Cover
Start now for free Les_18_Gastcollege_migratie_superdiversiteit Dirk Geldof.pptx
Summary
# De historische evolutie van migratie naar België
Dit onderwerp verkent de geschiedenis van migratie naar België, van de periode voor 1920 tot de hedendaagse superdiversiteit, inclusief gastarbeid, gezinshereniging en intra-EU migratie.
## 1. De geschiedenis van migratie naar België: van gastarbeid tot superdiversiteit
Om de hedendaagse Belgische samenleving te begrijpen, is het essentieel om de migratiegeschiedenis te kennen die de samenleving heeft gevormd. Deze geschiedenis is er een van opeenvolgende migratiegolven, die België transformeerde van een land met beperkte etnisch-culturele diversiteit naar een superdiverse realiteit.
### 1.1 De voorgeschiedenis tot 1920
Migratie is een fenomeen dat altijd heeft bestaan, van de oude Grieken en Romeinen tot de migratie na de ontdekkingsreizen. Echter, voor 1920 was de migratie naar België voornamelijk spontaan en afkomstig uit buurlanden. In 1910 bedroeg het aandeel niet-Belgen in de bevolking slechts 3,5%.
### 1.2 Georganiseerde migratie: 1920-1940
In de periode tussen 1920 en 1940 werd migratie meer georganiseerd. Arbeiders uit Italië, Polen en Tsjecho-Slowakije werden aangetrokken, voornamelijk voor de steenkoolmijnen in Wallonië en Limburg. In 1930 was het aandeel niet-Belgen licht gestegen tot 3,9%.
### 1.3 Na de Tweede Wereldoorlog: heropbouw en gastarbeid
Na WO II was er een behoefte aan heropbouw. Van 1945 tot 1956 kwamen er aanzienlijke contingenten Italianen (77.000 Zuid-Italianen) en Polen (20.000) naar België voor werk in de steenkoolmijnen en zware industrie in Wallonië, Limburg en Brussel. De tragische mijnramp in Marcinelle in 1956, waarbij 262 doden vielen met 12 verschillende nationaliteiten, waaronder veel Italianen en Belgen, onderstreepte de aanwezigheid van internationale werknemers. Tegen 1947 telde België 4,3% niet-Belgen.
### 1.4 De "gouden sixties" en de gastarbeid
Tijdens de "gouden sixties" (1956-1969) ontstond er een tekort aan arbeidskrachten in België. Naast de toename van vrouwelijke werknemers, werd er actief ingezet op het aantrekken van gastarbeiders uit nieuwe wervingslanden zoals Spanje, Griekenland, Marokko en Turkije. Dit leidde tot een significante stijging van het aantal niet-Belgen; in 1970 was dit opgelopen tot 696.300, wat 7,2% van de bevolking vertegenwoordigde. Het Interfederaal Gelijkekansencentrum heeft de ervaringen van deze eerste generatie gastarbeiders gedocumenteerd in de documentaire "Reis zonder terugkeer".
### 1.5 De economische crisis en de migratiestop in de jaren '70
De oliecrisis van 1973 en de daaropvolgende economische crisis zetten een rem op de instroom van buitenlandse werknemers. In 1974 kondigde de Belgische overheid een "immigratiestop" af, die het aantal immigraties van buiten de EU beperkte. Dit betekende echter geen volledige stop, maar een verschuiving in de migratiekanalen.
### 1.6 Verschuiving naar gezinshereniging en intra-EU migratie (vanaf de jaren '80 en '90)
Met de poort voor arbeidsmigratie van buiten de EU deels gesloten, verschoof de focus naar gezinshereniging, wat intensiever werd vanaf de jaren '80. Vanaf de jaren '90 nam ook de intra-EU migratie en de instroom van asielzoekers toe. In 1991 bedroeg het aantal niet-Belgen 9% van de bevolking (904.500).
#### 1.6.1 De jaren '90: meer asielaanvragen en uitbreiding EU
De jaren '90 kenmerkten zich door een sterke stijging van het aantal asielaanvragen en de uitbreiding van de Europese Unie met nieuwe lidstaten. Globalisering en intra-EU migratie, gecombineerd met conflicten zoals in Bosnië, Kosovo en de Golfoorlog, droegen bij aan deze stijging. De val van de Berlijnse Muur in 1989 opende ook de weg voor migratie uit Oost-Europa.
### 1.7 De na-oorlogse migratie in grafiek
Verschillende grafieken illustreren de evolutie van migratie in België:
* **Gastarbeiders uit Zuid-Europa in de jaren '50.**
* **Gastarbeiders uit Turkije en Marokko in de jaren '60, gevolgd door volgmigratie.**
* **Afremming van migratie door de crisis in de jaren '70 en '80.**
* **De val van de Muur (1989) als kantelpunt voor migratie uit Oost-Europa.**
* **Algemene groei van migratie in West-Europese landen door globalisering en EU-uitbreiding.**
* **Positief migratiesaldo, met impact van de coronapandemie (daling in 2020) en de oorlog in Oekraïne (stijging in 2021-2022).**
In 2023 immigreerden 173.033 niet-Belgen naar België, tegenover 91.781 emigraties, wat resulteerde in een netto bevolkingsgroei van ongeveer 80.000 mensen door migratie.
### 1.8 België vandaag: een superdiverse samenleving
Op 1 januari 2024 had meer dan één op de drie inwoners van België een migratie-achtergrond (35%). Dit omvat 1,6 miljoen niet-Belgen (14% "vreemdelingen") en 21% Belgen met een buitenlandse achtergrond.
> **Tip:** Het is belangrijk te beseffen dat nationaliteit steeds minder een accurate indicator is voor etnische origine, aangezien een groeiend aandeel kinderen dat als Belg geboren wordt, een andere etnische achtergrond heeft.
### 1.9 De opkomst van superdiversiteit
De opeenvolgende migratiegolven hebben geleid tot een veel complexere sociale realiteit, met name in de steden. Het concept "superdiversiteit" beschrijft deze nieuwe realiteit, die verder gaat dan de eerdere noties van diversiteit en multiculturalisme. Het is een term die de veranderende samenleving tracht te vatten en te analyseren.
#### 1.9.1 Kernkenmerken van superdiversiteit
Superdiversiteit wordt gekenmerkt door drie basisdimensies:
1. **Kwantitatieve dimensie:** Een algemene toename van diversiteit, die het sterkst is in grote steden. Dit leidt tot zogenaamde "majority-minority cities", waar de meerderheid van de bewoners uit verschillende minderheden bestaat. Steden als Brussel en Antwerpen behoren tot de meest superdiverse ter wereld.
2. **Kwalitatieve dimensie:** Een verandering in de aard van de diversiteit. Vroeger migreerden mensen uit een beperkt aantal landen naar een beperkt aantal gastlanden. Nu is er sprake van migratie vanuit een zeer groot aantal landen naar een zeer groot aantal gastlanden. Dit resulteert in een groeiende "diversiteit in de diversiteit", met een enorme variëteit in etnische, taalkundige, culturele en religieuze achtergronden, migratiemotieven, verblijfsstatuten, sociaal-economische posities en transnationalisme.
3. **Normalisering van diversiteit:** Superdiversiteit wordt steeds meer de dagelijkse realiteit en is niet langer de uitzondering of de afwijking van de norm. Dit fenomeen, ook wel "commonplace diversity" genoemd, doet zich voor in alle maatschappelijke sectoren, inclusief sociaal werk, onderwijs en gezondheidszorg.
> **Voorbeeld:** In Antwerpen heeft meer dan 56% van de inwoners een migratie-achtergrond (ouders meegerekend), waarbij dit percentage onder jongeren nog hoger ligt. Dit toont de demografische transitie naar een majority-minority city aan.
Superdiversiteit is dus niet alleen een kwestie van *meer* diversiteit, maar vooral van een toenemende *diversiteit in de diversiteit*, en een (moeizaam) proces van normalisering van deze diversiteit.
---
# Het concept superdiversiteit en haar kenmerken
Superdiversiteit is een nieuw concept dat de hedendaagse, steeds complexere sociale realiteit beschrijft, gekenmerkt door zowel kwantitatieve als kwalitatieve dimensies en de normalisering van deze diversiteit.
### 2.1 De evolutie naar superdiversiteit: een historische context
De huidige superdiverse samenleving is het resultaat van meer dan driekwart eeuw aan migratiegeschiedenis in België. Hoewel migratie een fenomeen van alle tijden is, heeft de schaal en aard ervan in de naoorlogse periode geleid tot een fundamentele verandering van de Belgische samenleving.
#### 2.1.1 Vroege migratiegolven
* **Voor 1920:** Migratie was voornamelijk spontaan en vanuit buurlanden. In 1910 bedroeg het aandeel niet-Belgen 3,5%.
* **1920-1940:** Georganiseerde migratie vanuit Italië en Polen, voornamelijk voor de steenkoolmijnen in Wallonië en Limburg. In 1930 was dit aandeel gestegen tot 3,9%.
* **Na WO II (1945-1956):** Heropbouw na de oorlog leidde tot de komst van Italiaanse en Poolse contingenten voor de zware industrie en mijnbouw. De mijnramp in Marcinelle in 1956, met slachtoffers van diverse nationaliteiten, illustreerde de aanwezige diversiteit. In 1947 was het aandeel niet-Belgen 4,3%.
#### 2.1.2 Gastarbeid en de eerste migratiestop
* **Jaren '60:** Op zoek naar arbeidskrachten werden actief gastarbeiders aangetrokken uit Spanje, Griekenland, Marokko en Turkije. Dit leidde tot een aanzienlijke stijging van het aantal niet-Belgen tot 7,2% in 1970.
* **Jaren '70:** De oliecrisis en economische crisis leidden tot een rem op buitenlandse werknemers. In 1974 kondigde de Belgische overheid een immigratiestop af, wat de poort voor arbeidsmigratie buiten de EU deels sloot.
#### 2.1.3 Verschuiving van migratiekanalen
Na de immigratiestop verschoof de migratiestroom:
* **Gezinshereniging:** Werd intensiever vanaf de jaren '80.
* **Intra-EU-migratie en asiel:** Nam toe vanaf de jaren '90.
#### 2.1.4 De jaren '90 en de vooravond van superdiversiteit
De jaren '90 kenmerkten zich door een sterke stijging van de immigratie, mede door globalisering, intra-EU-migratie, oorlogen (Bosnië, Kosovo, Golfoorlog) en de val van de Berlijnse Muur, wat migratie uit Oost-Europa stimuleerde en de EU-uitbreiding bevorderde. In 1991 was 9% van de bevolking niet-Belg.
#### 2.1.5 België vandaag: een superdiverse realiteit
* **Bevolkingssamenstelling:** Op 1 januari 2024 had meer dan een derde van de inwoners (35%) een migratie-achtergrond. Dit omvat 1,6 miljoen niet-Belgen (14% 'vreemdelingen') en 21% Belgen met een buitenlandse achtergrond.
* **Nationaliteit versus afkomst:** Nationaliteit zegt steeds minder over de etnische origine, aangezien een groeiend aandeel van de in België geboren kinderen van niet-Belgische origine is.
* **Migratiesaldo:** In 2023 was er een positief migratiesaldo van ongeveer 80.000 mensen.
### 2.2 Superdiversiteit als concept: definitie en kenmerken
Superdiversiteit is een concept geïntroduceerd door Steven Vertovec om de veranderende, complexe sociale realiteit te beschrijven. Het is geen synoniem voor bestaande concepten als 'diversiteit' of 'multicultureel', maar een nieuwe term die de complexiteit beter kan vatten en analyseren.
#### 2.2.1 De drie basiskenmerken van superdiversiteit
1. **Kwantitatieve dimensie: toenemende diversiteit, vooral in steden**
* Diversiteit groeit overal, maar het sterkst in grote steden, die steeds vaker 'majority-minority cities' worden (steden waar minderheden de meerderheid vormen). Voorbeelden zijn New York, Londen, maar ook Brussel en Antwerpen.
* **Voorbeeld:** In Antwerpen was in 2019 meer dan 56% van de inwoners van buitenlandse herkomst (ouders meegerekend), met een nog hoger percentage bij jongeren. Dit demografische proces zorgt ervoor dat de stad ook zonder nieuwe migratie diverser wordt.
* **Tip:** Houd rekening met de ruimtelijke spreiding; superdiversiteit is niet enkel een stedelijk fenomeen, maar suburbaniseert ook.
2. **Kwalitatieve dimensie: diversiteit in de diversiteit**
* Het basispatroon van migratie is veranderd van enkele landen van herkomst naar een klein aantal gastlanden, naar een zeer groot aantal landen van herkomst naar een zeer groot aantal gastlanden.
* Dit resulteert in een enorme diversiteit en complexiteit op alle vlakken:
* **Etnisch, taalkundig, cultureel, religieus:** Meer nationaliteiten, meertaligheid, diverse religieuze achtergronden.
* **Migratiemotieven, verblijfsstatuten, sociaal-economische posities.**
* **Transnationalisme:** Groeiend contact met herkomstlanden door communicatietechnologie en mobiliteit.
* **Tip:** Het is cruciaal om oog te hebben voor de 'diversiteit in de diversiteit', om niet te vervallen in generaliseringen over migrantengroepen.
3. **Normalisering van diversiteit (omstreden)**
* Diversiteit wordt steeds meer de dagelijkse realiteit en niet langer gezien als de uitzondering of afwijking van de norm. Dit wordt ook wel 'commonplace diversity' genoemd.
* Dit geldt ook voor professionele settings zoals sociaal werk, onderwijs en gezondheidszorg.
* Hoewel de trend naar normalisering wijst, is dit proces omstreden en vraagt het om een aanpassing van onze denk- en beleidskaders.
### 2.3 Superdiversiteit als uitdaging voor de 21e eeuw
De huidige realiteit van superdiversiteit stelt de samenleving en sociaal werk voor diverse uitdagingen:
* **Voorbij het wij-zij-denken:** Er is noodzaak om te evolueren van een 'of/of'-denken (Belg of migrant) naar een 'en/en'-denken, met aandacht voor meervoudige identiteiten en mengvormen. Nationaliteit als exclusief identiteitskenmerk verliest aan relevantie.
* **Voorbeeld:** De Rode Duivels, artiesten als Stromae, en filmmakers als Adil El Arbi & Billal Fallah illustreren de realiteit van meervoudige identiteiten.
* **Tip:** Leer denken voorbij 'wij-en-zij' en erken de complexiteit van identiteiten en achtergronden.
* **Transnationale realiteiten:** Migratie is veranderd door snelle communicatie en mobiliteit, wat leidt tot blijvend contact met herkomstlanden en 'wereldwijde families'.
* **Meertalige steden:** Superdiverse steden zijn meertalige steden. Dit vereist een erkenning en een aanpak die meertaligheid stimuleert, in plaats van te focussen op één dominante taal. In Vlaanderen spreekt ruim 15% van de kinderen en jongeren thuis een andere taal dan Nederlands, met uitschieters in Antwerpen.
* **Tip:** Meertaligheid erkennen is ook mensen in hun identiteit erkennen en kan een hefboom zijn voor emancipatie, mits correct benaderd.
* **Menswaardig onthaal van vluchtelingen:** De 'opvangcrisis' toont aan dat een menswaardig onthaal de basis vormt voor integratie.
* **Interculturalisering van maatschappelijke sectoren:** Er is een nood aan verdere interculturalisering in alle sectoren, met specifieke aandacht voor sociaal werk, onderwijs en gezondheidszorg. Dit vraagt om divers-sensitief werken vanuit vijf handelingsprincipes:
1. Open, respectvolle en nabije basishouding.
2. Gericht op samenwerking en dialoog.
3. Krachtgerichte kijk op mensen, cliënten en diversiteit.
4. Vaardigheid in (interculturele) communicatie en cultuursensitiviteit.
5. Kritische houding ten aanzien van machtsverschillen.
* **Divers-sensitieve organisaties:** Interculturalisering en divers-sensitief werk vereisen ook organisaties met een duidelijke visie en missie, vertaald in personeels- en vormingsbeleid.
### 2.4 De paradox van superdiversiteit
De 'normalisering van superdiversiteit' betekent dat we de focus op etniciteit soms moeten loslaten en oog moeten hebben voor andere assen van verschil (gender, leeftijd, klasse, opleiding, geloof). Tegelijkertijd, om huidige ongelijkheden aan te pakken en tot een 'diversiteit in de diversiteit' te komen, is er voorlopig nog méér aandacht nodig voor etniciteit, maar dan wel op een divers-sensitieve manier.
### 2.5 Toekomstscenario's van superdiversiteit
Superdiversiteit is een feitelijke ontwikkeling die niet inherent goed of slecht is, maar afhangt van hoe de samenleving ermee omgaat. Er kunnen twee scenario's worden geschetst:
1. **Scenario van angst, vernedering en polarisatie:** Gekenmerkt door blijvend wij-zij-denken, groeiende armoede, werkloosheid, ongelijkheid, schoolse uitval, en verlies van sociaal kapitaal. Dit kan leiden tot wederzijdse polarisering en een 'sociale tijdbom'.
2. **Scenario van hoop, verbinding en empowerment:** Waarin superdiversiteit een evidente realiteit wordt met ruimte voor meervoudige identiteiten, interculturalisering van diensten en bedrijven, emancipatie en sociale stijging. Dit scenario vereist een beleid dat inzet op herverdeling én erkenning.
**Besluit:** De toekomst van onze steden ligt in de mobilisatie van de superdiversiteit van alle bewoners. Sociaal werkers kunnen hierin een cruciale rol spelen door te werken aan een scenario van hoop en empowerment.
---
# Uitdagingen en kansen van superdiversiteit voor sociaal werk
Superdiversiteit stelt significante uitdagingen aan de samenleving en het sociaal werk, die een heroverweging van bestaande denk- en beleidskaders vereisen.
### 3.1 De evolutie naar superdiversiteit
Onze samenleving is in de afgelopen decennia geëvolueerd van een beperkte etnisch-culturele diversiteit naar een realiteit van superdiversiteit, voornamelijk gedreven door opeenvolgende migratiegolven.
#### 3.1.1 Historische migratie naar België
De migratiegeschiedenis van België kent verschillende fasen:
* **Voorgeschiedenis tot 1920:** Spontane migratie vanuit buurlanden, met een klein percentage niet-Belgen.
* **1920-1940:** Georganiseerde arbeidsmigratie, met name Italianen en Polen, voor de steenkoolmijnen in Wallonië en Limburg. Het aandeel niet-Belgen bleef laag.
* **Na WO II (1945-1956):** Heropbouw na de oorlog leidde tot contingenten Italiaanse en Poolse mijnwerkers. De mijnramp van Marcinelle in 1956 illustreerde de internationale aard van deze gemeenschappen.
* **Jaren '60:** Actieve aanwerving van gastarbeiders om de arbeidskrachtenkrapte op te vangen. Nieuwe wervingslanden zoals Spanje, Griekenland, Marokko en Turkije werden aangesproken, wat resulteerde in een aanzienlijke stijging van het aantal niet-Belgen.
* **Jaren '70 en '80:** De economische crisis van 1973 leidde tot een rem op buitenlandse werknemers en een zogenaamde 'immigratiestop'. Dit betekende echter geen volledige stop, maar een verschuiving naar andere migratiekanalen zoals gezinshereniging, dat intensiever werd vanaf de jaren '80.
* **Jaren '90:** Verdere stijging van de immigratie door gezinshereniging, toenemende asielaanvragen (door conflicten zoals in Bosnië en Kosovo) en de val van de Berlijnse Muur, wat migratie uit Oost-Europa stimuleerde. De uitbreiding van de EU bracht ook nieuwe lidstaten met zich mee.
#### 3.1.2 Superdiversiteit: een nieuw concept
Het concept 'superdiversiteit', geïntroduceerd door Steven Vertovec, beschrijft de huidige, veel complexere sociale realiteit, met name in stedelijke gebieden. Het is geen synoniem voor 'diversiteit' of 'multicultureel', maar een nieuwe lens om veranderingen te analyseren en ermee om te gaan.
**Drie basiskenmerken van superdiversiteit:**
1. **Kwantitatieve dimensie: Toenemende diversiteit, vooral in steden:**
* Diversiteit groeit overal, maar is het sterkst in grote steden, die evolueren naar 'majority-minority cities' waar de meerderheid van de bewoners tot diverse minderheidsgroepen behoort.
* Voorbeelden zijn Brussel, Antwerpen, Genk, Vilvoorde, Rotterdam, Londen en New York.
* In Antwerpen behoort meer dan 56% van de inwoners tot een migratieachtergrond (ouders meegeteld), met een nog hoger aandeel bij jongeren. Deze demografische transitie wordt versterkt door geboortes en sterftes, naast de instroom van nieuwkomers.
* Ook Genk en Vilvoorde zijn majority-minority-steden.
* De superdiversiteit suburbaniseert geleidelijk.
2. **Kwalitatieve dimensie: Diversiteit in de diversiteit:**
* Het basispatroon van migratie is veranderd van een klein aantal landen van herkomst naar een klein aantal gastlanden, naar een situatie met een zeer groot aantal landen van herkomst en gastlanden.
* Dit leidt tot een toenemende diversiteit op alle vlakken: etnisch, taalkundig, cultureel, religieus, qua migratiemotieven, verblijfsstatuten, sociaal-economische posities en transnationalisme.
* Nationaliteit zegt steeds minder over etnische origine, aangezien een groeiend deel van de in België geboren kinderen van niet-Belgische origine is.
3. **Normalisering van diversiteit:**
* Superdiversiteit wordt de dagelijkse realiteit en is niet langer de uitzondering of afwijking van de norm. Dit wordt ook wel 'commonplace diversity' genoemd.
* Dit geldt ook voor professionele settings zoals sociaal werk, onderwijs en gezondheidszorg.
### 3.2 Uitdagingen van superdiversiteit voor de samenleving en sociaal werk
De superdiverse realiteit vereist een aanpassing van onze manier van denken en handelen.
#### 3.2.1 Voorbij het wij-zij-denken
* **Probleemstelling:** De samenleving blijft vaak denken in 'wij-en-zij'-termen, wat de complexe realiteit onvoldoende erkent.
* **Oplossing:** Overgang naar een 'wij zowel als zij'-denken, dat meervoudige en gelaagde identiteiten erkent. Dit betekent het loslaten van 'of/of'-denken (Belg of migrant) naar 'en/en'-denken, waarbij mengvormen en meervoudige identiteiten worden erkend.
* **Kosmopolitische realiteit:** Burgers combineren diverse posities en identiteiten, zoals zichtbaar bij de Rode Duivels of artiesten als Stromae.
* **Nieuwe minderheid:** Ook mensen zonder migratie-achtergrond groeien op, wonen en werken steeds vaker in wijken waar ze geen meerderheid meer zijn. Zij moeten ook leren omgaan met verschil en actief bijdragen aan goed samenleven.
* **Focus op dagelijkse praktijken:** Minder nadruk op 'integratie' en meer aandacht voor de dagelijkse praktijken van goed samenleven.
> **Tip:** Bekijk de video 'All that we share - It is easy to put people in boxes' om het concept van 'wij-zij-denken' en meervoudige identiteiten beter te begrijpen.
#### 3.2.2 Erkenning van transnationale realiteiten
* **Verandering in migratie:** Migratie is fundamenteel veranderd van een (bijna) definitief afscheid naar blijvend contact door de ontwikkeling van communicatietechnologie (GSM, internet, Skype, satelliettelevisie) en snelle, goedkope mobiliteit.
* **Pendelmigratie en wereldfamilies:** Dit faciliteert pendelmigratie en creëert een groeiend aantal wereldfamilies die fysiek en/of mentaal grenzen overstijgen.
#### 3.2.3 Superdiverse steden zijn meertalige steden
* **Taaldiversiteit:** Steden zoals Brussel kennen een grote taaldiversiteit (104 talen in 2011). In Brussel spreekt een derde van de inwoners thuis geen Nederlands of Frans.
* **Impact op onderwijs en beroepen:** Meer dan 15% van de kinderen en jongeren in Vlaanderen spreekt thuis een andere taal dan Nederlands. In Antwerpen is dit meer dan 40%. Meertaligheid is essentieel in frontlinieberoepen zoals sociaal werk en onderwijs.
* **Politiek gevoelig thema:** Het stimuleren van Nederlands vanuit erkenning van meertaligheid is cruciaal. Een te 'schoolse' aanpak of dwingende scenario's kunnen leiden tot uitsluiting en taal gebruiken als excuus voor achterstelling in plaats van emancipatie.
* **Erkenning van identiteit:** Meertaligheid erkennen betekent ook mensen in hun identiteit erkennen.
#### 3.2.4 Vluchtelingen/opvangcrisis en menswaardig onthaal
* De huidige opvangcrisis, met honderden asielzoekers die dakloos zijn, toont aan dat een menswaardig onthaal de basis vormt voor integratie.
#### 3.2.5 Interculturalisering van alle maatschappelijke sectoren
* **Noodzaak van interculturalisering:** Werken in en met diversiteit vraagt om verdere interculturalisering, van interculturele communicatie tot intercultureel maatwerk en de interculturalisering van opleidingen voor zowel studenten als docenten.
* **Frontlinieberoepen:** Dit is met name van belang in sociaal werk, onderwijs, gezondheidszorg, op de arbeidsmarkt en in het beleid.
##### 3.2.5.1 Divers-sensitief werken: vijf handelingsprincipes
Divers-sensitief werken vereist specifieke principes en houdingen:
1. **Open, respectvolle, nabije en uitnodigende basishouding:** Hulpverleners laten handelingsvrees achterwege.
2. **Samenwerking en dialoog:** Gezamenlijke probleemdefiniëring en oplossingsstrategieën vormen de kern, vaak in 'onderhandelde' afspraken.
3. **Krachtgerichte kijk:** Een tegengewicht bieden aan het dominante problematiserende denken door te focussen op competenties, inspanningen, mogelijkheden en potenties van mensen.
4. **Vaardigheid in (interculturele) communicatie:** Cruciale rol voor cultuursensitiviteit en het omgaan met taaldiversiteit.
5. **Kritische houding t.a.v. machtsverschillen:** Van een 'aanpassingslogica' en assimilatie naar verandering en co-creatie.
> **Tip:** Interculturalisering en divers-sensitief werk zijn meer dan individuele competenties; ze vereisen divers-sensitieve organisaties met een duidelijke visie, missie en personeels- en vormingsbeleid.
### 3.3 De paradox van superdiversiteit
De 'normalisering van superdiversiteit' betekent dat we de 'etnische lens' moeten leren loslaten en niet alles vanuit etnische verschillen bekijken. Dit vereist minder focus op etnische diversiteit en meer aandacht voor andere assen van verschil zoals gender, leeftijd, klasse, opleiding en geloof. Echter, om de huidige ongelijkheid aan te pakken, is er tegelijkertijd (en voorlopig) meer aandacht nodig voor etniciteit, maar dan op een divers-sensitieve manier.
### 3.4 Toekomstscenario's van superdiversiteit
Superdiversiteit is een feitelijke ontwikkeling die niet inherent goed of slecht is, maar afhangt van hoe we ermee omgaan. Het roept nieuwe vragen op over migratie en integratie. Twee toekomstscenario's kunnen worden geschetst:
1. **Scenario van angst, vernedering & polarisatie:**
* Wederzijds dominant wij-zij-denken.
* Groeiende gekleurde armoede, werkloosheid, ongelijkheid en schoolse uitval.
* Verlies van sociaal kapitaal bij tweede en derde generaties.
* Wederzijdse polarisering rond symbooldossiers (hoofddoeken, bourkini).
* Relativering van racisme en bestempeling van vluchtelingen als 'gevaar'.
* Dit scenario leidt tot een sociale tijdbom.
2. **Scenario van hoop, verbinding & empowerment:**
* Superdiversiteit wordt een evidente realiteit met ruimte voor en erkenning van meervoudige identiteiten.
* Interculturalisering van diensten en bedrijven.
* Ruimte voor emancipatie en sociale stijging.
* Een beleid dat inzet op emancipatie binnen gemeenschappen, ondersteund door een beleid van herverdeling én erkenning.
**Conclusie:** De toekomst van onze steden ligt in de mobilisatie van de superdiversiteit van alle bewoners. Sociaal werkers kunnen hierin een cruciale rol spelen door te werken naar een scenario van hoop en empowerment.
---
# Toekomstscenario's van superdiversiteit
Dit gedeelte schetst twee mogelijke toekomstscenario's met betrekking tot superdiversiteit: een negatief scenario van angst, vernedering en polarisatie, en een positief scenario van hoop, verbinding en empowerment, waarbij sociaal werkers een cruciale rol spelen.
### 4.1 De paradox van superdiversiteit en de rol van sociaal werkers
Superdiversiteit wordt beschreven als een feitelijke ontwikkeling die op zichzelf niet goed of slecht is, maar waarvan de uitkomst afhangt van hoe men ermee omgaat. Het markeert een scharniermoment dat nieuwe vragen oproept of oude vragen over migratie en integratie in een nieuwe context plaatst. Maurice Crul en collega's presenteren twee toekomstscenario's.
#### 4.1.1 Een scenario van angst, vernedering en polarisatie
Dit scenario kenmerkt zich door het voortduren van het "wij-zij"-denken, wat leidt tot wederzijdse polarisatie. Gevolgen hiervan zijn:
* Groeiende gekleurde armoede, werkloosheid en ongelijkheid.
* Schoolse uitval en achterstelling, met een deels verloren sociaal kapitaal voor de tweede en derde generatie.
* Polarisatie rondom symbooldossiers, zoals het hoofddoekenverbod en bourkini-debatten.
* Het relativeren van racisme en het bestempelen van vluchtelingen als een "gevaar".
* Uitingen variërend van Pegida en "eigen volk eerst" tot IS-geïnspireerde terreur.
Dit scenario wordt gezien als een potentiële "sociale tijdbom".
#### 4.1.2 Een scenario van hoop, verbinding en empowerment
Dit positieve scenario ziet superdiversiteit uitgroeien tot een evidente realiteit waarin:
* Er ruimte is voor en erkenning is van meervoudige identiteiten.
* Diensten en bedrijven geïnterculturaliseerd zijn.
* Emancipatie en sociale stijging mogelijk zijn.
Een beleid dat hierop inzet, ondersteunt en stimuleert emancipatie binnen gemeenschappen vanuit een beleid van herverdeling en erkenning.
#### 4.1.3 De cruciale rol van sociaal werkers
De toekomst van onze steden ligt volgens dit scenario niet in verdere polarisatie, maar in de mobilisatie van de superdiversiteit van alle bewoners. Sociaal werkers kunnen hierin een cruciale rol vervullen door:
* **Divers-sensitief werken:** Dit impliceert een open, respectvolle, nabije en uitnodigende basishouding, waarbij handelingsvrees wordt achterwege gelaten.
* **Gericht op samenwerking en dialoog:** Probleemdefiniëring en oplossingsstrategieën worden gezamenlijk vormgegeven.
* **Krachtgerichte kijk:** Een tegengewicht bieden aan het dominante problematiserende denken door te focussen op competenties, inspanningen, mogelijkheden en potenties, en door hoop te creëren en toekomstdoelen te helpen formuleren.
* **Vaardigheid in (interculturele) communicatie:** Cultuursensitiviteit en een krachtgerichte omgang met taaldiversiteit zijn hierbij cruciaal.
* **Kritische houding ten aanzien van machtsverschillen:** Streven naar verandering en co-creatie in plaats van een "aanpassingslogica" of assimilatie.
Interculturalisering en divers-sensitief werk vereisen niet alleen individuele competenties, maar ook divers-sensitieve organisaties met een duidelijke visie, missie en beleid op personeel en vorming.
> **Tip:** De transformatie naar een scenario van hoop en empowerment vereist een bewuste inzet op interculturalisering en divers-sensitiviteit in alle maatschappelijke sectoren, met een bijzondere focus op frontlinieberoepen zoals sociaal werk.
> **Tip:** De paradox van superdiversiteit is dat, hoewel we de "etnische lens" moeten leren loslaten om diversiteit op andere assen (zoals gender, leeftijd, klasse) te zien, er tegelijkertijd (en voorlopig) méér aandacht nodig is voor etniciteit, maar dan op een divers-sensitieve manier, om onderwijs- en sociale ongelijkheid aan te pakken.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Superdiversiteit | Een concept dat een nieuwe sociale realiteit beschrijft die gekenmerkt wordt door een toename van diversiteit op meerdere vlakken, met name in stedelijke gebieden. Het gaat niet enkel om meer diversiteit, maar ook om een grotere variëteit binnen die diversiteit en een proces van normalisering van deze complexiteit. |
| Gastarbeid | Een vorm van migratie waarbij werknemers uit het buitenland worden aangetrokken om te voorzien in een tekort aan arbeidskrachten in het gastland. Dit was een belangrijke factor in de migratiegeschiedenis van België, vooral in de jaren '60. |
| Migratiestop | Een beleidsmaatregel die de instroom van buitenlandse werknemers beperkt of stopzet. In België werd een dergelijke stop afgekondigd in 1974, wat de migratiekanalen deed verschuiven van arbeidsmigratie naar gezinshereniging. |
| Gezinshereniging | Het proces waarbij migranten hun familieleden naar het gastland halen. Dit werd na de migratiestop een belangrijk migratiekanaal in België vanaf de jaren '80. |
| Intra-EU-migratie | Migratie binnen de Europese Unie. Met de uitbreiding van de EU nam dit type migratie toe, wat bijdroeg aan de toenemende diversiteit in België vanaf de jaren '90. |
| Majority-minority cities | Steden waarin de meerderheid van de bevolking afkomstig is uit verschillende minderheidsgroepen. Concepten als Brussel en Antwerpen worden als voorbeelden van dergelijke steden genoemd, waar diversiteit de norm is. |
| Diversiteit in de diversiteit | Dit aspect van superdiversiteit verwijst naar de toenemende complexiteit en variëteit binnen de migrantengroepen zelf. Het omvat verschillen in etniciteit, taal, cultuur, religie, migratiemotieven, verblijfsstatuten en sociaal-economische posities. |
| Normalisering van diversiteit | Het proces waarbij diversiteit niet langer als een uitzondering of afwijking van de norm wordt gezien, maar als een alledaagse realiteit. Dit impliceert dat etnische verschillen minder dominant worden in ons denken en dat er meer aandacht komt voor andere assen van verschil. |
| Interculturalisering | Het proces van het aanpassen en integreren van interculturele competenties en praktijken binnen alle maatschappelijke sectoren. Dit omvat interculturele communicatie, maatwerk en de aanpassing van opleidingen, met als doel een divers-sensitieve benadering te realiseren. |
| Divers-sensitief werken | Een benadering in sociaal werk en andere frontlinieberoepen die gekenmerkt wordt door een open, respectvolle en uitnodigende basishouding, gericht op samenwerking en dialoog. Het legt de nadruk op een krachtgerichte kijk op mensen, de erkenning van competenties en het omgaan met machtsverschillen. |
| Transnationale realiteiten | De connecties en interacties die mensen onderhouden met hun herkomstlanden, ondanks hun vestiging in een ander land. Door moderne communicatietechnologie en snelle mobiliteit is er sprake van blijvend contact en groeiende wereldfamilies over grenzen heen. |
| Meertaligheid | Het bestaan van meerdere talen binnen een samenleving of stad. In superdiverse steden als Brussel en Antwerpen is meertaligheid een kenmerkende realiteit, wat zowel uitdagingen als kansen biedt voor sociaal werk, onderwijs en andere diensten. |
| Wij-zij-denken | Een cognitieve bias waarbij de samenleving wordt opgedeeld in "wij" (de eigen groep) en "zij" (de andere groepen). In de context van superdiversiteit wordt gepleit om voorbij dit binaire denken te gaan en een "wij zowel als zij"-benadering te hanteren die meervoudige identiteiten erkent. |
| Machtsongelijkheid | Ongelijke verhoudingen in macht en invloed tussen verschillende groepen in de samenleving. Divers-sensitief werken vereist een kritische houding ten opzichte van machtsverschillen en streeft naar een verschuiving van aanpassingslogica naar co-creatie. |
| Empowerment | Het proces waarbij individuen en groepen meer controle krijgen over hun eigen leven en de omstandigheden waarin ze leven. In het kader van superdiversiteit is empowerment een sleutelcomponent van een hoopvol toekomstscenario, waarbij emancipatie en sociale stijging worden gestimuleerd. |