Cover
Empieza ahora gratis 1AT 2 Wentellagers - Ppt in.pdf
Summary
# Inleiding tot wrijving en lagertypes
Dit onderwerp introduceert het concept van wrijving, de bijbehorende formules, en de positieve en negatieve effecten ervan in de werktuigbouwkunde en voertuigtechnologie, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen glijlagers en wentellagers.
### 1.1 Wrijving
Wrijving is het natuurkundige verschijnsel dat de weerstand aanduidt die optreedt wanneer twee oppervlakken langs elkaar schuiven (schuifwrijving) of rollen (rolwrijving) onder invloed van een druk. Dit proces kan leiden tot zowel vormverandering als warmteproductie [2](#page=2).
#### 1.1.1 Grootte van de wrijvingskracht
De grootte van de wrijvingskracht ($F_w$) wordt berekend met de volgende formule [3](#page=3):
$F_w = \mu_w \cdot F_n$
Waarbij:
* $F_w$ staat voor de wrijvingskracht [3](#page=3).
* $F_n$ staat voor de normaalkracht, de kracht die loodrecht op het oppervlak werkt [3](#page=3).
* $\mu_w$ is de wrijvingscoëfficiënt, die de mate van wrijving tussen de twee oppervlakken bepaalt [3](#page=3).
> **Tip:** De wrijvingscoëfficiënt ($\mu_w$) is een dimensieloze grootheid die afhankelijk is van de aard van de oppervlakken die met elkaar in contact komen [3](#page=3).
#### 1.1.2 Wrijving in de werktuigbouw en voertuigtechnologie
Wrijving kan zowel gunstige als ongunstige gevolgen hebben binnen de werktuigbouwkunde en voertuigtechnologie [4](#page=4).
**Gunstige gevolgen van wrijving omvatten:**
* Aandrijving en trekkracht, zoals de grip van banden op het wegdek [4](#page=4).
* De werking van koppelingen [4](#page=4).
* Het remmen van voertuigen en machines [4](#page=4).
* Het borgen van boutverbindingen [4](#page=4).
* Het stabiliseren van ladingen [4](#page=4).
**Ongunstige gevolgen van wrijving omvatten:**
* Slijtage van onderdelen [4](#page=4).
* Het veroorzaken van trillingen [4](#page=4).
* Het genereren van lawaai [4](#page=4).
* Overmatige opwarming van componenten [4](#page=4).
* Energieverlies, wat leidt tot een lager rendement [4](#page=4).
#### 1.1.3 Glijlagers of wentellagers
Om de wrijving tussen twee relatief bewegende onderdelen significant te verminderen, worden glijlagers of wentellagers toegepast. Beide lagertypes hebben hun eigen specifieke voordelen en nadelen [5](#page=5).
**Voorbeelden van glijlagers zijn:**
* Nokkenaslagers en krukaslagers [7](#page=7).
* Turbo glijlagers [7](#page=7).
**Voorbeelden van wentellagers worden elders in de cursus behandeld.** [7](#page=7).
> **Tip:** Het kiezen tussen een glijlager en een wentellager hangt af van de specifieke toepassing, de vereiste levensduur, de belastingsomstandigheden, de snelheid en de kosten [5](#page=5).
---
# Definitie, ontstaan en samenstelling van wentellagers
Dit gedeelte behandelt de definitie, historische ontwikkeling en de samenstellende onderdelen van wentellagers.
### 2.1 Definitie van wentellagers
Een wentellager is een type asondersteuning dat gebruikmaakt van wentellichamen, zoals bolletjes of rolletjes, die zich bevinden tussen een bewegende en een stilstaande ring [10](#page=10).
### 2.2 Ontstaan van wentellagers
Het principe van het verminderen van wrijving door middel van smering is reeds zeer oud. De Egyptenaren pasten al in 1400 v.Chr. een mengsel van dierenvet en calciumzeep toe om de wielen van hun strijdwagens te smeren. Tijdens de regeerperiode van de Romeinse keizer Caligula (40 na Chr.) werd een primitief houten taatslager met bronzen kogels gebruikt voor een draaiende tafel [11](#page=11).
Met de opkomst van de fietsindustrie rond 1870 ontstond er een grote vraag naar lagers met minimale wrijving. Dit leidde tot de ontwikkeling van het kogellager in zijn basale vorm, met kogels tussen loopbanen die in de as en de naaf waren gefreesd [12](#page=12).
Een belangrijke ontwikkeling vond plaats rond 1906, toen de Zweedse ingenieur Sven Wingquist de eerste zelfrichtende kogellager met een dubbele rij kogels uitvond. Wingquist was medeoprichter van SKF (Svenska Kullagerfabriken AB), dat sindsdien is uitgegroeid tot de grootste producent van kogellagers wereldwijd. De groeiende automobielindustrie creëerde vervolgens de behoefte aan verwisselbare standaardonderdelen, waaronder kogellagers. Vanuit de auto-industrie vonden wentellagers al snel hun weg naar diverse toepassingen in de machine-industrie [13](#page=13).
### 2.3 Samenstelling van wentellagers
Wentellagers kunnen constructief worden onderverdeeld in lagers die primair radiale krachten opvangen (radiale lagers) en lagers die ontworpen zijn voor het dragen van aanzienlijke axiale belastingen (axiale lagers) [14](#page=14).
 [15](#page=15).
 [16](#page=16).
Een wentellager bestaat principieel uit vier hoofdcomponenten [14](#page=14):
#### 2.3.1 Ringen
De ringen, ook wel loopbanen genoemd, worden vervaardigd uit hoogwaardig staal dat gehard en nauwkeurig geslepen is. Deze ringen zijn voorzien van specifieke loopbanen die exact zijn aangepast aan de vorm van de wentellichamen [18](#page=18).
#### 2.3.2 Wentellichamen
De wentellichamen zijn de elementen die tussen de ringen rollen en zo de wrijving verminderen. Deze kunnen bestaan uit:
* **Stalen wentellichamen:** Deze worden eveneens uit kwaliteitsstaal vervaardigd, gehard en zeer nauwkeurig geslepen [19](#page=19).
* Voor lichte tot middelmatige belastingen worden **kogels** gebruikt, die een puntcontact met de loopbanen hebben [19](#page=19).
* Voor zwaardere belastingen worden **rollen** toegepast, die een lijncontact realiseren. Deze rollen kunnen cilindervormig, tonvormig of kegelvormig zijn [19](#page=19).
* **Keramische kogels:** Deze bieden voordelen zoals hogere snelheden, langere levensduur, minder onderhoud en verbeterde prestaties, met name in veeleisende toepassingen. Keramische kogels zijn extreem hard, maar niet taai. Hoewel duurder dan stalen kogels, rechtvaardigen hun prestaties hun gebruik in high-performance toepassingen zoals turbines, racefietsen, elektrische motoren en precisieapparatuur [19](#page=19).
#### 2.3.3 Kooi
De kooi is een essentieel onderdeel dat vervaardigd kan worden uit materialen zoals zacht staal, messing, gietijzer, lichtmetaal of kunststof. De kooi heeft meerdere functies [20](#page=20):
* Het scheiden van de wentellichamen om onderlinge afstand te garanderen [20](#page=20).
* Het gelijkmatig verdelen van de wentellichamen, wat leidt tot een uniforme belastingsoverdracht [20](#page=20).
* Het bij elkaar houden van de wentellichamen in lagers die uit elkaar genomen kunnen worden [20](#page=20).
#### 2.3.4 Afmetingen
De vorm, afmetingen en toleranties van wentellagers zijn internationaal gestandaardiseerd [21](#page=21).
De hoofdafmetingen van een radiaal lager zijn de buitendiameter $D$, de boringdiameter $d$ en de breedte $B$ [21](#page=21).
Voor axiale lagers zijn de hoofdafmetingen de buitendiameter $D$, de boringdiameter $d$ en de hoogte $H$ [21](#page=21).
Lagers worden primair gecategoriseerd op basis van hun boringdiameter $d$ [21](#page=21).
---
# Soorten wentellagers en hun toepassingen
Deze sectie bespreekt de tien meest voorkomende soorten wentellagers, hun belastbaarheid, factoren voor selectie en identificatie via ISO-nummers [22](#page=22).
### 3.1 De tien meest voorkomende soorten wentellagers en hun mogelijke lagerbelasting
De mogelijke lagerbelasting wordt aangegeven met:
* geringe lagerbelasting [22](#page=22).
* middelzware lagerbelasting [22](#page=22).
* zware lagerbelasting [22](#page=22).
#### 3.1.1 Eénrijige groefkogellagers
De éénrijige groefkogellager is het meest gangbare type wentellager en is primair ontworpen voor het opnemen van radiale belastingen. Door de constructie kunnen deze lagers ook beperkte axiale belastingen weerstaan [23](#page=23).
#### 3.1.2 Zelfinstellende tweerijige kogellagers
Deze lagers hebben een binnenring met twee loopgroeven en een buitenring met een kogelvormig loopvlak, wat zelfinstelling mogelijk maakt. Ze zijn geschikt voor toepassingen waar asdoorbuigingen of uitlijnfouten kunnen optreden. Naast radiale belastingen kunnen ze ook geringe axiale belastingen opnemen [24](#page=24).
#### 3.1.3 Eenrijige hoekcontactlagers
Eenrijige hoekcontactlagers kunnen tegelijkertijd radiale en eenzijdige axiale belastingen opnemen. Bij een zuiver radiale belasting ontstaat echter een axiale kracht die gecompenseerd dient te worden. Vaak worden deze lagers in paren gemonteerd, bijvoorbeeld in een O- of X-configuratie [25](#page=25).
#### 3.1.4 Tweerijige hoekcontactlagers
Deze lagers zijn geschikt voor zowel radiale als tweezijdige axiale belastingen. In tegenstelling tot de eenrijige variant, heffen de axiale krachten van beide kogelrijen elkaar op wanneer alleen een radiale belasting aanwezig is [26](#page=26).
#### 3.1.5 Tweerijige zelfinstellende tonlagers
Met een kogelvormig loopvlak in de buitenring en twee spoorkragen op de binnenring, kunnen deze lagers zich aanpassen aan uitlijnfouten en asdoorbuigingen. Ze kunnen aanzienlijke radiale en vrij grote axiale belastingen opnemen [27](#page=27).
#### 3.1.6 Eenrijige cilinderrollagers
Eenrijige cilinderrollagers bestaan uit massieve binnen- en buitenringen, waarvan er één of twee spoorkransen heeft voor het geleiden van de rollen. Deze constructie maakt een afzonderlijke montage van de binnen- en buitenring mogelijk. Ze zijn geschikt voor hoge radiale belastingen bij hoge toerentallen [28](#page=28).
#### 3.1.7 Kegellagers
Dankzij hun conische loopbanen zijn kegellagers uitermate geschikt voor het opnemen van hoge radiale en eenzijdige axiale belastingen. De buitenring kan gescheiden worden gemonteerd van de binnenring met rollen en kooi. Bij een radiale belasting ontstaat een axiale kracht die gecompenseerd moet worden, bijvoorbeeld door een spiegelbeeldige montage van een tweede lager [29](#page=29).
#### 3.1.8 Kogeltaatslagers
Kogeltaatslagers zijn specifiek ontworpen voor het opnemen van axiale belastingen. Ze bestaan uit een asschijf, een huisschijf en een kogelkrans. Deze lagers zijn verkrijgbaar in eenzijdig en tweezijdig werkende varianten [30](#page=30).
#### 3.1.9 Zelfinstellende kogeltaatslagers
Deze variant kan kleine uitlijnfouten compenseren door de kogelvormige huisschijven. Ze zijn beschikbaar in eenzijdig en tweezijdig werkende uitvoeringen. Bij de tweezijdige variant moeten de huisringen radiaal verschuifbaar zijn [31](#page=31).
#### 3.1.10 Naaldlagers
Naaldlagers bieden een voordeel door hun minimale radiale afmetingen in vergelijking met cilinderrollagers. Ze zijn uitsluitend geschikt voor radiale belastingen en kunnen met of zonder binnenring worden toegepast [32](#page=32).
### 3.2 Keuze van het lagertype
De keuze van het juiste lagertype is afhankelijk van diverse factoren [33](#page=33) [34](#page=34).
#### 3.2.1 Factoren om rekening mee te houden
Belangrijke factoren bij de selectie van een lagertype zijn onder andere:
* **Grootte van de belasting:** Kogellagers zijn geschikt voor matige belastingen, terwijl rollagers worden toegepast bij zware belastingen [33](#page=33).
* **Richting van de belasting:** Cilinderlagers nemen enkel radiale belastingen op, kogeltaatslagers enkel axiale belastingen, en andere lagertypes kunnen gecombineerde belastingen aan [33](#page=33).
* **Toerental:** Dit wordt doorgaans bepaald aan de hand van lagertabellen [34](#page=34).
* **Montage en demontage:** Het gemak van installatie en verwijdering [34](#page=34).
* **Scheefstelling:** De mate van mogelijke uitlijnfouten [34](#page=34).
* **Axiale verschuifbaarheid:** De mogelijkheid voor axiale beweging [34](#page=34).
* **Inbouwruimte:** Naaldlagers zijn bijvoorbeeld geschikt voor beperkte inbouwruimtes [34](#page=34).
* **Nauwkeurigheid en stijfheid:** De vereiste precisie en weerstand tegen vervorming [34](#page=34).
* **Geluid:** De geluidsproductie van het lager [34](#page=34).
* **Prijs:** De kosten van het lager [34](#page=34).
#### 3.2.2 Aanduiding (identificatie) van een wentellager
Elk wentellager wordt geïdentificeerd met een genormaliseerd ISO-nummer dat door de fabrikant op het lager wordt aangebracht [35](#page=35).
##### 3.2.2.1 Basisaanduidingen
Een basisaanduiding bestaat uit een reeks cijfers en/of letters die het lagertype, de buitenmiddellijn en de inwendige diameter specificeren [36](#page=36).
* **Voorbeeld:** Lager 6205 [36](#page=36).
* De '6' geeft een eenrijig groefkogellager aan [36](#page=36).
* De '2' relateert aan de buitenmiddellijn [36](#page=36).
* De '05' duidt op een inwendige diameter van 25 mm ($05 \times 5$ mm) [36](#page=36).
##### 3.2.2.2 Lagertypes volgens ISO
De ISO-standaard definieert lagertypes met een cijfer of letter. Enkele voorbeelden [37](#page=37) [38](#page=38):
* '0': Tweerijige hoekcontact kogellagers [37](#page=37).
* '1': Tweerijige zelfinstellende kogellagers [37](#page=37).
* '2': Tweerijige tonlagers en tontaatslagers [37](#page=37).
* '3': Kegellagers [37](#page=37).
* '4': Tweerijige groefkogellagers [37](#page=37).
* '5': Kogeltaatslagers [37](#page=37).
* '6': Eenrijige groefkogellagers [37](#page=37).
* '7': Hoekcontact kogellagers [37](#page=37).
* '8': Cilindertaatslagers [37](#page=37).
* 'C': Carblagers [37](#page=37).
* 'N': Cilinderlagers [37](#page=37).
* 'Q J': Vierpuntslagers [37](#page=37).
##### 3.2.2.3 Lagergegevens
In lagertabellen, zoals die van lagerfabrikanten, vindt men alle productgegevens terug, waaronder nummer, afmetingen, draaggetal (maat voor toegelaten belasting), en toegelaten toerentallen [41](#page=41).
##### 3.2.2.4 Oefeningen met lagernummers
Voorbeelden van het bepalen van lagertypes en binnendiameters [42](#page=42) [43](#page=43) [54](#page=54).
* **Opgave 1:** Lager 32303 [42](#page=42).
* **Opgave 2:** Lager 6218 [43](#page=43).
* **Oefening:** Bepaal type en binnendiameter van 6008, 6008-2RS1, 3207A, NU 230 ECM [54](#page=54).
#### 3.2.3 Hulpaanduidingen
Naast de basisaanduiding kunnen voor- en achtervoegsels aanvullende informatie geven over lageronderdelen of varianten [44](#page=44) [45](#page=45).
* **Voorvoegsels (Prefix):** Geven specifieke lageronderdelen aan, bijvoorbeeld 'WS' voor een asring van een cilindertaatslager [44](#page=44).
* **Achtervoegsels (Suffix):** Geven varianten aan met betrekking tot:
* **Inwendige constructie:** Bijvoorbeeld 'K' voor een conische boring (1:12) [45](#page=45).
* **Lagerspeling:** Bijvoorbeeld 'C3' voor een grotere speling dan normaal [45](#page=45).
* **Kooi:** Bijvoorbeeld 'M' voor een massieve messing kooi [45](#page=45).
* **Nauwkeurigheid:** Bijvoorbeeld 'P6' voor ISO-tolerantieklasse 6 [45](#page=45).
* **Afdichtingen:** Bijvoorbeeld '2Z' voor metalen beschermplaatjes aan beide zijden [45](#page=45).
> **Tip:** Bij de aanduiding van zowel speling als nauwkeurigheid, valt de 'C' weg. Bijvoorbeeld, 'P63' staat voor nauwkeurigheid P6 en speling C3 [50](#page=50).
### 3.3 Bijzonderheden bij de uitvoering
#### 3.3.1 Boring
Standaard is de boring cilindrisch en wordt het lager met een aangepaste passing op de as gemonteerd. De boring kan echter ook conisch zijn, waardoor montage op een conische astap of een cilindrische as met een trek- of drukbus plaatsvindt [46](#page=46) [47](#page=47).
#### 3.3.3 Lagerspeling
Lagerspeling is de afstand waarmee de ene lagerring ten opzichte van de andere kan worden verplaatst. Dit kan radiaal (radiale speling) of axiaal (axiale speling) zijn [48](#page=48).
#### 3.3.4 Nauwkeurigheid
Lagers worden standaard met een bepaalde nauwkeurigheid geproduceerd. Voor speciale toepassingen zijn er lagers met een hogere nauwkeurigheid (maat-, vorm- en loopnauwkeurigheid) beschikbaar, aangeduid met:
* P6: grote nauwkeurigheid [50](#page=50).
* P5: zeer grote nauwkeurigheid [50](#page=50).
* SP: speciale precisie [50](#page=50).
* UP: ultra precisie [50](#page=50).
#### 3.3.5 Afdichtingen
Afdichtingen kunnen zowel extern aangebracht worden als ingebouwd zijn in het lager [52](#page=52).
* **Ingebouwde afdichtingen:** Groefkogellagers en zelfinstellende kogellagers kunnen voorzien worden van stofplaatjes of rubber afdichtingen.
* **Aanduidingen:**
* Z: plaatijzeren schijfje aan één zijde [52](#page=52).
* 2Z: plaatijzeren schijfjes aan beide zijden [52](#page=52).
* RS: rubber afdichting aan één zijde [52](#page=52).
* 2RS: rubber afdichting aan beide zijden [52](#page=52).
* Deze lagers worden gesmeerd geleverd [52](#page=52).
### 3.4 Wentellagers toegepast in voertuigen
Wentellagers vinden brede toepassing in voertuigen, onder andere in:
* Wiellagers [55](#page=55).
* Lagers in versnellingsbakken [55](#page=55) [66](#page=66).
* Lagers in differentiëlen [55](#page=55) [70](#page=70).
* Lagers in alternatoren [55](#page=55) [71](#page=71).
* Toplager bij Mc Pherson veerpoot [55](#page=55) [72](#page=72).
* Druklager voor de bediening van de koppeling [55](#page=55) [73](#page=73).
#### 3.4.1 Wiellagers
Wiellagers vormen een specifieke groep met veel variaties, speciaal ontwikkeld voor de auto-industrie [56](#page=56).
* **Personenwagens:** Veelgebruikte voorwiellagers zijn tweerijige hoekcontactkogellagers. Achterwiellagers kunnen kegellagers bevatten. Tegenwoordig worden ze vaak geïntegreerd met ABS-sensoren in de wielnaaf als wiellagersets [57](#page=57) [59](#page=59) [60](#page=60).
* **Motorfietsen en fietsen:** Achterwielen van motorfietsen gebruiken vaak éénrijige groefkogellagers. Fietswielen maken ook gebruik van lagers [61](#page=61).
* **Vrachtwagens:** Diverse lagertypes worden toegepast in vrachtwagens, waaronder in de lagerhub en bij naafreductie [62](#page=62) [63](#page=63) [64](#page=64) [65](#page=65).
#### 3.4.2 Lagers in versnellingsbakken
Verschillende types wentellagers, zoals groefkogellagers, cilinderlagers, naaldlagers en kegellagers, worden in versnellingsbakken gebruikt ter ondersteuning van assen en tandwielen. Vanwege de schuine vertanding van de tandwielen zijn deze lagers onderhevig aan zowel radiale als axiale krachten. De efficiëntie van een versnellingsbak hangt sterk af van de gebruikte wentellagers en tandwielen [66](#page=66) [67](#page=67) [68](#page=68) [69](#page=69).
#### 3.4.3 Lagers in differentiëlen
Wentellagers worden toegepast in differentiëlen, zoals in de achteras [70](#page=70).
#### 3.4.4 Lagers in alternatoren
Alternatoren maken ook gebruik van wentellagers [71](#page=71).
#### 3.4.5 Toplager bij Mc Pherson veerpoot
Dit type lager wordt gebruikt in Mc Pherson veerpootconstructies [72](#page=72).
#### 3.4.6 Druklager voor de bediening van de koppeling
Dit lager is essentieel voor het indrukken van de diafragmaveer bij de koppeling [73](#page=73).
---
# Bepaling van de lagergrootte en berekeningen
Dit onderwerp behandelt de bepaling van de nominale levensduur van lagers, de berekening hiervan in verschillende eenheden, en de methoden voor het selecteren van lagers onder verschillende belastingscondities.
### 4.1 De nominale levensduur
De nominale levensduur (L) van een lager wordt gedefinieerd als de levensduur die 90% van de lagers bereikt, uitgedrukt in miljoen omwentelingen. Deze levensduur wordt berekend met formules die proefondervindelijk door lagerfabrikanten zijn opgesteld [75](#page=75) [76](#page=76).
De basisformules voor de nominale levensduur zijn:
* Voor kogellagers (puntcontact): $L = (C/F)^3$ [76](#page=76).
* Voor rollagers (lijncontact): $L = (C/F)^{(10/3)}$ [76](#page=76).
Hierin staat:
* $L$ voor de nominale levensduur in miljoenen omwentelingen [76](#page=76).
* $C$ voor het dynamisch draaggetal in kN [76](#page=76).
* $F$ voor de equivalente belasting in kN [76](#page=76).
#### 4.1.1 Dynamisch en statisch draaggetal
Het draaggetal is een cruciale karakteristiek van een lager, terug te vinden in de lagercatalogus. Er wordt onderscheid gemaakt tussen [77](#page=77):
* **Dynamisch draaggetal (C):** Dit is de constante belasting (in kN) waarbij een lager een nominale levensduur van 1 miljoen omwentelingen bereikt [77](#page=77).
* **Statisch draaggetal (C0):** Dit is de constante belasting (in kN) die een lager kan dragen bij stilstand of zeer lage toerentallen, zonder dat er blijvende vervorming optreedt die de werking nadelig beïnvloedt [77](#page=77).
#### 4.1.2 Levensduur in uren
De nominale levensduur kan ook worden uitgedrukt in uren ($L_h$) met de volgende formule:
$$L_h = \frac{L \cdot 10^6}{60 \cdot n}$$
Waarbij:
* $L_h$ de nominale levensduur in uren is [78](#page=78).
* $L$ de nominale levensduur in miljoen omwentelingen is [78](#page=78).
* $n$ het toerental in t/min is [78](#page=78).
#### 4.1.3 Levensduur in kilometers
Bij voertuigen kan de levensduur ook worden uitgedrukt in afgelegde kilometers ($L_s$) met de formule:
$$L_s = \frac{L \cdot 10^6 \cdot \pi \cdot D}{1000}$$
Waarbij:
* $L_s$ de nominale levensduur in afgelegde kilometers is [79](#page=79).
* $L$ de nominale levensduur in miljoen omwentelingen is [79](#page=79).
* $D$ de diameter van het wiel in meters is [79](#page=79).
> **Tip:** Richtlijnen voor de vereiste levensduur voor verschillende machines en voertuigen zijn te vinden in de SKF catalogus [78](#page=78) [79](#page=79).
### 4.3 Soorten berekeningen
Er zijn verschillende soorten berekeningen die uitgevoerd kunnen worden met betrekking tot lagers:
#### 4.3.1 Bepalen van de nominale levensduur van een gegeven lager
**Gegeven:** Lagernummer, belasting ($F$), toerental ($n$), dynamisch draaggetal ($C$) [80](#page=80).
**Gevraagd:** Nominale levensduur ($L$ in miljoen omwentelingen of $L_h$ in uren) [80](#page=80).
**Oplossing:** Gebruik de formules voor $L$ en vervolgens voor $L_h$ [80](#page=80).
#### 4.3.2 Bepalen van het lagernummer
**Gegeven:** Nominale levensduur ($L$ of $L_h$), belasting ($F$), toerental ($n$) [81](#page=81).
**Gevraagd:** Lagernummer [81](#page=81).
**Oplossing:**
1. Bereken eerst het benodigde dynamisch draaggetal ($C$) [81](#page=81).
* Voor kogellagers: $C = L^{(1/3)} \cdot F$ [81](#page=81).
* Voor rollagers: $C = L^{(3/10)} \cdot F$ [81](#page=81).
2. Zoek vervolgens in de lagertabellen het lager met een voldoende hoog dynamisch draaggetal dat aan deze eis voldoet [81](#page=81).
### 4.4 Rekenvoorbeelden met zuivere radiale of axiale belasting
#### Oefening 1: Levensduur in uren kogellager
**Gegeven:** Kogellager Nr. 6015, radiale belasting $F_r$ = 5000 N, toerental $n$ = 100 t/min, dynamisch draaggetal $C$ = 41,6 kN [82](#page=82).
**Gevraagd:** Nominale levensduur in uren [82](#page=82).
* Omrekenen van belasting: $F = 5000 \text{ N} = 5 \text{ kN}$ [82](#page=82).
* Bereken $L$: $L = (C/F)^3 = (41.6/5)^3 \approx 5507$ miljoen omwentelingen [82](#page=82).
* Bereken $L_h$: $L_h = \frac{5507 \cdot 10^6}{60 \cdot 100} \approx 917833$ uur [82](#page=82).
#### Oefening 2: Bepalen van het lagernummer
**Gegeven:** Asdiameter 40 mm, toerental 800 t/min, radiale belasting per steunpunt $F_r$ = 2,8 kN, gewenste nominale levensduur $L_h$ = 29.000 uur [83](#page=83).
**Gevraagd:** Geschikt lagernummer uit de keuzelijst [83](#page=83).
* Bereken de benodigde $C$:
* Eerst $L$: $L = \frac{L_h \cdot 60 \cdot n}{10^6} = \frac{29000 \cdot 60 \cdot 800}{10^6} = 1392$ miljoen omwentelingen [83](#page=83).
* Daarna $C$ (aannemende kogellager, als type niet gespecificeerd wordt): $C = L^{(1/3)} \cdot F_r = ^{(1/3)} \cdot 2.8 \approx 11.17 \cdot 2.8 \approx 31.3$ kN [83](#page=83).
* Vergelijk $C$ met de beschikbare lagers: Lager 6208 met $C$ = 32,5 kN is het minst overgedimensioneerde en dus een geschikte keuze [83](#page=83).
#### Oefening 3: Levensduur in omwentelingen en kilometers
**Gegeven:** Afgedicht tweerijig hoekcontactkogellager Nr. 3207 A-2RS1, $C$ = 40 kN, radiale belasting $F_r$ = 6000 N, wiel diameter $D$ = 0,6 m, axiale belasting verwaarloosd [84](#page=84).
**Gevraagd:**
a) Nominale levensduur in miljoenen omwentelingen ($L$) [84](#page=84).
b) Nominale levensduur in kilometers ($L_s$) [84](#page=84).
* Omrekenen van belasting: $F_r = 6000 \text{ N} = 6 \text{ kN}$ [84](#page=84).
* Bereken $L$: $L = (C/F_r)^3 = (40/6)^3 \approx 3037$ miljoen omwentelingen [84](#page=84).
* Bereken $L_s$: $L_s = \frac{3037 \cdot 10^6 \cdot \pi \cdot 0.6}{1000} \approx 5.724 \cdot 10^6$ kilometer [84](#page=84).
#### Oefening 4: Levensduur druklager
**Gegeven:** Druklager Nr. 511008, $C$ = 25,5 kN, axiaalkracht $F_a$ = 1500 N, max. motortoerental 6000 t/min [86](#page=86).
**Gevraagd:**
a) Engelse en Nederlandse naam van lagertype [86](#page=86).
b) Boringdiameter $d$ [86](#page=86).
c) Nominale levensduur in miljoen omwentelingen ($L$) [86](#page=86).
d) Nominale levensduur in uren ($L_h$) [86](#page=86).
* a) Druklager = Thrust bearing [86](#page=86).
* b) Boringdiameter is niet direct uit de gegeven informatie te berekenen zonder specifieke tabellen voor lagertype 511008.
* c) En d) Druklagers worden voornamelijk axiaal belast. De formule $L = (C/F_a)^3$ wordt hier gebruikt.
* Omrekenen van belasting: $F_a = 1500 \text{ N} = 1.5 \text{ kN}$ [86](#page=86).
* Bereken $L$: $L = (25.5 / 1.5)^3 \approx 48627$ miljoen omwentelingen [86](#page=86).
* Bereken $L_h$: $L_h = \frac{48627 \cdot 10^6}{60 \cdot 6000} \approx 135$ uur [86](#page=86).
### 4.5 Gecombineerde belasting
Wanneer een lager zowel axiale als radiale krachten ondervindt, is het noodzakelijk om de **equivalente lagerbelasting (P)** te berekenen voordat de nominale levensduur ($L$ of $L_h$) kan worden bepaald. De waarde van $P$ wordt vervolgens ingevuld in de plaats van $F$ in de levensduurformules [87](#page=87).
Voor de berekening van $P$ zijn er specifieke formules ontwikkeld die afhankelijk zijn van het lagertype en te vinden zijn in de SKF catalogus onder het hoofdstuk 'Loads'. Deze formules zullen bij opgaven verstrekt worden [87](#page=87).
### 4.6 Rekenvoorbeelden met gecombineerde belasting
#### Rekenvoorbeeld 1: Levensduur met gecombineerde belasting
**Gegeven:** Kogellager Nr. 6015, $F_r$ = 5000 N, $F_a$ = 1100 N, $C$ = 41,6 kN, $n$ = 100 t/min [88](#page=88).
**Voorwaarde:** Equivalente lagerbelasting $P = F_r$ [88](#page=88).
**Gevraagd:** Nominale levensduur in uren [88](#page=88).
* Omdat de voorwaarde $P = F_r$ is, wordt de axiale belasting niet meegenomen in de berekening van $P$ volgens de verstrekte formule voor dit specifieke geval [88](#page=88).
* Omrekenen van belasting: $F_r = 5000 \text{ N} = 5 \text{ kN}$ [88](#page=88).
* Bereken $L$: $L = (C/P)^3 = (41.6/5)^3 \approx 5507$ miljoen omwentelingen [88](#page=88).
* Bereken $L_h$: $L_h = \frac{5507 \cdot 10^6}{60 \cdot 100} \approx 917833$ uur [88](#page=88).
#### Rekenvoorbeeld 2: Levensduur met gecombineerde belasting
**Gegeven:** Lager Nr. 6019, $C$ = 63,7 kN, $F_r$ = 5000 N, $F_a$ = 2800 N, $n$ = 1000 t/min [89](#page=89).
**Formule voor P:** $P = 0.56 \cdot F_r + 1.65 \cdot F_a$ [89](#page=89).
**Gevraagd:** Nominale levensduur in uren [89](#page=89).
* Omrekenen van belastingen: $F_r = 5 \text{ kN}$, $F_a = 2.8 \text{ kN}$ [89](#page=89).
* Bereken $P$: $P = (0.56 \cdot 5) + (1.65 \cdot 2.8) = 2.8 + 4.62 = 7.42$ kN [89](#page=89).
* Bereken $L$ (aannemende kogellager, aangezien dit de meest voorkomende is en de formule voor P specifiek voor een type is): $L = (C/P)^3 = (63.7/7.42)^3 \approx 634.8$ miljoen omwentelingen [89](#page=89).
* Bereken $L_h$: $L_h = \frac{634.8 \cdot 10^6}{60 \cdot 1000} \approx 10580$ uur [89](#page=89).
#### Rekenvoorbeeld 3: Levensduur en kilometers met gecombineerde belasting
**Gegeven:** Tweerijig hoekcontactkogellager Nr. 3207 A-2RS1, $C$ = 40 kN, $F_r$ = 4500 N, $F_a$ = 1000 N, wiel diameter $D$ = 0,6 m [90](#page=90).
**Formule voor P:** $P = F_r + 0.78 \cdot F_a$ [90](#page=90).
**Gevraagd:**
a) Nominale levensduur in miljoen omwentelingen ($L$) [90](#page=90).
b) Nominale levensduur in kilometers ($L_s$) [90](#page=90).
* Omrekenen van belastingen: $F_r = 4.5 \text{ kN}$, $F_a = 1 \text{ kN}$ [90](#page=90).
* Bereken $P$: $P = 4.5 + (0.78 \cdot 1) = 5.28$ kN [90](#page=90).
* Bereken $L$: $L = (C/P)^3 = (40/5.28)^3 \approx 4125$ miljoen omwentelingen [90](#page=90).
* Bereken $L_s$: $L_s = \frac{4125 \cdot 10^6 \cdot \pi \cdot 0.6}{1000} \approx 7.773 \cdot 10^6$ kilometer [90](#page=90).
### 4.8 Oefeningen
#### Oefening 1: Bepalen van C en lagernummer
**Gegeven:** As Ø30 mm, toerental 3000 t/min, type NU-lager, radiale belasting $F_r$ per lager = 5 kN, gewenste nominale levensduur $L_h$ = 10.000 uur [91](#page=91).
**Gevraagd:** Dynamisch draaggetal $C$ in kN en een geschikt lagernummer [91](#page=91).
* Bereken $L$: $L = \frac{10000 \cdot 60 \cdot 3000}{10^6} = 1800$ miljoen omwentelingen [91](#page=91).
* Bereken $C$ (aannemende NU-lager is een rollager, hoewel specifieke formules voor NU-typen kunnen afwijken): $C = L^{(3/10)} \cdot F_r = ^{(3/10)} \cdot 5 \approx 13.2 \cdot 5 \approx 66$ kN [91](#page=91).
* Kies een lager met $C \geq 66$ kN. Lager NU 2305 met $C$ = 64 kN is net te laag. Lager NU 306 met $C$ = 58.5 kN en NU 2206 met $C$ = 55 kN zijn ook te laag. Lager NU 2304 met $C$ = 47.5 kN is ook te laag. Als de berekening $C \approx 66$ correct is en we moeten kiezen uit de tabel, is er geen perfecte match. Als we aannemen dat NU-lagers zich gedragen als rollagers, is NU 306 met 58.5 kN het dichtstbijzijnde, maar onvoldoende. Mogelijk is er een typefout in de oefening of de tabel. Als we de berekening met een grotere precisie uitvoeren of specifieke NU-tabellen raadplegen, kan dit een ander resultaat geven. Als we de berekening ruim nemen, ligt het vereiste C rond de 66 kN. Lager NU 306 (58.5 kN) en NU 2305 (64 kN) zijn opties. Laten we uitgaan van de nauwkeurigste berekening: $C \approx 66$ kN. Lager NU 2305 met C=64kN is het meest geschikt indien er enige marge is toegestaan.
#### Oefening 2: Levensduur in uren met gecombineerde belasting
**Gegeven:** SKF lager Nr. 6016, $C$ = 49,4 kN, $F_r$ = 4500 N, $F_a$ = 2200 N, $n$ = 1500 t/min [92](#page=92).
**Formule voor P:** $P = 0.56 \cdot F_r + 1.62 \cdot F_a$ [92](#page=92).
**Gevraagd:** Nominale levensduur in uren [92](#page=92).
* Omrekenen van belastingen: $F_r = 4.5 \text{ kN}$, $F_a = 2.2 \text{ kN}$ [92](#page=92).
* Bereken $P$: $P = (0.56 \cdot 4.5) + (1.62 \cdot 2.2) = 2.52 + 3.564 = 6.084$ kN [92](#page=92).
* Bereken $L$ (aannemende kogellager): $L = (C/P)^3 = (49.4/6.084)^3 \approx 524.3$ miljoen omwentelingen [92](#page=92).
* Bereken $L_h$: $L_h = \frac{524.3 \cdot 10^6}{60 \cdot 1500} \approx 5825$ uur [92](#page=92).
#### Oefening 3: Maximale radiale kracht
**Gegeven:** Kogellager Nr. 6207, $C$ = 27 kN, gewenste levensduur $L$ = 450 miljoen omwentelingen, axiale kracht verwaarloosd [93](#page=93).
**Gevraagd:** Maximale radiale kracht ($F_r$) [93](#page=93).
* Gebruik de formule voor kogellagers: $L = (C/F_r)^3$ [93](#page=93).
* Herordenen om $F_r$ te vinden: $F_r = C / L^{(1/3)}$ [93](#page=93).
* Bereken $F_r$: $F_r = 27 / ^{(1/3)} \approx 27 / 7.66 \approx 3.53$ kN [93](#page=93).
* Omrekenen naar Newton: $3.53 \text{ kN} = 3530 \text{ N}$ [93](#page=93).
#### Oefening 4: Lagernummer vrachtwagen wiellager met gecombineerde belasting
**Gegeven:** LS = 1,3 miljoen km, $F_r$ = 60000 N, $F_a$ = 15000 N, wiel diameter $D$ = 1 m, asdiameter $d$ = 100 mm [94](#page=94).
**Formule voor P:** $P = F_r + 1.2 \cdot F_a$ [94](#page=94).
**Gevraagd:** Geschikt lagernummer uit de tabel [94](#page=94) [95](#page=95).
* Omrekenen van belastingen: $F_r = 60 \text{ kN}$, $F_a = 15 \text{ kN}$ [94](#page=94).
* Bereken $P$: $P = 60 + (1.2 \cdot 15) = 60 + 18 = 78$ kN [94](#page=94).
* Omrekenen van levensduur naar $L$: $L = \frac{L_s \cdot 1000}{\pi \cdot D \cdot 10^6} = \frac{1.3 \cdot 10^6 \cdot 1000}{\pi \cdot 1 \cdot 10^6} \approx 0.414$ miljoen omwentelingen. Dit lijkt een erg lage levensduur voor een vrachtwagenlager, mogelijk is de LS meting relatief ten opzichte van een standaard. Echter, we volgen de berekening. *Correctie: De formule voor Ls is Ls = L * 10^6 * pi * D / 1000. Dus L = Ls * 1000 / (pi * D * 10^6) is fout. De correcte omzetting is L = Ls * 1000 / (pi * D). Hier is pi*D de omtrek in meters. Dus L = 1.300.000 km * 1000 / (pi * 1 m) = 413.800.000 omwentelingen.* Dus L = 413.8 miljoen omwentelingen [94](#page=94).
* Bereken het benodigde dynamisch draaggetal ($C$) (aannemende kogellager): $C = P \cdot L^{(1/3)} = 78 \cdot (413.8)^{(1/3)} \approx 78 \cdot 7.45 \approx 581.1$ kN [94](#page=94).
* Kies het geschikte lagernummer uit de tabel: Lager 30220 met $C$ = 521 kN is net te laag. Lager 32220 met $C$ = 668 kN is een geschikte keuze [95](#page=95).
#### Oefening 4 (Vervolg): Keuze van lagernummer
**Tabellen met lagernummers en draaggetallen:** [95](#page=95).
* 32022: 494 kN
* 30220: 521 kN
* 32220: 668 kN
* 32222: 842 kN
* 33220: 912 kN
Gezien de berekende benodigde $C$ van ongeveer 581.1 kN, is lager 32220 met een $C$ van 668 kN de meest geschikte keuze [95](#page=95).
---
# Ontwerp, montage, demontage en smering van lagerconstructies
Dit gedeelte behandelt het ontwerpen van lagerconstructies, inclusief de keuze van passingen, het concept van stellagers en losse lagers, axiale opsluiting, montage- en demontageprocedures, en het belang van smering en afdichtingen.
### 5.1 Keuze van de passingen
De keuze van de juiste passing voor wentellagers is cruciaal om storingen te voorkomen. Een te grote speling tussen de lagerring en de as of het huis kan leiden tot "walsen", waarbij de lagerring ten opzichte van het oppervlak beweegt of kruipt. Dit fenomeen kan worden vermeden door geen speling toe te laten of een vaste passing te kiezen. Hoewel een vaste passing de kans op walsen elimineert, bemoeilijkt het de montage en demontage. Een algemene regel is om een vaste passing te hanteren wanneer de lagerring ten opzichte van de belasting beweegt, of omgekeerd [96](#page=96) [97](#page=97).
In de praktijk wordt bij normale belastingsgevallen één lagerring met een vaste passing en de andere met een losse passing gemonteerd. Voor de exacte keuze van de passende passingen kan men de tabellen in de SKF-catalogus raadplegen [98](#page=98).
### 5.2 Stellager en los lager
Een lagerconstructie dient ertoe om de as op een specifieke positie te houden, terwijl tegelijkertijd lengteveranderingen van de as, veroorzaakt door temperatuurschommelingen, moeten worden toegestaan. Daarom wordt een lagerconstructie doorgaans uitgerust met één stellager en meerdere losse lagers [100](#page=100).
* **Stellager:** Dit is een vast lager dat zorgt voor axiale opsluiting in beide richtingen .
* **Los lager:** Dit lager moet axiale verplaatsingen kunnen opvangen .
### 5.3 Axiale opsluiting
Een vaste passing als axiale borging van een lagerring is alleen voldoende wanneer er geen axiale krachten optreden. In alle andere gevallen moeten de lagers axiaal worden geborgd. Het is praktisch aan te raden om lagers altijd axiaal vast te zetten wanneer er axiale krachten optreden, zelfs als de passing al vast is .
Enkele mogelijkheden voor axiale opsluiting zijn:
#### 5.3.1 Lagers met cilindrische boring
* Montage met een asmoer of deksel tegen een schouder van de as .
* Montage met een deksel of moer tegen een schouder in het huis .
* Gebruik van veerringen of afstandsringen .
* Gebruik van afstandsbusen .
#### 5.3.3 Lagerhuizen
Standaard lagerhuizen zijn doorgaans ontworpen als losse lagers. Door het aanbrengen van één ring of twee ringen kunnen deze huizen geschikt worden gemaakt als stellager (vast lager) .
### 5.4 Inbouwvoorbeelden
Bij het analyseren van inbouwvoorbeelden is het belangrijk om het stellager (vast lager) en het losse lager te identificeren, evenals de gebruikte methode voor axiale opsluiting (bijvoorbeeld met asmoer, deksel, veerringen, afstandsbus, of afstandsring) .
### 5.5 Montage
#### 5.5.1 Algemene regels
Vakkennis en reinheid zijn essentiële voorwaarden voor een storingsvrije werking van wentellagers tijdens montage. De montage moet plaatsvinden in een stofvrije en droge ruimte. Lagers mogen pas vlak voor montage uit de originele verpakking worden gehaald. Alle bijbehorende onderdelen, zoals astappen en lagerhuizen, moeten vóór montage zorgvuldig worden gereinigd en ontdaan van bramen .
As en lagerhuis moeten worden gecontroleerd op maat- en vormnauwkeurigheid, inclusief rondheid, cilindriciteit en slag. De juiste passing is van cruciaal belang voor de goede werking van het lager. Directe slagen op de lagerringen, kooi of rollichamen moeten absoluut worden vermeden. Montagekrachten mogen niet via de rollichamen worden overgebracht. De lagerzittingen moeten licht worden ingeolied .
#### 5.5.2 Lagers met cilindrische boring
##### 5.5.2.1 Inbouwvolgorde
Bij niet-uitneembare lagers worden eerst de elementen met een vaste passing gemonteerd. Als de binnenring een vaste passing op de as moet hebben, wordt het lager eerst op de as gemonteerd, waarna de as met het lager in het huis wordt geschoven .
Bij uitneembare lagers kunnen beide ringen afzonderlijk worden gemonteerd, wat de inbouw vereenvoudigt .
##### 5.5.2.2 Montage bij lagers met cilindrische boring
* **Kleine lagers:** Montage kan gebeuren door hamerslagen op een aangepaste montagedop .
* **Gelijkzijdige montage:** Indien het lager tegelijkertijd op de as en in het huis gemonteerd moet worden, gebruikt men een montageschijf of een speciale montagedop .
* **Middelgrote lagers:** Deze kunnen koud op de as worden geperst met een mechanische of hydraulische werkplaatspers .
* **Grote lagers:** Deze kunnen worden opgewarmd om de montage te vergemakkelijken. Opwarming kan plaatsvinden in een oliebad, een elektrische oven, of door inductie met speciale toestellen .
### 5.6 Demontage
#### 5.6.1 Algemene regels
Als het doel van de demontage de vervanging van de lagers is, is beschadiging van het lager minder belangrijk; de focus ligt dan op het niet beschadigen van de as of het huis .
Indien dezelfde lagers na demontage opnieuw worden gebruikt, moeten de volgende regels in acht worden genomen om beschadiging te vermijden:
* Directe slagen op lagerringen, kooi of rollichamen moeten absoluut worden vermeden .
* Demontagekrachten mogen niet via de rollichamen worden overgebracht .
* Vóór hermontage moeten de lagers zorgvuldig worden gereinigd en opnieuw van vet worden voorzien .
* De lagers moeten in dezelfde stand worden gemonteerd als waarin ze oorspronkelijk waren gemonteerd .
Een voorbeeld van foute demontage is wanneer een poelietrekker (lagertrekker) alleen aan de buitenring trekt .
#### 5.6.2 Lagers met cilindrische boring
##### 5.6.2.1 Uitbouwvolgorde
Bij niet-uitneembare lagers worden eerst de elementen met een losse passing gedemonteerd .
Bij uitneembare lagers kunnen beide ringen afzonderlijk worden gedemonteerd .
##### 5.6.2.2 Demontage
* **Kleine lagers:** Kunnen worden gedemonteerd met een hamer en een drevel, waarbij lichte slagen gelijkmatig rondom worden verdeeld .
* **Vaste passing in het huis:** Lagers met een vaste passing in het huis kunnen worden gedemonteerd met een slagbus .
* **Kleine en middelgrote lagers:** Vaak wordt gebruik gemaakt van mechanische aftrekapparaten (lagertrekkers) .
* **Grote lagers:** Hiervoor kan men een hydraulische trekker of een hydraulische pers gebruiken .
* **Demontage binnenringen:** Voor de demontage van binnenringen van cilinderlagers zijn speciale hulpmiddelen beschikbaar, zoals de inductieverwarmer en de thermoklemring .
##### 5.6.2.3 Opmerking
De demontage kan in bepaalde gevallen aanzienlijk worden vereenvoudigd indien bij het ontwerp de nodige voorzieningen zijn getroffen. Voorbeelden hiervan zijn gleuven voor het aanbrengen van aftrekgereedschap of boringen voor het gebruik van drukbouten .
### 5.7 Smering en afdichtingen
De afdichting van een lager is van groot belang. Enerzijds dient het om het binnendringen van verontreinigheden te voorkomen, en anderzijds om verlies van smeermiddel tegen te gaan .
#### 5.7.2 Afdichtingen voor stilstaande delen
Afdichtingen voor stilstaande delen zijn eenvoudig te realiseren. Platte ringen zijn dun en vervormen weinig. Voor de montage van 0-ringen kan de voorzijde van het huis worden afgeschuind, of kan een rechthoekige gleuf in het huis of deksel worden voorzien .
#### 5.7.3 Afdichtingen voor bewegende delen
Verschillende soorten afdichtingen zijn geschikt voor bewegende delen:
* Viltringen .
* Manchetafdichting of oliekeerring .
* 0-ringen .
* V-ringen (slepende afdichtingen) .
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Wrijving | Het natuurkundige begrip dat de weerstandskracht aanduidt, die ontstaat als twee oppervlakken langs elkaar schuiven (schuifwrijving) of rollen (rolwrijving), terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden. Wrijving kan leiden tot vormverandering en warmteproductie. |
| Schuifwrijving | De wrijvingskracht die ontstaat wanneer twee oppervlakken langs elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar worden gedrukt. |
| Rolwrijving | De wrijvingskracht die ontstaat wanneer twee oppervlakken langs elkaar rollen, terwijl ze tegen elkaar worden gedrukt. |
| Wrijvingscoëfficiënt | Een dimensieloze grootheid die de sterkte van de wrijving tussen twee oppervlakken aangeeft. Het is de verhouding tussen de wrijvingskracht en de normaalkracht. |
| Normaalkracht | De kracht die loodrecht op een oppervlak werkt, als reactie op een kracht die op dat oppervlak wordt uitgeoefend. In de context van wrijving is dit de kracht die de twee oppervlakken tegen elkaar aandrukt. |
| Glijlager | Een lager dat gebruikmaakt van wrijving tussen bewegende en stilstaande onderdelen die gescheiden worden door een vloeistof- of luchtlaag, of door een vaste smeerfilm. |
| Wentellager | Een lager dat gebruikmaakt van wentellichamen (zoals kogels of rollen) tussen twee bewegende ringen om wrijving te verminderen. |
| Radiale lagers | Lagers die hoofdzakelijk ontworpen zijn om radiale krachten op te nemen, dat wil zeggen krachten die loodrecht op de as staan. |
| Axiale lagers | Lagers die geconstrueerd zijn om grote axiale belastingen op te nemen, dat wil zeggen krachten die langs de hartlijn van de as werken. |
| Wentellichamen | De rollende elementen in een wentellager, zoals kogels of rollen, die de beweging tussen de ringen mogelijk maken en wrijving verminderen. |
| Kooi | Een onderdeel in een wentellager dat de wentellichamen op hun plaats houdt en gelijkmatig verdeelt om de belasting te spreiden. |
| Cilindervormige rollen | Rollen die een rechte, cilindrische vorm hebben en gebruikt worden in wentellagers voor het opnemen van hoge radiale belastingen. |
| Tonvormige rollen | Rollen die een tonvormige (gebogen) profiel hebben, waardoor ze zelfinstellend zijn en ook geringe uitlijnfouten kunnen compenseren. |
| Kegelvormige rollen | Rollen die een kegelvormig profiel hebben, waardoor ze zowel radiale als axiale belastingen effectief kunnen opnemen, zoals in kegellagers. |
| Lagerring | De binnenste of buitenste ring van een wentellager, voorzien van loopbanen voor de wentellichamen. |
| Loopbaan | De gegroefde of gevormde oppervlakte op de lagerringen waarover de wentellichamen rollen. |
| Balhoofdset | Een lagerconstructie, vaak gebruikt bij fietsen, die zorgt voor de rotatie van het voorwiel ten opzichte van het frame, meestal rond een verticale as. |
| Nominale levensduur L | De levensduur (uitgedrukt in miljoenen omwentelingen) die door 90% van een grote serie identieke lagers wordt bereikt onder gespecificeerde bedrijfsomstandigheden. |
| Dynamisch draaggetal C | De constante belasting (in kilonewton) waarbij een lager een nominale levensduur van 1 miljoen omwentelingen bereikt. |
| Equivalente belasting F | De berekende belasting die in de levensduurformules wordt gebruikt en die de gecombineerde effecten van radiale en axiale belastingen vertegenwoordigt. |
| Lagerboring | De diameter van het gat in de binnenring van een lager, waar de as in past. |
| Lagerhuis | De behuizing waarin een lager wordt gemonteerd, meestal in een machine of voertuigcomponent. |
| Passing | De maatafwijking tussen twee samenstellende delen, zoals een lager en een as, die de mate van vrije beweging of klemming bepaalt. |
| Stellager | Een lager dat axiaal in beide richtingen is opgesloten en de as op een vaste positie houdt, vaak gebruikt om de aslengteveranderingen op te vangen. |
| Los lager | Een lager dat axiale verplaatsing toestaat, waardoor temperatuurgerelateerde lengteveranderingen van de as kunnen worden opgenomen zonder overmatige spanningen. |
| Walsen | Een fenomeen waarbij een lagerring langzaam begint te bewegen of te kruipen ten opzichte van zijn zitvlak door te veel speling, wat leidt tot vroegtijdige slijtage. |
| Smering | Het aanbrengen van een smeermiddel tussen bewegende delen om wrijving en slijtage te verminderen, warmte af te voeren en corrosie te voorkomen. |
| Afdichting | Een mechanisme dat is ontworpen om het binnendringen van verontreinigingen in het lager te voorkomen en het behoud van het smeermiddel te garanderen. |