Hoofdstuk 8.pptx
Summary
# Verworpen uitgaven en hun impact op de belastbare winst
Hier is een samenvatting van "Verworpen uitgaven en hun impact op de belastbare winst" die is opgesteld als een examen-klaar studiemateriaal.
## 1. Verworpen uitgaven en hun impact op de belastbare winst
Verworpen uitgaven vertegenwoordigen kosten die fiscaal niet aftrekbaar zijn en worden daarom toegevoegd aan de belastbare winst van een vennootschap, wat resulteert in een hogere vennootschapsbelasting.
### 1.1 Algemene principes van verworpen uitgaven
Verworpen uitgaven zijn kosten die wel in de boekhouding als aftrekbaar zijn opgenomen, maar om fiscale redenen niet als zodanig worden erkend. Deze worden terug toegevoegd aan het boekhoudkundige resultaat om tot het belastbaar resultaat te komen.
De basisvoorwaarden voor de aftrekbaarheid van een beroepskost, zoals vastgelegd in artikel 49 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen (WIB 92), zijn:
1. De uitgave moet gedaan of gedragen zijn tijdens het belastbaar tijdperk.
2. De uitgave moet ertoe strekken belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden.
3. De echtheid en het bedrag van de uitgave moeten worden verantwoord.
Uitgaven die niet aan deze drie voorwaarden voldoen, zijn fiscaal niet-aftrekbaar. Daarnaast zijn er specifieke wetsartikelen die de aftrekbaarheid van bepaalde kosten geheel of gedeeltelijk weigeren, zoals bijvoorbeeld bepaalde autokosten. Deze niet-aftrekbare uitgaven worden gecorrigeerd via de verworpen uitgaven in de fiscale aangifte.
De verworpen uitgaven vormen de tweede resultatencomponent in de vennootschapsbelasting, na de correcties op de eerste winstcomponent (het boekhoudkundig resultaat).
#### 1.1.1 Behandeling in de boekhouding en fiscale aangifte
* **Niet-fiscaal aftrekbare uitgaven die in de boekhouding zijn opgenomen:** Deze worden in de fiscale aangifte bij de verworpen uitgaven gevoegd (vaak via specifieke codes zoals 1201, 1202, etc.).
* **Verleende abn. of goedgunstige voordelen die niet in de boekhouding zijn opgenomen:** Deze worden vaak geboekt onder code 1212 in de fiscale aangifte.
* **Bepaalde fiscale vrijstellingen die opnieuw moeten worden teruggegeven:** Dit gebeurt wegens het niet naleven van de vrijstellingsvoorwaarden en wordt verwerkt via de verworpen uitgaven (vaak via code 1218).
* **Bedrijfsbelastingen (bv. op rubriek 640):** Deze worden doorgaans als fiscaal aftrekbare beroepskosten beschouwd en vereisen geen specifieke correctie als verworpen uitgave.
* **Belastingen op het resultaat (bv. op rubriek 67):** Deze zijn fiscaal niet aftrekbaar in de mate dat ze het boekhoudkundig resultaat hebben verminderd en worden als verworpen uitgave opgenomen (vaak via code 1201).
### 1.2 Specifieke categorieën van verworpen uitgaven
#### 1.2.1 Niet-aftrekbare belastingen
Niet alle belastingen zijn fiscaal aftrekbaar.
* **Belastingen op het resultaat (rubriek 67):** Deze zijn niet aftrekbaar voor zover ze het boekhoudkundig resultaat hebben verminderd. Dit geldt zowel voor belastingen op het resultaat van het huidig boekjaar als op resultaten van vorige jaren. Voorzieningen voor belastingen en betwistingen van aanslagen vallen hier ook onder. Een positief saldo op de rekeningen van rubriek 67 (bv. op rekeningen zoals 670, 671) wordt beschouwd als een verworpen uitgave (Code 1201). Een negatief saldo kan leiden tot een verhoging van de belastbare reserves.
* **Bijheffing ingevolge Pillar Two:** De bijheffing die verschuldigd is door multinationale ondernemingen of omvangrijke binnenlandse groepen die geen effectieve belasting van 15% betalen onder de Pillar Two-wetgeving, is niet aftrekbaar (Artikel 198, § 1, 18° WIB 92) en wordt aangemerkt als een verworpen uitgave (Code 1249).
* **Roerende voorheffing (RV):** De ingehouden RV op dividenden of interesten wordt beschouwd als een niet-aftrekbare kost. Echter, omdat de RV aan de bron wordt ingehouden bij de uitkerende vennootschap en wordt doorgestort, zit deze ingehouden RV reeds verwerkt in het brutobedrag van de 'Uitgekeerde dividenden' (derde winstbestanddeel). Hierdoor is er doorgaans geen afzonderlijke correctie als verworpen uitgave nodig op dit vlak.
* **Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies:** Bepaalde gewestelijke belastingen zijn fiscaal niet aftrekbaar (Artikel 198, § 1, 5° WIB 92) en worden als verworpen uitgave aangemerkt (Code 1202). Voorbeelden hiervan zijn de onroerende voorheffing, successierechten, registratierechten, verkeersbelasting, belasting op spelen en weddenschappen, etc. Specifieke belastingen van het Vlaams Gewest die niet aftrekbaar zijn, omvatten o.a. de heffing op vervuiling van oppervlaktewateren, heffing op verwijdering van vaste afvalstoffen, dossierbelasting milieuvergunning, heffingen op meststoffen, etc.
* **Aftrekbare belastingen:** Belastingen die wel aftrekbaar zijn, zoals de gewone vennootschapsbelasting zelf (onder bepaalde voorwaarden) of andere belastingen die specifiek als aftrekbaar zijn aangemerkt, vereisen geen correctie als verworpen uitgave.
#### 1.2.2 Geldboeten
Alle administratieve geldboeten opgelegd door de overheid zijn niet aftrekbaar en worden aangemerkt als verworpen uitgaven (code 1203). Dit omvat:
* Strafrechtelijke geldboeten vermeld in het WIB 92.
* BTW-boeten.
* Vaste verkeersboeten.
* Vaste administratieve geldboeten vermeld in het WIB 92.
* Proportionele geldboeten inzake btw, douanerechten, registratierechten.
* Europese en Belgische kartelboeten.
* Boeten in het kader van sociale lasten.
**Uitzonderingen (wel aftrekbaar):**
* Contractuele schadevergoedingen.
* Parkeerretributies.
* Boeten als Voordeel van Alle Aard (VAA).
* Kostenbijdrage bij laattijdig neergelegde jaarrekening.
* Belastingverhoging m.b.t. OV van professioneel gebruikte onroerende goederen.
#### 1.2.3 Niet-aftrekbare pensioenen, kapitalen, werkgeversbijdragen en –premies
De opbouw van een extra wettelijk pensioen door de vennootschap voor bedrijfsleiders (BL) en werknemers (WN) is onder strikte voorwaarden aftrekbaar (Artikel 59 WIB 92).
* **Groepsverzekering of IPT (zelfstandig BL):** Indien de vennootschap deze premies betaalt en er geen regelmatige en maandelijkse bezoldiging is voor de BL, worden deze premies belast als VAA voor de BL en zijn ze eveneens verworpen bij de vennootschap.
* **80%-grens:** De premiebetalingen voor groepsverzekeringen en IPT's worden fiscaal beperkt door de 80%-grens. De toekomstige pensioentoekenning, uitgedrukt in een jaarrente, mag maximaal 80% van het jaarloon van de WN/BL bedragen, na aftrek van het wettelijk pensioen en rekening houdend met de loopbaan. Premies zijn slechts aftrekbaar voor zover zij een extra wettelijk pensioen opleveren dat niet hoger is dan deze grens. Het overdreven gedeelte van de bijdragen dat deze grens overschrijdt, is een verworpen uitgave (Code 1204).
$$ \text{Aftrekbaarheid gecontroleerd via formule} $$
Het overschrijdende deel wordt als verworpen uitgave aangemerkt.
#### 1.2.4 Niet-aftrekbare autokosten
De aftrekbaarheid van kosten verbonden aan personenwagens is gekoppeld aan de CO2-uitstoot. Hoe hoger de CO2-uitstoot, hoe lager de fiscale kostenaftrek. De aftrekbaarheid van intrest- en mobilofoonkosten is niet afhankelijk van de CO2-uitstoot.
* **Aftrekpercentage gebaseerd op CO2-uitstoot (Artikel 66, § 1 WIB 92):**
* CO2-uitstoot $\geq$ 200 g/km: 40% aftrekbaar.
* CO2-uitstoot $<$ 200 g/km: Aftrekpercentage berekend via de gramformule.
* **Gramformule:**
$$ \text{Aftrek%} = 120 - (0,5 \times \text{brandstofcoëfficiënt} \times \#\text{g CO}_2/\text{km}) $$
Met een minimum van 50% en een maximum van 100% aftrek. De uitkomst wordt afgerond op één cijfer na de komma.
* **Brandstofcoëfficiënt:**
* 1: Dieselmotor.
* 0,95: Benzine(hybride), elektrisch, dieselhybrides, LPG-motor, biobrandstof, waterstof of andere.
* 0,9: CNG-motor (aardgas).
* **Valse plug-in hybrides:** Een plug-in hybride wagen wordt als "vals" beschouwd indien de elektrische batterij een energiecapaciteit heeft van minder dan 0,5 kWh per 100 kg wagengewicht of de CO2-uitstoot meer dan 50 g/km bedraagt, en de wagen werd aangekocht/gehuurd/geleased vanaf 01/01/2018.
* Om het aftrekpercentage te bepalen, moet de CO2-uitstoot van het overeenstemmend niet-hybride model van hetzelfde merk met dezelfde brandstofmotor worden gebruikt. Indien er geen overeenstemmend niet-hybride model is, wordt de CO2-uitstoot van de hybride wagen maal 2,5 genomen.
* **Toekomstige aftrekbaarheid (vanaf 01/01/2026):**
* **Emissievrije wagens (elektrisch):** Kosten zullen nog enkel aftrekbaar zijn voor wagens aangekocht/gehuurd/geleased vanaf 01/01/2026. Voor wagens aangekocht vóór 01/07/2023 geldt een overgangsregel gebaseerd op de gramformule. Voor wagens aangekocht tussen 01/07/2023 en 31/12/2025 geldt een uitdoofregeling gebaseerd op de gramformule. Vanaf AJ 2026 geldt voor wagens zonder CO2-uitstootgegevens een aftrek van 0%. De minimum- en maximumgrenzen verdwijnen.
* **Personenwagens op fossiele brandstof (incl. plug-in hybrides):** Vanaf 01/01/2026 is de kostenaftrek beperkt tot 0%. Vóór deze datum blijft de gramformule van toepassing met overgangsregelingen.
* **Brandstofkosten (benzine/diesel) voor plug-in hybrides aangekocht vanaf 01/01/2023:** Slechts 50% aftrekbaar, dalend naar 25% vanaf 01/01/2027 en 0% vanaf 01/01/2028. Elektriciteitskosten volgen de gewone regels.
* **Niet-geviseerde personenwagens:** Alle kosten die verband houden met het gebruik van het voertuig, zoals afschrijvingen, verkeersbelasting, carwash, niet-aftrekbare btw, onderhouds- en herstellingskosten, brandstof, vergoedingen voor thuis opladen, etc., zijn onderworpen aan de beperkingen van artikel 66 WIB 92.
* **Volledig aftrekbare autokosten:** Deze gelden voor voertuigen die uitsluitend gebruikt worden voor specifieke doeleinden zoals taxidiensten, verhuur aan rijscholen, goederenvervoer, just-in-time dienstverlening, koerierdiensten, of als volgwagen van sportdirecteurs.
* **Financierings-, mobilofoonkosten en kosten laadpalen:** 100% aftrekbaar indien minstens 5 jaar lease.
* **Garagekosten of autostaanplaatsen:** 100% aftrekbaar indien gehuurd of aangekocht voor klanten of personeel. Voor eigen bedrijfswagens gelden wel beperkingen.
* **Beroepsmatige taxikosten:** 75% aftrekbaar.
* **Autokosten eigen aan de werkgever:** Indien de vennootschap vergoedingen betaalt aan WN's/BL's voor beroepsmatige verplaatsingen met hun eigen wagen, moeten deze ook beperkt worden. Dit onderscheidt zich van de vergoeding voor woon-werkverkeer, die fiscaal aftrekbaar is voor de vennootschap en belastbaar (met mogelijke vrijstelling) bij de werknemer.
* **Invloed van VAA op VU auto:** Het bedrag van het Voordeel van Alle Aard (VAA) dat wordt toegekend aan personeelsleden of bedrijfsleiders voor het privégebruik van de personenwagen, mag in mindering worden gebracht van de te beperken autokosten bij de berekening van de verworpen uitgaven. De berekening van het VAA zelf is complex en hangt af van de cataloguswaarde, leeftijdsfactor en CO2-gekoppeld percentage, en wordt apart berekend voor de personenbelasting.
* **Invloed van de eigen bijdrage:** Een eigen bijdrage van de werknemer/bedrijfsleider voor het gebruik van de ter beschikking gestelde wagen mag ook in mindering worden gebracht van de te beperken autokosten bij de berekening van de verworpen uitgaven. Deze bijdrage wordt vaak verrekend via inhouding op het nettoloon of wordt doorgefactureerd.
#### 1.2.5 Niet-aftrekbare receptie- en relatiegeschenkkosten
* **Receptiekosten (Artikel 53, 8° WIB 92):** Kosten in het kader van de ontvangst van derden (externe relaties), ongeacht de plaats of reden, zijn 50% aftrekbaar. Het resterende 50% is een verworpen uitgave (Code 1207).
* **Doorgerekende receptiekosten:** Deze zijn 100% aftrekbaar indien ze uitdrukkelijk en afzonderlijk op de factuur worden vermeld.
* **Kosten van relatiegeschenken (Artikel 53, 8° WIB 92):** Relatiegeschenken hebben een zekere waarde en worden periodiek of toevallig aangeboden in het kader van beroepsrelaties. Ze zijn 50% aftrekbaar, en het resterende 50% is een verworpen uitgave (Code 1207).
* **Uitzonderingen (100% aftrekbaar):**
* **Reclameartikelen:** Met een zeer grote verspreiding, geringe waarde, en met naam/logo op een blijvende en opvallende wijze.
* **Stalen:** Gratis aan klanten/potentiële klanten gegeven in kleine hoeveelheden om het product te testen.
* **Prijzen voor wedstrijden of tombola's:** Indien de onderneming een wedstrijd organiseert waaraan alleen verbruikers kunnen deelnemen.
* **Toegang tot culturele en sportieve manifestaties:** Kosten van toegangskaarten en abonnementen, vooral indien de vennootschap sponsort.
* **Promotieartikelen in het kader van een commerciële actie:** Bij een bepaald aankoopbedrag een geschenk.
* **Doorgerekende kosten van relatiegeschenken:** Indien uitdrukkelijk en afzonderlijk vermeld op de factuur.
* **Relatiegeschenken en voordelen van alle aard:** Bij het verlenen van een relatiegeschenk aan een vrij beroeper, zelfstandige handelaar of vennootschap, moet afhankelijk van de waarde een fiche 281.50 worden opgesteld. Indien het geschenk meer bedraagt dan 250 euro (incl. btw) op jaarbasis, is het 100% aftrekbaar voor de vennootschap en is een fiche 281.50 verplicht. Indien het geschenk 250 euro of minder bedraagt, is het 50% aftrekbaar (50% VU) en is geen fiche vereist.
#### 1.2.6 Niet-aftrekbare restaurantkosten
* **Restaurantkosten (Artikel 53, 8°bis WIB 92):** De aftrekbaarheid bedraagt 69%, wat betekent dat 31% van de kosten een verworpen uitgave is (Code 1208). Dit geldt ook voor buitenlandse restaurantkosten. Bewijsstukken zoals BTW-bonnetjes en VISA-afrekeningen, samen met de reden (bv. agenda, e-mail), zijn noodzakelijk.
* **Uitzonderingen (100% aftrekbaar):**
* Kosten verstrekt door vertegenwoordigers van de voedingssector.
* Kosten van sociale maaltijden voor personeel in een bedrijfsrestaurant (een deel kan niet-aftrekbaar zijn indien het een sociaal voordeel verstrekt).
* Restaurantkosten n.a.v. een personeelsfeest (afwijking mogelijk voor één keer per jaar).
* Forfaitaire vergoeding voor dienstreizen.
* Terugbetaling van werkelijke restaurantkosten tijdens buitenlandse zakenreizen (kost eigen aan de werkgever).
* **Doorgerekende restaurantkosten:** Volledig aftrekbaar indien uitdrukkelijk en afzonderlijk vermeld op de factuur.
* **Restaurantkosten i.h.k.v. business seats en loges:** De huur van de loges is 100% aftrekbaar als publiciteitskosten indien aangetoond kan worden dat het om publiciteit gaat. De restaurantkosten in het restaurant verbonden aan de loges zijn echter 69% aftrekbaar.
* **Restaurantkosten in sterrenrestaurants:** Kunnen als overdreven worden beschouwd en gedeeltelijk verworpen indien ze op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen (Artikel 53, 10° WIB 92).
#### 1.2.7 Kosten van niet-specifieke beroepskledij
Enkel kosten van specifieke beroepskledij zijn fiscaal aftrekbaar (Artikel 53, 7° WIB 92). Dit zijn:
1. Reglementair opgelegde werkkleding.
2. Bijzondere kleding, aangepast aan de uitgeoefende bedrijvigheid en door de aard van het beroep verplicht, noodzakelijk of gebruikelijk.
Niet-specifieke beroepskledij is in principe een verworpen uitgave (Code 1209), tenzij deze als VAA op de fiche van de genieter wordt aangerekend.
* **Doorgerekende niet-specifieke kledijkosten:** Volledig aftrekbaar indien uitdrukkelijk en afzonderlijk vermeld op de factuur.
#### 1.2.8 Overdreven intresten
Aftrekbare intresten zijn begrensd tot de marktrente (Artikel 55 WIB 92), met uitzondering van intresten betaald aan financiële instellingen uit de EER (Artikel 56 WIB 92). Het gedeelte van de betaalde intrest dat de marktrente overschrijdt, is een verworpen uitgave (Code 1210). De vennootschap moet kunnen aantonen dat de betaalde rente conform de marktrente is.
* **Bepaling marktrente:** De marktrente wordt bepaald rekening houdend met de aard van het krediet, de financiële toestand van de ontlener, de looptijd van de lening en het leningsbedrag. Voor niet-hypothecaire leningen van onbepaalde duur wordt de vennootschap belast op de daadwerkelijk verkregen inkomsten.
#### 1.2.9 Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen
Deze voordelen worden toegekend zonder tegenprestatie of op een wijze die indruist tegen de normale gang van zaken. Dit kan gebeuren door overdreven kosten te maken of vrijwillig winsten af te staan (Artikel 26 WIB 92). Voorbeelden zijn: renteloze leningen, leningen tegen zeer lage rente, het niet opeisen van een vordering na vervaldag, verkopen tegen te lage prijzen, of kosteloos ter beschikking stellen van goederen.
* **Afwijkingsclausule:** Indien de vennootschap kan aantonen dat de verleende voordelen bij de verkrijger worden belast (bv. VAA bij WN/BL, divers inkomen bij derden), hoeft er geen winstcorrectie te gebeuren. Deze clausule is echter niet van toepassing indien de voordelen worden verleend aan buitenlandse entiteiten die een gunstiger belastingregime genieten of waarmee een wederzijdse band van afhankelijkheid bestaat. In die gevallen worden de voordelen altijd bij de winst gevoegd via code 1212.
* **Hoedanigheid van de verkrijger:** De specifieke belastingbehandeling hangt af van de verkrijger:
* Belgische onderneming (vennootschap of zelfstandige): Geen code 1212.
* WN/BL van de vennootschap: Geen code 1212, maar wel als VAA bij de genieter.
* Naaste van de BL/WN (indien persoonlijk voordeel): Geen code 1212, maar wel als VAA bij de BL/WN.
* Derde natuurlijke persoon zonder beroepsrelatie: Code 1212.
* Belgische rechtspersoon onderworpen aan de vennootschapsbelasting: Code 1212.
* Buitenlandse genieters met wederzijdse afhankelijkheid of gunstiger fiscaal regime: Code 1212.
* Buitenlandse genieters die belangen gemeen hebben: Code 1212.
#### 1.2.10 Sociale voordelen
Bepaalde onbelangrijke voordelen, die met een sociaal oogmerk door de werkgever aan werknemers/bedrijfsleiders worden verstrekt, zijn als beroepskost niet aftrekbaar en dus verworpen uitgaven (Code 1214). Voor de genieters zijn deze voordelen echter vrijgesteld (Artikel 38, 11° WIB 92).
* **Niet-aftrekbare sociale voordelen:** Dit is een niet-beperkende lijst en omvat o.a. anciënniteitspremies, geringe geschenken bij geboorte van kinderen, kosten van abonnementen/toegangskaarten voor culturele/sportieve evenementen tegen gunstprijzen, kosten van kinderopvangdienst, geringe eenmalige gelegenheidsgeschenken tot 500 euro, en kosten van gezelschapsreizen langer dan één dag.
* **Aftrekbare sociale voordelen:** Dit is een beperkende lijst en omvat o.a. kosten van gezelschapsreizen van maximaal één dag (teambuildings), gratis koffie/thee/fruit/noten, specifieke beroepsopleiding, restaurant- en receptiekosten voor een eenmalig personeelsfeest, sociale maaltijden in het bedrijfsrestaurant (mits voldoende eigen bijdrage WN), huwelijkspremies tot 245 euro, en geschenken in natura, cash of waardebonnen onder bepaalde voorwaarden.
* **Geschenken in natura, cash of waardebonnen:** Deze zijn 100% aftrekbaar indien ze worden toegekend aan alle personeelsleden ter gelegenheid van feesten of jaarlijkse gebeurtenissen (max. 40 euro/jaar/WN), overhandiging van een eervolle onderscheiding (max. 120 euro/jaar/WN), of bij pensionering/brugpensionering (max. 40 euro/volledig dienstjaar). De waardebonnen moeten "gewone" waardebonnen zijn. De vrijstelling als sociaal voordeel bij de werknemer is niet gebonden aan het max. bedrag van 40 euro; geschenken zijn belastingvrij indien ze "gering" zijn (ongeveer 50 euro/geschenk/gelegenheid, afhankelijk van de omstandigheden).
#### 1.2.11 Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques
Deze zijn in principe niet aftrekbaar als beroepskost en vormen een verworpen uitgave (Code 1215), behalve een beperkt bedrag van 2 euro per ecocheque indien aan specifieke voorwaarden wordt voldaan. Indien de voorwaarden niet voldaan zijn, worden deze voordelen als VAA belast bij de genieter (WN/BL) en zijn ze voor de vennootschap aftrekbaar (met ficheverplichting).
#### 1.2.12 Huur en vergoedingen voor een zakelijk gebruiksrecht op een onroerend goed
Huurvergoedingen voor een onroerend goed zijn niet aftrekbaar indien de vereiste bijlage 275 MLH bij de aangifte ontbreekt, of indien er geen facturering is. Kosteloze registratie als privéhuur is dan de consequentie. Deze kosten worden aangemerkt als verworpen uitgave (Code 1248).
#### 1.2.13 Liberaliteiten (giften)
Alle giften en schenkingen zonder commerciële bedoelingen aan derden zijn niet aftrekbaar als beroepskost en vormen een verworpen uitgave (Code 1216). Bepaalde giften kunnen onder voorwaarden wel uit de fiscale winst worden verwijderd in de derde bewerking (niet-aftrekbare bestanddelen). De grens tussen publiciteit en liberaliteit is echter niet altijd duidelijk.
#### 1.2.14 Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen
Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen zijn niet aftrekbaar als beroepskost (Code 1217), tenzij de waardevermindering gerechtvaardigd is. Indien niet gerechtvaardigd, wordt het belast als een onderschatting van het actief.
#### 1.2.15 Werknemersparticipaties en winstpremies
* **Winstpremies:** Een collectieve premie in geld voor de werknemer, maximaal 30% van de totale brutoloonmassa van het boekjaar, is niet aftrekbaar als beroepskost (Code 1233). Er geldt ook een aftrekverbod.
* **Werknemersparticipaties:** Winstdeelneming van de werknemer in het kapitaal van de vennootschap, in de vorm van aandelen met stemrecht, is eveneens niet aftrekbaar als beroepskost (Code 1233). Hierbij geldt een maximum van 10% van de totale brutoloonmassa en maximaal 20% van de winst van het boekjaar na belastingen. Ook hier geldt een aftrekverbod.
#### 1.2.16 Gewestelijke premies en kapitaal- en intrestsubsidies
Bij terugbetaling van premies of subsidies omdat het gesubsidieerd actief vrijwillig werd vervreemd binnen de 3 jaar, of omdat niet aan de voorwaarden werd voldaan, worden deze als verworpen uitgave aangemerkt (Code 1222). Dit leidt tot een verhoging van de belastbare reserves.
#### 1.2.17 Minimumbelasting (Pillar Two)
Voor boekjaren die aanvangen vanaf 31 december 2023 moeten multinationals en omvangrijke binnenlandse groepen (geconsolideerde jaaromzet van minstens 750 miljoen euro) ten minste 15% vennootschapsbelasting betalen over hun winst in elk land waar ze actief zijn. Indien in België niet ten minste 15% belasting wordt betaald, zal België bijheffen via een "bijheffing". Deze bijheffing (en eventuele verhogingen, kosten en nalatigheidsintresten) is niet aftrekbaar (Code 1249).
#### 1.2.18 Niet-verantwoorde kosten en verdoken meerwinsten
Niet-verantwoorde kosten, die het voorwerp waren van een aanslag geheime commissielonen (bv. fictieve facturen om sommen aan de vennootschap te onttrekken) of verdoken meerwinsten vastgesteld bij controle, worden aangemerkt als verworpen uitgave (Code 1225).
#### 1.2.19 Niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap (CFC)
De CFC-wetgeving beoogt de niet-uitgekeerde winst van laag belaste buitenlandse vennootschappen of vaste inrichtingen toe te voegen aan de winst van de Belgische controlerende vennootschap. Indien de buitenlandse vennootschap voldoet aan de controle- en taxatievoorwaarden en er geen vrijstelling van toepassing is, wordt de winst van de CFC als verworpen uitgave beschouwd en belast bij de Belgische vennootschap (code 1238).
* **CFC-voorwaarden:**
* **Controlevoorwaarde:** De Belgische vennootschap moet minimaal 50% van de stemrechten, kapitaal, of recht op winst hebben.
* **Taxatievoorwaarde:** De buitenlandse vennootschap/inrichting is niet onderworpen aan een inkomstenbelasting, of aan een belasting van minder dan 50% van wat in België verschuldigd zou zijn (<12,50% effectieve belasting). Dit geldt ook voor EU-lidstaten. Lijsten van niet-coöperatieve rechtsgebieden (OESO, EU, België) zijn relevant.
#### 1.2.20 Andere verworpen uitgaven
* Kosten voor jacht, visvangst, yachten, pleziervaartuigen en lusthuizen (Artikel 53, 9° WIB 92).
* Kosten die op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen (Artikel 53, 10° WIB 92).
* Intresten betaald aan belastingplichtigen in een belastingparadijs (Artikel 54 WIB 92).
* Effectentaks (Artikel 198, § 1, 6° WIB 92) (Code 1239).
---
# Specifieke categorieën van niet-aftrekbare autokosten
Dit onderwerp duikt dieper in de regels en berekeningen rond de aftrekbaarheid van kosten gerelateerd aan personenwagens, inclusief de impact van CO2-uitstoot en de evolutie van de wetgeving.
### 2.1 Algemene principes voor de aftrekbaarheid van autokosten
De aftrekbaarheid van kosten gerelateerd aan personenwagens wordt in België sterk beïnvloed door de CO2-uitstoot van het voertuig, zoals vastgelegd in artikel 66 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen (WIB 92). Hogere CO2-uitstoot leidt tot een lagere fiscale kostenaftrek. De aftrekbaarheid van intrest- en mobilofoonkosten is echter niet afhankelijk van de CO2-uitstoot.
#### 2.1.1 Evolutie van de wetgeving inzake CO2-uitstoot
Er zijn significante veranderingen in de wetgeving met betrekking tot de aftrekbaarheid van autokosten:
* **Vanaf 01/01/2026:** Voor alle personenwagens die vanaf deze datum worden aangekocht, gehuurd of geleased, is kostenaftrek enkel nog mogelijk voor emissievrije wagens.
* **Voor 01/01/2026:** Voor voertuigen die vóór deze datum zijn aangekocht, gehuurd of geleased, geldt een overgangsregeling waarbij de datum van aankoop, huur of leasing bepalend is.
#### 2.1.2 CO2-uitstootvrije personenwagens (elektrische wagens)
* **Aangekocht vóór 01/07/2023:** Er geldt een overgangsregeling op basis van de bestaande gramformule.
* **Aangekocht tussen 01/07/2023 en 31/12/2025:** Er geldt een uitdoofregeling op basis van de bestaande gramformule. De bestaande regels blijven van toepassing tot en met aanslagjaar 2025. Vanaf aanslagjaar 2026 start de uitdoofregeling.
* Voor wagens zonder CO2-uitstootgegevens bij de DIV geldt 0% aftrek vanaf aanslagjaar 2026.
* Voor wagens met een uitstoot van ≥ 200 gram per kilometer geldt de gramformule.
* Het minimum van 50% en het maximum van 100% aftrek verdwijnen.
* **Aangekocht vanaf 01/01/2026:** Er geldt 0% aftrek voor personenwagens op fossiele brandstof (inclusief plug-in hybrides).
#### 2.1.3 Personenwagens op fossiele brandstof (inclusief plug-in hybrides)
* **Aangekocht vanaf 01/01/2026:** Er geldt 0% aftrek.
* **Brandstofkosten:** De aftrekbaarheid van brandstofkosten (benzine/diesel) is beperkt tot 50% vanaf 01/01/2027, en tot 0% vanaf 01/01/2028. Elektriciteitskosten volgen de gewone regels.
* **Plug-in hybrides aangekocht vanaf 01/01/2023:** De specifieke regels voor plug-in hybrides zijn van toepassing.
#### 2.1.4 De gramformule voor aftrekbaarheid
De gramformule wordt gebruikt om het aftrekpercentage voor personenwagens met een CO2-uitstoot onder de 200 g/km te bepalen:
$$ \text{Aftrek\%} = 120 - (0,5 \times \text{brandstofcoëfficiënt} \times \#\text{g CO}_2/\text{km}) $$
* **Brandstofcoëfficiënten:**
* Dieselmotor: 0,95
* Benzine(hybride), elektrisch, dieselhybrides, LPG-motor, biobrandstof, waterstof of andere: 0,95
* CNG-motor (aardgas): 0,9
De aftrek is begrensd met een minimum van 50% en een maximum van 100%, afgerond op één cijfer na de komma.
> **Voorbeeld:** Een dieselwagen met 120 gram CO2-uitstoot per kilometer:
> $120 - (0,5 \times 0,95 \times 120) = 60.0\%$ aftrekbaar. Dit betekent 40.0% verworpen uitgaven.
#### 2.1.5 "Valse" plug-in hybrides
Een plug-in hybride wagen wordt als "vals" beschouwd indien:
* De elektrische batterij een energiecapaciteit heeft van minder dan 0,5 kWh per 100 kg wagengewicht, OF
* De CO2-uitstoot hoger is dan 50 g/km, ÉN
* De wagen werd aangekocht/gehuurd/geleased vanaf 01/01/2018.
Om het aftrekpercentage voor dergelijke wagens te bepalen, moet men in de gramformule hetzij de CO2-uitstoot van het overeenstemmend niet-hybride model van hetzelfde merk en met dezelfde brandstofmotor gebruiken, ofwel de CO2-uitstoot van de hybride wagen vermenigvuldigen met 2,5, indien er geen overeenstemmend niet-hybride model is.
#### 2.1.6 Specifieke voertuigcategorieën
* **Lichte vrachtwagens, vrachtwagens, autobussen, motorfietsen en fietsen:** De algemene regels voor autokosten zijn doorgaans niet van toepassing. De aftrekbaarheid van de kosten van deze voertuigen hangt af van hun specifieke gebruik.
* **Niet-geviseerde personenwagens:** Dit omvat voertuigen die uitsluitend gebruikt worden voor specifieke doeleinden zoals taxidiensten, verhuur met chauffeur, rijscholen, goederenvervoer, koeriersdiensten of als volgwagen van sportdirecteurs van wielerploegen. Voor deze voertuigen gelden specifieke aftrekregels, vaak met een hogere aftrek of volledige aftrekbaarheid van bepaalde kosten.
#### 2.1.7 Volledig aftrekbare autokosten
Bepaalde autokosten zijn volledig aftrekbaar, waaronder:
* Financieringskosten, mobilofoonkosten en kosten met betrekking tot laadstations voor elektrische wagens (met een minimum leaseperiode van 5 jaar).
* Garagekosten of autostaanplaatsen die de vennootschap huurt of aankoopt voor de wagens van klanten en/of personeelsleden. (Eigen bedrijfswagens moeten wel beperkt worden).
* Beroepsmatige taxikosten (75% aftrekbaar).
#### 2.1.8 Autokosten eigen aan de werkgever
Wanneer de vennootschap vergoedingen betaalt aan werknemers of bedrijfsleiders voor beroepsmatige verplaatsingen met hun eigen wagen, moeten deze vergoedingen ook beperkt worden. Dit geldt ook voor de toepassing van forfaitaire overheidstarieven in de privésfeer. Vergoedingen voor woon-werkverkeer worden volledig afgetrokken, aangezien ze een bezoldigingskarakter hebben voor de werknemer.
#### 2.1.9 Invloed van voordelen van alle aard (VAA) en eigen bijdragen
* Het bedrag van het VAA voor privégebruik van een personenwagen mag in mindering worden gebracht van de te beperken autokosten bij de berekening van de verworpen uitgaven.
* Indien een eigen bijdrage wordt gevraagd voor het ontvangen van een personenwagen, kan dit bedrag, exclusief btw, ook in mindering worden gebracht van de te beperken autokosten. Dit geldt zowel voor VAA dat op de fiche wordt vermeld, als voor betalingen via de rekening courant of inhoudingen op het nettoloon.
#### 2.1.10 Meer- en minderwaarden op auto's
* **Meerwaarden:** Slechts het gedeelte van de meerwaarde dat niet belast wordt (bepaald aan de hand van het gemiddelde aftrekpercentage van de wagen) leidt tot een verhoging van de belastbare reserves.
* **Minderwaarden:** Het niet-aftrekbare gedeelte van een minderwaarde op een verkochte auto wordt als verworpen uitgave beschouwd. De berekening hiervan houdt rekening met het rekenkundig gemiddelde van de afschrijvingen.
#### 2.1.11 Kosten van laadpalen voor elektrische wagens
De terugbetaling door de werkgever van de elektriciteitskosten voor het thuis opladen van een hybride of elektrische personenwagen is onder bepaalde voorwaarden aftrekbaar. De laadpaal moet beschikken over een specifiek communicatiesysteem, de car policy moet de terugbetaling voorzien, en de terugbetaling kan gebaseerd zijn op de werkelijke kosten of een forfaitair tarief. Voor de werknemer geldt er in dit geval geen bijkomend VAA. De aftrekbaarheid van de terugbetaalde elektriciteitskosten is echter wel afhankelijk van het aftrekbaar percentage van de wagen zelf.
#### 2.1.12 Verwerping van een deel van het VAA
Een deel van het VAA toegekend aan personeelsleden of bedrijfsleiders voor het privégebruik van een personenwagen kan als verworpen uitgave worden beschouwd. Dit percentage bedraagt 17% van het VAA, of 40% indien de brandstofkosten van het persoonlijk verbruik ook (deels) ten laste van de vennootschap komen. Dit percentage wordt berekend vóór aftrek van de eigen bijdrage en geldt ook voor bedragen die via de rekening courant of inhouding op het nettoloon worden aangerekend.
### 2.2 Andere specifieke categorieën van niet-aftrekbare kosten
Naast autokosten zijn er nog diverse andere kosten die geheel of gedeeltelijk als niet-aftrekbaar worden beschouwd in de vennootschapsbelasting.
#### 2.2.1 Niet-aftrekbare belastingen
* **Bijheffing in het kader van Pilar Two:** Een bijheffing die vereist is wanneer een multinationale onderneming of grote binnenlandse groep geen effectieve belasting van 15% op de winst betaalt, is niet aftrekbaar.
* **Niet-aftrekbare belastingen uit de boekhouding:** Belastingen op het resultaat van het huidige of vorige boekjaar, voorzieningen voor belastingen en betwistingen van aanslagen, die het boekhoudkundig resultaat hebben verminderd, moeten als verworpen uitgave worden opgenomen.
* **Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies:** Bepaalde gewestelijke belastingen, zoals de onroerende voorheffing, successierechten, registratierechten, en specifieke heffingen (bv. op vervuiling, afvalstoffen), zijn niet aftrekbaar.
* **Roerende voorheffing (RV):** RV die aan de bron wordt ingehouden, wordt doorgaans niet als verworpen uitgave beschouwd, omdat deze reeds is verrekend in het brutobedrag van de uitgekeerde dividenden.
#### 2.2.2 Geldboeten
* Alle administratieve geldboeten opgelegd door de overheid zijn niet aftrekbaar. Dit omvat strafrechtelijke geldboeten, btw-boeten, vaste verkeersboeten, en vaste administratieve geldboeten.
* Proportionele geldboeten inzake btw, douanerechten, registratierechten, en boeten in het kader van sociale lasten zijn eveneens niet aftrekbaar.
#### 2.2.3 Kosten van relatiegeschenken
* Kosten van relatiegeschenken zijn 50% aftrekbaar. Dit geldt ook voor een deel van de kosten van geschenken die worden verleend aan vrije beroepers, zelfstandige handelaren of vennootschappen.
* **Uitzonderingen:** Reclameartikelen met een zeer grote verspreiding, geringe waarde en een opvallende naam/logo zijn 100% aftrekbaar. Stalen (kleine hoeveelheden om producten te testen) en prijzen voor wedstrijden of tombola's zijn eveneens 100% aftrekbaar.
#### 2.2.4 Kosten van recepties en restaurantkosten
* **Receptiekosten:** 50% van de receptiekosten in het kader van ontvangst van derden (externe relaties) is aftrekbaar.
* **Restaurantkosten:** 69% van de restaurantkosten is aftrekbaar.
* **Uitzonderingen:** Kosten van restaurantkosten voor personeelsfeesten, sociale maaltijden voor personeel in een bedrijfsrestaurant, en restaurantkosten n.a.v. buitenlandse zakenreizen kunnen onder bepaalde voorwaarden volledig aftrekbaar zijn. Kosten van toegangskaarten en abonnementen op culturele en sportieve manifestaties, indien de vennootschap deze sponsort, zijn 100% aftrekbaar. Kosten in sterrenrestaurants kunnen als overdreven worden beschouwd en (deels) verworpen.
#### 2.2.5 Kosten van niet-specifieke beroepskledij
* Enkel kosten van specifieke beroepskledij (reglementair opgelegd of aangepast aan de aard van het beroep) zijn fiscaal aftrekbaar.
* Niet-specifieke beroepskledij die als voordeel van alle aard wordt aangerekend aan de genieter is vrijgesteld en de kosten zijn aftrekbaar voor de vennootschap. Indien geen VAA kon worden aangerekend of de kledij in het bezit blijft van de vennootschap, zijn de kosten verworpen uitgaven.
#### 2.2.6 Overdreven intresten
* Aftrekbare intresten zijn begrensd tot de marktrente, tenzij betaald aan financiële instellingen uit de EER. Het gedeelte van de intrest dat de marktrente overschrijdt, is een verworpen uitgave.
#### 2.2.7 Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen
* Voordelen die een vennootschap verleent zonder tegenprestatie of die indruisen tegen de normale gang van zaken, worden als verworpen uitgave beschouwd. Dit kan onder meer door het maken van overdreven kosten of het vrijwillig afzien van winsten.
* **Afwijkingsclausule:** Indien de vennootschap aantoont dat de verleende voordelen bij de verkrijger belast worden, is er geen winstcorrectie nodig. Dit geldt echter niet voor voordelen verleend aan buitenlandse entiteiten met een gunstiger belastingregime of die een wederzijdse band van afhankelijkheid hebben.
#### 2.2.8 Sociale voordelen
* Bepaalde sociale voordelen die door de werkgever aan werknemers worden toegekend ter bevordering van het welzijn, zijn niet aftrekbaar als beroepskost. Deze zijn echter vrijgesteld bij de werknemer. Voorbeelden zijn anciënniteitspremies en geringe geschenken bij de geboorte van kinderen.
* Bepaalde sociale voordelen zijn wel aftrekbaar, zoals kosten van gezelschapsreizen van maximaal 1 dag voor het personeel, gratis koffie/thee tijdens de werkuren, en specifieke beroepsopleidingen.
#### 2.2.9 Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques
* Indien de voorwaarden voor deze cheques niet worden nageleefd (bv. geen tweerichtingsverkeer of geen jaarlijkse verhoging van het bedrag), worden de kosten als verworpen uitgave beschouwd voor de vennootschap en gelden ze als een VAA voor de werknemer. Indien de voorwaarden wel voldaan zijn, zijn de kosten fiscaal niet aftrekbaar (met een kleine uitzondering voor een minimale vergoeding voor de werknemers).
#### 2.2.10 Liberaliteiten
* Alle giften en schenkingen zonder commerciële bedoelingen aan derden zijn niet aftrekbaar als beroepskost.
#### 2.2.11 Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen
* Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen zijn niet aftrekbaar als beroepskost. Enkel indien de waardevermindering gerechtvaardigd is, wordt deze toegepast; anders wordt een onderschatting van het actief belast.
#### 2.2.12 Werknemersparticipaties en winstpremies
* Winstpremies en winstdeelnames van werknemers in het kapitaal van de vennootschap zijn niet aftrekbaar als beroepskost, onderworpen aan specifieke plafonds gerelateerd aan de brutoloonmassa en de winst na belastingen.
#### 2.2.13 Gewestelijke premies en kapitaal- en intrestsubsidies
* Bij terugbetaling van premies of subsidies, bijvoorbeeld wegens het vrijwillig vervreemden van gesubsidieerd actief binnen de drie jaar of het niet naleven van voorwaarden, worden deze terugbetaalde bedragen als verworpen uitgave beschouwd.
#### 2.2.14 Minimumbelasting voor multinationals
* De "bijheffing" die België oplegt wanneer multinationals niet aan een minimumbelasting van 15% komen, is niet aftrekbaar.
#### 2.2.15 Niet-verantwoorde kosten en verdoken meerwinsten
* Niet-verantwoorde kosten, die het voorwerp waren van een aanslag geheime commissielonen, of verdoken meerwinsten vastgesteld bij controle, worden als verworpen uitgave beschouwd.
#### 2.2.16 Niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap (CFC)
* De niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap of vaste inrichting die in een laagbelastend land gevestigd is, wordt als verworpen uitgave toegevoegd aan de winst van de Belgische controlerende vennootschap, tenzij een vrijstellingsvoorwaarde is voldaan.
#### 2.2.17 Andere specifieke verworpen uitgaven
* Kosten voor jacht, visvangst, pleziervaartuigen en lusthuizen.
* Kosten die op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen.
* Intresten betaald aan belastingplichtigen in een belastingparadijs.
* Effectentaks.
---
# Niet-aftrekbare kosten met betrekking tot representatie en relaties
Hier is een uitgebreide studiehandleiding over niet-aftrekbare kosten met betrekking tot representatie en relaties, gebaseerd op de verstrekte documentinhoud.
## 3. Niet-aftrekbare kosten met betrekking tot representatie en relaties
Deze sectie analyseert de fiscale behandeling van uitgaven voor recepties, relatiegeschenken en restaurantkosten, inclusief de voorwaarden voor aftrekbaarheid en de specifieke uitzonderingen die leiden tot niet-aftrekbaarheid.
### 3.1 Algemene principes voor beroepskosten
Voordat de specifieke niet-aftrekbare kosten worden besproken, is het belangrijk de algemene voorwaarden voor de aftrekbaarheid van beroepskosten te kennen, zoals uiteengezet in artikel 49 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92). Om als aftrekbare beroepskost te worden beschouwd, moeten uitgaven:
1. Gedaan of gedragen zijn tijdens het belastbaar tijdperk.
2. Dienen om belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden.
3. Aantonen dat de echtheid en het bedrag ervan verantwoord zijn.
Kosten die niet aan deze drie voorwaarden voldoen, zijn fiscaal niet-aftrekbaar. Bovendien kan de aftrekbaarheid van bepaalde kosten geheel of gedeeltelijk worden geweigerd door specifieke wetsartikelen. Deze geweigerde uitgaven worden vervolgens toegevoegd aan de belastbare inkomsten via de zogenaamde "verworpen uitgaven". Dit vormt de tweede resultaatscomponent in de vennootschapsbelastingberekening.
> **Tip:** Verworpen uitgaven (VU) zijn kosten die boekhoudkundig zijn geboekt, maar fiscaal niet aanvaard worden. Ze worden toegevoegd aan het boekhoudkundige resultaat om het fiscaal resultaat te bekomen.
### 3.2 Niet-aftrekbare belastingen
Binnen de categorie van niet-aftrekbare kosten bevinden zich diverse belastingen. Deze zijn relevant voor de vennootschapsbelasting.
#### 3.2.1 Niet-aftrekbare belastingen uit de boekhouding
Wanneer niet-aftrekbare belastingen het boekhoudkundige resultaat hebben verminderd, moeten ze in de aangifte van de vennootschapsbelasting worden opgenomen als verworpen uitgaven (VU). Dit geldt voor belastingen op het resultaat van het huidige en vorige boekjaar, evenals voor voorzieningen voor belastingen en betwiste aanslagen.
De fiscale correctie vindt plaats door middel van specifieke codes:
* **Code 1201:** Voor een positief saldo op rekeningen van rubriek 67 (belastingen op het resultaat) die het boekhoudkundige resultaat hebben verminderd.
* **Code 1056:** Voor een negatief saldo op deze rekeningen, wat leidt tot een verhoging van de belastbare reserves.
> **Opmerking:** Roerende voorheffing (RV) die aan de bron wordt ingehouden en doorgestort aan het inningscentrum, wordt niet als een verworpen uitgave beschouwd. Dit komt doordat de RV reeds is verwerkt in het brutobedrag van de 'Uitgekeerde dividenden'.
#### 3.2.2 Bijheffing in het kader van Pillar Two
Binnen de Pillar Two-wetgeving is er een bijkomende heffing vereist voor multinationale ondernemingen of omvangrijke binnenlandse groepen die geen effectieve belasting van minimaal 15% op hun winst betalen. Deze bijheffing is fiscaal niet aftrekbaar en moet worden opgenomen onder **Code 1249**.
#### 3.2.3 Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies
Bepaalde gewestelijke belastingen, heffingen en retributies zijn niet aftrekbaar als beroepskost, overeenkomstig artikel 198, § 1, 5° WIB 92.
Sinds 1 januari 2024 zijn de volgende niet-aftrekbare belastingen van het Vlaams Gewest specifiek vermeld:
* Heffing op vervuiling van oppervlaktewateren
* Heffing op de verwijdering van vaste afvalstoffen
* Dossiertaks milieuvergunning
* Heffingen op meststoffen
* Heffingen op buiten gebruik gestelde en leegstaande gebouwen
* Heffingen op de winning van grondwater
* Elektriciteitsheffing
* Waterwegenvignet
* De belasting op spelen en weddenschappen
* De belasting op automatische ontspanningstoestellen
Deze belastingen moeten worden opgenomen onder **Code 1202**.
#### 3.2.4 Geldboeten
Administratieve en strafrechtelijke geldboeten opgelegd door de overheid zijn in principe niet aftrekbaar. Dit omvat, maar is niet beperkt tot:
* Verschillende soorten btw-boeten
* Vaste verkeersboeten
* Vaste administratieve geldboeten vermeld in het WIB 92
* Proportionele geldboeten inzake btw, douanerechten, registratierechten
* Europese en Belgische kartelboeten
* Boeten in het kader van sociale lasten
Deze niet-aftrekbare boeten worden opgenomen onder **Code 1203**.
Uitzonderingen hierop, die wel aftrekbaar zijn, omvatten:
* Contractuele schadevergoedingen
* Parkeerretributies
* Boeten als voordeel alle aard (VAA)
* Kostenbijdrage bij laattijdig neergelegde jaarrekening
* Belastingverhoging met betrekking tot OV van professioneel gebruikte onroerende goederen
### 3.3 Niet-aftrekbare pensioenen, kapitalen, werkgeversbijdragen en -premies
De opbouw van een extra wettelijk pensioen door de vennootschap voor haar bedrijfsleiders (BL) en werknemers (WN) kan onder strikte voorwaarden fiscaal aftrekbaar zijn. Echter, indien de betaalde premies leiden tot een extra wettelijk pensioen dat de 80%-grens overschrijdt, wordt het overdreven gedeelte als een verworpen uitgave beschouwd en moet dit worden opgenomen onder **Code 1204**.
De 80%-grens wordt berekend op basis van het jaarloon van de WN/BL, na aftrek van het wettelijk pensioen, en houdt rekening met de loopbaan.
> **Formule voor de 80%-grens:** Toekomstige pensioentoekenning (jaarrente) mag maximaal 80% van het jaarloon van de WN/BL bedragen, na aftrek van het wettelijk pensioen, rekening houdend met de loopbaan.
Premies zijn slechts aftrekbaar voor zover zij een extra wettelijk pensioen opleveren dat niet hoger is dan deze 80%-grens.
### 3.4 Niet-aftrekbare autokosten
De aftrekbaarheid van kosten gerelateerd aan personenwagens wordt sterk beïnvloed door de CO2-uitstoot, conform artikel 66, § 1 WIB 92. Hoe hoger de CO2-uitstoot, hoe lager de fiscale kostenaftrek. De aftrekbaarheid van brandstofkosten en mobiliteitskosten is niet direct afhankelijk van de CO2-uitstoot.
#### 3.4.1 Aftrekbaarheidspercentage op basis van CO2-uitstoot
* **CO2-uitstoot ≥ 200 g/km:** Het aftrekpercentage is vastgesteld op 40%.
* **CO2-uitstoot < 200 g/km:** Een gramformule wordt toegepast.
#### 3.4.2 De gramformule
De aftrekbaarheid wordt berekend volgens de volgende formule:
$$ \text{Aftrek\%} = 120 - (0.5 \times \text{brandstofcoëfficiënt} \times \text{#g CO}_2\text{/km}) $$
Met een minimum aftrek van 50% en een maximum van 100%. Het resultaat wordt afgerond op één cijfer na de komma.
De brandstofcoëfficiënt varieert per type motor:
* 1: Dieselmotor
* 0,95: Benzine (hybride), elektrisch, dieselhybride, LPG-motor, biobrandstof, waterstof of andere
* 0,9: CNG-motor (aardgas)
> **Voorbeeld van de gramformule:** Een dieselwagen met 120 gram CO2-uitstoot/km. De berekening is: $120 - (0.5 \times 1 \times 120) = 60.0\%$ aftrekbaar. Dit betekent dat 40.0% van de kosten verworpen uitgaven zijn.
#### 3.4.3 Valse plug-in hybrides
Een "valse" plug-in hybride wordt gedefinieerd als een voertuig waarbij de elektrische batterij een energiecapaciteit heeft van minder dan 0,5 kWh per 100 kg wagengewicht, of waarbij de CO2-uitstoot meer dan 50 g/km bedraagt. Dit geldt voor voertuigen aangekocht, gehuurd of geleaset vanaf 01/01/2018.
Om het aftrekpercentage te bepalen, moet men in de gramformule het volgende doen:
* De CO2-uitstoot van het overeenstemmende niet-hybride model van hetzelfde merk met dezelfde brandstofmotor gebruiken.
* Indien geen overeenstemmend niet-hybride model bestaat, de CO2-uitstoot van de hybride wagen met 2,5 vermenigvuldigen.
#### 3.4.4 Toekomstige aftrekbaarheid van autokosten
* **Vanaf 01/01/2026:** Enkel kostenaftrek mogelijk voor emissievrije wagens (elektrische wagens).
* **Vóór 01/01/2026:** Een overgangsregeling geldt, waarbij de datum van aankoop, huur of leasing bepalend is.
**Specifieke regels per type wagen en aankoopdatum:**
* **CO2-uitstootvrije personenwagens (elektrisch):**
* Aangekocht vóór 01/07/2023: Overgangsregel op basis van de bestaande gramformule.
* Aangekocht tussen 01/07/2023 en 31/12/2025: Uitdoofregeling op basis van de bestaande gramformule. Bestaande regels blijven van toepassing t.e.m. aanslagjaar (AJ) 2025. Vanaf AJ 2026 start de uitdoofregeling.
* Voor wagens zonder CO2-uitstootgegevens bij de DIV: 0% vanaf AJ 2026.
* Uitstoot ≥ 200 gram: Gramformule blijft van toepassing, maar het minimum en maximum verdwijnen.
* **Personenwagens op fossiele brandstof (incl. plug-in hybrides):**
* Aangekocht vanaf 01/01/2026: 0% aftrek.
* **Plug-in hybrides aangekocht vanaf 01/01/2023:**
* Brandstofkosten (benzine/diesel) worden beperkt tot 50% aftrek. Dit wordt 25% vanaf 01/01/2027 en 0% vanaf 01/01/2028. Elektriciteitskosten volgen de gewone regels.
#### 3.4.5 Niet-geviseerde personenwagens
Alle kosten die verband houden met het gebruik van het voertuig, zoals afschrijvingen, verkeersbelasting, carwash, niet-aftrekbare btw, onderhouds- en herstellingskosten, brandstof, vergoedingen voor thuis opladen van een hybride of elektrische personenwagen, en andere beroepsmatige kilometers, worden beperkt volgens de regels van artikel 66 WIB 92.
#### 3.4.6 Volledig aftrekbare autokosten
Er zijn specifieke categorieën van autokosten die volledig aftrekbaar zijn:
* Financierings-, mobiliteitskosten en kosten m.b.t. laadstations voor elektrische wagens (minimaal 5 jaar leasing).
* Garagekosten of autostaanplaatsen die de vennootschap huurt of aankoopt voor de wagens van klanten en/of personeelsleden (let op: eigen bedrijfswagens zijn wel beperkt).
* Beroepsmatige taxikosten zijn 75% aftrekbaar.
#### 3.4.7 Autokosten eigen aan de werkgever
Indien de vennootschap een vergoeding betaalt aan WN's/BL's voor beroepsmatige verplaatsingen met hun eigen wagen, moeten deze vergoedingen ook worden beperkt. Dit staat los van de vergoeding voor woon-werkverkeer, die volledig aftrekbaar is omdat het een bezoldiging is voor de werknemer.
#### 3.4.8 Invloed van VAA en eigen bijdrage op verworpen uitgaven (VU)
Het bedrag van het Voordeel Alle Aard (VAA) toegekend aan personeelsleden of bedrijfsleiders voor het privégebruik van de personenwagen mag in mindering worden gebracht van de te beperken autokosten bij de berekening van de verworpen uitgaven.
* **Kostenverwerping:** 17% van het VAA toegekend aan personeelsleden of bedrijfsleiders voor het privégebruik van de personenwagen.
* **40% regel:** Dit percentage bedraagt 40% indien de brandstofkosten van het persoonlijk verbruik ook (deels) ten laste van de vennootschap komen, conform artikel 198, 9°bis WIB 92. Dit percentage wordt berekend vóór aftrek van de eigen bijdrage en wordt toegepast op bedragen die via rekening courant of inhouding op het nettoloon worden aangerekend (inclusief btw).
> **Belangrijk:** Het bedrag van het VAA wordt eerst afgetrokken van de te beperken autokosten om de VU te berekenen.
#### 3.4.9 Meer- en minderwaarden op auto's
* **Meerwaarden:** Slechts het deel van de meerwaarde dat belastbaar is, wordt meegenomen in de berekening. Dit percentage is gekoppeld aan het percentage dat de auto fiscaal aftrekbaar is geweest. Het niet-belastbare deel verhoogt de belastbare reserves.
* **Minderwaarden:** Het niet-aftrekbare gedeelte van de minderwaarde wordt als verworpen uitgave beschouwd. Dit deel wordt berekend op basis van een rekenkundig gemiddelde van de afschrijvingen.
### 3.5 Niet-aftrekbare receptiekosten
Receptiekosten, gemaakt in het kader van de ontvangst van derden (externe relaties), zijn fiscaal slechts voor 50% aftrekbaar. Dit geldt ongeacht de locatie van de receptie of de specifieke reden. Het resterende deel van 50% wordt opgenomen als verworpen uitgave onder **Code 1207**.
**Uitzondering:** Receptiekosten zijn 100% aftrekbaar indien ze expliciet en afzonderlijk op de factuur worden vermeld en worden doorgerekend aan een derde.
### 3.6 Kosten van relatiegeschenken
Kosten van relatiegeschenken, gedefinieerd als uitgaven met een zekere waarde die periodiek of toevallig worden aangeboden in het kader van beroepsrelaties (bv. bloemen, pralines, doch niet de producten die de vennootschap zelf vervaardigt), zijn fiscaal voor 50% aftrekbaar. Het niet-aftrekbare deel van 50% wordt opgenomen als verworpen uitgave onder **Code 1207**.
#### 3.6.1 Uitzonderingen op de aftrekbeperking van relatiegeschenken
Bepaalde uitgaven die lijken op relatiegeschenken zijn volledig aftrekbaar:
* **Reclameartikelen:** Artikelen met een zeer grote verspreiding, geringe waarde, en met de naam en/of het logo van de vennootschap op een blijvende en opvallende wijze.
* **Stalen:** Gratis aan klanten/potentiële klanten gegeven kleine hoeveelheden om een product te testen.
* **Prijzen voor wedstrijden of tombola's:** Prijzen (in geld of natura) die worden toegekend in wedstrijden of loterijen waaraan alleen verbruikers kunnen deelnemen.
* **Toegang tot culturele en sportieve manifestaties:** Kosten van toegangskaarten en abonnementen, inclusief loges en business seats. Indien de vennootschap deze evenementen sponsort en in ruil toegangskaarten krijgt, zijn de sponsorkosten 100% aftrekbaar.
* **Promotieartikelen in het kader van een commerciële actie:** Geschenken die worden verstrekt bij een bepaald aankoopbedrag.
* **Doorgerekende kosten van relatiegeschenken:** Volledig aftrekbaar indien ze expliciet en afzonderlijk op de factuur worden vermeld en aan een derde worden doorgerekend.
#### 3.6.2 Relatiegeschenken en voordelen van alle aard (VAA)
Wanneer een relatiegeschenk wordt verstrekt aan een vrij beroeper, een zelfstandige handelaar of een vennootschap, moet, afhankelijk van de waarde, een fiche 281.50 worden opgesteld:
* **Relatiegeschenk > 250 euro (incl. btw) op jaarbasis:** Fiche 281.50 is vereist, en het geschenk is 100% aftrekbaar voor de vennootschap.
* **Relatiegeschenk ≤ 250 euro (incl. btw) op jaarbasis:** Geen fiche 281.50 nodig, en het geschenk is 50% aftrekbaar voor de vennootschap (50% in VU).
### 3.7 Niet-aftrekbare restaurantkosten
Restaurantkosten zijn fiscaal slechts voor 69% aftrekbaar. Het resterende deel van 31% wordt als verworpen uitgave opgenomen onder **Code 1208**. Dit geldt ook voor buitenlandse restaurantkosten.
Bewijsstukken zoals btw-bonnetjes, bankafschriften en bewijzen van de professionele reden (agenda, e-mail) zijn vereist.
#### 3.7.1 Uitzonderingen op de aftrekbeperking van restaurantkosten
Bepaalde restaurantkosten zijn volledig aftrekbaar:
* Kosten betaald door vertegenwoordigers van de voedingssector (artikel 53, 8°bis WIB 92).
* Kosten van sociale maaltijden voor personeel in een bedrijfsrestaurant (een deel kan echter niet aftrekbaar zijn als het een sociaal voordeel betreft).
* Restaurantkosten naar aanleiding van een personeelsfeest: Dit geldt voor welbepaalde dagen, maar de Minister van Financiën heeft bepaald dat eender welke dag per jaar acceptabel is.
* Forfaitaire vergoeding voor dienstreizen.
* Terugbetaling van werkelijke restaurantkosten tijdens buitenlandse zakenreizen (kost eigen aan de WG).
* Doorgerekende restaurantkosten: Volledig aftrekbaar indien expliciet en afzonderlijk vermeld op de factuur en doorberekend aan een derde.
#### 3.7.2 Restaurantkosten in het kader van business seats en loges
De huur van loges wordt beschouwd als publiciteitskosten en is 100% aftrekbaar indien de vennootschap kan aantonen dat het gaat om publiciteit. De restaurantkosten binnen deze loges volgen echter de algemene regel en zijn 69% aftrekbaar.
#### 3.7.3 Restaurantkosten in sterrenrestaurants
Een restaurantbezoek in een sterrenrestaurant op zich vormt geen probleem. Echter, een gedeelte van de kosten kan worden verworpen indien deze kosten op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen, conform artikel 53, 10° WIB 92.
### 3.8 Kosten van niet-specifieke beroepskledij
Enkel kosten van *specifieke* beroepskledij zijn fiscaal aftrekbaar. Dit omvat:
1. Reglementair opgelegde werkkleding.
2. Bijzondere kleding, aangepast aan de uitgeoefende bedrijvigheid en wegens de aard van het beroep verplicht, noodzakelijk of gebruikelijk.
Niet-specifieke beroepskledij (bv. gewone kleding die ook privé wordt gedragen) is in principe niet aftrekbaar als beroepskost en wordt opgenomen onder **Code 1209** als verworpen uitgave, tenzij het wordt toegekend als VAA aan de genieter (WN/BL), in welk geval het wel aftrekbaar is voor de vennootschap. De niet-aftrekbaarheid geldt wanneer er geen oorzakelijk verband is met de bedrijfsactiviteit of wanneer de kledij in de vennootschap blijft.
#### 3.8.1 Doorgerekende kosten van niet-specifieke kledijkosten
Net als bij andere kosten, zijn doorgerekende kosten van niet-specifieke kledijkosten volledig aftrekbaar indien ze expliciet en afzonderlijk op de factuur vermeld worden en aan een derde worden doorberekend.
### 3.9 Overdreven intresten
Intresten betaald aan belastingplichtigen zijn slechts aftrekbaar tot het marktconforme rentepercentage, conform artikel 55 WIB 92. Uitzonderingen hierop gelden voor intresten betaald aan financiële instellingen uit de EER (artikel 56 WIB 92). Het gedeelte van de intrest dat de marktrente overschrijdt, wordt als een verworpen uitgave opgenomen onder **Code 1210**.
De vennootschap moet aantonen dat de betaalde rente conform de marktrente is. De marktrente wordt bepaald op basis van de aard van het krediet, de financiële toestand van de ontlener, de looptijd van de lening en het leningsbedrag. Voor niet-hypothecaire leningen van onbepaalde duur wordt de vennootschap belast op de werkelijk verkregen inkomsten.
### 3.10 Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen
Abnormale of goedgunstige voordelen die door een vennootschap worden toegekend aan derden, leiden tot een winstcorrectie. Dit gebeurt wanneer een vennootschap overdreven kosten maakt of vrijwillig afziet van winsten. Voorbeelden hiervan zijn het toestaan van renteloze leningen, verkopen van goederen tegen te lage prijzen, of kosteloos ter beschikking stellen van activa.
Deze voordelen moeten worden toegevoegd aan de belastbare winst onder **Code 1212**, tenzij de vennootschap kan aantonen dat de voordelen bij de verkrijger belast worden. Dit geldt niet altijd voor buitenlandse voordelen, afhankelijk van de band met België en het belastingregime in het buitenland.
**De hoedanigheid van de verkrijger van het voordeel bepaalt de aftrekbaarheid:**
* **Genieter is een Belgische onderneming (vennootschap of zelfstandige) of de eigen werknemer/bedrijfsleider (BL) of diens naaste:** Geen opname in Code 1212, maar mogelijk wel als VAA bij de genieter.
* **Genieter is een derde natuurlijk persoon zonder beroepsrelatie of een Belgische rechtspersoon onderworpen aan de RPB:** Opname in Code 1212.
* **Buitenlandse genieters:** Opname in Code 1212 indien er een band van wederzijdse afhankelijkheid bestaat, of indien de genieter gevestigd is in een land met een aanzienlijk gunstiger belastingregime.
### 3.11 Sociale voordelen
Onbelangrijke voordelen die de werkgever (WG) met een sociaal oogmerk aan zijn werknemers (WN's)/bedrijfsleiders (BL's) verstrekt, zijn fiscaal niet aftrekbaar als beroepskosten en worden opgenomen onder **Code 1214** als verworpen uitgave. Voor de genietende WN/BL zijn deze voordelen echter altijd vrijgesteld.
Enkele voorbeelden van niet-aftrekbare sociale voordelen zijn:
* Geringe geschenken bij de geboorte van kinderen van personeelsleden (maximaal 50 euro, tenzij omstandigheden een hoger bedrag rechtvaardigen).
* Kosten van abonnementen of toegangskaarten voor culturele of sportieve evenementen die gratis worden uitgedeeld.
* Geringe eenmalige gelegenheidsgeschenken tot 500 euro.
* Kosten van gezelschapsreizen langer dan één dag voor het personeel.
Aftrekbare sociale voordelen omvatten:
* Kosten van gezelschapsreizen van maximaal één dag voor het personeel.
* Gratis koffie, thee, fruit, noten etc. tijdens de werkuren.
* Specifieke beroepsopleiding van personeelsleden.
* Restaurant- en receptiekosten voor een eenmalig personeelsfeest.
* Sociale maaltijden aan personeelsleden in het bedrijfsrestaurant, mits de eigen bijdrage van de werknemer voldoende hoog is.
* Huwelijkspremies tot maximaal 245 euro.
* Geschenken in natura, cash of waardebonnen onder bepaalde voorwaarden (zie hieronder).
**Geschenken in natura, cash of waardebonnen:**
Deze zijn 100% aftrekbaar en vrijgesteld als VAA indien ze aan specifieke voorwaarden voldoen:
* De toekenning gebeurt ter gelegenheid van 1 of meer feesten of jaarlijkse gebeurtenissen (maximaal 40 euro/jaar/WN).
* Bij de overhandiging van een eervolle onderscheiding (maximaal 120 euro/jaar/WN).
* Bij pensionering of brugpensionering (maximaal 40 euro/volledig dienstjaar).
De waardebonnen moeten "gewone" waardebonnen zijn. De vrijstelling bij de werknemer is niet gebonden aan het maximumbedrag van 40 euro; geschenken zijn vrijgesteld indien ze "gering" zijn (circa 50 euro per geschenk/gelegenheid, afhankelijk van de omstandigheden).
### 3.12 Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques
Maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques zijn in principe niet aftrekbaar als beroepskost en worden opgenomen onder **Code 1215** als verworpen uitgave. Er geldt echter een uitzondering van 2 euro per cheque voor de machthebbers (MC's) indien aan alle voorwaarden is voldaan.
Indien de voorwaarden niet worden voldaan, is het voordeel belastbaar als VAA voor de genietende werknemer/bedrijfsleider en is het voordeel wel aftrekbaar voor de vennootschap (met ficheverplichting).
### 3.13 Huur en vergoedingen voor een zakelijk gebruiksrecht op een onroerend goed
Huurvergoedingen voor een onroerend goed dat door de vennootschap wordt gehuurd, zijn niet aftrekbaar indien de bijlage 275 MLH ontbreekt, er geen facturering is, of wanneer de huur kosteloos gebeurt (registratie als privéhuur). Deze niet-aftrekbare kosten worden opgenomen onder **Code 1248**. Het doel van de bijlage 270 MLH is het verstrekken van informatie over de identiteit van de verhuurder en het onroerend goed.
### 3.14 Liberaliteiten
Alle giften en schenkingen zonder commerciële bedoelingen aan derden zijn niet aftrekbaar als beroepskost en worden opgenomen onder **Code 1216**. Hoewel er onder bepaalde voorwaarden mogelijkheden zijn om bepaalde giften fiscaal te verwijderen uit de winst, is de grens tussen publiciteit en liberaliteit in de praktijk niet altijd eenduidig.
### 3.15 Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen
Waardeverminderingen op aandelen zijn niet aftrekbaar als beroepskost, tenzij ze gerechtvaardigd zijn. Indien ze niet gerechtvaardigd zijn, worden ze belast als een onderschatting van het actief. Minderwaarden op aandelen zijn eveneens niet aftrekbaar.
### 3.16 Werknemersparticipaties en winstpremies
Winstpremies en werknemersparticipaties (bv. winstdeelname in het kapitaal, aandelen met stemrecht) zijn niet aftrekbaar als beroepskost en worden opgenomen onder **Code 1233**. Er geldt ook een algemeen aftrekverbod voor deze kosten. De maximale bruto loonmassa voor winstpremies bedraagt 30%, en voor werknemersparticipaties maximaal 10% van de totale brutoloonmassa en maximaal 20% van de winst na belastingen.
### 3.17 Minimumbelasting
Voor boekjaren die aanvangen vanaf 31 december 2023, moeten multinationals en omvangrijke binnenlandse groepen (met een geconsolideerde jaaromzet van ten minste 750 miljoen euro) een minimumvennootschapsbelasting van 15% betalen over hun winst in elk land waar ze actief zijn. Indien België niet ten minste 15% vennootschapsbelasting ontvangt, zal België bijheffen via een 'bijheffing'. Deze bijheffing (en eventuele verhogingen, kosten en nalatigheidsinteresten) is niet aftrekbaar en wordt opgenomen onder **Code 1249**.
### 3.18 Niet-verantwoorde kosten en verdoken meerwinsten
Niet-verantwoorde kosten die het voorwerp waren van een aanslag inzake geheime commissielonen (bv. fictieve facturen om sommen uit de vennootschap te onttrekken) en verdoken meerwinsten vastgesteld bij controle, worden opgenomen onder **Code 1225** als verworpen uitgaven.
### 3.19 Niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap (CFC)
De Controlled Foreign Company (CFC)-wetgeving is bedoeld om de niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap of vaste inrichting met een lage belastingdruk, toe te voegen aan de winst van de Belgische controlerende vennootschap. Indien aan de controle- en taxatievoorwaarden wordt voldaan en er geen vrijstelling mogelijk is, moet de winst van de CFC worden belast in België en opgenomen onder **Code 1238** als verworpen uitgave.
**CFC's omvatten:**
* Een door een Belgische vennootschap gecontroleerde buitenlandse vennootschap of buitenlandse vaste inrichting, gevestigd in een land met een lage belastingdruk.
* **Controlevoorwaarde:** De Belgische vennootschap moet minimaal 50% van de stemrechten, kapitaal of winstrechten bezitten.
* **Taxatievoorwaarde:** De buitenlandse vennootschap of inrichting is niet onderworpen aan een inkomstenbelasting, of is onderworpen aan een belastingdruk van minder dan 50% van de Belgische vennootschapsbelasting die verschuldigd zou zijn indien deze in België gevestigd was (minder dan 12,50% bij het Belgische tarief van 25%). Er is geen uitzondering voor EU-lidstaten. Lijsten van niet-coöperatieve rechtsgebieden en belastingparadijzen worden gehanteerd.
### 3.20 Andere verworpen uitgaven
Verschillende andere uitgaven zijn specifiek als niet-aftrekbaar aangemerkt en moeten als verworpen uitgave worden opgenomen:
* Kosten voor jacht, visvangst, yachten of andere pleziervaartuigen en lusthuizen (**Code 1239**).
* Kosten die op onredelijke wijze de beroepsbehoeften overtreffen (**Code 1239**).
* Intresten betaald aan belastingplichtigen in een belastingparadijs (**Code 1239**).
* Effectentaks (**Code 1239**).
---
# Sociale voordelen, pensioenen en werknemersparticipaties
Dit onderwerp behandelt de fiscale implicaties van diverse uitgaven, waaronder specifieke personeelsvoordelen, pensioenopbouw, werknemersparticipaties, en geschenken, evenals de regels rondom maaltijd-, sport- en ecocheques, en de aftrekbaarheid van autokosten.
## 4. Sociale voordelen, pensioenen en werknemersparticipaties
Dit hoofdstuk bespreekt verschillende uitgaven die in de vennootschapsbelasting al dan niet aftrekbaar zijn. Het focust op de fiscale behandeling van sociale voordelen, pensioenopbouw, werknemersparticipaties, en de specifieke regels voor maaltijd-, sport- en ecocheques. Ook autokosten en representatiekosten komen aan bod.
### 4.1 Niet-aftrekbare belastingen
Niet-aftrekbare belastingen worden beschouwd als verworpen uitgaven (VU) en verhogen het belastbaar resultaat. Dit betreft belastingen die in de boekhouding worden opgenomen onder rubriek 67 'Belastingen op het resultaat' en die het boekhoudkundig resultaat hebben verminderd.
* **Bedrijfsbelastingen** die fiscaal aftrekbaar zijn, vereisen geen correctie.
* **Niet-aftrekbare belastingen** die het boekhoudresultaat hebben verminderd, worden als VU opgenomen onder code 1201.
* **Gewestelijke belastingen, heffingen en retributies** zijn in principe niet aftrekbaar (Art. 198, §1, 5° WIB 92) en worden onder code 1202 als VU opgenomen. Voorbeelden hiervan zijn de onroerende voorheffing, verkeersbelasting, en de belasting op de inverkeerstelling. Vanaf 1 januari 2024 zijn bepaalde gewestelijke belastingen, zoals de heffing op vervuiling van oppervlaktewateren, niet meer aftrekbaar.
* **Geldboeten** opgelegd door de overheid, zowel administratieve als strafrechtelijke, zijn over het algemeen niet aftrekbaar (Art. 53, 6° WIB 92) en worden onder code 1203 als VU geboekt. Uitzonderingen hierop zijn contractuele schadevergoedingen, parkeerretributies, boetes als voordeel van alle aard, kostenbijdragen bij laattijdig neergelegde jaarrekeningen en belastingverhogingen m.b.t. onroerende voorheffing van professioneel gebruikte onroerende goederen.
* **Bijheffingen** in het kader van Pilar Two wetgeving, die van toepassing zijn indien een multinational of grote binnenlandse groep geen effectieve belasting van 15% betaalt, zijn niet aftrekbaar (Art. 198, §1, 18° WIB 92) en worden onder code 1249 opgenomen.
### 4.2 Niet-aftrekbare pensioenen, kapitalen, werkgeversbijdragen en -premies
De opbouw van een extra wettelijk pensioen door de vennootschap voor bedrijfsleiders (BL) en werknemers (WN) is aftrekbaar onder strikte voorwaarden (Art. 59 WIB 92).
* **Groepsverzekering of IPT (zelfstandig BL):** Indien een BL geen regelmatige en maandelijkse bezoldiging ontvangt, worden de door de vennootschap gestorte IPT-premies belast als voordeel van alle aard (VAA) voor de BL en als verworpen uitgave (VU) voor de vennootschap.
* **80%-grens:** De premiebetalingen voor groepsverzekeringen en IPT's zijn fiscaal beperkt tot een maximum van 80% van het jaarloon van de WN/BL, na aftrek van het wettelijk pensioen, rekening houdend met de loopbaan. Het gedeelte dat deze grens overschrijdt, is niet aftrekbaar en wordt als VU opgenomen onder code 1204. De aftrekbaarheid wordt gecontroleerd aan de hand van een specifieke formule:
$$ \text{Aftrekbaar percentage} = 120 - (0,5 \times \text{brandstofcoëfficiënt} \times \text{# g CO}_2/\text{km}) $$
met een minimum van 50% en een maximum van 100%. De brandstofcoëfficiënt varieert afhankelijk van het type motor.
### 4.3 Niet-aftrekbare autokosten
De aftrekbaarheid van kosten voor personenwagens is gekoppeld aan de CO2-uitstoot.
* **CO2-uitstoot ≥ 200 g/km:** Aftrekpercentage is 40%.
* **CO2-uitstoot < 200 g/km:** Aftrekpercentage wordt berekend met de gramformule.
* **Gramformule:**
$$ \text{Aftrek%} = 120 - (0,5 \times \text{brandstofcoëfficiënt} \times \text{# g CO}_2/\text{km}) $$
met een minimum van 50% en een maximum van 100%, afgerond op 1 decimaal. De brandstofcoëfficiënt is 1 voor diesel, 0,95 voor benzine (hybride), elektrisch, etc., en 0,9 voor CNG.
* **"Valse" plug-in hybrides:** Dit zijn plug-in hybrides met een batterijcapaciteit van minder dan 0,5 kWh per 100 kg wagengewicht of met een CO2-uitstoot van meer dan 50 g/km, aangekocht vanaf 1 januari 2018. Voor de berekening van het aftrekpercentage wordt de CO2-uitstoot van een vergelijkbaar niet-hybride model genomen, of de CO2-uitstoot van de hybride wagen maal 2,5 indien er geen vergelijkbaar model is.
* **Toekomstige aftrekbaarheid:**
* Vanaf 1 januari 2026 zijn de kostenaftrek voor personenwagens enkel nog mogelijk voor emissievrije wagens.
* Voor wagens aangekocht vóór 1 januari 2026 geldt een overgangsregeling. De datum van aankoop/huur/leasing is bepalend.
* Vanaf boekjaar 2026 wordt de aftrek voor wagens op fossiele brandstof (inclusief plug-in hybrides) geleidelijk afgebouwd, met 0% aftrek vanaf 1 januari 2026 voor wagens aangekocht vanaf die datum.
* Voor wagens zonder CO2-uitstootgegevens (elektrische wagens) geldt vanaf boekjaar 2026 0% aftrek.
* **Niet-geviseerde personenwagens:** Alle kosten die verband houden met het gebruik van het voertuig (afschrijvingen, verkeersbelasting, carwash, niet-aftrekbare btw, onderhoud, brandstof, vergoedingen voor laden, etc.) zijn onderworpen aan de aftrekbeperkingen.
* **Volledig aftrekbare autokosten:** Financieringskosten, mobilofoonkosten en kosten m.b.t. laadstations voor elektrische wagens (minimaal 5 jaar huur) zijn 100% aftrekbaar. Garagekosten of autostaanplaatsen die de vennootschap huurt of aankoopt voor de wagens van klanten en/of personeelsleden zijn eveneens 100% aftrekbaar, mits de eigen bedrijfswagens wel beperkt worden. Beroepsmatige taxikosten zijn 75% aftrekbaar.
* **Autokosten eigen aan de werkgever:** Vergoedingen die de vennootschap betaalt aan WN's/BL's voor beroepsmatige verplaatsingen met hun eigen wagen moeten ook beperkt worden. Het bedrag van het VAA toegekend aan personeelsleden of bedrijfsleiders voor het privégebruik van de personenwagen leidt tot een niet-aftrekbaar gedeelte van 17% van het VAA (code 1206). Dit percentage bedraagt 40% als de brandstofkosten van het persoonlijk verbruik ook (deels) ten laste van de vennootschap komen. Het bedrag van het VAA mag in mindering gebracht worden van de te beperken autokosten bij de berekening van de VU.
* **Meer- en minderwaarden op auto's:** Het niet-belastbaar gedeelte van een meerwaarde wordt toegevoegd aan de belastbare reserves. Een niet-aftrekbare minderwaarde wordt als VU behandeld. Het rekenkundig gemiddelde van de aftrekbare afschrijvingen wordt gebruikt om het belastbaar gedeelte van de meerwaarde te bepalen.
### 4.4 Verworpen uitgaven voor diverse kosten
Diverse andere uitgaven kunnen onder bepaalde omstandigheden als verworpen uitgaven worden beschouwd.
* **Niet-aftrekbare receptiekosten:** Kosten gelinkt aan de ontvangst van derden, zowel in het bedrijf als daarbuiten, zijn 50% aftrekbaar (code 1207). Indien deze kosten worden doorgerekend aan een derde, met duidelijke vermelding op de factuur, zijn ze 100% aftrekbaar.
* **Kosten van relatiegeschenken:** Relatiegeschenken zijn 50% aftrekbaar (code 1207), tenzij ze een zeer grote verspreiding kennen, een geringe waarde hebben, en het bedrijfslogo duidelijk vermelden, in welk geval ze 100% aftrekbaar zijn. Stalen, prijzen voor wedstrijden/tombola's, toegang tot culturele en sportieve manifestaties, en promotieartikelen in het kader van een commerciële actie zijn 100% aftrekbaar onder specifieke voorwaarden. Bij het verlenen van een relatiegeschenk aan een vrij beroeper, zelfstandige handelaar of vennootschap boven een bepaalde waarde (250 euro incl. btw op jaarbasis) dient een fiche 281.50 te worden opgesteld.
* **Niet-aftrekbare restaurantkosten:** Kosten voor restaurantbezoek zijn 69% aftrekbaar (code 1208). Uitzonderingen hierop zijn kosten voor vertegenwoordigers van de voedingssector, kosten van sociale maaltijden voor personeel in een bedrijfsrestaurant, restaurantkosten n.a.v. een personeelsfeest, forfaitaire vergoedingen voor dienstreizen en de terugbetaling van werkelijke restaurantkosten tijdens buitenlandse zakenreizen. Indien restaurantkosten worden doorgerekend aan een derde, zijn ze 100% aftrekbaar. Restaurantkosten in sterrenrestaurants kunnen deels verworpen worden als ze onredelijk de beroepsbehoeften overschrijden.
* **Kosten van niet-specifieke beroepskledij:** Alleen kosten van specifieke beroepskledij (reglementair opgelegd of aangepast aan de aard van het beroep) zijn fiscaal aftrekbaar. Niet-specifieke beroepskledij is een VU (code 1209), tenzij het als VAA wordt aangerekend bij de genieter.
* **Overdreven intresten:** Intresten betaald aan verbonden ondernemingen zijn slechts aftrekbaar tot de marktrente (Art. 55 WIB 92), behalve indien betaald aan financiële instellingen uit de EER (Art. 56 WIB 92). Het gedeelte van de intrest boven de marktrente is een VU (code 1210).
* **Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen:** Dit zijn voordelen die geen tegenprestatie ontvangen (goedgunstig) of die indruisen tegen de normale gang van zaken (abnormaal), zoals renteloze leningen of verkopen tegen te lage prijzen. Deze voordelen worden als VU (code 1212) beschouwd, tenzij de verstrekker kan aantonen dat de voordelen bij de verkrijger belast worden. Bepaalde buitenlandse transacties met verbonden buitenlandse ondernemingen of ondernemingen in belastingparadijzen leiden echter altijd tot een winstcorrectie.
* **Sociale voordelen:** Bepaalde sociale voordelen, zoals anciënniteitspremies, geringe geschenken bij geboorte of huwelijk, kosten van kinderopvang, en gezelschapsreizen, zijn niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1214), maar zijn wel vrijgesteld bij de genieter (WN/BL). Andere sociale voordelen, zoals gratis koffie/thee, specifieke beroepsopleidingen, en restaurantkosten n.a.v. personeelsfeesten, zijn wel aftrekbaar. Geschenken in natura, cash of waardebonnen zijn vrijgesteld als ze gering zijn (ongeveer 50 euro/geschenk/gelegenheid) en niet meer dan 4 keer per jaar worden toegekend (tot 40 euro/jaar/WN) of bij gelegenheid van een eervolle onderscheiding (tot 120 euro/jaar/WN).
* **Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques:** Deze zijn over het algemeen niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1215), tenzij voldaan is aan specifieke voorwaarden. Indien de voorwaarden niet voldaan zijn, worden ze wel als VAA bij de genieter belast en zijn ze aftrekbaar voor de vennootschap.
* **Huur en vergoedingen voor een zakelijk gebruiksrecht op een onroerend goed:** Huurvergoedingen zijn niet aftrekbaar bij gebrek aan een bijlage 270 MLH bij de aangifte of gebrek aan facturering (code 1248).
* **Liberaliteiten:** Giften en schenkingen zonder commerciële bedoelingen aan derden zijn niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1216).
* **Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen:** Niet-gerechtvaardigde waardeverminderingen zijn niet aftrekbaar.
* **Werknemersparticipaties en winstpremies:** Winstpremies en winstdelname van werknemers in het kapitaal van de vennootschap zijn niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1233), met maximale percentages gerelateerd aan de brutoloonmassa en de winst na belastingen.
* **Niet-uitgekeerde winst van een gecontroleerde buitenlandse vennootschap (CFC):** Winsten van buitenlandse vennootschappen die onderworpen zijn aan een lage belastingdruk kunnen worden toegevoegd aan het belastbaar resultaat van de Belgische controlerende vennootschap (code 1238). Dit is van toepassing als aan controle- en taxatievoorwaarden is voldaan.
* **Andere verworpen uitgaven:** Kosten voor jachten, pleziervaartuigen en lusthuizen, kosten die onredelijk de beroepsbehoeften overschrijden, intresten betaald aan belastingplichtigen in een belastingparadijs en de effectentaks zijn niet aftrekbaar (code 1239).
### 4.5 Pensioenopbouw
De opbouw van extra wettelijk pensioen door de vennootschap voor bedrijfsleiders en werknemers is aftrekbaar onder strikte voorwaarden (Art. 59 WIB 92). De bijdragen zijn fiscaal beperkt door de 80%-grens, die het toekomstige pensioenplafond definieert.
### 4.6 Werknemersparticipaties en winstpremies
Werknemersparticipaties, zoals winstdeling in het kapitaal van de vennootschap (aandelen met stemrecht), zijn niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1233). Er gelden maximale percentages ten opzichte van de brutoloonmassa en de winst na belastingen.
### 4.7 Maaltijd-, sport- en ecocheques
Voordelen uit maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques zijn over het algemeen niet aftrekbaar als beroepskost (VU, code 1215). Indien de specifieke voorwaarden niet voldaan zijn, worden deze voordelen wel als voordeel van alle aard bij de genieter belast en zijn ze aftrekbaar voor de vennootschap.
### 4.8 Fiscale gevolgen van meer- en minderwaarden op activa
Bij de realisatie van meerwaarden op bepaalde activa, zoals auto's, is een deel van de meerwaarde fiscaal vrijgesteld en wordt het resterende belastbare deel toegevoegd aan de winst van de vennootschap. Minderwaarden die niet aftrekbaar zijn, worden als verworpen uitgaven beschouwd.
### 4.9 Belang van documentatie en bewijsvoering
Voor de aftrekbaarheid van kosten is het cruciaal om de echtheid, het bedrag en de aard van de uitgaven correct te documenteren. Bij gebrek hieraan of bij het niet voldoen aan specifieke wettelijke voorwaarden, kunnen uitgaven als niet-aftrekbaar worden beschouwd en leiden tot verworpen uitgaven.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Verworpen uitgaven (VU) | Uitgaven die de vennootschapsbelasting niet mogen verminderen en daarom bij de belastbare winst worden opgeteld. |
| Aftrekbare beroepskost | Kosten die gemaakt zijn om belastbare inkomsten te verkrijgen of te behouden, en waarvoor de echtheid en het bedrag verantwoord kunnen worden. |
| Fiscaal niet-aftrekbaar | Een uitgave die niet in mindering mag worden gebracht van de belastbare winst. |
| Belastbare reserves | Reserves die onder bepaalde voorwaarden tot de belastbare winst van een vennootschap worden gerekend. |
| Niet-aftrekbare belastingen | Belastingen die niet fiscaal aftrekbaar zijn als beroepskost. Voorbeelden zijn de bijheffing onder de Pillar Two-wetgeving en bepaalde gewestelijke belastingen. |
| Roerende voorheffing (RV) | Een inhouding op bepaalde inkomsten, zoals dividenden, die door de vennootschap wordt ingehouden en doorgestort aan de fiscus. |
| Gewestelijke belastingen | Belastingen die door de gewesten worden toegepast op basis van hun eigen fiscale bevoegdheden, waarvan sommige niet aftrekbaar zijn. |
| Geldboeten | Strafrechtelijke of administratieve sancties die niet fiscaal aftrekbaar zijn als beroepskost. |
| Contractuele schadevergoedingen | Vergoedingen die worden betaald als gevolg van een contractuele tekortkoming en waarvan de aftrekbaarheid afhankelijk is van de omstandigheden. |
| Groepsverzekering | Een collectieve verzekering die door de werkgever wordt afgesloten voor zijn werknemers, waarbij de premies onder bepaalde voorwaarden fiscaal beperkt aftrekbaar zijn. |
| IPT (Individuele Pensioentoezegging) | Een pensioenregeling voor zelfstandigen, waarbij de gestorte premies fiscaal aftrekbaar kunnen zijn onder strikte voorwaarden. |
| 80%-grens | Een limiet voor de aftrekbaarheid van pensioenopbouw, waarbij de toekomstige pensioenuitkering maximaal 80% van het jaarloon mag bedragen. |
| Gramformule | Een formule die wordt gebruikt om het aftrekpercentage van autokosten te bepalen, gebaseerd op de CO2-uitstoot van het voertuig. |
| Valse plug-in hybride | Een plug-in hybride wagen die niet voldoet aan specifieke criteria voor batterijcapaciteit of CO2-uitstoot, waardoor een aangepaste berekening van het aftrekpercentage geldt. |
| Emissievrije wagens | Voertuigen die geen schadelijke stoffen uitstoten tijdens het gebruik, zoals elektrische wagens. Vanaf 2026 zijn alleen deze wagens volledig aftrekbaar. |
| VAA (Voordeel Alle Aard) | Een voordeel dat een werknemer of bedrijfsleider ontvangt van de werkgever en dat belastbaar is als inkomen voor de genieter. |
| Eigen bijdrage | Een bedrag dat de werknemer of bedrijfsleider betaalt voor het privégebruik van een bedrijfswagen, wat de aftrekbaarheid voor de vennootschap kan beïnvloeden. |
| Meer- en minderwaarden | Winsten of verliezen die voortkomen uit de verkoop van activa. Het deel van de meerwaarde dat niet belast wordt, kan leiden tot een verhoging van de belastbare reserves, terwijl niet-aftrekbare minderwaarden als verworpen uitgaven worden beschouwd. |
| Solidariteitsbijdrage | Een forfaitaire taks die vennootschappen betalen wanneer bedrijfswagens privé worden gebruikt. Deze bijdrage wordt beschouwd als een personeelskost en is aftrekbaar. |
| CO2-taks op firmawagens | Een taks die wordt geheven op bedrijfswagens op basis van hun CO2-uitstoot. |
| Vergoeding thuis opladen | De terugbetaling door de werkgever van elektriciteitskosten voor het opladen van elektrische of hybride wagens thuis, onder bepaalde voorwaarden. |
| Kosten van receptie | Uitgaven die worden gemaakt in het kader van de ontvangst van externe relaties, waarvan 50% aftrekbaar is. |
| Kosten van relatiegeschenken | Uitgaven voor geschenken die worden aangeboden in het kader van beroepsrelaties, waarvan 50% aftrekbaar is, tenzij het gaat om reclameartikelen of stalen. |
| Reclameartikelen | Artikelen met een naam en/of logo die gratis aan klanten worden verstrekt met het oog op reclame, en die 100% aftrekbaar zijn. |
| Stalen | Proefexemplaren van producten die gratis aan klanten worden verstrekt om het product te testen, en die 100% aftrekbaar zijn. |
| Kosten van restaurant | Uitgaven voor maaltijden in restaurants in het kader van de beroepsuitoefening, waarvan 69% aftrekbaar is. |
| Kosten van specifieke beroepskledij | Kledij die reglementair verplicht is of noodzakelijk is voor de aard van het beroep, en die fiscaal aftrekbaar is. |
| Overdreven intresten | Intresten die betaald worden tegen een rentevoet die hoger is dan de marktrente, waardoor het gedeelte boven de marktrente niet aftrekbaar is. |
| Marktrente | De rente die in vergelijkbare omstandigheden door onafhankelijke partijen zou worden overeengekomen. |
| Toegekende abnormale of goedgunstige voordelen | Voordelen die door een vennootschap worden verstrekt zonder tegenprestatie of tegen een onredelijk lage prijs, en die in principe worden toegevoegd aan de belastbare winst. |
| Afwijkingsclausule | Een bepaling die kan leiden tot niet-belasting van toegekende abnormale of goedgunstige voordelen, indien aangetoond kan worden dat deze bij de verkrijger belast worden. |
| Sociale voordelen | Voordelen die de werkgever verstrekt aan werknemers met een sociaal oogmerk en die, onder bepaalde voorwaarden, fiscaal niet-aftrekbaar zijn voor de vennootschap maar vrijgesteld bij de werknemer. |
| Maaltijd-, sport-, cultuur- of ecocheques | Bonnen die werknemers kunnen gebruiken voor maaltijden, sport- of culturele activiteiten, of voor milieuvriendelijke aankopen. Hun aftrekbaarheid is beperkt. |
| Huurvergoedingen voor zakelijk gebruiksrecht op onroerend goed | Betalingen voor het gebruik van een onroerend goed voor zakelijke doeleinden, waarvan de aftrekbaarheid afhankelijk is van het verstrekken van de juiste documentatie. |
| Liberaliteiten | Giften en schenkingen zonder commerciële bedoeling aan derden, die in principe niet aftrekbaar zijn als beroepskost. |
| Waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen | Boekhoudkundige aanpassingen voor een daling in waarde of een verlies op aandelenbezit. Niet-gerechtvaardigde waardeverminderingen worden belast. |
| Werknemersparticipaties en winstpremies | Regelingen waarbij werknemers deelnemen aan het kapitaal van de vennootschap of winst ontvangen. Deze zijn niet aftrekbaar als beroepskost. |
| Gewestelijke premies en kapitaal- en intrestsubsidies | Financiële steun van gewesten die bij terugbetaling of niet-naleving van voorwaarden tot een verhoging van de belastbare reserves kunnen leiden. |
| Minimumbelasting | Een regel die vereist dat multinationals een minimaal vennootschapsbelastingtarief betalen, met een mogelijke bijheffing indien dit tarief niet wordt gehaald. |
| Niet-verantwoorde kosten en verdoken meerwinsten | Kosten die niet kunnen worden verantwoord of winsten die verborgen worden gehouden, die bij controle als verworpen uitgaven worden aangemerkt. |
| Gecontroleerde buitenlandse vennootschap (CFC) | Een buitenlandse vennootschap of vaste inrichting die door een Belgische vennootschap wordt gecontroleerd en die in een land met een lage belastingdruk actief is. Niet-uitgekeerde winsten kunnen worden toegevoegd aan de winst van de Belgische vennootschap. |
| Lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden | Een lijst van landen die als belastingparadijzen worden beschouwd en waarvoor specifieke fiscale regels gelden. |
| Kosten van jacht, visvangst, etc. | Uitgaven voor pleziervaartuigen en lusthuizen die de beroepsbehoeften te boven gaan en niet aftrekbaar zijn. |
| Effectentaks | Een taks op aandelenbezit die niet aftrekbaar is. |
| Muziekrechten | Rechten die betaald worden voor het gebruik van muziek en die onder bepaalde voorwaarden niet aftrekbaar kunnen zijn. |
| Huur en vergoedingen voor een zakelijk gebruiksrecht op een onroerend goed | Betalingen voor het gebruik van onroerend goed die niet aftrekbaar zijn bij gebrek aan de vereiste documentatie. |