Cover
Start nu gratis Samenvatting Les 11 ras als sociaal construct.docx
Summary
# Ras als sociaal construct en de oorsprong van slavernij
Het concept van "ras" zoals we dat vandaag kennen, is een menselijke constructie die is gecreëerd om macht, kolonisatie en slavernij te rechtvaardigen, en is niet biologisch bepaald. De oorsprong van dit idee ligt sterk verweven met de trans-Atlantische slavenhandel en de daaruit voortvloeiende hiërarchische indeling van mensen.
### 1.1 De Trans-Atlantische slavenroutes en de behoefte aan arbeid
Na de aankomst van Europeanen in Amerika in 1492 begonnen Europese grootmachten het continent te verkennen en te koloniseren. Ze ontdekten dat het Amerikaanse klimaat uitermate geschikt was voor landbouw (katoen, suiker, tabak, koffie, cacao) en de handel in specerijen. Dit creëerde een grote behoefte aan goedkope en duurzame arbeidskrachten.
In Afrika bestond reeds handel in tot slaaf gemaakte personen. Vanuit Europees perspectief waren Afrikanen een geschikte arbeidsmacht omdat zij gewend waren aan het klimaat en resistent waren tegen tropische ziekten. Dit leidde tot een hogere levensverwachting en "productiviteit" in vergelijking met inheemse Amerikanen of Europese/Aziatische arbeiders. Afrikaanse mensen werden vervolgens met geweld gestolen, aangevallen en onder onmenselijke omstandigheden als "vracht" naar Amerika verscheept, waarbij ze werden gereduceerd tot handelswaar. Dit vond plaats in een context van internationale concurrentie tussen handelaars uit onder andere Nederland, China, Portugal en India, waarbij geweld werd gebruikt om macht te verwerven.
### 1.2 Raciale legitimiteit van slavernij en witte superioriteit
Om de praktijk van slavernij te rechtvaardigen, ontwikkelden Europeanen een ideologisch systeem dat stelde dat zwarte mensen geen volwaardige mensen waren en dat witte mensen superieur waren. Dit systeem legitimeerde de slavernij, die in de Verenigde Staten van 1619 tot 1865 duurde (246 jaar) en wettelijk was toegestaan en gereguleerd. Tot slaaf gemaakte personen leefden onder extreem zware omstandigheden, gekenmerkt door geweld, honger, slechte zorg en gedwongen sterilisatie, wat resulteerde in een gemiddelde levensverwachting van slechts ongeveer 37 jaar.
#### 1.2.1 Verschil in behandeling van zwart versus Native Americans
Spaanse en Portugese kolonisten introduceerden racisme in Amerika. Inheemse volkeren werden samengevat onder de term "Indianen", alsof ze één homogene groep waren. Afrikaanse mensen werden beschouwd als "sterk" en geschikt voor zwaar werk, terwijl Native Americans als "zwak" werden bestempeld, wat leidde tot genocide en verdrijving. De gevolgen waren enorm: naar schatting 10 tot 20 miljoen Afrikanen werden tot slaaf gemaakt en verhandeld, en 50 tot 75 miljoen Native Americans stierven door geweld, ziekte en uitbuiting. In Amerika ontstonden nieuwe raciale categorieën, waarbij Europeanen "wit" werden genoemd (een identiteit die in Europa minder prominent was) en Afrikanen "zwart". Ras werd zo een systeem om mensen in klassen te verdelen, met "wit" aan de top.
> **Tip:** Begrijp dat het concept "ras" een sociale constructie is die historisch is gebruikt om machtsverhoudingen te creëren en te handhaven. Het is geen biologische realiteit.
### 1.3 Wetenschappelijk racisme en de pseudo-wetenschappelijke rechtvaardiging
Vanaf het einde van de 17e eeuw ontwikkelde zich het "wetenschappelijk racisme", dat in de 18e tot 20e eeuw sterk groeide. Dit pseudo-wetenschappelijke gedachtegoed stelde dat "ras" een biologische indeling van de mensheid was en koppelde hieraan specifieke eigenschappen. Bijvoorbeeld, witte mensen werden geassocieerd met intelligentie en ondernemerschap, terwijl zwarte mensen werden afgeschilderd als lui, dom, gewelddadig en sensueel. Deze "wetenschap" diende voornamelijk als een machtsmiddel om racisme en witte dominantie te legitimeren.
> **Voorbeeld:** Pseudo-wetenschappelijke theorieën die fysieke kenmerken (zoals schedelvorm of huidskleur) direct koppelden aan mentale capaciteiten of moreel gedrag, werden gebruikt om raciale hiërarchieën te rechtvaardigen en de onderdrukking van bepaalde groepen te rechtvaardigen.
### 1.4 Ras als sociaal construct: een systeem van macht
Samengevat is "ras" niet biologisch gefundeerd, maar een door mensen gecreëerd concept. Het is bedacht en georganiseerd om macht, ongelijkheid en slavernij te structureren en te rechtvaardigen. Deze constructie creëerde een hiërarchisch systeem waarin mensen werden ingedeeld, met als doel de dominantie van een bepaalde groep (in dit geval witte Europeanen) te verzekeren.
### 1.5 De voortdurende aanwezigheid van slavernij
Hoewel slavernij officieel is afgeschaft, bestaat het in moderne vormen nog steeds wereldwijd. Naar schatting zijn er wereldwijd ongeveer 50 miljoen slachtoffers van moderne slavernij, waaronder schuldslavernij, gedwongen arbeid (in gevangenissen, de bouwsector), gedwongen prostitutie en seksuele uitbuiting, kinderarbeid (vooral in de kledingindustrie), gedwongen huishoudelijk werk en gedwongen huwelijken (inclusief kindhuwelijken). Slavernij verandert dus van vorm, maar verdwijnt niet volledig.
---
# Kolonisatie en de Belgische rol in Congo
Dit deel van de cursus behandelt de historische achtergronden en mechanismen van kolonisatie, met een specifieke focus op de Belgische rol in Congo.
## 2. Kolonisatie en de Belgische rol in Congo
### 2.1 Motivatie en kenmerken van kolonisatie
Kolonisatie kan worden gedefinieerd als het bezetten en uitbuiten van overzeese gebieden door een overheerser. Dit proces kenmerkte zich steevast door:
* **Gewelddadige verovering:** Kolonisatie begon vrijwel altijd met militaire agressie.
* **Politiek en economisch beheer:** Het gekoloniseerde gebied werd bestuurd door een buitenlandse, als superieur beschouwde macht, die de economische belangen van het moederland vooropstelde.
* **Onteigening en opgelegde structuren:** De oorspronkelijke bevolking werd van hun land onteigend of kreeg opgelegde, nadelige structuren te verwerken.
* **Culturele dominantie:** De koloniale macht legde haar eigen denk- en handelswijzen op, inclusief de eigen cultuur.
Er bestonden verschillende vormen van kolonisatie:
* **Bevolkingskolonisatie:** Hierbij vestigen kolonisten zich in het gebied om een kopie van hun thuisland te vormen (bv. de VS, Australië).
* **Exploitatiekolonisatie:** Een kleinere groep Europeanen domineert een groot gebied, gericht op economisch gewin voor het moederland zonder significante vestiging (bv. Congo).
De motivaties achter kolonisatie waren divers en worden vaak samengevat in de "drie K's": Koning, Kapitaal en Kerk, aangevuld met persoonlijke en wetenschappelijke drijfveren:
* **Economisch:** Winstbejag door het exploiteren van grondstoffen en handel.
* **Politiek:** Nationalisme, concurrentiestrijd tussen Europese machten en het streven naar wereldmacht.
* **Godsdienstig:** Zendingsdrang om zogenaamd "inferieure" rassen te "beschaven" en te bekeren, mede uit angst voor islamisering.
* **Persoonlijk:** De ambitie van individuen, zoals de persoonlijke droomkolonie van Leopold II.
* **Sociaal:** Kansen op snelle rijkdom en sociale stijging voor individuen.
* **Wetenschappelijk:** Ontdekkingsreizen, studie van flora, fauna en antropologie.
Historisch gezien is er vanuit academisch oogpunt geen positief effect aan kolonisatie toe te schrijven.
### 2.2 De Belgische rol in Congo
De Belgische betrokkenheid bij Congo kende twee hoofdfasen: de Congovrijstaat onder Leopold II en het Belgisch-Congo.
#### 2.2.1 De Congovrijstaat (1885–1908)
* **Oprichting en doel:** Leopold II stichtte in 1885 de Onafhankelijke Congostaat als zijn privébezit. Dit werd formeel erkend tijdens de Berlijnse Conferentie. Het werkelijke doel was economische exploitatie, met name van rubber en ivoor.
* **Gewelddadige exploitatie:** De Congolezen werden onder extreem geweld gedwongen tot arbeid. Dit leidde tot miljoenen doden en ernstig psychologisch, seksueel en economisch geweld.
* **Internationale kritiek en overname:** Door internationale druk en kritiek op de misstanden, werd de Congostaat in 1908 overgedragen aan de Belgische staat.
#### 2.2.2 Belgisch-Congo (1908–1960)
* **Bestuur:** Congo werd een kolonie van België, bestuurd door een gouverneur-generaal onder Belgische controle. Het bestuur was paternalistisch en gericht op een vermeende "beschavingsmissie".
* **Continue exploitatie:** De economische exploitatie ging door met grondstoffen zoals rubber, ivoor, koper en diverse mineralen.
* **Onderwijs en infrastructuur:** Deze werden pas na de Tweede Wereldoorlog ontwikkeld, voornamelijk om de exploitatie efficiënter te maken.
* **Racisme en segregatie:** Een strikt raciaal systeem was van kracht. Witte Europeanen werden als superieur beschouwd en Afrikanen hadden geen politieke rechten.
#### 2.2.3 Pad naar onafhankelijkheid (1945–1960)
* **Groeiende onafhankelijkheidsbewegingen:** Na WOII nam de roep om zelfbestuur toe, aangevoerd door leiders als Patrice Lumumba en Joseph Kasavubu.
* **Belgische traagheid:** België reageerde traag op de onafhankelijkheidsclaims.
* **Erkenning en onafhankelijkheid:** In 1958 kondigde België aan dat Congo in 1960 onafhankelijk zou worden. Onafhankelijkheid werd verkregen op 30 juni 1960.
* **Na de onafhankelijkheid:** Lumumba werd premier en Kasavubu president. Lumumba werd echter een jaar later vermoord. De totale periode van koloniaal bestuur bedroeg 75 jaar.
#### 2.2.4 Postkoloniale periode (1960–heden)
* **Politieke instabiliteit:** De periode na de onafhankelijkheid werd gekenmerkt door politieke instabiliteit en conflicten.
* **Belgische rol:** België speelde een controversiële rol, onder andere door generaal Mobutu te steunen die vanaf 1965 aan de macht kwam.
* **Mobutu's dictatuur en conflicten:** Mobutu's regime bracht corruptie, onderdrukking en economische plundering met zich mee. De naamsverandering naar Zaïre veranderde hier niets aan. Recente conflicten, zoals de "Afrikaanse Wereldoorlog" (1998–2003) en de regionale oorlog in Oost-Congo vanaf 1996, draaien vaak om de controle van grondstoffen zoals goud, kobalt en tin, met desastreuze gevolgen zoals seksueel geweld en massale interne ontheemding.
### 2.3 Het racistische karakter van het koloniale systeem
Kolonisatie steunde sterk op racisme, waarbij witte kolonisten zichzelf als superieur beschouwden.
* **Inferieure behandeling:** Congolezen werden als inferieur behandeld en gescheiden van de witte bevolking via aparte wijken, scholen en ziekenhuizen.
* **Culturele onderdrukking:** De Congolese cultuur en identiteit werden actief onderdrukt; men moest zich aanpassen aan westerse normen.
* **"Évolués":** Een onderscheid werd gemaakt tussen gewone Congolezen en de "évolués", die als "meer ontwikkeld" werden beschouwd en daardoor beperkt meer rechten kregen.
* **Onderwijs:** Het onderwijs was primair gericht op praktische vaardigheden ten dienste van de witte elite. Bij de onafhankelijkheid waren er slechts zestien Congolezen met een universitair diploma, mede door het ontbreken van universiteiten tot 1954.
#### 2.3.1 De rol van sociaal werk in het koloniale systeem (1908-1960)
Vanaf de jaren 1920 speelden sociaal werkers een rol in Congo, vaak in samenwerking met missionarissen.
* **MADIC-ASAC:** In 1933 werd deze organisatie opgericht om sociaal assistentes op te leiden voor het koloniale systeem.
* **Paternalistische ideologie:** De koloniale overheid hanteerde een paternalistische ideologie van een "beschavingsmissie", die echter diende om Congolezen te integreren in een westers, uitbuitend kapitalistisch systeem.
* **Na WOII:** Er kwam meer aandacht voor sociale ondersteuning, met de oprichting van sociale centra en opleidingen voor Congolese sociaal werkers. Hoewel er soms verbeteringen werden gebracht, bleef het werk deel van een controlerend en onderdrukkend systeem.
#### 2.3.2 Mixed-race kinderen en de erfenis van segregatie
Tijdens de koloniale periode werd de "zuiverheid" van de Europese bevolking beschermd. Mixed-race kinderen (metissen) werden gezien als een bedreiging en gescheiden van hun Congolese moeders. Ze werden in instellingen geplaatst of opgevoed volgens Europese normen, wat leidde tot ernstige psychosociale gevolgen, waaronder identiteitsproblemen en verlies. Europese vaders erkenden hun kinderen zelden. Vooral tussen 1940 en 1950 werden ongeveer 20.000 kinderen, voornamelijk uit Congo, Rwanda en Burundi, hierdoor getroffen.
#### 2.3.3 Sociaal werk en assimilatiepolitiek
In veel kolonies werd assimilatiepolitiek toegepast, waarbij inheemse volkeren gedwongen werden hun eigen cultuur, taal en gewoonten op te geven. Sociaal werk werd ingezet om hen te "heropvoeden" volgens westerse normen. Dit gebeurde onder andere bij de Sámi (Noorwegen, Zweden, Finland), Native Americans (VS) en First Nations (Canada), waar kinderen naar internaten werden gestuurd en hun culturele identiteit werd onderdrukt. Sociaal werk versterkte deze assimilatie door westerse normen op te leggen en lokale culturen te onderdrukken.
#### 2.3.4 Koloniale propaganda en stereotypering
* **Impliciete propaganda:** Via theater, cartoons, literatuur en onderwijs werden Afrikanen voorgesteld als hulpeloos, onwetend en afhankelijk. Vlaamse literatuur gaf zwarte personages vaak geen stem. Het onderwijs beeldde kolonisatie af als een succesverhaal, waarbij Afrika alleen vooruitging dankzij Europa.
* **Expliciete propaganda:** Wereldtentoonstellingen confronteerden Europese vooruitgang met een zogenaamd "primitief" Afrika, en versterkten het superioriteitsgevoel van Europa.
* **Stereotypering en dehumanisering:** De koloniale machten en racistische systemen beeldden Afrikanen en andere niet-westerse volkeren af als minderwaardig, primitief of gevaarlijk. Dit ontmenselijkte hen, waardoor exploitatie, geweld en discriminatie gemakkelijker te rechtvaardigen waren. Het idee van "minder dan mens" hielp bij het structureel handhaven van koloniale en racistische macht.
* **Mentale erfenis:** Kolonisatie liet een blijvende mentale erfenis van witte superioriteit en zwarte inferioriteit na, die nog steeds voortleeft in stereotypen en discriminatie. Postkoloniale denkers zoals Césaire, Fanon en Mbembe beschreven hoe kolonisatie intergenerationeel trauma en mentale onderdrukking veroorzaakt. De koloniale erfenis is zichtbaar in taal, gedrag, symbolen en maatschappelijke structuren.
### 2.4 Racisme als instrument van uitbuiting
Racisme dient als instrument om systemen van uitbuiting, ongelijkheid en kapitalistische belangen te beschermen. Olivia Rutazibwa pleit voor global justice en herstelstudies om wereldwijde ongelijkheid aan te pakken. Structureel racisme is het gevolg van bewuste keuzes en is nauw verbonden met kapitalistische machtsstructuren. De rijkdom van landen als België en de VS is deels gebouwd op de uitbuiting en discriminatie van zwarte mensen. Racisme, slavernij, kolonisatie en ongelijkheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Verandering vereist wereldwijde samenwerking, correcte beeldvorming, aandacht voor niet-westerse kennis en erkenning van de koloniale geschiedenis.
### 2.5 Postkolonialisme en de blijvende impact van kolonisatie
Postkolonialisme onderzoekt de gevolgen van kolonisatie op zowel voormalige koloniën als op de koloniserende volkeren. Het analyseert hoe koloniale denkbeelden en machtsstructuren nog steeds voortleven in de moderne wereld.
* **"Enduring structures of power":** Koloniale machtsstructuren blijven voortbestaan, zelfs na de formele onafhankelijkheid. Westerse landen domineren bijvoorbeeld nog steeds internationale instellingen.
* **Postkolonisatie:** De periode na onafhankelijkheid waarin vroegere koloniale verhoudingen nog voelbaar zijn.
* **Neokolonisatie:** Nieuwe vormen van machtsuitoefening zonder directe politieke controle, zoals economische afhankelijkheid door gunstige grondstofdeals voor Westerse bedrijven.
* **Dekolonisatie:** Het proces van het afbreken van koloniale denkpatronen en structuren, en het herstellen van diepgaande gevolgen van het koloniale verleden.
#### 2.5.1 Edward Said en Orientalisme
Edward Said's werk "Orientalism" onderzoekt hoe het Westen een vertekend en neerbuigend beeld van "de Oriënt" (Midden-Oosten, Noord-Afrika) creëerde. Dit beeld, dat het Westen als superieur (rationeel, masculien) en de Oriënt als inferieur (emotioneel, primitief, feminien) voorstelde, legitimeerde westerse dominantie en machtsuitoefening.
* **"Othering":** Het proces van wij-zij denken, waarbij het Westen zichzelf definieert als de norm en de Oriënt als "de ander".
* **Tweedeling in discours:** Deze tegenstellingen in representaties bevestigen een Westers-centrische wereldvisie.
#### 2.5.2 De blijvende aanwezigheid van kolonialisme
Kolonialisme is niet enkel iets uit het verleden, maar leeft voort in nieuwe vormen zoals raciale stereotypen in media, eurocentrisch onderwijs en economische onevenwichten tussen Westerse en niet-Westerse landen.
#### 2.5.3 Postkoloniale beeldvorming
Postkoloniale beeldvorming onderzoekt hoe voormalige koloniën worden gepresenteerd en waargenomen na de dekolonisatie, en hoe koloniale invloeden doorwerken in media, literatuur, kunst en politiek.
* **Dominantie van Westerse perspectieven:** Beelden van voormalige koloniën worden vaak gevormd door de perspectieven van de koloniserende landen.
* **Verlies of vervorming van de gekoloniseerde stem:** De stemmen van gekoloniseerde volkeren worden vaak genegeerd of verdraaid.
* **Problematische representaties:** Beeldvorming wordt problematisch wanneer het culturele en sociale leven wordt gesimplificeerd, stereotypen worden versterkt en de impact van kolonialisme wordt gebagatelliseerd.
* **Voorbeeld van postkoloniale beeldvorming:** De Westerse media die Afrika eenzijdig en stereotiep afbeelden als arm, chaotisch of gevaarlijk, zonder oog voor diversiteit en eigen stemmen.
#### 2.5.4 "White washing"
"White washing" verwijst naar de praktijk waarbij niet-witte culturen en personen worden geassimileerd in een witte norm, met name in media en cultuur. Dit kan door het casten van witte acteurs in niet-witte rollen of het verdoezelen van de negatieve gevolgen van kolonialisme en racisme. Het doel is het bevestigen van machtige culturele normen door niet-witte stemmen en identiteiten te marginaliseren.
#### 2.5.5 Zwijgcultuur en collectief geheugenverlies in België
In België bestaat een vorm van collectief geheugenverlies rond het koloniale verleden in Congo. Veel misstanden en wanpraktijken werden lang verzwegen.
* **Redenen voor zwijgen:** Geloofsgemeenschappen (kerkelijke organisaties) hielden misstanden stil om hun voordelen te behouden. Het koningshuis, met financiële belangen in koloniale bedrijven, verzweeg gruwelijkheden en verheerlijkte het werk van Leopold II.
* **Verzet:** Ondanks het zwijgen was er voortdurend verzet van zowel Congolezen als Belgen tegen de misstanden.
#### 2.5.6 Dekolonisatie als herstelproces
Dekolonisatie gaat verder dan politieke onafhankelijkheid; het is een diepgaand herstelproces dat de gevolgen van het koloniale verleden aanpakt.
* **Kolonisatie als trauma:** Kolonisatie liet diepe sporen na, zowel mentaal als fysiek, en creëerde blijvende sociale en raciale ongelijkheid.
* **Ontdoen van koloniale structuren:** Dekolonisatie betekent het afbreken van structuren die kolonisering mogelijk maakten en het wegwerken van basisongelijkheden.
* **Koloniale erfenis:** Het gaat over het ontwarren van de structuren die kolonialisme heeft achtergelaten en het erkennen van de fysieke en mentale schade die over generaties wordt doorgegeven.
---
# De erfenis van kolonisatie en postkoloniale theorie
Dit onderdeel onderzoekt de langdurige mentale en structurele gevolgen van kolonisatie, de rol van propaganda en stereotypen, en de concepten van postkolonialisme, neokolonisatie en dekolonisatie als herstelproces.
### 3.1 De sociale constructie van ras en de legitimatie van slavernij
Het moderne concept van "ras" is geen biologische realiteit, maar een sociaal construct dat door Europeanen is gecreëerd om macht, kolonisatie en slavernij te rechtvaardigen, met name tijdens de Trans-Atlantische slavenhandel.
#### 3.1.1 De Trans-Atlantische slavenroutes
Na de aankomst van Columbus in Amerika in 1492 begonnen Europese machten het continent te verkennen. De Europese kolonisatoren ontdekten dat het Amerikaanse klimaat geschikt was voor de landbouw van gewassen zoals suiker, katoen en tabak, en voor de handel in specerijen. Er ontstond een grote vraag naar goedkope en weerbare arbeidskrachten. In Afrika bestond al slavenhandel, en Afrikanen bleken door hun aanpassing aan het klimaat en resistentie tegen tropische ziekten beter geschikt voor zware arbeid dan inheemse Amerikanen of Europese/Aziatische arbeiders. Dit maakte hen een "betere investering" vanuit Europees perspectief. Miljoenen Afrikanen werden gedwongen verscheept naar Amerika, waarbij hun menselijkheid werd ontkend en ze als handelswaar werden behandeld.
#### 3.1.2 Raciale legitimiteit van slavernij en witte superioriteit
Om slavernij te rechtvaardigen, ontwikkelden Europeanen het idee van witte superioriteit en de ondergeschiktheid van zwarte mensen. Slavernij in de Verenigde Staten duurde van 1619 tot 1865, waarbij tot slaaf gemaakten onder extreem zware omstandigheden leefden, met een gemiddelde levensverwachting van slechts ongeveer 37 jaar.
#### 3.1.3 Verschillen tussen zwarte en inheemse Amerikanen
Spaanse en Portugese kolonisten introduceerden racisme in Amerika. Inheemse volkeren werden collectief als "Indianen" bestempeld, terwijl Afrikanen als "sterk" en geschikt voor arbeid werden beschouwd. Native Americans werden als "zwak" gezien, wat leidde tot genocide en verdrijving. De Trans-Atlantische slavenhandel resulteerde in de gedwongen verplaatsing en uitbuiting van 10 tot 20 miljoen Afrikanen, en de dood van 50 tot 75 miljoen Native Americans door geweld, ziekte en uitbuiting. In Amerika ontstonden nieuwe raciale categorieën: "wit" (een concept dat in Europa nauwelijks bestond) en "zwart", waarmee een hiërarchisch systeem van sociale klassen werd gecreëerd met witte mensen aan de top.
#### 3.1.4 Ras als sociaal construct en wetenschappelijk racisme
Wetenschappers uit de 17e tot 20e eeuw probeerden mensen in "rassen" in te delen en koppelden daar specifieke, vaak negatieve, eigenschappen aan, zoals luiheid en domheid bij zwarte mensen. Dit was pseudowetenschap die bedoeld was om racisme te legitimeren. Wetenschappelijk racisme, dat ontstond in de late 17e eeuw, stelde dat "ras" een biologische indeling was, maar functioneerde in de praktijk als een machtsmiddel om witte dominantie te handhaven. Kortom, ras is geen biologische realiteit maar een menselijke constructie om machtsstructuren en ongelijkheid te organiseren.
#### 3.1.5 Moderne vormen van slavernij
Hoewel slavernij officieel is afgeschaft, bestaat deze nog steeds in moderne vormen, met wereldwijd naar schatting 50 miljoen slachtoffers. Dit omvat schuldslavernij, gedwongen arbeid, gedwongen prostitutie, kinderarbeid, gedwongen huishoudelijk werk en gedwongen huwelijken.
### 3.2 Het Belgische koloniale verleden
België was, net als andere Europese landen, een belangrijke koloniale macht, met name in Congo.
#### 3.2.1 Kolonisatie van Congo
Kolonisatie, het bezetten en uitbuiten van overzeese gebieden, werd gekenmerkt door gewelddadige verovering, politiek en economisch beheer door een buitenlandse macht, en de onteigening van de oorspronkelijke bewoners. Het belang van het moederland stond centraal, waarbij de cultuur van het moederland werd opgelegd. De motivaties voor kolonisatie waren divers: economisch (winst), politiek (concurrentie, nationalisme), religieus (zendingsdrang, "beschaving") en persoonlijk/sociaal (rijkdom, sociale stijging).
#### 3.2.2 Historie van de kolonisatie van Congo
* **De Congovrijstaat onder Leopold II (vanaf 1885):** Dit gebied was het privébezit van Leopold II, met als primair doel economische exploitatie (rubber, ivoor). Congolezen werden gedwongen tot arbeid onder extreem geweld, wat leidde tot miljoenen doden.
* **Belgische koloniale periode (1908–1960):** Congo werd Belgisch-Congo met een paternalistisch bestuur gericht op "beschaving" en voortdurende exploitatie van grondstoffen. Racisme en segregatie waren wijdverbreid, met beperkte politieke rechten voor Afrikanen.
* **Pad naar onafhankelijkheid (1945–1960):** Na WOII groeide de roep om onafhankelijkheid, resulterend in de onafhankelijkheid van Congo op 30 juni 1960.
* **Postkoloniale periode (1960–heden):** Deze periode werd gekenmerkt door politieke instabiliteit, conflicten en de controversiële rol van België, met name door steun aan het regime van Mobutu. Huidige conflicten in Oost-Congo zijn vaak gerelateerd aan de strijd om grondstoffen en gaan gepaard met grootschalig seksueel geweld.
#### 3.2.3 Het racistische karakter van het koloniale systeem
Het koloniale systeem steunde op racisme, waarbij witte kolonialen zichzelf als superieur beschouwden. Congolezen werden behandeld als inferieur, met segregatie in wijken, scholen en ziekenhuizen. De Congolese cultuur en identiteit werden onderdrukt, en er werd een onderscheid gemaakt tussen "gewone" Congolezen en de "évolués" die meer rechten kregen. Het onderwijs was gericht op de behoeften van de blanke elite, waardoor er bij de onafhankelijkheid slechts weinig Congolezen met een universitair diploma waren.
#### 3.2.4 Koloniaal sociaal werk en assimilatiepolitiek
Sociaal werkers speelden vanaf de jaren 1920 een rol binnen het koloniale systeem, vaak met een paternalistische ideologie van "beschaving". Na WOII nam de aandacht voor sociale ondersteuning toe, maar het werk bleef deel van een systeem van controle en onderdrukking. Sociaal werk werd ook ingezet voor assimilatiepolitiek, waarbij inheemse volkeren werden gedwongen hun eigen cultuur en gewoonten op te geven en zich aan te passen aan westerse normen. Dit leidde tot het verlies van culturele identiteit en taal.
#### 3.2.5 Gemengde kinderen en de zwijgcultuur
In de koloniale tijd werden gemengde kinderen (métis) gezien als een bedreiging voor de "zuiverheid" van de Europese bevolking. Deze kinderen werden gescheiden van hun moeders en opgevoed volgens Europese normen, wat leidde tot ernstige psychosociale gevolgen en identiteitsproblemen. In België bestaat een "collectief geheugenverlies" rond het koloniale verleden, waarbij misstanden en wanpraktijken lang zijn verzwegen uit geloofs-, economische en politieke overwegingen.
### 3.3 De rol van propaganda en stereotypen
Propaganda en stereotypen waren cruciale instrumenten om het koloniale systeem te rechtvaardigen en te handhaven.
#### 3.3.1 Impliciete en expliciete propaganda
Impliciete propaganda, verspreid via theater, cartoons, literatuur en onderwijs, beeldde Afrikanen af als hulpeloos, onwetend en afhankelijk. In Vlaamse literatuur hadden zwarte personages vaak geen eigen stem. Expliciete propaganda, zoals op wereldtentoonstellingen, stelde Europese vooruitgang tegenover een vermeend "primitief" Afrika.
#### 3.3.2 Stereotypering en dehumanisering
Koloniale machten en racistische systemen portretteerden niet-westerse volkeren als minderwaardig, primitief of gevaarlijk. Dit ontmenselijkte hen en maakte exploitatie, geweld en discriminatie gemakkelijker te rechtvaardigen. De gedachte van "minder dan mens" maakte de structurele handhaving van koloniale en racistische macht mogelijk.
#### 3.3.3 De geestelijke erfenis van kolonisatie
Kolonisatie liet een blijvende mentale erfenis achter van witte superioriteit en zwarte inferioriteit. Deze denkbeelden leven voort in stereotypen en discriminatie. Postkoloniale schrijvers zoals Césaire, Fanon en Mbembe beschreven hoe kolonisatie intergenerationeel trauma en mentale onderdrukking veroorzaakt. Deze erfenis is terug te vinden in taal, gedrag, symbolen en de samenleving als geheel.
#### 3.3.4 Racisme als doel: bescherming van uitbuitingssystemen
Racisme dient om systemen van uitbuiting, ongelijkheid en kapitalistische belangen te beschermen. Structureel racisme is het resultaat van bewuste keuzes en is nauw verbonden met kapitalistische machtsstructuren. De rijkdom van Westerse landen is vaak gebouwd op de uitbuiting van zwarte mensen. Samenwerking wereldwijd is nodig om dit systeem te veranderen, met aandacht voor correcte beeldvorming, niet-westerse kennis en erkenning van de koloniale geschiedenis.
### 3.4 Postkolonialisme, neokolonisatie en dekolonisatie
Postkoloniale theorie onderzoekt de blijvende gevolgen van kolonisatie en de voortdurende invloed van koloniale denkbeelden en machtsstructuren.
#### 3.4.1 Postkolonialisme
Postkolonialisme is een beweging die de gevolgen van kolonisatie onderzoekt en hoe deze nog steeds zichtbaar zijn in zowel voormalige koloniale landen als in de gekoloniseerde volkeren. Het analyseert hoe koloniale machtsstructuren, zoals de dominantie van Westerse landen in internationale instellingen, voortleven na de formele onafhankelijkheid.
#### 3.4.2 Edward Said en "Orientalism"
Edward Said's werk "Orientalism" analyseert hoe het Westen een vertekend en neerbuigend beeld creëerde van "de Oriënt", waarbij het Westen zichzelf als superieur en de Oriënt als inferieur, exotisch en irrationeel afschilderde. Dit discours, gebaseerd op "othering" (wij-zij denken), legitimeert Westerse superioriteit en de gedachte dat de Westerse levenswijze "beter" is.
* **Tabel: Tegenstellingen in het discours van het Westen over de Oriënt**
| Westen | Oriënt |
| :--------- | :---------- |
| sterk | sensueel |
| rationeel | primitief |
| masculien | feminien |
#### 3.4.3 Postkoloniale beeldvorming
Postkoloniale beeldvorming verwijst naar hoe de wereld, met name voormalige koloniën, na de dekolonisatie wordt gepresenteerd en waargenomen. Deze beelden worden vaak gevormd door dominante Westerse perspectieven, wat leidt tot simplificatie, stereotypering en het negeren of vervormen van de stemmen van de gekoloniseerde bevolking.
* **Voorbeeld:** Westerse media die Afrika vaak afschilderen als een homogeen, arm, primitief en hulpeloos continent, zonder aandacht voor diversiteit, moderniteit of de eigen stemmen van Afrikaanse mensen. Dit beeld is problematisch omdat het oude koloniale stereotypen versterkt en het Westen impliciet in een superieure, hulpbiedende rol plaatst.
#### 3.4.4 "White washing"
"White washing" verwijst naar de praktijk waarbij mensen of culturen van niet-witte afkomst worden geassimileerd in een "witte" norm, met name in media, film en literatuur. Dit kan gebeuren door witte acteurs te casten voor niet-witte rollen, of door geschiedenis te hervertellen op een manier die de negatieve gevolgen van kolonialisme en racisme verdoezelt. Het doel is het bevestigen van dominante culturele normen en het marginaliseren van niet-witte stemmen en identiteiten. Voorbeelden zijn de debatten rond Sinterklaas en de zwijgcultuur over het Belgische koloniale verleden.
#### 3.4.5 Neokolonisatie
Neokolonisatie betreft nieuwe vormen van machtsuitoefening door Westerse landen in voormalige koloniën, zonder directe politieke controle. Een voorbeeld is de economische afhankelijkheid die ontstaat wanneer grote Westerse bedrijven grondstoffen goedkoop inkopen in voormalige koloniën.
#### 3.4.6 Dekolonisatie als herstelproces
Dekolonisatie is meer dan politieke onafhankelijkheid; het is een diepgaand herstelproces dat de mentale en fysieke structurele gevolgen van kolonisatie aanpakt. Het doel is om basisongelijkheden weg te nemen die door het koloniale systeem zijn gecreëerd en om koloniale structuren en denkpatronen af te breken. Nadia Nsayi benadrukt dat de fysieke en mentale schade die door kolonisatie is veroorzaakt, generatie na generatie wordt doorgegeven.
> **Tip:** Begrijp dat postkoloniale theorie niet alleen een academisch concept is, maar ook relevant voor het begrijpen van hedendaagse mondiale ongelijkheden en machtsverhoudingen.
> **Tip:** Wees kritisch op mediaberichtgeving en culturele representaties die afkomstig zijn uit voormalige koloniale machten, en zoek naar diverse perspectieven om een completer beeld te krijgen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Sociaal construct | Een concept of idee dat door de samenleving als geheel wordt gecreëerd en geaccepteerd, in plaats van dat het een inherente, objectieve realiteit is. Deze concepten kunnen in de loop van de tijd veranderen op basis van sociale consensus. |
| Trans-Atlantische slavenhandel | Een historische periode, grofweg van de 16e tot de 19e eeuw, waarin miljoenen Afrikanen gedwongen werden verscheept over de Atlantische Oceaan om als slaven te werken in de Amerika's, voornamelijk voor landbouw en mijnbouw. |
| Genocide | De opzettelijke en systematische vernietiging, geheel of gedeeltelijk, van een nationale, etnische, raciale of religieuze groep. Dit kan gepaard gaan met moord, het veroorzaken van ernstig lichamelijk of geestelijk letsel, of het opleggen van levensvoorwaarden die gericht zijn op de fysieke vernietiging van de groep. |
| Pseudowetenschap | Een theorie, bewering of praktijk die wordt gepresenteerd als wetenschappelijk, maar die niet voldoet aan de wetenschappelijke methode en niet wordt ondersteund door empirisch bewijs. Het maakt vaak gebruik van misleidende taal en selectieve interpretatie van gegevens. |
| Wetenschappelijk racisme | Een reeks pseudowetenschappelijke theorieën en praktijken die in de 18e en 19e eeuw opkwamen, met als doel het bestaan van biologisch verschillende "rassen" te bewijzen en hiërarchieën daartussen te vestigen, vaak om raciale discriminatie en superioriteit van de ene groep boven de andere te rechtvaardigen. |
| Moderne slavernij | Hedendaagse vormen van uitbuiting die vergelijkbaar zijn met historische slavernij, waarbij personen worden gedwongen tot arbeid, seksuele uitbuiting, schuldslavernij of andere vormen van controle en onderdrukking, en waarbij hun vrijheid wordt ontnomen. |
| Kolonialisme | Het beleid of de praktijk van het vestigen van controle over inheemse volkeren en gebieden door een vreemde macht, met als doel economische exploitatie, politieke machtsuitbreiding en culturele dominantie. Dit proces omvat vaak bezetting, bestuur en exploitatie van hulpbronnen. |
| Assimilatiepolitiek | Een beleid waarbij minderheidsgroepen worden gedwongen hun eigen cultuur, taal en gewoonten op te geven om zich volledig aan te passen aan de dominante cultuur van het land waarin ze leven, vaak met het doel culturele homogeniteit te bereiken. |
| Stereotypering | Het simplificeren en generaliseren van beelden of ideeën over een bepaalde groep mensen, waarbij kenmerken aan de hele groep worden toegeschreven zonder rekening te houden met individuele verschillen. Stereotypen kunnen positief of negatief zijn, maar leiden vaak tot vooroordelen en discriminatie. |
| Dehumanisering | Het proces waarbij individuen of groepen worden gereduceerd tot iets minder dan menselijk, vaak door hen te ontzeggen van waardigheid, rechten of empathie. Dit maakt het gemakkelijker om hen te onderdrukken, uit te buiten of geweld tegen hen te plegen. |
| Postkolonialisme | Een academisch veld dat de culturele, politieke en economische gevolgen van kolonialisme onderzoekt, zowel in voormalige koloniën als in voormalige koloniserende landen. Het richt zich op de voortdurende invloed van koloniale machtsstructuren en denkbeelden in de hedendaagse wereld. |
| Neokolonisatie | Een vorm van machtsuitoefening door voormalige koloniserende machten of andere dominante landen, die niet gebaseerd is op directe politieke controle, maar eerder op economische afhankelijkheid, culturele invloed en politieke manipulatie om de belangen van het dominante land te dienen. |
| Dekolonisatie | Het proces waarbij samenlevingen en individuen zich bevrijden van de structuren, denkbeelden en machtsverhoudingen die door kolonisatie zijn gecreëerd. Dit omvat zowel politieke onafhankelijkheid als het afbreken van psychologische, culturele en economische banden met het koloniale verleden. |
| Orientalisme | Een term, populair gemaakt door Edward Said, die het denksysteem beschrijft waarin het Westen zich positioneert als superieur ten opzichte van "het Oosten" (een brede, vaak negatieve constructie van het Midden-Oosten en Azië). Dit discours creëert stereotypen en rechtvaardigt westerse dominantie. |
| Othering | Het proces waarbij een groep zichzelf definieert door anderen te construeren als fundamenteel verschillend en minderwaardig. Dit creëert een "wij-zij" mentaliteit die vaak wordt gebruikt om machtsongelijkheid te rechtvaardigen en stereotypen te versterken. |
| Whitewashing | Een praktijk, vooral in de media en cultuur, waarbij de rol of de identiteit van niet-witte mensen wordt gemarginaliseerd, verwijderd of vervangen door witte normen en representaties. Dit kan gebeuren door het casten van witte acteurs voor niet-witte rollen of het verdoezelen van de negatieve aspecten van racisme en kolonialisme. |
| Zwijgcultuur | Een maatschappelijke houding of beleid waarbij bepaalde gebeurtenissen, feiten of misstanden bewust worden verzwegen, genegeerd of niet besproken, vaak om ongemak te vermijden, belangen te beschermen of een bepaald beeld van de werkelijkheid te handhaven. |