Cover
Empieza ahora gratis Syllabus Arbeidsongeschiktheid 2024-2025.pdf
Summary
# Het ontstaan en de evolutie van verzekeringen
Verzekeringen zijn geëvolueerd van informele solidariteit binnen gemeenschappen naar een wetenschappelijk onderbouwde economische en sociale noodzaak, gedreven door maatschappelijke veranderingen zoals de groei van handel en industrialisatie.
### 1.1 De oorsprong van verzekeringen
#### 1.1.1 Vroege noodzaak tot bescherming
De oorsprong van verzekeringen ligt in de menselijke behoefte aan bescherming tegen tegenslagen. In primitieve samenlevingen werd deze behoefte opgevangen door nauwe familie- en stamverbanden, waarbij leden elkaar ondersteunden bij tegenspoed. Met de groei van de beschaving en het verbreken van deze hechte gemeenschappen, ontstond de noodzaak voor meer georganiseerde vormen van bijstand tussen groepen met gedeelde belangen [2](#page=2).
#### 1.1.2 Vroege voorlopers
Reeds in de oudheid bestonden er voorlopers van verzekeringen. Een voorbeeld uit de 18e eeuw voor Christus in Babylonie vermeldt de vergoeding van arbeiders in geval van een ongeval. Ook de praktijk waarbij de leider van een goederenkaravaan niet aansprakelijk was bij overvallen door rovers, kan worden gezien als een vorm van risico-overdracht [2](#page=2).
### 1.2 De ontwikkeling in de Middeleeuwen en daarna
#### 1.2.1 Ontstaan in de Middeleeuwen
Verzekeringen in de eigenlijke zin ontstonden in de Middeleeuwen, rond de 14e eeuw, parallel aan de groei van de handel. Schepen werden verzekerd, waarbij men tegen betaling van een premie schadeloosstelling ontving bij een ramp [2](#page=2) [3](#page=3).
#### 1.2.2 Wetenschappelijke grondslagen
Aanvankelijk ontbrak een wetenschappelijke basis voor verzekeringen; premies werden vaak willekeurig vastgesteld. Rond het midden van de 17e eeuw realiseerden wiskundigen zich dat de waarschijnlijkheid van gebeurtenissen berekend kon worden door het observeren van grote aantallen gelijksoortige gebeurtenissen. Dit legde de basis voor de kansberekening en de wet der grote getallen, waarop verzekeringen nu steunen. Blaise Pascal wordt genoemd als een Franse geleerde die de grondslagen legde voor de waarschijnlijkheidsleer, onder andere door het berekenen van lijfrentes op basis van sterftecijfers [3](#page=3).
#### 1.2.3 Gemeentelijke fondsen en brandverzekering
In de late Middeleeuwen bestonden er al gemeentelijke fondsen voor onderlinge bijstand, zoals de Brandgilden, die leden ondersteunden bij brandschade. De verwoestende brand in Londen in 1666 benadrukte het nut van branddekking, wat leidde tot een snelle organisatie van brandverzekeringen in Engeland, gevolgd door het continent [3](#page=3).
#### 1.2.4 Uitbreiding in de 18e eeuw en Lloyd's
De 18e eeuw zag een aanzienlijke uitbreiding van het bedrijfsleven, met de oprichting van meer verzekeringsmaatschappijen die steeds meer op wetenschappelijke basis werkten. Het ontstaan van Lloyd's, begin 18e eeuw, markeerde een belangrijke ontwikkeling. Lloyd's is geen verzekeringsmaatschappij maar een marktplaats voor verzekeraars, bestaande uit vermogende particulieren ('names') die zich persoonlijk en met hun vermogen verbinden. Deze 'names' zijn gegroepeerd in syndicaten en nemen via underwriters delen van risico's op. Lloyd's groeide uit tot een machtig verzekeringsorganisme door de grote spreiding van risico's [3](#page=3) [4](#page=4).
### 1.3 Verzekeringen in de moderne tijd
#### 1.3.1 Industrialisatie en nieuwe risico's
De stijgende industrialisatie en de toename van verkeer, mede door uitvindingen als de stoomlocomotief en de auto, brachten nieuwe risico's met zich mee, met name lichamelijke ongevallen. De eerste verzekeringen tegen lichamelijke ongevallen waren vaak reisverzekeringen, omdat reizen per trein of auto als gevaarlijk werd ervaren [4](#page=4).
#### 1.3.2 Sociale en economische noodzaak
Tegenwoordig zijn verzekeringen een sociale en economische noodzakelijkheid geworden, in zoverre dat sommige verzekeringen verplicht zijn gesteld door de overheid. Er is een sterke opkomst van diverse nieuwe verzekeringstakken [4](#page=4).
#### 1.3.3 Verschuiving in verzekeringstakken
Er is een duidelijke verschuiving te zien in de soorten verzekeringen door de jaren heen. In de 19e eeuw domineerde brandverzekering (70%) met zee- en andere verzekeringen (30%). In de 20e eeuw namen levensverzekeringen een dominante positie in (65%), met BOAR (Brand, Ongevallen, Algemene Risico's) en andere verzekeringen (35%) [4](#page=4).
#### 1.3.4 Sociaal-economische betekenis
Verzekeringen worden gekenmerkt door het aanleggen van een gezamenlijk fonds uit bijdragen van spaarders. Met deze gelden worden spaarders geholpen die getroffen worden door gedekte rampen. De actuariële wetenschappen maken het mogelijk om het aantal rampen en de benodigde totale vergoeding te ramen, en daarmee de individuele bijdragen [6](#page=6).
> **Tip:** Een economisch verantwoorde verzekering vereist een evenredigheid tussen bijdragen en uit te betalen sommen. Zonder deze evenredigheid is er sprake van een kansspel [7](#page=7).
#### 1.3.5 Vereisten voor een gezonde verzekering
Twee economische vereisten voor een gezonde verzekering zijn:
1. **Evenredigheid tussen bijdragen en uitbetalingen:** Dit is de essentie van verzekering [7](#page=7).
2. **Groepering van gedekte risico's:** Een te klein fonds, door te weinig groepering, volstaat niet bij een ramp. Verzekeraars mogen echter ook geen groepering aanleggen van risico's die allemaal tegelijkertijd intreden [7](#page=7).
Een verzekering is van toepassing wanneer het vooraf onmogelijk is te voorspellen of een verliesbrengende gebeurtenis zich bij een specifiek persoon zal voordoen, hoewel de gebeurtenis zelf (zoals overlijden) zeker is [7](#page=7).
#### 1.3.6 Sociale en overheidsrol
Verzekeringen zijn in menig opzicht een sociale instelling, die hulp biedt bij geleden verlies. Vanwege het sociale karakter zijn sommige verzekeringen verplicht gesteld door de staat, en in bepaalde gevallen beheert de staat ze zelfs. Voorbeelden van verplichte verzekeringen zonder overheidsbeheer zijn arbeidsongevallenverzekeringen en aansprakelijkheidsverzekeringen voor voertuigen [7](#page=7).
#### 1.3.7 Juridische betekenis
De landverzekeringsovereenkomst wordt geregeld door de wet van 25 juni 1992, die gewijzigd is door de wet van 16 maart 1994. Deze wet is van dwingend recht, wat betekent dat partijen er niet van mogen afwijken op straffe van nietigheid [8](#page=8).
> **Tip:** De landverzekeringsovereenkomst is niet van toepassing op herverzekeringen, zee- en binnenscheepvaartverzekeringen, luchtvaartverzekeringen en de meeste goederenvervoer-verzekeringen, met uitzondering van bagage- en verhuisverzekeringen. De verzekeringswet geldt wel buiten dit toepassingsgebied, en specifieke wetten kunnen afwijken, zoals burgerlijke aansprakelijkheidswetten [8](#page=8).
##### 1.3.7.1 Definitie van de verzekeringsovereenkomst
Volgens artikel 1, A van de wet wordt de verzekeringsovereenkomst gedefinieerd als: "Een overeenkomst, waarbij een partij, de verzekeraar, zich er tegen betaling van een vaste of veranderlijke premie tegenover een andere partij, de verzekeringnemer, toe verbindt een in de overeenkomst bepaalde prestatie te leveren in het geval zich een onzekere gebeurtenis voordoet waarbij, naargelang van het geval, de verzekerde of de begunstigde belang heeft dat deze zich niet voordoet." [8](#page=8).
---
# Juridische aspecten en het sluiten van verzekeringsovereenkomsten
Dit hoofdstuk behandelt de juridische fundamenten van de verzekeringsovereenkomst, inclusief de definitie, de betrokken partijen, de totstandkoming, de mededelingsplicht en de duur en beëindiging van de overeenkomst.
## 2.1 De verzekeringsovereenkomst in juridische zin
De wet van 25 juni 1992 regelt de landverzekeringsovereenkomst en is van dwingend recht, tenzij anders bepaald. Dit betekent dat partijen niet mogen afwijken van de wettelijke bepalingen op straffe van nietigheid van de afwijkende clausule. De wet is echter niet van toepassing op herverzekeringen, zee-, binnenscheepvaart- en luchtvaartverzekeringen, en de meeste goederenvervoer- en aansprakelijkheidsverzekeringen, hoewel de algemene verzekeringswet daar nog wel geldt [8](#page=8).
### 2.1.1 Definitie van een verzekeringsovereenkomst
Artikel 1, A van de wet definieert de verzekeringsovereenkomst als een overeenkomst waarbij de verzekeraar zich, tegen betaling van een premie, verbindt tot het leveren van een bepaalde prestatie in het geval van een onzekere gebeurtenis waarbij de verzekerde of begunstigde belang heeft dat deze gebeurtenis zich niet voordoet. Het is een wederkerig contract tussen minstens twee partijen [8](#page=8) [9](#page=9).
### 2.1.2 Partijen bij de verzekeringsovereenkomst
* **Verzekeraar:** De maatschappij die het contract afsluit en zich verbindt tot uitkering bij het intreden van de verzekerde gebeurtenis, in ruil voor een premie. De verzekeraar heeft recht op correcte informatie over het risico [9](#page=9).
* **Verzekeringnemer:** Een natuurlijke of rechtspersoon die het contract onderschrijft en gehouden is tot het betalen van de premie. De verzekeringnemer duidt de verzekerde en begunstigde aan en oefent eigendomsrechten uit. Hij is verantwoordelijk voor een juiste omschrijving van het risico [9](#page=9).
* **Verzekerde:** (Bij personenverzekeringen) de natuurlijke persoon op wiens hoofd de verzekering rust. De leeftijd van de verzekerde beïnvloedt de premie en de uitkering. De verzekerde is geen partij bij het contract, tenzij hij tevens de verzekeringnemer is. Hij moet medische selectie ondergaan en valse verklaringen of verzwijging kunnen het contract nietig maken [9](#page=9).
* **Begunstigde:** De natuurlijke of rechtspersoon aan wie het kapitaal of de rente wordt uitgekeerd. De begunstigde wordt aangeduid door de verzekeringnemer en de aanduiding kan als een schenking worden beschouwd. Indien de begunstigde de schenking aanvaardt, kan deze niet meer herroepen worden, behalve bij echtgenoten [9](#page=9).
Eenzelfde persoon kan tegelijkertijd verzekeringnemer, verzekerde en begunstigde zijn. Ook kunnen deze rollen door twee of drie verschillende personen worden vervuld [10](#page=10).
### 2.1.3 Sommenverzekering versus schadeverzekering
* **Sommenverzekering:** Keert vooraf bepaalde sommen uit aan aangewezen begunstigden bij een bepaalde gebeurtenis. Deze verzekeringen zijn niet-schadeloosstellend. Er is sprake van cumulatie van sommen met elkaar en met vergoedingen van derden. De uitkering is ongeacht of en hoeveel schade er is geleden. Het bewijs van realisatie van het risico is volstaat [11](#page=11).
* **Schadeverzekering:** Beschermt het vermogen van de verzekerde bij realisatie van een bepaald risico. De uitkering is overeenkomstig de geleden schade. De schadeverzekering kent een schadeloosstellend karakter. De schadeloosstelling is afhankelijk van het bestaan en de omvang van het geleden nadeel. Vereist bewijs van realisatie van risico én schade. Er is geen samenvoeging van uitkeringen. Er geldt wettelijke subrogatie en de evenredigheidsregel kan van toepassing zijn [12](#page=12).
Het verschil tussen beide wordt geschematiseerd door de te leveren bewijzen (gebeurtenis vs. gebeurtenis + schade) en de cumulatiemogelijkheden [12](#page=12).
## 2.2 Het sluiten van de verzekeringsovereenkomst
Voor het ontstaan van een verzekeringsovereenkomst is wederzijdse toestemming nodig, bestaande uit een aanbod en een aanvaarding. Verschillende documenten kunnen leiden tot de totstandkoming van een overeenkomst [13](#page=13):
### 2.2.1 Verzekeringsvoorstel
Een formulier van de verzekeraar dat door de kandidaat-verzekeringnemer wordt ingevuld. Het bevat vragen over gewenste dekking en risico-informatie. Het voorstel is een voorbereidende handeling. De verzekeraar moet binnen 30 dagen reageren met een aanbod, een weigering of een voorbehoud van onderzoek. Geen reactie binnen de termijn betekent dat de verzekeraar de verzekering moet afsluiten op straffe van schadevergoeding. De overeenkomst komt tot stand wanneer de verzekeraar het door de verzekeringnemer ondertekende exemplaar van de polis ontvangt [13](#page=13) [14](#page=14).
### 2.2.2 Voorafgetekende polis
Polissen die verzekeraars aanbieden voor eenvoudige of tijdelijke verzekeringen om werk te besparen. De voorafgetekende polis is een aanbod van de verzekeraar. De bemiddelaar kan de polis direct overhandigen en het dubbel laten ondertekenen door de verzekeringnemer. Vanaf dat moment bestaat de overeenkomst. De verzekeraar kan enkel weigeren indien de cliënt buiten het oorspronkelijke aanbod treedt [14](#page=14).
> **Voorbeeld:** Een reisverzekering die enkel geldig is voor Europa, kan niet worden afgesloten voor een reis naar Tunesië [14](#page=14).
### 2.2.3 Verzekeringsaanvraag
Bij hoogdringendheid kan de verzekeraar reageren met een verzekeringsaanvraag, die als een aanbod geldt om het risico voorlopig ten laste te nemen. De overeenkomst komt tot stand bij ondertekening van het formulier [15](#page=15).
> **Opmerkingen bij verzekeringsaanvraag en voorafgetekende polis:**
> * De waarborg gaat in de dag volgend op de ontvangst door de verzekeraar [15](#page=15).
> * Gedurende 30 dagen na ontvangst door de verzekeraar kunnen beide partijen opzeggen [15](#page=15).
> * Opzegging door de verzekeringnemer is onmiddellijk van kracht [15](#page=15).
> * Opzegging door de verzekeraar is van kracht na 8 dagen [15](#page=15).
### 2.2.4 De verzekeringspolis
Het document dat de algemene en bijzondere voorwaarden van de overeenkomst bevat. De polis moet ondertekend zijn door beide partijen en minimaal de volgende gegevens bevatten [15](#page=15):
1. Datum van sluiting en ingang van de overeenkomst [15](#page=15).
2. Duur van de overeenkomst [16](#page=16).
3. Identiteit van verzekeringnemer, verzekerde en begunstigde [16](#page=16).
4. Naam en adres van de verzekeraar [16](#page=16).
5. Naam en adres van de verzekeringstussenpersoon (indien van toepassing) [16](#page=16).
6. Gedekte risico's [16](#page=16).
7. Bedrag van de premie of wijze van bepaling [16](#page=16).
Een bijvoegsel is een document met wijzigingen aan de overeenkomst en vormt één geheel met de polis [16](#page=16).
## 2.3 De mededelingsplicht
De verzekeringnemer is verplicht de verzekeraar te informeren over alle kenmerken van het risico, zodat de verzekeraar kan beoordelen of en onder welke voorwaarden hij het risico aanvaardt. Deze plicht geldt zowel bij het sluiten als tijdens de looptijd van de overeenkomst [16](#page=16).
### 2.3.1 Gevolgen van een tekortkoming aan de mededelingsplicht
* **Opzettelijk verzwijgen of onjuist mededelen:** Leidt tot nietigheid van de overeenkomst. Opzet is aanwezig wanneer de bedoeling bestaat de verzekeraar te misleiden over risicobepalende elementen [17](#page=17).
* **Onopzettelijk verzwijgen of onjuist mededelen:** Leidt niet tot nietigheid van de overeenkomst [17](#page=17).
#### 2.3.1.1 Gevolgen buiten een schadegeval
Indien de tekortkoming wordt vastgesteld zonder schadegeval, zijn de volgende sancties mogelijk [17](#page=17):
* De verzekeraar kan de overeenkomst opzeggen binnen 1 maand na kennisname van het verzwijgen of onjuiste mededeling. Dit kan enkel indien de verzekeraar bewijst dat hij het risico nooit zou hebben verzekerd [18](#page=18).
* De verzekeraar kan een voorstel tot wijziging doen binnen 1 maand na kennisname [18](#page=18).
* Indien de verzekeringnemer het voorstel aanvaardt binnen 1 maand, wordt de overeenkomst aangepast met terugwerkende kracht tot de dag van kennisname door de verzekeraar [18](#page=18).
* Indien de verzekeringnemer weigert of niet reageert, kan de verzekeraar de overeenkomst opzeggen binnen 15 dagen [18](#page=18).
Indien de verzekeraar niet binnen de gestelde termijnen reageert, kan hij zich nadien niet meer beroepen op de feiten die hem bekend waren [18](#page=18).
#### 2.3.1.2 Gevolgen bij een schadegeval
Indien er een schadegeval optreedt vóór aanpassing of opzegging van de overeenkomst:
* **Tekortkoming niet te verwijten aan verzekeringnemer:** Geen sanctie mogelijk; verzekeraar levert de prestatie zoals overeengekomen [19](#page=19).
* **Tekortkoming wel te verwijten aan verzekeringnemer:**
* De verzekeraar kan de evenredigheidsregel van premie toepassen: de prestatie wordt herleid in verhouding tot de betaalde premie ten opzichte van de correcte premie [19](#page=19).
* Indien de verzekeraar bewijst dat hij het risico nooit zou hebben verzekerd, kan hij de prestatie beperken tot de terugbetaling van betaalde premies [19](#page=19).
> **Voorbeeld:** Bij een omniumverzekering van een wagen waarbij niet vermeld wordt dat het een cabriolet is, kan de vergoeding bij diefstal bij een opzettelijke verzwijging berekend worden op basis van de evenredigheid (5/8sten) of beperkt worden tot de gestorte premie indien de verzekeraar dit type wagen nooit verzekert [19](#page=19).
## 2.4 Wijziging van het risico in de loop van de overeenkomst
De gegevens waarop de risicobeoordeling steunde, kunnen tijdens de looptijd van de overeenkomst wijzigen.
### 2.4.1 Vermindering van het risico
Een vermindering van de kans dat het verzekerde voorval zich voordoet. De wet focust op de frequentie, niet op de omvang van de schade. Bij bewijs van risicovermindering kan de verzekeringnemer een premievermindering eisen, met terugwerkende kracht tot de dag van kennisname door de verzekeraar. Indien geen akkoord binnen de maand, kan de verzekeringnemer opzeggen. De risicovermindering moet blijvend en aanzienlijk zijn [20](#page=20) [21](#page=21).
### 2.4.2 Verzwaring van het risico
Verzwaring van de kans dat het verzekerde voorval zich voordoet. De verzekeringnemer moet nieuwe omstandigheden melden die leiden tot een aanmerkelijke en blijvende verzwaring [21](#page=21).
#### 2.4.2.1 Gevolgen buiten een schadegeval
* Indien de verzekeraar bewijst dat hij het verzwaarde risico niet zou hebben verzekerd, kan hij de overeenkomst opzeggen binnen 1 maand na kennisname [21](#page=21).
* Indien dit bewijs niet geleverd kan worden, moet de verzekeraar een wijziging voorstellen [21](#page=21).
* Bij aanvaarding binnen 1 maand treedt de wijziging in werking [21](#page=21).
* Bij weigering kan de verzekeraar binnen 15 dagen opzeggen [22](#page=22).
* Bij geen reactie binnen de maand, heeft de verzekeraar 15 dagen om op te zeggen [22](#page=22).
Na 1 maand zonder opzegging of wijzigingsvoorstel kan de verzekeraar zich niet meer beroepen op de risicoverzwaring [22](#page=22).
#### 2.4.2.2 Gevolgen bij een schadegeval
* **Verzwaring gemeld, schadegeval vóór wijziging/opzegging:** Verzekeraar is tot integrale schadevergoeding gehouden [22](#page=22).
* **Schadegeval vóór melding verzwaring:**
* Indien niet-melding niet te verwijten is aan verzekeringnemer: integrale schadevergoeding [22](#page=22).
* Indien niet-melding wel te verwijten is: evenredigheidsregel van premies [22](#page=22).
* Indien niet-melding te verwijten is én verzekeraar bewijst dat risico nooit verzekerd zou zijn: prestatie beperkt tot terugbetaling premies [23](#page=23).
* **Niet meedelen met bedrieglijk opzet:** Verzekeraar kan dekking weigeren [23](#page=23).
## 2.5 Premiebetaling en premiekrediet
De premiebetaling is een essentiële verplichting voor de verzekeringnemer. De premie is meestal vooruitbetaalbaar, maar kan ook variabel zijn en later definitief worden afgerekend. Betaling kan opgesplitst worden (maandelijks, per kwartaal, semester) tegen een toeslag [23](#page=23).
### 2.5.1 Gevolgen van niet-betaling
Bij niet-betaling kan de verzekeraar:
* **Dekking schorsen:** De verzekeraar is geen dekking verschuldigd, maar het contract blijft behouden. Schorsing gaat in na 15 dagen na aanmaning. De schorsing eindigt bij betaling van achterstallige premies en intresten [24](#page=24).
* **Overeenkomst opzeggen:** Dit kan indien het recht tot opzegging werd voorbehouden in de ingebrekestelling [24](#page=24).
### 2.5.2 Premiekrediet
Bij opzegging of vermindering van verzekerde prestaties, worden premies die slaan op de periode na het van kracht worden van de opzegging terugbetaald. Dit wordt premiekrediet genoemd [24](#page=24).
## 2.6 Verplichtingen van de verzekerde bij een schadegeval
De verzekerde heeft een aantal verplichtingen bij een schadegeval:
1. **Melding van het schadegeval:** Zo spoedig mogelijk en binnen de overeengekomen termijn. Zonder verwijl nuttige inlichtingen verstrekken en antwoorden op vragen van de verzekeraar. Bij nalatigheid kan de prestatie verminderd worden tot beloop van het nadeel voor de verzekeraar. Bij bedrieglijk opzet kan dekking geweigerd worden [25](#page=25).
2. **Voorkomen of beperken van de gevolgen:** De verzekerde moet redelijke maatregelen nemen. Nalatigheid kan leiden tot vermindering van de prestatie of weigering bij bedrieglijk opzet [25](#page=25) [26](#page=26).
* **Reddingskosten:** Kosten die door de verzekerde zijn gemaakt om schade te voorkomen of te beperken, worden door de verzekeraar gedragen, zelfs boven de verzekerde som, mits te goeder trouw gemaakt [26](#page=26).
3. **Gesteldheid van plaats (bij zaakverzekeringen):** De verzekerde mag geen veranderingen aanbrengen aan het beschadigde goed die de oorzaak of begroting van de schade bemoeilijken, tenzij noodzakelijk. Nalatigheid leidt tot vermindering van de prestatie of schadevergoeding, of weigering bij bedrieglijk opzet [26](#page=26).
4. **Overdracht van de stukken (bij aansprakelijkheidsverzekering):** Verplichting om gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken onmiddellijk over te maken aan de verzekeraar. Nalatigheid kan leiden tot schadevergoeding voor de verzekeraar [26](#page=26) [27](#page=27).
5. **Verplichte verschijning (bij aansprakelijkheidsverzekering):** Verplichting om voor het gerecht te verschijnen of zich te laten vertegenwoordigen. Bij verzuim moet de verzekerde de schade vergoeden die de verzekeraar lijdt [27](#page=27).
6. **Verbod op erkenning van aansprakelijkheid (bij aansprakelijkheidsverzekering):** De verzekerde mag de benadeelde niet vergoeden of een vergoeding toezeggen zonder toestemming van de verzekeraar. Louter erkennen van feiten of verstrekken van eerste hulp mag geen grond zijn voor weigering [27](#page=27).
7. **Andere verplichtingen:** Indien de overeenkomst andere verplichtingen oplegt, kan bij niet-nakoming het recht op prestatie vervallen [27](#page=27).
Lichte tekortkomingen die geen invloed hebben op het schadegeval of de omvang ervan, volstaan niet om de verzekeraar te bevrijden van zijn prestatieplicht [28](#page=28).
## 2.7 Schorsing van de verzekeringsovereenkomst
Schorsing maakt de uitwerking van de overeenkomst ongedaan, maar de overeenkomst blijft bestaan. Verplichtingen van beide partijen zijn tijdelijk opgeschort. Dit onderscheidt zich van schorsing van waarborg of rechtsverval, waarbij enkel de verbintenissen van de verzekeraar zijn opgeschort. Een schorsing kan contractueel worden overeengekomen, bijvoorbeeld wanneer een voertuig niet gebruikt wordt. De oorspronkelijke contractduur blijft behouden, tenzij anders overeengekomen [28](#page=28).
## 2.8 Duurtijd van de verzekeringsovereenkomst
Verzekeringsovereenkomsten worden meestal van jaar tot jaar stilzwijgend verlengd, tenzij één van de partijen dit opzegt bij aangetekend schrijven. De wettelijke opzegtermijn is drie maanden [29](#page=29).
> **Tip:** De jaarlijkse opzegbaarheid is een voordeel voor de verzekeringnemer, maar kan de investering van de verzekeraar in preventie ontmoedigen [29](#page=29).
### 2.8.1 Uitzonderingen op de jaarlijkse opzegbaarheid
* **Levensverzekeringsovereenkomsten:** Partijen kunnen de duurtijd vrij overeenkomen, maar de verzekeringnemer kan jaarlijks opzeggen op de verjaardag van de ingang of de vervaldag van de premie. De opzegtermijn kan vrij worden vastgesteld [30](#page=30).
* **Verzekeringsovereenkomsten afgesloten door niet-kleine ondernemingen:** Voor bepaalde risico's geldt geen jaarlijkse opzegbaarheid voor bedrijven die voldoen aan minstens twee van de volgende voorwaarden: meer dan 50 werknemers, meer dan 421.419 euro omzet, of meer dan 2.107.095 euro balanstotaal [30](#page=30).
* **Arbeidsongevallen:** Voor ondernemingen met 10 of meer werknemers kan de duurtijd 3 jaar bedragen [30](#page=30).
## 2.9 Einde van de verzekeringsovereenkomst
Naast beëindiging op de eindvervaldag, kan een verzekeringsovereenkomst eindigen door:
1. **Ontbinding:**
* In onderling akkoord tussen partijen [31](#page=31).
* Door opzegging van één van de partijen op basis van een wettelijke of contractuele bepaling. Dit moet gebeuren via aangetekende brief, deurwaardersexploot of tegen ontvangstbewijs, op straffe van nietigheid [31](#page=31).
2. **Nietigheid:** De overeenkomst wordt geacht nooit te hebben bestaan, met terugwerkende kracht. Betaalde schadevergoedingen kunnen worden teruggevorderd, en premies moeten worden terugbetaald, behalve bij bedrog. Belangrijke gevallen van nietigheid zijn: het niet-bestaan van het risico, opzettelijk verzwijgen/onjuist mededelen bij contractsluiting, en oververzekering ter kwader trouw [31](#page=31).
3. **Beëindiging van rechtswege:** Een welbepaalde gebeurtenis beëindigt de overeenkomst zonder formaliteiten [32](#page=32).
* **Overlijden van de verzekeringnemer:** Voor contracten *intuitu personae* (waarbij de persoon van de contractant bepalend is, zoals bij levens-, invaliditeits- en lichamelijke ongevallenverzekeringen, en diefstal- of beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen) eindigt de overeenkomst van rechtswege. Contracten *intuitu rei* (waarbij de inhoud van de overeenkomst belangrijker is dan de persoon) gaan van rechtswege over op de rechtsverkrijgenden. De meeste polissen bevatten echter specifieke bepalingen die voorrang hebben op algemene rechtsprincipes [32](#page=32) [33](#page=33).
* **Overdracht van de verzekerde zaak:** Een verzekering op een goed bindt de oorspronkelijke partijen. Bij overdracht van het goed heeft de verzekering principieel geen effect voor de nieuwe eigenaar [33](#page=33).
## 2.10 Verjaring
Verjaring is het verdwijnen van een recht door het verstrijken van een bepaalde termijn. Elke rechtsvordering uit een verzekeringsovereenkomst verjaart door verloop van drie jaar, wat een dwingende termijn is. De termijn begint te lopen vanaf de dag van het voorval, of later indien de rechthebbende bewijst dat hij pas later kennis kreeg. In elk geval verstrijkt de termijn 5 jaar na het voorval. Voor levensverzekeringen is de verjaringstermijn 3 jaar, maar voor het spaarkapitaal blijft deze 30 jaar [33](#page=33).
---
# De organisatie en financiering van de Belgische sociale zekerheid
Dit document biedt een gedetailleerd overzicht van de organisatie en financiering van de Belgische sociale zekerheid, waarbij de verschillende takken, instellingen, historische evolutie en financiële mechanismen worden uitgediept.
## 3. De organisatie en financiering van de belgische sociale zekerheid
### 3.1 Inleiding tot de sociale zekerheid
De Belgische sociale zekerheid is gebaseerd op het principe van solidariteit tussen verschillende groepen in de samenleving. Deze solidariteit wordt verzekerd door bijdragen naar vermogen van werkenden, de financiering door de gemeenschap en de inspraak van sociale partners zoals vakbonden en werkgeversorganisaties. De sociale zekerheid voorziet in vervangingsinkomsten bij loonverlies, aanvullingen op inkomen voor sociale lasten en bijstandsuitkeringen bij het ontbreken van een beroepsinkomen [35](#page=35).
#### 3.1.1 Historische evolutie
Het Belgische socialezekerheidsstelsel is een product van ongeveer 150 jaar evolutie. De oorsprong ligt in de industriële revolutie, waar armoede als een maatschappelijk probleem werd erkend, leidend tot de oprichting van 'Burgerlijke Godshuizen' en 'Burelen van Weldadigheid'. Specifieke risico's zoals ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid ontstonden, waarop arbeiders reageerden met de oprichting van 'Maatschappijen voor Onderlinge Bijstand', de voorlopers van mutualiteiten. Overheidsinterventie begon vanaf 1891 met subsidies aan mutualiteiten, wat leidde tot hun groepering in 'landsbonden'. De eerste verplichte verzekering was die tegen arbeidsongevallen in 1903. Tussen de wereldoorlogen breidde het stelsel zich uit met verplichte verzekeringen voor pensioenen, beroepsziekten, gezinsbijslag en betaald verlof. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd in 1944 het sociaal pact ondertekend, dat alle sociale verzekeringen verplicht maakte voor werknemers, de uitkeringen verhoogde, de RSZ oprichtte voor inning van bijdragen en leidde tot paritair beheer. Voor zelfstandigen werden later verplichtingen ingevoerd voor kinderbijslag, pensioen en geneeskundige verzorging, en in 1967 werd het 'sociaal statuut van de zelfstandigen' opgericht. Economische expansie na de oorlog zorgde voor uitbreiding van het systeem naar nieuwe groepen en verbetering van bestaande prestaties. Vanaf 1975 leidde economische crisis tot financiële problemen in de sociale zekerheid, wat hervormingen noodzakelijk maakte. Recente ontwikkelingen omvatten verlaging van werkgeversbijdragen ten gunste van alternatieve financieringsbronnen en aanpassingen aan pensioen- en leefloonwetgevingen (#page=38, 39). De zesde staatshervorming heeft bevoegdheden inzake gezinsbijslag en hulp aan bejaarden overgedragen naar de gemeenschappen [36](#page=36) [37](#page=37) [38](#page=38) [39](#page=39).
#### 3.1.2 Organisatie van de sociale zekerheid
Het Belgische socialezekerheidsstelsel kent drie hoofdsystemen: werknemers, zelfstandigen en ambtenaren [39](#page=39).
* **Werknemersstelsel:** De RSZ (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid) is de overkoepelende instelling die bijdragen int. Uitbetalingen gebeuren door specifieke parastatale instellingen [39](#page=39):
* FAMIFED: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag [39](#page=39).
* RVA: Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening [39](#page=39).
* FPD: Federale Pensioendienst [39](#page=39).
* RIZIV: Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering [39](#page=39).
* FEDRIS: Federaal agentschap voor Beroepsrisico’s [39](#page=39).
* RJV: Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie [39](#page=39).
* **Zelfstandigenstelsel:** Zelfstandigen betalen bijdragen aan een socialeverzekeringsfonds of de Hulpkas voor Sociale Verzekeringen van Zelfstandigen, beheerd door de RSVZ (Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen van Zelfstandigen). De RSVZ int bijdragen en coördineert uitbetalingen (behalve voor ziekte en invaliditeit) [40](#page=40).
* **Ambtenarenstelsel:** Voor personeelsleden van lokale en provinciale overheden is de DIBISS (Dienst voor de Bijzondere Socialezekerheidsstelsels) opgericht. Voor andere ambtenaren is de werkgevende overheid zelf verantwoordelijk voor inning en uitbetaling, behalve voor geneeskundige verzorging [40](#page=40).
#### 3.1.3 Het handvest van de sociaal verzekerde
Sinds 1997 geldt 'het handvest van de sociaal verzekerde', dat de rechten en plichten van burgers in hun contacten met socialezekerheidsinstellingen regelt. Belangrijke principes zijn duidelijke informatieverstrekking, tijdige beslissingstermijnen (binnen vier maanden voor beslissing, vier maanden voor uitbetaling), en het recht op beroepsmogelijkheden en motivatie bij beslissingen [40](#page=40) [41](#page=41).
### 3.2 Financiering van de sociale zekerheid
De financiering van de sociale zekerheid verschilt per stelsel.
#### 3.2.1 Financiering werknemers
In het werknemersstelsel betalen werknemers en werkgevers bijdragen aan de RSZ. Sinds 1995 is er een globaal financieel beheer waarbij de RSZ de takken financiert volgens thesauriebehoeften. De jaarlijkse vakantie voor arbeiders wordt via een vakantiekas betaald, gefinancierd met specifieke werkgeversbijdragen. De bijdragepercentages per sector zijn [41](#page=41) [42](#page=42):
| Sector | Werknemersbijdrage (%) | Werkgeversbijdrage (%) | Totaal (%) |
| :-------------------------- | :--------------------- | :--------------------- | :--------- |
| Ziekte en invaliditeit | | | |
| - geneeskundige verzorging | 3,55 | 3,80 | 7,35 |
| - invaliditeitsuitkeringen | 1,15 | 2,35 | 3,50 |
| Werkloosheid | 0,87 | 1,46 | 2,33 |
| Pensioenen | 7,50 | 8,86 | 16,36 |
| Arbeidsongevallen | 0,00 | 0,30 | 0,30 |
| Beroepsziekten | 0,00 | 1,00 | 1,00 |
| Bijzondere bijdragen | | | |
| (kindergeld) | 7,23 | 7,23 | 13,07 |
| **Totaal** | **20,30** | **25,00** | **45,30** |
*Tabel: Bijdragepercentages sociale zekerheid werknemers (1 januari 2018)* [43](#page=43).
Het brutoloon waarop bijdragen worden berekend, omvat elk voordeel in geld of geldswaarde dat de werkgever toekent als tegenprestatie voor arbeid. De federale Staat betaalt jaarlijks een vast bedrag aan de RSZ (ongeveer 6,5 miljard euro) [43](#page=43).
#### 3.2.2 Alternatieve financiering
Naast sociale bijdragen is er alternatieve financiering om staatstoelagen te beperken en werkgeversbijdragen te verlagen. Dit omvat een percentage van de BTW-ontvangsten (ongeveer 4 miljard euro voor sociale zekerheid werknemers, 557 miljoen euro voor zelfstandigen, en 1,8 miljard euro voor geneeskundige verzorging). Ook andere fiscale inkomsten zoals accijnzen en roerende voorheffing (ongeveer 3,3 miljard euro) dragen bij [44](#page=44).
#### 3.2.3 Financiering zelfstandigen
Zelfstandigen betalen een driemaandelijkse socialezekerheidsbijdrage berekend op hun nettoberoepsinkomen van het derde voorafgaande kalenderjaar. De bijdragepercentages en schijven voor 2024 zijn [44](#page=44):
* Tot 16.861,46 euro netto-inkomen: 864,15 euro per kwartaal [44](#page=44).
* Tussen 16.861,46 en 72.810,95 euro netto-inkomen: 20,50% van het netto-inkomen [44](#page=44).
* Tussen 72.810,95 en 107.300,30 euro netto-inkomen: 14,16% van het netto-inkomen [44](#page=44).
* Hoger dan 107.300,30 euro netto-inkomen: 0 euro [44](#page=44).
De maximale bijdrage voor 2024 is 19.809,92 euro per jaar. Beginnende zelfstandigen en bepaalde categorieën zoals meewerkende echtgenoten of gepensioneerden kunnen een aangepaste bijdrage betalen [45](#page=45).
#### 3.2.4 Financiering ambtenaren
Statutaire ambtenaren die niet bij lokale of provinciale diensten werken, betalen een basiswerkgeversbijdrage die vergelijkbaar is met die voor werknemers. Voor provinciale en lokale overheidsdiensten wordt deze basisbijdrage van 9,10% verhoogd met bijdragen voor beroepsziekten (0,17%), pensioenen (41,50% voor bepaalde overheden), loonmatiging (5,67%) en het Asbestfonds (0,01%). De bijdragen ten laste van het statutair personeelslid bedragen 3,55% voor geneeskundige verzorging en 7,5% voor overlevingspensioenen. Niet-statutair personeel met een arbeidscontract valt onder het algemene werknemersstelsel [45](#page=45).
### 3.3 De verschillende takken van de sociale zekerheid
De sociale zekerheid is onderverdeeld in zeven klassieke takken:
1. Rust- en overlevingspensioenen [34](#page=34).
2. Werkloosheid [34](#page=34).
3. Arbeidsongevallenverzekering [34](#page=34).
4. Beroepsziektenverzekering [34](#page=34).
5. Gezinsbijslag [34](#page=34).
6. Ziekte- en invaliditeitsverzekering [34](#page=34).
7. Jaarlijkse vakantie [34](#page=34).
Daarnaast bestaan er 'sociale bijstand' of 'residuaire regelingen' zoals leefloon, inkomensgarantie voor ouderen, gewaarborgde gezinsbijslag en tegemoetkomingen aan gehandicapten [34](#page=34).
#### 3.3.1 Gezinsbijslag
Gezinsbijslag omvat kinderbijslag, geboortepremie en adoptiepremie. Sinds 1 juli 2014 zijn de bevoegdheden inzake kinderbijslag, geboortepremies en adoptiepremies overgeheveld naar de Gemeenschappen [48](#page=48).
* **Rechthebbenden:** Personen die recht op gezinsbijslag doen ontstaan door hun arbeid (werknemer, zelfstandige, ambtenaar) en niet-werkende personen zoals werklozen, gepensioneerden, zieken, invaliden onder bepaalde voorwaarden. Bij meerdere rechthebbenden binnen een gezin geldt een rangorde: wees, opvoeder, vader, moeder, stiefouder, oudste rechthebbende [49](#page=49).
* **Bijslagtrekkende:** De persoon die de gezinsbijslag ontvangt, meestal de moeder, de opvoeder, of het kind zelf indien gehuwd, ontvoogd of 16+ met een eigen verblijfplaats [50](#page=50).
* **Rechtgevend kind:** Voldoet aan voorwaarden van verwantschap (eigen kinderen, adoptie-, pleeg-, kleinkinderen, etc.) moet in België worden opgevoed (met uitzonderingen) en voldoet aan de leeftijdsvoorwaarde (in principe tot 18 jaar, verlengbaar tot 25 jaar onder specifieke voorwaarden) (#page=51, 52). Gehandicapte kinderen hebben recht tot 21 jaar [51](#page=51) [52](#page=52).
* **Soorten bijslag:**
* Startbedrag (kraamgeld/geboortepremie): 1.238,78 euro [52](#page=52).
* Adoptiepremie: 1.238,78 euro [52](#page=52).
* Gewone kinderbijslag:
* Kinderen geboren vanaf 2019: Maandelijks basisbedrag van 176,66 euro plus een schoolbonus [52](#page=52).
* Kinderen geboren voor 2019: Maandelijks basisbedrag afhankelijk van de rang van het kind (rang 1: 101,69 euro, rang 2: 188,16 euro, rang 3+: 259,49 euro - bedragen 2024). Leeftijdsbijslagen variëren per leeftijdsgroep [54](#page=54).
* Wezenbijslag: Vanaf de maand van overlijden van een ouder. Halfwees: +141,33 euro; volle wees: +176,66 euro. Voor kinderen geboren voor 2019 ontvangt een volle wees 390,58 euro [53](#page=53) [54](#page=54).
* Bijkomende bijslagen: Zorgtoeslag voor kinderen met specifieke behoeften (handicap), pleegzorgtoeslagen, sociale toeslagen en eenoudergezinstoeslagen (#page=53, 54, 55. De maandelijkse bijslag voor gehandicapte kinderen varieert afhankelijk van de ernst van de gevolgen, beoordeeld via een medisch-sociale schaal [53](#page=53) [54](#page=54) [55](#page=55).
#### 3.3.2 Werkloosheid
De sector werkloosheid is primair gericht op werknemers in loondienst. Zelfstandigen en ambtenaren vallen hier principieel buiten, hoewel er specifieke regelingen bestaan voor hen [55](#page=55).
* **Toelaatbaarheids- en toekenningsvoorwaarden:**
* Een specifiek aantal arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen tijdens een referteperiode, afhankelijk van de leeftijd [56](#page=56):
* Jonger dan 36 jaar: 312 dagen / 21 maanden referteperiode [56](#page=56).
* Vanaf 36 tot 49 jaar: 468 dagen / 33 maanden referteperiode [56](#page=56).
* 50 jaar en ouder: 624 dagen / 42 maanden referteperiode [56](#page=56).
* Gelijkgestelde dagen omvatten dagen waarvoor sociale bijdragen zijn betaald (bv. vakantie, ziekte, staking) [56](#page=56).
* **Specifieke toekenningsvoorwaarden:** Geen loon ontvangen, werkloos zijn buiten eigen wil, geen arbeid verrichten (met uitzonderingen voor bijberoepen), arbeidsgeschikt zijn, beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt, in België wonen, de pensioengerechtigde leeftijd nog niet bereikt hebben, en niet onderworpen zijn aan vrijheidsbeneming (#page=56, 57 [56](#page=56) [57](#page=57).
* **Uitkeringen:** Het bedrag hangt af van gezinstoestand, werkloosheidsduur en laatste loon. Er is een progressieve vermindering ("degressiviteit") afhankelijk van de duur [58](#page=58).
* **Eerste vergoedingsperiode (eerste 12 maanden):**
* Eerste 3 maanden: 65% van laatste loon (begrensd tot 3.365,16 euro in 2024) [58](#page=58).
* Volgende 3 maanden: 60% van laatste loon (begrensd tot 3.365,16 euro in 2024) [58](#page=58).
* Volgende 6 maanden: 60% van laatste loon (begrensd tot 2.930,88 euro in 2024) [58](#page=58).
* **Tweede vergoedingsperiode (vanaf 13e maand):** Afhankelijk van gezinstoestand, met verlengingsmogelijkheden (#page=58, 59. Degressiviteit geldt tot de derde vergoedingsperiode [58](#page=58) [59](#page=59).
* **Derde vergoedingsperiode (na max. 48 maanden):** Forfaitaire daguitkeringen afhankelijk van gezinstoestand:
* Met gezinslast: 66,89 euro [59](#page=59).
* Alleenstaanden: 54,21 euro [59](#page=59).
* Samenwonenden: 28,13 euro [59](#page=59).
* Degressiviteit vermindert of valt weg bij 55 jaar, een beroepsverleden van 25 jaar, of een blijvende arbeidsongeschiktheid van minstens 33% [59](#page=59).
* **Inschakelingsuitkeringen (wachtuitkeringen):** Voor jongeren na studies en beroepsinschakelingstijd [60](#page=60).
* **Uitsluiting en sancties:** Mogelijke redenen zijn vrijwillige werkloosheid (bv. werkverlating, weigeren van werk), onbeschikbaarheid voor de arbeidsmarkt, en het verzuim van verplichte verklaringen (#page=60, 61 [60](#page=60) [61](#page=61).
* **Werklozen met bedrijfstoeslag en schoolverlaters:** Werklozen met bedrijfstoeslag ontvangen een uitkering van 60% van hun begrensd loon plus een bedrijfstoeslag. Schoolverlaters doorlopen eerst een beroepsinschakelingstijd en kunnen daarna inschakelingsuitkeringen aanvragen [61](#page=61) [62](#page=62).
* **Tewerkstellingsmaatregelen:** Diverse programma's en subsidies om werkgelegenheid te bevorderen en werkloosheid te bestrijden [62](#page=62).
#### 3.3.3 Pensioenen
Pensioenen vormen een belangrijk onderdeel van de sociale zekerheid, met toenemende druk door een stijgende levensverwachting, vroegtijdige pensionering, dalende geboortecijfers en toenemende vrouwelijke tewerkstelling (#page=63, 64 [63](#page=63) [64](#page=64).
* **Rustpensioenen:**
* **Pensioenleeftijd:** Normaal 65 jaar. Vervroegd pensioen mogelijk vanaf 63 jaar met 42 loopbaanjaren, of vanaf 60/61 jaar met 44/43 gewerkte jaren (werknemers). De wettelijke leeftijd stijgt naar 66 jaar in 2025 en 67 jaar in 2030. Voor zelfstandigen is dit ook 65 jaar, met vervroeging mogelijk vanaf 60 jaar. Ambtenaren hebben een normale leeftijd van 65 jaar, met specifieke voorwaarden voor vervroegd pensioen en variërende leeftijdsgrenzen voor bepaalde categorieën [64](#page=64) [65](#page=65).
* **Beroepsloopbaan:** Minimumloopbaanvoorwaarde voor ambtenaren is 40 jaar (sinds 2015) [65](#page=65).
* **Berekening werknemerspensioen:** Jaarloon aangepast aan inflatie x 60% (alleenstaande) of 75% (gezin) gedeeld door 45. Maximaal 45 dienstjaren tellen mee [67](#page=67) [68](#page=68).
* **Berekening zelfstandigenpensioen:** Gebaseerd op fictieve en reële lonen, met correctiecoëfficiënten [69](#page=69).
* **Berekening ambtenarenpensioen:** Referentiewedde x aantal aanneembare dienstjaren gedeeld door 60. Referentiewedde is gebaseerd op de wedden van de laatste 5 of 10 dienstjaren, afhankelijk van de leeftijd op 1 januari 2012 [69](#page=69).
* **Overlevingspensioen:** Toekend aan weduwen/weduwnaars op basis van de loopbaan van de overleden echtgeno(o)t(e) [70](#page=70).
* **Voorwaarden:** Minimumleeftijd (stijgend tot 50 jaar in 2025) (#page=70, 71, huwelijk van minstens één jaar of een kind, of overlijden door een ongeval na het huwelijk. Hertrouwen schorst het pensioen [70](#page=70) [71](#page=71).
* **Berekening privésector/zelfstandigen:** Jaarloon x 60% gedeeld door aantal jaren tussen 20 jaar en overlijden. Indien de overledene al op rustpensioen was, is het overlevingspensioen 80% van het rustpensioen [71](#page=71).
* **Berekening ambtenaren:** 60% van de gemiddelde wedde van de laatste 10 (of 5) dienstjaren, vermenigvuldigd met een breuk (aantal maanden diensten / maanden tussen 20e verjaardag en overlijden, max. 480 maanden) [72](#page=72).
* **Cumulatie:** Beperkingen op cumulatie van overlevingspensioenen met beroepsinkomsten, vervangingsinkomsten en rustpensioenen (#page=72, 73 [72](#page=72) [73](#page=73).
#### 3.3.4 Geneeskundige verzorging
De ziekteverzekering biedt toegang tot gezondheidsprestaties voor vrijwel de hele Belgische bevolking [74](#page=74).
* **Rechthebbenden:** Werknemers, zelfstandigen, ambtenaren, werklozen, gepensioneerden, etc., plus hun ten laste zijnde personen, onder voorwaarden van inkomen en gezinslidmaatschap [74](#page=74).
* **Voorwaarden:** Aansluiting bij een verzekeringsinstelling (ziekenfonds), betaalde bijdragen, en in de meeste gevallen geen wachttijd (#page=74, 75 [74](#page=74) [75](#page=75).
* **Geneeskundige verstrekkingen:** Omvatten preventieve en curatieve zorg, onderverdeeld in 27 categorieën, zoals gewone geneeskundige hulp, tandheelkunde, farmaceutische producten, ziekenhuisverpleging en revalidatie [75](#page=75).
* **Terugbetalingstarieven:** Verschillen afhankelijk van de verstrekking, het statuut en de accreditatie van de zorgverlener. Het remgeld (persoonlijk aandeel) bedraagt in principe 25%. Er bestaat een verhoogde terugbetaling ("voorkeurregeling" of "WIGW-statuut") voor specifieke categorieën, mits voldaan wordt aan inkomensgrenzen [76](#page=76).
* **Geneeskunde:** Remgeld varieert, met lagere tarieven voor de voorkeurregeling (bv. 10% voor gewone hulp) [77](#page=77).
* **Apotheek:** Derdebetalersregeling is mogelijk; hogere terugbetalingstarieven voor voorkeurregeling. Farmaceutische specialiteiten zijn ingedeeld in 7 terugbetalingscategorieën (A tot Fb) [77](#page=77).
* **Ziekenhuis:** Persoonlijk aandeel per dag varieert per categorie gerechtigden [78](#page=78).
* **Maximumfactuur (MaF):** Garandeert dat de kosten voor verzekerde en noodzakelijke ziektekosten een vastgesteld maximumbedrag niet overschrijden. Er zijn verschillende soorten MaF: sociale MaF, MaF inkomens, en MaF op grond van individuele titel (voor kinderen jonger dan 19 jaar) [79](#page=79) [80](#page=80).
#### 3.3.5 Ziekte-uitkeringen
Bij ziekte worden naast medische kosten ook uitkeringen verstrekt ter compensatie van loonverlies [81](#page=81).
* **Werknemers:** Gerechtigde werknemers moeten 180 arbeidsdagen of gelijkgestelde dagen hebben gepresteerd in de 12 maanden voorafgaand aan de uitkering, en voldoende bijdragen hebben betaald [82](#page=82).
* **Primaire arbeidsongeschiktheid:** Maximaal 1 jaar durende periode; uitkering bedraagt 60% van het loon (begrensd op 105,61 euro per dag in 2024) [82](#page=82).
* **Invaliditeit:** Begint na één jaar primaire arbeidsongeschiktheid; uitkering varieert met gezinstoestand (65% voor personen ten laste, 55% alleenstaanden, 40% samenwonenden) [83](#page=83).
* **Zelfstandigen:** Moeten zich inschrijven, een wachttijd van zes maanden vervullen en een verklaring van de behandelend geneesheer indienen. De arbeidsongeschiktheid kent drie perioden: een niet-vergoede maand, een vergoede primaire periode van elf maanden, en daarna invaliditeit. Uitkeringen zijn forfaitair en variëren met de gezinssituatie [83](#page=83) [84](#page=84).
* **Ambtenaren:** Hebben recht op ziektekrediet (21 dagen per 12 maanden dienstanciënniteit) waarbij 100% van de wedde behouden blijft. Na uitputting van ziekteverlof volgt disponibiliteit wegens ziekte met een wachtuitkering (minimaal 60% van laatste wedde). Bij ernstige ziekte kan de wachtuitkering gelijk zijn aan de laatste wedde [84](#page=84) [85](#page=85).
#### 3.3.6 Moederschapsuitkeringen
Zwangere vrouwen hebben recht op verlof en een vergoeding tijdens dit verlof [85](#page=85).
* **Werkneemsters:** Twee perioden: voorbevallingsrust (max. 6 weken voor bevalling, 8 bij meerling) en nabevallingsrust (9 weken na bevalling, verlengbaar). Het bedrag van de moederschapsuitkering is een percentage van het begrensde loon [85](#page=85) [86](#page=86).
* **Zelfstandigen:** Vrouwelijke zelfstandigen hebben recht op een moederschapsverlof van maximaal 12 weken (13 bij meerling), met een verplichting van 1 week voor en 2 weken na de bevalling. Ze ontvangen een forfaitair bedrag per week [86](#page=86).
* **Ambtenaren:** Vrouwelijke ambtenaren hebben recht op 15 weken moederschapsrust (19 bij meerling), waarbij 100% van de wedde behouden blijft [87](#page=87).
* **Vaderschapsverlof:** Elke werknemer heeft recht op 15 dagen verlof bij de geboorte van een kind. De eerste 3 dagen worden betaald door de werkgever, de volgende 7 dagen met een vaderschapsuitkering (82% van het gederfde loon, begrensd) [87](#page=87).
#### 3.3.7 Arbeidsongevallen
Werknemers zijn gedekt tegen arbeidsongevallen en ongevallen op de weg van/naar het werk. Zelfstandigen vallen hier buiten [88](#page=88).
* **Gedekte risico's:** Ongevallen op de werkplek en op de weg van/naar het werk. Een arbeidsongeval is een plotselinge gebeurtenis die een letsel veroorzaakt tijdens en wegens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst [88](#page=88).
* **Vergoede schade:**
* **Medische en aanverwante kosten:** Opname ziekenhuis, kinesitherapie, medische, chirurgische, tandheelkundige en farmaceutische verzorging, orthopedische toestellen. Kosten worden volledig terugbetaald volgens tarieven ziekteverzekering [89](#page=89).
* **Vergoeding voor inkomensverlies:**
* **Tijdelijke arbeidsongeschiktheid:** 90% van het gemiddelde dagloon (basislon tot 54.743,48 euro in 2024) [89](#page=89).
* **Gedeeltelijke tijdelijke arbeidsongeschiktheid:** Uitkering gelijk aan het verschil tussen loon voor en na ongeval [90](#page=90).
* **Blijvende arbeidsongeschiktheid:** Jaarlijkse vergoeding gebaseerd op basisloon en graad van arbeidsongeschiktheid, vastgesteld na consolidatie. Kan herzien worden binnen 3 jaar [90](#page=90).
* **Dodelijk arbeidsongeval:** Begrafenisuitkering (30x gemiddeld dagloon), kosten transport, lijfrente voor echtgeno(o)t(e)/wettelijk samenwonende (30% basisloon), en tijdelijke rente voor kinderen (20% voor volle wezen, 15% voor halve wezen) [91](#page=91).
* **Burgerlijke aansprakelijkheid:** In principe geen schadevergoedingseis tegen de werkgever, tenzij opzet, bijkomende schade of aansprakelijkheid van derden [92](#page=92).
* **Ambtenaren:** Lijkenissen met regelingen voor werknemers; onderscheid tussen tijdelijke en blijvende arbeidsongeschiktheid [92](#page=92).
* **Zelfstandigen:** Niet verzekerd tegen arbeidsongevallen, maar kunnen terugvallen op ziekte- en invaliditeitsverzekering [93](#page=93).
#### 3.3.8 Beroepsziekten
Beroepsziekten worden, net als arbeidsongevallen, beschouwd als 'beroepsrisico's' [93](#page=93).
* **Wat is een beroepsziekte?** Vaak moeilijk aan te tonen verband tussen blootstelling en ziekte. Er bestaat een lijst met erkende beroepsziekten, maar ook een open systeem voor niet-erkende ziekten mits bewijs van oorzakelijk verband [94](#page=94).
* **Vergoede risico's:** Basisvergoeding, evaluatie arbeidsongeschiktheid, vergoedingen bij overlijden, medische verzorging en reiskosten zijn grotendeels gelijk aan die voor arbeidsongevallen. Verschillen zijn onder meer dat een beroepsziekte vanaf het begin blijvend kan zijn en er geen herzieningstermijn is [95](#page=95).
* **Het asbestfonds:** Biedt schadeloosstelling voor ziekten door asbestblootstelling (mesothelioom, asbestose) [96](#page=96).
#### 3.3.9 Jaarlijkse vakantie
De sector jaarlijkse vakantie behoort tot het klassieke socialezekerheidssysteem [96](#page=96).
* **Arbeiders (en arbeiders op leercontract) en kunstenaars:** Vakantiegeld wordt automatisch uitgekeerd door de RJV (Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie) of een bijzonder vakantiefonds. Vakantieduur hangt af van gewerkte dagen, maximaal 20 dagen in een vijfdagenweekstelsel. Vakantiegeld bestaat uit enkel (8% op brutolonen) en dubbel vakantiegeld (7,38% op brutolonen) [97](#page=97).
* **Bedienden (en bedienden op leercontract):** Vakantiegeld wordt direct door de werkgever betaald. Recht op 24 vakantiedagen (zesdagenweek) of 20 dagen (vijfdagenweek). Bestaat uit doorbetaling van maandloon (enkel vakantiegeld) en een supplement (dubbel vakantiegeld) [98](#page=98).
* **Ambtenaren:** Recht op vakantie afhankelijk van leeftijd (26 tot 28 dagen). Ontvangen hun maandwedde tijdens de vakantie en extra vakantiegeld (forfaitair en wijzigbaar gedeelte) [99](#page=99).
#### 3.3.10 Sociale verzekering in geval van faillissement
Het sociaal statuut der zelfstandigen voorziet in een overbruggingsrecht bij faillissement [99](#page=99).
* **Wie geniet?** Zelfstandigen die failliet verklaard zijn, in collectieve schuldenregeling verkeren, of zaakvoerders/bestuurders van een failliete handelsvennootschap. Uitsluiting geldt bij strafrechtelijke vervolging of bedrieglijk organiseren van onvermogen [99](#page=99).
* **Wat dekt het?** Vrijwaart rechten op gezinsbijslag en geneeskundige verzorging (max. 4 kwartalen), en opent rechten op een maandelijkse uitkering (max. 12 maanden) van 1.967,73 euro of 1.574,68 euro, afhankelijk van ten laste zijnde personen (bedragen 1 januari 2024) [100](#page=100).
#### 3.3.11 Hulp ten gunste van zelfstandigen na een bevalling of adoptie
* **Moederschapshulp na bevalling:** Vrouwelijke zelfstandigen die hun activiteit hervatten na bevalling ontvangen 105 gratis dienstencheques. Dit is bedoeld om huishoudelijke taken te verlichten [100](#page=100).
* **Adoptie-uitkering:** Zelfstandigen die een kind adopteren, kunnen onder voorwaarden aanspraak maken op een uitkering van ongeveer 597 euro per week gedurende maximaal 6 weken (of 4 weken voor kinderen tussen 3-8 jaar, verdubbeld bij handicap). De zelfstandige mag geen beroepsactiviteit uitoefenen en moet in orde zijn met sociale bijdragen .
---
# Specifieke verzekeringsproducten en hun kenmerken
Dit overzicht behandelt diverse verzekeringstakken, waaronder persoonlijke ongevallenverzekeringen, gewaarborgd inkomen, hospitalisatieverzekeringen, tandzorgverzekeringen, reisverzekeringen en zorgverzekeringen, met hun specifieke waarborgen, uitsluitingen en formaliteiten.
## 1. De persoonlijke ongevallenverzekering
De verzekering lichamelijke ongevallen is een overeenkomst waarbij de verzekeraar, tegen betaling van een premie, overeengekomen bedragen uitkeert voor lichamelijk letsel door een gedekt ongeval. De omvang van de bedragen en de premie worden vrij overeengekomen en staan los van het werkelijk geleden nadeel, wat dit tot een persoonsverzekering maakt. Bijkomende waarborgen voor medische en verhaalkosten vallen onder schadeverzekeringen en vergoeden het geleden nadeel tot een bepaald maximum. Cumulatie van meerdere verzekeringen die het nadeel overschrijden of de prestatie met vergoeding van een derde cumulereren, is niet toegestaan .
### 1.1. Indeling van ongevallenverzekeringen
Lichamelijke ongevallenverzekeringen worden ingedeeld in:
* **Persoonlijke of individuele ongevallenverzekeringen**: Dekking voor één persoon of gezin .
* **Volledige/algemene**: Dekking voor privé- en beroepsleven .
* **Beperkte/bijzondere**: Dekking voor specifieke gebieden zoals privé-leven of sport .
* **Collectieve ongevallenverzekeringen**: Afgesloten voor een groep, meestal met één verzekeraar en nemer, maar meerdere verzekerden. Deze zijn voordeliger .
* **Hoofd- en aanvullende verzekeringen**: Hoofdverzekeringen worden los afgesloten, aanvullende zijn gekoppeld aan een hoofdverzekering .
### 1.2. Soorten individuele ongevallenverzekeringen
* **Gezinsongevallenverzekering**: Dekt ongevallenrisico's van een gezin; zelfde voorwaarden als individuele verzekering, maar definitie van gezin verschilt per polis .
* **Schoolongevallenverzekering**: Dekt letsels opgelopen door leerlingen op school of onderweg, vaak in combinatie met BA-verzekering van de school .
* **Bankrekeningverzekering**: Collectieve ongevallenverzekering voor rekeninghouders, biedt dekking bij overlijden of invaliditeit .
* **Reisongevallenverzekering**: Dekt ongevallen tijdens een reis, beperkt in tijd en ruimte, sluit beroepsrisico's uit .
* **Luchtvaartongevallenverzekering**: Specifieke dekking voor luchtvaart .
* **Wintersportongevallenverzekering**: Dekking voor wintersportactiviteiten, inclusief opsporing, redding en repatriëring .
* **Zakenreisverzekering**: Maatwerkverzekering, dekt ook beroepsrisico's en oorlogsrisico's, wereldwijde dekking .
* **Globale vakantieverzekering**: Omvat reisongevallenverzekering plus dekking voor medische kosten bij ziekte, diefstal bagage, rechtsbijstand, aansprakelijkheid, annuleringskosten en repatriëring .
* **Landbouwongevallenverzekering**: Dekt lichamelijke ongevallen bij landbouwers en hun gezinsleden tijdens de uitoefening van hun bedrijf, vaak uitgebreid tot privé-leven .
* **Verzekering verkeersrisico**: Dekt uitsluitend verkeersongevallen, ook voor voetgangers en openbaar vervoer. Nuttig omdat vergoedingen cumuleerbaar zijn met schadeverzekeringen .
* **Verzekering Inzittenden Plus**: Vergoedt inzittenden van een auto na een ongeval. Cumuleerbaar met schadeverzekeringen .
* **Verzekering Bestuurder Plus**: Biedt de bestuurder integrale vergoeding voor lichamelijke schade na een ongeval, ongeacht aansprakelijkheid .
* **Verzekering opvarenden van een pleziervaartuig**: Vergelijkbaar met autoverzekeringen voor inzittenden .
### 1.3. Het begrip ongeval
Een ongeval is een plotse gebeurtenis, veroorzaakt door een kracht van buitenaf, met als direct gevolg lichamelijk letsel of overlijden .
* **Plotse gebeurtenis**: Snel plaatsvindend en verrassend .
* **Oorzaak van buitenaf**: Kracht vreemd aan het lichaam en onafhankelijk van de wil van het slachtoffer .
* **Lichamelijk letsel of de dood**: Aantasting van de fysische of mentale integriteit .
### 1.4. Toegekende waarborgen
* **Kapitalen voor overlijden, blijvende invaliditeit, tijdelijke ongeschiktheid**: Vaste bedragen bij specifieke gevolgen .
* **Tussenkomst in kosten**: Behandelingskosten en kosten voor verhaalprocedures .
#### 1.4.1. Overlijden
Uitkering aan aangeduide persoon of erfgenamen indien overlijden rechtstreeks volgt uit een gedekt ongeval, binnen drie jaar na het ongeval .
#### 1.4.2. Blijvende invaliditeit
Uitkering van het verzekerde kapitaal bij volledige en blijvende invaliditeit. Bij gedeeltelijke invaliditeit geldt een pro-rataregeling op basis van het invaliditeitspercentage .
* **Fysiologische invaliditeit**: Aantasting van fysieke integriteit, vastgesteld op basis van medische normen (bv. OBSI/BOBI-schaal). Maximale vergoeding is 100% .
* **Economische invaliditeit**: Onvermogen om werk uit te voeren, rekening houdend met leeftijd, ervaring, conjunctuur en arbeidsmarkt. Bepaling gebeurt individueel .
* **Heling van letsels**: Letsels worden als geheeld beschouwd wanneer ze niet meer evolueren .
* **Definitieve vaststelling invaliditeit**: Na einde behandeling; indien na 3 jaar behandeling nog niet afgerond, wordt voorspelbare invaliditeit vastgesteld .
* **Voorschotten**: Mogelijk tot 50% van vermoedelijke invaliditeit na één jaar .
* **Volledige invaliditeit**: Minimaal 67% fysiologische invaliditeit leidt tot integrale betaling .
* **Vrijstelling**: Absoluut of Engels .
#### 1.4.3. Tijdelijke ongeschiktheid
Volledige of gedeeltelijke ongeschiktheid, waarbij economische ongeschiktheid wordt gehanteerd. Dagvergoeding verschuldigd vanaf dag na ongeval tot genezing/heling, maximaal drie jaar .
* **Eigen risico (carentietijd)**: Periode zonder uitkering, leidt tot lagere premie (0, 15, 30 dagen, of wachttijd van 16 dagen). Voor bedienden/arbeiders 30 dagen wegens gewaarborgd loon. Voor zelfstandigen om minieme ongevallen te vermijden .
* **Maximale dagvergoeding**: Berekend als (Vergoeding overlijden + bij blijvende invaliditeit) / 3000 .
#### 1.4.4. Tijdelijke hospitalisatie bij ongeschiktheid
Bijkomende dagvergoeding bij hospitalisatie ten gevolge van een ongeval, beperkt tot het bedrag van de gewone dagvergoeding, maximaal 12,39 euro per dag, vanaf de eerste dag na ongeval .
#### 1.4.5. Terugbetaling van medische kosten
Alle noodzakelijke medische kosten ten gevolge van het ongeval, zoals voorgeschreven door bevoegde geneesheren. De tussenkomst is beperkt tot 1.239 of 2.479 euro en gebeurt na aftrek van sociale zekerheid of arbeidsongevallenwetgeving. Vergoedingen zijn niet cumuleerbaar met die van dezelfde aard uit andere verzekeringen. De maatschappij heeft verhaalrecht op de aansprakelijke derde .
#### 1.4.6. Bijstand bij verhaal
Dekking voor kosten en erelonen van gerechtelijke procedures tegen aansprakelijke derden. Tussenkomst meestal niet meer dan 12.395 euro .
### 1.5. Voorwaarden
* Maximaal vijf afzonderlijke waarborgen, maatschappijen dekken zelden enkel behandeling of rechtsbijstand .
* Aanvaarding doorgaans tot 60/65 jaar, polissen vervallen op 70ste verjaardag .
* Wettelijk verplichte ongevallenverzekeringen bestaan voor o.a. bloedafname, brandweer, sportverenigingen en sportkampen .
### 1.6. Algemene bepalingen
* **Duur contract**: Maximaal één jaar, verlengbaar. Stopt bij verhuis uit België of op de eerste jaarlijkse vervaldag na 70ste verjaardag .
* **Opzegging**: Door verzekerde met 3 maanden opzegtermijn; door maatschappij bij wanbetaling, contractbreuk, na schadegeval, of faillissement .
* **Wijziging tarief**: Maatschappij kan premie wijzigen vanaf volgende vervaldag; verzekeringnemer heeft 30 dagen opzegtermijn .
* **Indexering**: Jaarlijkse verhoging (bv. 5%) ter bescherming tegen waardevermindering .
* **Aangifte risico**: Verzekerde moet alle relevante gegevens doorgeven bij afsluiten en tijdens looptijd. Belangrijk zijn gezondheid, vroegere ongevallen, beroeps- en bijkomstige activiteiten (sporten). Wijziging beroepsactiviteit moet gemeld worden .
* **Regeling schadegevallen**: Ongeval aangeven binnen 8 dagen (bij overmacht 1 jaar). Vanaf kennisname ernst letsel. Verplichte medische attest, medewerking aan vaststellingen en toelating voor informatieverstrekking van behandelende arts. Dodelijke ongevallen melden binnen 24 uur, maatschappij kan autopsie eisen .
* **Voorstel**: Goed ingevuld voorstel is cruciaal voor risicobeoordeling; onjuiste/onvolledige verklaringen leiden tot verval van rechten .
### 1.7. Fiscaliteit
* **Aftrek premies**: Niet fiscaal aftrekbaar, beschouwd als persoonsverzekering zonder beroepsband .
* **Belasting uitkeringen**: Vrijgesteld van belastingen .
* **Successierechten**: Bij kapitaal bij overlijden, meestal successierechten verschuldigd .
### 1.8. Uitsluitingen
* **Absoluut uitgesloten**: Opzet, zware fout, kennelijk roekeloze daad, twist/agressie (vrijwillig deelname), ziekte/gebrekkigheid (geen ongeval), oorlog, dronkenschap, geestesstoornis/drugs .
* **Relatief uitgesloten**: Gevaarlijke sporten (soms met halve dekking), luchtvaartrisico's (meestal wel gedekt), territoriale uitsluitingen, natuurrampen, klimaatsinvloeden, kernrisico's, specifieke risicovolle werkzaamheden .
## 2. De arbeidsongevallenverzekering
De arbeidsongevallenverzekering is een verplichte collectieve persoonsverzekering voor werknemers, die ongevallen tijdens en door het werk dekt. Het is een schadeverzekering die niet gebaseerd is op fouten, met schadeloosstelling op basis van een vast bedrag en wettelijk begrensd loon .
* **Verzekeringsorganismen**: Onderscheid tussen "ondernemingen tegen vaste premie" en gemeenschappelijke kassen .
* **Controlewetgeving**: Wet van 25 juni 1992 van toepassing, met specifieke wetten voor arbeidsongevallen (bv. Wet van 10 april 1971). FEDRIS speelt rol als garantiefonds .
* **Dubbele rechtsverhouding**: Slachtoffer-verzekeraar (regeld door wettelijke bepalingen, toezicht FEDRIS) en werkgever-verzekeraar (contractueel, toezicht FSMA) .
### 2.1. Toepassingsgebied en verzekerde risico's
* **Basisprincipe**: Wet van 10 april 1971 is van toepassing op werknemers onderworpen aan sociale zekerheid .
* **Uitbreiding**: Ook van toepassing op bepaalde niet-RSZ-onderworpen werknemers (bv. studenten, occasionele werknemers) .
* **Niet onder toepassingsgebied**: Vrije beroepen, zelfstandigen, werklozen .
* **Andere regelingen**: Personeel openbare diensten en militairen vallen onder specifieke wetgeving .
### 2.2. Begrippen
* **Arbeidsongeval**: Elk ongeval dat een werknemer tijdens en door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst overkomt en dat een letsel veroorzaakt .
* "Tijdens de uitvoering van de arbeidsovereenkomst": Ruimer dan enkel de werkuren, ook situaties onder gezag werkgever .
* "Door de uitvoering van het arbeidscontract": Moet verband houden met beroepsrisico .
* "Plotselinge gebeurtenis": Tijd- en plaatslokaaliseerbaar, onderscheidt zich van beroepsziekte .
* "Letsel": Fysiek of psychisch, inclusief ziekte na plotse gebeurtenis .
* **Arbeidswegongeval**: Ongeval op weg naar of van het werk, gedefinieerd als normaal traject tussen verblijfplaats en werk .
* "Normaal traject": Kan omwegen of onderbrekingen bevatten die gerechtvaardigd zijn .
* "Verblijfplaats": Feitelijke verblijfplaats, verlaten van strikt privé-gedeelte is dekking start .
* **Bewijs**: Slachtoffer bewijst plotse gebeurtenis, letsel en arbeidsweg; wettelijke vermoedens verlichten bewijslast voor oorzakelijk verband en uitvoering contract .
### 2.3. Onderscheid arbeidsongeval en arbeidswegongeval
Fundamenteel onderscheid voor juridische bewijsmechanismen, rechtsvorderingen, tariefstelling en preventie .
### 2.4. Onderschrijving en prijs
* **Verzekeringseenheid**: Werkgever sluit één polis af voor alle risico's en werknemers .
* **Duur**: Maximaal één jaar, stilzwijgend verlengbaar; uitzonderlijk tot drie jaar voor grotere ondernemingen .
* **Opzegging**: Verzekeraar kan na schadegeval opzeggen; verzekeringnemer bij premieverhoging .
* **Opschorting**: Bij tijdelijk wegvallen risico; FEDRIS dekt dan .
* **Tarifering**: Gebaseerd op NACE-code, exploitatievoorwaarden en ongevalsfrequentie/ernst (segmentering). Risicopremies voor arbeiders (hoger), bedienden en weg van/naar werk. Handelstarief omvat ook kosten, winstmarge en commissielonen. Bijdrageplafond en vergoedingsplafond (54.743,48 euro in 2024) .
### 2.5. Preventie
Wettelijke plicht om gevolgen van schadegeval te voorkomen/beperken. Preventie gebeurt individueel (diensten verzekeraar) en collectief (FEDRIS, VZW Prevent) .
### 2.6. Aangifte van schadegevallen
Werkgever moet ongeval aangeven binnen 10 werkdagen. Vereenvoudigd formulier voor ongevallen met directe werkhervatting en korte arbeidsongeschiktheid. Ernstige ongevallen moeten onmiddellijk gemeld worden bij FOD Werkgelegenheid .
### 2.7. Schadevergoeding en verzekeringsprestaties
* **Behandelingskosten**: Terugbetaling medische kosten, prothesen, farmaceutische en hospitalisatiekosten volgens RIZIV-tarieven .
* **Verplaatsingskosten**: Reële kosten (OV, taxi, ziekenwagen) en forfaitaire kosten .
* **Tijdelijke arbeidsongeschiktheid**: Vergoeding loonverlies (100% op dag ongeval, nadien 90% van basisloon). Voor bedienden/arbeiders zijn er verschillende RSZ-afhoudingen .
* **Blijvende arbeidsongeschiktheid**: Schadeloosstelling gebaseerd op verlies concurrentievermogen, rekening houdend met socio-economische factoren (economische invaliditeit). Herzieningstermijn van 3 jaar. Niet-fysiologische schade of morele schade wordt niet vergoed, tenzij het concurrentievermogen aantast .
* **Schadeloosstelling dodelijk ongeval**: Begrafeniskosten, overbrenging stoffelijk overschot, maandelijkse rente voor rechthebbenden (echtgeno(o)t(e), kinderen, ouders, broers/zussen). Enkel rente echtgeno(o)t(e) is geïndexeerd .
* **Basisloon**: Loon waarop werknemer recht heeft voor het jaar dat ongeval voorafgaat, aan te vullen met hypothetisch loon .
* **Graad arbeidsongeschiktheid**: Bepaald door raadsgeneesheer op basis van economische invaliditeit .
* **Fiscaliteit**: Vergoedingen voor tijdelijk loonverlies zijn belastbaar; toelagen voor blijvend loonverlies ook .
* **Niet ten laste van verzekeraar**: Materiële schade, morele schade, esthetische schade zonder weerslag op arbeidsongeschiktheid, opleg eenpersoonskamer (tenzij medisch verantwoord), onkosten TV/telefoon, medische kosten boven RIZIV-tarief .
### 2.8. Arbeidsongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid
Slachtoffer kan rechtsvordering instellen tegen werkgever (opzet, zware schending welzijnsplicht) of derden. Arbeidsongevallenverzekeraar heeft subrogatie (verhaal). Afhandeling arbeidsongevallen heeft voorrang op gemeenrechtelijke aansprakelijkheid .
### 2.9. Uitbreidingen van de dekking
* **Aanvullende wetsverzekering**: Dekt deel loon boven wettelijk vergoedingsplafond .
* **Verzekering privéleven**: Dekt 24/7 tegen gemeenrechtelijke ongevallen .
* **Verzekering zelfstandige bedrijfsleider**: Dekt privé- en beroepsactiviteiten .
* **Verzekering gewaarborgd inkomen**: Vult inkomen aan bij arbeidsongeschiktheid door ziekte/ongeval .
## 3. De gewaarborgd inkomen verzekering
Doel is inkomensverlies te compenseren bij arbeidsongeschiktheid door ziekte/ongeval. Het is een sommenverzekering met forfaitaire vergoedingen .
* **Definitie arbeidsongeschiktheid**: Tijdelijk (vatbaar voor wijzigingen) of blijvend (na consolidatie). Gedeeltelijk (>= 25%) of geheel (>= 67%) .
* **Ziekte en ongeval**: Ziekte is aantasting gezondheid anders dan ongeval; ongeval is plotse gebeurtenis met uitwendige oorzaak en fysiek letsel. Onderscheid beroeps- en privé-leven ongevallen .
* **Waarborgen**: Dekt economische of fysiologische arbeidsongeschiktheid door ziekte en/of ongeval, mits minimaal 25% arbeidsongeschiktheid .
* **Verzekerde prestaties**: Maandelijkse toelage na vervallen termijn en carentietijd, evenredig met graad arbeidsongeschiktheid. Premiebetaling kan doorlopen zolang rente wordt uitbetaald .
* **Fysiologische arbeidsongeschiktheid**: Gebaseerd op medische beslissing en OBSI-schaal .
* **Economische arbeidsongeschiktheid**: Vermindering arbeidsgeschiktheid door fysiologische invaliditeit, bepaald naar evenredigheid van verlies fysische geschiktheid voor beroep. Onafhankelijk van conjunctuur/arbeidsmarkt .
* **In aanmerking te nemen graad**: Hoogste graad (fysiek of economisch) bepaalt dekking; bestaande/uitgesloten ongeschiktheid telt niet mee .
* **Carentietijd**: Periode zonder rente-uitkering, vrij te kiezen (1-12 maanden), langere tijd = lagere premie .
* **Soorten polissen**: Constante rente, klimmende rente (3% jaarlijks tijdens AO), ideaal klimmende rente (2-5% jaarlijks) .
* **Formaliteiten**: Normaal risico vereist; bij afwijkingen bijpremie of uitsluiting. Enkel personen met bedrijfsinkomsten; uitzonderingen huisvrouwen/studenten (beperkt). Verzekeringsvoorstel cruciaal; verzwijging leidt tot nietigheid. Medische formaliteiten naargelang leeftijd en verzekerde rente .
* **Verplichtingen tijdens contract**: Premiebetaling, melden wijziging risico, melden ziekte/ongeval .
* **Tarief**: Afhankelijk van dekkingsformule, leeftijd, looptijd, carentietijd, verzekerde jaarrente, periodiciteit premiebetaling, beroep .
* **Schaderegeling**: Betaling maandelijkse uitkering en premie terugbetaling .
* **Fiscaliteit**: Premie fiscaal aftrekbaar als bedrijfskost; uitkering is belastbaar .
* **Uitgesloten risico's**: Voorafbestaande toestand, bepaalde invaliditeiten (zenuw/geestesaandoeningen), gevaarlijke ongevallenrisico's (met mogelijkheid tot specifieke clausules/bijpremie) .
## 4. De hospitalisatieverzekering
De verzekering dekt de kosten die niet door de wettelijke ziekteverzekering (RIZIV) worden gedekt, met name bij verblijf in een eenpersoonskamer of voor niet-medische kosten .
* **Doel**: Betaling dagvergoeding per dag hospitalisatie en/of terugbetaling van noodzakelijke medische kosten .
* **Duurtijd**: In principe onbeperkt, opzegbaar door verzekeringnemer; maatschappijen mogen niet meer opzeggen .
* **Ingangsdatum**: Vanaf datum contract, na verstreken wachttijden. Wachttijden variëren per aandoening (algemeen 3 maanden, voor specifieke aandoeningen 6 of 9 maanden); geen wachttijd voor ongevallen en bepaalde acute infectieziekten .
* **Aanvaardingsvoorwaarden**: Meestal zonder medisch onderzoek, maar met medische vragenlijst. Risicobeoordeling op basis van leeftijd, geslacht en gezondheidstoestand; bij verzwaard risico, bijpremie of uitsluiting. Maximumleeftijd voor onderschrijven (bv. 60 of 65 jaar) .
* **Premies**: Jaarlijks betaalbaar, eventueel gespreid met toeslag. Sinds 2008 geen discriminatie meer op basis van geslacht. Vaste premie voor kinderen, verhoging na 18/20 jaar .
* **Indexering en fiscaliteit**: Verzekerde bedragen geïndexeerd. Premies niet fiscaal aftrekbaar, uitkeringen niet belastbaar .
* **Soorten waarborgen**:
* **Dagvergoeding bij ziekenhuisopname**: Forfaitaire vergoeding per dag, voor ziekte, ongeval, zwangerschap/bevalling, zonder beperking in duur .
* **Ziekenhuiskosten en aanvullende waarborgen**: Terugbetaling medische en verblijfkosten, inclusief bevalling, prothesen, etc. .
* **Ambulante medische verzorging (pre- en post- periode)**: Dekking voor ambulante kosten één maand vóór en drie maanden ná ziekenhuisopname, indien rechtstreeks verband met opname .
* **Zware ziekten**: Terugbetaling ambulante kosten gerelateerd aan specifieke ernstige ziekten .
* **Onderscheid terugbetalingsmogelijkheden**: Beperkte terugbetaling (bv. 2-3x RIZIV), onbeperkte terugbetaling, onbeperkte terugbetaling zonder verblijfkosten .
* **Uitsluitingen**: Tandheelkundige behandelingen (tenzij medisch gemotiveerd), revalidatie (niet direct gevolg), esthetische behandelingen, anticonceptie/vruchtbaarheidsbehandelingen, kuurbehandelingen; ook bij oorlogsfeiten, betaalde sport, rellen, drugs/alcohol, kernreacties. Bestaande ziekten niet gedekt, tenzij stabiliteitsregel van toepassing .
## 5. De tandzorgverzekering
Aanvulling op wettelijke ziekteverzekering voor tandzorgkosten. Jaarlijks populairder, aangeboden door mutualiteiten en privé-verzekeraars .
* **Begin waarborg**: Vanaf contractdatum na verstreken wachttijden .
* **Algemene regel wachttijd**: Meestal zes maanden; voor prothesen, implantaten, orthodontie langer (12/36 maanden). DKV heeft geen wachttijd voor preventieve/conserverende behandelingen na tandartscontrole .
* **Bijzondere regels**: Vrijstelling wachttijd voor pasgeborenen/adoptiekinderen (<3 jaar), bij ongeval, of bij reeds bestaande gelijkaardige verzekering (>12 maanden) .
* **Uitsluitingen**: Kosten door oorlogsfeiten (behalve in specifieke gevallen), betaalde sport, rellen, drugs/alcohol, kernreacties, opzettelijke handelingen, dronkenschap, tandverzorging niet medisch gemotiveerd .
* **Terugbetalingen**:
* **Preventieve tandverzorging**: 80-100% terugbetaald .
* **Curatieve tandverzorging, parodontologie**: 80% terugbetaald, soms 50% bij onvoldoende preventief gedrag .
* **Prothesen en implantaten**: 50% terugbetaald .
* **Orthodontie**: 80% terugbetaald .
* **Beperkingen op tegemoetkomingen**: Jaarlijks plafond, progressief stijgend met aansluitingsjaren; hogere limieten bij DKV. Beperkingen per tandtype of behandeling; voorwaarden m.b.t. preventief bezoek .
* **Premies**: Afhankelijk van leeftijd, soms leeftijd bij einde contract. Mutualiteiten: premies stijgen met leeftijd; DKV: premies leeftijd-onafhankelijk .
## 6. De zorgverzekering
Wettelijk stelsel voor zwaar zorgbehoevenden in Vlaanderen, ter dekking van niet-medische kosten .
* **Verplichting**: Aansluiting bij een van de zes erkende zorgkassen voor inwoners van Vlaanderen ouder dan 25 jaar .
* **Bijdrage**: Jaarlijks te betalen (62 euro in 2024, 31 euro voor rechthebbenden op verhoogde tegemoetkoming). Laattijdige betaling leidt tot boete en schorsing van tenlasteneming .
* **Tegemoetkomingen**: Forfaitaire vergoeding voor mantel- en thuiszorg (hulp door familie/vrienden) en professionele residentiële zorg .
* **Zorgbehoevendheid**: Gedefinieerd aan de hand van de nood aan hulp bij basis-handelingen, gemeten via schalen (bv. Katz-schaal, BEL-profielschaal) .
* **Uitgekeerde bedragen**: Forfaitair per maand (140 euro in 2024) .
* **Controle**: Steekproefsgewijze controle van zorgbehoevendheid; beslissing tot stopzetting/voortzetting tenlasteneming door zorgkas. Bezwaar mogelijk bij Vlaams Zorgfonds .
* **Andere zorgverzekeringen**: Privé-verzekeringen (bv. DKV, AG Insurance) bieden uitgebreidere dekkingen tegen hogere premies .
## 7. De reisverzekering
Verzekering die bijstand en financiële vergoeding biedt tijdens reizen, essentieel door groei massatoerisme .
* **Dubbele luik**: Bijstand/hulpverlening (bv. repatriëring) en klassiek verzekeringsaspect (bv. vergoeding diefstal bagage) .
* **Praktische tips**: Bewaar bewijsstukken, noteer adressen/telefoonnummers .
* **Fraudegevoeligheid**: Moeilijk controleerbare schadegevallen door locatie en taalverschillen .
* **Distributie**: Via reisagentschappen, banken, ziekenfondsen, touroperators, creditcardmaatschappijen, autoconstructeurs .
* **Algemene kenmerken**: Valt onder Landverzekerings-overeenkomsten. Middelenverbintenis (geen resultaatsverbintenis). Maatschappij is niet aansprakelijk bij overmacht. Goedkeuring door maatschappij vereist bij schade .
* **Uitsluitingen**: Opzet, zelfmoord, deelname aan sportwedstrijden/wedden, bestaande ziektes (met stabiliteitsregel), nucleaire ongevallen, zware fouten, eigen risico-strook (afstand tot woonplaats) .
* **Duurtijd**: Jaarlijkse contracten (stilzwijgend verlengbaar) of korte-termijn contracten per reis .
* **Aanvang**: Vanaf dag na ontvangst getekend exemplaar; verzekeraar moet binnen 30 dagen aanbod formuleren .
* **Premies**: Jaarlijks, ondeelbaar, betaling aan derde met mandaat mogelijk. Niet-betaling leidt tot schorsing/opzeg .
* **Knelpunten**: Ziekenfondsen bieden reisbijstand aan (verplichte deelname, beperkte dekking), koppelingsaanbod (vaak verplicht) .
* **Besluit**: Consument wordt overspoeld met verzekeringen, risico op dubbele/drievoudige dekking .
* **Reisbijstandsverzekeringen niet-particulieren**: BUSINESS, T.I.R., AUTOCAR, BELGEN IN HET BUITENLAND VERBLIJVEND, TOUROPERATOR .
* **Luik Hulpverlening (bijstand)**: Ontstaan einde jaren '50, evolutie reisindustrie. Samensmelting hulp aan automobilisten en reizigers. Gereglementeerd beroep via Europese richtlijn .
* **Domeinen bijstand**: Personen in buitenland (inlichtingen, medische bijstand, ziekenhuisopname, repatriëring, vergoeding kosten, verlengd verblijf, bezoek familielid, opvang kinderen, wintersport/reddingskosten, bijstand bij overlijden, chauffeur terugrijden voertuig, huisdieren, bagage), personen in België (familie na ziekenhuisopname, algemene inlichtingendiensten, sociaal-juridische inlichtingen), voertuig en inzittenden (pechverhelping, mobiliteit, zenden onderdelen, repatriëring voertuig/inzittenden, bewakingskosten), woning (inlichtingen, onbewoonbaarverklaring), gerechtelijke hulpverlening buitenland (penale borgstelling, betaling gerechtskosten) .
* **Reisverzekeringen**: Noodzaak van annulerings-/reisonderbrekingsverzekering, reisgoedverzekering, reisongevallenverzekering .
* **Annulerings-/reisonderbrekingsverzekering**: Terugbetaling annulerings-/wijzigingskosten; redenen: ziekte, ongeval, overlijden (reiziger, familielid, reisgezel), stoffelijke schade woning, ontslag, herexamen, zwangerschapsverwikkelingen. Voorafbestaande ziektes zijn gedekt mits stabiliteitsregel .
* **Reisgoedverzekering**: Vergoeding bij diefstal, beschadiging, verlies door transportonderneming, laattijdige aflevering. Definities reisgoed en uitsluitingen (geld, schoonheidsproducten, sportartikelen, transportmiddelen, professioneel materiaal, kunstvoorwerpen, caravans, software). Verplichtingen: proces-verbaal, schriftelijke melding, medisch onderzoek, bewijsstukken .
* **Reisongevallenverzekering**: Forfaitair kapitaal bij overlijden of invaliditeit ten gevolge van ongeval. Definitie ongeval: plotse gebeurtenis met lichamelijk letsel, waarvan minstens één oorzaak buiten het organisme ligt. Uitsluitingen: alcohol/drugs, personen > 75 jaar, deelname aan sporten/misdaden, wintersport (wedstrijden), vliegtuiggebruik (behalve passagier), tweewielers (>49cc), opzettelijke handelingen, professionele risico's, overtreden veiligheidsvoorschriften, zonnesteek/bevriezing (tenzij gevolgen verzekerd ongeval) .
## 8. De zorgverzekering
Wettelijk systeem voor zwaar zorgbehoevenden in Vlaanderen, ter dekking van niet-medische kosten .
* **Verplichting**: Aansluiting bij erkende zorgkas voor inwoners Vlaanderen > 25 jaar .
* **Bijdrage**: Jaarlijks te betalen (62 euro in 2024, 31 euro voor rechthebbenden op verhoogde tegemoetkoming). Laattijdige betaling leidt tot boete en schorsing van tenlasteneming .
* **Tegemoetkomingen**: Forfaitaire vergoeding voor mantel- en thuiszorg (hulp door familie/vrienden) en professionele residentiële zorg .
* **Zorgbehoevendheid**: Gedefinieerd aan de hand van nood aan hulp bij basis-handelingen, gemeten via schalen (bv. Katz-schaal, BEL-profielschaal) .
* **Uitgekeerde bedragen**: Forfaitair per maand (140 euro in 2024) .
* **Controle**: Steekproefsgewijze controle van zorgbehoevendheid; beslissing tot stopzetting/voortzetting tenlasteneming door zorgkas. Bezwaar mogelijk bij Vlaams Zorgfonds .
* **Andere zorgverzekeringen**: Privé-verzekeringen (bv. DKV, AG Insurance) bieden uitgebreidere dekkingen tegen hogere premies .
## 9. De reisverzekering
Verzekering die bijstand en financiële vergoeding biedt tijdens reizen, essentieel door groei massatoerisme .
* **Dubbele luik**: Bijstand/hulpverlening (bv. repatriëring) en klassiek verzekeringsaspect (bv. vergoeding diefstal bagage) .
* **Praktische tips**: Bewaar bewijsstukken, noteer adressen/telefoonnummers .
* **Fraudegevoeligheid**: Moeilijk controleerbare schadegevallen door locatie en taalverschillen .
* **Distributie**: Via reisagentschappen, banken, ziekenfondsen, touroperators, creditcardmaatschappijen, autoconstructeurs .
* **Algemene kenmerken**: Valt onder Landverzekerings-overeenkomsten. Middelenverbintenis (geen resultaatsverbintenis). Maatschappij is niet aansprakelijk bij overmacht. Goedkeuring door maatschappij vereist bij schade .
* **Uitsluitingen**: Opzet, zelfmoord, deelname aan sportwedstrijden/wedden, bestaande ziektes (met stabiliteitsregel), nucleaire ongevallen, zware fouten, eigen risico-strook (afstand tot woonplaats) .
* **Duurtijd**: Jaarlijkse contracten (stilzwijgend verlengbaar) of korte-termijn contracten per reis .
* **Aanvang**: Vanaf dag na ontvangst getekend exemplaar; verzekeraar moet binnen 30 dagen aanbod formuleren .
* **Premies**: Jaarlijks, ondeelbaar, betaling aan derde met mandaat mogelijk. Niet-betaling leidt tot schorsing/opzeg .
* **Knelpunten**: Ziekenfondsen bieden reisbijstand aan (verplichte deelname, beperkte dekking), koppelingsaanbod (vaak verplicht) .
* **Besluit**: Consument wordt overspoeld met verzekeringen, risico op dubbele/drievoudige dekking .
* **Reisbijstandsverzekeringen niet-particulieren**: BUSINESS, T.I.R., AUTOCAR, BELGEN IN HET BUITENLAND VERBLIJVEND, TOUROPERATOR .
* **Luik Hulpverlening (bijstand)**: Ontstaan einde jaren '50, evolutie reisindustrie. Samensmelting hulp aan automobilisten en reizigers. Gereglementeerd beroep via Europese richtlijn .
* **Domeinen bijstand**: Personen in buitenland (inlichtingen, medische bijstand, ziekenhuisopname, repatriëring, vergoeding kosten, verlengd verblijf, bezoek familielid, opvang kinderen, wintersport/reddingskosten, bijstand bij overlijden, chauffeur terugrijden voertuig, huisdieren, bagage), personen in België (familie na ziekenhuisopname, algemene inlichtingendiensten, sociaal-juridische inlichtingen), voertuig en inzittenden (pechverhelping, mobiliteit, zenden onderdelen, repatriëring voertuig/inzittenden, bewakingskosten), woning (inlichtingen, onbewoonbaarverklaring), gerechtelijke hulpverlening buitenland (penale borgstelling, betaling gerechtskosten) .
* **Reisverzekeringen**: Noodzaak van annulerings-/reisonderbrekingsverzekering, reisgoedverzekering, reisongevallenverzekering .
* **Annulerings-/reisonderbrekingsverzekering**: Terugbetaling annulerings-/wijzigingskosten; redenen: ziekte, ongeval, overlijden (reiziger, familielid, reisgezel), stoffelijke schade woning, ontslag, herexamen, zwangerschapsverwikkelingen. Voorafbestaande ziektes zijn gedekt mits stabiliteitsregel .
* **Reisgoedverzekering**: Vergoeding bij diefstal, beschadiging, verlies door transportonderneming, laattijdige aflevering. Definities reisgoed en uitsluitingen (geld, schoonheidsproducten, sportartikelen, transportmiddelen, professioneel materiaal, kunstvoorwerpen, caravans, software). Verplichtingen: proces-verbaal, schriftelijke melding, medisch onderzoek, bewijsstukken .
* **Reisongevallenverzekering**: Forfaitair kapitaal bij overlijden of invaliditeit ten gevolge van ongeval. Definitie ongeval: plotse gebeurtenis met lichamelijk letsel, waarvan minstens één oorzaak buiten het organisme ligt. Uitsluitingen: alcohol/drugs, personen > 75 jaar, deelname aan sporten/misdaden, wintersport (wedstrijden), vliegtuiggebruik (behalve passagier), tweewielers (>49cc), opzettelijke handelingen, professionele risico's, overtreden veiligheidsvoorschriften, zonnesteek/bevriezing (tenzij gevolgen verzekerd ongeval) .
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Arbeidsongeschiktheidsverzekering | Een verzekering die inkomensverlies compenseert dat optreedt wanneer een persoon door ziekte of ongeval tijdelijk of blijvend arbeidsongeschikt wordt. |
| Arbeidsongeval | Elk ongeval dat een werknemer overkomt tijdens en door het feit van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en dat een letsel veroorzaakt. |
| Arbeidswegongeval | Elk ongeval dat een werknemer overkomt op de normale weg van en naar het werk. |
| Basisloon | Het loon waarop een werknemer recht heeft op het moment van het ongeval, gebaseerd op het inkomen van het jaar dat het ongeval voorafgaat. |
| Beroepsziekte | Een ziekte die rechtstreeks het gevolg is van blootstelling aan een bepaald risico tijdens de uitoefening van de beroepsactiviteiten. |
| Consolidatie | Het stadium waarin letsels of ziekte een stabiele toestand bereiken die niet meer vatbaar is voor verandering, wat het begin van blijvende arbeidsongeschiktheid markeert. |
| Carentietijd | De periode na het begin van arbeidsongeschiktheid waarin de verzekeraar geen uitkering verschuldigd is; deze periode kan door de verzekeringnemer worden gekozen en beïnvloedt de premiehoogte. |
| Dwangrecht | Een juridisch principe dat stelt dat partijen niet mogen afwijken van de wet, op straffe van nietigheid van de afwijkende bepaling. |
| Economische arbeidsongeschiktheid | Een vermindering van de geschiktheid om werk uit te voeren, bepaald door de professionele mogelijkheden en de invloed van letsels op de arbeidsmarkt, los van de fysieke integriteit. |
| FEDRIS | Federaal agentschap voor Beroepsrisico's, een openbare instelling die instaat voor de verzekering tegen beroepsziekten en arbeidsongevallen en de schadeloosstelling van slachtoffers. |
| Fysiologische arbeidsongeschiktheid | Een aantasting van de fysieke integriteit, vastgesteld volgens medische normen, los van het beroep of de activiteiten van de verzekerde. |
| Gewaarborgd inkomen | Een verzekering die een vervangingsinkomen uitkeert aan personen die tijdelijk of blijvend arbeidsongeschikt worden door ziekte of ongeval. |
| Hospitalisatieverzekering | Een verzekering die de kosten dekt die verband houden met een ziekenhuisopname, zoals ligdagen, erelonen van artsen, geneesmiddelen en paramedische zorgen. |
| Indexering | Het proces waarbij verzekerde bedragen en premies jaarlijks worden aangepast aan de evolutie van de levensduurte of andere prijsindexen. |
| Koppelverkoop | De praktijk waarbij de verkoop van één product of dienst wordt gekoppeld aan de aankoop van een ander product of dienst. |
| Mantelzorg | Hulp verleend aan een zorgbehoevende persoon door familieleden of vrienden. |
| Medische kosten | Kosten die direct voortvloeien uit de behandeling van letsels of ziekten, zoals honoraria van artsen, farmaceutische producten en ziekenhuisopname. |
| Nietigheid | De juridische sanctie die een overeenkomst ongeldig verklaart, waardoor deze geacht wordt nooit te hebben bestaan. |
| Oorzakelijk verband | Het verband tussen een gebeurtenis en het daaruit voortvloeiende letsel, noodzakelijk om het bestaan van een arbeidsongeval of ziekte te bewijzen. |
| Onweerlegbaar vermoeden | Een juridisch vermoeden dat niet weerlegd kan worden door tegenbewijs. |
| Parastatale instelling | Een instelling die deel uitmaakt van de sociale zekerheid en specifieke taken uitvoert, zoals de uitbetaling van uitkeringen. |
| Premie | Het bedrag dat de verzekeringnemer betaalt aan de verzekeraar in ruil voor de verzekeringsdekking. |
| Prestatieplicht | De verplichting van de verzekeraar om de overeengekomen verzekeringsprestaties te leveren aan de verzekerde. |
| Repatriëring | De terugkeer van een verzekerde naar zijn land van herkomst, vaak georganiseerd door een bijstandsverzekeraar na een ongeval of ziekte in het buitenland. |
| Risico | De kans dat een bepaalde gebeurtenis zich voordoet en leidt tot schade of verlies. |
| Risicoselectie | Het proces waarbij verzekeraars de risico's beoordelen die gepaard gaan met een potentiële verzekering, om te beslissen over acceptatie en premiehoogte. |
| RSZ | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, het centraal orgaan dat bijdragen voor de sociale zekerheid int en verdeelt. |
| Schadeverzekering | Een verzekering die de financiële gevolgen van schade dekt die de verzekerde lijdt. |
| Sociaal contract | Een overeenkomst die de rechten en plichten van burgers regelt met betrekking tot sociale zekerheid en welzijn. |
| Sociaal pact | Een akkoord tussen werknemers- en werkgeversorganisaties, vaak met overheidssteun, om de sociale zekerheid te verbeteren en sociale vrede te waarborgen. |
| Sociale zekerheid | Een stelsel van bescherming dat burgers voorziet van inkomen en diensten bij werkloosheid, ziekte, ouderdom, invaliditeit en andere sociale risico's. |
| Sommenverzekering | Een verzekering waarbij een vast bedrag wordt uitgekeerd bij het intreden van een gedekte gebeurtenis, ongeacht de werkelijke schade. |
| Staking | Een collectieve werkonderbreking door werknemers om eisen kracht bij te zetten. |
| Tussenkomst | De financiële bijdrage van een verzekeraar of sociale instelling in de kosten van een verzekerde. |
| Uitkering | Het bedrag dat door een verzekeraar of sociale instelling wordt betaald aan een rechthebbende. |
| Verzekeraar | De partij die zich verbindt om een verzekeringsprestatie te leveren in ruil voor premiebetaling. |
| Verzekeringnemer | De partij die een verzekeringsovereenkomst afsluit en de premie betaalt. |
| Verzekerde | De persoon of het goed dat gedekt is door de verzekering. |
| Verzekeringspolis | Het document waarin de voorwaarden van een verzekeringsovereenkomst zijn vastgelegd. |
| Verzekeringswet | De wetgeving die de regels en voorwaarden voor verzekeringen bepaalt. |
| Verzekeringswezen | Het geheel van instellingen en activiteiten die zich bezighouden met het aanbieden en beheren van verzekeringen. |
| Verweer | De juridische argumenten en bewijzen die door een partij worden aangevoerd ter verdediging tegen een vordering. |
| Verzekeringssector | Het geheel van bedrijven en organisaties die verzekeringsproducten en -diensten aanbieden. |
| Verzekeringsvoorstel | Een document waarin een kandidaat-verzekerde zijn gegevens en de gewenste dekking aangeeft. |
| Verzekerbaarheid | De mate waarin een risico door een verzekeraar gedekt kan worden, rekening houdend met de kans op intreden en de omvang van mogelijke schade. |
| Vrijwillige deelname | Deelname aan een activiteit zonder dwang, waarbij de betrokken persoon de gevolgen van zijn keuzes draagt. |
| Wachttijd | De periode na de aansluiting bij een verzekering gedurende welke nog geen recht bestaat op uitkeringen. |
| Wegverzekering | Een verzekering die de schade dekt die voortvloeit uit het gebruik van een voertuig. |
| Werkgeversbijdrage | Het deel van de sociale zekerheidsbijdragen dat door de werkgever wordt betaald. |
| Werknemersbijdrage | Het deel van de sociale zekerheidsbijdragen dat door de werknemer wordt betaald. |
| Ziekte-uitkering | Een uitkering die wordt betaald aan een persoon die tijdelijk arbeidsongeschikt is door ziekte. |
| Zorgverzekering | Een verzekering die voorziet in tegemoetkomingen voor niet-medische kosten voor zwaar zorgbehoevenden. |