Cover
Start now for free Hoofdstuk III std.pptx
Summary
# De citroenzuurcyclus en zijn reacties
De citroenzuurcyclus, ook wel bekend als de Krebs-cyclus of de tri অ্যাসিডcyclus, is een reeks cyclische biochemische reacties die plaatsvindt in de matrix van de mitochondriën. Het hoofddoel is de oxidatie van acetyl-CoA, waarbij ATP wordt geproduceerd en gereduceerde co-enzymen zoals NADH en FADH₂ worden gevormd, die essentieel zijn voor verdere ATP-productie via oxidatieve fosforylering. De cyclus speelt ook een cruciale rol in biosynthetische paden door intermediairen te leveren voor de aanmaak van andere moleculen.
### 1.1 De oxidatieve decarboxylering van pyruvaat
Voordat de citroenzuurcyclus kan beginnen, wordt pyruvaat, het eindproduct van de glycolyse, omgezet in acetyl-CoA. Deze reactie vindt plaats in de mitochondriële matrix en wordt gekatalyseerd door het pyruvaatdehydrogenase complex. Dit complex bestaat uit drie enzymen en vereist vijf cofactoren.
De reactie verloopt als volgt:
$$
\text{Pyruvaat} + \text{CoA-SH} + \text{NAD}^+ \rightarrow \text{Acetyl-CoA} + \text{CO}_2 + \text{NADH} + \text{H}^+
$$
Dit wordt beschouwd als de "committed step" in de metabole route naar de citroenzuurcyclus, omdat pyruvaat na deze omzetting niet meer kan terugkeren naar de cytosol voor glycolyse.
### 1.2 De vorming van citraat en isocitraat
De cyclus begint met de reactie tussen acetyl-CoA en oxaalacetaat, gekatalyseerd door citraatsynthase. Dit vormt citryl-CoA als intermediair, dat vervolgens wordt gehydrolyseerd tot citraat en co-enzym A.
$$
\text{Acetyl-CoA} + \text{Oxaalacetaat} + \text{H}_2\text{O} \rightarrow \text{Citraat} + \text{CoA-SH}
$$
Vervolgens wordt citraat door het enzym aconitase omgezet in isocitraat. Dit proces vindt plaats in twee stappen via het intermediair cis-aconitaat, waarbij water wordt toegevoegd en vervolgens wordt verwijderd.
$$
\text{Citraat} \xrightarrow{\text{Aconitase}} \text{cis-Aconitaat} + \text{H}_2\text{O} \xrightarrow{\text{Aconitase}} \text{Isocitraat}
$$
### 1.3 Omzetting naar $\alpha$-ketoglutaraat en succinyl-CoA
De volgende stap is de oxidatieve decarboxylering van isocitraat door isocitraatdehydrogenase. Hierbij wordt een molecuul CO₂ afgesplitst en wordt NAD⁺ gereduceerd tot NADH. Het resultaat is $\alpha$-ketoglutaraat.
$$
\text{Isocitraat} + \text{NAD}^+ \rightarrow \alpha\text{-ketoglutaraat} + \text{CO}_2 + \text{NADH} + \text{H}^+
$$
$\alpha$-ketoglutaraat ondergaat vervolgens een tweede oxidatieve decarboxylering, gekatalyseerd door het $\alpha$-ketoglutaraat dehydrogenase complex. Dit complex is vergelijkbaar met het pyruvaatdehydrogenase complex en vereist dezelfde cofactoren. Wederom wordt een molecuul CO₂ afgesplitst en NAD⁺ gereduceerd tot NADH. Hierbij wordt co-enzym A gebonden, wat leidt tot de vorming van succinyl-CoA.
$$
\alpha\text{-ketoglutaraat} + \text{CoA-SH} + \text{NAD}^+ \rightarrow \text{Succinyl-CoA} + \text{CO}_2 + \text{NADH} + \text{H}^+
$$
### 1.4 Fosforylering van guanosinedifosfaat
Succinyl-CoA wordt vervolgens door succinyl-CoA synthetase omgezet in succinaat. Deze reactie is een fosforylering op substraatniveau, waarbij de energie die vrijkomt bij de hydrolyse van de thio-esterbinding in succinyl-CoA wordt gebruikt om guanosinedifosfaat (GDP) te fosforyleren tot guanosinetrifosfaat (GTP).
$$
\text{Succinyl-CoA} + \text{GDP} + \text{P}_i \rightarrow \text{Succinaat} + \text{GTP} + \text{CoA-SH}
$$
GTP is een energierijke verbinding die kan worden omgezet in ATP door het enzym nucleoside difosfokinase:
$$
\text{GTP} + \text{ADP} \rightleftharpoons \text{ATP} + \text{GDP}
$$
GTP wordt gebruikt in diverse processen, waaronder gluconeogenese, eiwitsynthese en signaaltransductie.
### 1.5 Terugvorming van oxaalacetaat
Na de vorming van succinaat, wordt de cyclus voltooid met drie verdere reacties die leiden tot de regeneratie van oxaalacetaat:
1. **Succinaat wordt geoxideerd tot fumaraat**: Dit gebeurt door succinaatdehydrogenase. In tegenstelling tot de eerdere oxidatiestappen in de cyclus, gebruikt dit enzym flavine-adenine-dinucleotide (FAD) in plaats van NAD⁺ als elektronacceptor, omdat de standaard redoxpotentiaal hiervoor onvoldoende is. Het gevormde FADH₂ wordt direct afgeleverd aan de elektronentransportketen.
$$
\text{Succinaat} + \text{FAD} \rightarrow \text{Fumaraat} + \text{FADH}_2
$$
Het succinaatdehydrogenase complex is geïntegreerd in het binnenste mitochondriale membraan en is een integraal onderdeel van de elektronentransportketen.
2. **Fumaraat wordt gehydrateerd tot malaat**: Deze reactie wordt gekatalyseerd door fumaraat hydratase (fumarase), waarbij een watermolecuul wordt toegevoegd aan de dubbele binding van fumaraat.
$$
\text{Fumaraat} + \text{H}_2\text{O} \rightarrow \text{Malaat}
$$
3. **Malaat wordt geoxideerd tot oxaalacetaat**: De laatste stap is de oxidatie van malaat tot oxaalacetaat, gekatalyseerd door malaatdehydrogenase. Hierbij wordt NAD⁺ gereduceerd tot NADH en H⁺.
$$
\text{Malaat} + \text{NAD}^+ \rightarrow \text{Oxaalacetaat} + \text{NADH} + \text{H}^+
$$
Deze reeks reacties leidt tot de regeneratie van oxaalacetaat, waardoor de cyclus opnieuw kan beginnen met acetyl-CoA.
> **Tip:** Hoewel de citroenzuurcyclus zelf geen zuurstof verbruikt, is zuurstof essentieel voor de efficiënte werking ervan omdat het nodig is om NADH en FADH₂ te oxideren in de elektronentransportketen, wat de regeneratie van NAD⁺ en FAD mogelijk maakt. Zonder dit zouden de oxidatiereacties in de cyclus stilvallen.
### 1.6 Controlepunten van de citroenzuurcyclus
De citroenzuurcyclus wordt op verschillende punten gereguleerd om te voldoen aan de energiebehoeften van de cel en om de aanmaak van biosynthetische precursors te reguleren. Belangrijke controlepunten zijn de enzymen:
* **Pyruvaatdehydrogenase complex**: Geïnhibeerd door zijn producten, acetyl-CoA en NADH.
* **Citraatsynthase**: Geïnhibeerd door ATP (wat duidt op een hoge energielading), NADH en succinyl-CoA. ADP en andere signaalmoleculen die een lage energielading aangeven, kunnen de activiteit stimuleren.
* **Isocitraatdehydrogenase**: Allosterisch geïnhibeerd door ATP en NADH. ADP en calciumionen stimuleren de activiteit.
* **$\alpha$-ketoglutaraat dehydrogenase complex**: Vergelijkbaar met het pyruvaatdehydrogenase complex, geïnhibeerd door zijn producten, succinyl-CoA en NADH, en ook door GTP.
### 1.7 Citruenzuurcyclus en biosynthese
Naast het genereren van energie, leveren de intermediairen van de citroenzuurcyclus belangrijke precursors voor biosynthetische reacties (anabolisme). Dit wordt aangeduid als de amfibole rol van de cyclus. Enkele voorbeelden zijn:
* **Oxaalacetaat**: Kan worden omgezet in aspartaat (een aminozuur) of gebruikt worden voor gluconeogenese.
* **$\alpha$-ketoglutaraat**: Kan worden omgezet in glutamaat (een aminozuur).
* **Succinyl-CoA**: Is een precursor voor de synthese van heemgroepen, die cruciaal zijn voor eiwitten zoals hemoglobine en cytochromen.
Wanneer intermediairen van de cyclus worden verbruikt voor biosynthese, moeten deze worden aangevuld om de cyclus gaande te houden. Dit gebeurt via zogenaamde anaplerotische reacties. Voorbeelden hiervan zijn:
* **Carboxylering van pyruvaat tot oxaalacetaat**: Gekatalyseerd door pyruvaatcarboxylase, wat biotine en ATP vereist.
* **Transaminering van aspartaat tot oxaalacetaat**: Aspartaat draagt zijn aminogroep over aan $\alpha$-ketoglutaraat, wat resulteert in de vorming van oxaalacetaat en glutamaat.
* **Carboxylering en reductie van pyruvaat tot malaat**: Gevolgd door oxidatie tot oxaalacetaat.
### 1.8 De glyoxylaatcyclus (in planten en bacteriën)
Planten, bacteriën en sommige protisten bezitten de glyoxylaatcyclus, een variant van de citroenzuurcyclus die decarboxylering vermijdt en het mogelijk maakt om acetyl-CoA om te zetten in glucose en andere koolhydraten. Deze cyclus vindt plaats in glyoxysomen en splitst isocitraat in succinaat en glyoxylaat. Dit stelt deze organismen in staat om vetzuren te metaboliseren tot koolhydraten, iets wat bij zoogdieren niet mogelijk is.
### 1.9 Lokalisatie van de citroenzuurcyclus
De meeste enzymen van de citroenzuurcyclus bevinden zich in de mitochondriële matrix. Het binnenste mitochondriale membraan, dat ondoorlaatbaar is voor de meeste ionen en kleine moleculen, bevat transporteiwitten (carriers) die nodig zijn voor het transporteren van substraten en producten naar en uit de matrix. Het buitenste membraan is relatief permeabel voor kleine moleculen. Deze compartimentalisatie is cruciaal voor het efficiënt functioneren van de metabole paden.
---
# Functie, regulatie en verbindingen van de citroenzuurcyclus
De citroenzuurcyclus, ook wel de Krebs-cyclus genoemd, is een centrale metabolische route die functioneert als een "furnace" voor de oxidatie van acetyl-CoA, resulterend in de productie van ATP en gereduceerde co-enzymen, en speelt een sleutelrol in biosynthetische processen.
### 2.1 De functie van de citroenzuurcyclus
De primaire functie van de citroenzuurcyclus is het genereren van cellulaire energie in de vorm van ATP en gereduceerde elektronendragers, met name NADH en FADH$_{2}$. Deze cyclus is een cruciale schakel tussen de glycolyse en de oxidatieve fosforylering, waar het grootste deel van de ATP-productie plaatsvindt. Daarnaast levert de cyclus intermediairen voor diverse biosynthetische routes.
#### 2.1.1 Energieproductie
De cyclus begint met de oxidatieve decarboxylering van pyruvaat, het eindproduct van de glycolyse, tot acetyl-CoA. Acetyl-CoA wordt vervolgens gecondenseerd met oxaalacetaat om citraat te vormen, het startmolecuul van de cyclus. Door een reeks gecontroleerde oxidaties en decarboxyleringen wordt acetyl-CoA volledig geoxideerd tot koolstofdioxide ($CO_2$). Tijdens dit proces worden elektronen overgedragen aan $NAD^+$ en $FAD$, die gereduceerd worden tot $NADH$ en $FADH_2$. Deze gereduceerde co-enzymen transporteren de elektronen naar de elektronentransportketen, waar hun energie gebruikt wordt om ATP te synthetiseren via oxidatieve fosforylering.
De netto opbrengst per acetyl-CoA molecuul die de cyclus ingaat, is:
* 3 moleculen $NAD^+$ gereduceerd tot $NADH$
* 1 molecuul $FAD$ gereduceerd tot $FADH_2$
* 1 molecuul $GTP$ gegenereerd (dat direct uitwisselbaar is met $ATP$)
* 2 moleculen $CO_2$ geproduceerd
Ondanks dat zuurstof ($O_2$) niet direct participeert in de reacties van de citroenzuurcyclus, is het essentieel voor de voortgang ervan, aangezien het nodig is om $NADH$ en $FADH_2$ te regenereren via de elektronentransportketen.
#### 2.1.2 Biosynthetische rol
De citroenzuurcyclus is niet louter een katabolische route. Veel van de intermediairen van de cyclus dienen als precursors voor de synthese van belangrijke biomoleculen:
* **Oxaalacetaat:** Kan gebruikt worden voor gluconeogenese (aanmaak van glucose) en als precursor voor aspartaat.
* **$\alpha$-ketoglutaraat:** Kan via transaminering worden omgezet in glutamaat en andere aminozuren.
* **Succinyl-CoA:** Is een precursor voor de synthese van porfyrines, de bouwstenen van heemgroepen (zoals in hemoglobine) en chlorofyl.
#### 2.1.3 De glyoxylaatcyclus
Planten, bacteriën en schimmels beschikken over de glyoxylaatcyclus, een variant van de citroenzuurcyclus die decarboxyleringstappen vermijdt. Hierbij wordt isocitraat gesplitst in succinaat en glyoxylaat. Deze cyclus maakt het mogelijk om acetyl-CoA om te zetten in glucose en koolhydraten, zelfs wanneer deze niet uit suikers afkomstig zijn, zoals bij de omzetting van vetzuren. Dit is een belangrijk verschil met zoogdieren, die vetzuren niet direct kunnen omzetten in glucose. De glyoxylaatcyclus vindt plaats in glyoxysomen.
### 2.2 Regulatie van de citroenzuurcyclus
De citroenzuurcyclus wordt nauwkeurig gereguleerd om te voldoen aan de energiebehoefte van de cel en om de aanmaak van biosynthetische precursors te waarborgen. De regulatie vindt plaats op sleutelenzymen, voornamelijk op de "committed steps" en punten waar energie wordt geleverd of verbruikt.
#### 2.2.1 Controlepunten
De belangrijkste controlepunten en hun regulatie zijn:
1. **Pyruvaatdehydrogenase complex:**
* Dit enzymcomplex katalyseert de omzetting van pyruvaat naar acetyl-CoA, een "committed step" naar de cyclus.
* **Inhibitoren:** Acetyl-CoA en $NADH$ (producten van de reactie).
* **Activator:** $CoA$ en $NAD^+$ (reactanten).
2. **Citraatsynthase:**
* Katalyseert de condensatie van acetyl-CoA en oxaalacetaat tot citraat.
* **Signaal voor lage energielading:** $NAD^+$ en $FAD$.
* **Allosterische inhibitor:** $ATP$ (verhoogt de $K_M$ voor acetyl-CoA, wat betekent dat er meer substraat nodig is om dezelfde reactiesnelheid te bereiken).
* **Activator:** $ADP$.
3. **Isocitraatdehydrogenase:**
* Katalyseert de eerste oxidatieve decarboxylering in de cyclus.
* **Allosterische inhibitor:** $ATP$.
* **Allosterische activator:** $ADP$ (verhoogt de affiniteit voor het substraat).
* **Inhibitor:** $NADH$.
4. **$\alpha$-ketoglutaraatdehydrogenase complex:**
* Vergelijkbaar met het pyruvaatdehydrogenase complex, met dezelfde cofactoren.
* **Inhibitoren:** Succinyl-CoA en $NADH$ (producten van de reactie), en $GTP$.
#### 2.2.2 Allosterische regulatie en energietoestand
Over het algemeen remmen moleculen die duiden op een hoge energielading (zoals $ATP$, $NADH$, $GTP$) de cyclus, terwijl moleculen die wijzen op een lage energielading (zoals $ADP$, $NAD^+$) de cyclus stimuleren.
* **Tip:** Herken de hoge energielading moleculen ($ATP$, $NADH$, $GTP$) als potentiële remmers van enzymen die energie produceren of verbruiken.
* **Tip:** Herken de lage energielading moleculen ($ADP$, $NAD^+$) als potentiële activatoren van energieproducerende routes.
### 2.3 Verbindingen met andere metabolische routes
De citroenzuurcyclus is een hub die sterk verbonden is met andere metabolische processen.
#### 2.3.1 Oxidatieve decarboxylering van pyruvaat
De omzetting van pyruvaat naar acetyl-CoA door het pyruvaatdehydrogenase complex is de poort naar de citroenzuurcyclus. Dit complex is een multienzymatisch systeem dat cofactoren zoals thiaminepyrofosfaat, liponamide, $CoA$, $NAD^+$ en $FAD$ gebruikt.
$$ \text{Pyruvaat} + \text{CoA} + NAD^+ \rightarrow \text{Acetyl-CoA} + CO_2 + NADH + H^+ $$
#### 2.3.2 Verbindingen met NAD+ en veroudering
Er wordt gesuggereerd dat $NAD^+$ een belangrijke rol speelt bij veroudering. Een daling in de cellulaire concentratie van $NAD^+$ naarmate men ouder wordt, kan leiden tot een verminderde stoichiometrie en efficiëntie van de elektronentransportketen en de ATP-synthese. Dit suggereert dat $NAD^+$ niet alleen een cruciale rol speelt in het metabolisme, maar ook in de cellulaire gezondheid en het verouderingsproces.
#### 2.3.3 Verbindingen met biosynthese en anaplerotische reacties
Wanneer intermediairen van de citroenzuurcyclus worden gebruikt voor biosynthese, moeten ze worden aangevuld om de cyclus te laten voortduren. Dit gebeurt via **anaplerotische reacties**. Enkele belangrijke voorbeelden zijn:
* **Oxaalacetaat aanmaak:**
* **Transaminering:** Aspartaat kan via transaminering met $\alpha$-ketoglutaraat oxaalacetaat en glutamaat vormen.
$$ \text{Oxaalacetaat} + \text{Glutamaat} \rightleftharpoons \alpha\text{-ketoglutaraat} + \text{Aspartaat} $$
* **Carboxylering van pyruvaat:** Pyruvaat kan door het enzym pyruvaatcarboxylase met $CO_2$ en $ATP$ worden omgezet in oxaalacetaat. Dit is een energetisch ongunstige reactie die hydrolyse van $ATP$ vereist en afhankelijk is van het co-enzym biotine.
$$ \text{Pyruvaat} + CO_2 + ATP + H_2O \rightarrow \text{Oxaalacetaat} + ADP + P_i $$
* **Carboxylering en reductie van pyruvaat tot malaat:** Pyruvaat kan via een carboxylering en een $NADPH$-afhankelijke reductie worden omgezet in malaat, dat vervolgens kan worden geoxideerd tot oxaalacetaat.
* **Succinyl-CoA aanmaak:** De omzetting van succinyl-CoA naar succinaat door succinyl-CoA synthetase produceert $GTP$ (of $ATP$ via nucleoside difosfokinase) en $CoA$. Dit is een belangrijke stap omdat het direct energie genereert binnen de cyclus en succinaat vormt voor verdere reacties.
#### 2.3.4 Lokalisatie van de citroenzuurcyclus
De meeste enzymen van de citroenzuurcyclus zijn gelokaliseerd in de **matrix van de mitochondriën**. De buitenste mitochondriale membraan is permeabel voor kleine moleculen en ionen, terwijl de binnenste membraan, waar de elektronentransportketen zich bevindt, ondoordringbaar is en specifieke "carrier"-eiwitten nodig heeft voor transport. Compartimentalisatie binnen de cel is cruciaal voor het efficiënt laten verlopen van specifieke reacties.
> **Tip:** Begrijp dat de citroenzuurcyclus niet geïsoleerd opereert, maar een centraal punt is in het cellulaire metabolisme, dat zowel energie genereert als bouwstenen levert voor biosynthese. De regulatie door allosterie en de beschikbaarheid van substraten en producten zijn cruciaal voor de balans.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Citroenzuurcyclus | Een reeks chemische reacties die plaatsvindt in de mitochondriale matrix en essentieel is voor de cellulaire ademhaling, waarbij acetyl-CoA wordt geoxideerd tot koolstofdioxide, waarbij ATP en gereduceerde co-enzymen worden geproduceerd. |
| Krebs-cyclus | Een alternatieve naam voor de citroenzuurcyclus, vernoemd naar de ontdekker Hans Krebs. |
| Mitochondriën | Celorganellen die bekend staan als de energiecentrales van de cel, waar de meeste cellulaire ademhaling en ATP-productie plaatsvinden. |
| Oxidatieve decarboxylering | Een biochemisch proces waarbij een carboxylgroep wordt verwijderd in de vorm van koolstofdioxide, vaak gepaard gaand met de oxidatie van het substraat. |
| Pyruvaat | Een driekoolstofverbinding die het eindproduct is van glycolyse en de directe voorloper is van acetyl-CoA in de citroenzuurcyclus. |
| Acetyl-CoA | Een molecuul dat een acetylgroep combineert met co-enzym A; het is een belangrijk intermediair in de stofwisseling, met name in de citroenzuurcyclus. |
| Koolstofdioxide (CO2) | Een gasvormig afvalproduct dat wordt geproduceerd tijdens de citroenzuurcyclus door de decarboxylering van intermediairen. |
| Citraatsynthase | Het enzym dat de eerste stap van de citroenzuurcyclus katalyseert, waarbij acetyl-CoA condenseert met oxaalacetaat om citraat te vormen. |
| Oxaalacetaat | Een vierkoolstofdicarbonzuur dat essentieel is voor de citroenzuurcyclus, waar het reageert met acetyl-CoA om citraat te vormen en wordt geregenereerd aan het einde van de cyclus. |
| Citraat | Een zes-koolstofverbinding die wordt gevormd aan het begin van de citroenzuurcyclus door de reactie van oxaalacetaat en acetyl-CoA. |
| Isocitraat | Een isomeer van citraat, gevormd door de omzetting van citraat door het enzym aconitase, en het eerste substraat dat wordt geoxideerd en gedecaboxyleerd in de citroenzuurcyclus. |
| Alfa-ketoglutaraat | Een vijf-koolstofverbinding die ontstaat na de oxidatieve decarboxylering van isocitraat, en die verder wordt gemetaboliseerd in de citroenzuurcyclus. |
| Succinyl-CoA | Een vier-koolstofverbinding die wordt gevormd uit alfa-ketoglutaraat en die betrokken is bij de synthese van heemring en de fosforylering van GDP. |
| Succinaat | Een vier-koolstofdicarbonzuur dat wordt gevormd uit succinyl-CoA en dat wordt geoxideerd tot fumaraat in de citroenzuurcyclus. |
| Fumaraat | Een vier-koolstofdicarbonzuur dat wordt gevormd uit succinaat en wordt omgezet in malaat door het enzym fumarase. |
| Malaat | Een vier-koolstofdicarbonzuur dat wordt gevormd uit fumaraat en wordt geoxideerd tot oxaalacetaat door malaatdehydrogenase. |
| Gereduceerde equivalenten | Moleculen die waterstofatomen en elektronen hebben opgenomen, zoals NADH en FADH2, die hun energie afgeven tijdens de elektronentransportketen. |
| ATP (Adenosinetrifosfaat) | De primaire energiedrager in de cel, gevormd tijdens cellulaire ademhaling, inclusief de citroenzuurcyclus. |
| GTP (Guanosinetrifosfaat) | Een energierijke verbinding die tijdens de citroenzuurcyclus wordt geproduceerd en kan worden omgezet in ATP. |
| Elektronentransportketen (ETK) | Een reeks eiwitcomplexen in het binnenste mitochondriale membraan die elektronen transporteren om een protonengradiënt te creëren voor ATP-synthese. |
| Anaplerotische reacties | Reacties die intermediairen van de citroenzuurcyclus aanvullen om de cyclus draaiende te houden, vooral wanneer intermediairen worden onttrokken voor biosynthese. |
| Glyoxylaatcyclus | Een metabole route die voorkomt in planten en bacteriën, waardoor vetzuren kunnen worden omgezet in koolhydraten door het vermijden van de decarboxylatiestappen van de citroenzuurcyclus. |
| Compartimentalisatie | Het proces waarbij een cel is verdeeld in verschillende functionele compartimenten, zoals organellen, die specifieke biochemische reacties mogelijk maken. |
| NAD+ (Nicotinamide adenine dinucleotide) | Een co-enzym dat betrokken is bij veel redoxreacties in de cel en fungeert als een elektronacceptor. |
| NADH | De gereduceerde vorm van NAD+, die elektronen en waterstofatomen draagt en gebruikt wordt in de elektronentransportketen voor ATP-productie. |
| FAD (Flavine adenine dinucleotide) | Een co-enzym dat betrokken is bij redoxreacties en elektronen kan accepteren om FADH2 te vormen. |
| FADH2 | De gereduceerde vorm van FAD, die elektronen en waterstofatomen draagt en gebruikt wordt in de elektronentransportketen. |
| Biotine | Een vitamine (vitamine B7) die fungeert als een co-enzym voor carboxylase-enzymen, essentieel voor de carboxylering van pyruvaat tot oxaalacetaat. |