nadelen [90](#page=90).
#### 8.4.1 Kosten en ecologische impact berekenen
Bij het berekenen van de kostprijs voor het versturen van producten, rekening houdend met zowel ecologische als economische factoren, moet men aan verschillende aspecten denken: verpakking, verzending en de keuze van de vervoerder (eigen transport versus verschillende pakketbezorgers) [91](#page=91).
**Voorbeeldberekening:**
Een klant bestelt een product bestaande uit 6 breekbare glazen, een voetbal en een zak diepvrieserwten [91](#page=91).
* **Voetbal:** Vereist een gepaste, gerecycleerde doos. Verzending kan via elektrische fiets, afhaling in een box of via een dienst als GLS (ongeveer 5.50 euro voor thuislevering) [91](#page=91).
* **Breekbare glazen:** Vereisen opvulmateriaal en een "breekbaar" label [91](#page=91).
* **Diepvrieserwten:** Vereisen een geschikte doos met diepvriesmateriaal en een "moet koel bewaard worden" label [91](#page=91).
---
# voorraadbeheer en voorraadadministratie
Voorraadbeheer en -administratie zijn cruciale processen voor het efficiënt beheren van goederen binnen een bedrijf, met als doel de juiste voorraad op elk moment te kennen en te optimaliseren [39](#page=39) [40](#page=40) [41](#page=41).
### 9.1 De impact van een tekort aan voorraad
Een tekort aan voorraad, ook wel 'out-of-stock' genoemd, kan leiden tot diverse negatieve gevolgen:
* De klant gaat naar een andere winkel of koopt niets [39](#page=39).
* De klant kan een ander merk kopen, maar kan teleurgesteld raken in de service van de winkel, wat kan leiden tot het verlies van klanten [39](#page=39).
* Er ontstaat direct verlies doordat de klant het product niet in de betreffende winkel kan kopen [39](#page=39).
De kosten van 'out-of-stock' omvatten:
* Het missen van de verkoopmarge [39](#page=39).
* Het verliezen van klanten [39](#page=39).
* Het naleveren van producten [39](#page=39).
* Administratieve rompslomp [39](#page=39).
#### 9.1.1 Oorzaken van lege schappen
Lege schappen kunnen ontstaan door diverse factoren:
* Leveringsproblemen, zoals te late leveringen door de leverancier [39](#page=39).
* Onderhandelingsproblemen, bijvoorbeeld over prijzen [39](#page=39).
* Gebrekkig voorraadbeheer [39](#page=39).
* Niet goed inschatten van de impact van feestdagen, evenementen, promoties, of trends op sociale media [39](#page=39).
* Stakingen [39](#page=39).
* Crisissituaties of hamstergedrag (zoals tijdens de coronacrisis) [39](#page=39).
* Het doorgeven van een verkeerde bestelling [39](#page=39).
#### 9.1.2 Verschillen tussen traditionele handel en e-commerce bij out-of-stock
In de traditionele handel, zoals in een warenhuis, is de consument vaak bereid een ander merk te proberen bij een 'out-of-stock'-situatie, wat alsnog winst kan opleveren voor het warenhuis. Bij e-commerce zal de klant echter sneller geneigd zijn om op een andere website te kijken, wat direct winstverlies betekent voor de oorspronkelijke webshop. Klantentevredenheid is hierbij van cruciaal belang [39](#page=39).
### 9.2 Werkzaamheden bij het inslaan van goederen
Bij het inkopen van goederen in een bedrijf of winkel komen diverse werkzaamheden kijken [40](#page=40):
* Er wordt een bestelbon naar het bedrijf gestuurd dat de goederen zal leveren [40](#page=40).
* De bestelbon wordt bevestigd, ook wel 'confimeren' genoemd [40](#page=40).
* Vervolgens vindt de levering met inslag plaats [40](#page=40).
* Dit omvat zowel het fysieke gedeelte als administratieve taken om de goederen later snel te kunnen terugvinden [40](#page=40).
* Bij aankomst van de vrachtwagen wordt de vrachtbrief correct afgetekend [40](#page=40).
* De magazijnmedewerker controleert of de goederen fysiek in orde zijn en of het aantal overeenkomt met de bijgeleverde documenten. Beschadigingen aan dozen of paletten worden gemeld aan de administratieve medewerker [40](#page=40).
* De goederen worden gelost en krijgen een plek in het magazijn toegewezen [40](#page=40).
* Via scanners krijgt de magazijnmedewerker een locatie toegewezen om de goederen te plaatsen [40](#page=40).
* De goederen worden met intern transportmiddel naar de locatie gebracht en de opslag wordt bevestigd [40](#page=40).
* Op het moment dat de magazijnmedewerker de opslag via de scanner bevestigt, wordt de voorraadadministratie automatisch bijgewerkt [40](#page=40).
### 9.3 Voorraadadministratie
Het hoofddoel van voorraadadministratie is om op elk moment de exacte voorraad te kennen. Dit wordt bereikt door de in-, op- en uitslag van goederen nauwkeurig bij te houden per artikel [41](#page=41).
#### 9.3.1 Methodes van voorraadadministratie
Voorraadbeheer kan op twee manieren plaatsvinden:
* **Op papier:** Manueel bijhouden welke goederen wanneer zijn binnengekomen en verstuurd [41](#page=41).
* **Elektronisch:** Via scanners die gekoppeld zijn aan een softwarepakket, zoals hierboven beschreven [41](#page=41).
#### 9.3.2 Informatie per product
Voor elk product is het essentieel om de volgende informatie precies te weten:
* Hoeveel er in het magazijn ligt [41](#page=41).
* Hoeveel er gereserveerd is voor klanten (bijvoorbeeld voor bestellingen die nog verzonden moeten worden) [41](#page=41).
* Hoeveel er de komende tijd binnen verwacht wordt en wanneer dit zal gebeuren [42](#page=42).
Realtime inzicht in deze informatie via software biedt de volgende voordelen:
* Verbeterde klantenservice [42](#page=42).
* Tijdsbesparing bij inkopen, omdat er niet gezocht hoeft te worden naar informatie [42](#page=42).
* Mogelijkheid om klanten proactief te informeren over de verwachte leverdatum of ophaalmomenten [42](#page=42).
Het bijhouden van de geschiedenis van voorraadbewegingen is ook belangrijk, omdat dit helpt bij het maken van slimmere beslissingen over inkoopbeleid en het gemakkelijker achterhalen van de oorzaak van foutieve voorraad [42](#page=42).
#### 9.3.3 Kernbegrippen in voorraadbeheer
* **Minimumvoorraad:** Het minimale aantal stuks dat altijd in voorraad gewenst is [42](#page=42).
* **Maximumvoorraad:** Het maximale aantal stuks dat in voorraad gewenst is, vaak beperkt door beschikbare ruimte [42](#page=42).
* **Minimale bestelhoeveelheid:** Het minimale aantal stuks dat bij de leverancier besteld kan worden [43](#page=43).
* **Leveringstermijn:** De tijd die verstrijkt totdat er geleverd wordt [43](#page=43).
* **Effectieve voorraad:** De voorraad die op dit moment fysiek aanwezig is in het magazijn [43](#page=43).
* **Beschikbare voorraad:** De voorraad in het magazijn die nog verkocht kan worden. Gereserveerde voorraad telt hier niet mee [43](#page=43).
* **Binnenkort beschikbare voorraad:** De voorraad die binnenkort in het magazijn zal arriveren en verkocht kan worden, zoals verwachte leveringen [43](#page=43).
#### 9.3.4 Voorbeeld van een voorraadkaart en berekeningen
Op een voorraadkaart kunnen de volgende gegevens worden teruggevonden:
* Artikelnummer [43](#page=43).
* Productomschrijving [43](#page=43).
* Minimum voorraad [43](#page=43).
* Maximum voorraad [43](#page=43).
* Leveringstermijn van de leverancier [43](#page=43).
* Locatie in het magazijn [43](#page=43).
* Aantal op voorraad [43](#page=43).
**Voorbeeldscenario:**
Stel, de beginvoorraad van een katoenen blauw t-shirt (artikelnummer 'Someone 164') op 26 augustus is 8 stuks. De minimum voorraad is 6, de maximum voorraad is 24, en de leveringstermijn is 14 dagen [43](#page=43).
Op 26 augustus komt een klantenorder binnen voor 5 stuks [43](#page=43).
* De effectieve voorraad blijft 8, omdat de goederen nog in het magazijn liggen [43](#page=43).
* De beschikbare voorraad daalt naar 3 stuks (8 - 5 gereserveerd = 3). Er kunnen nog maar 3 stuks verkocht worden [44](#page=44).
* De binnenkort beschikbare voorraad is ook nog maar 3 stuks, omdat de nieuwe levering nog niet is ontvangen [44](#page=44).
**Beslissing over bijbestellen:**
Het doel is om de voorraad weer aan te vullen tot het maximum van 24 stuks. Aangezien er nog 3 stuks direct beschikbaar zijn, wordt er 21 stuks bijbesteld (24 - 3 = 21) [44](#page=44).
* Na het plaatsen van de bestelling blijft de effectieve voorraad 8 [44](#page=44).
* De beschikbare voorraad blijft 3 [44](#page=44).
* De binnenkort beschikbare voorraad stijgt naar 24, omdat de bestelde 21 stuks binnenkort verwacht worden (de 3 reeds aanwezige plus de 21 nieuwe) [44](#page=44).
**Na levering van de 21 shirts:**
* De effectieve voorraad stijgt naar 29 stuks (21 geleverd + 8 reeds aanwezig) [44](#page=44).
* De beschikbare voorraad stijgt naar 24 stuks (21 nieuwe + 3 reeds beschikbaar) [44](#page=44).
* De binnenkort beschikbare voorraad blijft 24 [44](#page=44).
**Na het uitleveren van de 5 gereserveerde shirts:**
* De effectieve voorraad daalt naar 24 stuks (29 - 5 geleverd = 24) [44](#page=44).
* De beschikbare voorraad blijft 24 [44](#page=44).
* De binnenkort beschikbare voorraad blijft 24 [44](#page=44).
> **Tip:** Het nauwkeurig bijhouden van deze verschillende soorten voorraden (effectieve, beschikbare, binnenkort beschikbare) is essentieel voor het nemen van de juiste beslissingen over inkopen en het voldoen aan klantvragen [43](#page=43) [44](#page=44).
---
# transportmiddelen en distributiecentra
Dit onderwerp behandelt de verschillende transportmiddelen die gebruikt worden in de logistiek en de overwegingen bij het oprichten en functioneren van distributiecentra.
### 10.1 Transportmiddelen
De keuze van het juiste transportmiddel is cruciaal voor efficiënte goederenstromen.
#### 10.1.1 Vrachtwagens
Vrachtwagens worden specifiek genoemd voor het vervoer van aardappelen en graan [63](#page=63).
#### 10.1.2 Transportbanden (Conveyers)
Transportbanden, ook wel conveyers genoemd, zijn ontworpen voor het verplaatsen van goederen binnen een magazijn. Een specifiek type is een rollende baan die goederen (zoals dozen) naar de juiste locatie transporteert en daar automatisch naar links of rechts verdeelt voor verdere verzending [64](#page=64) [65](#page=65).
#### 10.1.3 Manuele en gemotoriseerde pallettrucks
* **Manuele vorklift/handtranspallet**: Dit is een basishulpmiddel voor het verplaatsen van goederen [65](#page=65).
* **Motorpallettruck**: Vergelijkbaar met de manuele vorklift, maar aangedreven door een motor, wat het gebruik vergemakkelijkt [65](#page=65).
#### 10.1.4 Kooiaap
Een kooiaap is een specifiek type transportmiddel dat wordt genoemd [66](#page=66).
#### 10.1.5 Vorkheftruck
De vorkheftruck is het meest voorkomende toestel in een magazijn en is beschikbaar in diverse uitvoeringen, waaronder vierwiel- en driewielmodellen [66](#page=66).
### 10.2 Distributiecentra (DC's)
#### 10.2.1 Beslissing tot oprichting van een DC
Bij de overweging om een distributiecentrum op te richten, moeten diverse vragen gesteld worden:
* Wat is de aard van de goederen [66](#page=66)?
* Waar bevinden zich de aanbodpunten van de goederen geografisch [66](#page=66)?
* Waar zijn de afnemers van de goederen gevestigd [66](#page=66)?
* Wat is de aard van het distributiekanaal [66](#page=66)?
* Welk transportmiddel moet ingezet worden [67](#page=67)?
* Welke kosten zijn verbonden aan het transport, de handelingen en de opslag [67](#page=67)?
#### 10.2.2 Factoren die het distributiekanaal bepalen
Verschillende factoren bepalen het meest geschikte distributiekanaal:
* Houdbaarheid van de goederen [67](#page=67).
* Omzetsnelheid [67](#page=67).
* Aantal goederen [67](#page=67).
* Geografische locatie van de aanbodpunten [67](#page=67).
* Geografische locatie van de afnemers [67](#page=67).
#### 10.2.3 Landelijke versus regionale bevoorrading
Afhankelijk van de eisen en de markt, moet bepaald worden of er landelijke of regionale bevoorradingspunten (en dus opslagkosten) voorzien worden [67](#page=67).
#### 10.2.4 Transport in eigen beheer of extern
De keuze tussen eigen beheer en uitbesteding van transport is belangrijk, hoewel dit vooral dient voor het bepalen van globale keuzes van vestigingsplaatsen [67](#page=67).
#### 10.2.5 Locatieoverwegingen voor een DC
Bij het kiezen van een locatie voor een DC spelen diverse aspecten een rol:
* Verkeersobstakels (rivieren, bergen, niet-loodrechte wegen, etc.) [67](#page=67).
* Milieuaspecten [67](#page=67).
* Verkeersinfrastructuur (aanwezigheid van spoor-, waterverbindingen, etc.) [67](#page=67).
* Lokale financieringsmogelijkheden [67](#page=67).
* Beschikbaarheid van bestaande gebouwen of de mogelijkheid om nieuw te bouwen [67](#page=67).
* Gesteldheid van het bouwterrein (bestemd voor woningen, fabrieken, landbouw, etc.) [67](#page=67).
* Aanwezigheid van toeleveranciers (elektriciteit, water, etc.) [67](#page=67).
* Eisen en wensen [67](#page=67).
#### 10.2.6 Praktijkvoorbeelden en problemen met DC's
* **Alibaba in Luik**: Alibaba vestigde zich in Luik vanwege de nabijheid van de luchthaven, de centrale ligging in Europa en de snelle bereikbaarheid van grote Europese afnemers (Duitsland, Nederland, Frankrijk, VK) [68](#page=68).
* **Problemen bij Delhaize**: Artikelen beschrijven problemen bij distributiecentra van Delhaize, waaronder lege rekken door overstromingen en magazijnproblemen die aan softwareproblemen werden toegeschreven. Een reorganisatie waarbij het aantal van 49 distributiecentra werd teruggebracht naar één centraal punt, werd gedaan om de complexiteit en tijdrovendheid te verminderen, aangezien voorheen 200 leveranciers naar 49 DC's leverden [68](#page=68).
* **Warehouse van Mediamarkt**: Mediamarkt centraliseerde zijn 49 DC's naar één groot centraal DC, wat leidde tot beter voorraadbeheer, minder transport en meer klantfocus [68](#page=68).
> **Tip:** De case van Delhaize en Mediamarkt illustreert duidelijk de voordelen en uitdagingen van centralisatie versus decentralisatie van distributiecentra. Het analyseren van dergelijke praktijkvoorbeelden helpt bij het begrijpen van de strategische beslissingen rondom distributienetwerken.
---
# De totstandkoming en inhoud van een bestelbon
Een bestelbon vertegenwoordigt een bindende aankoopbelofte, in tegenstelling tot een vrijblijvende offerte, en legt de overeengekomen verkoopsvoorwaarden vast tussen koper en verkoper.
### 11.1 De offerte als voorloper van de bestelbon
Een offerte is een vrijblijvend document dat informatie verstrekt over de prijs van goederen of diensten voor een bepaalde periode. Het is geen aankoopbelofte [20](#page=20).
#### 11.1.1 Inhoud van een offerte
De essentiële elementen die op een offerte vermeld moeten worden, zijn:
* Het woord 'offerte' [20](#page=20).
* Omschrijving van het product of de dienst [20](#page=20).
* Leveringsvoorwaarden [21](#page=21).
* Prijs per stuk (met vermelding van eventuele kortingen) plus de totaalprijs inclusief btw [21](#page=21).
* Offertenummer of referentienummer [21](#page=21).
* Opsteldatum [21](#page=21).
* Geldigheidsduur [21](#page=21).
* Klantengegevens [21](#page=21).
* Eigen gegevens (van de opsteller van de offerte) [21](#page=21).
* Betalingsvoorwaarden, bijvoorbeeld de noodzaak van een voorschot [21](#page=21).
> **Tip:** De geldigheidsduur van een offerte kan variëren per bedrijf en product [20](#page=20).
#### 11.1.2 Voorbeeld van een offerte
Een voorbeeld van een offerte toont de prijs exclusief btw, de btw en de totaalprijs inclusief btw, de geldigheidsduur en de leverings- en betalingsvoorwaarden [25](#page=25) [26](#page=26).
> **Example:** Een offerte voor een 'blauwe den' en een 'groene den' met specifieke prijzen per stuk en een btw van 21% resulteert in een totaalprijs van 133.10 euro [25](#page=25) [26](#page=26).
### 11.2 De bestelbon
Nadat een offerte is bekeken en de aankoopsvoorwaarden van de leverancier zijn goedgekeurd, wordt de bestelbon opgemaakt. De bestelbon is bindend en de verkoop gaat door. De bestelbon wordt opgemaakt door degene die bestelt, vaak tussen business-to-business (B2B). De leverancier controleert de bestelbon alvorens deze te confirmeren [21](#page=21).
#### 11.2.1 Belangrijke aspecten bij het opmaken en controleren van een bestelbon
Bij het opmaken en controleren van een bestelbon komen verschillende aspecten aan bod:
* **Vergelijken van specificaties:** Er wordt gekeken naar het aantal producten [21](#page=21).
* **Voorbereiding van de levering:** De leveringstermijn wordt bekeken en doorgestuurd naar het magazijn [21](#page=21).
* **Verzending, verpakking en transport:** Er wordt nagegaan of de klant kiest voor afhalen of laten leveren [22](#page=22).
* **Verplichtingen van de leverancier/verkoper:** Informeren wanneer de bestelling klaarstaat of wanneer de levering plaatsvindt [22](#page=22).
* **Verplichtingen van de klant/koper:** Eventueel afhalen, betalen en het plaatsen van een handtekening [22](#page=22).
#### 11.2.2 Inhoud van een bestelbon
De volgende informatie moet op een bestelbon staan:
* Het woord 'bestelbon' [23](#page=23).
* Eigen gegevens (van de opsteller) [23](#page=23).
* Gegevens van de leverancier [23](#page=23).
* Bestelbonnummer of referentienummer [23](#page=23).
* Opsteldatum [23](#page=23).
* Omschrijving van het product, inclusief het aantal stuks [23](#page=23).
* Leveringsvoorwaarden en betalingsvoorwaarden [23](#page=23).
* Kostprijs [23](#page=23).
* Garantie [23](#page=23).
* Handtekening [23](#page=23).
> **Tip:** De informatie op de bestelbon zorgt voor duidelijkheid en dient als garantie mocht er iets misgaan [23](#page=23).
#### 11.2.3 Voorbeeld van een bestelbon
Een voorbeeld van een bestelbon voor keukentoestellen door Electra bv aan Cash bvba vermeldt een referentienummer (BB216), de te betalen munt (euro), de datum, leveringsdatum, leveringsvoorwaarden, betalingsvoorwaarden en garantie [22](#page=22).
### 11.3 De orderbevestiging
Na de bestelbon wordt een orderbevestiging opgemaakt. Deze orderbevestiging vindt plaats van leverancier naar klant, oftewel van verkoper naar koper. Het nut hiervan is het bevestigen van het akkoord [23](#page=23).
#### 11.3.1 Inhoud van een orderbevestiging
Een orderbevestiging dient de volgende informatie te bevatten:
* Het woord 'orderbevestiging' [24](#page=24).
* Eigen gegevens (van de opsteller) [24](#page=24).
* Gegevens van de klant [24](#page=24).
* Order- of referentienummer [24](#page=24).
* Opsteldatum [24](#page=24).
* Omschrijving van het product en het aantal stuks [24](#page=24).
* Kostprijs (per stuk, totaal, en btw) [24](#page=24).
* Betalingsvoorwaarden [24](#page=24).
* Leveringsvoorwaarden [24](#page=24).
* Garantie [24](#page=24).
* Handtekening [24](#page=24).
> **Example:** Een orderbevestiging voor fietsen en pc-onderdelen tussen Rotterdam (koper) en Amsterdam (verkoper) kan een diefstalgarantie van 1 jaar en een levering 'zo spoedig mogelijk' bevatten [24](#page=24).
### 11.4 De leveringsnota (pakbon)
Een leveringsnota, ook wel pakbon genoemd, wordt bij elke zending gevoegd [24](#page=24).
#### 11.4.1 Nut van een leveringsnota
De leveringsnota dient om:
* Goederen te controleren [24](#page=24).
* Na te gaan of de juiste producten zijn geleverd [24](#page=24).
* Het juiste aantal geleverde producten te verifiëren [24](#page=24).
Indien de zending niet overeenkomt met het bestelde, dient dit genoteerd te worden en dient er contact opgenomen te worden met de leverancier [25](#page=25).
### 11.5 De factuur
Nadat het product of de dienst is geleverd, wordt de factuur opgemaakt door de leverancier en verstuurd naar de klant. De factuur moet ook in de boekhouding van het bedrijf terechtkomen [25](#page=25).
#### 11.5.1 Inhoud van een factuur
Een factuur dient de volgende informatie te bevatten:
* Het woord 'factuur' [25](#page=25).
* Eigen gegevens (van de opsteller) [25](#page=25).
* Gegevens van de klant [25](#page=25).
* Factuur- of referentienummer [25](#page=25).
* Opsteldatum [25](#page=25).
* Omschrijving van het product en het aantal stuks [25](#page=25).
* Kostprijs (per stuk, totaal, en btw) [25](#page=25).
* Leveringsvoorwaarden [25](#page=25).
* Betalingsvoorwaarden [25](#page=25).
* Garantie [25](#page=25).
* Handtekening [25](#page=25).
### 11.6 Voorwaarden en onderhandeling
Verschillende voorwaarden kunnen worden onderhandeld om tot een overeenkomst te komen:
* **Bulk aankopen:** Bij aankoop van grote hoeveelheden kunnen lagere prijzen worden bedongen [26](#page=26).
* **Korting bij directe betaling:** Een korting kan verkregen worden bij directe of vooruitbetaling [26](#page=26).
* **Lange samenwerking:** Een langdurige samenwerking kan leiden tot leveringszekerheid [26](#page=26).
* **Eindejaarskorting:** Kortingen kunnen worden toegekend op basis van de totale afname gedurende het jaar [26](#page=26).
* **Langere levertijd:** Een langere levertijd kan mogelijk zijn [26](#page=26).
* **Ophalen/leveren:** De keuze tussen afhalen of laten leveren is een te onderhandelen voorwaarde [26](#page=26).
---
# Commerciële transacties en documentatie: offertes en bestelbonnen
Commerciële transacties en documentatie behandelen de essentiële documenten die de communicatie en overeenkomsten tussen kopers en verkopers stroomlijnen, met een focus op offertes en bestelbonnen [19](#page=19).
### 12.1 Offerteaanvraag
Het allereerste document dat tussen koper en verkoper wordt uitgewisseld in een commerciële transactie is de offerteaanvraag. Deze wordt door de klant naar de leverancier gestuurd met als doel informatie te verkrijgen over de prijs en voorwaarden van een product of dienst [19](#page=19).
### 12.2 De offerte
Een offerte is het document dat volgt op een offerteaanvraag. De verkoper stelt dit document op om de koper te informeren over zijn aanbod [19](#page=19).
#### 12.2.1 Inhoud van een offerte
Een offerte dient specifieke informatie te bevatten om duidelijkheid te verschaffen:
* Beschrijving van de goederen (oorsprong, gewicht, volume) [19](#page=19).
* Aantal goederen [19](#page=19).
* Eenheidsprijs en totale prijs, waarbij de munteenheid in letters wordt vermeld [19](#page=19).
* De condities van het aanbod, zoals de geldigheidsduur van de offerte [19](#page=19).
* De incoterms (transport en leveringsvoorwaarden) [20](#page=20).
* De betalingsvoorwaarden [20](#page=20).
* Eventuele kortingen [20](#page=20).
* Het woord ‘offerte’ [21](#page=21).
* Omschrijving product/dienst [21](#page=21).
* Leveringsvoorwaarden (levertijd, kostprijs ophalen/leveren) [21](#page=21).
* Betalingsvoorwaarden (wanneer betalen, voorschot) [21](#page=21).
* Offertenummer/referentienummer [21](#page=21).
* Opsteldatum [21](#page=21).
* Geldigheidsduur [21](#page=21).
* Klantengegevens [21](#page=21).
* Eigen gegevens [21](#page=21).
> **Tip:** De prijs die op een offerte vermeld wordt, is informatief voor een bepaalde periode en is geen aankoopbelofte [20](#page=20).
#### 12.2.2 Geldigheid van een offerte
De geldigheidsduur van een offerte kan variëren afhankelijk van het bedrijf en het product [20](#page=20).
#### 12.2.3 Voorbeeld van een offerte
Een voorbeeld van een offerte toont de kostprijs, btw, beschrijving van de goederen en werkzaamheden, met een specifieke geldigheidsduur [20](#page=20).
* **Verkoper:** Suprawinkel [25](#page=25).
* **Klant:** Kerstboomshop [25](#page=25).
* **Producten:** Blauwe den (stuk), Groene den (stuk) [25](#page=25).
* **Totale prijs exclusief btw:** 110 euro [26](#page=26).
* **Korting:** Geen [26](#page=26).
* **Totaal btw (21%):** 23,10 euro [26](#page=26).
* **Totaal offerte inclusief btw:** 133,10 euro [26](#page=26).
* **Geldigheidsduur:** Tot een nader te bepalen datum [26](#page=26).
* **Leveringsvoorwaarden:** Geleverd/op te halen vanaf 10 dagen na bestelling [26](#page=26).
* **Betalingsvoorwaarden:** Betalen binnen een gespecificeerd aantal dagen [26](#page=26).
#### 12.2.4 Onderhandeling over offertes
Partijen kunnen tot overeenstemming komen door middel van verschillende voorwaarden, zoals bulk-aankopen, korting bij directe betaling, leveringszekerheid door lange samenwerking, eindejaarskoringen, langere levertijd of afhalen/leveren [26](#page=26).
### 12.3 De bestelbon
Nadat een offerte is bekeken en de aankoopsvoorwaarden van de leverancier zijn goedgekeurd, wordt de bestelbon opgemaakt [21](#page=21).
#### 12.3.1 Verschil tussen offerte en bestelbon
Het cruciale verschil is dat een offerte vrijblijvend is, terwijl een bestelbon bindend is en de verkoop definitief maakt. De bestelbon wordt door de leverancier gecontroleerd alvorens deze te bevestigen [21](#page=21).
#### 12.3.2 Inhoud van een bestelbon
Een bestelbon bevat onder andere:
* Het woord ‘bestelbon’ [23](#page=23).
* Eigen gegevens [23](#page=23).
* Gegevens leverancier [23](#page=23).
* Bestelbonnummer/referentienummer [23](#page=23).
* Opsteldatum [23](#page=23).
* Omschrijving product + aantal stuks [23](#page=23).
* Leveringsvoorwaarden + betalingsvoorwaarden [23](#page=23).
* Kostprijs [23](#page=23).
* Garantie [23](#page=23).
* Handtekening [23](#page=23).
* Datum en leveringsdatum [22](#page=22).
#### 12.3.3 Processen rond de bestelbon
Bij het verwerken van een bestelbon worden verschillende aspecten gecontroleerd, zoals het aantal producten, de voorbereiding van de levering en de leveringstermijn. Ook de verzending, verpakking en het transport worden geregeld. De leverancier informeert de klant over de gereedheid van de bestelling of de leveringstermijn. De klant heeft de verplichting om eventueel af te halen, te betalen en de levering te tekenen [22](#page=22).
#### 12.3.4 Voorbeeld van een bestelbon
Een voorbeeld van een bestelbon toont het referentienummer, de bestelde producten, de verkoper en de koper. Het vermeldt ook de munteenheid waarin betaald moet worden (bijvoorbeeld euro) en het totale bedrag [22](#page=22).
### 12.4 Orderbevestiging
Na de bestelbon volgt de orderbevestiging, die van de leverancier naar de klant wordt gestuurd. Het nut hiervan is het bevestigen van de overeenkomst [23](#page=23).
#### 12.4.1 Inhoud van een orderbevestiging
Een orderbevestiging bevat vergelijkbare informatie als een bestelbon, waaronder:
* Het woord ‘orderbevestiging’ [23](#page=23).
* Gegevens van de klant [23](#page=23).
* Ordernummer/referentienummer [23](#page=23).
* Kostprijs (per stuk + totaal + btw) [23](#page=23).
* Betalingsvoorwaarden [23](#page=23).
* Leveringsvoorwaarden [23](#page=23).
> **Voorbeeld:** Een orderbevestiging kan de verkoop van fietsen en pc-onderdelen vastleggen, inclusief een overeenkomst voor één jaar diefstalgarantie en levering "zo spoedig mogelijk" [24](#page=24).
### 12.5 Leveringsnota (pakbon)
Een leveringsnota wordt bij elke zending gevoegd en dient om de goederen te controleren op juistheid van producten en aantal. Bij afwijkingen moet de klant dit noteren op de leveringsnota en contact opnemen met de leverancier [24](#page=24) [25](#page=25).
### 12.6 Factuur
Nadat het product of de dienst is geleverd, wordt de factuur opgemaakt door de leverancier en naar de klant verstuurd. De factuur moet ook in de boekhouding van het bedrijf worden verwerkt [25](#page=25).
#### 12.6.1 Inhoud van een factuur
De inhoud van een factuur is zeer vergelijkbaar met die van een orderbevestiging en bestelbon, en omvat onder andere:
* Het woord ‘factuur’ [25](#page=25).
* Eigen gegevens [25](#page=25).
* Gegevens van de klant [25](#page=25).
* Factuurnummer/referentienummer [25](#page=25).
* Opsteldatum [25](#page=25).
* Omschrijving product + aantal stuks [25](#page=25).
* Kostprijs (per stuk + totaal + btw) [25](#page=25).
* Leveringsvoorwaarden [25](#page=25).
* Betalingsvoorwaarden [25](#page=25).
* Garantie [25](#page=25).
* Handtekening [25](#page=25).
---
## 12 Commerciële transacties en documentatie: offertes en bestelbonnen
Dit onderwerp behandelt de logistieke aspecten van magazijnbeheer, opslag en transport binnen commerciële transacties, met specifieke aandacht voor verschillende soorten magazijnen, locatie systemen, opslag- en transporthulpmiddelen, en de organisatie van orderverzamelen en verpakking.
### 12.1 Magazijnbeheer en -soorten
Magazijnen spelen een cruciale rol in de logistieke keten en kunnen ingedeeld worden op basis van hun functie [46](#page=46).
#### 12.1.1 Functies van magazijnen
* **Productiebedrijf:** Fabrikanten die goederen produceren [46](#page=46).
* **Dienstbedrijf:** Bedrijven die diensten verlenen in plaats van fysieke producten te produceren of te distribueren [46](#page=46).
* **Distributiecentra (DC's):** Centrale opslagplaatsen die goederen ontvangen, opslaan en distribueren naar verschillende bestemmingen, zoals winkels of klanten. Voorbeelden zijn centrale magazijnen van supermarkten of onderdelen voor uitgeverijen [46](#page=46).
* **Overslagbedrijf:** Bedrijven die gespecialiseerd zijn in het efficiënt verplaatsen van goederen tussen verschillende transportmodi, vaak gevestigd in havens of knooppunten [46](#page=46).
* **Kleinhandel:** Winkels die producten direct aan consumenten verkopen [46](#page=46).
* **Groothandel:** Bedrijven die producten inkopen in grote hoeveelheden en deze doorverkopen aan andere bedrijven, zoals winkeliers [46](#page=46).
* **Public warehouse:** Een magazijn dat diensten aanbiedt aan verschillende klanten, vaak op basis van opslag en distributie [46](#page=46).
#### 12.1.2 Soorten magazijnen op basis van doorvoer
* **Doorvoer- of tussenmagazijn:** Hier worden goederen kortstondig opgeslagen met het oog op verdere doorvoer. Voorbeelden zijn zanddepots voor betonfabrieken of distributiecentra die producten snel verwerken [50](#page=50).
* **Groot-handelsmagazijn:** Magazijnen die deel uitmaken van de groothandelsketen, waar producten worden opgeslagen voor distributie naar retailers [50](#page=50).
* **Winkelmagazijn:** Opslagruimtes die direct verbonden zijn aan verkooppunten om de winkelvoorraad aan te vullen [50](#page=50).
#### 12.1.3 Taken van een magazijnafdeling
Een magazijnafdeling is verantwoordelijk voor een breed scala aan activiteiten, waaronder: order picking, labels opplakken, op paletten zetten, producten aanvullen, hergroeperen, laden en lossen, controle, en opslag [46](#page=46).
### 12.2 Locatiesystemen in magazijnen
Efficiënt ruimtegebruik en goederenbeheer in een magazijn vereisen een doordacht locatie systeem. Er zijn vier hoofdtypen [51](#page=51):
* **Vaste locatie:** Elk product heeft een specifieke, toegewezen plaats in het magazijn.
* **Voordelen:** Gemakkelijk terug te vinden, minder kans op fouten [51](#page=51).
* **Nadelen:** Ruimteverlies (als een locatie slechts gedeeltelijk wordt benut), complexiteit bij het toewijzen van nieuwe producten [51](#page=51).
* **Vrije locatie:** Goederen worden opgeslagen op elke beschikbare plaats in het magazijn.
* **Voordeel:** Optimale benutting van de opslagruimte [52](#page=52).
* **Nadeel:** Vereist een zeer nauwkeurige administratie om de locatie van elk product te kunnen traceren [52](#page=52).
* **Zone-locatie:** Het magazijn wordt opgedeeld in zones, vaak gebaseerd op productkenmerken zoals temperatuurgevoeligheid, gevaarlijkheid of stofvrijheid [52](#page=52).
* **Gemengde locatie:** Een combinatie van vaste en vrije locaties, vaak gebruikt voor seizoenproducten of promotieartikelen waar flexibiliteit gewenst is [52](#page=52).
### 12.3 Opslagmethoden en -systemen
Verschillende methoden en systemen bepalen hoe goederen worden opgeslagen en uitgesloten [52](#page=52).
#### 12.3.1 Methoden voor voorraadbeheer
* **FIFO (First-In, First-Out):** De oudste goederen worden als eerste uitgesloten. Dit is cruciaal voor producten met een beperkte houdbaarheid, zoals fruit en groenten [52](#page=52).
* **FEFO (First-Expired, First-Out):** Goederen die het eerst verlopen, worden als eerste uitgesloten. Dit is een verfijning van FIFO voor producten met specifieke vervaldata [52](#page=52).
* **LIFO (Last-In, First-Out):** De meest recent binnengekomen goederen worden als eerste uitgesloten. Dit is geschikt voor producten die niet bederven, zoals kartonnen dozen of plastic ballen [52](#page=52).
#### 12.3.2 Opslagsystemen
* **Palletstelling:** Standaard rekken voor het opslaan van pallets, met grijplagen (direct toegankelijk) en bulklagen (voorraad boven en onderaan het rek) [53](#page=53).
* **Inrij- of doorrijstelling:** Pallets worden in het rek geschoven en schuiven naar achteren, waardoor ze achter elkaar staan. Dit kan gebruikt worden voor FIFO [54](#page=54).
* **Doorrolstelling:** Goederen worden aan de ene kant ingeschoven en aan de andere kant uitgehaald, wat ideaal is voor FIFO [54](#page=54).
* **Draagarmstelling:** Specifiek ontworpen voor de opslag van lange goederen [54](#page=54).
* **Verrijdbare stelling:** Stellingen gemonteerd op rails die zijdelings kunnen worden verschoven om toegang te creëren tot specifieke gangpaden [55](#page=55).
* **Haspelstelling:** Voorzien van een as waar goederen (zoals kabels) omheen worden gewikkeld, waardoor ze roterend kunnen worden uitgesloten [55](#page=55).
* **Paternosterstelling:** Een verticale omloopstelling waarbij legborden roteren, vergelijkbaar met een reuzenrad. Veel gebruikt in apotheken [56](#page=56).
#### 12.3.3 Oefeningen en berekeningen
Oefeningen illustreren hoe het aantal te stapelen dozen of platen kan worden berekend op basis van afmetingen en beschikbare ruimte [56-57](#page=56-57). De berekeningen houden rekening met de beschikbare afmetingen van het legbord of de rekruimte en de afmetingen van de te stapelen goederen, waarbij rekening wordt gehouden met mogelijke rotaties en stapelingen [56-57](#page=56-57).
### 12.4 Opslag- en Transporthulpmiddelen
Hulpmiddelen zijn essentieel voor het efficiënt opslaan en verplaatsen van goederen binnen een magazijn [58](#page=58).
#### 12.4.1 Opslaghulpmiddelen
* **Europallet:** Een gestandaardiseerde pallet die breed wordt ingezet voor vracht [59](#page=59).
* **Palletbox:** Een grote, vaak verrijdbare container op palletbasis [60](#page=60).
* **Rolcontainer:** Een mobiele container met wielen, vaak gebruikt voor het vervoer van goederen binnen een faciliteit [60](#page=60).
* **Big Bag:** Grote, flexibele zakken voor het vervoer van bulkgoederen zoals poeders of granulaat [60](#page=60).
* **Tank:** Grote containers voor het opslaan en vervoeren van vloeistoffen [60](#page=60).
* **Krat:** Stevige containers, vaak stapelbaar, gebruikt voor kleinere goederen [61](#page=61).
* **Tonnen:** Cilindrische containers voor opslag, vaak voor vloeistoffen of bulkgoederen [61](#page=61).
#### 12.4.2 Transporthulpmiddelen
* **Steekwagen:** Een eenvoudig en goedkoop transportmiddel voor het verplaatsen van dozen, bakken of zwaardere apparaten over korte afstanden [62](#page=62).
* **Transporteurs/Transportbanden (Conveyors):** Geautomatiseerde systemen die goederen continu verplaatsen binnen een magazijn of fabriek [63-64](#page=63-64). Deze kunnen goederen naar specifieke locaties leiden en worden gebruikt voor efficiënte stroom [65](#page=65).
* **Manuele vorklift/Handtranspallet:** Een mechanisch hulpmiddel om pallets op te tillen en te verplaatsen [65](#page=65).
* **Motorpallettruck:** Een gemotoriseerde versie van de manuele pallettruck, met een motor voor de aandrijving [65](#page=65).
* **Kooiaap:** Een kleine, zelfrijdende heftruck die achter een vrachtwagen kan worden vervoerd voor het lossen van goederen [66](#page=66).
* **Vorkheftruck:** Een veelzijdig en veelgebruikt magazijnvoertuig voor het heffen en transporteren van zware ladingen, beschikbaar in diverse uitvoeringen [66](#page=66).
### 12.5 Distributiecentra (DC's) en distributiekanalen
De beslissing om een distributiecentrum op te richten en de keuze van distributiekanalen hangen af van diverse strategische factoren [66](#page=66).
#### 12.5.1 Factoren bij de oprichting van een DC
* Aard van de goederen [66](#page=66).
* Geografische locatie van de aanvoerpunten [66](#page=66).
* Locatie van de afnemers [66](#page=66).
* Aard van het distributiekanaal [66](#page=66).
* Te kiezen transportmiddel [67](#page=67).
* Verbonden kosten aan transport, handelingen en opslag [67](#page=67).
#### 12.5.2 Factoren voor het meest geschikte distributiekanaal
* Houdbaarheid van producten [67](#page=67).
* Omzetsnelheid [67](#page=67).
* Aantal transacties of goederen [67](#page=67).
* Geografische locatie van aanvoer- en afzetpunten [67](#page=67).
* Eisen en marktomstandigheden bepalen of landelijke of regionale bevoorrading het meest geschikt is [67](#page=67).
#### 12.5.3 Overwegingen bij de locatiekeuze
Bij het bepalen van de locatie van een distributiecentrum spelen naast transport en marktfactoren ook zaken als verkeersobstakels, milieuaspecten, verkeersinfrastructuur, lokale financieringsmogelijkheden, beschikbare gebouwen, bouwterreincondities en de aanwezigheid van toeleveranciers een rol [67](#page=67).
> **Tip:** Praktijkvoorbeelden zoals Alibaba's vestiging in Luik illustreren de strategische keuze voor een centrale locatie met goede bereikbaarheid voor Europese afnemers. Problemen bij distributiecentra, zoals die van Delhaize, tonen het belang aan van een efficiënte organisatie en centralisatie om operationele knelpunten te vermijden [68](#page=68).
### 12.6 Voorraadrotatie en -beheer
De omloopsnelheid van de voorraad, of voorraadrotatie, is een cruciale indicator voor de efficiëntie en winstgevendheid van een onderneming [69](#page=69).
#### 12.6.1 Berekening van voorraadrotatie
De formule voor voorraadrotatie is:
$$ \text{Voorraadrotatie} = \frac{\text{Kostprijs van de omzet}}{\text{(Gemiddelde) voorraden}} $$
Dit geeft aan hoe vaak de voorraden gedurende een bepaalde periode (meestal een jaar) zijn vervangen [69](#page=69).
#### 12.6.2 Interpretatie van voorraadrotatie
* **Hoge omloopsnelheid:** Dit duidt over het algemeen op veel verkopen en efficiëntie, zoals in de mode- of voedingssector waar producten snel aangevuld worden. Het is echter belangrijk om voldoende voorraad aan te houden om tekorten te voorkomen (buffervoorraad/veiligheidsvoorraad) [70](#page=70).
* **Lage omloopsnelheid:** Dit kan wijzen op te veel opgeslagen goederen, wat leidt tot hogere opslagkosten en het risico op veroudering. Promotiestrategieën worden vaak ingezet om overtollige voorraden te verminderen. In sommige sectoren, zoals de auto-industrie, kan een lagere omloopsnelheid echter normaal zijn [70](#page=70).
#### 12.6.3 Indeling van magazijnen op basis van omloopsnelheid
Magazijnen kunnen worden ingedeeld in zones op basis van de omloopsnelheid van producten:
* **Zone A:** Producten met een hoge omloopsnelheid (veel verkocht).
* **Zone B:** Producten met een middelmatige omloopsnelheid.
* **Zone C:** Producten met de laagste omloopsnelheid (minst vlot verkocht) [70](#page=70).
#### 12.6.4 Omgaan met oude voorraad
Oude voorraad kan worden afgeprijsd, gepromoot, geschonken aan goede doelen, of gebruikt worden als grondstof. Het is belangrijk om van oude voorraad af te komen, aangezien opslagkosten geld kosten en het zoeken ernaar tijd kost [71](#page=71).
### 12.7 Orderverzamelen
Orderverzamelen is het proces van het verzamelen van de juiste producten voor een specifieke klantorder [71](#page=71).
#### 12.7.1 Wijzen van orderverzamelen
* **Sequentieel verzamelen:**
* **Per klantenorder:** Elke order wordt apart samengesteld aan de hand van een verzamellijst. Dit is de eenvoudigste en meest gebruikte methode, geschikt voor kleine magazijnen met lage overslagpercentages [72](#page=72).
* **Voordelen:** Eenvoudig, geringe organisatie, overzichtelijk [72](#page=72).
* **Nadelen:** Tijdsverlies [72](#page=72).
* **Per artikel of verzamelorder:** Orders worden gesplitst in opdrachten per artikelsoort, waarna de artikelen per order worden verdeeld. Dit verkort trajecten doordat routes slechts één keer worden afgelegd voor diverse orders [72](#page=72).
* **Voordelen:** Kortere trajectduur, hogere orderverzamelcapaciteit, overzichtelijk [72](#page=72).
* **Nadelen:** Tijdsverlies door uitsplitsing orders [72](#page=72).
* **Parallel verzamelen per klantenorder:** Klantenorders worden gesplitst naar magazijngedeelte, waarna parallel wordt verzameld. Daarna wordt de oorspronkelijke order weer samengesteld [72](#page=72).
* **Voordelen:** Snelle verzameling door gelijktijdige bewerking en uitsplitsing [73](#page=73).
* **Gebruikt voor:** Grote orders, artikelen die op verschillende manieren moeten worden opgeslagen, en organisaties met een korte reactietijd [73](#page=73).
#### 12.7.2 Belangrijke elementen bij het orderverzamelproces
* **Klaarzetten:**
* **Dynamisch:** De goederen komen naar de orderverzamelaar toe (bv. via robots) [73](#page=73).
* **Statisch:** De orderverzamelaar gaat zelf naar de goederen toe [73](#page=73).
* **Picken:**
* **Handmatig of mechanisch:** De methode van het daadwerkelijk oppakken van de producten.
* **Voice picking:** Gebruik van spraakherkenning om orders te verzamelen, waardoor de orderverzamelaar handen vrij heeft [73](#page=73).
* **Pick to light:** Picking wordt gestuurd via lichtsignalen op de locatie [74](#page=74).
#### 12.7.3 Verschillen tussen traditionele handel en e-commerce orderpicking
* **Traditionele handel:** Kenmerkt zich door grotere klantenorders en piekperiodes zoals de vrijdagpiek. De focus ligt op productiviteit [75](#page=75).
* **E-commerce:** Kenmerkt zich door veel kleine item orders en piekperiodes zoals de maandagpiek (bestellingen uit het weekend). De focus ligt op betrouwbaarheid [75](#page=75).
> **Tip:** Bij e-commerce is het splitsen van stock (winkelvoorraad versus magazijnvoorraad) cruciaal om dubbele verkoop te voorkomen, vooral wanneer klanten online en offline tegelijkertijd kopen [75](#page=75).
### 12.8 Verpakking
Verpakking is een essentieel onderdeel van logistiek, dat producten beschermt, informeert en verhandelbaar maakt [76](#page=76).
#### 12.8.1 Functies van verpakkingen
* Bescherming van de inhoud tegen externe invloeden en vice versa [76](#page=76).
* Zorgt voor een zichtbare en communiceerbare vorm (marketing) [76](#page=76).
* Maakt de inhoud in hoeveelheden verhandelbaar (bv. gezinsformaat) [76](#page=76).
* Maakt de inhoud verplaatsbaar [76](#page=76).
* Verstrekt informatie over de inhoud (etikettering) [76](#page=76).
* Maakt optimale benutting van de inhoud mogelijk voor de consument (bv. tube) [76](#page=76).
* Moet industrieel verwerkbaar en bruikbaar zijn (stapelbaarheid) [76](#page=76).
#### 12.8.2 Soorten verpakkingen
* **Productielogistiek:** Afgestemd op grote volumes (bulkverpakking) [76](#page=76).
* **Distributielogistiek:**
* **Consumentenverpakking:** Verpakkingen die door gezinnen worden afgenomen [77](#page=77).
* **Distributieverpakking:** Grotere verpakkingen die consumentenverpakkingen bevatten ten behoeve van verzending en distributie [77](#page=77).
#### 12.8.3 Keuze van de verpakking
De keuze van de verpakking hangt af van:
* De grootte van het product [77](#page=77).
* De aggregatietoestand (vloeistof, vast) [77](#page=77).
* Gevaarlijkheid (ontvlambaarheid) [77](#page=77).
* Waarde van het product [77](#page=77).
* Temperatuureisen (koeling, verwarming) [77](#page=77).
* Vaak is de waarde een doorslaggevende factor: een duur product vereist een kwalitatief hoogwaardigere verpakking [77](#page=77).
#### 12.8.4 Kosten en milieuaspecten van verpakking
De kostprijs van verpakking wordt beïnvloed door:
* Verpakkingsmateriaal [78](#page=78).
* Duurzaamheid, recycleerbaarheid en herbruikbaarheid [78](#page=78).
* Vulling van de verpakking [78](#page=78).
* Volume en gewicht (impact op transportkosten) [78](#page=78).
* Inpaktijd (arbeidskosten) [78](#page=78).
* Personalisatie (bv. met logo) [78](#page=78).
Milieuoverwegingen, zoals het gebruik van recycleerbare materialen en circulaire economie principes, worden steeds belangrijker. Nespresso's aanpak met aluminium capsules, inclusief een uitgebreid inzamelingssysteem, is een voorbeeld van duurzaam verpakkingsbeheer [78-79](#page=78-79).
### 12.9 Track & Trace en RFID
Technologieën zoals RFID (Radio-Frequency Identification) verbeteren de traceerbaarheid en efficiëntie van goederenstromen [79](#page=79).
#### 12.9.1 RFID
RFID is een techniek waarbij data wordt opgeslagen op een chip (RFID-tag) die via radiogolven wordt uitgelezen door een lezer, zonder noodzakelijk fysiek contact of een barcode [80](#page=80).
* **Voordelen:**
* Geen barcode meer nodig; lezing op afstand [80](#page=80).
* Snel en accuraat [80](#page=80).
* Niet vervalsbaar [80](#page=80).
* **Toepassingen:**
* **Productie:** Bulkproducten kunnen efficiënt worden 'gelezen' [81](#page=81).
* **Distributie:** Snellere en efficiëntere opvolging van in- en uitstroom van producten [81](#page=81).
* **Retail:** Snellere inventarisatie (bv. Zara) [81](#page=81).
* **E-commerce:** Snellere en makkelijkere opvolging van pakjes, inclusief thuisleveringen [81](#page=81).
#### 12.9.2 Informatie via Track & Trace
Track & Trace systemen geven inzicht in:
* Locatie van de goederen [86](#page=86).
* Status van de goederen [86](#page=86).
* Tijdstip van de laatste update of gebeurtenis [86](#page=86).
#### 12.9.3 Implementatie van Track & Trace
De implementatie van Track & Trace leidt tot:
* **Kwaliteitsverbetering:** Minder klachten over vermissingen, snellere reactietijd, hogere flexibiliteit door online informatie [86](#page=86).
* **Kostenreductie:** Minder verlies van zendingen, snellere facturatie, betere fraudebestrijding, minder fouten door elektronische info [86](#page=86).
* **Continuïteitswaarborg:** Betere klantenservice, klantbinding, imagoverbetering, extra dienstverlening [86](#page=86).
### 12.10 Distributie en Transport
Distributie omvat het transport van goederen van de producent naar de eindgebruiker, waarbij diverse transportmiddelen en -modaliteiten een rol spelen [81](#page=81).
#### 12.10.1 Transportmodaliteiten
* Per spoor [81](#page=81).
* Via de weg [81](#page=81).
* Over water (scheepvaart, binnenvaart) [81](#page=81).
* Door de lucht (vliegtuig) [81](#page=81).
* Door pijpleiding [81](#page=81).
#### 12.10.2 Criteria voor de keuze van transportmiddel
De keuze voor een specifiek transportmiddel wordt bepaald door:
* **Snelheid:** De benodigde tijd tussen fabrikant en afnemer. Vliegtuigen zijn het snelst [82](#page=82).
* **Bereikbaarheid:** De mogelijkheid om elke locatie te bereiken. Het uitgebreide wegennet in België maakt vrachtvervoer populair [82](#page=82).
* **Variabiliteit:** De kans op vertraging door onvoorziene omstandigheden [82](#page=82).
* **Bruikbaarheid:** De mate waarin een transportmiddel geschikt is voor diverse goederen en afmetingen [82](#page=82).
* **Frequentie:** Hoe vaak een transportmiddel kan worden ingezet (bv. rij- en rusttijden voor vrachtwagens, schema's voor treinen en schepen, continu voor pijpleidingen) [82](#page=82).
* **Veiligheid/Risico:** Het risico op schade of verlies van lading [83](#page=83).
* **Kosten:** De kosten per tonkilometer, afhankelijk van afstand, gewicht en snelheid. Scheepvaart is het goedkoopst, luchttransport het duurst [83](#page=83).
> **Tip:** Men dient de algemene volgorde van kosten te kennen (scheepvaart < spoor < wegtransport < luchttransport), maar niet de exacte kosten [83](#page=83).
#### 12.10.3 Trends in wegvervoer
* Filevorming [84](#page=84).
* Groene logistiek [84](#page=84).
* Arbeidstekorten [84](#page=84).
* Minder voorraden [84](#page=84).
* Pakketdiensten [84](#page=84).
### 12.11 Uitbesteden van distributielogistiek
Het uitbesteden van (delen van) de distributielogistiek aan gespecialiseerde derde partijen wordt logistieke dienstverlening genoemd [85](#page=85).
#### 12.11.1 Redenen voor uitbesteding
* **Concentratie op kernactiviteiten:** Bedrijven kunnen zich richten op hun kerntaken, waardoor ze flexibeler kunnen inspelen op marktveranderingen [85](#page=85).
* **Geen zorgen meer:** Vermindert de noodzaak voor bedrijven om zich bezig te houden met logistieke optimalisaties zoals arbeidscapaciteit, transportplanning en vakantieplanning [85](#page=85).
* **Financiële voordelen:** Mogelijkheid om vaste kosten variabel te maken; men betaalt enkel voor wat men nodig heeft [85](#page=85).
* **Lagere investeringen:** Minder noodzaak voor investeringen in planning, ICT en magazijnruimte [85](#page=85).
* **Hogere logistieke kwaliteit:** Profiteren van de expertise van de logistieke dienstverlener [85](#page=85).
* **Minder risico:** Overdracht van operationele en logistieke risico's [85](#page=85).
#### 12.11.2 Logistieke dienstverlener versus groothandelaar
Een belangrijk verschil is dat een logistieke dienstverlener **geen eigenaar wordt van de goederen**, in tegenstelling tot een groothandelaar [86](#page=86).
#### 12.11.3 E-commerce delivery
Voor B2C-leveringen, met grote aantallen kleine pakketjes, maken de meeste bedrijven gebruik van logistieke dienstverleners zoals bpost, DHL, en UPS. De keuze hangt af van factoren zoals de eigen rijkmogelijkheden, regiobinding, capaciteit, en de wens om rompslomp te vermijden [86](#page=86).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Term | Definitie |
| Voorraad | Goederen die aanwezig zijn om te verkopen, als buffer voor onvoorziene omstandigheden, voor operationele efficiëntie of om de bestelfrequentie bij leveranciers te verminderen. |
| Strategische voorraad | Voorraad die wordt aangelegd vanwege economische of politieke instabiliteit in een land, uit angst dat toekomstige inkoop moeilijker zal worden. |
| Speculatieve voorraad | Voorraad die wordt aangelegd omdat men verwacht dat de kostprijs van de goederen zal stijgen, waardoor men nu wil inkopen terwijl de prijzen nog laag zijn. |
| Buffervoorraad | Voorraad die wordt aangehouden om te garanderen dat er nooit een tekort ontstaat, bijvoorbeeld om te voorkomen dat machines stilvallen. |
| Cyclusvoorraad | De voorraad van producten die dagelijks worden gebruikt en waarvan de componenten voor verschillende modellen hetzelfde blijven, waardoor er veel van kan worden ingekocht. |
| Seizoensvoorraad | Voorraad die wordt ingekocht in relatie tot specifieke seizoenen, zoals kerstdecoratie of terrasmeubilair. |
| Incourante voorraad | Voorraad van producten die niet meer verkocht raken, bijvoorbeeld omdat ze uit de mode zijn. |
| Bestelkosten | Alle administratieve kosten die gepaard gaan met het plaatsen van een bestelling, inclusief het raadplegen van catalogi, het invullen van formulieren, goedkeuringen en het verwerken van de inkooporder en factuur. |
| Rentekosten | De kosten die voortvloeien uit het geld dat geïnvesteerd is in voorraad, omdat dit geld niet op een andere manier kan renderen, zoals door rente op een bankrekening te ontvangen. |
| Ruimtekosten | De kosten die verbonden zijn aan de benodigde ruimte en opslagsystemen voor het opslaan van producten, zoals magazijnkosten, verwarming, koeling en verzekering. |
| Risicokosten | Kosten die gerelateerd zijn aan potentiële verliezen op voorraad, zoals schade, diefstal, veroudering, bederf of prijsfluctuaties. |
| Nee-verkoop | Situaties waarin een product niet beschikbaar is voor de consument, wat kan leiden tot gemiste verkopen en potentiële klantontevredenheid. |
| Vaste locatie | Een locatiesysteem waarbij elk product een specifieke, vooraf toegewezen plaats in het magazijn heeft. Dit maakt producten makkelijk vindbaar en vermindert de kans op fouten, maar kan leiden tot ruimteverlies bij lage voorraden. |
| Vrije locatie | Een locatiesysteem waarbij goederen worden opgeslagen op de eerst beschikbare lege plek in het magazijn. Dit maximaliseert ruimtegebruik, maar vereist een nauwkeurige administratie om producten terug te kunnen vinden. |
| Zone-locatie | Een locatiesysteem dat wordt gebruikt om producten te groeperen op basis van specifieke kenmerken, zoals chemische eigenschappen of de behoefte aan een stofvrije omgeving. |
| Gemengde locatie | Een locatiesysteem dat een combinatie is van vaste en vrije locaties, vaak toegepast voor seizoensgebonden of promotionele artikelen die variabele opslagruimte vereisen. |
| FIFO (First In, First Out) | Een opslagmethode waarbij de eerst binnengekomen goederen ook als eerste worden uitgeslagen. Dit is essentieel voor producten met een beperkte houdbaarheid, zoals fruit en groenten. |
| FEFO (First Expired, First Out) | Een opslagmethode waarbij goederen die het eerst verlopen, ook als eerste worden uitgeslagen. Dit is cruciaal voor producten met een vervaldatum om bederf te voorkomen. |
| LIFO (Last In, First Out) | Een opslagmethode waarbij de laatst binnengekomen goederen als eerste worden uitgeslagen. Dit is geschikt voor producten die niet kunnen vervallen, zoals kartonnen dozen of plastic ballen. |
| Palletstelling | Een opslagsysteem dat bestaat uit rekken ontworpen voor het opslaan van pallets. Het kan grijplagen hebben voor directe toegang en bulklagen voor opslag bovenin en onderin het rek. |
| Inrij- of doorrijstelling | Een opslagsysteem waarbij pallets achter elkaar worden geplaatst. Pallets worden aan de ene kant ingeschoven en rollen naar achteren, waardoor ze achter elkaar komen te staan. |
| Doorrolstelling | Een opslagsysteem waarbij goederen aan de ene kant worden ingeschoven en aan de andere kant worden uitgehaald. Dit systeem is zeer geschikt voor de FIFO-methode. |
| Draagarmstelling | Een opslagsysteem dat specifiek is ontworpen voor de opslag van lange goederen, zoals buizen of profielen. |
| Verrijdbare stelling | Een opslagsysteem waarbij de rekken op rails zijn gemonteerd. De gehele stelling kan naar links of rechts worden geschoven om toegang te krijgen tot de gewenste opslagruimte. |
| Haspelstelling | Een stelling die is uitgerust met een as waarop materialen, zoals kabels of slangen, kunnen worden opgerold. De haspel kan draaien om de benodigde hoeveelheid materiaal af te geven, afhankelijk van de vraag. |
| Paternosterstelling | Een verticale omloopstelling waarbij legborden of bakken in een continue lus circuleren. Dit systeem is vergelijkbaar met een reuzenrad en wordt vaak gebruikt voor efficiënte opslag en picking van kleinere artikelen. |
| Legbord | Een horizontale plank binnen een stelling die wordt gebruikt om goederen op te plaatsen. De afmetingen van een legbord bepalen hoeveel items er per laag kunnen worden opgeslagen. |
| Opslaghulpmiddelen | Diverse objecten en structuren die worden gebruikt om goederen efficiënt en veilig op te slaan. Voorbeelden hiervan zijn pallets, kratten, bakken en containers. |
| Europallet | Een gestandaardiseerde pallet met specifieke afmetingen (meestal 800 x 1200 mm) die wereldwijd wordt gebruikt voor het transport en de opslag van goederen. |
| Palletbox | Een grote, vaak verplaatsbare container, meestal gemaakt van metaal of kunststof, die is ontworpen om op een pallet te passen en grote hoeveelheden goederen te bevatten. |
| Rolcontainer | Een verrijdbare container met wielen, vaak gebruikt voor het transporteren en opslaan van goederen binnen een magazijn of winkel. |
| Big Bag | Een grote, flexibele zak, meestal gemaakt van geweven polypropyleen, die wordt gebruikt voor het opslaan en transporteren van bulkgoederen zoals zand, granulaat of poeders. |
| Tank | Een opslagvat, vaak cilindrisch van vorm, ontworpen voor het bewaren van vloeistoffen of gassen onder specifieke omstandigheden. |
| Krat | Een stevige, open of gesloten bak, meestal gemaakt van kunststof of metaal, gebruikt voor het bundelen, transporteren en opslaan van kleinere artikelen. |
| Tonnen | Grote, cilindrische vaten, vaak gemaakt van metaal of kunststof, gebruikt voor de opslag van vloeistoffen, chemicaliën of bulkgoederen. |
| Steekwagen | Een steekwagen is een eenvoudig transportmiddel met wielen en handvatten, ontworpen om zware of omvangrijke objecten, zoals dozen of huishoudelijke apparaten, gemakkelijker te verplaatsen. |
| Transporteur | Een transporteur is een mechanisch apparaat dat wordt gebruikt voor het verplaatsen van materialen, zoals landbouwproducten (aardappelen, graan) over een bepaalde afstand, vaak in een continue stroom. |
| Transportband | Een transportband, ook wel "conveyor" genoemd, is een systeem dat bestaat uit een gesloten band die continu draait om materialen van het ene punt naar het andere te verplaatsen, veel gebruikt in industriële omgevingen. |
| Verpakking | Het middel om een product in optimale toestand, met de juiste informatie en tegen de laagste prijs aan de eindverbruiker te leveren, waarbij het zowel de inhoud beschermt als de buitenwereld tegen de inhoud. |
| Consumentenverpakking | Verpakkingen die direct door gezinnen worden afgenomen en bedoeld zijn voor individueel gebruik door de eindgebruiker. |
| Distributieverpakking | Verpakkingen die dienen voor het groeperen van consumentenverpakkingen ten behoeve van verzending, opslag en verdere distributie, zoals dozen of kratten. |
| Kostprijs van verpakking | De totale kosten die gepaard gaan met het produceren en gebruiken van verpakkingen, inclusief materiaalkosten, vulmateriaal, volume, gewicht, inpaktijd en eventuele personalisatie. |
| Duurzaamheid van verpakking | De mate waarin verpakkingsmateriaal milieuvriendelijk is, bijvoorbeeld door recyclebaarheid, herbruikbaarheid of het gebruik van milieuvriendelijke materialen. |
| RFID-label | Een technologie (Radio-Frequency Identification) die het mogelijk maakt om producten gedurende het gehele logistieke proces te traceren en te identificeren, zelfs op afstand en zonder fysieke scan. |
| Transportmiddel | Een methode of voertuig dat wordt gebruikt om goederen van de ene locatie naar de andere te verplaatsen, zoals per spoor, weg, water, lucht of pijpleiding. |
| Snelheid (transport) | De tijd die nodig is om goederen te transporteren van de fabrikant tot de afnemer; een cruciaal criterium bij de keuze van een transportmiddel, waarbij vliegtuigen doorgaans het snelst zijn. |
| Bereikbaarheid (transport) | De mate waarin een transportmiddel elke gewenste locatie kan bereiken; een uitgebreid wegennetwerk verhoogt de bereikbaarheid voor wegtransport. |
| Variabiliteit (transport) | De kans op vertragingen ten gevolge van onvoorziene omstandigheden tijdens het transport, wat de betrouwbaarheid van de leveringstijd beïnvloedt. |
| Bruikbaarheid (transport) | De mate waarin een transportmiddel geschikt is voor het vervoeren van uiteenlopende soorten goederen met verschillende afmetingen en eigenschappen. |
| Frequentie (transport) | De mate waarin een transportmiddel ingezet kan worden, bepaald door factoren zoals rij- en rusttijden voor vrachtwagens, schema's voor schepen en vliegtuigen, of continue beschikbaarheid van pijpleidingen. |
| Lossen | Het proces waarbij een magazijnmedewerker vrachtwagens uitlaadt en de goederen op een inspectiezone plaatst voor verdere controle. |
| Inspectiezone | Een specifieke locatie in het magazijn waar goederen na het lossen worden geplaatst voor een grondige controle op aantal en kwaliteit, voordat ze verder worden verwerkt of opgeslagen. |
| Collis natellen | Het fysiek tellen van de individuele pakketten of colli's die geleverd zijn om te verifiëren of het aantal overeenkomt met de vrachtdocumenten. |
| Vrachtdocumenten | Officiële papieren die de inhoud van een zending beschrijven, zoals de CMR of vrachtbrief, en die gebruikt worden om de levering te verifiëren. |
| CMR (Conventie betreffende de internationale vervoersovereenkomst voor de weg) | Een internationaal document dat de overeenkomst tussen de afzender, de vervoerder en de ontvanger van goederen per weg regelt, en dat dient als bewijs van de vrachtovereenkomst. |
| Reclameren bij leverancier | Het formeel melden van een tekort, schade of afwijking aan de leverancier, met het verzoek om een oplossing zoals vervanging, herstel of compensatie. |
| Wegwerp pallet | Een pallet die ontworpen is voor eenmalig gebruik en na levering niet wordt teruggenomen, waardoor er geen kosten verbonden zijn aan het retourneren ervan. |
| Crossdocking | Een logistiek proces waarbij goederen na ontvangst in het magazijn direct worden klaargemaakt voor verzending naar de klant, zonder dat ze worden opgeslagen. |
| Kwaliteitscontrole | Een proces waarbij goederen worden geïnspecteerd om te beoordelen of ze voldoen aan de gestelde eisen op het gebied van specificaties, functionaliteit en uiterlijk. |
| Opslag | Het proces van het bewaren van goederen in een magazijn voor een bepaalde periode voordat ze verder worden verwerkt of verzonden. |
| Kade | Een laad- en loszone bij een magazijn of distributiecentrum waar vrachtwagens aanleggen om goederen te ontvangen of te verzenden. |
| Omloopsnelheid van de voorraad (Voorraadrotatie) | Dit is het aantal keren dat de voorraden in een magazijn vervangen zijn gedurende een specifieke periode, meestal een jaar. Een hoge omloopsnelheid duidt over het algemeen op een efficiënte en winstgevende onderneming. |
| Kostprijs van de omzet | Dit is de totale kosten die gepaard gaan met de verkoop van goederen of diensten gedurende een bepaalde periode. Het wordt gebruikt in de berekening van de omloopsnelheid van de voorraad. |
| Gemiddelde voorraden | Dit vertegenwoordigt de gemiddelde waarde van de voorraad die een bedrijf aanhoudt gedurende een bepaalde periode. Het wordt berekend door de begin- en eindvoorraad op te tellen en te delen door twee, of door een meer gedetailleerde berekening over de gehele periode. |
| Buffervoorraad (Veiligheidsvoorraad) | Dit is een extra hoeveelheid voorraad die wordt aangehouden om onverwachte schommelingen in de vraag of vertragingen in de levering op te vangen. Het helpt om tekorten te voorkomen wanneer de omloopsnelheid van de voorraad hoog is. |
| Slapende of dode voorraden | Dit zijn goederen die langdurig in het magazijn blijven liggen zonder verkocht te worden. Het aanhouden van dergelijke voorraden brengt hogere opslagkosten met zich mee en verhoogt het risico op veroudering. |
| Zone A (Hoge omloopsnelheid) | Dit is een magazijnindeling waarbij producten die een hoge omloopsnelheid hebben, oftewel die veel en snel verkocht worden, worden opgeslagen. Dit optimaliseert de efficiëntie van het orderverzamelproces. |
| Zone B (Middelmatige omloopsnelheid) | Dit is een magazijnindeling voor producten met een gemiddelde omloopsnelheid. Deze producten worden minder snel verkocht dan die in Zone A, maar sneller dan die in Zone C. |
| Zone C (Laagste omloopsnelheid) | Dit is een magazijnindeling voor producten met de laagste omloopsnelheid. Deze artikelen verkopen het minst vlot en worden daarom op een minder toegankelijke locatie opgeslagen. |
| Sequentieel verzamelen per klantenorder | Een methode van orderverzamelen waarbij elke klantorder afzonderlijk wordt samengesteld aan de hand van een verzamellijst, voordat deze compleet naar de controleafdeling wordt gebracht. Dit is eenvoudig en overzichtelijk, maar kan leiden tot tijdsverlies. |
| Sequentieel verzamelen per artikel of verzamelorder | Een orderverzamelmethode in twee fasen, waarbij orders eerst worden gescheiden per artikelsoort voor diverse orders, en daarna de artikelen per oorspronkelijke order worden verdeeld. Dit verkort de trajectduur en verhoogt de orderverzamelcapaciteit. |
| Parallel verzamelen per klantenorder | Een methode waarbij klantenorders worden gesplitst op basis van magazijngedeeltes, waarna het verzamelen plaatsvindt zoals bij sequentieel verzamelen per order. De oorspronkelijke order wordt daarna samengesteld. Dit zorgt voor snelle verzameling door gelijktijdige bewerking. |
| Dynamisch klaarzetten | Een methode binnen het orderverzamelproces waarbij de goederen naar de orderverzamelaar toe komen, vaak geautomatiseerd door robots of AGV's (Automated Guided Vehicles). Dit verhoogt de efficiëntie en snelheid van het picken. |
| Uitbesteden van distributielogistiek | Het door een verlader overdragen van de gehele of een gedeeltelijke distributielogistiek aan een gespecialiseerde derde partij, wat ook wel logistieke dienstverlening wordt genoemd. |
| Logistieke dienstverlener | Een gespecialiseerde derde partij die de distributielogistiek van een verlader uitvoert, zonder eigenaar te worden van de goederen. |
| Kernactiviteiten | De primaire bedrijfsactiviteiten waar een bedrijf zich op richt; uitbesteding van distributielogistiek kan bedrijven in staat stellen zich hier beter op te concentreren. |
| Vaste kosten variabel maken | Het omzetten van kosten die onafhankelijk zijn van het productie- of leveringsvolume (vaste kosten) naar kosten die wel afhankelijk zijn van het volume (variabele kosten), bijvoorbeeld door te betalen per gebruikte dienst. |
| Track & trace | Een systeem dat informatie verstrekt over de locatie, status en het tijdstip van een zending, wat bijdraagt aan kwaliteitsverbetering, kostenreductie en het waarborgen van continuïteit. |
| E-commerce delivery | De distributie van goederen die online zijn besteld, vaak gekenmerkt door grote aantallen kleine pakketjes en de noodzaak voor efficiënte leveringsoplossingen. |
| Next day delivery | Een leveringsservice waarbij producten die vóór een bepaalde tijd zijn besteld, de volgende dag bij de klant worden afgeleverd. |
| Groene logistiek | Logistieke activiteiten die gericht zijn op het minimaliseren van de ecologische impact, zoals het verminderen van uitstoot en afval. |
| Capaciteit (elektrische fietsen/drones) | De hoeveelheid goederen die vervoerd kan worden met specifieke transportmiddelen zoals elektrische fietsen of drones; dit kan een beperkende factor zijn. |
| Neeverkoop | Verlies dat ontstaat doordat een klant een product niet in de winkel kan kopen, wat kan leiden tot gemiste verkoopmarges, verlies van klanten, naleveringen en administratieve rompslomp. |
| Voorraadbeheer | Het proces van het beheren van de hoeveelheid goederen die een bedrijf op voorraad heeft, met als doel de juiste hoeveelheid op het juiste moment beschikbaar te hebben om aan de vraag te voldoen zonder onnodige kosten te maken. |
| Voorraadadministratie | Het systematisch bijhouden van alle inkomende, opgeslagen en uitgaande goederen per artikel, essentieel om op elk moment de exacte voorraadstand te kennen. |
| Bestelbon | Een document dat naar een leverancier wordt gestuurd om goederen aan te kopen. |
| Orderbevestiging (confirmatie) | De officiële bevestiging van een bestelling door de leverancier, waarin de details van de bestelling worden vastgelegd. |
| Inslag | Het proces van het ontvangen en verwerken van goederen die binnenkomen in een magazijn of winkel. |
| Vrachtbrief | Een document dat de inhoud van een zending begeleidt en dient als bewijs van verzending en ontvangst. |
| Minimumvoorraad | Het minimale aantal stuks van een product dat te allen tijde in voorraad moet zijn om aan de verwachte vraag te voldoen. |
| Maximumvoorraad | Het maximale aantal stuks van een product dat in voorraad wordt gehouden, vaak bepaald door opslagcapaciteit of economische overwegingen. |
| Minimale bestelhoeveelheid | Het kleinste aantal stuks van een product dat bij een leverancier kan worden besteld. |
| Leveringstermijn | De tijd die verstrijkt vanaf het moment van bestellen tot het moment dat de goederen daadwerkelijk worden geleverd. |
| Effectieve voorraad | De totale hoeveelheid van een product die fysiek aanwezig is in het magazijn op een bepaald moment. |
| Transportmiddelen | Apparaten of voertuigen die worden gebruikt om goederen of personen van de ene locatie naar de andere te verplaatsen. Dit kan variëren van eenvoudige handtranspalletten tot complexe geautomatiseerde systemen. |
| Distributiecentra (DC) | Een faciliteit die fungeert als een centraal punt voor de opslag, verwerking en distributie van goederen naar verschillende bestemmingen, zoals winkels of eindklanten. De oprichting ervan hangt af van factoren zoals de aard van de goederen, geografische locaties en distributiekanalen. |
| Transportbanden (Conveyors) | Een mechanisch systeem dat wordt gebruikt om goederen continu te verplaatsen binnen een magazijn of fabriek, vaak over langere afstanden en met verschillende richtingen, om efficiënte goederenstroom te garanderen. |
| Manuele vorklift/handtranspallet | Een eenvoudig, handmatig bediend apparaat dat wordt gebruikt om zware lasten te verplaatsen en op te tillen, ideaal voor kortere afstanden binnen een magazijn. |
| Motorpallettruck | Een gemotoriseerde versie van de handtranspallet, die het verplaatsen van zware lasten vergemakkelijkt door de aandrijving via een motor. |
| Kooiaap | Een compacte, zelfrijdende heftruck die vaak achterop een vrachtwagen wordt gemonteerd, waardoor de chauffeur goederen direct bij de klant kan lossen zonder extra apparatuur. |
| Vorkheftruck | Een veelzijdig magazijnvoertuig, verkrijgbaar in diverse uitvoeringen (zoals met drie of vier wielen), dat wordt gebruikt voor het heffen, verplaatsen en stapelen van goederen met behulp van vorken. |
| Landelijke bevoorrading | Het distributiesysteem waarbij goederen worden geleverd aan een breed geografisch gebied binnen een land, wat vaak grotere opslagcapaciteit en een uitgebreider transportnetwerk vereist. |
| Regionale bevoorrading | Het distributiesysteem waarbij goederen worden geleverd binnen een specifiek geografisch afgebakend gebied of regio, wat kan leiden tot kleinere, meer gespecialiseerde opslagpunten. |
| Offerte | Een vrijblijvend document dat informatie bevat over prijzen, goederen en diensten, maar geen aankoopbelofte inhoudt en geldig is voor een bepaalde periode. |
| Leveringsvoorwaarden | De specifieke afspraken met betrekking tot de levering van een product of dienst, inclusief de levertijd, transportkosten en of het product afgehaald kan worden. |
| Betalingsvoorwaarden | De afspraken over wanneer en hoe een betaling moet plaatsvinden, inclusief eventuele voorschotten, termijnen en kortingen voor contante betaling. |
| Orderbevestiging | Een document dat door de leverancier naar de klant wordt gestuurd om de akkoord te bevestigen op de bestelling, met details over de producten, prijzen en leveringsafspraken. |
| Leveringsnota (Pakbon) | Een document dat bij elke zending wordt gevoegd om de klant in staat te stellen de geleverde goederen te controleren op juistheid van producten en aantallen. |
| Factuur | Een document dat na levering van een product of dienst wordt opgemaakt door de leverancier en naar de klant wordt verstuurd, met een overzicht van de kosten en betalingsdetails, bestemd voor de boekhouding. |
| Incoterms | Internationale handelstermen die de verantwoordelijkheden, kosten en risico's van kopers en verkopers bij internationaal transport van goederen vastleggen. |
| Geldigheidsduur | De periode waarin een offerte of bestelbon geldig is en de afgesproken voorwaarden van kracht blijven. |
| Referentienummer | Een uniek nummer dat wordt toegekend aan een offerte, bestelbon, orderbevestiging of factuur voor identificatie en administratieve doeleinden. |
| Logistiek | Het proces van het plannen, uitvoeren en beheersen van de efficiënte, effectieve en retourstroom van goederen, diensten en gerelateerde informatie van het punt van herkomst naar het punt van consumptie met als doel te voldoen aan de eisen van de klant. |
| Goederenstroom | De fysieke beweging van goederen of producten van de ene partij naar de andere in de toeleveringsketen, zoals van producent naar leverancier, of van leverancier naar verwerker of klant. |
| Informatiestroom | De uitwisseling van informatie tussen verschillende partijen in een commerciële transactie, die in twee richtingen kan plaatsvinden en essentieel is voor de coördinatie van processen. |
| Geldstroom | De financiële transacties die plaatsvinden tussen de verschillende schakels in de toeleveringsketen, waarbij de eindconsument betaalt aan de kleinhandelaar, die op zijn beurt betaalt aan de groothandelaar, enzovoort. |
| Retourstroom | De beweging van producten of materialen terug door de toeleveringsketen, bijvoorbeeld voor recycling, kwaliteitsredenen, of omdat een consument verkeerd heeft gekocht. |
| Handelsonderneming | Een bedrijf dat producten koopt en verkoopt zonder deze te veranderen, zoals een kleinhandelszaak of een groothandelszaak. |
| Productieonderneming | Een onderneming die grondstoffen delft of producten bewerkt en verwerkt om ze vervolgens te verkopen, behorend tot de primaire of secundaire sector. |
| Customer service Explosie | De toenemende veeleisendheid van klanten op het gebied van productkwaliteit, prijs-kwaliteitverhouding en service, wat een belangrijke uitdaging vormt voor logistiek management. |
| Doorlooptijd | De totale tijd die verstrijkt vanaf het moment dat een klantenorder wordt geplaatst tot het moment dat deze is omgezet in inkomsten voor het bedrijf. |
| Time-to-market | De periode die verstrijkt vanaf het begin van het productontwerp tot aan het moment dat een product op de markt wordt geïntroduceerd, wat steeds korter wordt door concurrentie en technologische ontwikkelingen. |
| Kostenleiderschap | Een concurrentiestrategie gericht op het aanbieden van producten tegen de laagste prijs door nadruk te leggen op lage kosten, schaalvoordelen en standaardisatie. |
| Differentiatie | Een concurrentiestrategie gericht op het onderscheiden van producten van die van concurrenten door middel van ontwerp, merk, beschikbaarheid, snelle levering of goede service na verkoop. |