Cover
Start now for free Hersenwerking en leren.pptx
Summary
# Structuur en werking van de hersenen
Dit onderwerp behandelt de hiërarchische opbouw van de hersenen, van automatische functies tot complex denken, en de specifieke rollen van sleutelstructuren.
### 1.1 De hersenen: een evolutionair perspectief op drie niveaus
De hersenen kunnen worden onderverdeeld in drie evolutionaire niveaus, elk met specifieke functies:
* **Hersenstam:** Dit is het meest basale niveau en verantwoordelijk voor automatische levensfuncties die essentieel zijn voor overleving. Denk hierbij aan ademhaling, hartslag en slaap-waakcycli.
* **Limbisch systeem:** Dit niveau is primair betrokken bij emoties, motivatie en geheugenvorming. Het speelt een cruciale rol in hoe we situeren en reageren op onze omgeving op een emotioneel niveau.
* **Hersenschors (cortex):** Dit is het meest ontwikkelde deel van de hersenen en is verantwoordelijk voor hogere cognitieve functies zoals denken, redeneren, plannen, taal en bewustzijn. Intelligentie is sterk verbonden met de complexiteit en activiteit van de hersenschors.
### 1.2 De hippocampus: de spelverdeler van informatie
De hippocampus fungeert als een cruciale schakel in het geheugenproces, met name voor het vastzetten van nieuwe informatie en het koppelen van verschillende soorten informatie tot een coherente ervaring.
> **Tip:** Beschouw de hippocampus als een "spelverdeler" die sensorische input uit verschillende hersengebieden (zoals zicht, geluid) samenbrengt en koppelt aan bestaande kennis en ervaringen.
**Voorbeeld:** Wanneer een kind voor het eerst een blaffende hond ziet en hoort, worden het visuele beeld van de hond opgeslagen in de visuele cortex en het geluid in de auditieve cortex. De hippocampus linkt deze twee informatiebronnen aan elkaar en koppelt ze aan het woord "hond" wanneer dit door een ouder wordt uitgesproken. Later kan de hippocampus helpen om nieuwe informatie over honden, zoals verschillende rassen of het geschreven woord, aan dit bestaande "honden"-schema toe te voegen.
### 1.3 Hersenen en motoriek
Naast geheugen en cognitie spelen specifieke hersenregio's een belangrijke rol in motorische functies en leren:
* **Hippocampus:** Draagt bij aan het vastzetten van nieuwe motorische vaardigheden en het zogenaamde "offline leren", waarbij informatie verwerkt wordt wanneer we niet actief met de taak bezig zijn (bijvoorbeeld tijdens slaap).
* **Cerebellum (kleine hersenen):** Cruciaal voor het handhaven van houding en balans, met name door input van het vestibulair orgaan (evenwichtsorgaan) en proprioceptie (lichaamsgevoel). Het speelt een grote rol in de initiële leerfasen van motorische vaardigheden.
* **Motorische cortex:** Verantwoordelijk voor het plannen, coördineren en uitvoeren van willekeurige spierbewegingen en bewegingen.
### 1.4 Neuroplasticiteit: de kneedbare hersenen
Neuroplasticiteit is het vermogen van de hersenen om zich te reorganiseren en aan te passen door nieuwe verbindingen tussen neuronen te vormen of bestaande te versterken. Dit is de basis voor leren en geheugen.
* **Nieuwe paadjes:** Leren creëert nieuwe neuronale paden, vergelijkbaar met het aanleggen van nieuwe wegen in een landschap.
* **Netwerken:** Deze paden vormen complexe netwerken die efficiënter worden naarmate ze vaker worden gebruikt.
* **Afbouw:** Informatie die niet wordt herhaald of gebruikt, kan leiden tot de afbouw van verbindingen, wat het systeem efficiënter maakt door overbodige paden te verwijderen.
### 1.5 De rol van voorkennis en interesse
De effectiviteit van leren en informatieverwerking wordt sterk beïnvloed door bestaande voorkennis en interesse:
* **Voorkennis:** Nieuwe informatie wordt makkelijker opgenomen en begrepen wanneer deze kan worden gekoppeld aan reeds bestaande kennis en kennisschema's.
* **Aandacht:** Interesse in een onderwerp vergroot de aandacht, wat essentieel is voor het coderen van informatie in het geheugen.
* **Herhaling:** Het herhalen van informatie versterkt de neurale verbindingen, wat leidt tot een beter retentie in het langetermijngeheugen.
### 1.6 Het geheugen: onthouden, bewaren en oproepen
Het geheugen is het vermogen om informatie te onthouden, te bewaren en later weer op te roepen. Dit omvat het leren van nieuwe kennis, inzichten, waarden, vaardigheden en attitudes.
#### 1.6.1 Het langetermijngeheugen
Het langetermijngeheugen fungeert als een groot magazijn waarin informatie buiten het directe bewustzijn wordt opgeslagen totdat deze nodig is. Hierin bevinden zich onze kennisschema's, die de basis vormen van onze voorkennis. Informatie uit het langetermijngeheugen kan naar het werkgeheugen worden gehaald voor actieve verwerking.
#### 1.6.2 De vergeetcurve
De vergeetcurve, zoals beschreven door Herman Ebbinghaus, toont aan dat we na het leren van nieuwe informatie snel een aanzienlijk deel ervan vergeten, tenzij we de informatie actief herhalen of gebruiken.
> **Tip:** Regelmatige herhaling, gespreid over tijd, is cruciaal om de vergeetcurve tegen te gaan en informatie duurzaam in het langetermijngeheugen te verankeren.
#### 1.6.3 Chunking: efficiënter informatie organiseren
Chunking is een techniek waarbij losse stukjes informatie worden gegroepeerd tot betekenisvolle eenheden of "chunks". Dit vermindert de belasting van het werkgeheugen en maakt het makkelijker om grotere hoeveelheden informatie te verwerken en te onthouden.
**Voorbeeld:** In plaats van individuele handelingen zoals "in spiegels kijken", "schakelen" en "pedalen", worden deze bij het autorijden gechunked tot de complexe vaardigheid "autorijden", die een automatisme wordt.
#### 1.6.4 Expertniveau: oefening baart kunst
Het bereiken van een expertniveau vereist significante oefening en doorzettingsvermogen. De "10.000 urenregel" suggereert dat een exponentieel niveau van vaardigheid vaak wordt bereikt na ongeveer tienduizend uur gerichte oefening.
* **Grit:** Dit omvat passie voor langetermijndoelen, doorzettingsvermogen en een hoge tolerantie voor mentale uitputting.
* **Passie en Volharding:** Deze eigenschappen zijn essentieel om door de uitdagingen van het leerproces heen te komen.
### 1.7 Het werkgeheugen: de actieve verwerker
Het werkgeheugen is een tijdelijk opslag- en verwerkingssysteem dat actief betrokken is bij het verwerken van nieuwe informatie en het koppelen ervan aan informatie uit het langetermijngeheugen.
* **Capaciteit:** De capaciteit van het werkgeheugen is beperkt, ongeveer tot vier items tegelijk.
* **Rol van de leraar:** Leraren spelen een belangrijke rol bij het structureren van informatie en het minimaliseren van afleidingen om de effectiviteit van het werkgeheugen te maximaliseren.
* **Chunking als hulpmiddel:** Chunking helpt om de belasting van het werkgeheugen te verminderen, waardoor er meer ruimte ontstaat voor complexere verwerking.
#### 1.7.1 Automatiseren: ruimte maken voor hogere processen
Het automatiseren van lagere-orde processen is essentieel om ruimte te creëren in het werkgeheugen voor hogere-orde cognitieve functies.
**Voorbeeld:** Een beginnende voetballer moet nadenken over hoe hij de bal moet raken. Een ervaren speler heeft dit geautomatiseerd en kan zich focussen op strategie en spelpatronen. Hetzelfde geldt voor rekenvaardigheden: automatiseren van basisbewerkingen maakt ruimte voor complexere probleemoplossing.
#### 1.7.2 Overleren: oefenen wat je al kunt
Oefenen van vaardigheden die men al beheerst, ook wel "overleren" genoemd, heeft verschillende voordelen:
* **Verbetering:** Het maakt je nog beter in de vaardigheid.
* **Versterking basis:** Het versterkt de basisvaardigheden die nodig zijn voor complexere taken.
* **Vergeten voorkomen:** Het helpt de vaardigheid te behouden en te voorkomen dat deze wordt vergeten.
* **Transfer:** Het vergemakkelijkt de transfer van de vaardigheid naar nieuwe, vergelijkbare situaties.
### 1.8 Dual coding theorie
De dual coding theorie stelt dat informatie beter wordt onthouden en verwerkt wanneer deze via zowel verbale als visuele kanalen wordt aangeboden. Het combineren van tekst met afbeeldingen of diagrammen kan de leerervaring verrijken.
### 1.9 Aandacht en multitasken
* **Multitasken:** Kan efficiënt zijn wanneer één taak grotendeels geautomatiseerd is en weinig bewuste aandacht vereist. Dit is niet mogelijk wanneer beide taken actieve aandacht vragen. De hersenen nemen alle informatie op, maar selecteren actief wat verwerkt wordt.
* **Switchtasken:** Het voortdurend wisselen tussen taken kost extra energie en tijd (soms wel twee keer zoveel als de taken na elkaar uitvoeren) en verhoogt de kans op fouten.
* **Vloeiende intelligentie:** Dit is het vermogen om te redeneren en problemen op te lossen in nieuwe situaties, onafhankelijk van reeds verworven kennis. Oefenen en efficiënte cognitieve processen dragen hieraan bij.
---
# Neuroplasticiteit en geheugen
Dit gedeelte behandelt de basisprincipes van neuroplasticiteit, de mechanismen van het geheugen, met name het langetermijngeheugen, en technieken zoals chunking die het leerproces ondersteunen.
### 2.1 Neuroplasticiteit: het aanpasbare brein
Neuroplasticiteit verwijst naar het adaptieve vermogen van de hersenen om hun structuren en functies te reorganiseren door nieuwe neurale verbindingen te vormen en bestaande aan te passen. Dit proces is cruciaal voor leren en geheugen.
#### 2.1.1 Hersenen en netwerken
De hersenen bestaan uit miljarden neuronen die complexe netwerken vormen. Neuroplasticiteit maakt het mogelijk dat deze netwerken zich voortdurend aanpassen op basis van ervaringen. Nieuwe leerervaringen creëren nieuwe "paadjes" of verbindingen tussen neuronen, vergelijkbaar met het aanleggen van nieuwe wegen.
#### 2.1.2 Efficiëntie en afbouw
Wanneer bepaalde neurale paden herhaaldelijk worden gebruikt, worden ze sterker en efficiënter. Omgekeerd kunnen verbindingen die niet worden gebruikt, afnemen. Dit leidt ertoe dat het systeem efficiënter wordt. Dit verklaart deels waarom kinderen, die een groter aantal hersencellen hebben, soms sneller leren, maar ook waarom volwassenen slimmer lijken door geoptimaliseerde verbindingen.
#### 2.1.3 Sensitieve perioden
Er zijn specifieke "golden ages" of sensitieve periodes waarin de hersenen bijzonder ontvankelijk zijn voor bepaalde soorten leren, zoals taalverwerving. Onderzoek suggereert dat de rijpheid van de hersenen en de efficiëntie van de neurale paden, mede beïnvloed door slaap, een rol spelen bij het vastzetten van deze leerstof.
### 2.2 Het geheugen: opslag en oproepen van informatie
Het geheugen is het vermogen van de hersenen om informatie te onthouden, te bewaren en later weer op te roepen. Dit omvat het leren van nieuwe kennis, inzichten, waarden, vaardigheden en attitudes.
#### 2.2.1 Het langetermijngeheugen
Het langetermijngeheugen kan worden gezien als een groot "magazijn" waar informatie buiten ons bewuste bereik wordt opgeslagen totdat het wordt opgeroepen naar het werkgeheugen. Het bevat onze kennisschema's en voorkennis. Informatie in het langetermijngeheugen is niet direct toegankelijk en wordt pas bewust wanneer het wordt geactiveerd.
#### 2.2.2 De vergeetcurve
De vergeetcurve, geobserveerd door Herman Ebbinghaus, beschrijft de snelheid waarmee informatie na verloop van tijd uit het geheugen verdwijnt. Om dit proces tegen te gaan en informatie effectiever te leren, is actief oefenen en herhalen essentieel.
#### 2.2.3 Chunking: informatie groeperen
Chunking is een geheugentechniek waarbij losse stukjes informatie worden gegroepeerd tot grotere, betekenisvolle eenheden of "chunks". Aanvankelijk kunnen dit losse elementen zijn, maar door oefening worden ze samengevoegd tot complexere kennisschema's die uiteindelijk een automatisme kunnen worden.
> **Tip:** Hoe meer een vaardigheid geautomatiseerd is door middel van chunking, hoe minder snel deze wordt vergeten en hoe sneller deze opnieuw kan worden aangeleerd.
Chunking is niet alleen relevant voor theoretische kennis, maar ook zeer effectief binnen sport. Op expertniveau, na ongeveer tien jaar of 10.000 uur oefening, worden veel bewegingen gechunked tot automatismen. Grit, dat staat voor passie voor langetermijndoelen en doorzettingsvermogen, is hierbij een belangrijke factor.
#### 2.2.4 Het werkgeheugen
Het werkgeheugen is het deel van het geheugen waar informatie tijdelijk wordt bewerkt en gekoppeld aan informatie uit het langetermijngeheugen. Dit systeem heeft een beperkte capaciteit, vaak geschat op ongeveer vier items tegelijk.
> **Tip:** Een rol van de leraar is om te zorgen voor een omgeving die de capaciteit van het werkgeheugen niet te veel belast, bijvoorbeeld door afleiding te minimaliseren.
Het werkgeheugen kan niet direct worden getraind, maar het belang van bestaande kennis wordt wel getoond door de beperkingen ervan. Chunking fungeert als een hulpmiddel om de belasting van het werkgeheugen te verminderen.
#### 2.2.5 Automatiseren en overleren
Het automatiseren van lagere orde processen, zoals de basistechnieken bij sport of het herkennen van letters bij lezen, is cruciaal. Dit creëert ruimte in het werkgeheugen voor hogere orde processen, zoals strategisch denken. Overleren, het blijven oefenen van reeds bekende vaardigheden, versterkt de basis, voorkomt vergeten en helpt bij de transfer van kennis naar nieuwe situaties.
#### 2.2.6 Toepassing van chunking en geheugentechnieken
Het toepassen van chunking kan de belasting van het werkgeheugen aanzienlijk verminderen, waardoor meer informatie verwerkt kan worden. Dit is effectief bij het onthouden van reeksen getallen of andere informatie.
> **Voorbeeld:** Het onthouden van de reeks getallen `262901129734` is moeilijker dan het onthouden van de gechunkte reeks `26 29 01 12 97 34`, of nog beter `26 29 01 12 97 34`.
#### 2.2.7 Multitasken en switchtasken
Multitasken is slechts mogelijk wanneer één van de taken grotendeels geautomatiseerd is en geen bewuste aandacht vereist. Wanneer beide taken aandacht vragen, wordt het een kwestie van "switchtasken", wat energie kost, tijd in beslag neemt en de kans op fouten vergroot. De hersenen nemen weliswaar alle informatie op, maar moeten bewust selecteren welke informatie wordt verwerkt. Dit kan leiden tot vertragingen in leerprocessen, waarbij het bijvoorbeeld een half jaar langer duurt om dezelfde leerstof te verwerken.
---
# Werkgeheugen en aandacht
Het werkgeheugen functioneert als een tijdelijke opslag- en bewerkingsruimte die essentieel is voor cognitieve processen, waarbij de beperkte capaciteit ervan de noodzaak van aandacht, automatiseren en de uitdagingen van multitasking benadrukt.
### 3.1 Het werkgeheugen
Het werkgeheugen is een cruciaal onderdeel van ons cognitieve systeem dat verantwoordelijk is voor het vasthouden en manipuleren van informatie die op dat moment nodig is voor een taak. Het fungeert als een soort mentale 'werkbank' waar zintuiglijke informatie binnenkomt en wordt bewerkt, en waar deze informatie wordt gekoppeld aan reeds aanwezige kennis uit het langetermijngeheugen.
#### 3.1.1 Capaciteit en beperkingen
De capaciteit van het werkgeheugen is beperkt. Gemiddeld kan het slechts ongeveer vier items tegelijkertijd vasthouden en verwerken. Deze beperking kan merkbaar worden bij taken die veel informatie vereisen, zoals het optellen van grote getallen waarvoor meer ruimte in het werkgeheugen nodig is dan beschikbaar is.
> **Tip:** Het werkgeheugen kan niet direct getraind worden in zijn capaciteit, maar het belang van reeds aanwezige kennis en het toepassen van technieken zoals chunking (zie verder) kunnen de effectiviteit ervan vergroten.
#### 3.1.2 Rol van kennis en oefening
Het belang van voorkennis en de rol van oefening worden duidelijk bij het effectiever gebruiken van het werkgeheugen. Hoe meer kennis we hebben opgebouwd en hoe meer vaardigheden we hebben geautomatiseerd, hoe minder 'ruimte' deze processen innemen in ons werkgeheugen. Dit stelt ons in staat om onze beperkte werkgeheugencapaciteit te richten op complexere, hogere-orde processen.
> **Voorbeeld:** Een beginnende voetballer moet zich nog bewust zijn van elke beweging, zoals hoe de bal te raken of welk deel van de voet te gebruiken. Deze 'lagere-orde processen' moeten geautomatiseerd worden, zodat er mentale ruimte overblijft voor strategieën en tactieken tijdens een wedstrijd. Dit geldt ook voor het leren van rekenen; bepaalde basisberekeningen moeten zo geautomatiseerd zijn dat het werkgeheugen vrijkomt voor het oplossen van complexere wiskundige problemen.
#### 3.1.3 Automatiseren
Automatiseren is het proces waarbij vaardigheden en kennis zo diepgaand worden geoefend dat ze zonder bewuste inspanning kunnen worden uitgevoerd. Dit is essentieel om de beperkte capaciteit van het werkgeheugen te ontlasten. Lezen is een voorbeeld van een grotendeels geautomatiseerd proces voor geoefende lezers, wat hen in staat stelt zich te concentreren op de betekenis van de tekst in plaats van op de individuele letters.
> **Tip:** Overleren, het blijven oefenen van reeds geautomatiseerde vaardigheden, versterkt de basis, voorkomt vergeten en faciliteert de transfer van deze vaardigheden naar nieuwe, complexere taken.
#### 3.1.4 Chunking
Chunking is een techniek waarbij afzonderlijke informatie-eenheden worden gegroepeerd tot betekenisvolle grotere eenheden. Dit vermindert de belasting van het werkgeheugen, omdat er minder 'chunks' hoeven te worden vastgehouden.
> **Voorbeeld:** Losse cijfers zoals '262901129734' belasten het werkgeheugen sterk. Door deze te groeperen tot '26 29 01 12 97 34' of zelfs tot een datum en getallenreeks, wordt de informatie behapbaarder en kan er meer worden verwerkt en onthouden. Hetzelfde geldt voor het leren van autorijden: aanvankelijk worden afzonderlijke handelingen geleerd, maar deze worden uiteindelijk gechunked tot de geautomatiseerde vaardigheid van 'autorijden'.
### 3.2 Aandacht
Aandacht is het proces van selectief focussen op bepaalde prikkels en het negeren van andere. Het is onlosmakelijk verbonden met het werkgeheugen, omdat het bepaalt welke informatie überhaupt het werkgeheugen binnenkomt en wordt verwerkt.
#### 3.2.1 De rol van aandacht bij leren
Een effectieve inzet van aandacht is cruciaal voor het leerproces. Aandacht zorgt ervoor dat relevante informatie wordt verwerkt en gekoppeld aan bestaande kennis. Het vermogen om afleidingen te negeren en gefocust te blijven op de taak is direct gerelateerd aan de effectiviteit van het werkgeheugen.
> **Tip:** Als leraar is het van belang om de aandacht van leerlingen te sturen en te behouden, bijvoorbeeld door de omgeving zo prikkelarm mogelijk te maken of door taken op een boeiende manier aan te bieden.
### 3.3 Multitasking en switchtasking
De mogelijkheid om meerdere taken tegelijkertijd uit te voeren, bekend als multitasking, is een veelvoorkomend fenomeen in het moderne leven. Echter, de manier waarop onze hersenen hiermee omgaan, brengt specifieke uitdagingen met zich mee.
#### 3.3.1 Multitasking
Multitasking is in principe mogelijk wanneer één van de taken grotendeels geautomatiseerd is en geen bewuste aandacht vereist. Wanneer beide taken echter actieve aandacht vragen, is echt parallel verwerken door de hersenen beperkt. De hersenen nemen weliswaar alle informatie op, maar de selectie en de verwerking van informatie vereisen focus.
#### 3.3.2 Switchtasking
Switchtasking, het snel wisselen tussen verschillende taken, is wat er vaak gebeurt wanneer men probeert te multitasken met twee aandachtvragende taken. Dit proces kost aanzienlijk meer energie en tijd, en vergroot de kans op fouten. Het kan leiden tot een vertraging in het leerproces, waarbij het bijvoorbeeld een half jaar langer kan duren om dezelfde leerstof te verwerken vergeleken met het focussen op één taak.
> **Voorbeeld:** Het versturen van een e-mail tijdens een telefoongesprek dat concentratie vereist, leidt tot switchtasking. De aandacht moet constant wisselen tussen het gesprek en het typen, wat de kans op het maken van typfouten of het missen van belangrijke informatie in het gesprek vergroot.
### 3.4 Vloeiende intelligentie en werkgeheugen
Vloeiende intelligentie, het vermogen tot redeneren en problemen oplossen, is sterk afhankelijk van het effectieve functioneren van het werkgeheugen. Beperkingen in het werkgeheugen, bijvoorbeeld door afleiding of de noodzaak tot switchtasking, kunnen de efficiëntie van vloeiende intelligentie negatief beïnvloeden. Discipline in het managen van aandacht en taken speelt hierin een belangrijke rol.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Neurale netwerken | Een complex systeem van verbonden neuronen dat signalen doorgeeft, vergelijkbaar met wegen in een stad die informatieverkeer mogelijk maken. |
| Hippocampus | Een cruciaal hersengebied dat fungeert als een soort spelverdeler voor nieuwe informatie en helpt bij het consolideren van herinneringen door informatie uit verschillende hersengebieden te koppelen. |
| Hersenschors (Cortex) | Het buitenste deel van de hersenen, verantwoordelijk voor hogere cognitieve functies zoals denken, intelligentie, taalbegrip en bewuste waarneming. |
| Cerebellum | Het deel van de hersenen dat voornamelijk verantwoordelijk is voor houding, balans en fijne motorische controle, met name tijdens de vroege leerfasen van bewegingen. |
| Neuroplasticiteit | Het vermogen van de hersenen om zich te reorganiseren door nieuwe neurale verbindingen te vormen of bestaande aan te passen als reactie op ervaringen, leren of verwondingen. |
| Langetermijngeheugen | Een opslagplaats voor kennis, vaardigheden en ervaringen die buiten het directe bewustzijn valt totdat deze wordt opgeroepen en in het werkgeheugen wordt geplaatst. |
| Vergeetcurve | Een grafische weergave die laat zien hoe de hoeveelheid informatie die we onthouden na verloop van tijd afneemt, zoals beschreven door Herman Ebbinghaus. |
| Chunking | Een geheugentechniek waarbij losse informatie-eenheden worden gegroepeerd tot grotere, betekenisvollere brokken, wat de belasting van het werkgeheugen vermindert. |
| Expertniveau | De fase van vaardigheid waarin iemand uitzonderlijk bekwaam is in een bepaald domein, vaak bereikt na vele jaren van intensieve oefening en doorzettingsvermogen. |
| Grit | Een combinatie van passie voor langetermijndoelen en een sterk doorzettingsvermogen, zelfs bij tegenslag, wat cruciaal is voor het behalen van grote prestaties. |
| Werkgeheugen | Een tijdelijke opslag- en bewerkingsruimte in de hersenen die verantwoordelijk is voor het vasthouden en manipuleren van informatie voor actieve taken, met een beperkte capaciteit van ongeveer vier items. |
| Automatiseren | Het proces waarbij een vaardigheid of proces zo vaak wordt geoefend dat het zonder bewuste inspanning kan worden uitgevoerd, waardoor er ruimte vrijkomt in het werkgeheugen. |
| Overleren | Het blijven oefenen van een vaardigheid die al grotendeels beheerst wordt, om deze te versterken, efficiënter te maken en beter bestand te maken tegen vergeten. |
| Dual coding theorie | Een theorie die stelt dat informatie beter wordt onthouden wanneer het zowel verbaal als visueel wordt aangeboden, omdat dit twee afzonderlijke paden creëert voor opslag en herinnering. |
| Multitasken | Het gelijktijdig uitvoeren van meerdere taken. Dit is alleen effectief wanneer ten minste één van de taken grotendeels geautomatiseerd is en weinig bewuste aandacht vereist. |
| Switchtasken | Het snel wisselen tussen verschillende taken, wat leidt tot verlies van tijd, energie en een verhoogde kans op fouten, omdat de hersenen zich steeds opnieuw moeten aanpassen. |