Cover
Start nu gratis samenvatting examen sociale kaart.docx
Summary
# Asiel en migratie
Asiel en migratie is een complex beleidsterrein in België dat zich bezighoudt met de procedures, opvang, integratie en rechten van asielzoekers en migranten. Verschillende overheidsinstanties en organisaties spelen hierin een cruciale rol.
## 1. Asiel en migratie
### 1.1 Personen in asielprocedure
#### 1.1.1 Fedasil
Fedasil is het federale orgaan dat verantwoordelijk is voor de opvang van asielzoekers. Dit orgaan beheert zelf een aantal opvangcentra of besteedt deze uit aan partners, zoals het Rode Kruis. Fedasil voorziet in de basisbehoeften: "bed, bad, brood". Daarnaast zijn er gesloten centra voor personen van wie de asielprocedure is afgerond en die uitgeprocedeerd zijn.
#### 1.1.2 Lokaal opvanginitiatief (LOI)
Lokale opvanginitiatieven worden beheerd door de gemeente, vaak in samenwerking met het OCMW. Deze initiatieven vallen onder de bevoegdheid van Fedasil. LOI's zijn doorgaans kleiner van opzet, wat meer autonomie en privacy biedt aan de bewoners. Ook niet-begeleide minderjarigen kunnen hier worden opgevangen.
### 1.2 Integratie en inburgering
De integratie en inburgering van nieuwkomers omvat verschillende aspecten:
* **Contactpunten inburgering**: Deze fungeren als centra voor het inburgeringstraject, dat bestaat uit:
* Nederlandse taalles
* Maatschappelijke oriëntatie
* Werk: Vrijwilligerswerk, stages, participatie- en netwerktrajecten.
* **Huizen van het Nederlands**: Deze huizen coördineren het taalaanbod, maar geven zelf geen cursussen. Cursussen worden wel aangeboden door instanties zoals LIGO en CVO.
* **Sociale tolk**: Een sociale tolk kan worden ingeschakeld om voorzieningen en lokale besturen te ondersteunen bij communicatie met anderstaligen.
* **Dienst vreemdelingenrecht en internationaal familierecht**: Deze dienst richt zich op professionals en hulpverleners en biedt geen individueel advies.
### 1.3 Welzijnswerk en sociaal beleid
#### 1.3.1 Eerstelijns welzijnswerk
Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW) bieden een breed scala aan diensten, waaronder:
* Ontmoeting en onthaal
* Begeleidingscontinuüm, met aandacht voor dak- en thuisloosheid, wonen, mentaal welzijn, kwetsbare gezinnen en jongeren, relationele problemen, en intra-familiaal geweld.
* Jongeren kunnen terecht bij het JAC (Jongeren Advies Centrum) voor hulp bij dader- en slachtofferschap.
#### 1.3.2 OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn)
* **Voor wie?**: OCMW's werken geografisch afgebakend (één OCMW per gemeente) en staan klaar voor elke burger met welzijnsvragen. Ze vormen de sluitstuk van de sociale bescherming.
* **Doel**: Het OCMW streeft ernaar dat iedereen een leven kan leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. Dit gebeurt via curatieve en preventieve hulp, die materieel, sociaal, geneeskundig, sociaal-geneeskundig en psychologisch kan zijn. Ook dringende medische hulp voor uitgewezen asielzoekers behoort tot hun takenpakket.
* **Decreet lokaal bestuur**: Dit decreet heeft de werking van de OCMW's grotendeels vervangen. Het streeft naar één beleid en beleidsploeg voor het OCMW en de gemeente. De gemeenteraad fungeert als raad voor maatschappelijk welzijn, en het vast bureau bestaat uit de burgemeester en schepenen. Een uitzondering hierop is het bijzonder comité voor de sociale dienst.
* **Individuele steun**: Het leefloon en aanvullende steun zijn gebaseerd op een maatschappelijk onderzoek door een maatschappelijk assistent.
* **Decreet lokaal sociaal beleid**: Dit decreet beoogt de ontwikkeling van een inclusief en integraal lokaal sociaal beleid. Het regisseert het sociale beleid op lokaal niveau door vraag en aanbod af te stemmen en de sociale hulp en dienstverlening toegankelijk te maken. Het wil onderbescherming tegengaan en bijdragen tot de vermaatschappelijking.
### 1.4 Gezondheidszorg
#### 1.4.1 Ziekenfondsen
Binnen elk ziekenfonds zijn er diensten die ondersteuning bieden bij ziekte, handicap en ouderdom. Ze organiseren thuiszorg, ondersteunen mantelzorgers, stellen de graad van zorgbehoefte vast voor zorgbudgetten of tegemoetkomingen, en fungeren als contactpunt voor personen met een beperking. Daarnaast bieden ze psychosociale begeleiding bij verliesverwerking.
#### 1.4.2 Algemene gezondheidszorg
* **Wat houdt het in?**:
* **Preventie**: Vaccinaties, bevordering van beweging, zelfmoordpreventie, algemeen welzijn, preventieve tandzorg.
* **Curatieve zorg**: Genezing van ziekten door middel van operaties, medicatie, etc.
* **Palliatieve zorg**: Voorkomen of verlichten van lijden en comfortzorg.
* **Toegang tot zorg**: Het "stepped care"-model, met de huisarts als centrale spil, is hierbij belangrijk.
* **Financiering**: De verplichte ziekteverzekering zorgt voor terugbetaling door het ziekenfonds of de hulpkas. Er zijn echter persoonlijke aandelen of remgelden.
* **Gezondheidskloof**: Personen met een laag inkomen stellen zorg uit, wat leidt tot een kortere levensverwachting lager op de sociale ladder.
* **Organisatie van de gezondheidszorg**:
* **Zelfstandige zorgverstrekkers**: Zij worden vergoed per prestatie volgens de nomenclatuur. Ze kunnen al dan niet geconventioneerd zijn.
* **Diensten en organisaties**: Dit omvat ziekenhuizen (met sociale dienst en ombudsdienst), wijkgezondheidscentra, diensten voor thuisverpleging.
#### 1.4.3 Geestelijke gezondheidszorg
* **Zelfstandig werkende zorgverstrekkers**: Dit valt onder de federale bevoegdheid.
* **Huisarts**: De huisarts is de spilfiguur in de gezondheidszorg.
* **Psychologen of klinisch orthopedagogen**: Behandeling kan plaatsvinden door psychologen, psychiaters of therapeuten.
* **Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG)**: Deze centra, gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, bieden ambulante diagnostiek, behandeling of begeleiding voor kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. Ze werken multidisciplinair (psychiater, psychologen, sociaal werker) en organiseren preventieve activiteiten (bv. verslaving, zelfdoding).
* **Psychiatrisch ziekenhuis**: Biedt residentiële (dag en nacht) medische, gespecialiseerde diagnostiek en behandeling voor kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. Er zijn crisisopvang, kortdurende en voornamelijk langdurende behandelmogelijkheden, evenals een ambulant aanbod via de polikliniek.
* **PAAZ (Psychiatrische afdeling in een algemeen ziekenhuis)**: Biedt acute, crisis- en kortdurende diagnostiek en behandeling.
* **Psychiatrisch verzorgingstehuis**: Biedt residentiële woonvormen met continue verzorging en begeleiding voor volwassenen en ouderen met een gestabiliseerde langdurige psychiatrische problematiek.
* **Rehabilitatie**: Omvat beschut wonen voor volwassenen (en ouderen) met complexe en langdurige psychiatrische problematiek, waarbij begeleiding gekoppeld is aan huisvesting (individueel of in groep). Dagactiviteitencentra bieden ondersteuning en structuur voor daginvulling, ontmoeting, vrije tijd, vorming en werk.
#### 1.4.4 Artikel 107 en zorgcircuits
Artikel 107 van de ziekenhuiswet voorziet in de afbouw van bedden en de vermaatschappelijking van de zorg. Dit leidt tot de ontwikkeling van zorgcircuits en zorgnetwerken die de continuïteit van zorg garanderen. Deze netwerken omvatten functies zoals preventie en promotie, mobiele teams voor acute en langdurige zorg, rehabilitatie, behandelunits en specifieke woonvormen.
#### 1.4.5 Centra met revalidatieovereenkomst
Deze centra bieden psychosociale revalidatie, revalidatie voor verslaafden, en hulp bij kinderpsychiatrische aandoeningen, vroegtijdige stoornissen in de interactie tussen ouderen en kinderen. Ook centra voor ambulante revalidatie en referentiecentra voor autisme vallen hieronder, met als doel het terugwinnen van autonomie en het verminderen van beperkingen.
* **Bevoegdheden**:
* **Federaal**: Acute zorg en beheer van de ziekteverzekering.
* **Vlaanderen**: Kwaliteit, preventieve zorg, chronische zorg.
### 1.5 Onderwijs
#### 1.5.1 Structuur van het onderwijs
Het onderwijs in België is georganiseerd in drie netten:
* **Gemeenschapsonderwijs (GO!)**: Officieel gesubsidieerd onderwijs.
* **Officieel gesubsidieerd onderwijs**: Georganiseerd door provincies, steden en gemeenten.
* **Vrij gesubsidieerd onderwijs**: Onder andere het Katholiek onderwijs.
#### 1.5.2 Diensten voor kwetsbare groepen
* **Duaal leren**: Gericht op de tweede en derde graad, met de nadruk op praktijkervaring op de werkvloer.
* **Ligo (Centrum voor Basiseducatie)**: Biedt basisopleidingen aan volwassenen die dit nodig hebben.
* **Volwassenonderwijs**: Biedt een "tweede kans" onderwijs.
* **OKAN (Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers)**: Richt zich op de integratie van nieuwkomers in het onderwijs.
#### 1.5.3 Decreet leerlingenbegeleiding (17/04/2018)
Dit decreet heeft vier hoofddoelen:
1. De totale ontwikkeling van alle leerlingen bevorderen.
2. Het welbevinden van leerlingen verhogen.
3. Vroegtijdig schoolverlaten voorkomen.
4. Meer gelijke onderwijskansen creëren.
Dit wordt gerealiseerd via vier domeinen: leren en studeren, preventieve gezondheidszorg (medisch schooltoezicht), schoolloopbaan, en psychisch en sociaal functioneren. Het decreet legt de nadruk op een zorgcontinuüm en de rol van het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB).
#### 1.5.4 Leersteendecreet
Dit decreet, van kracht sinds 1 september 2023, beoogt twee belangrijke doelen:
1. Het bevorderen van de maximale ontplooiing, leerwinst, welbevinden, zelfredzaamheid en volwaardige participatie van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon onderwijs.
2. Het versterken van de competenties van leraren en schoolteams in het gewoon onderwijs om leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften te begeleiden en een inclusieve klas- en schoolcultuur te creëren.
Dit decreet is gericht op inclusief onderwijs voor leerlingen met specifieke leerbehoeften (zoals leerstoornissen of een lichte mentale beperking) binnen het gewoon onderwijs. Scholen passen "redelijke aanpassingen" toe als eerste fase van het zorgcontinuüm. Het CLB fungeert als poortwachter.
#### 1.5.5 Leersteuncentra
Leersteuncentra beschikken over diverse expertise (onderwijskundig, handicap-specifiek, inclusie, coaching). De handicap-specifieke expertise omvat:
* **Type basisaanbod**: Voor leerlingen die het gemeenschappelijk curriculum met redelijke aanpassingen niet kunnen volgen in het gewoon onderwijs.
* **Type 2**: Verstandelijke beperking.
* **Type 3**: Emotionele of gedragsstoornis (zonder verstandelijke beperking).
* **Type 4**: Motorische beperking.
* **Type 6**: Visuele beperking.
* **Type 7**: Auditieve beperking en spraak- of taalstoornis.
* **Type 9**: Autismespectrumstoornis (zonder verstandelijke beperking).
### 1.6 Jeugdhulp en opvoeding
#### 1.6.1 Kind en Gezin
De missie van Kind en Gezin (onderdeel van Opgroeien) is om actief bij te dragen aan het welzijn van elk kind in Vlaanderen en Brussel, met oog voor kinderrechten en diversiteit. De dienst- en hulpverlening omvat:
* **Preventieve gezinsondersteuning**: Gericht op aanstaande ouders (met extra aandacht voor maatschappelijk kwetsbare vrouwen) en gezinnen met kinderen tot 3 jaar (met extra aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen). De kerntaak is medische, psychosociale en pedagogische preventie en ondersteuning. Dit gebeurt via samenwerking met kraamklinieken, bezoeken van regioverpleegkundigen, consultatiebureaus, inloopteams, telefonisch advies (Kind en Gezin-lijn), nieuwsbrieven en brochures. Deze dienstverlening is gratis, vrijwillig en vraaggericht.
* **Kinderopvang**.
* **Adoptie**.
Kind en Gezin subsidieert ook dienstverlening door partners, zoals:
* Centrum voor kinderzorg en gezinsondersteuning.
* Vertrouwenscentrum voor kindermishandeling.
* Huis van het Kind.
#### 1.6.2 Integrale jeugdhulp
Integrale jeugdhulp streeft naar zes doelstellingen: krachtgericht werken, tijdige toegang, continuïteit, adequaat omgaan met verontrusting, crisisopvang, en participatie. De doelgroep zijn minderjarigen, hun ouders, opvoedingsverantwoordelijken en voogden van niet-begeleide minderjarigen. Hulpverlening aan +18-jarigen is beperkt mogelijk tot 25 jaar (jeugdhulp) of 26 jaar (VAPH).
* **Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ)**:
* **Brede Instap**: Dit is het eerste aanspreekpunt voor alle hulpvragen. De diensten verstrekken informatie, bieden kortdurende hulp aan en verwijzen indien nodig. Deelnemende instanties zijn o.a. CAW, JAC, inloopteams van Kind en Gezin en CLB.
* **Intensievere hulp**: Dit is probleemgebonden hulp die dieper ingaat op specifieke problemen.
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH)**:
* Deze hulp kan enkel ingezet worden met het akkoord en de tussenkomst van de intersectorale toegangspoort. De hulp is gespecialiseerd en intensief. De aanvraag gebeurt met een A-document door een hulpverlener.
* **Verontrusting**: Bij een ontwikkeling van de minderjarige of problemen binnen het gezin die ernstig, langdurig en complex zijn, of bij ernstig gevaar.
* **Gemandateerde voorziening (GV)**: Indien de hulp vastloopt of niet aanvaard wordt, kan een gemandateerde voorziening ingeschakeld worden. Dit kan een aanmelding met een M-document inhouden. De taken van een GV omvatten consult, onderzoek naar maatschappelijke noodzaak (MaNo) en het opstarten van gepaste hulpverlening. Bij weigering of niet meewerken kan doorverwijzing naar het jeugdparket volgen.
* **Gerechtelijke jeugdhulp**: De jeugdrechter legt hulp op in de volgende situaties:
* Een minderjarige overtreedt de wet (delict).
* Een minderjarige bevindt zich in een VOS (Veroorzakende Onveilige Situatie) en hulp op vrijwillige basis is niet mogelijk.
* Er is een acute crisissituatie die onmiddellijk ingrijpen vereist (hoogdringendheid).
De sociale dienst van de jeugdrechtbank speelt hierin een belangrijke rol.
* **Crisisjeugdhulp, bemiddeling en cliëntoverleg**:
* **Crisisjeugdhulp**: Inzetbaar voor alle minderjarigen in een crisis.
* **Bemiddeling**: Bij conflicten in de hulpverlening, gericht op een voor alle partijen aanvaardbaar akkoord.
* **Cliëntoverleg**: Een specifieke vorm van overleg waarbij cliënten, hun netwerk en hulpverleners samenkomen om af te stemmen.
### 1.7 Personen met een beperking
#### 1.7.1 Definitie en doelgroep
Personen met een beperking worden gedefinieerd als personen met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die, in wisselwerking met diverse drempels, hen beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met anderen te participeren in de samenleving. Dit is conform het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
De doelgroep omvat:
* Personen met psychische problemen.
* Personen met leerstoornissen.
* Personen met een verstandelijke beperking.
* Personen met een fysieke of sensorische beperking (slechtzienden, rolstoelgebruikers, slechthorenden).
* Personen die lijden aan een chronische of degeneratieve ziekte.
#### 1.7.2 Bevoegdheden en ondersteuning
* **Bevoegdheden**:
* **FOD Directie Generaal personen met handicap**: Regelt inkomen, parkeerkaarten en attesten.
* **Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH)**: Coördineert zorg en ondersteuning.
* **Ondersteuning**:
* **Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH)**:
* Diensten ondersteuningsplan (DOP)
* Bijstandsorganisaties
* Groenezorg initiatieven
* Organisaties voor vrijetijdszorg
* Observatie-, diagnose- en behandelingsunits (ODB-units)
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH)**:
* **NRTH - Minderjarigen**:
* Persoonlijk assistentiebudget (PAB)
* Multifunctioneel centrum (MFC): biedt begeleiding (pedagogisch en psychosociaal), dagopvang (schoolaanvullend of -vervangend) en verblijf (opvang gedurende de nacht).
* **NRTH - Meerderjarigen**:
* Persoonsvolgend budget (PVB) (cash of voucher)
* Dagondersteuning
* Woonondersteuning
* Individuele ondersteuning (psychosociaal, praktisch, globaal)
* Permanentie
#### 1.7.3 Dienst ondersteuningsplan (DOP)
Het DOP werkt samen met het netwerk van de hulpvrager om op maat gemaakte antwoorden te vinden op ondersteuningsvragen en -noden. Hierbij wordt een ondersteuningsplan opgesteld.
#### 1.7.4 Hulpmiddelen en aanpassingen
Er is ondersteuning voor hulpmiddelen voor motorische, visuele, auditieve en cognitieve handicaps (bv. blinde geleide hond, ringleiding), taal- en stemstoornissen (bv. stemversterker) en leerstoornissen (bv. ondersteuningssoftware). Ook aanpassingen (bv. aan een stuur) vallen hieronder.
**Belangrijk**: Aanvragen voor VAPH-ondersteuning moeten ingediend worden vóór de leeftijd van 65 jaar. De definitie van een participatieprobleem, relevant voor VAPH, benadrukt het samenspel tussen functiestoornissen, beperkingen bij activiteiten en persoonlijke/externe factoren.
### 1.8 Samenlevingsopbouw en sociaal-cultureel werk
#### 1.8.1 Samenlevingsopbouw
SAAMO (Samen uitsluiting aanpakken) is een netwerk van acht erkende VZW's in Vlaanderen, met vestigingen in de grote steden. SAAMO werkt vanuit twee opdrachten:
* **Agogische opdracht**: Brengt mensen samen in innovatief projectwerk en buurtwerk, met als doel grond- en mensenrechten te realiseren, sterke buurten en steden te creëren en collectief burgerschap te bevorderen.
* **Politieke opdracht**: Richt zich op verbeteringen in beleid en regelgeving en op publieke bewustwording.
#### 1.8.2 Sociaal-cultureel werk (volwassenen)
Centraal in sociaal-culturele praktijken staan ontmoeting, niet-formeel leren (buiten schoolverband), gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement.
* **De sector**: Omvat 131 organisaties, 180.000 vrijwilligers en 14.000 lokale groepen.
* **Activiteiten**: Gericht op participatie, actief burgerschap en samenleven, mensenrechten en vrede, in diverse domeinen zoals welzijn, opvoeding, onderwijs, kunst, cultuur en persoonlijke groei. Burgerinitiatieven kunnen doelgroepgericht zijn of een specifiek thema behandelen.
#### 1.8.3 Maatschappelijke opdracht van sociaal-cultureel werk
* **Verbindende rol**: Verbindt mensen en groepen om elkaar beter te leren kennen en meer vertrouwen te ontwikkelen, wat bijdraagt aan de groei van burgers in de samenleving.
* **Kritische rol**: Zet mensen aan tot kritisch denken over maatschappelijke kwesties, en bevordert zo kritisch burgerschap.
* **Laboratoriumrol**: Organiseert experimenten om maatschappelijke verandering te realiseren en biedt een laboratorium voor antwoorden op complexe samenlevingskwesties, waarin mensen hun ondernemend burgerschap kunnen ontwikkelen.
#### 1.8.4 Soorten sociaal-culturele organisaties
* **Sociaal-culturele verenigingen**: Femma, Raak, Oxfam, etc.
* **Etnisch-culturele federaties**.
* **Internationaal comité AVANSA (Vormingplus)**: Biedt vorming over uiteenlopende thema's en werkt samen met andere centra.
* **Landelijke vormingscentra**: Gespecialiseerd in thema's zoals milieu of relaties.
* **Bewegingen**: Zetten mensen in beweging rond specifieke thema's (bv. klimaat).
### 1.9 Jeugdwerk
Jeugdwerk in Vlaanderen is zeer divers en evolueert mee met de noden van jongeren. De definitie luidt: "groepsgericht sociaal-cultureel werk op basis van niet-commerciële doelen voor of door de jeugd van drie tot en met dertig jaar, in de vrije tijd, onder educatieve begeleiding en ter bevordering van de algemene en integrale ontwikkeling van de jeugd die daaraan deelneemt op vrijwillige basis".
#### 1.9.1 Vlaamse jeugdwerkvormen
* **Landelijk georganiseerde jeugdverenigingen**: Begeleiden lokale verenigingen met activiteiten en vorming.
* **Verenigingen voor informatie en participatie**: Bieden informatie over kinderrechten, participatieprocessen of mediaproductie.
* **Cultuureducatieve verenigingen**: Stimuleren de artistieke creativiteit van kinderen.
* **Politieke jongerenbewegingen**: Vormen en stimuleren jongeren tot politieke participatie.
* **Intermediaire organisaties**: Gericht op belangenbehartiging en beleidsgericht werk.
#### 1.9.2 Bovenlokaal jeugdwerk
* **Bovenlokale open jeugdwerkingen**: Organiseren activiteiten op publieke, open toegankelijke plaatsen.
* **Ondersteunende organisatie: FORMAAT**: Een bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties.
* **Ondersteunende organisatie: Uit de Marge**: Een bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen en jongeren met een handicap.
### 1.10 Arbeidsmarkt en tewerkstelling
#### 1.10.1 Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA)
De RVA is een openbare instelling van sociale zekerheid die zich bezighoudt met:
* Het stelsel van de werkloosheidsverzekering en andere uitkeringen: kent rechten toe en bepaalt bedragen.
* Loopbaanonderbreking en tijdskrediet: geeft toestemming tot betaling van uitkeringen.
* Bestrijding van oneigenlijk gebruik van de werkloosheidsverzekering.
#### 1.10.2 Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling (VDAB)
De VDAB bevordert de werking van de arbeidsmarkt in Vlaanderen. Ze helpt werkzoekenden en werknemers bij loopbaanontwikkeling, werkt samen met andere dienstverleners om sneller een job te vinden, en besteedt speciale aandacht aan personen uit kansengroepen. De VDAB organiseert ook opleidingen.
#### 1.10.3 Sociale economie
* **Maatwerkbedrijven**: Gericht op mensen met een arbeidsbeperking die een zekere afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Ze bieden werk in een aangepaste omgeving met begeleiding en ondersteuning op maat.
* **Lokale Diensteneconomie initiatieven**: Overheden bouwen hierbij een dienstenaanbod uit dat lokale noden invult en kansen creëert voor personen die moeilijk uit de werkloosheid raken (bv. sociaal restaurant, buurtgerichte kinderopvang).
* **Individueel maatwerk**: Werkgevers ontvangen een loonpremie en/of begeleidingspremie voor werknemers met een arbeidsbeperking.
* **Arbeidsmatige activiteiten**: Tijdelijke, onbetaalde activiteiten gericht op het aanbieden van de latente functies van arbeid, met de focus op stappen richting betaalde arbeid (bv. in een kringwinkel).
#### 1.10.4 Vakbonden
* **Regionale dienstverlening**: Uitbetalingsinstellingen voor werkloosheid.
* **Beroepscentrales**: Bieden juridische bijstand in arbeidsrechtelijke kwesties, nemen deel aan sociaal overleg en sluiten collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO's) op sectoraal niveau. Ze behartigen de individuele en collectieve belangen van arbeiders.
#### 1.10.5 Werkgeversorganisaties
* VOKA: Vlaams netwerk van ondernemingen.
* UNIZO: Vertegenwoordigt zelfstandigen, KMO's en vrije beroepen.
* Boerenbond: Beroepsorganisatie voor boeren en tuinders.
### 1.11 Wonen
#### 1.11.1 Sociale woonmaatschappijen
Sinds 1 januari 2024 zijn er belangrijke wijzigingen, waaronder de fusie tot één maatschappij per werkingsgebied (bv. WIL, Woonboog, Leefgoed). Deze nieuwe maatschappijen combineren de taken van sociale verhuurkantoren en sociale huisvestingsmaatschappijen. Ze verhuren woningen op de private huurmarkt en bouwen sociale woningen.
* **Inschrijving**: Er is een centraal inschrijvingsregister.
* **Voorwaarden**: Inkomensvoorwaarden (middentoets), kennis van het Nederlands, eigendomsvoorwaarden en inschrijving bij de VDAB zijn vereist.
* **Toewijzing**: De toewijzing is gebaseerd op lokale binding met de gemeente, mantelzorg, en de wachttijd. Er is een versnelde toewijzing voor specifieke doelgroepen zoals dak- en thuislozen, personen met een psychische kwetsbaarheid, jongeren in begeleid zelfstandig wonen, slachtoffers van intra-familiaal geweld en personen met slechte woonomstandigheden.
* **Begeleiding**: Verplichte begeleiding kan gekoppeld worden aan een huurcontract.
* **Doelgroepenbeleid**: Lokaal woonreglement legt specifieke doelgroepen vast, bv. aangepaste woningen voor ouderen of personen met een beperking.
#### 1.11.2 Huurdersbond
De Huurdersbond behartigt de belangen van zowel private als sociale huurders. Ze is een tweedelijnsorganisatie en het lidmaatschap is betaald. De Huurdersbond biedt advies over huurcontracten, informeert over rechten en plichten, helpt bij het opmaken van documenten en verduidelijkt wetgeving (bv. opzegging, waarborg). Ze is er niet voor eigenaars en verhuurders.
### 1.12 Woonzorg
Het woonzorgdecreet omvat een breed aanbod aan diensten:
* **Lokale dienstencentra (LDC)**.
* **Diensten voor gezinszorg**.
* **Diensten voor oppashulp**.
* **Diensten voor thuisverpleging**.
* **Diensten maatschappelijk werk van ziekenfondsen**.
* **Diensten voor gastopvang**.
* **Centra voor dagverzorging, kortverblijf en herstelverblijf**.
* **Groepen van assistentiewoningen**.
* **Woonzorgcentra**.
* **Verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers**.
#### 1.12.1 Hulp en ondersteuning
Het hulpaanbod is concreet en omvat:
* **Maaltijden, poetsen, etc.**
* **Ondersteuning mantelzorgers**: Mantelzorgpremies, mantelzorgcafés.
* **Zorg**: Verzorging, verpleging.
* **Vorming en ontmoeting**: Gericht op dementie, lotgenotencontact en LDC-activiteiten.
* **Vrijwilligersaanbod**: Oppashulp, MinderMobielenCentrale (MMC), klusjes.
Sociaal werkers in thuiszorgdiensten spelen voornamelijk een coördinerende rol, helpen bij de organisatie van thuiszorg en ondersteunen mantelzorgers.
---
# Integratie en inburgering
Dit gedeelte van de studiehandleiding behandelt de trajecten en diensten die gericht zijn op de integratie van nieuwkomers, met specifieke aandacht voor taal, maatschappelijke oriëntatie en werk.
### 2.1 Inburgeringstraject
Het inburgeringstraject is gericht op het faciliteren van de integratie van nieuwkomers in de samenleving.
#### 2.1.1 Componenten van het inburgeringstraject
Het traject omvat de volgende kerncomponenten:
* **Nederlandse taal:** Het leren van de Nederlandse taal is essentieel voor participatie in de samenleving.
* **Maatschappelijke oriëntatie:** Inzicht krijgen in de sociale, culturele en politieke structuren van het land.
* **Werk:** Het bevorderen van de toegang tot de arbeidsmarkt via diverse kanalen.
#### 2.1.2 Ondersteunende diensten
Verschillende instanties en diensten dragen bij aan het inburgeringstraject:
* **Contactpunten inburgering:** Deze fungeren als centraal punt voor informatie en begeleiding bij het inburgeringstraject.
* **Huizen van het Nederlands:** Hoewel ze geen cursussen organiseren, coördineren ze wel de taallessen en verwijzen ze door naar aanbieders.
* **LIGO (Laagdrempelig Individueel en Groepsonderwijs) en CVO (Centrum voor Volwassenenonderwijs):** Deze instellingen bieden taalcursussen aan.
* **Sociale tolk/vertaler:** Voorzieningen en lokale besturen kunnen gebruikmaken van sociale tolken en vertalers om communicatiebarrières te overbruggen.
* **Dienst vreemdelingenrecht en internationaal familierecht:** Deze dienst richt zich op professionals en hulpverleners en biedt geen individueel advies.
#### 2.1.3 Participatie en netwerkvorming
Naast taal en oriëntatie zijn ook participatie en netwerkvorming cruciale elementen:
* **Vrijwilligerswerk:** Een uitstekende manier om ervaring op te doen, sociale contacten te leggen en de taal te oefenen.
* **Stage:** Biedt de mogelijkheid om praktijkervaring op te doen in een specifieke sector.
* **Participatie- en netwerktrajecten:** Programma's die gericht zijn op het actief betrekken van nieuwkomers bij de samenleving en het uitbreiden van hun sociale netwerk.
> **Tip:** Het actief deelnemen aan vrijwilligerswerk en netwerkevenementen kan de integratie aanzienlijk versnellen en het gevoel van thuishoren versterken.
### 2.2 Eerstelijns welzijnswerk en algemene diensten
Dit gedeelte belicht de rol van eerstelijns welzijnswerk en algemene diensten die essentieel zijn voor de ondersteuning van verschillende doelgroepen, waaronder nieuwkomers.
#### 2.2.1 Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW)
Het CAW speelt een centrale rol in het welzijnswerk en biedt ondersteuning op diverse gebieden:
* **Ontmoeting en onthaal:** Creëert een laagdrempelige omgeving voor mensen om binnen te stappen met hun vragen.
* **Begeleidingscontinua:** Biedt ondersteuning aan diverse kwetsbare groepen, waaronder:
* Dak- en thuislozen en mensen met woonproblemen.
* Mensen met mentale problemen.
* Kwetsbare gezinnen en jongeren.
* Personen die kampen met relationele problemen of intra-familiaal geweld.
* **JAC (Jongeren Advies Centrum):** Een specifieke dienst van het CAW die zich richt op jongeren, met aandacht voor dader- en slachtofferschap.
* **Precair verblijf:** Ondersteuning voor personen in een onzekere verblijfssituatie.
#### 2.2.2 OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn)
Het OCMW is een cruciale speler in de sociale bescherming en biedt hulp aan alle burgers:
* **Geografische afbakening:** Er is één OCMW per gemeente.
* **Voor wie:** Het OCMW staat open voor elke burger in de gemeente, ongeacht hun situatie.
* **Doel:** Het garanderen van een leven dat beantwoordt aan menselijke waardigheid door middel van maatschappelijke dienstverlening.
* **Aanbod:**
* **Curatieve en preventieve hulp:** Zowel behandeling van bestaande problemen als het voorkomen ervan.
* **Materieel, sociaal, geneeskundig en psychologisch:** Ondersteuning op diverse levensdomeinen.
* **Dringende medische hulp:** Specifieke hulp voor uitgewezen asielzoekers.
#### 2.2.3 OCMW-wetgeving en hervormingen
De werking van het OCMW is door de jaren heen geëvolueerd:
* **Decreet lokaal bestuur:** Grotendeels vervanging van de oude OCMW-wet door een geïntegreerd beleid voor OCMW en gemeente. De gemeenteraad fungeert als raad voor maatschappelijk welzijn, en de burgemeester en schepenen vormen het vast bureau.
* **Bijzonder comité sociale dienst:** Een uitzonderingsorgaan dat individuele steunverlening behandelt.
* **Individuele steun:** Dit omvat het leefloon en aanvullende steun, gebaseerd op maatschappelijk onderzoek door een maatschappelijk assistent.
* **Decreet lokaal sociaal beleid:** Gericht op het ontwikkelen van een inclusief en integraal lokaal sociaal beleid, het afstemmen van vraag en aanbod, en het tegengaan van onderbescherming.
> **Tip:** Het OCMW is een belangrijke 'sluitstuk' van de sociale bescherming; aarzel niet om er hulp te zoeken bij welzijnsvragen.
---
# Welzijnswerk en sociale bescherming
Dit onderwerp biedt een overzicht van de verschillende aspecten van welzijnswerk en sociale bescherming in België, met speciale aandacht voor de rol van OCMW's en integratietrajecten.
### 3.1 Welzijnswerk
Welzijnswerk omvat een breed scala aan diensten en ondersteuning gericht op het bevorderen van het welzijn van burgers.
#### 3.1.1 Eerstelijns welzijnswerk
Het Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW) vormt een belangrijk onderdeel van het eerstelijns welzijnswerk en biedt ontmoeting, onthaal en begeleidingscontinua voor diverse problematieken zoals dak- en thuisloosheid, mentale gezondheidsproblemen en relationele of familiale moeilijkheden. Het JAC (Jongerencentrum) richt zich specifiek op jongeren.
#### 3.1.2 Dienst vreemdelingenrecht en internationaal familierecht
Deze dienst richt zich op professionals en hulpverleners en biedt geen individueel advies.
#### 3.1.3 Integratie en inburgering
Centra voor Inburgering bieden trajecten aan die Nederlandse taalvaardigheid, maatschappelijke oriëntatie, werk (inclusief vrijwilligerswerk, stages en participatietrajecten) omvatten. Huizen van het Nederlands coördineren de aanpak van taalonderwijs, terwijl LIGO en CVO ook een rol spelen.
#### 3.1.4 Sociale tolk
Een sociale tolk dient als vertaler voor voorzieningen en lokale besturen.
#### 3.1.5 Opvang van asielzoekers
Fedasil is het federale orgaan dat verantwoordelijk is voor de opvang van asielzoekers en beheert of besteedt opvangcentra uit aan partners zoals het Rode Kruis. Dit omvat het principe van "bed, bad, brood" en gesloten centra voor uitgeprocedeerde personen. Lokale Opvanginitiatieven (LOI), beheerd door gemeenten en vaak ingebed in OCMW's, bieden kleinere, autonomere opvangmogelijkheden.
### 3.2 Sociale bescherming
Sociale bescherming beoogt de zekerheid van een menswaardig bestaan voor alle burgers.
#### 3.2.1 Recht op maatschappelijke dienstverlening
Het OCMW (Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn) is de spilfiguur in het recht op maatschappelijke dienstverlening.
##### 3.2.1.1 Doel en reikwijdte van het OCMW
Het OCMW streeft ernaar burgers in staat te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan menselijke waardigheid. Het biedt zowel curatieve als preventieve hulp op materieel, sociaal, geneeskundig, sociaal-geneeskundig en psychologisch vlak. Dit omvat ook dringende medische hulp voor uitgewezen asielzoekers. Het OCMW is geografisch afgebakend per gemeente en staat open voor elke burger met welzijnsvragen.
##### 3.2.1.2 Decreet lokaal bestuur en decreet lokaal sociaal beleid
Grote delen van de OCMW-werking zijn geïntegreerd onder het Decreet Lokaal Bestuur, waarbij één beleid en beleidsploeg voor de gemeente en het OCMW worden gehanteerd. De Raad voor maatschappelijk welzijn is de gemeenteraad, en het vast bureau bestaat uit de burgemeester en schepenen. Het Decreet Lokaal Sociaal Beleid richt zich op het ontwikkelen van een inclusief en integraal lokaal sociaal beleid, het afstemmen van vraag en aanbod, en het tegengaan van onderbescherming.
##### 3.2.1.3 Steun van het OCMW
Het OCMW biedt individuele steun, waaronder het leefloon en aanvullende steun, gebaseerd op maatschappelijk onderzoek door een maatschappelijk assistent.
#### 3.2.2 Ziekenfondsen
Binnen elk ziekenfonds wordt begeleiding geboden bij ziekte, handicap en ouderdom. De ziekenfondsen organiseren thuiszorg, ondersteunen mantelzorgers, stellen de graad van zorgbehoefte vast en fungeren als contactpunt voor personen met een beperking. Psychosociale begeleiding bij verliesverwerking behoort ook tot hun taken.
#### 3.2.3 Gezondheidszorg
De gezondheidszorg kent verschillende componenten:
* **Preventie:** Vaccinaties, bevordering van beweging, zelfmoordpreventie, algemeen welzijn en preventieve tandzorg.
* **Curatieve zorg:** Behandeling van ziekten door middel van operaties, medicatie, etc.
* **Palliatieve zorg:** Gericht op het voorkomen of verlichten van lijden en comfortzorg.
De toegang tot zorg verloopt vaak via een "stepped care" model, met de huisarts als centraal aanspreekpunt. De verplichte ziekteverzekering regelt de terugbetaling door ziekenfondsen of hulpkassen, waarbij persoonlijke bijdragen of remgeld een rol spelen. Er bestaat een "gezondheidskloof", waarbij mensen met een lager inkomen zorg uitstellen, wat leidt tot een lagere levensverwachting.
##### 3.2.3.1 Organisatie van de gezondheidszorg
De gezondheidszorg wordt georganiseerd door zelfstandige zorgverstrekkers die vergoed worden per prestatie volgens een nomenclatuur. Ze kunnen geconventioneerd of niet-geconventioneerd zijn. Diensten en organisaties zoals ziekenhuizen (met sociale dienst en ombudsdienst), wijkgezondheidscentra, diensten voor thuisverpleging en ziekenfondsen spelen een cruciale rol. Ziekenfondsen hebben een wettelijke opdracht voor aanvullende diensten en voordelen, en zetten in op sensibilisering en belangenbehartiging. Revalidatiecentra dragen bij aan herstel.
##### 3.2.3.2 Geestelijke gezondheidszorg
De geestelijke gezondheidszorg wordt aangeboden door zelfstandig werkende zorgverstrekkers, huisartsen (als spilfiguur), psychologen, klinisch orthopedagogen, psychiaters en therapeuten.
* **Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG):** Bieden ambulante diagnostiek, behandeling en begeleiding aan kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen, vaak multidisciplinair. Preventieve activiteiten, zoals rond verslaving en zelfdoding, behoren ook tot hun aanbod.
* **Psychiatrische ziekenhuizen:** Bieden residentiële (dag en nacht) medische, gespecialiseerde diagnostiek en behandeling voor kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen, met zowel kortdurende als langdurige opvang. Ze hebben ook een ambulant aanbod via de polikliniek.
* **PAAZ (Psychiatrische afdeling in een algemeen ziekenhuis):** Biedt acute, crisis- en kortdurende diagnostiek en behandeling.
* **Psychiatrische verzorgingstehuizen:** Bieden residentiële woonvormen met continue verzorging en begeleiding voor volwassenen en ouderen met een gestabiliseerde langdurige psychiatrische problematiek, inclusief rehabilitatie.
* **Beschut wonen:** Een woonvorm voor volwassenen (en ouderen) met een complexe en langdurige psychiatrische problematiek, waarbij begeleiding gekoppeld is aan huisvesting in individuele woningen of groepswoningen.
* **Dagactiviteitencentra:** Bieden ondersteuning en structuur, ontmoeting, vrijetijdsbesteding, vorming en werk voor volwassenen (en ouderen) met een complexe en langdurige psychiatrische problematiek.
###### 3.2.3.2.1 Artikel 107 en zorgcircuits
Artikel 107 van de ziekenwet stimuleert de afbouw van bedden en de maatschappelijkering van de zorg, wat leidt tot de ontwikkeling van zorgcircuits en netwerken voor continuïteit van zorg. Deze circuits omvatten preventie en promotie, mobiele teams voor acute en langdurige zorg, rehabilitatie, behandelunits en specifieke woonvormen.
###### 3.2.3.2.2 Vroegtijdige interventie en revalidatie
De PANGG 0-18 centra richten zich op kinderen en jongeren met psychiatrische aandoeningen en vroegtijdige stoornissen in de interactie tussen ouderen en kinderen. Centra met een revalidatieovereenkomst bieden psychosociale revalidatie, o.a. voor verslaafden. Centra ambulante revalidatie en referentiecentra voor autisme focussen op het terugwinnen van autonomie en het verminderen van beperkingen.
###### 3.2.3.2.3 Bevoegdheden
Federale bevoegdheden omvatten acute zorg en het beheer van de ziekteverzekering. Vlaanderen is bevoegd voor kwaliteit, preventieve zorg, chronische zorg en onderwijs.
#### 3.2.4 Onderwijs
Het onderwijs kent drie netten: gemeenschapsonderwijs, officieel gesubsidieerd onderwijs en vrij gesubsidieerd onderwijs.
* **Diensten voor kwetsbare groepen:** Duaal leren richt zich op werkervaring, terwijl Ligo centra biedt voor basiseducatie voor volwassenen. Volwassenenonderwijs biedt een tweede kans. OKAN verzorgt onthaalklassen voor anderstalige nieuwkomers.
* **Leerlingenbegeleiding:** Het decreet leerlingenbegeleiding (17 april 2018) heeft vier doelen: bevorderen van de totale ontwikkeling van alle leerlingen, verhogen van het welbevinden, voorkomen van schoolverlaten en creëren van gelijke onderwijskansen. Het richt zich op vier domeinen: leren en studeren, preventieve gezondheidszorg, schoolloopbaan en psychisch en sociaal functioneren. Het centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB) speelt hierin een centrale rol.
* **Leersteendecreet:** Dit decreet (vanaf 1 september 2023) streeft naar maximale ontplooiing, leerwinst, welbevinden, zelfredzaamheid en participatie voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon onderwijs. Het versterkt ook de competenties van leraren en schoolteams voor inclusieve praktijken.
* **Leersteuncentra:** Deze centra bieden expertise op onderwijskundig, handicap-specifiek, inclusie- en coachingvlak. De handicap-specifieke expertise omvat types voor basisaanbod, verstandelijke beperking, emotionele of gedragsstoornis, motorische beperking, visuele beperking, auditieve beperking en spraak- of taalstoornis, en autismespectrumstoornis.
#### 3.2.5 Opgroeien (Kind en Gezin)
Kind en Gezin, onderdeel van Opgroeien, draagt bij aan het welzijn van kinderen in Vlaanderen en Brussel, met oog voor kinderrechten en diversiteit.
* **Dienst- en hulpverlening:** Omvat preventieve gezinsondersteuning (voor aanstaande ouders en gezinnen met jonge kinderen, met extra aandacht voor kwetsbare groepen), kinderopvang en adoptie. De kerntaak is medische, psychosociale en pedagogische preventie en ondersteuning, die gratis, vrijwillig en vraaggericht is.
* **Integrale Jeugdhulp (IJH):** Heeft zes doelstellingen: krachtgericht werken, tijdige toegang, continuïteit, omgaan met verontrusting, crisishulp en participatie. De doelgroep zijn minderjarigen, ouders, opvoedingsverantwoordelijken, leefomgeving en voogden van niet-begeleide minderjarigen. Hulpverlening aan +18-jarigen is beperkt mogelijk tot 25 of 26 jaar.
* **Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ):** Biedt een brede instap voor alle hulpvragen, fungeert als eerste aanspreekpunt, verstrekt informatie en biedt kortdurende hulp. CAW, JAC, inloopteams Kind en Gezin en CLB vallen hieronder.
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTJ):** Intensievere, probleemgebonden hulp die enkel kan worden ingezet met akkoord en tussenkomst van de intersectorale toegangspoort. Dit vereist een A-document en is gericht op ernstige, langdurige en complexe problemen, of situaties van ernstig gevaar.
* **Gemandateerde voorzieningen (GV):** Nemen de rol over wanneer hulp vastloopt of niet wordt aanvaard. Ze voeren consulten en onderzoeken de maatschappelijke noodzaak van hulpverlening. Bij weigering of niet-meewerken kan doorverwijzing naar het jeugdparket volgen.
* **Gerechtelijke jeugdhulp:** Wordt opgelegd door de jeugdrechter wanneer een minderjarige de wet overtreedt, zich in een VOS (Verontrusting, Ontwikkeling, Situatie) bevindt en vrijwillige hulp niet mogelijk is, of in acute crisissituaties. De sociale dienst van de jeugdrechtbank speelt hierin een belangrijke rol.
* **Crisisjeugdhulp, Bemiddeling en Cliëntoverleg:** Crisisjeugdhulp is beschikbaar voor alle minderjarigen in crisis. Bemiddeling helpt bij conflicten in de hulpverlening, terwijl cliëntoverleg een vorm is waarbij cliënten, netwerk en hulpverleners samenkomen.
#### 3.2.6 Personen met een beperking
Personen met een beperking worden gedefinieerd als personen met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die, in wisselwerking met drempels, volledige en gelijke participatie in de samenleving belemmeren. Dit omvat personen met psychische problemen, leerstoornissen, verstandelijke beperkingen, fysieke of sensorische beperkingen, en personen met chronische of degeneratieve ziekten.
* **Bevoegdheden:** De FOD Directie Generaal personen met handicap regelt inkomen, parkeerkaarten en attesten. Het Vlaams Agentschap voor personen met een handicap (VAPH) is bevoegd voor zorg en ondersteuning, G-sport, VDAB, participatie, aangepaste sociale woningen en Vlaamse sociale bescherming. Het VAPH verstrekt echter geen opvang of begeleiding, maar wel subsidies en tussenkomsten voor begeleiding, opvang, hulpmiddelen en aanpassingen.
* **Persoonsvolgende budgetten en persoonlijk assistentiebudget:** Deze budgetten ondersteunen personen met een beperking. Een aanvraag hiervoor moet vóór de leeftijd van 65 jaar gebeuren.
* **Definitie van participatieprobleem:** Een langdurig en belangrijk participatieprobleem door het samenspel van functiestoornissen, beperkingen bij activiteiten en persoonlijke/externe factoren.
* **Ondersteuning:**
* **Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH):** Diensten ondersteuningsplan (DOP), bijstandsorganisaties, groenezorginitiatieven, organisaties voor vrijetijdszorg, en observatie-, diagnose- en behandelingsunits (ODB-units).
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):**
* **Voor minderjarigen:** Persoonlijk assistentiebudget, multifunctionele centra (begeleiding, dagopvang, verblijf), en begeleiding door pedagogische en psychosociale ondersteuning.
* **Voor meerderjarigen:** Persoonsvolgend budget, cash voucher, dagondersteuning, woonondersteuning, individuele ondersteuning (psychosociaal, praktisch), en permanentie.
* **Dienst ondersteuningsplan (DOP):** Een proces waarbij samen met het netwerk van de hulpvrager op maat gemaakte oplossingen en ondersteuningsnoden worden aangepakt en een ondersteuningsplan wordt opgesteld.
* **Hulpmiddelen en aanpassingen:** Hulpmiddelen voor motorische, visuele, auditieve, cognitieve, taal- en stemstoornissen, en leerstoornissen worden verstrekt. Ook aanpassingen, zoals aan een stuur, vallen hieronder.
#### 3.2.7 Samenlevingsopbouw
SAAMO (Samen uitsluiting aanpakken) is een netwerk van 8 erkende VZW's die werken aan grond- en mensenrechten, sterke buurten, collectief burgerschap en beleidsverbeteringen. Ze hebben een agogische opdracht (mensen samenbrengen) en een politieke opdracht (werken aan beleid en publieke bewustwording).
#### 3.2.8 Vrije tijd en sociaal-cultureel werk
* **Sociaal-cultureel werk volwassenen:** Centraal staan ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement. Het sociaal-cultureel werk verbindt mensen en groepen (verbindende rol), zet aan tot kritisch denken (kritische rol) en fungeert als laboratorium voor maatschappelijke verandering (laboratoriumrol). Dit gebeurt via sociaal-culturele verenigingen, etnisch-culturele federaties, vormingscentra en bewegingen.
* **Jeugdwerk:** Gedefinieerd als groepsgericht sociaal-cultureel werk voor of door jongeren (3-30 jaar) in de vrije tijd, gericht op algemene en integrale ontwikkeling. Vlaamse jeugdwerkvormen omvatten landelijk georganiseerde verenigingen, bovenlokaal jeugdwerk (open werkingen, geprofessionaliseerde jeugdverenigingen voor kwetsbare jongeren of jongeren met een handicap), en intermediaire organisaties voor belangenbehartiging. Er zijn diverse werksoorten, waaronder cultuureducatieve verenigingen en politieke jongerenbewegingen.
#### 3.2.9 Arbeidsmarkt en werkloosheid
* **RVA (Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening):** Een openbare instelling van sociale zekerheid die het stelsel van werkloosheidsverzekering beheert, uitkeringen toekent, en oneigenlijk gebruik bestrijdt.
* **VDAB (Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling):** Bevordert de werking van de arbeidsmarkt, ondersteunt werkzoekenden en werknemers bij loopbaanontwikkeling, werkt samen met andere dienstverleners, en besteedt speciale aandacht aan kansengroepen.
* **Sociale economie:**
* **Maatwerkbedrijven:** Bieden werk aan personen met een arbeidsbeperking in een aangepaste omgeving met ondersteuning.
* **Lokale Diensteneconomie (LDE) initiatieven:** Vullen lokale noden in en creëren kansen voor personen met moeilijkheden op de arbeidsmarkt (bv. sociaal restaurant, buurtgerichte kinderopvang).
* **Individueel maatwerk:** Werkgevers ontvangen premies voor werknemers met een arbeidsbeperking.
* **Arbeidsmatige activiteiten:** Tijdelijke, onbetaalde activiteiten gericht op het ontwikkelen van functies van arbeid en het zetten van stappen naar betaalde arbeid.
* **Vakbonden:** Bieden juridische bijstand, nemen deel aan sociaal overleg, en behartigen individuele en collectieve belangen van arbeiders.
* **Werkgeversorganisaties:** Vertegenwoordigen werkgevers, zoals VOKA, UNIZO, KMO, Vrije beroepen, en Boerenbond.
#### 3.2.10 Wonen
* **Sociale woonmaatschappijen:** Sinds 1 januari 2024 is er één maatschappij per werkingsgebied, die sociale verhuurkantoren en sociale huisvestingsmaatschappijen bundelt. Ze verhuren woningen op de private huurmarkt, bouwen sociale woningen, en werken met een centraal inschrijvingsregister. Inkomens-, middelentoets, kennis van het Nederlands, en eigendomsvoorwaarden zijn bepalend. Toewijzing gebeurt op basis van lokale binding, mantelzorg, en wachtlijstperiode, met versnelde toewijzing voor specifieke doelgroepen. Verplichte begeleiding kan gekoppeld worden.
* **Huurdersbond:** Komt op voor de belangen van private en sociale huurders, biedt huuradvies, informeert over rechten en plichten, en verduidelijkt wetgeving.
#### 3.2.11 Woonzorg
Het woonzorgdecreet regelt diverse diensten:
* **Lokale dienstencentra (LDC):** Bieden maaltijden, poetsdiensten, ondersteuning aan mantelzorgers (premies, cafés), zorg en verpleging, vorming en ontmoeting (bv. rond dementie), en vrijwilligersaanbod (oppashulp, Minder Mobielen Centrale). Sociaal werkers in thuiszorgdiensten spelen een coördinerende rol en ondersteunen mantelzorgers.
* **Aanbod:** Diensten voor gezinszorg, oppashulp, thuisverpleging, maatschappelijk werk van ziekenfondsen, gastopvang, centra voor dagverzorging, kortverblijf en herstelverblijf, groepen van assistentiewoningen en woonzorgcentra.
> **Tip:** Begrijp de verschillende niveaus van bevoegdheid (federaal, Vlaams, lokaal) bij het bestuderen van sociale bescherming. Dit helpt bij het plaatsen van de verschillende instanties en hun taken.
>
> **Tip:** Maak een schema van de verschillende soorten hulp binnen de integrale jeugdhulp (RTJ, NRTJ, gerechterlijke jeugdhulp) om de toegangsmodaliteiten en doelen te onthouden.
---
# Gezondheidszorg en geestelijke gezondheid
Dit deel van de samenvatting geeft een overzicht van de Belgische gezondheidszorgstructuur, met nadruk op preventieve en curatieve zorg, en de specifieke aspecten en voorzieningen binnen de geestelijke gezondheidszorg.
### 4.1 De structuur van de Belgische gezondheidszorg
De gezondheidszorg in België omvat zowel preventieve als curatieve zorg, en is toegankelijk via een verplichte ziekteverzekering die terugbetalingen regelt via ziekenfondsen of hulpkassen. Patiënten betalen een persoonlijk aandeel of remgeld.
#### 4.1.1 Toegang tot zorg
* **Preventie:** Dit omvat initiatieven zoals vaccinatie, bevordering van beweging, zelfmoordpreventie, algemeen welzijn en preventieve tandzorg.
* **Curatieve zorg:** Dit richt zich op het genezen van ziekten door middel van medische interventies zoals operaties en medicatie.
* **Palliatieve zorg:** Deze zorg focust op het voorkomen of verlichten van lijden en biedt comfortzorg.
#### 4.1.2 Organisatie van de gezondheidszorg
De gezondheidszorg wordt georganiseerd via verschillende actoren:
* **Zelfstandige zorgverstrekkers:** Dit zijn individuele professionals die vergoeding per prestatie ontvangen, gebaseerd op een nomenclatuur. Ze kunnen geconventioneerd (werken aan de vastgelegde tarieven) of niet-geconventioneerd zijn.
* **Diensten en organisaties:**
* Ziekenhuizen: Bieden sociale diensten en ombudsdiensten aan.
* Wijkgezondheidscentra: Zorgen voor eerstelijnszorg in de buurt.
* Diensten voor thuisverpleging: Bieden medische zorg aan huis.
* Ziekenfondsen: Hebben een wettelijke opdracht voor aanvullende diensten, voordelen en verzekeringen, en zijn actief in sensibilisering en belangenbehartiging.
* Revalidatiecentra: Faciliteren herstel na ziekte of letsel.
#### 4.1.3 De rol van de huisarts
De huisarts fungeert als spilfiguur binnen de gezondheidszorg en is het eerste aanspreekpunt voor de meeste gezondheidsvragen.
#### 4.1.4 Gezondheidskloof
Er bestaat een gezondheidskloof, waarbij 1 op de 8 mensen met een laag inkomen hun zorg uitstelt. Mensen met een lagere sociaaleconomische status leven gemiddeld korter.
### 4.2 Geestelijke gezondheidszorg
De geestelijke gezondheidszorg is gericht op het diagnosticeren, behandelen en begeleiden van personen met psychische problemen.
#### 4.2.1 Zorgverstrekkers in de geestelijke gezondheidszorg
* **Zelfstandig werkende zorgverstrekkers:** Dit zijn onder andere psychologen, klinisch orthopedagogen, psychiaters en therapeuten.
* **Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG):** Deze centra, gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, bieden ambulante diagnostiek, behandeling en begeleiding aan kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. Ze werken multidisciplinair en organiseren preventieve activiteiten rond thema's als verslaving en zelfdoding.
#### 4.2.2 Psychiatrische ziekenhuizen
Deze voorzieningen bieden residentiële medische, gespecialiseerde diagnostiek en behandeling voor kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. Ze bieden zowel crisis-, kortdurende als voornamelijk langdurige zorg, en hebben ook een ambulant poliklinisch aanbod.
#### 4.2.3 Psychiatrische afdelingen in algemene ziekenhuizen (PAAZ)
PAAZ'en bieden acute, crisis- en kortdurende diagnostiek en behandeling aan.
#### 4.2.4 Psychiatrische verzorgingstehuizen
Deze residentiële woonvormen bieden continue verzorging en begeleiding aan volwassenen en ouderen met een gestabiliseerde, langdurige psychiatrische problematiek.
#### 4.2.5 Rehabilitatievoorzieningen
* **Beschut wonen:** Biedt begeleiding gekoppeld aan huisvesting voor volwassenen (en ouderen) met een complexe, langdurige psychiatrische problematiek, zowel individueel als in groepswonen.
* **Dagactiviteitencentra:** Bieden ondersteuning, structuur, ontmoeting, vrijetijdsinvulling, vorming en werk aan volwassenen (en ouderen) met een complexe, langdurige psychiatrische problematiek.
#### 4.2.6 Netwerken en zorgcircuits
* **Netwerk GGZ Kempen:** Dit is een voorbeeld van een zorgcircuit dat de continuïteit van zorg bevordert. Het omvat functies zoals preventie en promotie, mobiele teams voor acute en langdurige zorg, rehabilitatie, behandelunits en specifieke woonvormen.
* **PANGG 0-18:** Staat voor Psychiatrische Afdeling Neurologie en Geriatrie voor de leeftijdsgroep 0-18 jaar.
#### 4.2.7 Centra met revalidatieovereenkomst
Deze centra richten zich op psychosociale revalidatie, revalidatie voor verslaafden, en bieden zorg voor kinderpsychiatrische aandoeningen, vroegtijdige stoornissen in de interactie tussen ouderen en kinderen, en ambulante revalidatie. Er zijn ook referentiecentra voor autisme die helpen bij het terugwinnen van autonomie en het verminderen van beperkingen.
#### 4.2.8 Bevoegdheden
* **Federaal:** Verantwoordelijk voor acute zorg en het beheer van de ziekteverzekering.
* **Vlaanderen:** Verantwoordelijk voor kwaliteit, preventieve zorg en chronische zorg.
### 4.3 Preventieve zorg binnen de jeugdhulp
Kind en Gezin speelt een cruciale rol in preventieve gezinsondersteuning, met speciale aandacht voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen. Het aanbod is gratis, vrijwillig en vraaggericht.
* **Doelgroep:** Aanstaande ouders, gezinnen met kinderen tot 3 jaar, met extra focus op kwetsbare groepen.
* **Kerntaak:** Medische, psychosociale en pedagogische preventie en ondersteuning.
* **Aanbod:** Bezoeken van regioverpleegkundigen, consultatiebureaus, inloopteams, telefonisch advies en informatiemateriaal.
* **Samenwerking:** Kind en Gezin werkt samen met kraamklinieken en andere partners die gesubsidieerd worden door Opgroeien.
#### 4.3.1 Integrale jeugdhulp
Integrale jeugdhulp streeft naar krachtgerichte hulp, tijdige toegang, continuïteit, omgaan met verontrusting, crisishulp en participatie.
* **Doelgroep:** Minderjarigen, ouders, opvoedingsverantwoordelijken, leefomgeving en voogden van niet-begeleide minderjarigen. Hulpverlening aan 18-plussers is beperkt mogelijk tot 25 of 26 jaar.
* **Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ):** Dit is het eerste aanspreekpunt voor alle hulpvragen, waar informatie wordt verstrekt en kortdurende hulp wordt aangeboden of doorverwijzing plaatsvindt. Centra zoals CAW, JAC, inloopteams van Kind en Gezin en CLB bieden RTJ.
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):** Deze meer gespecialiseerde en intensieve hulp kan enkel ingezet worden met akkoord van de intersectorale toegangspoort. Dit kan via gemandateerde voorzieningen (GV) zoals het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg (OCJ) en Vertrouwenscentra Kindermishandeling (VK).
* **Taken van een GV:** Consult, onderzoek naar maatschappelijke noodzaak (MaNo), aanklampend werken en opstarten van gepaste hulpverlening. Bij weigering of niet meewerken kan doorverwijzing naar het jeugdparket volgen.
#### 4.3.2 Gerechtelijke jeugdhulp
Gerechtelijke jeugdhulp wordt door de jeugdrechter opgelegd wanneer een minderjarige de wet overtreedt, zich in een VOS-situatie bevindt en vrijwillige hulp niet mogelijk is, of in acute crisissituaties. De sociale dienst van de jeugdrechtbank speelt hierin een belangrijke rol. Diverse gerechtelijke jeugdhulpmaatregelen bestaan, waaronder crisisjeugdhulp, bemiddeling en cliëntoverleg.
### 4.4 Ondersteuning voor personen met een beperking
Personen met een beperking worden gedefinieerd als personen met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die, in wisselwerking met drempels, volledige participatie in de samenleving belemmeren. Dit wordt ondersteund door het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
* **Ondersteuning:**
* **Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH):** Diensten ondersteuningsplan (DOP), bijstandsorganisaties, groenezorginitiatieven, organisaties voor vrijetijdszorg, en observatie-, diagnose- en behandelingsunits (ODB-units).
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):**
* Voor minderjarigen: Persoonlijk assistentiebudget, Multifunctionele centra (begeleiding, dagopvang, verblijf).
* Voor meerderjarigen: Persoonsvolgend budget, cash voucher, dagondersteuning, woonondersteuning, individuele psychosociale en praktische ondersteuning, permanentie.
* **Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH):** Dit agentschap verleent subsidies en tussenkomsten voor begeleiding, opvang, hulpmiddelen en aanpassingen. Het VAPH is niet de directe dienst waar mensen terechtkunnen voor opvang of begeleiding, maar financiert de zorg.
* **Definitie van participatieprobleem:** Elke langdurige en belangrijke participatieprobleem van een persoon dat te wijten is aan het samenspel tussen functiestoornissen (mentaal, psychisch, zintuiglijk), beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en externe factoren.
* **Hulpmiddelen en aanpassingen:** Het VAPH ondersteunt de aanschaf van hulpmiddelen (bv. blinde geleide hond, ringleiding, spraakversterker, ondersteuningssoftware) en aanpassingen (bv. aanpassingen aan een auto).
#### 4.4.1 Samenlevingsopbouw
Organisaties zoals SAAMO werken vanuit een agogische opdracht (mensen samenbrengen, rechten realiseren) en een politieke opdracht (verbeteringen in beleid, publieke bewustwording) om uitsluiting aan te pakken.
### 4.5 Geestelijke gezondheidszorg en onderwijs
De gezondheidszorg in het onderwijs omvat preventieve maatregelen en ondersteuning voor leerlingen.
* **Centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB):** De poortwachter voor leersteun, die de maximale ontplooiing, het welbevinden en de zelfredzaamheid van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften bevordert.
* **Leersteuncentra:** Bieden diverse expertise (onderwijskundig, handicap-specifiek, inclusie, coaching) voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften binnen het gewoon onderwijs.
* **Type basisaanbod:** Voor leerlingen waarbij het gemeenschappelijk curriculum met redelijke aanpassingen niet haalbaar is.
* **Specifieke types:** Type 2 (verstandelijke beperking), Type 3 (emotionele of gedragsstoornis), Type 4 (motorische beperking), Type 6 (visuele beperking), Type 7 (auditieve beperking en spraak- of taalstoornis), Type 9 (autismespectrumstoornis).
### 4.6 Sociaal-cultureel werk en jeugdwerk
Deze sectoren richten zich op ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement, met een verbindende, kritische en laboratoriumrol.
* **Sociaal-cultureel volwassenenwerk:** Omvat organisaties, etnisch-culturele federaties, vormingscentra en bewegingen die zich richten op participatie, actief burgerschap en kritisch denken.
* **Jeugdwerk:** Gefined als groepsgericht sociaal-cultureel werk voor jongeren van 3 tot 30 jaar, gericht op algemene en integrale ontwikkeling.
* **Werksoorten:** Landelijk georganiseerde jeugdverenigingen, verenigingen voor informatie en participatie, cultuureducatieve verenigingen, politieke jongerenbewegingen.
* **Bovenlokaal jeugdwerk:** Bovenlokale open jeugdwerkingen, geprofessionaliseerde jeugdverenigingen voor kwetsbare jongeren en jongeren met een handicap.
### 4.7 Werk en arbeidsmarkt
* **RVA (Rijksdienst voor arbeidsvoorziening):** Regelt werkloosheidsuitkeringen, loopbaanonderbreking en tijdskrediet, en bestrijdt oneigenlijk gebruik van de werkloosheidsverzekering.
* **VDAB (Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling):** Bevordert de werking van de arbeidsmarkt, helpt werkzoekenden en werknemers bij loopbaanontwikkeling, en organiseert opleidingen, met speciale aandacht voor kansengroepen.
* **Sociale economie:** Maatwerkbedrijven en Lokale Diensteneconomie-initiatieven bieden werk aan personen met een arbeidsbeperking en vullen lokale noden in. Individueel maatwerk omvat loon- en/of begeleidingspremies voor werkgevers.
* **Vakbonden:** Bieden juridische bijstand en behartigen individuele en collectieve belangen van arbeiders.
* **Werkgeversorganisaties:** Vertegenwoordigen ondernemingen, zelfstandigen, KMO's en de land- en tuinbouwsector.
### 4.8 Wonen en woonzorg
* **Sociale woonmaatschappijen:** Verhuuren sociale woningen, bouwen aanpassingen aan woningen en beheren een centraal inschrijvingsregister. Toewijzing is gebaseerd op lokale binding, mantelzorg, wachttijd, en specifieke doelgroepen (dak- en thuislozen, personen met psychische kwetsbaarheid, slachtoffers van intra-familiaal geweld).
* **Huurdersbond:** Komt op voor de belangen van huurders (zowel privé als sociaal) en biedt advies en informatie over huurwetgeving.
* **Woonzorgdecreet:** Omvat diensten zoals lokale dienstencentra, gezinszorg, oppashulp, thuisverpleging, maatschappelijk werk van ziekenfondsen, dagverzorging, kortverblijf, herstelverblijf, assistentiewoningen en woonzorgcentra. Deze diensten bieden concrete hulp (maaltijden, poetsen), ondersteuning aan mantelzorgers, verzorging, verpleging, vorming, ontmoeting en vrijwilligersaanbod. Sociaal werkers in thuiszorgdiensten spelen een coördinerende en ondersteunende rol.
---
# Onderwijs en jeugdhulp
Dit onderwerp onderzoekt de structuur van het Belgische onderwijs, de ondersteuningssystemen voor leerlingen met specifieke behoeften, en de integrale jeugdhulp voor minderjarigen.
### 5.1 Onderwijs in Vlaanderen
Het Vlaamse onderwijs wordt gekenmerkt door drie onderwijsnetten:
* **Gemeenschapsonderwijs (GO!):** Officieel gesubsidieerd onderwijs, georganiseerd door de Vlaamse Gemeenschap.
* **Officieel gesubsidieerd onderwijs:** Georganiseerd door provincies, steden en gemeenten.
* **Vrij gesubsidieerd onderwijs:** Meestal georganiseerd door de Katholieke Kerk of andere private instanties.
#### 5.1.1 Ondersteunende onderwijsinitiatieven
Verschillende initiatieven ondersteunen leerlingen met specifieke noden:
* **Duaal leren:** Een vorm van leren gericht op praktijkervaring op de werkvloer, voornamelijk in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs.
* **Ligo (Centrum voor Basiseducatie):** Biedt basisopleidingen aan volwassenen die dit nodig hebben.
* **Volwassenenonderwijs:** Biedt een tweede kans voor volwassenen om onderwijs te volgen.
* **OKAN (Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers):** Biedt een specifieke klasomgeving voor anderstalige nieuwkomers om de Nederlandse taal en de Vlaamse cultuur te leren.
#### 5.1.2 Leerlingenbegeleiding en leersteun
Het decreet leerlingenbegeleiding (17 april 2018) heeft als doel de totale ontwikkeling van leerlingen te bevorderen, hun welbevinden te verhogen, vroegtijdig schoolverlaten te voorkomen en gelijke onderwijskansen te vergroten. Dit gebeurt via vier domeinen: leren en studeren, preventieve gezondheidszorg (inclusief medisch schooltoezicht), schoolloopbaan, en psychisch en sociaal functioneren.
Het **Leersteendecreet** (in voege sinds 1 september 2023) beoogt:
* De maximale ontplooiing, leerwinst, welbevinden, zelfredzaamheid en participatie van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon onderwijs te bevorderen.
* De competenties van leraren en schoolteams te versterken in het begeleiden van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en het creëren van een inclusieve klaspraktijk en schoolcultuur.
Dit omvat een positief doel: inclusief onderwijs. Leersteun wordt voorzien voor leerlingen met specifieke leerbehoeften, zoals leerstoornissen of een lichte mentale beperking, binnen het gewoon onderwijs. De school maakt hierbij 'redelijke aanpassingen' (fase 1 van het zorgcontinuüm).
Het **Centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB)** fungeert als poortwachter voor leersteun.
**Leersteuncentra** bieden diverse expertise, waaronder onderwijskundige, handicap-specifieke, inclusie- en coaching-expertise. De handicap-specifieke expertise omvat:
* **Type basisaanbod:** voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften waarvoor het gemeenschappelijk curriculum met redelijke aanpassingen niet haalbaar is in het gewoon onderwijs.
* **Type 2:** verstandelijke beperking.
* **Type 3:** emotionele of gedragsstoornis (zonder verstandelijke beperking).
* **Type 4:** motorische beperking.
* **Type 6:** visuele beperking.
* **Type 7:** auditieve beperking en spraak- of taalstoornis.
* **Type 9:** autismespectrumstoornis (zonder verstandelijke beperking).
### 5.2 Jeugdhulp
**Opgroeien (Kind en Gezin)** draagt bij aan het welzijn van elk kind in Vlaanderen en Brussel, met aandacht voor kinderrechten en diversiteit. Het biedt dienst- en hulpverlening op verschillende domeinen:
* **Preventieve gezinsondersteuning:** Gericht op aanstaande ouders en gezinnen met kinderen tot 3 jaar, met extra aandacht voor maatschappelijk kwetsbare groepen. De kerntaak is medische, psychosociale en pedagogische preventie en ondersteuning. Dit aanbod is gratis, vrijwillig en vraaggericht.
* **Kinderopvang:** Diverse vormen van kinderopvang.
* **Adoptie:** Begeleiding bij adoptie.
Dienstverlening door partners, gesubsidieerd door Opgroeien, omvat onder andere:
* Centrum voor kinderzorg en gezinsondersteuning.
* Vertrouwenscentrum voor kindermishandeling.
* Huis van het Kind.
#### 5.2.1 Integrale jeugdhulp
Integrale jeugdhulp (IJH) heeft zes doelstellingen: krachtgericht werken, tijdige toegang, continuïteit, omgaan met verontrusting, crisishulp en participatie. De doelgroep omvat minderjarigen, ouders, opvoedingsverantwoordelijken, de leefomgeving, en voogden van niet-begeleide minderjarigen. Hulpverlening aan +18-jarigen is beperkt mogelijk tot 25 jaar (jeugdhulp) of 26 jaar (VAPH).
Het schema van IJH kent twee hoofdroutes:
* **Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ):**
* **Brede Instap:** Het eerste aanspreekpunt voor alle hulpvragen, waar informatie wordt verstrekt, kortdurende hulp wordt aangeboden en doorverwijzingen plaatsvinden indien nodig. Instanties zijn onder andere CAW, JAC, inloopteams van Kind en Gezin, en CLB.
* **Intensievere hulp - probleemgebonden hulp:** Biedt gespecialiseerde hulpverlening. Voorbeelden zijn JAC, Centra Algemeen Welzijnswerk (CAW), Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg (zie GGZ), aanbod voor kinderen en jongeren met een beperking, CLB, CKG, Kind en Gezin.
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):**
* Kan enkel ingezet worden met het akkoord en de tussenkomst van de intersectorale toegangspoort.
* De hulp is gespecialiseerd en intensief.
* Een aanvraag met een A-document door een hulpverlener is vereist.
* Deze hulp is gericht op situaties van verontrusting over de ontwikkeling van een minderjarige, met focus op alle gezinsleden, wanneer problemen ernstig, langdurig en complex zijn, of in gevallen van ernstig gevaar.
* Indien hulp vastloopt of niet aanvaard wordt, kan een gemandateerde voorziening (GV) ingeschakeld worden, met een aanmelding via een M-document.
**Gemandateerde voorzieningen (GV)** hebben als taken:
* **Consult:** Onderzoeken of hulpverlening van overheidswege noodzakelijk is (maatschappelijke noodzaak - MaNo).
* **Onderzoek:** In situaties van MaNo, aanklampend werken en gepaste hulpverlening opstarten. Bij weigering of niet meewerken, kan doorverwijzing naar het jeugdparket volgen.
#### 5.2.2 Gerechtelijke jeugdhulp
Gerechtelijke jeugdhulp wordt opgelegd door de jeugdrechter in volgende situaties:
* Wanneer een minderjarige de wet overtreedt (delict).
* Wanneer een minderjarige zich in een verontrustende opvoedingssituatie (VOS) bevindt en hulp op vrijwillige basis niet mogelijk is.
* In acute crisissituaties die onmiddellijk ingrijpen vereisen (hoogdringendheid).
De **sociale dienst van de jeugdrechtbank** speelt hierbij een belangrijke rol.
#### 5.2.3 Crisisjeugdhulp, bemiddeling en cliëntoverleg
* **Crisisjeugdhulp:** Inzetbaar voor alle minderjarigen in een crisissituatie.
* **Bemiddeling:** Bij conflicten binnen de hulpverlening, met als doel een voor alle partijen aanvaardbaar akkoord te bereiken.
* **Cliëntoverleg:** Een specifieke vorm van overleg waarbij cliënten, hun netwerk en hulpverleners samenkomen om afstemming te realiseren.
### 5.3 Personen met een beperking
Personen met een beperking worden gedefinieerd als personen met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die hen, in wisselwerking met diverse drempels, beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met anderen te participeren in de samenleving. Dit conform het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap.
Voorbeelden van personen met een beperking omvatten:
* Personen met psychische problemen.
* Personen met leerstoornissen.
* Personen met een verstandelijke beperking.
* Personen met een fysieke of sensorische beperking (slechtzienden, rolstoelgebruikers, slechthorenden).
* Personen die lijden aan een chronische of degeneratieve ziekte (gewrichtsaandoeningen, diabetes, epilepsie, multiple sclerose, reuma).
#### 5.3.1 Bevoegdheden en ondersteuning
* **FOD Directie Generaal Personen met Handicap:** Bevoegd voor inkomen, parkeerkaarten en attesten.
* **Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH):** Bevoegd voor zorg en ondersteuning. Het VAPH verleent subsidies en tussenkomsten voor:
* Begeleiding en opvang.
* Hulpmiddelen en aanpassingen (via refertelijst).
* Vergunde zorgaanbieders.
* Persoonsvolgende budgetten.
* Persoonlijk assistentiebudget (PAB).
**Belangrijk:** Aanvragen voor VAPH-ondersteuning moeten gebeuren vóór de leeftijd van 65 jaar.
Een participatieprobleem wordt gedefinieerd als een langdurig en significant participatieprobleem dat te wijten is aan het samenspel tussen functiestoornissen, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en externe factoren.
Welke ondersteuning er geboden wordt:
* **Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH):**
* **Diensten ondersteuningsplan (DOP):** Bieden hulp bij het opstellen van een ondersteuningsplan.
* **Bijstandsorganisaties.**
* **Groene zorg initiatieven.**
* **Organisaties voor vrijetijdszorg.**
* **Observatie, diagnose en behandeling (ODB-unit).**
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):**
* **Voor minderjarigen:** Persoonlijk assistentiebudget (PAB), Multifunctioneel centrum (MFC) voor begeleiding (pedagogisch, psychosociaal), dagopvang (schoolaanvullend of -vervangend), en verblijf (opvang gedurende de nacht).
* **Voor meerderjarigen:** Persoonsvolgend budget, cash voucher, dagondersteuning, woonondersteuning, individuele ondersteuning (psychosociaal, praktisch, globaal).
**Dienst ondersteuningsplan (DOP):** Werk samen met het netwerk van de hulpvrager om op maat oplossingen te vinden voor vragen en ondersteuningsnoden, en stelt een ondersteuningsplan op.
**Hulpmiddelen en aanpassingen:** Omvatten hulpmiddelen voor motorische, visuele, auditieve en cognitieve handicaps (bv. blinde geleide hond, ringleiding), hulpmiddelen voor taal- en stemstoornissen (bv. stemversterker), hulpmiddelen voor leerstoornissen (bv. ondersteuningssoftware) en aanpassingen (bv. handgas aan het stuur).
#### 5.3.2 Samenlevingsopbouw
**SAAMO** (Samen uitsluiting aanpakken) bestaat uit 8 erkende VZW's, één per provincie, en is actief in steden als Gent, Brussel en Antwerpen. SAAMO werkt vanuit twee opdrachten:
* **Agogische opdracht:** Brengt mensen samen in projectwerk en buurtwerk om grond- en mensenrechten te realiseren, sterke buurten en steden te creëren en collectief burgerschap te bevorderen.
* **Politieke opdracht:** Werkt aan verbeteringen in beleid en regelgeving en aan publieke bewustwording.
### 5.4 Vrije tijd en jeugdwerk
#### 5.4.1 Sociaal-cultureel volwassenenwerk
Dit werk staat centraal in sociaal-culturele praktijken en richt zich op ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement. De sector omvat circa 131 organisaties, 180.000 vrijwilligers en 14.000 lokale groepen.
De maatschappelijke opdracht van sociaal-cultureel volwassenenwerk kent drie rollen:
* **Verbindende rol:** Verbindt mensen en groepen, bevordert onderling vertrouwen en draagt bij aan de groei van burgers.
* **Kritische rol:** Zet mensen aan tot kritisch denken over maatschappelijke kwesties en bevordert kritisch burgerschap.
* **Laboratoriumrol:** Onderneemt experimenten om maatschappelijke verandering te realiseren en biedt een broedplaats voor antwoorden op samenlevingskwesties, waarin ondernemend burgerschap kan worden ontwikkeld.
Er zijn diverse vormen van sociaal-cultureel volwassenenwerk:
* **Sociaal-culturele verenigingen:** Zoals Femma, Raak, Oxfam.
* **Etnisch-culturele federaties.**
* **Internationale comités.**
* **AVANSA (Vormingplus):** Biedt vormingen rond uiteenlopende thema's en werkt samen met andere centra.
* **Landelijke vormingscentra:** Gespecialiseerd in specifieke thema's zoals milieu of relaties.
* **Bewegingen:** Mobiliseren mensen rond een bepaald thema, zoals klimaat.
#### 5.4.2 Jeugdwerk
Jeugdwerk in Vlaanderen is divers en flexibel, gericht op de noden van jongeren. De definitie van jeugdwerk luidt: "groepsgericht sociaal-cultureel werk op basis van niet-commerciële doelen voor of door de jeugd van drie tot en met dertig jaar, in de vrije tijd, onder educatieve begeleiding en ter bevordering van de algemene en integrale ontwikkeling van de jeugd die daaraan deelneemt op vrijwillige basis".
Vlaamse jeugdwerkvormen omvatten:
* **4 werksoorten:**
* Landelijk georganiseerde jeugdverenigingen.
* Verenigingen voor informatie en participatie.
* Cultuureducatieve verenigingen.
* Politieke jongerenbewegingen.
* **Intermediaire organisaties:** Gericht op belangenbehartiging en beleidsgericht werk.
* **Bovenlokaal jeugdwerk:**
* Bovenlokale open jeugdwerkingen op publieke, open toegankelijke plaatsen.
* Ondersteunende organisatie: FORMAAT (bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen & jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties).
* Ondersteunende organisatie: Uit de Marge (bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen & jongeren met een handicap).
---
# Personen met een beperking en samenlevingsopbouw
Dit deel behandelt de ondersteuning, rechten en voorzieningen voor personen met diverse beperkingen, evenals initiatieven voor samenlevingsopbouw en het aanpakken van uitsluiting.
### 6.1 Personen met een beperking
#### 6.1.1 Definitie en reikwijdte
De definitie van een persoon met een beperking, zoals vastgelegd in het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, omvat "Personen met langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen die hen in wisselwerking met diverse drempels kunnen beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met anderen te participeren in de samenleving".
Dit omvat onder andere:
* Personen met psychische problemen.
* Personen met leerstoornissen.
* Personen met een verstandelijke beperking.
* Personen met een fysieke of sensorische beperking (slechtzienden, rolstoelgebruikers, slechthorenden).
* Personen die lijden aan een chronische of degeneratieve ziekte (gewrichtsaandoeningen, diabetes, epilepsie, multiple sclerose, reuma).
Het begrip "beperking" wordt gedefinieerd als "Elke langdurige en belangrijk participatieprobleem van een persoon dat te wijten is aan het samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische of zintuiglijke aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en externe factoren."
#### 6.1.2 Bevoegdheden en voorzieningen
Verschillende instanties zijn bevoegd voor ondersteuning van personen met een beperking:
* **FOD Directie Generaal personen met handicap:** Bevoegd voor inkomen, parkeerkaarten en attesten.
* **Vlaams Agentschap voor personen met een handicap (VAPH):** Coördineert zorg en ondersteuning. Het VAPH is geen directe hulpverleningsinstantie, maar verleent subsidies en tussenkomsten voor:
* Begeleiding en opvang.
* Hulpmiddelen en aanpassingen (via een refertelijst).
* Vergoedingen aan vergunde zorgaanbieders.
* Persoonsvolgende budgetten.
* Persoonlijk assistentiebudget.
**Tip:** Een aanvraag bij het VAPH moet ingediend worden vóór de leeftijd van 65 jaar.
#### 6.1.3 Ondersteuningsvormen
Er is een onderscheid tussen rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH) en niet-rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH).
* **Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH):**
* **Diensten ondersteuningsplan (DOP):** Werken samen met de hulpvrager en zijn netwerk om op maat gemaakte oplossingen en ondersteuningsplannen op te stellen.
* **Bijstandsorganisaties.**
* **Groenezorg initiatieven.**
* **Organisaties voor vrijetijdszorg.**
* **Observatie, diagnose en behandeling (ODB-unit).**
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):** Kan enkel ingezet worden met akkoord en tussenkomst van de intersectorale toegangspoort en is gespecialiseerd en intensief.
* **Voor minderjarigen:**
* **Persoonlijk assistentiebudget (PAB):** Financiering voor persoonlijke assistentie.
* **Multifunctioneel centrum (MFC):** Biedt begeleiding (pedagogisch, psychosociaal), dagopvang (schoolaanvullend of -vervangend) en verblijf (nachtopvang).
* **Voor meerderjarigen:**
* **Persoonsvolgend budget (PVB):** Kan gebruikt worden voor dagondersteuning, woonondersteuning, individuele ondersteuning (psychosociaal, praktisch) en permanentie. Kan uitbetaald worden als cash of voucher.
* **Dagondersteuning.**
* **Woonondersteuning.**
* **Individuele ondersteuning (psychosociaal, praktisch).**
* **Permanentie.**
#### 6.1.4 Hulpmiddelen en aanpassingen
Hulpmiddelen en aanpassingen zijn essentieel voor het verminderen van de beperking en het bevorderen van autonomie. Dit omvat:
* Hulpmiddelen voor motorische, visuele, auditieve en cognitieve handicaps (bv. blinde geleide hond, ringleiding).
* Hulpmiddelen voor taal- en stemstoornissen (bv. stemversterker).
* Hulpmiddelen voor leerstoornissen (bv. ondersteuningssoftware).
* Aanpassingen aan de leefomgeving (bv. aangepast sanitair, verhoogde drempels).
### 6.2 Samenlevingsopbouw en uitsluiting
#### 6.2.1 Aanpak van uitsluiting
Samenlevingsopbouw is gericht op het aanpakken van uitsluiting en het realiseren van grond- en mensenrechten, wat leidt tot sterkere buurten, steden en collectief burgerschap.
* **SAAMO (Samen uitsluiting aanpakken):** Acht erkende vzw's verspreid over Vlaanderen, werkzaam in steden zoals Gent, Brussel en Antwerpen. Ze hebben een agogische opdracht (mensen samenbrengen in projecten, buurtwerk) en een politieke opdracht (werken aan beleidsverbeteringen, bewustwording).
#### 6.2.2 Sociaal-cultureel werk
Sociaal-cultureel werk speelt een cruciale rol in samenlevingsopbouw door ontmoeting te faciliteren, niet-formeel leren te stimuleren, gemeenschappen te vormen en maatschappelijk engagement te bevorderen.
* **Kernactiviteiten:** Ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming, maatschappelijk engagement.
* **Verbindende rol:** Brengt mensen en groepen samen, bevordert wederzijds begrip en vertrouwen.
* **Kritische rol:** Stimuleert kritisch denken over maatschappelijke kwesties en bevordert kritisch burgerschap.
* **Laboratoriumrol:** Onderzoekt en experimenteert met oplossingen voor complexe maatschappelijke uitdagingen, stimuleert ondernemend burgerschap.
* **Organisaties:** Sociaal-culturele verenigingen (Femma, Raak), etno-culturele federaties, vormingscentra (Avansa, landelijke centra), en bewegingen die mensen mobiliseren rond specifieke thema's.
#### 6.2.3 Jeugdwerk
Jeugdwerk is divers en passt zich aan de noden van jongeren aan. Het is groepsgericht, sociaal-cultureel en niet-commercieel, gericht op jongeren tussen 3 en 30 jaar in hun vrije tijd, met als doel de algemene en integrale ontwikkeling van de jeugd.
* **Vlaamse jeugdwerkvormen:**
* **Landelijke jeugdverenigingen:** Begeleiden lokale verenigingen, bieden vorming en informatie.
* **Cultuureducatieve verenigingen:** Stimuleren artistieke creativiteit.
* **Politieke jongerenbewegingen:** Vormen en stimuleren jongeren tot politieke participatie.
* **Intermediaire organisaties:** Belangenbehartiging en beleidsgericht werk.
* **Bovenlokaal jeugdwerk:**
* **Open jeugdwerkingen:** Organiseren activiteiten op publieke, open toegankelijke plaatsen.
* **Geprofessionaliseerde jeugdverenigingen (bv. FORMAAT, Uit de Marge):** Bieden ondersteuning en activiteiten aan voor kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties of met een beperking.
#### 6.2.4 Werken en sociale economie
* **RVA (Rijksdienst voor arbeidsvoorziening):** Beheert werkloosheidsverzekering en uitkeringen, loopbaanonderbreking en tijdskrediet.
* **VDAB (Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling):** Bevordert de arbeidsmarkt, helpt werkzoekenden en werknemers bij loopbaanontwikkeling en biedt opleidingen, met speciale aandacht voor kansengroepen.
* **Sociale economie:**
* **Maatwerkbedrijven:** Bieden aangepast werk en begeleiding aan voor personen met een arbeidsbeperking.
* **Lokale Diensteneconomie (LDE) initiatieven:** Vullen maatschappelijke noden in en creëren kansen voor personen die moeilijk aan de slag geraken (bv. sociaal restaurant, buurtgerichte kinderopvang).
* **Individueel maatwerk:** Werkgevers ontvangen premies voor het tewerkstellen van personen met een arbeidsbeperking.
* **Arbeidsmatige activiteiten:** Tijdelijke, onbetaalde activiteiten gericht op het ontwikkelen van arbeidskwaliteiten en stappen richting betaalde arbeid.
#### 6.2.5 Wonen en woonzorg
* **Sociale woonmaatschappijen:** Zorgen voor de bouw en verhuur van sociale woningen. Sinds 1 januari 2024 zijn er wijzigingen, met één maatschappij per werkingsgebied. Inschrijving gebeurt via een centraal register met inkomens- en andere voorwaarden. Toewijzing is gebaseerd op lokale binding, mantelzorg, wachttijd, en met versnelde toewijzing voor specifieke doelgroepen (dak- en thuislozen, personen met psychische kwetsbaarheid, etc.). Soms is verplichte begeleiding gekoppeld.
* **Huurdersbond:** Komt op voor de belangen van huurders (privé en sociaal), biedt advies, informeert over rechten en plichten, en helpt bij wetgevingsvragen.
* **Woonzorg:** Omvat een breed aanbod aan diensten, waaronder lokale dienstencentra, gezinszorg, oppashulp, thuisverpleging, dagverzorging, kortverblijf, herstelverblijf, assistentiewoningen en woonzorgcentra. Sociaal werkers spelen een coördinerende rol en ondersteunen mantelzorgers.
#### 6.2.6 Mentale gezondheid en geestelijke gezondheidszorg
* **Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG):** Bieden ambulante diagnostiek, behandeling en begeleiding aan kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. Ze werken multidisciplinair (psychiater, psychologen, sociaal werker) en organiseren preventieve activiteiten.
* **Psychiatrische ziekenhuizen:** Bieden residentiële (dag en nacht) medische, gespecialiseerde diagnostiek en behandeling voor kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen, variërend van crisisopvang tot langdurige zorg.
* **Psychiatrische verzorgingstehuizen:** Bieden residentiële woonvormen met continue verzorging en begeleiding aan volwassenen en ouderen met gestabiliseerde langdurige psychiatrische problematiek.
* **Beschut wonen:** Begeleiding gekoppeld aan huisvesting voor volwassenen (en ouderen) met een complexe en langdurige psychiatrische problematiek.
* **Dagactiviteitencentra:** Bieden ondersteuning, structuur, ontmoeting, vrijetijdsinvulling, vorming en werk aan volwassenen (en ouderen) met complexe, langdurige psychiatrische problematiek.
* **Artikel 107 (ziekenhuiswet):** Stimuleert de afbouw van bedden in psychiatrische ziekenhuizen en de vermaatschappelijking van de zorg via zorgcircuits en -netwerken, met functies zoals preventie, promotie, mobiele teams, rehabilitatie en specifieke woonvormen.
* **PANGG 0-18:** Centra voor kinderpsychiatrie.
* **Centra met revalidatieovereenkomst:** Bieden psychosociale revalidatie, onder andere voor verslaafden, kinderen met psychiatrische aandoeningen, en kinderen met interactiestoornissen.
* **Centra ambulante revalidatie (CAR):** Bieden ambulante revalidatie.
* **Referentiecentra autisme:** Gespecialiseerd in de behandeling van autisme.
#### 6.2.7 Onderwijs en leerlingenbegeleiding
* **Structuur van het onderwijs:** Drie netten: Gemeenschapsonderwijs, Officieel gesubsidieerd onderwijs, en Vrij gesubsidieerd onderwijs.
* **Duaal leren:** Gerichte praktijkervaring op de werkvloer in de tweede en derde graad.
* **LIGO (Centrum voor Basiseducatie):** Biedt basisopleidingen aan volwassenen.
* **Volwassenenonderwijs:** Tweede kansonderwijs.
* **OKAN (Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers):** Speciaal onderwijs voor nieuwkomers.
* **Decreet leerlingenbegeleiding:** Bevordert de totale ontwikkeling, het welbevinden en gelijke onderwijskansen van leerlingen, en voorkomt schoolverlaten. Dit omvat ondersteuning op de domeinen leren/studeren, preventieve gezondheidszorg, schoolloopbaan en psychisch/sociaal functioneren.
* **Leersteundecreet (sinds 1 september 2023):** Bevordert maximale ontplooiing, leerwinst en participatie van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon onderwijs. Het versterkt de competenties van leraren en schoolteams om een inclusieve klas- en schoolcultuur te creëren.
* **Positief doel:** Inclusief onderwijs.
* **Leersteuncentra:** Bieden expertise (onderwijskundig, handicap-specifiek, inclusie, coaching).
* **Typen leersteun:** Type basisaanbod, Type 2 (verstandelijke beperking), Type 3 (emotionele of gedragsstoornis), Type 4 (motorische beperking), Type 6 (visuele beperking), Type 7 (auditieve beperking en spraak-/taalstoornis), Type 9 (autismespectrumstoornis).
#### 6.2.8 Kind en Gezin (Opgroeien)
* **Missie:** Bijdragen aan het welzijn van elk kind in Vlaanderen en Brussel, met oog voor kinderrechten en diversiteit.
* **Dienst- en hulpverlening:** Preventieve gezinsondersteuning (voor aanstaande ouders en gezinnen met jonge kinderen, met extra aandacht voor kwetsbare gezinnen), kinderopvang, adoptie.
* **Preventieve gezinsondersteuning:** Kerntaak is medische, psychosociale en pedagogische preventie en ondersteuning. Dit gebeurt via samenwerking met kraamklinieken, consultatiebureaus, inloopteams, telefonisch advies en publicaties. Deze dienstverlening is gratis, vrijwillig en vraaggericht.
* **Integrale jeugdhulp:** Richt zich op minderjarigen, ouders en opvoedingsverantwoordelijken, met 6 doelstellingen: krachtgericht, tijdige toegang, continuïteit, omgaan met verontrusting, crisishulp en participatie.
* **Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ):** Voor alle hulpvragen, fungerend als eerste aanspreekpunt voor informatie, kortdurende hulp en doorverwijzing. Voorbeelden zijn CAW, JAC, Kind en Gezin inloopteams, CLB.
* **Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH):** Intensievere, probleemgebonden hulp die enkel ingezet kan worden met akkoord van de intersectorale toegangspoort. Kan aangevraagd worden met een 'A-document' door een hulpverlener bij verontrusting over de ontwikkeling van een minderjarige of problemen binnen het gezin. Omvat bijvoorbeeld OOOC (ondersteuning en opvang voor kinderen) en OBC (opvang en begeleiding voor kinderen, gespecialiseerd in VAPH-problematiek).
* **Gemandateerde voorziening (GV):** Schakelt in wanneer hulp vastloopt of niet wordt aanvaard. Ze starten een onderzoek naar de maatschappelijke noodzaak van hulpverlening ('MaNo') en werken aanklampend. Bij weigering kan doorverwijzing naar het jeugdparket volgen.
* **Gerechtelijke jeugdhulp:** Wordt door de jeugdrechter opgelegd bij delicten, VOS (Verontrustende Opvoedingssituatie) waarbij vrijwillige hulp niet mogelijk is, of acute crisissituaties (hoogdringendheid). De sociale dienst van de jeugdrechtbank speelt hierin een belangrijke rol.
#### 6.2.9 Vrije tijd, sociaal-cultureel werk en jeugdwerk
* **Sociaal-cultureel werk:** Verbinding, kritisch denken en experimenteren met oplossingen voor maatschappelijke kwesties staan centraal. Het omvat ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement.
* **Jeugdwerk:** Divers en flexibel, aangepast aan de noden van jongeren, gericht op groepsactiviteiten in de vrije tijd ter bevordering van hun ontwikkeling. Het omvat landelijke jeugdverenigingen, cultuureducatieve verenigingen, politieke jongerenbewegingen, intermediaire organisaties, open jeugdwerkingen en gespecialiseerde verenigingen voor kwetsbare jongeren en jongeren met een handicap.
#### 6.2.10 De Federale Overheid en Vlaamse overheid
* **Fedasil:** Federaal orgaan voor de opvang van asielzoekers, met eigen opvangcentra en beheer van gesloten centra voor uitgeprocedeerde personen.
* **Lokaal opvanginitiatief (LOI):** Door gemeenten beheerde, vaak kleinere opvanginitiatieven.
* **Contactpunten inburgering:** Coördineren inburgeringstrajecten (Nederlandse taal, maatschappelijke oriëntatie, werk).
* **Huizen van het Nederlands:** Coördineren taalonderwijs.
* **Diensten vreemdelingenrecht en internationaal familierecht:** Bieden advies aan professionals.
* **OCMW (Centrum Algemeen Welzijnswerk):** Bieden curatieve en preventieve hulp op materieel, sociaal, geneeskundig, sociaal-geneeskundig en psychologisch vlak. Ze bieden ook dringende medische hulp aan uitgewezen asielzoekers.
* **Decreet lokaal bestuur:** Vervangt grotendeels de federale OCMW-wet, met één beleid voor OCMW en gemeente.
* **Decreet lokaal sociaal beleid:** Stimuleert de ontwikkeling van een inclusief en integraal lokaal sociaal beleid, afstemming van vraag en aanbod, en toegankelijke sociale hulp.
* **Ziekenfondsen:** Bieden begeleiding bij ziekte, handicap, ouderdom, organiseren thuiszorg en ondersteunen mantelzorgers. Ze stellen de graad van zorgbehoefte vast en bieden psychosociale begeleiding.
* **Gezondheidszorg:** Is opgedeeld in preventieve, curatieve en palliatieve zorg. Toegang gebeurt via de huisarts (stepped care). Er is een verplichte ziekteverzekering en terugbetaling door het ziekenfonds. Er wordt gewezen op de gezondheidskloof: mensen met een laag inkomen stellen zorg uit en leven korter.
* **Vlaamse overheid:** Is bevoegd voor preventieve zorg, chronische zorg en onderwijs.
#### 6.2.11 Gelijkheid en participatie
* **Gelijke onderwijskansen:** Het leersteundecreet beoogt inclusief onderwijs en versterkt de competenties van leraren.
* **Participatie:** Initiatieven zoals G-sport, VDAB en aangepaste sociale woningen bevorderen participatie.
* **Maatschappelijk engagement:** Sociaal-cultureel werk en jeugdwerk stimuleren actief burgerschap.
---
# Vrije tijd en jeugdwerk
Dit onderwerp behandelt de rol van sociaal-cultureel werk en jeugdwerk in Vlaanderen, met de nadruk op participatie, vorming en de integrale ontwikkeling van jongeren.
### 7.1 Sociaal-cultureel werk
Sociaal-cultureel werk richt zich op ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement in de vrije tijd.
#### 7.1.1 Kernaspecten van sociaal-cultureel werk
* **Centraal in praktijken:**
* Ontmoeting
* Niet-formeel leren (buiten schoolverband)
* Gemeenschap vormen
* Maatschappelijk engagement
* **Sector sociaal-cultureel werk:**
* Bevat een aanzienlijk aantal organisaties en vrijwilligers.
* Richt zich op participatie, actief burgerschap en samenleven.
* Behandelt thema's als mensenrechten, vrede, welzijn, opvoeding, onderwijs, kunst, cultuur, persoonlijke groei en zingeving.
* Ondersteunt burgerinitiatieven, die doelgroepgericht of thematisch kunnen zijn.
#### 7.1.2 Maatschappelijke opdracht van sociaal-cultureel werk
Het sociaal-cultureel volwassenenwerk vervult een drieledige opdracht:
* **Verbindende rol:** Brengt mensen en groepen samen, bevordert wederzijds begrip en vertrouwen, en draagt bij aan de groei van burgers in de samenleving.
* **Kritische rol:** Stimuleert kritisch denken over maatschappelijke kwesties en bevordert kritisch burgerschap.
* **Laboratoriumrol:** Functioneert als een plek voor experimenten om maatschappelijke verandering te realiseren en biedt een ruimte voor het ontwikkelen van ondernemend burgerschap.
#### 7.1.3 Actoren binnen sociaal-cultureel werk
* **Sociaal-culturele verenigingen:** Voorbeelden zijn Femma, Raak, Oxfam.
* **Etnisch-culturele federaties.**
* **Internationale comités.**
* **Avansa (Vormingplus):** Biedt vorming rond diverse thema's en werkt samen met andere centra.
* **Landelijke vormingscentra:** Gespecialiseerd in specifieke thema's zoals milieu of relaties.
* **Bewegingen:** Brengen mensen samen rond een bepaald thema, bijvoorbeeld klimaat.
### 7.2 Jeugdwerk
Jeugdwerk in Vlaanderen is zeer divers en dynamisch, en past zich aan de noden van jongeren aan.
#### 7.2.1 Definitie van jeugdwerk
Jeugdwerk wordt gedefinieerd als: "groepsgericht sociaal-cultureel werk op basis van niet-commerciële doelen voor of door de jeugd van drie tot en met dertig jaar, in de vrije tijd, onder educatieve begeleiding en ter bevordering van de algemene en integrale ontwikkeling van de jeugd die daaraan deelneemt op vrijwillige basis".
#### 7.2.2 Vlaamse jeugdwerkvormen
* **Landelijk georganiseerde jeugdverenigingen:** Ondersteunen lokale verenigingen met activiteiten en vorming.
* **Verenigingen voor informatie en participatie:** Bieden informatie over kinderrechten, participatieprocessen of mediaproductie.
* **Cultuureducatieve verenigingen:** Stimuleren de artistieke creativiteit van kinderen.
* **Politieke jongerenbewegingen:** Vormen en stimuleren jongeren tot politieke participatie.
* **Intermediaire organisaties:** Gericht op belangenbehartiging en beleid.
#### 7.2.3 Bovenlokaal jeugdwerk
* **Bovenlokale open jeugdwerkingen:** Organiseren activiteiten op publieke, open toegankelijke plaatsen.
* **Ondersteunende organisatie FORMAAT:** Een bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties, die activiteiten en vorming aanbiedt.
* **Ondersteunende organisatie Uit de Marge:** Een bovenlokaal geprofessionaliseerde jeugdvereniging voor kinderen en jongeren met een handicap, die activiteiten en vorming aanbiedt.
> **Tip:** De definitie van jeugdwerk benadrukt de groepsgerichte aanpak, het niet-commerciële karakter, de leeftijdsgrenzen, de vrije tijd, de educatieve begeleiding en de focus op integrale ontwikkeling en vrijwillige deelname.
---
# Werken en wonen
Dit deel van de studiehandleiding behandelt de diensten en regelingen rond arbeidsbemiddeling, sociale economie, en de toegang tot en organisatie van sociale woningbouw en woonzorg.
## 8. Werken en wonen
Deze sectie onderzoekt de verschillende facetten van arbeidsbemiddeling, de principes van sociale economie, en de structuren die instaan voor sociale woningbouw en woonzorg.
### 8.1 Arbeidsbemiddeling en sociale economie
#### 8.1.1 Diensten voor arbeidsbemiddeling
* **RVA (Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening)**: Deze openbare instelling van Sociale Zekerheid is verantwoordelijk voor het werkloosheidsverzekeringsstelsel en andere gerelateerde uitkeringen. De RVA kent rechten toe op uitkeringen, bepaalt bedragen, en verleent toestemming voor loopbaanonderbreking en tijdskrediet. Tevens bestrijdt de RVA oneigenlijk gebruik van de werkloosheidsverzekering.
* **VDAB (Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling)**: De VDAB bevordert de werking van de arbeidsmarkt in Vlaanderen. Ze ondersteunt werkzoekenden en werknemers bij hun loopbaanontwikkeling, werkt samen met andere dienstverleners om werk te vinden, en besteedt bijzondere aandacht aan kansengroepen. De VDAB organiseert ook opleidingen.
#### 8.1.2 Sociale economie
Sociale economie richt zich op het creëren van economische activiteiten met een sociale doelstelling, met name voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
* **Maatwerkbedrijven**: Deze bedrijven bieden werk op maat aan voor personen met een arbeidsbeperking. Ze opereren in een aangepaste omgeving en bieden begeleiding en ondersteuning.
* **Lokale Diensteneconomie (LDE) initiatieven**: De overheid ontwikkelt hierbij een dienstenaanbod dat lokale noden invult en tegelijk kansen biedt aan personen die moeilijk aan de slag geraken. Voorbeelden zijn sociale restaurants, buurtgerichte kinderopvang en fietspunten.
* **Individueel maatwerk**: Werkgevers ontvangen een loonpremie en/of begeleidingspremie voor het tewerkstellen van personen met een arbeidsbeperking.
* **Arbeidsmatige activiteiten**: Dit zijn tijdelijke, onbetaalde activiteiten gericht op het aanbieden van latente functies van arbeid, met de focus op stappen naar betaalde arbeid (bv. in een kringwinkel).
#### 8.1.3 Vakbonden en werkgeversorganisaties
* **Vakbonden (Regionale dienstverlening, Beroepscentrales)**: Behartigen de individuele en collectieve belangen van arbeiders. Ze bieden juridische bijstand in arbeidsgerelateerde vragen en nemen deel aan sociaal overleg (collectieve arbeidsovereenkomsten - CAO's, sectorale CAO's).
* **Werkgeversorganisaties**:
* **VOKA**: Vlaams netwerk van ondernemingen.
* **UNIZO**: Organisatie voor zelfstandigen, KMO's en vrije beroepen.
* **Boerenbond**: Beroepsorganisatie voor boeren en tuinders.
### 8.2 Wonen
#### 8.2.1 Sociale woningbouw
Sinds 1 januari 2024 zijn er belangrijke wijzigingen in de organisatie van sociale woningbouw. Er is nu één maatschappij per werkingsgebied, waarin sociale verhuurkantoren en sociale huisvestingsmaatschappijen zijn samengegaan.
* **Opdrachten van sociale woonmaatschappijen**:
* Woningen op de private huurmarkt doorverhuren.
* Sociale woningen bouwen voor verhuur.
* **Toegang tot sociale woningen**:
* **Centraal inschrijvingsregister**: Eén centraal register voor inschrijvingen.
* **Inkomensvoorwaarden**: Middeltoets, en andere voorwaarden zoals kennis van Nederlands en eigendomsvoorwaarden.
* **Inschrijving VDAB**: Een inschrijving bij de VDAB is een voorwaarde.
* **Toewijzing**: De toewijzing gebeurt in de volgende volgorde:
1. Lokale binding met de gemeente.
2. Mantelzorger zijn of mantelzorg ontvangen.
3. Periode op de wachtlijst.
* **Versnelde toewijzing**: Voor specifieke doelgroepen zoals dak- en thuislozen, personen met een psychische kwetsbaarheid, jongeren in begeleid zelfstandig wonen, slachtoffers van intrafamiliaal geweld, en bij slechte woonomstandigheden.
* **Verplichte begeleiding**: Er kan een verplichte begeleiding gekoppeld worden aan de toewijzing.
* **Doelgroepenbeleid**: Vastgelegd in een lokaal woonreglement, bijvoorbeeld aangepaste woningen voor ouderen of personen met een beperking.
#### 8.2.2 Huurdersbond
* De Huurdersbond komt op voor de belangen van zowel private als sociale huurders en fungeert als een tweede lijn ondersteuning.
* **Activiteiten**: Opkomen voor huurdersbelangen, huuradvies verstrekken (private en sociale huur), informeren over rechten en plichten, opmaken van documenten en wetgeving verduidelijken (bv. opzeg, waarborg).
* De Huurdersbond is een Vlaams huurdersplatform en richt zich niet tot eigenaars en verhuurders.
### 8.3 Woonzorg
De organisatie van woonzorg omvat een breed scala aan diensten die gericht zijn op het ondersteunen van personen die thuis wonen, met een focus op zorgbehoevenden en mantelzorgers.
* **Woonzorgdecreet**: Dit decreet vormt de basis voor de organisatie van woonzorg.
* **Diensten en instellingen**:
* Lokale dienstencentra (LDC).
* Diensten voor gezinszorg.
* Diensten voor oppashulp.
* Diensten voor thuisverpleging.
* Diensten maatschappelijk werk van ziekenfondsen.
* Diensten voor gastopvang.
* Centra voor dagverzorging, kortverblijf en herstelverblijf.
* Groepen van assistentiewoningen.
* Woonzorgcentra.
* Verenigingen voor mantelzorgers en gebruikers.
* **Aanbod**:
* **Concreet hulpaanbod**: Maaltijden, poetsen, etc.
* **Ondersteuning mantelzorgers**: Mantelzorgpremies, mantelzorgcafés.
* **Zorg**: Verzorging, verpleging.
* **Vorming en ontmoeting**: Voor specifieke doelgroepen zoals dementerenden of lotgenoten.
* **Vrijwilligersaanbod**: Oppashulp, MinderMobielenCentrale (MMC), klusjes.
* **Rol van sociaal werkers**: Sociaal werkers in thuiszorgdiensten nemen voornamelijk een coördinerende rol op zich, helpen bij de organisatie van thuiszorg en ondersteunen mantelzorgers.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Asielprocedure | Het formele proces dat doorlopen wordt door personen die internationale bescherming aanvragen in een land. Dit omvat de indiening van de aanvraag, de beoordeling ervan door de autoriteiten en de uiteindelijke beslissing. |
| Fedasil | Het Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers. Fedasil is verantwoordelijk voor de materiële opvang van asielzoekers en heeft eigen opvangcentra of werkt samen met partners. |
| Bed, bad, brood | Een principe dat inhoudt dat uitgeprocedeerde asielzoekers recht hebben op basisvoorzieningen zoals onderdak, hygiëne en voeding, zelfs als hun asielaanvraag is afgewezen. |
| Lokaal opvanginitiatief (LOI) | Een opvanginitiatief dat lokaal wordt beheerd, vaak door gemeenten of OCMW's, en dat bedoeld is om asielzoekers en andere kwetsbare groepen te huisvesten en te begeleiden. |
| Inburgeringstraject | Een programma dat nieuwkomers helpt integreren in de samenleving door middel van taalcursussen, maatschappelijke oriëntatie en ondersteuning bij het vinden van werk of het opbouwen van een netwerk. |
| Huizen van het Nederlands | Organisatie die de coördinatie en doorverwijzing voor het leren van Nederlands verzorgt, zonder zelf directe taalcursussen te geven. Ze werken samen met andere onderwijsinstellingen. |
| Sociale tolk – vertaler | Professionele vertaler of tolk die ingezet wordt om communicatie te faciliteren tussen hulpverleners, voorzieningen en anderstalige personen, om zo drempels in de hulpverlening te verlagen. |
| Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW) | Een organisatie die algemene welzijnsdiensten aanbiedt aan diverse doelgroepen. Ze bieden zowel onthaal, informatie als gespecialiseerde begeleiding voor uiteenlopende problemen. |
| Begeleidingscontinua | Een benadering waarbij de ondersteuning voor een persoon continu wordt aangeboden en aangepast aan de veranderende noden, van initiële hulp tot meer intensieve zorg. |
| Dak- en thuisloosheid | De situatie waarin personen geen vaste woonplaats hebben en/of geen toegang hebben tot adequate huisvesting, wat leidt tot sociale en persoonlijke kwetsbaarheid. |
| Maatschappelijke dienstverlening | De dienstverlening die door het OCMW wordt geboden om burgers te ondersteunen bij het leiden van een leven dat beantwoordt aan menselijke waardigheid, inclusief materieel, sociaal en geneeskundig advies. |
| Leefloon | De minimale financiële uitkering die door het OCMW wordt verstrekt aan personen die onvoldoende middelen hebben om in hun levensonderhoud te voorzien en die aan bepaalde voorwaarden voldoen. |
| Sociaal beleid | De reeks maatregelen en strategieën die door de overheid worden ontwikkeld en geïmplementeerd om het welzijn van de bevolking te bevorderen, sociale ongelijkheid te verminderen en sociale cohesie te versterken. |
| DMW Ziekenfondsen | De diensten maatschappelijk werk binnen de ziekenfondsen die ondersteuning bieden bij ziekte, handicap of ouderdom, thuiszorg organiseren en mantelzorgers bijstaan. |
| Preventieve zorg | Gezondheidszorg die gericht is op het voorkomen van ziekten en aandoeningen, door middel van maatregelen zoals vaccinaties, voorlichting over gezonde levensstijl en risicopreventie. |
| Curatieve zorg | Gezondheidszorg die gericht is op het genezen van ziekten en aandoeningen, bijvoorbeeld door middel van medicatie, operaties of andere medische behandelingen. |
| Palliatieve zorg | Zorg die gericht is op het verlichten van lijden en het verbeteren van de levenskwaliteit van patiënten met een levensbedreigende ziekte, door zowel fysieke als psychosociale ondersteuning te bieden. |
| Gezondheidskloof | Het verschil in gezondheidstoestand en levensverwachting tussen verschillende sociaaleconomische groepen, waarbij lager op de sociale ladder vaak leidt tot slechtere gezondheid en een korter leven. |
| Geconventioneerd zorgverstrekker | Een zorgverstrekker die de tarieven die door de overheid worden vastgesteld, aanvaardt voor zijn of haar prestaties, wat doorgaans leidt tot lagere kosten voor de patiënt. |
| Niet-geconventioneerd zorgverstrekker | Een zorgverstrekker die niet gebonden is aan de officiële tarieven en zijn of haar eigen tarieven kan bepalen, wat kan resulteren in hogere kosten voor de patiënt. |
| Centra Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) | Instanties die ambulante diagnostiek, behandeling en begeleiding bieden aan kinderen, jongeren en volwassenen met psychische problemen, vaak multidisciplinair samengesteld. |
| Psychiatrisch ziekenhuis | Een instelling die gespecialiseerde medische en therapeutische zorg biedt aan personen met ernstige psychische aandoeningen, zowel residentieel als ambulant. |
| Psychiatrisch verzorgingstehuis (PVT) | Een woonvorm voor volwassenen met een gestabiliseerde langdurige psychiatrische problematiek, die continue verzorging en begeleiding bieden in een residentiële setting. |
| Beschut wonen | Een woonvorm voor volwassenen met een complexe en langdurige psychiatrische problematiek, waarbij begeleiding gekoppeld is aan huisvesting om zelfstandig wonen te ondersteunen. |
| Artikel 107 | Een bepaling in de ziekenhuiswet die de afbouw van bedden in psychiatrische instellingen beoogt ten gunste van een meer "vermaatschappelijkte" zorg, met focus op zorgcircuits en netwerken. |
| Leersteundecreet | Een decreet dat de ondersteuning voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon onderwijs versterkt, door zowel de competenties van leraren als de leerlingen zelf te ondersteunen. |
| Leersteuncentra | Organisaties die expertise leveren op het gebied van leerondersteuning voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, met verschillende soorten expertise zoals onderwijskundig en handicap-specifiek. |
| Kind en Gezin | Een Vlaamse overheidsdienst die zich richt op het welzijn van kinderen en gezinnen, met diensten zoals preventieve gezinsondersteuning, kinderopvang en adoptie. |
| Integrale jeugdhulp | Een samenhangend systeem van hulpverlening voor minderjarigen en hun omgeving, gericht op tijdige toegang, continuïteit en participatie, met oog voor crisishulp en het omgaan met verontrusting. |
| Rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp (RTJ) | Jeugdhulp die zonder tussenkomst van een toegangspoort kan worden ingeroepen door de hulpvrager, zoals centra voor algemeen welzijnswerk (CAW) en JACs. |
| Niet rechtstreeks toegankelijke hulp (NRTH) | Jeugdhulp die enkel kan worden ingezet na akkoord en tussenkomst van een intersectorale toegangspoort, en die gespecialiseerd en intensief van aard is. |
| Gemandateerde voorziening (GV) | Een organisatie die is gemachtigd om hulpverlening op te starten en te continueren, ook in situaties waar vrijwillige hulp niet mogelijk is, en die kan doorverwijzen naar het jeugdparket indien nodig. |
| Gerechtelijke jeugdhulp | Jeugdhulp die door de jeugdrechter wordt opgelegd, bijvoorbeeld wanneer een minderjarige de wet overtreedt, zich in een verontrustende situatie bevindt of wanneer er sprake is van een acute crisissituatie. |
| Personen met een beperking | Personen die, door langdurige fysieke, mentale, verstandelijke of zintuiglijke beperkingen, in interactie met diverse drempels belemmerd worden in hun volledige en gelijke participatie in de samenleving. |
| Vlaams Agentschap voor personen met een handicap (VAPH) | Een agentschap dat verantwoordelijk is voor de organisatie van zorg en ondersteuning voor personen met een handicap in Vlaanderen, en dat subsidies verstrekt aan zorgaanbieders. |
| Persoonsvolgende budgetten (PVB) | Een budget dat wordt toegekend aan personen met een handicap om zelf de zorg en ondersteuning te financieren die zij nodig hebben, met de mogelijkheid om zelf te kiezen welke diensten en hulpverleners zij inschakelen. |
| Persoonlijk assistentiebudget (PAB) | Een budget voor personen met een handicap om de nodige ondersteuning voor persoonlijke verzorging en huishoudelijke taken aan te kopen, vaak gekoppeld aan een persoonsvolgend systeem. |
| Dienst ondersteuningsplan (DOP) | Een dienst die personen met een ondersteuningsnood samen met hun netwerk helpt bij het opstellen van een ondersteuningsplan, gericht op het vinden van antwoorden op maat en het organiseren van de benodigde hulp. |
| Hulpmiddelen | Apparaten, technologieën of aanpassingen die personen met een beperking helpen om functionele beperkingen te overwinnen en de participatie in de samenleving te vergemakkelijken. |
| Sociaal-cultureel werk | Een sector die zich richt op het bevorderen van ontmoeting, niet-formeel leren, gemeenschapsvorming en maatschappelijk engagement, voornamelijk door middel van participatieve activiteiten. |
| Jeugdwerk | Activiteiten en organisaties gericht op jongeren van 3 tot 30 jaar, die groepsgericht, sociaal-cultureel en niet-commercieel van aard zijn, met als doel de algemene en integrale ontwikkeling van de jeugd te bevorderen. |
| Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) | Een openbare instelling die verantwoordelijk is voor het stelsel van de werkloosheidsverzekering, de toekenning van uitkeringen en de bestrijding van oneigenlijk gebruik van de werkloosheidsverzekering. |
| Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling (VDAB) | Een dienst die de arbeidsmarkt in Vlaanderen bevordert door werkzoekenden en werknemers te helpen bij loopbaanontwikkeling, opleidingen te organiseren en samen te werken met andere dienstverleners. |
| Sociale economie | Economische activiteiten die gericht zijn op het realiseren van sociale doelstellingen, zoals werkgelegenheid creëren voor kwetsbare groepen, het invullen van maatschappelijke noden en het bevorderen van duurzaamheid. |
| Maatwerkbedrijven | Organisaties die werkgelegenheid bieden aan personen met een arbeidsbeperking, door middel van aangepast werk en begeleiding op maat, met als doel hun participatie op de arbeidsmarkt te vergroten. |
| Vakbond | Een organisatie die de individuele en collectieve belangen van werknemers behartigt, juridische bijstand verleent en deelneemt aan sociaal overleg met werkgevers. |
| Werkgeversorganisaties | Organisaties die de belangen van werkgevers vertegenwoordigen, zoals VOKA, UNIZO en Boerenbond, en die zich inzetten voor een gunstig ondernemingsklimaat. |
| Sociale woonmaatschappijen | Organisaties die sociale woningen bouwen en verhuren aan personen en gezinnen met een beperkt inkomen, en die ook instaan voor het beheer en onderhoud van deze woningen. |
| Huurdersbond | Een organisatie die opkomt voor de belangen van huurders op de private en sociale huurmarkt, huuradvies verstrekt en informeert over rechten en plichten in het huurrecht. |
| Woonzorg | Een breed concept dat diensten en voorzieningen omvat die ouderen en hulpbehoevenden ondersteunen om langer zelfstandig te wonen, zoals lokale dienstencentra, thuisverpleging en assistentiewoningen. |
| Mantelzorgers | Personen die, zonder professionele opleiding, onbetaald en vrijwillig zorg verlenen aan een naaste met een chronische ziekte, beperking of ouderdomsproblematiek. |