Cover
Empieza ahora gratis OG 8.docx
Summary
## Zwangerschapsdiabetes, Obesitas en Bariatrische Chirurgie: Een Studiegids
Dit document biedt een uitgebreide handleiding voor het begrijpen van zwangerschapsdiabetes (ZSDM), de impact van obesitas tijdens de zwangerschap, en de implicaties van bariatrische chirurgie in deze context. Het is bedoeld als voorbereiding op examens door de belangrijkste concepten, risicofactoren, diagnostiek, beleid, en complicaties gedetailleerd te bespreken.
### Zwangerschapsdiabetes
Zwangerschapsdiabetes is een glucose-intolerantie die ontstaat na de twintigste zwangerschapsweek, voornamelijk veroorzaakt door de hormonale invloed van de placenta. Deze hormonen verminderen de gevoeligheid van het lichaam voor insuline, waardoor de alvleesklier meer insuline moet produceren om de glucoseopname in de cellen te garanderen. Bij onvoldoende compensatie door de pancreas (vaak door genetisch bepaalde reserves van de bètacellen) ontstaat hyperglycemie.
**Oorzaken en risicofactoren:**
De ernst van zwangerschapsdiabetes hangt af van de bètacelreserve van de moeder. Genetische aanleg, overgewicht, obesitas, en een hogere leeftijd (>30 jaar) zijn belangrijke risicofactoren. Andere factoren die het risico verhogen zijn:
* BMI >25 kg/m² met een middelomtrek >88 cm vóór de zwangerschap.
* Familiale voorgeschiedenis van diabetes type 2.
* Eerdere zwangerschapsdiabetes.
* Eerdere macrosomie (>4,5 kg).
* Behoren tot bepaalde etnische groepen.
* Hoog of laag geboortegewicht in de voorgeschiedenis.
* Metabool syndroom (hypertensie en dyslipidemie).
* Voorgeschiedenis van PCOS (polycysteus ovariumsyndroom).
* Gebruik van corticosteroïden.
* Roken.
* Onverklaarbare intra-uteriene vruchtdood.
* Meerlingzwangerschap.
**Screening en diagnose:**
Screening is afhankelijk van de aanwezigheid van risicofactoren. Bij vrouwen zonder risicofactoren kan screening minder intensief zijn dan bij vrouwen met risicofactoren zoals een BMI >30 of een voorgeschiedenis van zwangerschapsdiabetes.
**Beleid:**
Het primaire doel is het bereiken van normale glycemiewaarden en het minimaliseren van schommelingen.
* **Prenataal:**
* Regelmatige opvolging door gynaecoloog/endocrinoloog en diëtiste.
* Patiëntenvoorlichting over zwangerschapsdiabetes en de levenslange kans op type 2 diabetes.
* Zelfmonitoring van glucose (vingerprikken, doorgaans 2x per week nuchter en 1 uur na de maaltijd).
* Diabetesconventie met een multidisciplinair team.
* Dieet consultatie: nadruk op koolhydraten met een lage glycemische index, vezelrijke voeding, en een evenwichtige inname van vetten en eiwitten. Het calorieadvies is 1800 kcal/dag of 25 kcal/kg/dag.
* Medicatie:
* Metformine: Orale medicatie die veilig is in de zwangerschap, maar niet altijd de eerste keuze vanwege mogelijke schommelingen. Het wordt vaker gebruikt bij patiënten met obesitas of type 2 diabetes.
* Insuline: Wordt gebruikt als dieetmaatregelen onvoldoende effectief zijn.
* Leefstijlaanpassing: stoppen met roken, regelmatige beweging (minimaal 30 minuten matig intensief, 5x per week).
* Streefwaarden: HbA1c <6%; capillaire glucose nuchter <90 mg/dl; 1 uur postprandiaal <140 mg/dl; 2 uur postprandiaal <120 mg/dl.
* Opname kan nodig zijn voor observatie bij complicaties of bij een 8-punts glycemieprofiel.
* **Intrapartum (tijdens de bevalling):**
* Inductie van de bevalling tussen 38 en 41 weken zwangerschap.
* Strikte uurlijkse glycemiecontrole met insuline.
* Bij goed gecontroleerde zwangerschap kan de bevalling later worden ingeleid.
* Indien medicamenteus behandeld, kan inductie eerder plaatsvinden.
* Intraveneuze (IV) insuline kan nodig zijn, vaak in combinatie met een glucose-infuus.
* **Postpartum (na de bevalling):**
* Borstvoeding wordt aangeraden.
* De insulineresistentie verdwijnt enkele dagen na de bevalling.
* Glycemiecontrole gedurende de eerste 24 uur (4-punts profiel).
* OGTT ( orale glucose tolerantie test) 3 maanden na de bevalling.
* Gezonde levensstijl continueren.
* Jaarlijkse controle bij de huisarts wordt geadviseerd.
* Anticonceptie met oestrogenen wordt afgeraden bij vrouwen met risico op trombose.
**Complicaties en gevolgen:**
* **Voor de moeder:** Macrosomie, polyhydramnion, hypertensie, pre-eclampsie, infecties, schade aan bloedvaten, ogen en nieren, placenta solutio, sectio caesarea, verhoogde kans op volgende zwangerschapsdiabetes, en verhoogde kans op type 2 diabetes en cardiovasculaire aandoeningen.
* **Voor de baby:** Hypoglycemie, hyperbilirubinemie, hypocalciëmie, respiratory distress syndroom, polycytemie, macrosomie, schouderdystocie, aangeboren afwijkingen (met name bij hoge glycemie tijdens organogenese), voedingsproblemen, en een verhoogd risico op diabetes en obesitas op latere leeftijd.
### Obesitas tijdens de Zwangerschap
Obesitas wordt gedefinieerd als een abnormale of overmatige vetophoping die de gezondheid negatief kan beïnvloeden, met een BMI vanaf 30 kg/m². De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) hanteert de BMI als diagnosecriterium.
**Risico's:**
Obesitas tijdens de zwangerschap verhoogt het risico op diverse complicaties:
* **Preconceptioneel:** Subfertiliteit, miskraam, moeilijkheden met gewichtsverlies voor een volgende zwangerschap.
* **Zwangerschap:** Miskraam, moeilijkheden bij echografie, zwangerschapsdiabetes, pre-eclampsie, macrosomie, hypertensie.
* **Partus:** Onvoldoende arbeid, sectio, verlengde arbeid, schouderdystocie, moeilijkheden bij anesthesie (intubatie, plaatsing epiduraal/spinaal katheter), nood aan speciale medische apparatuur.
* **Postpartum:** Postpartum hemorragie (PPH), wondinfecties, dehiscentie, endometritis, veneuze trombo-embolie, verhoogd risico op obesitas bij kinderen.
* **Lange termijn:** Cardiovasculaire aandoeningen, hypertensie, diabetes mellitus type 2, hypercholesterolemie, obstructief slaapapneu.
**Begeleiding van zwangere vrouwen met obesitas:**
* **Preconceptioneel:**
* Gewichtsverlies (minimaal 10%) en leefstijlaanpassingen worden aangeraden.
* Foliumzuur (4 mg/dag) is cruciaal ter preventie van neurale buisdefecten.
* Vitamine D suppletie (10 mcg/dag).
* Voorlichting over de risico's van overgewicht en de voordelen van gewichtsverlies.
* **Zwangerschap:**
* Focus op een gezonde levensstijl in plaats van gewichtstoename.
* Inschakelen van een diëtiste bij forse gewichtstoename.
* Aerobe lichaamsbeweging wordt gestimuleerd.
* Screening op zwangerschapsdiabetes (met nadruk op OGTT).
* Regelmatige laboratoriumcontroles (vitamines, mineralen).
* Bloeddrukcontrole met aangepaste cuffs.
* Aandacht voor de belasting van medische apparatuur.
* Inductie van de bevalling wordt vaak overwogen rond 40 weken.
* **Partus:**
* Voorbereid zijn op schouderdystocie.
* Moeilijkheden met registratie van contracties en foetale hartslag (FHT).
* **Postpartum:**
* Voortzetten van een gezonde levensstijl.
* Aandacht voor veneuze trombo-embolie preventie (mobilisatie, compressiekousen, heparine).
* Doorverwijzing naar diëtiste of bariatrische chirurgie.
* Voedingssupplementen blijven belangrijk.
* Anticonceptie met oestrogenen wordt afgeraden vanwege het verhoogde tromboserisico.
**Cijfers (Vlaanderen):**
Ongeveer 40% van de zwangere vrouwen in Vlaanderen heeft bij aanvang van de zwangerschap een BMI van minstens 25 kg/m². Overgewicht en obesitas komen frequent voor, met een stijging in de afgelopen jaren.
### Bariatrische Chirurgie en Zwangerschap
Bariatrische chirurgie, zoals gastric bypass of gastric sleeve, wordt toegepast bij ernstige obesitas. Na een ingreep is de begeleiding van een zwangerschap complexer.
**Soorten ingrepen:**
* **Roux-en-Y gastric bypass:** Maagverkleining met omleiding van de dunne darm, leidend tot malabsorptie.
* **Gastric sleeve:** Verwijdering van een deel van de maag, wat leidt tot restrictie van voedselinname.
* **Gastric band:** Niet meer de voorkeursmethode.
**Beleid en aandachtspunten:**
* **Preconceptioneel:**
* Zwangerschap wordt idealiter uitgesteld met minstens 1-2 jaar na bariatrische chirurgie vanwege snelle gewichtsverliesfase en mogelijke voedingstekorten.
* Focus op leefstijl- en psychische aanpassing.
* Geen zwangerschap bij instabiel gewicht of significante nutritionele tekorten.
* Start met specifieke multivitaminen en essentiële supplementen (B12, foliumzuur, ijzer, vetoplosbare vitamines, eiwitten). Bloedonderzoek is cruciaal.
* **Prenataal beleid:**
* Regelmatige opvolging van de voedingsstatus, met bloedonderzoek elk trimester en begeleiding door een gespecialiseerde voedingsdeskundige.
* Monitoring van het dumping syndroom.
* Screening op zwangerschapsdiabetes (OGTT is bij gastric bypass afgeraden; alternatieven zoals glucose-dagcurves worden gebruikt).
* Groeiecho's zijn geïndiceerd vanwege het verhoogde risico op SGA (Small for Gestational Age).
* Vroegtijdige verwijzing bij klachten die kunnen wijzen op complicaties zoals interne herniatie of galsteenlijden.
* Gedragsveranderingen: kleinere, frequentere maaltijden, vermijden van cafeïne en alcohol, alertheid op verstoord eetgedrag.
* Specifieke aandacht voor vitaminen en mineralen (A, B1, D, calcium, foliumzuur, ijzer, K).
* **Intrapartum:**
* Inductie van de bevalling wordt meestal gepland tussen 39-40 weken.
* Bariatrische ingrepen zijn geen indicatie voor een sectio; een standaard baring beleid blijft van toepassing.
* **Postpartum:**
* Borstvoeding wordt aangeraden.
* Aandacht voor anemie en het eventueel bijsupplementeren.
* Voordelen voor het kind, waaronder obesitaspreventie.
* Monitoring van de moeder (bloedonderzoek) en voortzetting van supplementen.
* Anticonceptie met niet-orale of niet-hormonale methoden wordt aangeraden.
**Complicaties en gevolgen:**
* **Foetus:** Verhoogd risico op SGA/IUGR, maar een verlaagd risico op macrosomie. Gemengd bewijs over vroeggeboorte en NICU-opname. Geen verhoogd risico op aangeboren afwijkingen.
* **Moeder:** Verhoogd risico op chirurgische/abdominale complicaties zoals interne herniatie, invaginatie, en galstenen (cholelithiasis). Ook psychologische problemen (alcoholmisbruik, angststoornissen) komen vaker voor.
**Diagnostiek en monitoring:**
* **Foetale groeirestrictie (FGR):** Diagnose op basis van echografie (EFW, AC). Doppleronderzoek (navelstrengslagader, hersenarterie, ductus venosus) is cruciaal voor de beoordeling van foetale stress. Oligohydramnion kan wijzen op placentaire insufficiëntie.
* **Dumpingklachten:** Vroege en late dumping kunnen optreden, met symptomen variërend van misselijkheid en diarree tot hypoglycemie.
### Diabetes Mellitus
Diabetes mellitus is een chronische aandoening gekenmerkt door een verhoogd bloedsuikergehalte (glycemie) als gevolg van problemen met de verwerking van koolhydraten in het lichaam.
**Type 1 Diabetes:**
* Een auto-immuunziekte waarbij het afweersysteem de bètacellen in de pancreas vernietigt, wat leidt tot een absoluut insulinetekort.
* Vereist levenslange insulinetoediening.
* Snelle en duidelijke symptomen (veel plassen, dorst, vermageren, vermoeidheid).
* Preventie is momenteel niet mogelijk.
**Type 2 Diabetes:**
* Ontstaat door insulineresistentie en een relatief insulinetekort.
* Vaak geassocieerd met overgewicht, obesitas, leeftijd en erfelijkheid.
* Symptomen treden vaak laat op (dorst, droge mond, veel plassen, vermoeidheid).
* Behandeling omvat leefstijlaanpassingen, orale medicatie en soms insuline.
**Zwangerschapsdiabetes (ZDM):**
* Een tijdelijke vorm van diabetes die ontstaat tijdens de zwangerschap (zie sectie Zwangerschapsdiabetes).
**Beleid en aandachtspunten (Algemeen voor zwangerschap met diabetes):**
* **Preconceptioneel:**
* Doel: optimale bloedsuikerregeling (HbA1c <6,5%) vóór zwangerschap om aangeboren afwijkingen, miskraam, doodgeboorte en macrosomie te voorkomen.
* Voorlichting over voeding, leefstijl, en diabeteseducatie.
* Supplementen (foliumzuur, vitamine D).
* Medicatiecontrole en aanpassing indien nodig.
* Screening op complicaties (voeten, ogen, nieren, hart).
* Opstellen van een preconceptioneel plan.
* **Prenataal:**
* Intensieve opvolging is noodzakelijk.
* Constante aanpassing van de behandeling vanwege veranderende insulinegevoeligheid tijdens de zwangerschap.
* Bloedglucosemonitoring: individuele schema's met specifieke streefwaarden (nuchter, postprandiaal).
* HbA1c monitoring wordt regelmatig uitgevoerd.
* Veilige medicatie: ACE-remmers, ARB's, statines zijn gecontra-indiceerd.
* Retinale en nieropvolging.
* Foetale monitoring (groei, vruchtwater).
* Gezamenlijke diabetes-antenatale zorg is geïndiceerd.
* **Arbeid en Bevalling:**
* Strikte glycemiecontrole (elke 1 uur tijdens actieve arbeid, streefwaarden 4-7 mmol/l).
* Multidisciplinaire aanpak (verloskunde, endocrinologie, anesthesie, neonatologie).
* Timing van bevalling wordt individueel bepaald (vaak inductie tussen 37-38+6 weken voor type 1 of 2 met complicaties).
* Diabetes is geen contra-indicatie voor vaginale bevalling of VBAC.
* Aanpassingen in anesthesiebeleid.
* Bij gebruik van corticosteroïden is extra insuline nodig.
* **Postpartum:**
* Organisatie van neonatale zorg, met speciale aandacht voor bloedglucosemonitoring, preventie en behandeling van neonatale hypoglycemie.
* Postnatale zorg voor de moeder, met aanpassing van medicatie en dieet.
* Bij zwangerschapsdiabetes normaliseert de glycemie vaak snel, maar opvolging blijft belangrijk.
**Complicaties (Algemeen voor diabetes in de zwangerschap):**
* **Moeder:** Verhoogd risico op miskraam, pre-eclampsie, hoge bloeddruk, vroeggeboorte, sectio, verergering van bestaande diabetescomplicaties (retinopathie, nefropathie). Acute complicaties zoals hypoglycemie en hyperglycemie (met risico op ketoacidose) komen voor.
* **Kind:** Verhoogd risico op macrosomie, hypoglycemie na geboorte, geelzucht, ademhalingsproblemen, opname op NICU, vroeggeboorte, perinatale sterfte.
### Obesitas en Zwangerschap: Beleid en Gevolgen
Obesitas tijdens de zwangerschap verhoogt het risico op diverse complicaties voor zowel moeder als kind. Een proactieve aanpak, met name preconceptioneel, is cruciaal.
**Belangrijkste Boodschap:**
Hoewel de meeste zwangere vrouwen met overgewicht een normale zwangerschap hebben, verhoogt obesitas het risico op complicaties. Samenwerking met zorgverleners helpt deze risico's te verminderen.
**Beleid en Aandachtspunten:**
* **Preconceptioneel:**
* Verbetering van de metabolische gezondheid vóór zwangerschap.
* Specifieke zorg voor vrouwen met BMI ≥30 kg/m².
* Leefstijladvies (voeding, beweging).
* Gewichtsverlies vóór zwangerschap wordt sterk aanbevolen om risico's te verminderen.
* Foliumzuur (5 mg/dag) en vitamine D suppletie.
* **Prenataal:**
* Nadruk op gezonde levensstijl, niet op gewichtstoename.
* Verhoogd risico op zwangerschapsdiabetes (screening rond 24-28 weken).
* Verhoogd risico op hypertensie en pre-eclampsie (bloeddruk- en urinecontrole bij elke afspraak). Lage dosis aspirine kan preventief worden overwogen.
* Aandacht voor mentale gezondheid.
* Trombose risico-inschatting.
* Obesitas kan de effectiviteit van prenatale screening (echografie, NIPT) verminderen.
* Extra controles (moeder en kind), moeilijkere echo's.
* Foetale bewaking (SFH, echo) is nodig, maar kan minder nauwkeurig zijn.
* Advies over voeding en beweging.
* Afslankmedicatie is gecontra-indiceerd.
* Geboorteplan opstellen.
* **Arbeid en Bevalling:**
* Hoger risico op complicaties (vroeggeboorte, langdurige bevalling, sectio, infecties).
* Moeilijkheden bij anesthesie.
* Inleiding van de bevalling kan nodig zijn.
* **Postpartum:**
* Aandacht voor trombose preventie.
* Borstvoeding wordt gestimuleerd, met extra ondersteuning indien nodig.
* Voortzetten van gezonde voeding en beweging.
* Verhoogd risico op postpartum depressie.
* Het is belangrijk om de voorbereiding op een volgende zwangerschap te bespreken, met focus op gewichtsverlies.
**Risico's:**
* **Moeder:** Verhoogd risico op zwangerschapsdiabetes, hypertensie, pre-eclampsie, trombose, infecties, langetermijn cardiovasculaire aandoeningen, en psychische problemen.
* **Kind:** Verhoogd risico op miskraam, neurale buisdefecten, grote baby (macrosomie), doodgeboorte, vroeggeboorte, metabool syndroom en obesitas op latere leeftijd.
### Bariatrische Chirurgie: Toepassing en Zwangerschap
Bariatrische chirurgie wordt ingezet bij ernstige obesitas en kan de fertiliteit verbeteren. Echter, de begeleiding van een zwangerschap na dergelijke ingrepen vereist specifieke aandacht vanwege mogelijke voedingstekorten en chirurgische complicaties.
**Indicaties voor chirurgie:**
* BMI ≥40 kg/m².
* BMI 35-40 kg/m² met obesitasgerelateerde comorbiditeiten en falen van eerdere afvalpogingen.
**Effecten:**
* Remissie van type 2 diabetes bij een significant deel van de patiënten.
* Toename van de fertiliteit.
**Verloskundig beleid:**
* **Preconceptioneel:**
* Zwangerschap uitstellen tot minstens 1-2 jaar na de ingreep.
* Focus op leefstijl- en psychische aanpassing.
* Essentiële supplementen en bloedonderzoek.
* **Prenataal beleid:**
* Opvolging van voedingsstatus en supplementatie.
* Monitoring van het dumping syndroom.
* Screening op zwangerschapsdiabetes met alternatieve methoden dan OGTT bij gastric bypass.
* Groeiecho's zijn geïndiceerd.
* Vroegtijdige verwijzing bij klachten van chirurgische complicaties.
* **Intrapartum:**
* Inductie van de bevalling tussen 39-40 weken tenzij normale zwangerschap.
* Standaard baring beleid, geen indicatie voor sectio enkel door bariatrische ingreep.
* **Postpartum:**
* Borstvoeding aanbevolen.
* Aandacht voor anemie en supplementen.
* Niet-hormonale anticonceptie wordt aangeraden.
**Complicaties:**
* **Moeder:** Chirurgische complicaties (interne herniatie, invaginatie, galstenen), verhoogd risico op psychische problemen, complicaties bij anesthesie, en langetermijn metabool syndroom.
* **Foetus:** Verhoogd risico op SGA/IUGR, verlaagd risico op macrosomie, gemengd bewijs voor vroeggeboorte en NICU-opname. Geen verhoogd risico op aangeboren afwijkingen.
**Voeding en Nutriënten:**
Zwangeren na bariatrische chirurgie hebben vaak tekorten aan micro- en macronutriënten. Levenslange multivitaminesuppletie is essentieel.
### Diabetes Mellitus: Beleid en Complicaties
Diabetes mellitus, inclusief type 1, type 2 en zwangerschapsdiabetes, vereist een nauwgezette opvolging tijdens de zwangerschap om complicaties voor moeder en kind te minimaliseren.
**Typen en kenmerken:**
* **Type 1:** Absoluut insulinetekort, vereist intensieve insulinebehandeling.
* **Type 2:** Insulineresistentie en relatief insulinetekort, vaak geassocieerd met obesitas.
* **Zwangerschapsdiabetes (ZDM):** Tijdelijke glucose-intolerantie tijdens de zwangerschap.
**Beleid en Aandachtspunten:**
* **Preconceptioneel:** Optimalisatie van glycemiecontrole (HbA1c <6,5%), voeding, leefstijl, en medicatie.
* **Prenataal:** Intensieve glycemiemonitoring, aanpassing van insuline, reguliere controles (oog, nier), foetale monitoring, en medicatieaanpassing.
* **Arbeid en Bevalling:** Strikte glycemiecontrole (elke 1 uur), multidisciplinaire aanpak, en individuele timing van bevalling.
* **Postpartum:** Aanpassing van medicatie, neonatale monitoring, en levenslange opvolging.
**Complicaties:**
* **Moeder:** Hypoglycemie, hyperglycemie met risico op ketoacidose, verergering van bestaande vaatcomplicaties (retinopathie, nefropathie), verhoogd risico op pre-eclampsie, sectio.
* **Kind:** Macrosomie, hypoglycemie na geboorte, geelzucht, ademhalingsproblemen, opname op NICU, vroeggeboorte, perinatale sterfte, en op lange termijn een verhoogd risico op obesitas en diabetes type 2.
### Obesitas en Zwangerschap: Specifieke Beleidspunten
Bij vrouwen met obesitas tijdens de zwangerschap is een proactieve en multidisciplinaire aanpak essentieel om de risico's te beperken.
**Preconceptioneel Beleid:**
* Verbeteren van de metabolische gezondheid vóór de zwangerschap.
* Leefstijladviezen gericht op voeding en beweging.
* Foliumzuur (5 mg/dag) en vitamine D suppletie.
**Prenataal Beleid:**
* Focus op een gezonde levensstijl, niet op gewichtsverlies.
* Verhoogd risico op zwangerschapsdiabetes (screening rond 24-28 weken).
* Preventie en monitoring van hypertensie en pre-eclampsie (lage dosis aspirine overwegen).
* Aandacht voor mentale gezondheid.
* Trombose risico-inschatting en mogelijke preventie.
* Obesitas kan de effectiviteit van prenatale screening (echo's) beïnvloeden; extra tijd en herhaalde scans kunnen nodig zijn.
* Foetale monitoring (SFH, echo) is belangrijk, ondanks mogelijke onnauwkeurigheden door obesitas.
* Geboorteplan opstellen in samenspraak met de zorgverlener.
**Arbeid en Bevalling:**
* Hoger risico op complicaties zoals vroeggeboorte, langere bevalling, schouderdystocie en nood-keizersnede.
* Moeilijkheden bij anesthesie en pijnstilling.
* Inductie van de bevalling is toegestaan en wordt vaak overwogen bij indicaties zoals macrosomie.
**Postpartum Beleid:**
* Aandacht voor trombose preventie.
* Borstvoeding stimuleren en ondersteunen.
* Voortzetten van gezonde voeding en beweging.
* Voorbereiding op een volgende zwangerschap door gewichtsverlies te bespreken.
**Complicaties:**
* **Moeder:** Verhoogd risico op trombose, zwangerschapsdiabetes, pre-eclampsie, infecties, langetermijn metabool syndroom en psychische problemen.
* **Kind:** Verhoogd risico op miskraam, neurale buisdefecten, grote baby (macrosomie), doodgeboorte, vroeggeboorte, en op lange termijn een verhoogd risico op overgewicht en obesitas.
[TABLE
Toestand | Streefdoel glycemie
Nuchter | 60-90mg/dl (<95mg/dl)
Preprandiaal | <100mg/dl
1u postprandiaal | <140mg/dl
2u postprandiaal | <120mg/dl
Bedtijd | <120mg/dl
2-6u | 60-90mg/dl
[/TABLE
[TABLE
Glycemie | Eenheden/u | Volume
<60 mg/dl | -0,5 + 10g glucose IV | -0,5
<80 mg/dl | -0,5 | -0,5
80-120 mg/dl | Niet aanpassen | Niet aanpassen
>120 mg/dl | +0,5 | +0,5
>180 mg/dl | +1 | +1
>240 mg/dl | +1 + 3e Novorapid IV in shot | +1
[/TABLE
[TABLE
Glycemie | Eenheden/u | Volume
<60 mg/dl | -0,5 + 10g glucose IV | -0,5
<100 mg/dl | -0,5 | -0,5
100-150 mg/dl | Niet aanpassen | Niet aanpassen
>150 mg/dl | +0,5 | +0,5
>240 mg/dl | 0,5 + 3E Novorapid in shot | +1
[/TABLE
Glossary
# Woordenlijst
| Term | Definitie |
|---|---|
| Zwangerschapsdiabetes | Een vorm van glucose-intolerantie die ontstaat na de twintigste zwangerschapsweek, veroorzaakt door zwangerschapshormonen die geproduceerd worden door de placenta en de werking van insuline tegengaan. |
| Insulineresistentie | Een toestand waarbij lichaamscellen minder goed reageren op insuline, waardoor glucose moeilijker de cellen kan binnendringen en in het bloed blijft circuleren. |
| Glycemie | Het glucosegehalte in het bloed. |
| Hyperglycemie | Een verhoogd glucosegehalte in het bloed. |
| Hypoglycemie | Een verlaagd glucosegehalte in het bloed. |
| Bètacellen | Gespecialiseerde cellen in de alvleesklier (pancreas) die verantwoordelijk zijn voor de productie van insuline. |
| Macrosomie | Een foetus die aanzienlijk groter is dan gemiddeld, meestal gedefinieerd als een geboortegewicht van meer dan 4,5 kilogram. |
| Polyhydramnion | Een te grote hoeveelheid vruchtwater rondom de foetus. |
| Pre-eclampsie | Een zwangerschapscomplicatie gekenmerkt door hoge bloeddruk en eiwit in de urine, die na de twintigste zwangerschapsweek kan optreden. |
| Bariatrische chirurgie | Een reeks chirurgische ingrepen gericht op het behandelen van obesitas door het spijsverteringsstelsel aan te passen om gewichtsverlies te bevorderen. |
| Dumping syndroom | Een aandoening die kan optreden na maagchirurgie, waarbij voedsel te snel vanuit de maag naar de dunne darm gaat, wat leidt tot maag- en darmklachten. |
| Foetale groeirestrictie (FGR) | Een aandoening waarbij de foetus niet het verwachte gewicht bereikt tijdens de zwangerschap. |
| Intra-uteriene vruchtdood (IUVD) | Het overlijden van de foetus in de baarmoeder na de 20e zwangerschapsweek. |