Cover
ابدأ الآن مجانًا Les 1_Wat is LEAN_2024-09-25.pptx
Summary
# Definitie en kernprincipes van lean
Lean is een managementsysteem dat gericht is op het creëren van waarde voor alle belanghebbenden door het elimineren van verspillingen, met een sterke nadruk op klanttevredenheid.
### 1.1 Wat is lean?
De LEAN THINKING-filosofie kan worden beschouwd als een managementsysteem dat processen en systemen ontwikkelt waarin waarde voor alle belanghebbenden wordt gecreëerd, terwijl tegelijkertijd allerlei vormen van verspilling worden geëlimineerd. De klemtoon ligt hierbij op klanttevredenheid, specifiek die van de eindgebruiker.
### 1.2 De vijf lean principes
De kern van de lean-filosofie wordt gevormd door vijf fundamentele principes:
#### 1.2.1 Identificeer waarde
Waarde wordt gedefinieerd vanuit het perspectief van de klant. Activiteiten die waarde toevoegen, zijn activiteiten waarvoor de klant bereid is te betalen. Alle andere activiteiten worden beschouwd als verspilling. Het creëren van tevredenheid bij alle stakeholders is hierbij essentieel. Dit kan gemeten worden aan de hand van aspecten zoals:
* Kwaliteit
* Kosten
* Stiptheid
* Innovatie
* Veiligheid
* Moraal
* Milieu
#### 1.2.2 Teken de waardestroom
Dit principe houdt in dat de volledige stroom van activiteiten die nodig is om een product of dienst te leveren, van begin tot eind, in kaart wordt gebracht. Dit omvat zowel de stappen die waarde toevoegen als de stappen die verspilling veroorzaken. Door de waardestroom te visualiseren, worden knelpunten, wachttijden en overbodige handelingen zichtbaar.
#### 1.2.3 Creëer flow
Nadat de waardestroom is geïdentificeerd en in kaart is gebracht, is het doel om een continue en soepele doorstroming van producten of diensten te realiseren. Dit betekent het minimaliseren van onderbrekingen, wachttijden en het in batches werken. De focus ligt op het laten bewegen van werk door het proces zonder stagnatie.
#### 1.2.4 Realiseer pull-productie
In een pull-systeem wordt de productie gestuurd door de daadwerkelijke vraag van de klant. Producten of diensten worden pas geproduceerd wanneer er vraag naar is, in plaats van te produceren op basis van prognoses (push-systeem). Dit minimaliseert voorraden en overproductie. Het marktvraag stuurt de lijn aan via een pull-signaal.
#### 1.2.5 Streef naar perfectie
Dit principe benadrukt de continue verbetering. Het doel is om voortdurend te zoeken naar manieren om verspillingen te elimineren, de kwaliteit te verhogen en de efficiëntie te verbeteren. Dit is een iteratief proces dat nooit eindigt. Innovatieve methoden zoals 'poka yoke' (foutpreventie) en 'bron-controle' (controle bij de bron) dragen bij aan dit streven naar perfectie.
> **Tip:** De lean-filosofie kent ook een hiërarchie van verspillingen: Muri (overbelasting), Mura (ongelijkheid/variatie) en Muda (verspilling). Muda is de meest bekende en omvat de volgende zeven traditionele verspillingen (vaak aangevuld met een achtste):
> 1. **Overproductie:** Meer maken dan gevraagd, of te vroeg produceren. Dit leidt vaak tot andere verspillingen.
> 2. **Wachten:** Wachten op een gebeurtenis, op toe te leveren materiaal, op ontbrekende informatie.
> 3. **Transport:** Onnodig verplaatsen van materialen of producten. Dit creëert vertragingen en verbruikt middelen.
> 4. **Gebrekkige processen:** Onnodige controles, gebrek aan standaardisatie, suboptimalisatie.
> 5. **Voorraad:** Te veel voorraad die kapitaal niet laat renderen, ruimte inneemt, problemen camoufleert en de doorlooptijd vergroot.
> 6. **Bewegingen:** Onnodige fysieke bewegingen van medewerkers, zoals buigen, strekken of verplaatsen.
> 7. **Fouten:** Productiefouten die leiden tot verspilling van materiaal, tijd, arbeid en ruimte, en imagoschade veroorzaken.
> 8. **Ongebruikte skills/competenties van personeel:** Het niet benutten van de kennis en vaardigheden van medewerkers.
> **Tip:** De implementatie van lean principes kan leiden tot significante verbeteringen, waaronder:
> * Vermindering van lead time met 70-90%.
> * Vermindering van cycle time met 50-80%.
> * Vermindering van responstijden met meer dan 75%.
> * Vermindering van productontwikkeling met 70%.
> * Vermindering van kwaliteitskosten met 80%.
> * Vermindering van footprint met 30-50%.
> * Vermindering van operationele kosten met 50%.
> * Verbetering in customer service met meer dan 90%.
> * Verbetering in participatie en moraal van medewerkers.
> * Verhoging van productiviteit met 15-55% per jaar.
> * Reductie van voorraden met meer dan 70%.
> * Verbetering van return on investment met meer dan 90%.
---
# Analyse van verspillingen in processen
De LEAN THINKING-filosofie identificeert en elimineert verspillingen binnen processen om maximale waarde voor alle stakeholders te creëren, met een sterke focus op klanttevredenheid.
### 2.1 De 8+1 verspillingen (Muda)
De oorspronkelijke Lean-filosofie focust op zeven types verspilling (Muda), aangevuld met een achtste type. Deze verspillingen worden vaak gecategoriseerd in drie niveaus: Muri (overbelasting), Mura (variatie) en Muda (verspilling). De volgende verspillingen worden geïdentificeerd:
#### 2.1.1 Overproductie
Dit type verspilling treedt op wanneer er meer wordt geproduceerd dan er op dat moment gevraagd wordt. Grote lotgroottes dragen hier vaak toe bij. Overproductie leidt vaak tot andere vormen van verspilling.
#### 2.1.2 Wachten
Wachten kan verschillende oorzaken hebben:
* Wachten op een gebeurtenis
* Wachten op toe te leveren materiaal
* Wachten op ontbrekende informatie
#### 2.1.3 Transport
Onnodig transport van goederen of materialen creëert vertragingen, verbruikt middelen en vereist planning en controle.
#### 2.1.4 Gebrekkige processen
Dit omvat verschillende aspecten die de efficiëntie van processen belemmeren:
* Onnodige controles
* Gebrek aan standaardisatie
* Suboptimalisatie
#### 2.1.5 Voorraad
Voorraden, zowel grondstoffen als eindproducten, brengen diverse nadelen met zich mee:
* Kunnen beschadigd of verloren raken.
* Kapitaal wordt niet productief aangewend.
* Vereisen beheer.
* Nemen ruimte in beslag.
* Camoufleren problemen in het proces.
* Vergroten de doorlooptijd.
#### 2.1.6 Bewegingen
Ongewenste fysieke bewegingen van personeel tijdens het werkproces, zoals:
* Stappen en tillen
* Buigen en strekken
* Verplaatsen
#### 2.1.7 Fouten
Fouten leiden tot verspilling van materiaal, tijd, arbeid en ruimte. Ze kunnen ook schade aan het imago veroorzaken en resulteren in herstellingen en afval.
#### 2.1.8 Competenties van personeel niet gebruiken
Dit achtste type verspilling, vaak toegevoegd aan de oorspronkelijke zeven, betreft het onbenut laten van de vaardigheden, kennis en creativiteit van medewerkers.
#### 2.1.9 Overbelasting en Variatie (Muri & Mura)
Hoewel niet expliciet als aparte verspillingen genoemd in de typologie, worden de concepten 'overbelasting' en 'variatie' wel geïntroduceerd als onderliggende oorzaken van verspilling.
* **Overbelasting (Muri):** Dit verwijst naar situaties waarin processen of medewerkers te zwaar belast worden, wat kan leiden tot stress, ongelukken en verminderde kwaliteit.
* **Variatie (Mura):** Dit betreft schommelingen in de vraag, productie of processen. Variatie kan leiden tot pieken en leegloop, onregelmatig gedrag en een onvoorspelbare flow.
**Volgorde van belang:** De analyse suggereert een volgorde van belangrijkheid bij het aanpakken van deze problemen: eerst Muri (overbelasting), dan Mura (variatie) en tenslotte Muda (verspilling).
### 2.2 Gevolgen van verspillingen
De aanwezigheid van verspillingen in processen kan leiden tot significante negatieve gevolgen op verschillende gebieden, waaronder:
* Kwaliteit
* Kosten
* Stiptheid
* Innovatie
* Veiligheid
* Moraal
* Milieu
> **Tip:** Het systematisch identificeren en elimineren van deze verspillingen is cruciaal voor het verbeteren van de algehele prestaties van een organisatie.
### 2.3 De 5 Lean Principes in relatie tot verspillingen
De vijf Lean Principes bieden een raamwerk om verspillingen te identificeren en te elimineren:
1. **Identificeer waarde:** Begrijpen wat waarde is vanuit het perspectief van de klant is de eerste stap om te herkennen wat *geen* waarde toevoegt (oftewel, verspilling).
2. **Teken de waardestroom:** Het visualiseren van de gehele waardestroom, van begin tot eind, helpt bij het blootleggen van verspillingen in termen van transport, wachten, overproductie en onnodige bewegingen.
3. **Creëer flow:** Het realiseren van een continue, ononderbroken flow van producten of diensten minimaliseert wachttijden en verkleint de kans op voorraadopbouw.
4. **Realiseer pull-productie:** Productie wordt gestuurd door de vraag van de klant ('pull'), wat overproductie voorkomt.
5. **Streef naar perfectie:** Voortdurende verbetering door middel van methoden zoals Poka Yoke (foutpreventie) en broncontroles helpt bij het elimineren van fouten en het vermijden van herstellingen. Dit principe benadrukt het proactief voorkomen van problemen in plaats van reactief oplossen.
### 2.4 Lean-benadering versus Traditionele benadering
De Lean-benadering onderscheidt zich van een traditionele, reactieve benadering door de nadruk te leggen op preventie.
* **Lean/Proactieve benadering:**
* Voorkomt fouten.
* Onmiddellijke feedback van een fout.
* Snelle feedback van defect.
* Bron-controle.
* Poka Yoke.
* Design For Assembly (DFA).
* **Traditionele/Reactieve benadering:**
* (te) late feedback van defect.
* Kwaliteitscontroleur.
* Beoordelingscontrole.
* FMEA (kan zowel reactief als proactief zijn, maar in deze context geplaatst als een analyse achteraf).
> **Voorbeeld:** Bij het monteren van een onderdeel kan een traditionele benadering de fout pas detecteren nadat meerdere onderdelen zijn geassembleerd. Een Lean-benadering met Poka Yoke zou de assemblage al zo ontwerpen dat een fout eenvoudigweg niet gemaakt kan worden, of direct wordt gesignaleerd.
### 2.5 Resultaten van Lean-implementatie
Succesvolle implementatie van Lean kan leiden tot aanzienlijke verbeteringen, waaronder:
* Vermindering van lead time met 70-90%.
* Vermindering van cycle time met 50-80%.
* Vermindering van responstijden met meer dan 75%.
* Vermindering van productontwikkeling met 70%.
* Vermindering van kwaliteitskosten met 80%.
* Vermindering van footprint met 30-50%.
* Vermindering van operationele kosten met 50%.
* Verbetering in klantenservice met meer dan 90%.
* Verbetering in participatie en moraal van medewerkers.
* Verhoging van productiviteit met 15-55% per jaar.
* Reductie van voorraden met meer dan 70%.
* Verbetering van return on investment met meer dan 90%.
---
# Implementatie van lean principes: waardestroom, flow en pull
Dit onderwerp behandelt de praktische toepassing van Lean-principes door het in kaart brengen van de waardestroom, het creëren van continue flow en het realiseren van pull-productie, aangestuurd door de marktvraag.
### 3.1 De 5 Lean Principes
Lean Thinking is een managementsysteem gericht op het creëren van waarde voor alle stakeholders door verspilling te elimineren. De focus ligt op klanttevredenheid. De vijf kernprincipes zijn:
1. **Waarde:** Definiëren wat waarde betekent vanuit het perspectief van de klant.
2. **Waardestroom:** Het in kaart brengen van alle stappen, zowel waardetoevoegend als niet-waardetoevoegend, die nodig zijn om een product of dienst van begin tot eind te leveren.
3. **Flow:** Het creëren van een soepele, ononderbroken beweging van producten of diensten door het proces, zonder onderbrekingen of wachttijden.
4. **Pull:** Produceren wat de klant nodig heeft, wanneer de klant het nodig heeft, aangestuurd door de marktvraag.
5. **Perfectie:** Continu streven naar continue verbetering en het elimineren van alle vormen van verspilling.
### 3.2 Identificatie van Waarde en Verspilling
Waarde wordt bepaald door de klant. Het maximaliseren van waarde creëert tevredenheid bij alle stakeholders (klant, werknemers, eigenaars). Dit kan gemonitord worden via een teambord dat prestatie-indicatoren zoals kwaliteit, kosten, stiptheid, innovatie, veiligheid, moraal, milieu en resultaten bijhoudt.
Verspillingen, ook wel *Muda* genoemd, zijn activiteiten die geen waarde toevoegen voor de klant. Deze worden vaak georganiseerd in een hiërarchie:
* **Muri:** Overbelasting (bijvoorbeeld te hoge eisen aan personeel of machines).
* **Mura:** Variatie of inconsistentie (bijvoorbeeld pieken en dalen in de vraag of productie).
* **Muda:** Verspilling (de meest bekende categorie).
De 8 klassieke vormen van Muda zijn:
1. **Overproductie:** Meer produceren dan gevraagd, of grotere lotgroottes hanteren. Dit leidt vaak tot andere verspillingen.
2. **Wachten:** Wachten op materiaal, informatie, een gebeurtenis of een machine.
3. **Transport:** Onnodig verplaatsen van goederen of materialen, wat leidt tot vertragingen en extra middelen vereist.
4. **Gebrekkige processen:** Dit omvat zaken als onnodige controles, gebrek aan standaardisatie en suboptimalisatie van afdelingen.
5. **Voorraad:** Het aanhouden van overtollige voorraden, die kapitaal vastzetten, ruimte innemen, beschadigd kunnen raken, problemen kunnen maskeren en de doorlooptijd verlengen.
6. **Bewegingen:** Onnodige fysieke bewegingen van werknemers, zoals bukken, strekken of verplaatsen.
7. **Fouten (defecten):** Producten of diensten die niet voldoen aan de specificaties, wat leidt tot verspilling van materiaal, tijd, arbeid en ruimte, herstellingen en afval.
8. **Niet-gebruikte competenties:** Het niet benutten van de vaardigheden en creativiteit van personeel.
### 3.3 Tekenen van de Waardestroom (Value Stream Mapping - VSM)
Het in kaart brengen van de waardestroom is een cruciale stap in de implementatie van Lean. Het helpt om inzicht te krijgen in de huidige staat van processen en om knelpunten en verspillingen te identificeren. Een VSM toont alle stappen, zowel waardetoevoegend als niet-waardetoevoegend, van ruwe grondstoffen tot aan de eindklant. Het visueel maken van de stroom van materialen en informatie door het proces is essentieel. Dit omvat ook het identificeren van de tijd die aan elke stap wordt besteed (waardetoevoegend en niet-waardetoevoegend) en de doorlooptijd van het gehele proces.
### 3.4 Creëren van Flow
Nadat de waardestroom in kaart is gebracht en verspillingen zijn geïdentificeerd, is het doel om een continue flow te creëren. Dit betekent het elimineren van onderbrekingen, wachttijden en buffertanks tussen de processtappen.
* **Werkpost A, B, C:** In een ideale situatie worden producten naadloos van de ene werkpost naar de volgende verplaatst.
* **Label:** Duidelijke labels helpen bij het identificeren van de status en bestemming van producten of materialen.
* **Afgelijnde plaats voor één container:** Dit impliceert een gestandaardiseerde lay-out en een beperkte voorraad op de werkplek om wachttijden en overbodige bewegingen te minimaliseren.
Het creëren van flow vereist een herontwerp van processen om ze soepeler en efficiënter te maken.
### 3.5 Realiseren van Pull-Productie
Pull-productie is gebaseerd op het principe dat productie wordt gestart wanneer er daadwerkelijke vraag is vanuit de volgende stap in het proces of vanuit de eindklant. In tegenstelling tot 'push'-systemen, waarbij producten worden geproduceerd op basis van een planning ongeacht de actuele vraag, stuurt de marktvraag hier de productie aan.
* **Pull-signaal:** Een signaal (bv. een lege container, een Kanban-kaart) geeft aan dat de volgende stap klaar is om meer te ontvangen of dat er vraag is vanuit de klant.
* **Productstroom:** De productstroom wordt pas geactiveerd door dit pull-signaal.
Dit principe minimaliseert overproductie en overtollige voorraden, en zorgt ervoor dat de organisatie alleen produceert wat nodig is, wanneer het nodig is.
### 3.6 Streven naar Perfectie
Dit principe staat voor een continue cyclus van verbetering. Het gaat verder dan het simpelweg elimineren van verspillingen en omvat een proactieve benadering van kwaliteitsborging en procesoptimalisatie.
* **Kwaliteitscontrolemethoden:**
* **Bron-controle:** Kwaliteitscontroles direct aan de bron van de activiteit om fouten te voorkomen.
* **Poka-yoke (Foolproofing):** Mechanismen die het onmogelijk maken om fouten te maken, of die fouten direct detecteren.
* **FMEA (Failure Mode and Effects Analysis):** Een proactieve methode om potentiële faalwijzen te identificeren en preventieve maatregelen te nemen.
* **Kwaliteitscontroleur:** Traditionele rollen waarbij fouten worden opgespoord.
* **Informatieve controle:** Controle gebaseerd op informatie die beschikbaar is over het proces.
* **Beoordelingscontrole:** Een latere vorm van controle, die minder effectief is dan bron-controle.
* **Verschil tussen traditioneel en Lean/proactief:** De traditionele benadering is reactief (fouten worden gedetecteerd na productie), terwijl de Lean/proactieve benadering gericht is op het voorkomen van fouten.
* **QCDISME:** Een acroniem dat vaak wordt gebruikt in de context van productie-optimalisatie, staande voor Quality, Cost, Delivery, Innovation, Safety, Morale, Environment.
* **Resultaten van Lean implementatie:**
* Vermindering van lead time (70-90%).
* Vermindering van cycle time (50-80%).
* Vermindering van responstijden (> 75%).
* Vermindering van productontwikkeling (70%).
* Vermindering van kwaliteitskosten (80%).
* Vermindering van footprint (30-50%).
* Vermindering van operationele kosten (50%).
* Verbetering in klantenservice (> 90%).
* Verbetering in participatie en moraal van het personeel.
* Verhoging productiviteit (15-55% per jaar).
* Reductie van voorraden (> 70%).
* Verbetering van return on investment (> 90%).
---
# Streven naar perfectie en resultaten van lean
Dit principe van lean omvat het continue nastreven van verbetering en het implementeren van methoden om fouten te voorkomen, wat leidt tot significante resultaten in diverse bedrijfsaspecten.
### 5.1 Het streven naar perfectie
Het streven naar perfectie binnen lean is een fundamenteel principe dat gericht is op het continu verbeteren van processen en het elimineren van verspillingen. Dit houdt in dat fouten zoveel mogelijk voorkomen moeten worden, in plaats van achteraf te worden gecorrigeerd.
#### 5.1.1 Methodes voor foutpreventie
Om het streven naar perfectie te ondersteunen, worden diverse methoden ingezet:
* **Poka yoke**: Dit zijn mechanismen of systemen die ontworpen zijn om menselijke fouten te voorkomen of onmiddellijk te detecteren tijdens een proces. Ze zorgen ervoor dat een handeling alleen correct kan worden uitgevoerd.
* **Broncontrole (Source Inspection)**: Hierbij wordt de fout direct bij de bron aangepakt en gecorrigeerd. Het doel is om te voorkomen dat een fout überhaupt kan ontstaan of door kan stromen naar volgende stappen.
* **Informatieve controle**: Dit type controle verifieert of de juiste informatie aanwezig is en correct is, wat essentieel is voor het voorkomen van fouten in latere stadia.
* **Beoordelingscontrole**: Dit is een meer traditionele vorm van controle die defecten beoordeelt nadat ze reeds zijn ontstaan. Deze methode is reactief van aard.
* **FMEA (Failure Mode and Effects Analysis)**: Een systematische methode om potentiële faalwijzen in een product of proces te identificeren, de effecten ervan te evalueren en maatregelen te nemen om deze te voorkomen of te mitigeren.
* **Design For Assembly (DFA)**: Een benadering waarbij het ontwerpproces rekening houdt met de maakbaarheid en assemblage van een product om complexiteit en potentiële fouten te verminderen.
#### 5.1.2 Lean vs. Traditionele benadering
De lean benadering van kwaliteit is proactief en gericht op preventie, terwijl de traditionele benadering vaak reactief is, met nadruk op kwaliteitscontroleur-gestuurde inspecties nadat fouten al zijn geconstateerd.
* **Lean/Proactieve benadering**: Voorkomt fouten, biedt onmiddellijke feedback van een fout.
* **Traditionele/Reactieve benadering**: Detecteert defecten (vaak te laat), biedt snelle feedback van defecten.
### 5.2 Resultaten van de toepassing van lean
De implementatie van de lean principes leidt tot significante en meetbare verbeteringen in diverse operationele en financiële aspecten van een organisatie.
#### 5.2.1 Kwantificeerbare verbeteringen
De toepassing van lean kan leiden tot indrukwekkende resultaten, waaronder:
* **Vermindering van lead time**: Vaak 70% tot 90%. Dit is de totale tijd die nodig is om een product of dienst van begin tot eind te leveren.
* **Vermindering van cycle time**: Vaak 50% tot 80%. De tijd die nodig is om één eenheid te produceren of een taak uit te voeren.
* **Vermindering van responstijden**: Meer dan 75%. De snelheid waarmee een organisatie reageert op klantvragen of marktveranderingen.
* **Vermindering van productontwikkeling**: Tot 70%. De tijd en middelen die nodig zijn om nieuwe producten te ontwikkelen en te lanceren.
* **Vermindering van kwaliteitskosten**: Tot 80%. Kosten die gepaard gaan met defecten, zoals herstelwerkzaamheden, afkeur en garantieclaims.
* **Vermindering van footprint**: 30% tot 50%. De fysieke ruimte die nodig is voor productie of operaties.
* **Vermindering van operationele kosten**: Tot 50%. De totale kosten van het runnen van de organisatie.
* **Verbetering in customer service**: Meer dan 90%. De tevredenheid en de kwaliteit van de dienstverlening aan klanten.
* **Verbetering in participatie en moraal van het personeel**: Dit draagt bij aan een positieve werkomgeving en hogere productiviteit.
* **Verhoging van productiviteit**: 15% tot 55% per jaar. De efficiëntie waarmee producten of diensten worden geleverd.
* **Reductie van voorraden**: Meer dan 70%. Het verlagen van de hoeveelheid opgeslagen materialen en eindproducten.
* **Verbetering van return on investment (ROI)**: Meer dan 90%. De winstgevendheid van investeringen in de organisatie.
#### 5.2.2 Belangrijke resultaatindicatoren (QCDISME)
Lean streeft naar verbetering op de volgende gebieden, vaak samengevat als QCDISME:
* **Q**ualiteit (Kwaliteit)
* **C**ost (Kosten)
* **D**elivery (Levering/Stiptheid)
* **I**nnovation (Innovatie)
* **S**afety (Veiligheid)
* **M**oral (Moraal)
* **E**nvironment (Milieu)
> **Tip:** Het continu nastreven van perfectie in lean is geen eindpunt, maar een reis van continue verbetering (Kaizen). Het gaat om het creëren van een cultuur waarin iedereen binnen de organisatie actief bijdraagt aan het identificeren en elimineren van verspillingen en het verbeteren van processen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Lean | Een managementsysteem dat processen en systemen ontwikkelt waarin waarde voor alle stakeholders wordt gecreëerd, terwijl tegelijkertijd alle vormen van verspilling worden geëlimineerd. De klemtoon ligt op klanttevredenheid. |
| Waarde | Wat de klant als nuttig of wenselijk beschouwt in een product of dienst. Het is de fundamentele focus in de lean filosofie. |
| Waardestroom | De totale reeks activiteiten die nodig zijn om een product of dienst van begin tot eind aan de klant te leveren, inclusief alle toegevoegde en niet-toegevoegde waarde. |
| Flow | Het creëren van een ononderbroken en soepele beweging van producten of diensten door een proces, zonder wachttijden of stagnaties. |
| Pull-productie | Een productiesysteem waarbij producten pas worden geproduceerd wanneer er vraag naar is, gestuurd door een signaal van de klant, in tegenstelling tot push-productie. |
| Perfectie | Het continue streven naar verbetering en het elimineren van alle verspillingen, met als doel het leveren van maximale waarde met minimale inspanning. |
| Verspilling (Muda) | Activiteiten die geen waarde toevoegen voor de klant en die vermeden of geëlimineerd moeten worden in een proces. Voorbeelden zijn overproductie, wachten, transport, gebrekkige processen, voorraad, bewegingen en fouten. |
| Overproductie | Het produceren van meer goederen dan nodig, of eerder dan nodig, wat leidt tot extra kosten voor opslag, beheer en mogelijke schade. |
| Wachten | Tijd die verloren gaat doordat middelen of personen stilstaan en wachten op de volgende stap in het proces, materiaal of informatie. |
| Transport | Het verplaatsen van materialen of producten tussen verschillende locaties, wat tijd, middelen en risico op schade of vertraging met zich meebrengt. |
| Gebrekkige processen | Processen die niet gestandaardiseerd zijn, onnodige controles bevatten, of leiden tot suboptimale resultaten en inefficiënties. |
| Voorraad | Materialen, halffabricaten of eindproducten die worden opgeslagen. Hoge voorraden kunnen kapitaal vastzetten, problemen maskeren en de doorlooptijd verlengen. |
| Bewegingen | Onnodige of inefficiënte bewegingen van personeel die geen waarde toevoegen, zoals bukken, strekken, tillen of verplaatsen. |
| Fouten | Defects of onvolkomenheden in producten of diensten die leiden tot herstellingen, afval, extra kosten en mogelijk imagoschade. |
| Poka yoke | Een mechanisme of methode die ontworpen is om menselijke fouten te voorkomen of onmiddellijk te detecteren tijdens een proces, waardoor defects worden geminimaliseerd. |
| Broncontrole | Een kwaliteitsborgingsmethode waarbij controles worden uitgevoerd aan de bron van de activiteit om te voorkomen dat defects zich verder in het proces verspreiden. |
| Lead time | De totale tijd die verstrijkt vanaf het moment dat een order wordt geplaatst tot aan de levering van het product of de dienst aan de klant. |
| Cycle time | De tijd die nodig is om één eenheid van een product of dienst te produceren of een specifieke taak uit te voeren binnen een proces. |