Cover
Start nu gratis Les GI urgenties_26112023_finaal (2).pdf
Summary
# Gastro-intestinale urgenties
Gastro-intestinale urgenties behandelen een reeks acute abdominale aandoeningen die een onmiddellijke medische beoordeling en interventie vereisen [3](#page=3).
## 1. Symptomen suggestief voor gastro-intestinale urgenties
De aanpak van gastro-intestinale urgenties is primair gebaseerd op de anamnese, het klinisch onderzoek, technische onderzoeken en therapie, in functie van de ernst van de initiële presentatie [5](#page=5).
### 1.1 Anamnese
Belangrijke symptomen die wijzen op een gastro-intestinale urgentie zijn:
* Hevige abdominale pijn [6](#page=6).
* Persisterend braken, projectiel braken, of bloedbraken (hematemesis) [6](#page=6).
* Hevige (bloederige) diarree, of anaal bloedverlies [6](#page=6).
* Hoge koorts of rillingen [6](#page=6).
* Syncope [6](#page=6).
#### 1.1.1 Abdominale pijn
Abdominale pijn wordt geclassificeerd volgens verschillende criteria:
* **Site (lokalisatie):** Dit kan worden onderverdeeld in vier kwadranten (rechter bovenste, linker bovenste, rechter onderste, linker onderste) of negen regio's [10](#page=10) [11](#page=11) [8](#page=8) [9](#page=9).
* **Onset:** De snelheid waarmee de pijn is opgekomen, kan variëren van plots, intermittent, continu, sluimerend tot progressief toenemend [12](#page=12) [13](#page=13).
* **Characteristics:** De aard van de pijn zoals beschreven door de patiënt, bijvoorbeeld dof, scherp, koliekachtig of brandend. Specifieke types zijn [14](#page=14):
* **Koliekachtige pijn:** Hevige, pijnlijke spasmen die op en af gaan, vaak geassocieerd met obstructie van een hol orgaan, ileus, of passage van gal- of nierstenen [15](#page=15).
* **Viscerale pijn:** Continue, hevige, vaag afgelijnde, krampende of doffe pijn, vaak veroorzaakt door necrose van ingewanden door arteriële trombose/embolie, extreme dilatatie, strangulatie/torsie (ischemische pijn), of transmurale ontsteking van de darmwand [15](#page=15).
* **Peritoneaal type pijn:** Continue, schok- en drukgevoelige pijn, met spierverzet, gelokaliseerd of veralgemeend, wijzend op prikkeling van het buikvlies (peritonitis) [15](#page=15).
* **Radiation:** Of de pijn uitstraalt, bijvoorbeeld nierkoliek naar de lies en scrotum, of pancreatitis naar de rug [16](#page=16).
* **Associated symptoms and signs:** Bijkomende klachten zoals koorts, braken, diarree, dyspnee, bloedverlies, of dysurie [17](#page=17).
* **Timing:** Wanneer de pijn optreedt, bijvoorbeeld op een bepaald moment van de dag of continu [18](#page=18).
* **Exacerbating/alleviating:** Factoren die de pijn verergeren of verlichten, zoals eten, stilzitten, inspanning, hoesten, platliggen, of diep ademen [19](#page=19).
* **Severity:** De ernst van de pijn [20](#page=20).
### 1.2 Klinisch onderzoek
Het klinisch onderzoek moet gericht en systematisch zijn, met aandacht voor:
* **Inspectie:** Beoordeling van de buik op zwelling of andere afwijkingen [24](#page=24).
* **Auscultatie:** Luisteren naar de darmgeluiden [24](#page=24).
* **Percussie:** Bekken van de buik [24](#page=24).
* **Palpatie:** Voelen naar drukpijn, loslaatpijn en spierverzet [24](#page=24) [25](#page=25).
Specifieke abdominale tekens kunnen wijzen op urgentie. Een sterk opgezette of plankharde buik, peritoneale prikkeling (drukpijn, loslaatpijn, percussiepijn), icterus, afwezige peristaltiek, of een "acuut abdomen" (plotse zeer hevige abdominale pijn met peritoneale prikkeling) zijn alarmsignalen die vaak snelle chirurgische interventie vereisen [25](#page=25) [26](#page=26).
### 1.3 Technische onderzoeken en aanpak
Technische onderzoeken kunnen variëren van röntgenfoto's (Rx), echografie (Echo), computertomografie (CT) (eventueel met contrast), bloedonderzoek (KST), endoscopie tot angiografie [28](#page=28).
De initiële aanpak omvat het monitoren van vitale parameters zoals bloeddruk (BD), pols, ademhalingsfrequentie (SpO2), urine debiet en temperatuur (t°). Een perifeer infuus wordt geplaatst, en bloedonderzoek wordt verricht, waaronder [31](#page=31):
* Basisparameters: bloedchemie (Cofo), C-reactief proteïne (CRP), creatinine, levertesten, ionen, stolling [31](#page=31).
* Specifieke testen: lactaat (serieel), hemoculturen, kruisproef [31](#page=31).
* Behandeling van symptomen zoals misselijkheid met anti-emetica [31](#page=31).
> **Tip:** Bij technische onderzoeken zoals CT-scans is het belangrijk om patiënten te informeren over de procedure, te vragen of zij nuchter zijn, contrastmiddelen nodig hebben en of er allergieën zijn. Monitoring tijdens en na de procedure is cruciaal [35](#page=35).
### 1.4 Patiënten voor een bewaakte omgeving
Patiënten die kritiek ziek zijn of een hoog risico hebben om kritiek ziek te worden, moeten naar een bewaakte omgeving. Dit omvat patiënten met [36](#page=36):
* Hemodynamische instabiliteit ondanks adequate volume-expansie [36](#page=36).
* Nood aan orgaanondersteunende therapie (bv. cardiovasculaire ondersteuning, dialyse/CVVH, vasopressie) [36](#page=36).
* Belangrijke metabole of elektrolyten afwijkingen [36](#page=36).
* Een Glasgow Coma Scale (GCS) score lager dan 8 [36](#page=36).
* Aanhoudende hevige pijn [36](#page=36).
* Veel co-morbiditeiten [36](#page=36).
## 2. Differentiële diagnose en benadering
De differentiële diagnose is breed en hangt af van de symptomen en bevindingen. Enkele acute GI urgenties die een specifieke benadering vereisen, zijn [37](#page=37) [4](#page=4):
* Acuut abdomen [37](#page=37).
* Obstructie en sub-obstructie [37](#page=37).
* Darmischemie [37](#page=37).
* Abdominaal compartimentsyndroom [37](#page=37).
> **Voorbeeld:** Een 39-jarige vrouw met sinds 1 dag plotse buikpijn die initieel op en af ging maar na enkele uren continu werd en migreerde naar het rechter onderste kwadrant, met misselijkheid, braken en lossere stoelgang, en waarbij Mc Burney en Rovsing positief zijn, kan wijzen op acute appendicitis [23](#page=23) [27](#page=27).
## 3. Enkele acute GI urgenties
Deze sectie omvat een overzicht van specifieke acute gastro-intestinale urgenties die onmiddellijke aandacht vereisen, zoals een acuut abdomen, obstructie, darmischemie en het abdominaal compartimentsyndroom. Urgentie wordt gedefinieerd door hevige pijn of een belangrijke weerslag op de vitale functies [37](#page=37).
### 3.1 Acuut abdomen
Een acuut abdomen wordt gekenmerkt door een plotselinge, zeer hevige abdominale pijn met peritoneale prikkeling. Dit is een klinisch syndroom dat dikwijls een snelle chirurgische interventie vereist [25](#page=25).
### 3.2 Obstructie en sub-obstructie
Dit verwijst naar een gedeeltelijke of volledige blokkade van de darm. Symptomen kunnen variëren afhankelijk van de ernst en locatie van de obstructie [37](#page=37).
### 3.3 Darmischemie
Darmischemie ontstaat door onvoldoende bloedtoevoer naar de darmen, wat kan leiden tot necrose. Dit kan gepaard gaan met viscerale pijn [15](#page=15) [37](#page=37).
### 3.4 Abdominaal compartimentsyndroom
Dit is een potentieel levensbedreigende aandoening waarbij verhoogde druk in de abdominale holte de orgaanfunctie compromitteert [37](#page=37).
---
# Acuut abdomen en obstructie
Dit deel behandelt het acuut abdomen, inclusief de definitie, oorzaken en behandeling, evenals obstructie en sub-obstructie van de darmen.
### 2.1 Acuut abdomen: definitie en oorzaken
Het acuut abdomen wordt gedefinieerd als acute, zeer hevige abdominale pijn met peritoneale prikkeling, die een levensbedreigende aandoening is veroorzaakt door een acuut begin van gastro-intestinale of niet-gastro-intestinale abdominale ziekte met typische symptomen en bevindingen, die dringende chirurgische interventie, opname op een bewaakte bed of intensive care unit vereist [38](#page=38).
Frequent voorkomende gastro-intestinale oorzaken die met dringende therapeutische interventies worden behandeld, omvatten:
* **Infectieus:** appendicitis, cholecystitis [40](#page=40).
* **Perforatie:** geperforeerde maagulcus of colon (bv. post-coloscopie) [40](#page=40).
* **Obstructie:** vergroeiingen in dunne darm (adhesies), ingeklemde hernia, sigmoïd volvulus, colon carcinoom [40](#page=40).
* **Ischemie:** dundarm ischemie, colon ischemie, miltinfarct [40](#page=40).
* **Bloeding:** maagulcus, slokdarmvarices, colondivertikel, trauma [40](#page=40).
* **Abdominaal compartiment syndroom** [38](#page=38) [40](#page=40).
### 2.2 Obstructie en sub-obstructie
#### 2.2.1 Definitie en classificatie van obstructie
Een obstructie wordt gedefinieerd als de onderbreking van de normale passage van intestinale inhoud [42](#page=42).
Classificaties van obstructie:
1. **Mechanische obstructie:** een dynamisch proces waarbij proximaal van de obstructie de contractiliteit nog normaal of zelfs hyperactief is [42](#page=42).
2. **Niet-mechanische (functionele) obstructie:** hierbij is de contractiliteit afwezig (paralytische ileus, darmverlamming) of wel aanwezig maar niet-propulsief (bv. mesenterische occlusie of pseudo-obstructie), zonder mechanische stop, meestal door aantasting van zenuwen en/of spieren [42](#page=42).
Sub-obstructie betreft een onvolledige obstructie waarbij nog enige passage mogelijk is. Obstructies kunnen acuut of chronisch, continu of intermittent zijn en zich voordoen in de dunne darm (hoog, 3/4) of dikke darm (laag, 1/4). Ze kunnen gepaard gaan met een gecompromitteerde bloedvoorziening (strangulatie) of niet [42](#page=42).
#### 2.2.2 Oorzaken van mechanische obstructie
De oorzaken van dynamische of mechanische obstructie kunnen worden ingedeeld op basis van hun locatie:
* **Intra-lumineel:** binnen het darm lumen, zoals galstenen, bezoaren, impactie van voedsel/faeces, of vreemde voorwerpen [43](#page=43).
> **Example:** Bezoaren kunnen ontstaan door ingestie van indigestibele materie, met name bij psychiatrische patiënten. Vreemde voorwerpen kunnen ook obstructie veroorzaken [44](#page=44) [45](#page=45).
* **Intra-muraal:** in de darmwand, zoals inflammatoire stricturen (bv. bij Crohn), maligniteiten, of ischemische en post-radiotherapie stricturen [43](#page=43).
* **Extra-muraal:** buiten de darmwand, zoals adhesies (na chirurgie), hernia, volvulus, of tumoren [43](#page=43).
#### 2.2.3 Typen mechanische obstructie
Mechanische obstructie kent drie typen:
1. **Simple (eenvoudig):** de darm is op één niveau geobstrueerd [46](#page=46).
2. **Closed loop:** de darm is proximaal en distaal geobstrueerd, wat een hoog risico op gangreen met zich meebrengt. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij een lage obstructie en een functionerende klep van Bauhin (iliocaecale klep) [46](#page=46).
3. **Strangulatie:** dit is het eindresultaat van een closed loop obstructie, waarbij de arteriële bloedtoevoer is afgesneden, leidend tot gangreen [46](#page=46).
#### 2.2.4 Pathofysiologie van obstructie
Dehydratatie is een belangrijk gevolg van obstructie en ontstaat door:
* Verminderde orale inname [47](#page=47).
* Slechte intestinale absorptie [47](#page=47).
* Braken [47](#page=47).
* Sekwestratie van vocht in het darm lumen [47](#page=47).
Dit kan leiden tot continue, hevige pijn [47](#page=47).
#### 2.2.5 Symptomen en complicaties van obstructie
De symptomen en complicaties zijn afhankelijk van de plaats van de obstructie:
* **Pijn:** kan variëren van lichte pijn tot koliekachtige pijn die evolueert naar continue pijn. De pijn is meer uitgesproken bij een hoge obstructie en initieel beter na braken [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Braken:** van misselijkheid tot braken, variërend van gallig tot fecaloid. Dit treedt vroeg op bij een hoge obstructie en laat bij een lage obstructie [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Abdominale opzetting:** dit is opvallender bij een colonobstructie [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Obstipatie:** progressieve obstipatie van flatus en stoelgang treedt vroeg op bij een lage obstructie en laat bij een hoge obstructie [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Dehydratatie:** kan leiden tot hypovolemie en shock [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Peristaltiek:** hyperperistaltiek kan leiden tot afwezige darmgeluiden [48](#page=48) [49](#page=49).
* **Palpatie:** kan pijnlijk zijn [49](#page=49).
**Cave:** Progressie kan leiden tot strangulatie, ischemie, necrose en perforatie, met peritonitis als gevolg. Ook kan er evolutie zijn naar ernstige sepsis en septische shock. Men dient hier altijd op bedacht te zijn. Beeldvorming zoals röntgenfoto's en CT-scans zijn diagnostisch belangrijk [49](#page=49).
#### 2.2.6 Oorzaken van mechanische obstructie in de dunne darm
De meest voorkomende oorzaken van mechanische obstructie in de dunne darm zijn:
* **Adhesies:** verantwoordelijk voor 60-70% van de gevallen [50](#page=50).
* **Hernia:** 15% van de gevallen. Dit omvat hernia femoralis (dijbreuk), hernia inguinalis (liesbreuk) en hernia umbilicalis (navelbreuk). Bij obstructie en/of buikpijn dient men steeds de liezen te onderzoeken [50](#page=50) [51](#page=51).
* **Tumoren:** (meestal ovarium of colon die compressie veroorzaken) [50](#page=50).
* **Invaginatie (intussusceptie):** inklemming van een darmgedeelte in een ander darmgedeelte [50](#page=50) [57](#page=57).
#### 2.2.7 Beeldvorming bij ileus
Bij een ileus kunnen röntgenfoto's van de buik 'à blanc' uitgezette darmlissen en lucht/vochtniveaus tonen. Een CT-scan kan uitgezette darmlissen boven de obstructie (bv. door een bride) en platgevallen dunne en dikke darmlissen eronder laten zien [53](#page=53) [54](#page=54).
#### 2.2.8 Oorzaken van mechanische obstructie in het colon
De belangrijkste oorzaken van mechanische obstructie in het colon zijn:
* **Tumoren:** verantwoordelijk voor 60% van de gevallen [56](#page=56).
* **Volvulus:** 10-15% van de gevallen. Dit betreft een steeldraaiing van de maag, caecum of sigmoïd [56](#page=56) [57](#page=57).
#### 2.2.9 Strangulatie
Strangulatie is de afsnoering van de doorbloeding van de maag of een intra-peritoneaal darmsegment, al dan niet gepaard gaande met obstructie, wat snel leidt tot ischemie en necrose. Oorzaken van strangulatie zijn onder andere [57](#page=57):
* Afknikking van de darm over een bride [57](#page=57).
* Steeldraaiing (volvulus) van de maag, caecum of sigmoïd [57](#page=57).
* Inklemming van een darmgedeelte in:
* Een ander darmgedeelte (invaginatie) [57](#page=57).
* Een breuk (hernia) van het buikvlies door de buikwand [57](#page=57).
Opmerking: Ook de teelbal of eierstok kunnen om hun as draaien, wat torsie wordt genoemd [57](#page=57).
### 2.3 Management van obstructie
#### 2.3.1 Principes van management
Het management van obstructie is afhankelijk van de etiologie en complicaties. Vaak is chirurgie noodzakelijk. De initiële behandeling omvat [60](#page=60):
* Plaatsing van een dubbellumen sonde voor suctie en NPO (niets per os) [60](#page=60).
* Intraveneus vochttoediening en correctie van ionenstoornissen [60](#page=60).
* Plaatsing van een blaassonde met monitoring van urinedebiet en vochtbalans [60](#page=60).
* Analgesie [60](#page=60).
* Antibiotica bij tekenen van strangulatie [60](#page=60).
Indien er vermoeden is van ischemie en een closed loop obstructie, is laparotomie frequent noodzakelijk, vooral bij colonobstructie. Tijdens de laparotomie wordt de onderliggende oorzaak behandeld, de viabiliteit van de darm geïnspecteerd, en niet-viabel darmsegment verwijderd, eventueel met een tijdelijke colostomie. Snel herkennen en behandelen is cruciaal [60](#page=60).
#### 2.3.2 Therapie bij mechanische obstructie
De therapie bij mechanische obstructie is afhankelijk van de specifieke oorzaak:
* **Adhesies:** Meestal wordt eerst een poging gedaan met een dubbellumen maagsonde in suctie gedurende 7 tot 10 dagen, aangezien elke heelkunde nieuwe briden kan doen ontstaan. Indien er tekenen van ischemie zijn, is onmiddellijke heelkunde geïndiceerd [61](#page=61).
* **Hernia:** Indien de hernia reponeerbaar is, kan men afwachten. Indien niet reponeerbaar en met tekenen van strangulatie, is onmiddellijke heelkunde noodzakelijk [61](#page=61).
* **Volvulus:** Endoscopisch detorderen is succesvol in ongeveer 90% van de gevallen. Bij tekenen van ischemie is dringende heelkunde vereist [61](#page=61).
---
# Darmischemie en abdominaal compartimentsyndroom
Dit onderwerp behandelt darmischemie en het abdominaal compartimentsyndroom, inclusief hun oorzaken, symptomen, diagnose en therapeutische benaderingen [63](#page=63) [69](#page=69) [75](#page=75).
### 3.1 Darmischemie
Darmischemie, ook wel mesenteriële ischemie genoemd, treedt op wanneer de bloedtoevoer naar de darm plotseling wordt verminderd. Een snelle herkenning is cruciaal voor een gunstige prognose [69](#page=69) [71](#page=71).
#### 3.1.1 Oorzaken van darmischemie
Darmischemie kan worden onderverdeeld in occlusieve en niet-occlusieve vormen [66](#page=66) [69](#page=69).
* **Occlusieve mesenteriële ischemie**: Dit is een gevolg van een acute embolie of trombose van de arteria mesenterica superior, of een trombose in de vena mesenterica inferior of superior, vena lienalis of vena porta [69](#page=69).
* **Niet-occlusieve mesenteriële ischemie (NOMI)**: Dit ontstaat door een "low-flow state", meestal als gevolg van vasoconstrictie bij een lage cardiac output of door het gebruik van vasopressoren zoals terlipressine [69](#page=69).
Predisponerende factoren omvatten hart- en vaatziekten, hypertensie, diabetes mellitus, eerdere vaatonderzoeken of chirurgie, low-flow situaties, vasculitiden, en hypercoagulatie- of hyperviscositeitssyndromen [71](#page=71).
#### 3.1.2 Symptomen van darmischemie
* **Lichamelijk onderzoek**: Aanvankelijk zijn er mogelijk geen afwijkingen of slechts geringe pijn bij palpatie. Na 6 tot 8 uur kan de buik opzetten, en kan koorts, tachycardie en hypotensie optreden. Na 12 tot 24 uur kunnen ileus en peritonitis ontstaan. Let op de aanwezigheid van een hernia inguinalis of abdominalis [71](#page=71).
* **Laboratoriumonderzoek**: Verhoogde leukocyten, CRP, een geringe verhoging van amylase (met normaal lipase), verhoogd fosfaat en kreatinine, metabole acidose op arteriële bloedgasanalyse, verhoogde D-dimeer (sensitiviteit 90%, specificiteit 40%), en verhoogd L-lactaat [71](#page=71).
> **Tip**: Een normaal lactaat sluit darmischemie niet uit (sensitiviteit 86%, specificiteit 44%) [71](#page=71).
#### 3.1.3 Diagnose van darmischemie
De diagnose wordt gesteld op basis van de klinische presentatie, laboratoriumonderzoek en beeldvorming.
#### 3.1.4 Therapie van darmischemie
De behandeling omvat:
* Hemodynamische stabilisatie door vochttoediening (voorzichtig met vasopressie) [74](#page=74).
* Correctie van ionenstoornissen [74](#page=74).
* Pijncontrole [74](#page=74).
* Anticoagulantia [74](#page=74).
* Antibiotica [74](#page=74).
* Chirurgische interventie [74](#page=74).
* Endovasculaire trombolyse en stenting [74](#page=74).
### 3.2 Functioneel ileus
Functioneel ileus ontstaat ten gevolge van aantasting van zenuwen en/of spieren van de darm en is meestal secundair aan andere aandoeningen. Het kan de ganse darm of een deel ervan betreffen [63](#page=63).
#### 3.2.1 Oorzaken van functioneel ileus
* **Paralytische ileus**: Kan veroorzaakt worden door peritonitis, neurologische aandoeningen, medicatie (opiaten, TCA's), postoperatief na abdominale ingrepen, elektrolytenstoornissen, diabetische ketoacidose (DKA), hypothyreoïdie, etc [63](#page=63).
* **Mesenteriële vasculaire occlusie**: De darm werkt niet meer door necrose [63](#page=63).
* **Chronische pseudo-obstructie**: Kan optreden bij systeemziekten, hormonale afwijkingen, gebruik van anti-Parkinson medicatie, coeliakie, etc [63](#page=63).
#### 3.2.2 Symptomen van functioneel ileus
* Matige en constante buikpijn [64](#page=64).
* Opgezette buik [64](#page=64).
* Braken, steeds donkerder van kleur en lijkend op ontlasting [64](#page=64).
* Afwezigheid van flatus en stoelgang [64](#page=64).
* "Stille buik" met afwezige darmbewegingen en darmgeluiden [64](#page=64).
* Klachten gerelateerd aan de onderliggende aandoening [64](#page=64).
#### 3.2.3 Principes van management van paralytische ileus
Het management is afhankelijk van de onderliggende etiologie en complicaties [65](#page=65).
* Vaak is niet-operatief management geïndiceerd, tenzij er sprake is van een onderliggende oorzaak die chirurgie vereist (bv. appendicitis) of complicaties optreden [65](#page=65).
* Identificeren en behandelen van de onderliggende oorzaak (bv. ionenstoornissen, endocrinologische afwijkingen) [65](#page=65).
* Stopzetten van schadelijke medicatie [65](#page=65).
* Plaatsen van een dubbellumen sonde voor zuiging en het instellen van NPO (nil per os) bij braken [65](#page=65).
* Mogelijk rectale sonde met of zonder coloscopische decompressie [65](#page=65).
* Toediening van neostygmine (2-2,5 mg IV over 3-5 minuten, eventueel te herhalen na 3 uur) [65](#page=65).
* Toedienen van intraveneus vocht en corrigeren van ionenstoornissen [65](#page=65).
* Plaatsen van een blaassonde en monitoren van urinedebiet en vochtbalans [65](#page=65).
* Analgesie, met voorzichtigheid voor morfine [65](#page=65).
### 3.3 Abdominaal compartimentsyndroom (ACS)
Het abdominaal compartimentsyndroom (ACS) is een ernstige complicatie van een acuut ontstane en persisterend verhoogde intra-abdominale druk (IAH). ACS kan leiden tot significante morbiditeit en mortaliteit. De intra-abdominale druk (IAP) is de druk binnen het abdominaal compartiment. Op intensive care is de prevalentie van IAH 49% [75](#page=75) [76](#page=76).
#### 3.3.1 Intra-abdominale druk (IAP) waarden
* 5-7 mmHg: normale range [77](#page=77).
* \textgreater{}12 mmHg: intra-abdominale hypertensie (IAH) [77](#page=77).
* \textgreater{}20-30 mmHg: abdominaal compartimentsyndroom (ACS), wat een dringende situatie is [77](#page=77).
#### 3.3.2 Abdominal perfusion pressure (APP)
De abdominal perfusion pressure (APP) is gedefinieerd als de MAP minus de IAP. Een APP \textgreater{}60 mmHg wordt als optimaal beschouwd [77](#page=77).
$$ APP = MAP - IAP $$
#### 3.3.3 Pathofysiologie van IAH
Verhoogde IAP leidt tot een vicieuze cirkel die kan resulteren in multi-orgaan falen (MOF) [78](#page=78).
#### 3.3.4 Meting van IAP
De IAP dient gemeten te worden bij een liggende patiënt, aan het einde van de expiratie, met de mid-axillaire lijn als referentie [81](#page=81).
#### 3.3.5 Oorzaken van IAH en ACS
Oorzaken zijn divers en kunnen gerelateerd zijn aan verhoogde vloeistofvolumes, gasvorming, of verhoogde weefselmassa in de buik [82](#page=82).
#### 3.3.6 Mogelijke interventies bij IAH en ACS
Behandelingen omvatten het verminderen van de intra-abdominale druk, zoals door het ledigen van de maag en darmen, en in ernstige gevallen chirurgische decompressie (laparotomie) [85](#page=85).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Gastro-intestinale urgenties | Dit zijn acute, potentieel levensbedreigende aandoeningen van het spijsverteringsstelsel die onmiddellijke medische aandacht vereisen. |
| Acuut abdomen | Een plotseling optredende, zeer hevige abdominale pijn met tekenen van buikvliesontsteking, wat vaak een snelle chirurgische interventie vereist. |
| Obstructie | Een blokkade in de darm die de normale passage van voedsel of ontlasting verhindert. Dit kan mechanisch zijn (bv. door verklevingen) of functioneel (ileus). |
| Darmischemie | Een verminderde bloedtoevoer naar de darmen, die kan leiden tot weefselbeschadiging (infarct) en necrose als de bloedtoevoer niet snel wordt hersteld. |
| Abdominaal compartimentsyndroom (ACS) | Een ernstige complicatie waarbij de intra-abdominale druk zo hoog oploopt dat het de orgaanfunctie bedreigt, wat leidt tot verminderde bloedtoevoer naar organen. |
| Ileus | Een algehele of gedeeltelijke verlamming van de darmmotiliteit, waardoor de normale passage van darminhoud wordt belemmerd. |
| Strangulatie | Afknelling van de bloedtoevoer naar een deel van de darm, wat kan leiden tot ischemie, necrose en perforatie. |
| Viscerale pijn | Diffuse, vaak krampende of doffe pijn die afkomstig is van inwendige organen, vaak moeilijk te lokaliseren. |
| Peritoneale pijn | Scherpe, stekende pijn die ontstaat door irritatie van het buikvlies (peritoneum), typisch verergerd door beweging en druk. |
| Hematemesis | Het braken van bloed, wat kan wijzen op bloedingen in het bovenste deel van het spijsverteringskanaal. |
| Hemodynamische instabiliteit | Een toestand waarbij de bloeddruk en polsfrequentie sterk schommelen of gevaarlijk laag zijn, wat wijst op een tekort aan circulerend bloedvolume of een slechte pompfunctie van het hart. |
| Intra-abdominale druk (IAP) | De druk die heerst binnen de buikholte, die normaal relatief laag is maar onder bepaalde omstandigheden aanzienlijk kan stijgen. |
| Abdominal perfusion pressure (APP) | Het verschil tussen de gemiddelde arteriële bloeddruk (MAP) en de intra-abdominale druk (IAP). Een lage APP kan wijzen op onvoldoende bloedtoevoer naar de organen. |
| Laparotomie | Een chirurgische incisie in de buikwand om toegang te krijgen tot de buikorganen voor diagnose of behandeling. |
| Endovasculaire therapie | Een minimaal invasieve behandelmethode die gebruikmaakt van katheters en beeldvormingstechnieken om bloedvaten van binnenuit te behandelen, zoals bij het verwijderen van bloedstolsels. |
| Nuchter | Een toestand waarin de patiënt gedurende een bepaalde periode voorafgaand aan een procedure of onderzoek geen voedsel of dranken heeft geconsumeerd. |
| Peristaltiek | De ritmische, gecoördineerde samentrekkingen van spieren in de darmwand die de voortstuwing van de darminhoud bevorderen. |
| Plankharde buik | Een buikwand die extreem gespannen en stijf aanvoelt bij palpatie, wat een teken kan zijn van ernstige buikvliesontsteking. |