Cover
Start nu gratis TTT_Vertaalprocessen.pdf
Summary
# Het vertaalproces: een overzicht
Dit onderwerp onderzoekt vertalen als een proces en een product, waarbij de concepten van de "translation act" en "translation event" worden geïntroduceerd, samen met de kernfasen van oriëntatie, schrijven en revisie [2](#page=2).
### 1.1 Vertalen: product en proces
Vertalen wordt gedefinieerd als een proces waarbij een originele tekst in een bepaalde taal of tekensysteem op een equivalente manier wordt vervangen door een tekst in een andere taal of tekensysteem. Dit kan intralinguaal (binnen dezelfde taal), interlinguaal (tussen verschillende talen) of intersemiotisch (tussen verschillende tekensystemen) plaatsvinden. De focus ligt op "voorbereidbare" vertaalprocessen zonder de integratie van technologie [2](#page=2) [3](#page=3).
### 1.2 Microscopische en telescopische blik op het vertaalproces
Het vertaalproces kan worden bekeken vanuit twee perspectieven:
* **Translation act**: Dit verwijst naar de menselijke cognitieve processen die plaatsvinden tijdens het vertalen, zoals deze zich weerspiegelen in observeerbare processen. Het omvat alle cognitieve en fysieke activiteiten van de vertaler die leiden tot het vertaalproduct [4](#page=4) [9](#page=9).
* **Translation event**: Dit is het observeerbare sociologische kader waarin de cognitieve vertaalhandeling plaatsvindt. Het omvat de situationele en socioculturele context, inclusief actoren zoals opdrachtgevers, vertalers, revisoren, klanten, projectmanagers, andere vertalers, en artefacten [4](#page=4) [6](#page=6).
> **Tip:** Hoewel de scheiding tussen 'event' en 'act' nuttig is, zijn de cognitieve processen van vertalen niet louter mentaal, maar ook 'embodied, extended, embedded, en enactive' [7](#page=7).
#### 1.2.1 Het translation event in de praktijk
Het translation event omvat diverse stappen binnen het vertaalprojectmanagement en de workflow [5](#page=5):
* Selectie van te vertalen teksten [5](#page=5).
* Het benaderen van vertaalbureaus of freelancers [5](#page=5).
* Het vragen en opmaken van offertes [5](#page=5).
* Commissioning en voorbereiding van de opdracht [5](#page=5).
* Kwaliteitscontrole [5](#page=5).
* Afhandeling, inclusief levering aan de klant, facturatie, feedback en integratie in databanken [5](#page=5).
* Receptie van de vertaling [5](#page=5).
#### 1.2.2 Dataverzamelingsmethoden voor onderzoek naar de translation act
Om inzicht te krijgen in wat er tijdens het vertaalproces in het hoofd van de vertaler omgaat, worden diverse dataverzamelingsmethoden gebruikt in vertaalprocesonderzoek [9](#page=9):
* Computerkeystroke logging [10](#page=10).
* Screenrecording [10](#page=10).
* Hardopdenkprotocollen [10](#page=10).
* Interviews / post-hoc vragenlijsten [10](#page=10).
* Observaties [10](#page=10).
* Eyetracking [10](#page=10).
* EEG (Elektro-encefalografie) [10](#page=10).
### 1.3 Fasen van de translation act
De translation act wordt doorgaans onderverdeeld in drie hoofdfasen: oriëntatie, schrijven en revisie [8](#page=8).
#### 1.3.1 De oriëntatiefase
De eerste fase, de oriëntatiefase, omvat de prelimininaire methoden van het vertaalproces. Dit houdt in [11](#page=11):
* Het lezen van de vertaalopdracht [11](#page=11).
* Het lezen of bekijken van de brontekst [11](#page=11).
* Het maken van een contextanalyse [11](#page=11).
* Het vaststellen van zakelijke afspraken, zoals deadlines, tarieven en kwaliteitscontrole (bijvoorbeeld de rol van een revisor of reviewer) [11](#page=11).
* Het bespreken van het gebruik van bepaalde hulpmiddelen, zoals vertaalgeheugens [11](#page=11).
* Het maken van afspraken over de doeltekst, inclusief het publicatiemedium (en eventuele stijlgidsen), de publicatiedatum, de kenmerken van het doelpubliek en het algemene doel van de vertaling [11](#page=11).
* Het opzoeken van informatie in externe bronnen [11](#page=11).
* Het uitvoeren van een vertaalrelevante tekstanalyse (volgens Nord) of multimodale brontekstanalyse [11](#page=11).
#### 1.3.2 De schrijffase
De tweede fase is de schrijffase, die de operationele methoden omvat. Kernactiviteiten hierin zijn [17](#page=17):
* **Transfer**: Het overbrengen van de betekenis en intentie van de brontekst naar de doeltekst [17](#page=17).
* **Detectie en oplossing van vertaalproblemen**: Het identificeren van uitdagingen in de tekst en het vinden van passende oplossingen [17](#page=17).
* **Consultatie van externe bronnen**: Het raadplegen van diverse bronnen zoals woordenboeken, parallelle corpora, collocatiewoordenboeken, vertaalgeheugens en vertaalmachines [17](#page=17).
* **Zelfrevisie**: Het herlezen van de eigen vertaling om fouten te detecteren en te corrigeren [17](#page=17).
#### 1.3.3 De revisiefase
De derde fase is de revisiefase, die cruciaal is voor het waarborgen van de kwaliteit van de vertaling [24](#page=24).
* Er kunnen meerdere revisiefasen plaatsvinden, met name in genres zoals literaire vertalingen [24](#page=24).
* Binnen de revisiefase kunnen verschillende revisieloops worden doorlopen. Elke loop kan een specifiek doel hebben, zoals het controleren van de transfer van bron- naar doeltekst (BT-DT), de taalcorrectheid van de doeltekst, of de naleving van een stijlgids voor de doeltekst [25](#page=25).
> **Tip:** Het is belangrijk te realiseren dat na de directe revisiefase door de vertaler, er nog verdere stappen kunnen volgen binnen het translation event, zoals revisie door een andere partij (other-revision), een review door een domeinspecialist, en proofreading [26](#page=26).
---
# Analytische methoden binnen het vertaalproces
De oriëntatiefase van het vertaalproces omvat een reeks analytische methoden die cruciaal zijn voor het succesvol vertalen, met name de vertaalrelevantetekstanalyse van Nord en de skopostheorie, evenals de identificatie van vertaalproblemen en -moeilijkheden [11](#page=11).
### 2.1 De oriëntatiefase in het vertaalproces
De oriëntatiefase, ook wel de voorbereidende fase genoemd, omvat diverse activiteiten [11](#page=11):
* Lezen van de vertaalopdracht [11](#page=11).
* Lezen of bekijken van de brontekst [11](#page=11).
* Maken van een contextanalyse [11](#page=11).
* Zakelijke afspraken maken, zoals deadline, tarief, kwaliteitscontrole (revisor/reviewer?), en het gebruik van hulpmiddelen (zoals een vertaalgeheugen) [11](#page=11).
* Afspraken maken over de doeltekst, waaronder het publicatiemedium (inclusief stijlgids), publicatiedatum, doelpubliek (met kenmerken) en het uiteindelijke doel [11](#page=11).
* Opzoeken van informatie in externe bronnen [11](#page=11).
* Uitvoeren van een vertaalrelevantetekstanalyse (Nord) of multimodale brontekstanalyse [11](#page=11).
### 2.2 Vertaalrelevantetekstanalyse volgens Nord
De vertaalrelevantetekstanalyse, zoals uiteengezet door Nord, richt zich op de analyse van zowel de brontekst (BT) als de gewenste doeltekst (DT). Deze analyse maakt gebruik van de Lasswellformule om de volgende vragen te beantwoorden [12](#page=12):
* Wie schrijft met welk doel aan wie door middel van welk medium waar, wanneer, waarom een tekst met welke functie [12](#page=12)?
* Waarover zegt de auteur wat en wat niet, in welke volgorde, met gebruikmaking van welke non-verbale elementen, met wat voor woorden, in wat voor zinnen, op welke toon, en met welk effect [12](#page=12)?
Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen "met welk doel" versus "waarom", "met welk doel" versus "met welke functie", en "met welk doel" versus "met welk effect" [12](#page=12).
De analyse omvat het vergelijken van het profiel van de brontekst met dat van de doeltekst, waarbij de volgende elementen centraal staan [13](#page=13):
* **Brontekst (BT):**
* Zender
* Ontvanger
* Doel
* Medium
* Plaats/Tijd
* **Doeltekst (DT):**
* Zender
* Ontvanger
* Doel
* Medium
* Plaats/Tijd
#### 2.2.1 De skopostheorie en vertaalstrategieën
De skopostheorie stelt dat de functie of het doel van de doeltekst de vertaalmethode bepaalt. Op basis hiervan wordt een globale aanpak of methode gekozen. Twee algemene benaderingen zijn [14](#page=14):
* **Exotiserend/vervreemdend:** Deze aanpak is gericht op de broncultuur en behoudt de 'vreemdheid' van de brontekst [14](#page=14).
* **Domesticerend/naturaliserend:** Deze aanpak is gericht op de doelcultuur en maakt de tekst toegankelijker en natuurlijker voor de doelgroep [14](#page=14).
Deze benaderingen zijn vaak gekoppeld aan het concept van equivalentie, wat weer in verband wordt gebracht met trouw of getrouwheid aan de bron of de doeltekst. De vraag "Trouw aan wat of wie?" leidt tot het onderscheid tussen twee initiële normen [14](#page=14):
* **Norm van de adequaatheid:** Trouw aan de broncontext [14](#page=14).
* **Norm van de acceptabiliteit:** Trouw aan de doelcontext [14](#page=14).
#### 2.2.2 Identificeren van vertaalproblemen en -moeilijkheden
Een vertaalprobleem wordt gedefinieerd als een **mismatch** tussen het profiel van de brontekst en het profiel van de doeltekst. Dit soort problemen is onafhankelijk van de vertaler zelf en van de externe omstandigheden van de vertaalsituatie. Voorbeelden hiervan zijn culturele verschillen, taalverschillen, of specifieke uitdrukkingen zoals "our country" of "next week" die niet direct vertaalbaar zijn zonder contextuele aanpassing [15](#page=15).
Een vertaalmoeilijkheid daarentegen is afhankelijk van de competentie van de vertaler en de gegeven omstandigheden van de vertaalsituatie. Factoren die vertaalmoeilijkheden kunnen veroorzaken zijn onder meer [15](#page=15):
* Beperkte woordenschat van de vertaler [15](#page=15).
* Tijdsdruk [15](#page=15).
* Gebrekkige naslagmogelijkheden [15](#page=15).
* Slechte presentatie van de brontekst [15](#page=15).
> **Tip:** Het onderscheid tussen een vertaalprobleem (inherent aan de vertaalopdracht) en een vertaalmoeilijkheid (gerelateerd aan de vertaler en de omstandigheden) is essentieel voor een effectieve planning en probleemoplossing [15](#page=15).
Meer informatie over vertalers kan gevonden worden op websites zoals athenaeumscheltema.nl/vertalers [16](#page=16).
---
# Cognitieve modellen van het vertaalproces
Cognitieve modellen van het vertaalproces
Cognitieve modellen van het vertaalproces onderzoeken hoe vertalers de schrijffase van het vertalen mentaal aanpakken, waarbij verschillende benaderingen zoals sequentiële, parallelle en monitormodellen worden voorgesteld [18](#page=18).
## 3 Cognitieve modellen van het vertaalproces
Dit onderwerp verkent de cognitieve processen die ten grondslag liggen aan de schrijffase van het vertaalproces, door middel van verschillende theoretische modellen en empirisch onderzoek [18](#page=18).
### 3.1 Sequentiële modellen
Sequentiële modellen stellen dat het vertaalproces zich in opeenvolgende fasen voltrekt. Een prominent voorbeeld is Gile's twee-fasenmodel [19](#page=19).
#### 3.1.1 Gile's twee-fasenmodel
Dit model beschrijft het vertaalproces als twee hoofdfasen: begrip en herformulering [19](#page=19).
* **Begrip:** Dit omvat het lezen of bekijken van een eenheid uit de brontekst, een zintuiglijke handeling. Vervolgens wordt een betekenishypothese geformuleerd en gecontroleerd, wat leidt tot deverbalisatie (het loskoppelen van betekenis van de bronvorm) [19](#page=19).
* **Herformulering:** In deze fase wordt de betekenishypothese opnieuw geformuleerd en gecontroleerd in de doeltaal, rekening houdend met het beoogde publiek en de functie van de vertaling. Ten slotte wordt de betekenis geverbaliseerd in de doeltaal, wat het typen van de vertaalde tekst omvat [19](#page=19).
### 3.2 Parallelle procesmodellen
Parallelle procesmodellen, zoals voorgesteld door Ruiz et al. bieden kritiek op de strikt sequentiële benadering [20](#page=20).
* **Kritiek op sequentiële modellen:** Deze modellen suggereren dat vertalen ook kan plaatsvinden op basis van oppervlakkige verwerking (shallow processing) [20](#page=20).
* **Gedeeltelijke herformulering tijdens lezen:** Het wordt verondersteld dat al tijdens het lezen van de brontekst een gedeeltelijke en automatische herformulering in de doeltaal plaatsvindt. Als begrip en herformulering strikt gescheiden stappen zouden zijn, zou lezen voor begrip identiek moeten zijn aan lezen voor vertalen. Echter, empirisch onderzoek toont aan dat lezen voor vertalen langzamer verloopt en gepaard gaat met meer fixaties op specifieke brontekstwoorden dan lezen voor begrip [20](#page=20).
### 3.3 Monitormodel
Het monitormodel van Tirkonnen-Condit combineert elementen van zowel parallelle als sequentiële verwerking [21](#page=21).
* **Standaardprocedure:** Volgens dit model vertalen vertalers bronteksteenheden aanvankelijk letterlijk [21](#page=21).
* **Activering van monitor:** Een interne 'mentale monitor' signaleert mogelijke problemen, waarna de vertaler overschakelt naar een bewuste splitsing tussen begrip en productie [21](#page=21).
* **Letterlijke vertalingshypothese:** Dit model ondersteunt de hypothese van letterlijke vertaling (literal translation hypothesis), waarbij letterlijke vertaling de standaardprocedure is [21](#page=21).
### 3.4 Empirisch bewijs voor het monitormodel
Empirisch onderzoek door Carl & Dragsted en Schaeffer & Carl levert bewijs ter ondersteuning van het monitormodel [22](#page=22).
* **Parallelle verwerking:**
* Letterlijk vertalen wordt beschouwd als een automatisch proces, gebaseerd op gedeelde representaties van de bron- en doeltaal die actief zijn in de hersenen van de vertaler [22](#page=22).
* Dit kan zich manifesteren als een directe 1-op-1 equivalentie tussen bron- en doeltaalwoorden, één mogelijke vertaling in de gegeven context, en dezelfde woordvolgorde [22](#page=22).
* De mate van parallelle verwerking is waarschijnlijk afhankelijk van de expertise en typvaardigheid van de vertaler [22](#page=22).
* **Sequentiële verwerking:**
* Aanwijzingen voor sequentiële verwerking omvatten het herlezen van bronteksteenheden, pauzes tijdens het typen, en revisies [22](#page=22).
* Problemen met de formulering van de doeltaal fungeren vaak als trigger (prompt) voor deze sequentiële verwerkingsmodus [22](#page=22).
> **Tip:** Het monitormodel biedt een genuanceerd beeld door te stellen dat letterlijke vertaling de standaard is, maar dat complexere processen optreden wanneer er problemen worden gesignaleerd. Dit verklaart waarom vertalers soms heel vlot vertalen en op andere momenten aanzienlijk meer nadenken en herzien.
---
# Vertaalstrategieën en vertaalstijlen
Dit onderwerp behandelt de technieken voor het oplossen van vertaalproblemen en de verschillende vertaalstijlen die voortkomen uit de manier waarop vertalers plannen, lezen en reviseren.
### 4.1 Vertaalproblemen oplossen
Het oplossen van vertaalproblemen kan worden geformuleerd als het toepassen van vertaaltechnieken of -strategieën. Deze strategieën zijn nodig om vormelijke, semantische en pragmatische verschillen tussen de brontekstuiting en de doeltekstuiting te overbruggen, wat ook wel een 'translation shift' wordt genoemd [23](#page=23).
#### 4.1.1 Vertaaltechnieken
Enkele veelvoorkomende vertaaltechnieken zijn:
* **Transpositie**: Dit houdt een verandering in van grammaticale categorie in.
> **Example:** De Engelse uitdrukking "He may come" wordt naar het Nederlands vertaald als "Hij komt misschien". Hier wordt een modale hulpwerkwoord gecombineerd met een mogelijkheidsaanduiding in het Engels, wat in het Nederlands wordt weergegeven door een bijwoord van modaliteit [23](#page=23).
* **Modulatie**: Dit is een verandering van perspectief in de vertaling.
> **Example:** De Spaanse uitdrukking "Me pagan por ello" wordt vertaald als "ik word ervoor betaald". De focus verschuift van de actie van betalen (door anderen) naar het ontvangen van de betaling (door de vertaler) [23](#page=23).
* **Explicitering**: Informatie die impliciet is in de brontekst wordt expliciet gemaakt in de doeltekst [23](#page=23).
* **Tekstreductie**: Dit is met name relevant voor ondertiteling, waarbij de tekst wordt ingekort om binnen de tijdslimieten te passen [23](#page=23).
### 4.2 Vertaalstijlen
Vertaalstijlen verwijzen naar de variaties in de tijd die vertalers besteden aan verschillende fasen van het vertaalproces en de activiteiten die zij binnen die fasen uitvoeren. Deze stijlen zijn onderzocht door Carl & Dragsted en kunnen worden onderverdeeld op basis van de oriëntatiefase, de manier van lezen tijdens de schrijffase en de mate van revisie [27](#page=27) [28](#page=28).
#### 4.2.1 Oriëntatiefase
De mate van planning tijdens de oriëntatiefase kan variëren:
* **Head-starters**: Deze vertalers beginnen onmiddellijk met vertalen zonder veel voorafgaande planning [27](#page=27).
* **Quick planners**: Zij lezen de eerste paar zinnen of zinsdelen van de brontekst voordat ze beginnen met vertalen [27](#page=27).
* **Scanners**: Deze vertalers nemen de brontekst globaal of diagonaal door [27](#page=27).
* **Systematic planners**: Zij lezen de volledige brontekst grondig door voordat ze beginnen met vertalen [27](#page=27).
#### 4.2.2 Leesgedrag tijdens de schrijffase
De manier waarop vertalers lezen terwijl ze aan het schrijven zijn, verschilt ook:
* **Broad-context planners**: Deze vertalers kijken ver voorbij het brontekstwoord dat ze (uiteindelijk) aan het vertalen zijn [28](#page=28).
* **Narrow-context planners**: Zij beperken hun leesbereik tot het brontekstwoord dat ze vertalen, of slechts een paar woorden daarvoor [28](#page=28).
* **Sentence planners**: Deze vertalers lezen één brontekstzin en vertalen die zin vervolgens [28](#page=28).
* **Backtrackers**: Zij lezen systematisch eerder vertaalde brontekstwoorden opnieuw [28](#page=28).
#### 4.2.3 Revisiegedrag
De mate en het moment van revisie zijn eveneens onderscheidend:
* **Online revisers**: Deze vertalers voeren de meeste revisies uit tijdens de eigenlijke schrijffase [28](#page=28).
* **End revisers**: Zij voeren de meerderheid van hun revisies uit na de schrijffase, tijdens de specifieke revisiefase [28](#page=28).
* **Constant revisers**: Deze groep vertalers vertoont een bovengemiddeld aantal revisies tijdens de schrijffase en besteedt ongeveer 20% van de procestijd aan revisie [28](#page=28).
#### 4.2.4 Combinaties en correlaties van vertaalstijlen
Het is mogelijk dat vertalers verschillende stijlen combineren (bijvoorbeeld een head-starter die tegelijkertijd een narrow-context planner, backtracker en online reviser is). Er zijn echter correlaties waargenomen tussen bepaalde stijlen [29](#page=29):
* Head-starters correleren met narrow-context planners [29](#page=29).
* Systematic planners correleren met broad-context planners; en scanners correleren met broad-context planners en sentence planners [29](#page=29).
* Backtrackers vertonen een correlatie met narrow-context planners [29](#page=29).
* Scanners en systematic planners correleren met end revisors en constant revisors [29](#page=29).
> **Tip:** Het vertaalprofiel van een vertaler blijft relatief constant, zelfs wanneer zij taken met verschillende moeilijkheidsgraden uitvoeren. Dit suggereert dat vertaalstijlen een intrinsiek kenmerk van de individuele vertaler zijn [29](#page=29).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Vertaling | Het proces waarbij een originele tekst in taal(variëteit) of tekensysteem wordt vervangen door een equivalente tekst in een andere taal(variëteit) of tekensysteem. |
| Translation act | Datgene wat er gebeurt in het menselijk brein; de cognitieve processen die zich manifesteren in observeerbare processen tijdens het vertalen. |
| Translation event | Het observeerbare sociologische kader waarin de cognitieve translation act plaatsvindt, inclusief alle situationele en socioculturele contexten. |
| Intralinguaal | Vertalen binnen dezelfde taal, bijvoorbeeld parafraseren of samenvatten. |
| Interlinguaal | Vertalen van de ene taal naar de andere taal. |
| Intersemiotisch | Vertalen van het ene tekensysteem naar het andere, bijvoorbeeld van tekst naar beeld of muziek. |
| Oriëntatiefase | De eerste fase van het vertaalproces, waarbij de vertaler de opdracht en brontekst analyseert, afspraken maakt en informatie opzoekt. |
| Vertaalrelevantetekstanalyse | Een methode, ontwikkeld door Nord, om de brontekst en de gewenste doeltekst te analyseren met behulp van de Lasswellformule om de functie en het doel van de tekst te bepalen. |
| Skopostheorie | Een vertaaltheorie die stelt dat het doel of de functie van de doeltekst de vertaalmethode bepaalt. |
| Vertaalprobleem | Een discrepantie tussen het profiel van de brontekst en het profiel van de doeltekst die onafhankelijk is van de vertaler en de omstandigheden. |
| Vertaalmoeilijkheid | Een probleem dat afhankelijk is van de competentie van de vertaler en de omstandigheden van de vertaalsituatie, zoals tijdsdruk of gebrek aan naslagwerken. |
| Schrijffase | De tweede fase van het vertaalproces, waarbij de daadwerkelijke vertaling plaatsvindt, inclusief transfer, detectie en oplossing van problemen, consultatie van bronnen en zelfrevisie. |
| Sequentieel procesmodel | Een model dat stelt dat vertalen bestaat uit afzonderlijke fasen, zoals eerst begrijpen van de brontekst en daarna herformuleren in de doeltaal. |
| Parallel procesmodel | Een model dat suggereert dat begrip en herformulering deels parallel kunnen plaatsvinden, waarbij al tijdens het lezen van de brontekst gedeeltelijke herformulering in de doeltaal optreedt. |
| Monitormodel | Een model dat een combinatie van parallelle en sequentiële verwerking voorstelt, waarbij letterlijke vertaling de standaardprocedure is tenzij een mentaal monitoringsysteem een probleem signaleert. |
| Transpositie | Een vertaaltechniek waarbij de grammaticale categorie van een woord of zinsdeel wordt veranderd zonder de betekenis aan te tasten. |
| Modulatie | Een vertaaltechniek waarbij het perspectief of de invalshoek wordt veranderd zonder de betekenis aan te tasten. |
| Revisiefase | De derde fase van het vertaalproces, gericht op het controleren en verbeteren van de vertaalde tekst op verschillende aspecten zoals accuraatheid, taalcorrectheid en stijl. |
| Vertaalstijl | De individuele manier waarop een vertaler de verschillende fasen van het vertaalproces benadert en uitvoert, wat zich uit in variaties in planning, leesgedrag en revisie. |