Cover
ابدأ الآن مجانًا 7_Drone Technology 2 - Externe communicatie(1).pdf
Summary
# Basisbegrippen van draadloze communicatie
Dit document behandelt de fundamentele concepten van draadloze communicatie, inclusief frequenties, antennes, signaalvoortplanting, modulatie en multiplexing [4](#page=4).
## 1. Frequenties voor communicatie
Draadloze communicatie maakt gebruik van elektromagnetische golven die zich voortplanten door de ether. De frequentie van deze golven bepaalt hun eigenschappen en toepassingen [6](#page=6).
### 1.1 Frequentie en golflengte
De relatie tussen frequentie ($f$) en golflengte ($\lambda$) wordt gegeven door de formule:
$\lambda = \frac{c}{f}$
waarbij $c$ de lichtsnelheid is (ongeveer $3 \times 10^8$ m/s). Lagere frequenties hebben langere golflengtes en hogere frequenties hebben kortere golflengtes [10](#page=10) [6](#page=6).
**Frequentiebanden:**
* VLF (Very Low Frequency): $300 \text{ Hz}$ - $3 \text{ kHz}$ [6](#page=6).
* LF (Low Frequency): $30 \text{ kHz}$ - $300 \text{ kHz}$ [6](#page=6).
* MF (Medium Frequency): $300 \text{ kHz}$ - $3 \text{ MHz}$ [6](#page=6).
* HF (High Frequency): $3 \text{ MHz}$ - $30 \text{ MHz}$ [6](#page=6).
* VHF (Very High Frequency): $30 \text{ MHz}$ - $300 \text{ MHz}$ [6](#page=6).
* UHF (Ultra High Frequency): $300 \text{ MHz}$ - $3 \text{ GHz}$ [6](#page=6).
* SHF (Super High Frequency): $3 \text{ GHz}$ - $30 \text{ GHz}$ [6](#page=6).
* EHF (Extra High Frequency): $30 \text{ GHz}$ - $300 \text{ GHz}$ [6](#page=6).
### 1.2 Regulering van frequenties
Frequentiebanden zijn strikt gereguleerd om interferentie te voorkomen en efficiënt gebruik te garanderen. Wereldwijd beheer ligt bij de ITU-R (International Telecommunication Union Radiocommunication Sector), in België bij het BIPT en in de VS bij de FCC. Spectrum is schaars en daarom kostbaar, wat blijkt uit veilingen voor 3G, 4G en 5G licenties [7](#page=7).
### 1.3 Licentievrije frequentiebanden (ISM)
Bepaalde frequentiebanden zijn licentievrij, bekend als ISM (Industrial, Scientific, Medical) banden. Hoewel er geen vergunning nodig is, gelden er strikte regels voor transmissievermogen en duty cycle. Voorbeelden zijn [8](#page=8):
* $13.56 \text{ MHz}$: HF-RFID [8](#page=8).
* $27 \text{ MHz}$: afstandsbedieningen [8](#page=8).
* $433 \text{ MHz}$: draadloze deurbellen, sleutels [8](#page=8).
* $868 \text{ MHz}$ (Europa) / $915 \text{ MHz}$ (VS): draadloze domotica [8](#page=8).
* $2.4 \text{ GHz}$: Wi-Fi, ZigBee, Bluetooth [8](#page=8).
* $5.7 \text{ GHz}$: Wi-Fi (U-NII) [8](#page=8).
* $61 \text{ GHz}$ [8](#page=8).
### 1.4 Invloed van frequentie op bereik en doordringing
* **Lage Frequenties (Sub-GHz, bijv. $868 \text{ MHz}$):** Langere golflengte, dringt makkelijker door obstakels (muren, gebouwen) en buigt beter om obstakels heen (diffractie). Resultaat: groot bereik en goede indoor-dekking. Toepassingen: LoRa, lagere banden van 4G, Deep Indoor IoT [10](#page=10).
* **Hoge Frequenties (GHz-banden, bijv. $5 \text{ GHz}$):** Kortere golflengte, gedraagt zich meer als een lichtstraal. Wordt makkelijker geabsorbeerd door obstakels en kent hogere vrije-ruimteverzwakking. Resultaat: kort bereik, maar maakt brede kanalen mogelijk voor hoge dataoverdracht. Toepassingen: 5G, Wi-Fi voor streaming [10](#page=10).
### 1.5 Invloed van vermogen op bereik en energie
* **Hoog Vermogen (bijv. 4G/5G zendmast):** Signaal kan grote afstand overbruggen (groot Link Budget). Toepassing: cellulaire netwerken, om grote geografische gebieden te bedienen [10](#page=10).
* **Laag Vermogen (bijv. LoRa op $25 \text{ mW}$, Bluetooth):** Signaal verzwakt snel, beperkt bereik. Toepassing: energiezuinige IoT-apparaten waar batterijduur cruciaal is, of zeer korte afstanden (Bluetooth headsets) [10](#page=10).
### 1.6 Voorbeelden van frequentietoepassingen
* **LF:** Onderzeeërs, sommige radiostations [12](#page=12).
* **MF en HF:** AM (shortwave) radiostations, reflecteren tegen de ionosfeer [12](#page=12).
* **VHF:** Analog en digitaal televisie, FM radio ($87.5 – 108 \text{ MHz}$), DAB+ [12](#page=12).
* **GSM:** Gebruikt frequenties rond $890-915 \text{ MHz}$ (uplink) en $935-960 \text{ MHz}$ (downlink), en ook rond $1710-1785 \text{ MHz}$ (uplink) en $1805-1880 \text{ MHz}$ (downlink) [7](#page=7).
## 2. Antennes
Antennes zijn cruciaal voor het stralen en ontvangen van elektromagnetische golven [16](#page=16).
### 2.1 Isotrope straler
Een isotrope straler is een theoretische antenne die gelijkmatig in alle richtingen straalt. Echte antennes hebben echter richtingsafhankelijkheid [16](#page=16).
### 2.2 Stralingspatroon
Het stralingspatroon beschrijft hoe een antenne de energie verdeelt in de ruimte [16](#page=16).
### 2.3 Echte antennes
Werkelijke antennes, zoals dipolen, hebben specifieke vormen die gerelateerd zijn aan de golflengte ($\lambda$). Een $\lambda/4$ antenne wordt vaak op auto-daken geplaatst, terwijl een $\lambda/2$ antenne als Hertzian dipool wordt beschouwd [17](#page=17).
### 2.4 Gerichte en gesectoriseerde antennes
* **Gerichte antennes:** Zenden energie uit in een specifieke richting. Worden gebruikt voor microgolfverbindingen of basisstations voor mobiele telefoons [18](#page=18).
* **Gesectoriseerde antennes:** Verdelen het stralingsgebied in sectoren (bv. 3 of 6 sectoren) om een groter gebied te bestrijken vanuit één basisstation [18](#page=18).
### 2.5 Antenneversterking (Gain)
De versterking (gain) van een antenne geeft aan hoe efficiënt deze energie straalt of ontvangt in een bepaalde richting. De gain van een isotrope antenne is 1 (0 dBi). Een half-golflengte dipool heeft een maximale gain van ongeveer 1.64 (2.1 dBi). Hogere directiviteit leidt tot een smallere bundel [19](#page=19).
Transmit power is vaak gelimiteerd door de Equivalent Isotropically Radiated Power (EIRP = $P_t \times G_t$), waarbij $P_t$ het zendvermogen is en $G_t$ de antenneversterking. Een hogere gain betekent dus vaak dat een lager zendvermogen is toegestaan [19](#page=19).
## 3. Signaalvoortplanting
Signaalvoortplanting beschrijft hoe elektromagnetische golven zich verplaatsen van zender naar ontvanger, beïnvloed door de omgeving [21](#page=21).
### 3.1 Voortplanting in de vrije ruimte
Voor hogere frequenties (> $3 \text{ MHz}$) gedraagt voortplanting zich grotendeels als in de vrije ruimte, maar met invloeden van de omgeving [21](#page=21).
### 3.2 Penetratieverliezen
Binnenshuis moeten signalen door muren, ramen en plafonds dringen. De verliezen zijn afhankelijk van het materiaal en de frequentie [22](#page=22).
* **Glas:** Relatief transparant, met zwakke frequentie-afhankelijke verliezen [22](#page=22).
* **Energiezuinig glas:** Metalen coating veroorzaakt aanzienlijke verliezen (tot 40 dB) [22](#page=22).
* **Beton en baksteen:** Verliezen nemen snel toe met de frequentie [22](#page=22).
### 3.3 Reflecties: multipath propagatie
Signalen kunnen meerdere paden nemen door reflecties, wat leidt tot multipath propagatie. Dit kan bestaan uit [23](#page=23):
* Een directe component (LOS: Line of Sight).
* Meerdere gereflecteerde componenten (NLOS: Non-Line of Sight).
Dit maakt ontvangst mogelijk zonder directe LOS [23](#page=23).
#### 3.3.1 Interferentie door multipath
Het verschil in padlengte tussen directe en gereflecteerde signalen kan leiden tot constructieve of destructieve interferentie, wat variaties in signaalsterkte veroorzaakt (small scale fading) [23](#page=23).
* **Frequentie-afhankelijk:** Kan gemitigeerd worden door frequentie-hoppen [23](#page=23).
* **Positie-afhankelijk:** Kan gemitigeerd worden door antenna diversity [23](#page=23).
### 3.4 Tijdverspreiding en Inter-Symbol Interference (ISI)
Multipath propagatie zorgt ervoor dat het signaal verspreid wordt over tijd (delay spread). Dit leidt tot [25](#page=25):
* **Inter-Symbol Interference (ISI):** Een symbool interfereert met de volgende symbolen. Om dit te voorkomen, wordt een guard interval (GI) tussen symbolen geplaatst [25](#page=25).
* **Kanaalkenmerken:** De vervorming van het signaal hangt af van de fasen en amplitudes van de multipath componenten. Dit kan gecorrigeerd worden met behulp van channel state information (CSI) via training sequences en equalizers [25](#page=25).
> **Tip:** Een site survey is cruciaal om de lokale propagatie-eigenschappen te begrijpen, aangezien deze tijd- en frequentieafhankelijk zijn [24](#page=24).
## 4. Modulatie
(Dit onderwerp wordt niet expliciet behandeld in de opgegeven pagina's, maar is een fundamenteel concept in draadloze communicatie.)
## 5. Multiplexing
Multiplexing is het proces waarbij meerdere signalen of kanalen tegelijkertijd gebruikmaken van hetzelfde netwerkmedium. In draadloze communicatie maken alle signalen gebruik van de ether. Multiplexing gebeurt in vier dimensies [38](#page=38):
* **Ruimte (s):** Space Division Multiplexing (SDM) [38](#page=38).
* **Tijd (t):** Time Division Multiplexing (TDM) [38](#page=38).
* **Frequentie (f):** Frequency Division Multiplexing (FDM) [38](#page=38).
* **Code (c):** Code Division Multiplexing (CDM) [38](#page=38).
### 5.1 Ruimte Verdeling Multiplexing (SDM) - Cell Structure
Bij SDM wordt het gehele dekkingsgebied opgedeeld in kleinere gebieden genaamd "cellen". Elke cel wordt bediend door een basisstation. Mobiele stations communiceren via het dichtstbijzijnde basisstation [41](#page=41).
**Voordelen:**
* Hogere capaciteit en meer gebruikers [41](#page=41).
* Minder transmissievermogen nodig [41](#page=41).
* Robuuster en gedecentraliseerd [41](#page=41).
**Nadelen:**
* Complexe infrastructuur (vast netwerk, locatie databases) [41](#page=41).
* Handover is noodzakelijk bij het wisselen van cel [41](#page=41).
* Interferentie met naburige cellen [41](#page=41).
Celgroottes variëren van honderden meters in steden tot wel 35 km op het platteland (bijv. GSM) [41](#page=41).
### 5.2 Frequentie Verdeling Multiplexing (FDM)
Bij FDM wordt het totale beschikbare spectrum opgedeeld in kleinere frequentiebanden. Elk kanaal krijgt een specifieke band voor de gehele duur [42](#page=42).
**Voordelen:**
* Geen dynamische coördinatie nodig [42](#page=42).
* Werkt ook voor analoge signalen [42](#page=42).
**Nadelen:**
* Verspilling van bandbreedte bij ongelijke verkeersbelasting [42](#page=42).
* Onflexibel [42](#page=42).
* Vereist guard spaces om interferentie tussen aangrenzende kanalen (adjacent channel interference) te voorkomen [42](#page=42).
### 5.3 Tijd Verdeling Multiplexing (TDM)
Bij TDM krijgt elk kanaal het volledige spectrum voor een specifieke tijdsduur (tijdslot) [43](#page=43).
**Voordelen:**
* Slechts één drager tegelijk in het medium [43](#page=43).
* Hoge doorvoer, zelfs met veel gebruikers [43](#page=43).
* Flexibel [43](#page=43).
**Nadelen:**
* Precieze synchronisatie is noodzakelijk [43](#page=43).
* Vereist guard intervals om interferentie tussen kanalen die dezelfde frequentie delen (co-channel interference) te voorkomen [43](#page=43).
### 5.4 Tijd- en Frequentie Multiplexing
Dit is een combinatie van FDM en TDM. Een kanaal krijgt een specifieke frequentieband voor een bepaalde tijd. GSM maakt hier gebruik van, mede dankzij frequency hopping [44](#page=44).
**Voordelen:**
* Betere bescherming tegen frequentie-selectieve interferentie [44](#page=44).
* Mogelijk betere bescherming tegen afluisteren [44](#page=44).
**Nadelen:**
* Vereist precieze coördinatie [44](#page=44).
### 5.5 Code Verdeling Multiplexing (CDM)
Bij CDM heeft elk kanaal een unieke code. Alle kanalen gebruiken tegelijkertijd hetzelfde spectrum [45](#page=45).
**Voordelen:**
* Bandbreedte-efficiënt [45](#page=45).
* Goede bescherming tegen interferentie en afluisteren [45](#page=45).
* Geen coördinatie en synchronisatie nodig tussen zenders [45](#page=45).
**Nadelen:**
* Vereist geavanceerd power control [45](#page=45).
* Complexere signaalregeneratie [45](#page=45).
* Synchronisatie tussen zender en ontvanger is nodig [45](#page=45).
CDM is geïmplementeerd met behulp van spread spectrum technologie, waarbij (quasi-)orthogonaliteit van de codes zorgt voor scheiding [45](#page=45).
### 5.6 Duplex Operatie: FDD/TDD
Duplex operatie regelt de communicatie in beide richtingen (uplink en downlink) [46](#page=46).
* **Frequency Division Duplex (FDD):** Uplink en downlink gebruiken gescheiden frequentiebanden. Dit maakt gelijktijdige up- en downlink-transmissie mogelijk (full duplex), maar maakt RF-ontwerp complexer. GSM gebruikt FDD met gescheiden, "gepaarde" spectrum voor uplink en downlink, met een duplexafstand van bijvoorbeeld 45 MHz bij 900 MHz [46](#page=46).
* **Time Division Duplex (TDD):** Uplink en downlink delen dezelfde frequentieband, maar worden verzonden in verschillende tijdslots [46](#page=46).
---
# Verschillende draadloze communicatietechnologieën
Dit hoofdstuk biedt een overzicht van diverse draadloze communicatietechnologieën, met aandacht voor hun frequentiebanden, datarates, bereik, energieverbruik, architecturen en toepassingen, met een focus op hun relevantie in de robotica.
### 2.1 Overzicht van draadloze technologieën
Draadloze communicatietechnologieën maken het mogelijk om informatie uit te wisselen zonder fysieke kabels, wat essentieel is voor de flexibiliteit en mobiliteit van systemen, inclusief robots. Belangrijke factoren die deze technologieën onderscheiden, zijn hun gebruikte frequentiebanden, de maximale datasnelheid die ze kunnen ondersteunen, hun operationele bereik, het energieverbruik, en de netwerkarchitectuur die ze hanteren [94](#page=94).
#### 2.1.1 Frequentiebanden en hun impact
De keuze van de frequentieband heeft een directe invloed op zowel het bereik als de doordringingscapaciteit van het signaal [10](#page=10).
* **Lage Frequentie (Sub-GHz, bijv. 868 MHz voor LoRa)**: Lange golflengtes kunnen gemakkelijker door obstakels zoals muren en gebouwen dringen en buigen beter om obstakels heen door diffractie. Dit resulteert in een groter bereik en betere indoor-dekking [10](#page=10).
* **Hoge Frequentie (GHz-banden, bijv. 5 GHz voor Wi-Fi, 2.4 GHz voor Bluetooth)**: Kortere golflengtes gedragen zich meer als lichtstralen, worden gemakkelijker geabsorbeerd door obstakels en hebben een hogere vrije-ruimte verzwakking. Hoewel dit leidt tot een korter bereik, maken deze banden bredere kanalen mogelijk voor zeer hoge dataoverdrachtssnelheden [10](#page=10).
WLAN en WPAN maken gebruik van licentievrije banden zoals de ISM (Industrial, Scientific, and Medical) en U-NII banden: 868/915 MHz, 2.4 GHz, en 5 GHz. Meer recent wordt ook de 6 GHz band voor Wi-Fi onderzocht. Mobiele netwerken maken gebruik van gelicentieerde banden, waarbij lagere GHz-frequenties (<10 GHz) vaak de voorkeur hebben vanwege de kleinere antennes en betrouwbare verbindingen over middellange afstanden [13](#page=13) [14](#page=14).
#### 2.1.2 Zendvermogen en bereik
Het zendvermogen bepaalt direct hoe ver een signaal kan reiken voordat het te zwak wordt om te worden ontvangen (een groot "Link Budget") [10](#page=10).
* **Hoog Vermogen (bijv. 4G/5G zendmast)**: Signalen kunnen grote afstanden overbruggen. Dit wordt gebruikt in cellulaire netwerken om grote geografische gebieden te bestrijken [10](#page=10).
* **Laag Vermogen (bijv. LoRa, Bluetooth)**: Signalen sterven snel af, wat resulteert in een beperkt bereik. Dit is ideaal voor energiezuinige IoT-apparaten waar batterijduur cruciaal is of voor zeer korte afstanden [10](#page=10).
Tabel 11 geeft een overzicht van het maximale zendvermogen en het typische bereik van verschillende technologieën [11](#page=11).
#### 2.1.3 Datarates en hun implicaties
De datasnelheid bepaalt de hoeveelheid data die per tijdseenheid kan worden verzonden. Hogere datarates zijn essentieel voor toepassingen die veel data vereisen, zoals videostreaming of het overdragen van grote datasets.
* **Hoge Data Rates**: Vereisen brede bandbreedte en worden mogelijk gemaakt door technologieën zoals Wi-Fi (tot >1 Gbps voor Wi-Fi 6/7) en mobiele netwerken (tot 10 Gbps+ voor 5G) [64](#page=64) [82](#page=82).
* **Lage Data Rates**: Kenmerkend voor technologieën zoals LoRa (0.3–50 kbps) en Zigbee (tot 250 kbps) wat ze geschikt maakt voor telemetrie en sensornetwerken waar energiezuinigheid belangrijker is dan snelheid [78](#page=78) [90](#page=90) [91](#page=91).
#### 2.1.4 Energieverbruik
Energieverbruik is een kritieke factor, met name voor batterijgevoede apparaten en IoT-toepassingen.
* **Laag Energieverbruik**: Technologieën als Bluetooth Low Energy (BLE), Zigbee en LoRa zijn geoptimaliseerd voor minimaal energieverbruik, waardoor apparaten jarenlang op een enkele batterij kunnen werken [59](#page=59) [76](#page=76) [91](#page=91).
* **Hoog Energieverbruik**: Wi-Fi en mobiele netwerken vereisen doorgaans meer energie en zijn vaak afhankelijk van een constante stroombron [64](#page=64) [86](#page=86).
#### 2.1.5 Netwerkarchitecturen
Verschillende netwerkarchitecturen bieden verschillende voordelen op het gebied van schaalbaarheid, betrouwbaarheid en bereik.
* **Piconet/Mesh (Bluetooth, Zigbee, LoRa)**: In een piconet is er een master en maximaal zeven slave-apparaten. Zigbee en LoRa maken vaak gebruik van een mesh-architectuur waarbij apparaten als routers fungeren om het bereik te vergroten en een zelfherstellend netwerk te creëren [57](#page=57) [77](#page=77) [91](#page=91).
* **Infrastructuur/Ad hoc (Wi-Fi)**: Wi-Fi kan werken in een infrastructuurmodus (met een Access Point) of in een ad-hoc modus (direct tussen apparaten) [64](#page=64).
* **Cellulair (4G/5G)**: Gebaseerd op cellen met zendmasten die grote geografische gebieden bestrijken [82](#page=82).
### 2.2 Specifieke draadloze technologieën
#### 2.2.1 Bluetooth
Bluetooth is een draadloze standaard (IEEE 802.15.1) voor datacommunicatie over korte afstanden in de 2.4 GHz ISM-band. Het doel is het creëren van Personal Area Networks (PANs) ter vervanging van kabels [55](#page=55).
* **Frequentieband**: 2.4 GHz ISM-band [55](#page=55).
* **Data Rate**: Classic Bluetooth tot 3 Mbps, Bluetooth Low Energy (BLE) typisch 1-2 Mbps [59](#page=59).
* **Bereik**: Typisch 10-100 meter [60](#page=60).
* **Energieverbruik**: Classic Bluetooth is hoger, BLE is zeer laag [59](#page=59).
* **Architectuur**: Piconet (Master/Slave) en mesh-mogelijkheden met nieuwere standaarden [57](#page=57).
* **Toepassingen in Robotica**: Gebruikt voor besturing, IoT-integratie, en indoor asset tracking met behulp van BLE beacons en RSSI-metingen voor lokalisatie [61](#page=61) [62](#page=62).
**Tip:** Bluetooth Low Energy (BLE) is geoptimaliseerd voor energiezuinigheid en is daarom zeer geschikt voor sensoren en wearables die op batterijen werken [59](#page=59).
#### 2.2.2 Wi-Fi
Wi-Fi (IEEE 802.11 standaarden) biedt hoge datasnelheden en wordt gebruikt voor internettoegang en data-intensieve toepassingen [64](#page=64).
* **Frequentiebanden**: 2.4 GHz, 5 GHz en recentelijk 6 GHz (Wi-Fi 6E/7) [14](#page=14) [64](#page=64).
* **Data Rate**: Variërend van tientallen Mbps (oudere standaarden) tot meer dan 1 Gbps (Wi-Fi 6/7), theoretisch tot 46 Gbps voor Wi-Fi 7 [64](#page=64) [66](#page=66).
* **Bereik**: Typisch 30-100 meter, afhankelijk van de frequentieband en antenne-configuratie [64](#page=64).
* **Energieverbruik**: Over het algemeen hoog, met een significante impact op de batterijduur [64](#page=64).
* **Architectuur**: Infrastructuur, ad hoc, en mesh-netwerken [69](#page=69).
* **Toepassingen in Robotica**: Teleoperatie, real-time video, cloud-robotics, overdracht van grote datasets (LiDAR, point clouds), en remote control [64](#page=64) [73](#page=73) [74](#page=74).
**Tip:** Voor toepassingen die lage latentie en hoge bandbreedte vereisen, zoals live videostreams of realtime besturing, is het gebruik van de 5 GHz of 6 GHz band aan te raden vanwege minder interferentie en bredere kanalen [70](#page=70).
#### 2.2.3 Zigbee
Zigbee (IEEE 802.15.4) is ontworpen voor lage bandbreedte, laag stroomverbruik en IoT-toepassingen, met een focus op betrouwbaarheid en schaalbaarheid [76](#page=76).
* **Frequentieband**: Werkt voornamelijk op de 2.4 GHz ISM-band, maar ook op 868/915 MHz (in Europa 868 MHz) [14](#page=14) [76](#page=76).
* **Data Rate**: Zeer laag, tot 250 Kbps [78](#page=78).
* **Bereik**: Tot 10-100 meter of meer door het mesh-netwerk [77](#page=77) [78](#page=78).
* **Energieverbruik**: Uiterst laag, ideaal voor batterijgevoede apparaten die jarenlang meegaan [78](#page=78).
* **Architectuur**: Mesh-netwerk met Coördinatoren, Routers en Eindtoestellen (ZEDs) [77](#page=77).
* **Toepassingen in Robotica**: Interne sensornetwerken voor het monitoren van componenten, swarm-robotica coördinatie, en als routers in een vlootbeheer-netwerk [79](#page=79).
**Tip:** Het mesh-netwerk van Zigbee maakt het extreem betrouwbaar en schaalbaar, waardoor het geschikt is voor omgevingen met veel apparaten [77](#page=77).
#### 2.2.4 LoRa
LoRa (Long Range) is een propriëtaire modulatietechniek die bekend staat om zijn zeer grote bereik en extreem lage energieverbruik, vaak gebruikt in combinatie met het LoRaWAN-protocol [91](#page=91).
* **Frequentieband**: Niet-gelicentieerde ISM-banden, zoals 868 MHz in Europa [14](#page=14) [91](#page=91).
* **Data Rate**: Zeer laag, 0.3–50 kbps, ideaal voor kleine, sporadische datapakketten (max 50 bytes per bericht) [90](#page=90) [91](#page=91).
* **Bereik**: Zeer groot, 2-15 km in landelijke gebieden, 2-5 km in stedelijke gebieden [90](#page=90) [91](#page=91).
* **Energieverbruik**: Extreem laag, met een batterijlevensduur tot 5-10 jaar [91](#page=91).
* **Architectuur**: Kan werken in een mesh- of ster-topologie [94](#page=94).
* **Toepassingen in Robotica**: Remote monitoring, landbouwrobots, sensornetwerken, statische sensoren voor omgevingsparameters, en niet-kritische asset tracking (geen real-time besturing) [90](#page=90) [92](#page=92).
**Tip:** Vanwege het extreem lage energieverbruik en het grote bereik is LoRa een uitstekende keuze voor het monitoren van omgevingsfactoren in industriële gebieden waar robots opereren, mits de datavereisten laag zijn [91](#page=91) [92](#page=92).
#### 2.2.5 Mobiele netwerken (4G/5G)
Mobiele netwerken (zoals 4G LTE en 5G) bieden hoge datasnelheden en een groot bereik, maar vereisen gelicentieerde frequentiebanden en abonnementen [82](#page=82).
* **Frequentieband**: Gelicentieerde banden (700 MHz – 3.5 GHz, mmWave voor 5G) [82](#page=82).
* **Data Rate**: LTE: 100 Mbps tot 1 Gbps theoretisch. 5G: 10–20 Gbps, met latentie <1 ms [82](#page=82) [83](#page=83).
* **Bereik**: Kilometers, afhankelijk van de celgrootte [82](#page=82).
* **Energieverbruik**: Hoog, vanwege de behoefte aan hoge datasnelheden en krachtige zenders [86](#page=86).
* **Architectuur**: Cellulaire netwerken [82](#page=82).
* **Toepassingen in Robotica**: Autonoom rijden, drone-communicatie, remote surgery robots (dankzij de ultra-lage latentie van 5G), real-time besturing van autonome voertuigen, en cloud robotics [82](#page=82) [88](#page=88).
**Tip:** 5G's URLLC (Ultra-Reliable Low-Latency Communications) is cruciaal voor real-time besturing van robots en autonome systemen vanwege de extreem lage latentie (~1 ms) en hoge betrouwbaarheid [85](#page=85).
### 2.3 Modulatietechnieken
Modulatie is het proces waarbij digitale informatie wordt overgebracht door de eigenschappen (amplitude, fase of frequentie) van een draaggolf te veranderen [26](#page=26).
* **Digitale Modulatie**: Data symbolen, die uit $n$ bits bestaan, bepalen de amplitude en/of fase van de draaggolf, wat leidt tot discrete combinaties op een constellatiediagram [27](#page=27).
* **BPSK (Binary Phase Shift Keying)**: Gebruikt twee fasen om één bit te representeren [29](#page=29).
* **QPSK (Quadrature Phase Shift Keying)**: Gebruikt vier fasen om twee bits per symbool te coderen [30](#page=30).
* **QAM (Quadrature Amplitude Modulation)**: Combineert amplitudeverandering met faseverschuiving om meer bits per symbool te coderen (bijv. 16-QAM, 64-QAM). Hogere orde QAM vereist een betere signaal-ruisverhouding (SNR) voor dezelfde Bit Error Rate (BER), maar biedt een hogere datasnelheid voor een gegeven bandbreedte [32](#page=32) [33](#page=33) [34](#page=34).
* **FSK (Frequency Shift Keying)**: Digitale informatie wordt overgebracht via discrete frequentieveranderingen van de draaggolf. GFSK (Gaussian Frequency Shift Keying) gebruikt een Gaussian filter om frequentieovergangen te verzachten, wat enige interferentie kan veroorzaken [35](#page=35).
* **Gebruik in Draadloze Netwerken**: Veel netwerken gebruiken BPSK, QPSK, 16-QAM, etc. Bluetooth gebruikt GFSK, GSM gebruikt GMSK. Geavanceerde netwerken passen de modulatie dynamisch aan de kanaalomstandigheden aan [36](#page=36).
* **Hierarchische Modulatie**: Maakt het mogelijk om datastromen met verschillende prioriteiten op één signaal te coderen. Hoge prioriteitsdata wordt ingebed in een lagere prioriteitsdatastroom, waarbij bij slechte ontvangst alleen de lagere prioriteitscomponent (bijv. QPSK) wordt gedecodeerd [37](#page=37).
### 2.4 Overzichtstabel
| Technologie | Frequentieband | Data Rate | Bereik | Energie | Architectuur | Robotica Toepassing |
| :---------------- | :------------------ | :-------------- | :---------------- | :-------- | :------------------- | :---------------------------------------------------- |
| **Bluetooth** | 2.4 GHz | 1–2 Mbps (BLE) | 10–100 m | Laag | Piconet/Mesh | Besturing, IoT, Lokalisatie |
| **Wi-Fi** | 2.4/5 GHz (+6 GHz) | tot Gbps | 50–100 m | Hoog | Infra/Ad hoc | Video, Cloud Robotics, Grote Datasets, Remote Control |
| **Zigbee** | 2.4 GHz (868/915 MHz)| 250 kbps | 10–100 m+ | Zeer laag | Mesh | Swarm, Sensoren, Vlootbeheer |
| **4G/5G** | Licenties | 100 Mbps–Gbps | kilometers | Hoog | Cellulair | Outdoor Robots, Autonoom Rijden, Real-time AI |
| **LoRa** | 868 MHz | kbps | 2–15 km | Zeer laag | Mesh/Star | Telemetrie, Omgevingsmonitoring |
---
# Modulatie- en multiplexingtechnieken
Dit onderwerp behandelt de manieren waarop informatie wordt verzonden via draadloze signalen door middel van modulatie en hoe meerdere gebruikers of datastromen dezelfde bandbreedte kunnen delen met behulp van multiplexingtechnieken.
### 3.1 Modulatie
Modulatie is het proces waarbij de amplitude en/of fase van een draaggolf worden aangepast op basis van de te verzenden informatie. Digitale informatie wordt verzonden door een draaggolf te moduleren, waarbij datastromen worden gecombineerd tot datastromen om de efficiëntie te verhogen. Data symbolen kunnen $M = 2^n$ verschillende waarden aannemen, wat resulteert in $M$ discrete amplitude-fase combinaties. De bit rate ($f_b$) is gerelateerd aan de symbool rate ($f_{sym}$) via $f_{sym} = f_b / n$, waarbij $n$ het aantal bits per symbool is [26](#page=26) [27](#page=27).
#### 3.1.1 I/Q modulatie
I/Q modulatie maakt gebruik van een in-fase (I) en een quadrature (Q) component van een complex basisband signaal om de amplitude en fase van de draaggolf te bepalen (#page=26, 28) [26](#page=26) [28](#page=28).
#### 3.1.2 Binaire faseverschuivingsmodulatie (BPSK)
Bij BPSK zijn er twee mogelijke waarden voor de datastromen, wat leidt tot twee mogelijke fasecombinaties op de constellatiediagram [29](#page=29).
#### 3.1.3 Quadrature Phase Shift Keying (QPSK)
QPSK groepeert twee bits in één symbool, waardoor er vier mogelijke symbolen zijn. Dit resulteert in vier fasewaarden met één amplitude. QPSK kan worden gezien als BPSK op twee orthogonale dragers [30](#page=30) [31](#page=31).
#### 3.1.4 Quadrature Amplitude Modulatie (QAM)
16-QAM groepeert vier bits in één symbool, resulterend in zestien mogelijke waarden. De bandbreedte is de helft van die van QPSK voor dezelfde bit rate. Hogere orde QAM-varianten zoals 64-QAM, 256-QAM, en 1024-QAM zijn ook gedefinieerd, waarbij de bandbreedte afneemt met hogere orde, maar de signaal-ruisverhouding (SNR) voor een bepaalde bit error rate (BER) moet verbeteren (#page=33, 34). Gray-codering wordt vaak toegepast in constellatiediagrammen om de bit error rate te minimaliseren [32](#page=32) [33](#page=33) [34](#page=34).
> **Tip:** Hogere orde modulaties bieden een hogere datasnelheid binnen een bepaalde bandbreedte, maar vereisen een sterkere signaalkwaliteit (hoge SNR) en geavanceerdere foutcorrectietechnieken.
#### 3.1.5 Frequentieverschuivingsmodulatie (FSK)
Bij FSK wordt digitale informatie overgebracht via discrete frequentieveranderingen van het draagfrequent signaal. Abrupte frequentieveranderingen vereisen een grote transmissiebandbreedte, daarom wordt filtering toegepast om de frequentietransities vloeiender te maken. Gaussian Frequency Shift Keying (GFSK) is een veelgebruikte variant die enige interferentie tussen gedemoduleerde datastromen veroorzaakt [35](#page=35).
#### 3.1.6 Modulatie in draadloze netwerken
Moderne draadloze netwerken gebruiken vaak BPSK, QPSK, en 16-QAM. Bluetooth maakt gebruik van GFSK, terwijl GSM GMSK (een geoptimaliseerde GFSK) gebruikt. Geavanceerdere netwerken passen de modulatie dynamisch aan op basis van kanaalomstandigheden en de coderingssnelheid. OFDM-systemen passen modulatie toe op individuele subdragers [36](#page=36).
#### 3.1.7 Hiërarchische modulatie
Hiërarchische modulatie, zoals gebruikt in DVB-T, staat toe dat meerdere datastromen met verschillende prioriteit op een enkele draaggolf worden gemoduleerd. Een hoog-prioriteitsdatastroom wordt ingebed in een laag-prioriteitsdatastroom. In 64-QAM kunnen de twee meest significante bits van de 6 bits per QAM-symbool bijvoorbeeld een QPSK-signaal vormen, terwijl de overige 4 bits de laag-prioriteitsdata dragen [37](#page=37).
### 3.2 Multiplexing
Multiplexing stelt meerdere signalen of kanalen in staat om dezelfde netwerkbandbreedte te delen, wat essentieel is in draadloze communicatie. Dit kan worden gerealiseerd in vier dimensies: ruimte (SDM), tijd (TDM), frequentie (FDM), en code (CDM). Het doel is om een gedeeld medium efficiënt te gebruiken, waarbij "guard spaces" nodig zijn om interferentie te minimaliseren [38](#page=38).
#### 3.2.1 Frequentieplanning
Frequentieplanning omvat vaste frequentietoewijzing, waarbij specifieke frequenties worden toegewezen aan cellen, en dynamische frequentietoewijzing, waarbij frequenties worden gekozen op basis van het gebruik in naburige cellen en interferentiemetingen. Frequentiehergebruik is cruciaal en wordt toegepast met een bepaalde afstand tussen basisstations, vaak gemodelleerd met 7 frequenties in een 3- of 7-cel cluster (#page=39, 40). De celgrootte varieert van honderden meters in stedelijke gebieden tot tientallen kilometers op het platteland (#page=40, 41) [39](#page=39) [40](#page=40) [41](#page=41).
#### 3.2.2 Ruimteverdeling multiplexen (SDM)
SDM wordt geïmplementeerd via celstructuren, waarbij elke basiszender een bepaald transmissiegebied (cel) dekt. Dit verhoogt de capaciteit, vermindert het benodigde zendvermogen en biedt decentralisatie, maar vereist een complexe infrastructuur en mobiele handovers [41](#page=41).
#### 3.2.3 Frequentieverdelingsmultiplexen (FDM)
Bij FDM wordt het totale spectrum opgedeeld in kleinere frequentiebanden, waarbij elk kanaal voor de gehele duur een eigen frequentieband krijgt. Voordelen zijn het ontbreken van dynamische coördinatie en bruikbaarheid voor analoge signalen, maar het kan leiden tot bandbreedteverspilling bij ongelijke verkeersverdeling en is inflexibel [42](#page=42).
#### 3.2.4 Tijdverdelingsmultiplexen (TDM)
TDM kent elk kanaal het gehele spectrum toe voor een specifieke tijdsperiode (timeslot). Voordelen zijn dat slechts één drager tegelijkertijd actief is en de throughput hoog blijft, zelfs met veel gebruikers. Nadelen zijn de noodzaak van precieze synchronisatie en de behoefte aan guard intervals om co-channel interferentie te voorkomen [43](#page=43).
#### 3.2.5 Tijd- en frequentieverdelingsmultiplex
Deze techniek combineert FDM en TDM, waarbij een kanaal een specifieke frequentieband krijgt voor een bepaalde tijdsduur. GSM gebruikt dit principe, met voordelen zoals bescherming tegen selectieve frequentie-interferentie en betere beveiliging tegen afluisteren (bij frequentie-hopping) [44](#page=44).
#### 3.2.6 Codemultiplexen (CDM)
CDM kent elk kanaal een unieke code toe, waarbij alle kanalen tegelijkertijd hetzelfde spectrum gebruiken. Dit is bandbreedte-efficiënt, biedt bescherming tegen interferentie en afluisteren, maar vereist geavanceerde technieken zoals power control en synchronisatie tussen zender en ontvanger. CDM wordt geïmplementeerd met behulp van spread spectrum technologie, waarbij de (quasi-)orthogonaliteit van de codes zorgt voor scheiding [45](#page=45).
#### 3.2.7 Duplexoperatie (FDD/TDD)
Duplexoperatie regelt hoe uplink- en downlink-transmissies middelen delen. Frequentieverdelingsduplex (FDD) gebruikt gescheiden frequentiebanden voor uplink en downlink, wat simultane transmissie mogelijk maakt maar het RF-ontwerp bemoeilijkt. Tijdverdelingsduplex (TDD) gebruikt dezelfde frequentieband voor beide richtingen, maar wisselt ze af in de tijd. GSM maakt bijvoorbeeld gebruik van FDD met een specifieke duplexafstand tussen uplink- en downlink-banden [46](#page=46).
---
# Toepassingen en keuzecriteria in robotica
Dit onderwerp onderzoekt diverse draadloze technologieën en hun specifieke toepassingen in robotica, variërend van basisbesturing tot geavanceerde cloud-connectiviteit en autonoom rijden, en presenteert de criteria voor de selectie van geschikte technologieën voor mobiele robots.
### 4.1 Draadloze technologieën en hun functionaliteit in robotica
Draadloze communicatie is essentieel voor moderne robotica, waarbij verschillende functionaliteiten mogelijk worden gemaakt, zoals telemetrie voor het monitoren van de positie en status van robots, besturing op afstand of semi-autonoom, en samenwerking binnen robotzwermen. Verder faciliteert het cloud- en edge computing, wat cruciaal is voor offloading van kunstmatige intelligentie en rekenintensieve taken [3](#page=3).
#### 4.1.1 Telemetrie en sensordata
Telemetrie omvat het verzamelen en verzenden van gegevens zoals positie, batterijstatus en sensordata van robots. Technologieën zoals LoRaWAN zijn hier uitermate geschikt voor vanwege hun lange bereik en lage energieverbruik, zelfs met strikte duty cycle limieten. Bluetooth Low Energy (BLE) wordt ook gebruikt voor het uitlezen van sensoren, zoals de uitlezing van een Battery Management System (BMS) [11](#page=11) [3](#page=3) [61](#page=61).
#### 4.1.2 Besturing en semi-autonome operaties
Remote of semi-autonome besturing vereist betrouwbare communicatie met acceptabele latentie. Wi-Fi, met zijn hoge datasnelheden, is geschikt voor real-time besturing en complex missiebeheer, waarbij lage latentie essentieel is voor onmiddellijke reacties op commando's. Voor robots die constant bewegen en moeten overschakelen tussen access points (APs), bieden oplossingen zoals 802.11r snelle hand-offs, en 802.11k/v helpt bij de keuze van AP's om vertraging te minimaliseren [70](#page=70) [74](#page=74).
#### 4.1.3 Samenwerking in robot-swarms
Voor de coördinatie van meerdere robots, zoals in een fabriekshal, kan Zigbee worden ingezet om een robuust mesh-netwerk op te zetten voor het doorgeven van coördinatiecommando's en statusupdates, waarbij de robots zelf als routers fungeren [79](#page=79).
#### 4.1.4 Cloud- en edge computing connectiviteit
Directe internetconnectiviteit via draadloze technologieën stelt robots in staat om cloudgebaseerde diensten te gebruiken voor taken zoals objectherkenning via cloud computing. Wi-Fi biedt hiervoor een snelle verbinding met het internet. 4G en 5G netwerken bieden daarnaast de bandbreedte en lage latentie die nodig zijn voor cloud robotics, waarbij zware berekeningen extern kunnen worden uitgevoerd [74](#page=74) [88](#page=88).
#### 4.1.5 Autonoom rijden en geavanceerde robotica
Voor toepassingen zoals autonoom rijden zijn voortdurende hoge-resolutie sensing en betrouwbare communicatie cruciaal. 4G en 5G technologieën zijn hier uitermate geschikt voor vanwege hun hoge datasnelheden en potentieel zeer lage latentie, wat ook relevant is voor bijvoorbeeld remote surgery robots [82](#page=82) [88](#page=88).
### 4.2 Specifieke draadloze technologieën en hun robottoepassingen
Verschillende draadloze technologieën bieden unieke voordelen voor specifieke robottoepassingen, elk met eigen kenmerken qua frequentie, data rate, bereik en energieverbruik.
#### 4.2.1 Bluetooth Low Energy (BLE)
BLE wordt ingezet voor kort bereik communicatie en is bijzonder energiezuinig. Een prominente toepassing is lokalisatie en navigatie binnenshuis, waar BLE beacons signalen uitzenden. Robots scannen deze signalen en gebruiken de Received Signal Strength Indicator (RSSI) om hun positie te schatten via triangulatie. De beacons zelf kunnen op knoopcelbatterijen functioneren met een lange levensduur [11](#page=11) [62](#page=62).
#### 4.2.2 Wi-Fi (802.11 a/b/g/n/ac/ax)
Wi-Fi opereert op de 2.4 GHz en 5 GHz banden, met nieuwere standaarden die ook de 6 GHz band ondersteunen. Het biedt hoge datasnelheden, variërend van tot 54 Mbps (b/g) tot meer dan 1 Gbps (n/ac/ax). Het typische bereik ligt tussen 30–100 meter maar dit kan variëren met de band en antenne. Wi-Fi is geschikt voor robottoepassingen zoals teleoperatie, real-time videostreams, en cloud-robotics. Specifieke toepassingen zijn onder andere [11](#page=11) [64](#page=64):
* **HD-videostreaming en real-time observatie:** Hoge datasnelheden maken het mogelijk om real-time HD of 3D video te streamen voor nauwkeurige besturing [73](#page=73).
* **Overdracht van grote datasets:** Na missies kunnen robots grote hoeveelheden data, zoals LiDAR-scans of sensorfusie-informatie, snel uploaden via Wi-Fi [73](#page=73).
* **Real-time remote control en complex mission control:** Lage latentie zorgt voor onmiddellijke reacties op commando's en het ontvangen van complexe instructies [74](#page=74).
* **Directe internetconnectiviteit:** Biedt een snelle verbinding met het internet en de cloud voor AI-verwerkingscapaciteit [74](#page=74).
#### 4.2.3 Zigbee
Zigbee werkt op de 2.4 GHz band en biedt een data rate van 250 kbps met een bereik van 10–100 meter of meer. Het is zeer energiezuinig en maakt mesh-netwerken mogelijk. Toepassingen in robotica omvatten interne sensornetwerken voor het monitoren van temperatuur of batterijstatus van subcomponenten, en voor het opzetten van mesh-netwerken voor vlootbeheer en het doorsluizen van eenvoudige coördinatiecommando's en statusupdates [79](#page=79) [94](#page=94).
#### 4.2.4 4G (LTE) & 5G
Deze technologieën maken gebruik van gelicentieerde frequentiebanden en bieden hoge datasnelheden, variërend van 100 Mbps theoretisch voor LTE tot 10–20 Gbps voor 5G, met latentie van minder dan 1 ms voor 5G. Het bereik is in kilometers, afhankelijk van de celdekking [82](#page=82).
* **Toepassingen in Robotica:**
* **Real-time Besturing:** Essentieel voor samenwerkende robots of robots die snelle bewegingen maken [88](#page=88).
* **Cloud Robotics:** Maakt externe zware berekeningen mogelijk, wat leidt tot goedkopere en lichtere robots [88](#page=88).
* **Voortdurende Hoge-Resolutie Sensing:** Cruciaal voor autonoom rijden en omgevingsherkenning [88](#page=88).
* **Autonomous driving, drone-communicatie, en remote surgery robots (met 5G's ultra-lage latentie)** [82](#page=82).
#### 4.2.5 LoRa en NB-IoT
LoRa opereert op de 868 MHz ISM-band met een bereik van 2–15 km en een data rate van 0.3–50 kbps. Het is zeer energiezuinig en geschikt voor telemetrietoepassingen. NB-IoT, gebaseerd op LTE, biedt data rates van 26–250 kbps en heeft een sterk indoor bereik. Robottoepassingen omvatten remote monitoring, landbouwrobots en sensornetwerken. Ze zijn ook nuttig voor statische sensoren die omgevingsparameters monitoren en voor niet-kritische asset tracking, hoewel niet geschikt voor real-time besturing [90](#page=90) [92](#page=92) [94](#page=94).
### 4.3 Overzicht van draadloze technologieën
Een overzicht van veelgebruikte technologieën in robotica toont hun specificaties en toepassingen:
| Technologie | Frequentie | Data Rate | Bereik | Energie | Architectuur | Robottoepassing |
| :---------- | :--------- | :-------- | :----- | :------ | :----------- | :-------------- |
| Bluetooth | 2.4 GHz | 1–2 Mbps | 10–100 m | Laag | Piconet/Mesh | Besturing, IoT |
| Wi-Fi | 2.4/5 GHz | tot Gbps | 50–100 m | Hoog | Infra/Ad hoc | Video, Cloud |
| Zigbee | 2.4 GHz | 250 kbps | 10–100 m+ | Zeer laag | Mesh | Swarm, sensoren |
| 4G/5G | Licenties | 100 Mbps–Gbps | km’s | Hoog | Cellulair | Outdoor robots |
| LoRa | 868 MHz | kbps | 2–15 km | Zeer laag | Mesh/Star | Telemetrie |
### 4.4 Keuzecriteria voor mobiele robots
Bij de selectie van een draadloze technologie voor mobiele robots spelen diverse criteria een cruciale rol:
* **Bereik:** De afstand die de robot moet kunnen overbruggen voor communicatie.
* **Latency:** De vertraging in de communicatie, die kritisch is voor real-time besturing versus eenvoudige logging.
* **Energieverbruik:** Cruciaal voor de batterijduur van de mobiele robot.
* **Complexiteit:** De vereiste hardware en software stack voor implementatie.
* **Kostprijs:** De kosten van modules en eventuele abonnementen voor mobiele netwerken.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Telemetrie | Het op afstand verzamelen en verzenden van meetgegevens, zoals positie, batterijstatus of sensordata van een apparaat of systeem. |
| Besturing | Het proces van het aansturen van een apparaat of systeem, hetzij op afstand, hetzij semi-autonoom, via een communicatieverbinding. |
| Robot-swarms | Een groep autonome robots die samenwerken om een gemeenschappelijk doel te bereiken, waarbij communicatie tussen de robots essentieel is. |
| Cloud computing | Het leveren van computerbronnen (zoals rekenkracht, opslag en software) via het internet, waardoor apparaten toegang krijgen tot krachtige verwerking buiten hun eigen hardware. |
| Edge computing | Het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen dichtbij de bron van de data, in plaats van deze naar een centrale cloudserver te sturen, wat de latentie vermindert. |
| Betrouwbaarheid | De mate waarin een draadloze verbinding of systeem consistent en zonder fouten presteert onder gespecificeerde omstandigheden. |
| Latency | De vertraging tussen het moment dat een commando wordt verzonden en het moment dat de reactie plaatsvindt, cruciaal voor real-time toepassingen. |
| Energieverbruik | De hoeveelheid elektrische energie die een apparaat of technologie nodig heeft om te functioneren, bepalend voor de batterijduur. |
| Frequentieband | Een specifiek bereik van elektromagnetische frequenties dat is toegewezen of gebruikt voor een bepaald type communicatie of toepassing. |
| Golflengte | De ruimtelijke periode van een golf, gerelateerd aan de frequentie en de snelheid van de golf; langere golflengtes kunnen obstakels beter doordringen. |
| Frequenties voor communicatie | Specifieke banden binnen het elektromagnetische spectrum die gebruikt worden voor het verzenden en ontvangen van draadloze signalen. |
| Antennes | Apparaten die elektromagnetische golven stralen of ontvangen, essentieel voor draadloze communicatie, met verschillende vormen en richtingskarakteristieken. |
| Signaalvoortplanting | Het gedrag van radiogolven wanneer ze zich door de ruimte bewegen, beïnvloed door factoren zoals obstakels, reflecties en atmosferische omstandigheden. |
| Modulatie | Het proces waarbij informatie wordt gecodeerd op een draaggolfsignaal door het aanpassen van eigenschappen zoals amplitude, frequentie of fase. |
| Multiplexing | Technieken die het mogelijk maken om meerdere signalen of datastromen over een gemeenschappelijk transmissiekanaal te verzenden, vaak door het kanaal in tijd, frequentie of ruimte te verdelen. |
| Licentievrije frequentiebanden | Banden van radiofrequenties die zonder specifieke vergunning mogen worden gebruikt, mits de gebruiksregels worden nageleefd (bv. ISM-banden). |
| ISM-band | Industrieel, Wetenschappelijk en Medisch band; een set van licentievrije radiofrequentiebanden die wereldwijd voor deze doeleinden worden gebruikt. |
| U-NII | Unlicensed National Information Infrastructure; een reeks licentievrije frequentiebanden, voornamelijk in de VS, die gebruikt worden voor draadloze netwerken zoals Wi-Fi. |
| Transmissievermogen | De kracht van het signaal dat door een zender wordt uitgezonden, wat de afstand van de communicatie beïnvloedt. |
| Duty cycle | Het percentage van de tijd dat een apparaat actief zendt of een signaal genereert, vaak beperkt in licentievrije banden om interferentie te minimaliseren. |
| Licentievrij | Apparaten of technologieën die mogen worden gebruikt zonder de noodzaak van een specifieke licentie van een regelgevende instantie, mits regels worden nageleefd. |
| EIRP | Equivalent Isotropically Radiated Power; het totale vermogen dat wordt uitgestraald door een antenne in een bepaalde richting, rekening houdend met het zendvermogen en de antenneversterking. |
| Pt | Transmit power; het werkelijke vermogen dat door de zender wordt uitgezonden. |
| Gt | Transmitter antenna gain; de versterking van de zendantenne in een specifieke richting. |
| Isotrope straler | Een theoretische antenne die elektromagnetische energie gelijkmatig in alle richtingen uitstraalt; gebruikt als referentie. |
| Stralingspatroon | Een grafische weergave die de richting en intensiteit van de straling van een antenne in de ruimte beschrijft. |
| Dipoolantenne | Een veelvoorkomend type antenne dat bestaat uit twee geleidende elementen, waarvan de lengte vaak gerelateerd is aan de golflengte van het signaal. |
| Directed antenna | Een antenne die de neiging heeft om de energie in een specifieke richting te concentreren, wat resulteert in een groter bereik in die richting. |
| Sectorized antenna | Een antenne die is ontworpen om een specifiek sectoreel gebied te bestrijken, vaak gebruikt in mobiele basisstations om dekking te bieden. |
| Antenna gain | Een maat voor hoe goed een antenne de energie in een bepaalde richting focust of ontvangt, vergeleken met een isotrope straler. |
| Multi-element antenne-arrays | Groeperingen van twee of meer antennes die samenwerken om de signaalkwaliteit, richting of versterking te verbeteren. |
| Antennediversiteit | Technieken die gebruik maken van meerdere antennes om de betrouwbaarheid van draadloze communicatie te verbeteren door het effect van fading en interferentie te verminderen. |
| Geschakelde diversiteit | Een diversiteitstechniek waarbij de ontvanger automatisch schakelt tussen de antennes die het beste signaal bieden. |
| Diversiteitscombinatie | Een techniek waarbij de signalen van meerdere antennes worden gecombineerd om een sterker en stabieler signaal te creëren. |
| MIMO | Multiple-Input Multiple-Output; een technologie die meerdere zend- en ontvangstantennes gebruikt om de datarate en betrouwbaarheid van draadloze verbindingen te verhogen. |
| Beamforming | Een signaalverwerkingsmethode die gebruikt wordt door antennes om de richting van de uitgezonden of ontvangen signalen te sturen, wat de signaalsterkte en het bereik verbetert. |
| Signaalvoortplanting | Het gedrag van radiogolven wanneer ze zich door de omgeving verplaatsen, beïnvloed door obstakels, reflecties, diffractie en absorptie. |
| Vrije ruimte propagatie | Signaalvoortplanting in een omgeving zonder obstakels, waarbij het signaal alleen wordt verzwakt door de afstand. |
| Penetratieverliezen | De verzwakking van een signaal wanneer het door materialen zoals muren, ramen of plafonds gaat. |
| Multi-path propagatie | Fenomeen waarbij een signaal meerdere paden aflegt naar de ontvanger door reflectie en diffractie, wat kan leiden tot interferentie. |
| LOS | Line-of-Sight; een directe zichtlijn tussen de zender en ontvanger, wat resulteert in het sterkste signaal. |
| NLOS | Non-Line-of-Sight; communicatie waarbij er geen directe zichtlijn is tussen de zender en ontvanger, vaak mogelijk door reflecties en diffractie. |
| Small scale fading | Snelle variaties in de signaalsterkte op korte afstanden, veroorzaakt door multi-path propagatie. |
| Frequency hopping | Een techniek waarbij de frequentie van het signaal snel en willekeurig verandert om interferentie te vermijden en beveiliging te verhogen. |
| Antenna diversity | Het gebruik van meerdere antennes om de ontvangst te verbeteren door de effecten van fading en multi-path propagatie te mitigeren. |
| Delay spread | De spreiding van een signaal in de tijd als gevolg van multi-path propagatie, waarbij verschillende signaalcomponenten op verschillende tijdstippen arriveren. |
| Inter Symbol Interference (ISI) | Interferentie tussen opeenvolgende symbolen in een datastroom, veroorzaakt door delay spread, wat de detectie van de symbolen bemoeilijkt. |
| Guard interval (GI) | Een korte periode van stilte of nuldata tussen opeenvolgende symbolen in een transmissie, bedoeld om ISI te voorkomen. |
| Channel state information (CSI) | Informatie over de eigenschappen van het transmissiekanaal, gebruikt om de ontvangst te optimaliseren en vervormingen te corrigeren. |
| Equalizer | Een elektronisch circuit of algoritme dat wordt gebruikt om de vervorming van een signaal veroorzaakt door het transmissiekanaal te corrigeren. |
| Modulatie | Het proces waarbij digitale of analoge informatie wordt gecodeerd op een radiogolf (draaggolf) voor transmissie. |
| Carrier | Een hoogfrequent signaal dat wordt gebruikt om informatie te coderen en te verzenden. |
| Amplitude | De maximale sterkte of intensiteit van een golf. |
| Phase | Het stadium van een golf op een bepaald punt in de tijd of ruimte, uitgedrukt als een hoek. |
| In-phase component (I) | Een deel van een gemoduleerd signaal dat in fase is met een referentiesignaal. |
| Quadrature component (Q) | Een deel van een gemoduleerd signaal dat 90 graden uit fase is met een referentiesignaal. |
| Complex baseband | Een representatie van een signaal die de amplitude en fase van de draaggolf combineert in een complex getal. |
| Complex envelope | De complexe representatie van een signaal die de snelle variaties van de draaggolf weglaat en alleen de informatie-inhoud toont. |
| Digital modulation | Het proces waarbij digitale data wordt gecodeerd op een analoge draaggolf. |
| Data symbol | Een combinatie van bits die wordt gecodeerd in een enkele modulatie-eenheid. |
| Bit rate | Het aantal bits dat per seconde wordt verzonden. |
| Symbol rate (baud rate) | Het aantal dat Symbolen dat per seconde wordt verzonden; een symbool kan meerdere bits representeren. |
| M | Het aantal mogelijke waarden of toestanden dat een datateken of symbool kan aannemen. |
| BPSK | Binary Phase Shift Keying; een digitale modulatietechniek die twee fasen gebruikt om binaire data te representeren (0 of 1). |
| Constellation diagram | Een grafische weergave die de mogelijke combinaties van amplitude en fase van een gemoduleerd signaal toont. |
| QPSK | Quadrature Phase Shift Keying; een digitale modulatietechniek die vier fasen gebruikt om twee bits per symbool te coderen. |
| BW | Bandwidth; de breedte van het frequentiebereik dat door een signaal wordt bezet. |
| Synchronous detection | Een demodulatiemethode waarbij een lokale oscillator op de ontvanger in fase wordt gehouden met de draaggolf van het ontvangen signaal. |
| 16-QAM | 16-Quadrature Amplitude Modulation; een digitale modulatietechniek die 16 verschillende combinaties van amplitude en fase gebruikt om 4 bits per symbool te coderen. |
| Gray-coding | Een coderingsschema dat wordt gebruikt in digitale modulatie waarbij opeenvolgende symbolen slechts één bit verschillen, wat de kans op bitfouten vermindert. |
| Hogere orde QAM | Quadrature Amplitude Modulatie technieken met meer dan 16 combinaties, zoals 64-QAM of 256-QAM, die meer bits per symbool kunnen coderen. |
| Bit Error Rate (BER) | De fractie van ontvangen bits die foutief zijn gedecodeerd. |
| SNR | Signal-to-Noise Ratio; de verhouding tussen de sterkte van het signaal en de sterkte van de ruis, wat de kwaliteit van de communicatie bepaalt. |
| Error correction techniques | Methodes die worden toegepast om bitfouten in een gedemoduleerd signaal te detecteren en te corrigeren. |
| Coding rate | De verhouding tussen het aantal informatied bits en het totale aantal verzonden bits (inclusief foutcorrectiecodes). |
| FSK | Frequency Shift Keying; een digitale modulatietechniek waarbij de data wordt gecodeerd door de frequentie van de draaggolf te veranderen. |
| GFSK | Gaussian Frequency Shift Keying; een variant van FSK waarbij de frequentie-overgangen worden gefilterd met een Gaussisch filter om bandbreedte te besparen. |
| GMSK | Gaussian Minimum Shift Keying; een geoptimaliseerde vorm van GFSK die wordt gebruikt in GSM en andere mobiele netwerken. |
| OFDM | Orthogonal Frequency Division Multiplexing; een multicarrier modulatietechniek waarbij het signaal wordt verdeeld over een groot aantal nauw op elkaar afgestemde subcarriers, wat efficiëntie en robuustheid tegen multipath biedt. |
| DVB-T | Digital Video Broadcasting - Terrestrial; een standaard voor digitale televisie-uitzendingen, die gebruik maakt van OFDM. |
| Hierarchical Modulation | Een modulatietechniek waarbij de datastroom wordt onderverdeeld in lagen met verschillende prioriteiten, zodat de laagste prioriteit ook bij slechtere signaalomstandigheden kan worden ontvangen. |
| Multi-carrier system | Een communicatiesysteem dat gebruik maakt van meerdere dragers om data te verzenden, zoals OFDM. |
| Multiplexing | Technieken om meerdere signalen of datastromen over een gemeenschappelijk transmissiekanaal te sturen. |
| Ruimte (SDM) | Space Division Multiplexing; een methode waarbij verschillende signalen gelijktijdig via verschillende ruimtelijke paden of antennes worden verzonden. |
| Tijd (TDM) | Time Division Multiplexing; een methode waarbij het kanaal wordt verdeeld in tijdsloten, en elk tijdslot aan een ander signaal wordt toegewezen. |
| Frequentie (FDM) | Frequency Division Multiplexing; een methode waarbij het beschikbare frequentiespectrum wordt verdeeld in kleinere banden, die elk aan een ander signaal worden toegewezen. |
| Code (CDM) | Code Division Multiplexing; een methode waarbij verschillende signalen gelijktijdig hetzelfde frequentiespectrum gebruiken, maar gescheiden worden door unieke codes. |
| Guard spaces | Extra ruimte (in tijd, frequentie of code) tussen signalen om interferentie te voorkomen. |
| Frequentieplanning | Het proces van het toewijzen van specifieke frequenties aan verschillende zenders of cellen om interferentie te minimaliseren en spectrumgebruik te optimaliseren. |
| Vaste frequentie-toewijzing | Een methode waarbij bepaalde frequenties permanent aan een specifieke cel of gebied worden toegewezen. |
| Dynamische frequentie-toewijzing | Een methode waarbij de toewijzing van frequenties wordt aangepast op basis van de actuele netwerkbelasting en interferentie. |
| Frequentiehergebruik | Het principe waarbij dezelfde frequenties in verschillende, voldoende gescheiden cellen worden hergebruikt om de totale capaciteit van het netwerk te vergroten. |
| Cel | Het dekkingsgebied van een mobiele basiszender. |
| Sectorantennes | Antennes die ontworpen zijn om signalen in specifieke sectoren (delen) van een cel uit te zenden en te ontvangen. |
| FDM | Frequency Division Multiplexing; zie "Multiplexing". |
| TDM | Time Division Multiplexing; zie "Multiplexing". |
| CDM | Code Division Multiplexing; zie "Multiplexing". |
| SDM | Space Division Multiplexing; zie "Multiplexing". |
| Duplex operatie | Een methode om zowel verzenden als ontvangen van data toe te staan via een communicatiekanaal. |
| FDD | Frequency Division Duplex; een duplexmethode waarbij aparte frequentiebanden worden gebruikt voor uplink (naar de basiszender) en downlink (van de basiszender). |
| TDD | Time Division Duplex; een duplexmethode waarbij dezelfde frequentieband wordt gebruikt voor zowel uplink als downlink, maar in verschillende tijdslots. |
| Uplink | De communicatierichting van het mobiele apparaat naar de basiszender. |
| Downlink | De communicatierichting van de basiszender naar het mobiele apparaat. |
| Paired spectrum | Frequentiebanden die specifiek zijn toegewezen voor zowel uplink- als downlinkcommunicatie. |
| Bluetooth | Een draadloze technologie voor gegevensoverdracht over korte afstanden, gebruikt voor het verbinden van apparaten zoals telefoons, luidsprekers en computers. |
| Wifi | Een draadloze netwerktechnologie (IEEE 802.11-standaard) die apparaten verbindt met het internet en met elkaar via radiofrequenties, voornamelijk in de 2.4 GHz en 5 GHz banden. |
| Zigbee | Een draadloze standaard (IEEE 802.15.4) voor het creëren van energiezuinige, schaalbare netwerken met een lage datasnelheid, voornamelijk gebruikt in IoT en domotica. |
| LoRa | Een gepatenteerde radiomodulatietechniek die langeafstandscommunicatie met een zeer laag energieverbruik mogelijk maakt, gebruikt in IoT-toepassingen. |
| Mobiele netwerken | Communicatienetwerken die mobiele apparaten ondersteunen, zoals 4G en 5G, gebaseerd op cellulaire architectuur. |
| RF | Radio Frequency; het spectrum van elektromagnetische golven met frequenties tussen ongeveer 3 kHz en 300 GHz, gebruikt voor draadloze communicatie. |
| SRD | Short Range Device; apparaten die communiceren via radiofrequenties over korte afstanden, vaak in licentievrije banden. |
| ISM-band | Zie "ISM-band". |
| IoT | Internet of Things; het netwerk van fysieke objecten (apparaten, voertuigen, etc.) die zijn ingebed met sensoren, software en andere technologieën om gegevens te verzamelen en uit te wisselen. |
| Smart Metering | Het gebruik van slimme meters die op afstand gegevens verzamelen over energieverbruik en deze via een netwerk doorsturen. |
| Home Security | Draadloze systemen voor beveiliging thuis, zoals alarmen, sensoren en camera's. |
| Wi-Fi (802.11 b/g/n) | Verschillende versies van de Wi-Fi standaard die werken in de 2.4 GHz band, met variërende snelheden en functies. |
| Bluetooth | Zie "Bluetooth". |
| Zigbee | Zie "Zigbee". |
| Bereik | De maximale afstand waarover een draadloze verbinding kan worden gelegd. |
| Datasnelheid | De hoeveelheid data die per tijdseenheid kan worden verzonden, meestal uitgedrukt in bits per seconde (bps). |
| Duty Cycle | Zie "Duty cycle". |
| Drukte | De mate waarin een frequentieband of netwerk wordt gebruikt door andere apparaten, wat kan leiden tot interferentie. |
| Interferentie | Ongewenste signalen die de kwaliteit of de ontvangst van een gewenst signaal beïnvloeden. |
| RF-verbinding | Een draadloze verbinding die gebruik maakt van radiofrequenties. |
| USB-nano-ontvanger | Een kleine USB-dongel die wordt gebruikt om een draadloze verbinding tot stand te brengen tussen een apparaat en een ontvanger, zoals een controller. |
| RF-protocol | Een specifiek protocol dat wordt gebruikt voor communicatie via radiofrequenties. |
| Industriële afstandsbediening | Draadloze besturingssystemen gebruikt in industriële omgevingen voor machines en apparatuur. |
| Bluetooth | Zie "Bluetooth". |
| PANs | Personal Area Networks; een computernetwerk dat wordt gebruikt voor communicatie tussen apparaten rondom een persoon. |
| Piconet | Een klein draadloos netwerk dat bestaat uit twee of meer gekoppelde Bluetooth-apparaten, waarbij één apparaat als master fungeert. |
| Harald \"Blåtand\" | Harald "Bluetooth", een Deense Vikingkoning die de Deense stammen verenigde, waarnaar de Bluetooth-technologie is vernoemd vanwege zijn doel om communicatieprotocollen te verenigen. |
| Jaap Haartsen | Een van de ontwikkelaars van het Bluetooth-concept bij Ericsson. |
| Sven Mattisson | Een van de ontwikkelaars van het Bluetooth-concept bij Ericsson. |
| Bluetooth SIG | Special Interest Group; een organisatie die de ontwikkeling, standaardisatie en promotie van Bluetooth-technologie beheert. |
| IEEE 802.15.1 | De internationale standaard die de werking van Bluetooth definieert. |
| FHSS | Frequency Hopping Spread Spectrum; een techniek waarbij het signaal frequentiesprongen maakt om interferentie te verminderen en beveiliging te verhogen. |
| Master (Bluetooth) | Het hoofdapparaat in een piconet dat de communicatie regelt. |
| Slaves (Bluetooth) | Apparaten die zijn verbonden met een master in een piconet. |
| Bluetooth Classic | De traditionele versies van Bluetooth (v1.0 tot v3.0+HS), gericht op hogere datasnelheden en hogere energieverbruik. |
| Bluetooth Low Energy (BLE) | Een energiezuinige variant van Bluetooth (vanaf v4.0), geoptimaliseerd voor korte berichten en apparaten op batterijen. |
| Bluetooth 5.0 | Een versie van Bluetooth die verbeteringen biedt op het gebied van snelheid, bereik en broadcast-mogelijkheden. |
| Bluetooth LE Audio | Een functie in Bluetooth 5.2 die verbeterde audiokwaliteit en de mogelijkheid van audio delen introduceert. |
| LC3-codec | Een audio-codec (Low Complexity Communication Codec) die gebruikt wordt in Bluetooth LE Audio voor efficiënte en hoogwaardige audio-overdracht. |
| Auracast | Een functie in Bluetooth LE Audio die draadloos delen van audio naar meerdere ontvangers mogelijk maakt. |
| Knoopcelbatterij | Een kleine, platte batterij die vaak wordt gebruikt in kleine elektronische apparaten zoals wearables en sensoren. |
| Asset tracking | Het volgen van de locatie van waardevolle items of apparatuur binnen een faciliteit. |
| Triangulatie | Een methode om de positie van een punt te bepalen door de afstanden tot drie bekende punten te meten. |
| Wi-Fi (802.11 a/b/g/n/ac/ax) | Verschillende standaarden van de Wi-Fi technologie, die opereren op 2.4 GHz, 5 GHz en 6 GHz frequentiebanden met oplopende snelheden en verbeterde efficiëntie. |
| DSSS/CCK | Direct Sequence Spread Spectrum/Complementary Code Keying; modulatietechnieken gebruikt in oudere Wi-Fi standaarden. |
| OFDM | Zie "OFDM". |
| MIMO | Zie "MIMO". |
| VHT | Very High Throughput; een aanduiding voor Wi-Fi standaarden die zeer hoge datasnelheden ondersteunen. |
| MU-MIMO | Multi-User Multiple-Input Multiple-Output; een technologie die het mogelijk maakt voor een access point om tegelijkertijd met meerdere gebruikers te communiceren. |
| OFDMA | Orthogonal Frequency Division Multiple Access; een technologie die het draadloze kanaal opdeelt in kleinere resource-eenheden voor efficiënter gebruik door meerdere apparaten, vooral in drukke omgevingen. |
| BSS-coloring | Een techniek in Wi-Fi 6 om interferentie tussen naburige Wi-Fi netwerken te verminderen door elke toegangsunit een "kleur" toe te wijzen. |
| Target Wake Time (TWT) | Een functie in Wi-Fi 6 die apparaten in staat stelt om hun actieve zendtijd te plannen, wat energie bespaart. |
| Wi-Fi 6E | Een uitbreiding van Wi-Fi 6 die de 6 GHz frequentieband toevoegt, wat meer bandbreedte en minder interferentie biedt. |
| Wi-Fi 7 (802.11be) | De volgende generatie Wi-Fi standaard, gericht op Extremely High Throughput (EHT) met bredere kanalen en verbeterde prestaties. |
| EHT | Extremely High Throughput; een aanduiding voor de zeer hoge datasnelheden die door Wi-Fi 7 worden beoogd. |
| MLO | Multi-Link Operation; een functie in Wi-Fi 7 die het mogelijk maakt voor apparaten om tegelijkertijd verbinding te maken met meerdere frequentiebanden of kanalen voor hogere snelheid en betrouwbaarheid. |
| Channel bonding | Het combineren van meerdere aangrenzende kanalen om een breder kanaal te creëren, wat resulteert in hogere datasnelheden. |
| BSS/ESS | Basic Service Set (één access point en clients) / Extended Service Set (meerdere access points met dezelfde SSID); architecturen van Wi-Fi netwerken. |
| Roaming | Het naadloos overschakelen van een mobiel apparaat tussen verschillende access points binnen hetzelfde netwerk. |
| DFS | Dynamic Frequency Selection; een mechanisme dat Wi-Fi apparaten verplicht om te detecteren en te vermijden van frequenties die worden gebruikt door radar, om interferentie te voorkomen. |
| AFC | Automatic Frequency Control; een mechanisme dat kan worden gebruikt om de gebruikte frequentie van een draadloze zender automatisch aan te passen. |
| Infrastructure mode | Een Wi-Fi netwerkarchitectuur waarbij apparaten verbinding maken met een centraal access point. |
| Ad hoc mode | Een Wi-Fi netwerkarchitectuur waarbij apparaten direct met elkaar communiceren zonder een centraal access point. |
| Mesh network | Een netwerkarchitectuur waarbij apparaten direct met elkaar verbonden zijn en data kunnen doorgeven via meerdere routes, wat zorgt voor redundantie en een groter bereik. |
| Repeater / Extender / Bridge / WDS | Apparaten die worden gebruikt om het bereik van een draadloos netwerk te vergroten. |
| Handoff | Het proces waarbij een mobiel apparaat de verbinding met één access point verbreekt en onmiddellijk verbinding maakt met een ander, zonder onderbreking van de dienst. |
| 802.11r | Een Wi-Fi standaard die snelle handovers tussen access points mogelijk maakt. |
| 802.11k/v | Wi-Fi standaarden die het access point helpen bij het beheren van clients en het optimaliseren van roaming. |
| Zigbee (IEEE 802.15.4) | Een draadloze standaard ontworpen voor lage bandbreedte, laag stroomverbruik en IoT-toepassingen, vaak met een mesh-architectuur. |
| Coördinator (ZC) | Het centrale apparaat dat een Zigbee-netwerk creëert en beheert. |
| Router (ZR) | Een Zigbee-apparaat dat op een vaste stroombron is aangesloten en fungeert als signaalversterker en doorgangspunt in het mesh-netwerk. |
| Eindtoestel (ZED) | Een Zigbee-apparaat op batterijen dat communiceert met een router of coördinator en meestal in slaapstand gaat om energie te besparen. |
| Zelfherstellend netwerk | Een netwerk dat automatisch nieuwe routes kan vinden als een node uitvalt. |
| Wifi vs Zigbee | Een vergelijking tussen Wi-Fi en Zigbee, waarbij Wi-Fi gericht is op hoge snelheid en internettoegang, en Zigbee op lage energieverbruik en betrouwbaarheid voor IoT. |
| Datasnelheid | Zie "Datasnelheid". |
| Energieverbruik | Zie "Energieverbruik". |
| Schaalbaarheid | Het vermogen van een netwerk om een groeiend aantal gebruikers of apparaten te ondersteunen. |
| Mobiele netwerken | Zie "Mobiele netwerken". |
| 1G | Eerste generatie mobiele netwerken, voornamelijk analoog voor spraak. |
| 2G GSM | Tweede generatie mobiele netwerken, digitaal voor spraak en SMS. |
| 2.5G GPRS | Een verbetering van 2G die pakketgeschakelde dataverkeer introduceerde. |
| 2.75G EDGE | Een verdere verbetering van GPRS met hogere datasnelheden. |
| 3G UMTS | Derde generatie mobiele netwerken, gericht op multimedia en internettoegang. |
| 3.5G HSPA | Een verbetering van 3G die hogere download- en uploadsnelheden bood. |
| 4G LTE | Vierde generatie mobiele netwerken (Long-Term Evolution), gebaseerd op IP en met hoge datasnelheden. |
| 5G | Vijfde generatie mobiele netwerken, met ultra-lage latentie, massive IoT-ondersteuning en Gbps+ snelheden. |
| 6G | Toekomstige generatie mobiele netwerken, die communicatie en sensing integreert. |
| Gelicenseerde banden | Frequentiebanden die exclusief zijn toegewezen aan specifieke operators en waarvoor licenties nodig zijn. |
| mmWave | Millimeter Wave; een deel van het radiospectrum met zeer hoge frequenties (typisch 24-100 GHz) dat brede bandbreedtes biedt voor 5G. |
| Cellulaire netwerken | Netwerken die zijn opgebouwd uit cellen, waarbij elke cel wordt bediend door een basiszender; de architectuur van mobiele netwerken. |
| Autonomous driving | Zelfrijdende voertuigen die geen menselijke tussenkomst nodig hebben om te navigeren. |
| Drone-communicatie | Draadloze communicatie met drones voor besturing, telemetrie en data-overdracht. |
| Remote surgery | Chirurgie uitgevoerd op afstand met behulp van robots en geavanceerde communicatietechnologieën. |
| Latentie | Zie "Latency". |
| Ultra-Low Latency | Zeer lage latentie, essentieel voor real-time besturing en interactie. |
| Massive IoT | Ondersteuning voor een extreem groot aantal verbonden apparaten in het Internet of Things. |
| eMBB | Enhanced Mobile Broadband; een 5G-service gericht op zeer hoge doorvoersnelheden voor consumenten. |
| mMTC | Massive Machine Type Communication; een 5G-service die een zeer groot aantal IoT-apparaten ondersteunt. |
| URLLC | Ultra-Reliable Low-Latency Communications; een 5G-service die hoge betrouwbaarheid en extreem lage latentie biedt, essentieel voor kritieke toepassingen. |
| SIM-kaart | Subscriber Identity Module; een kaart die identificatie-informatie bevat voor een abonnee van een mobiel netwerk. |
| M2M-platform | Machine-to-Machine platform; een softwareplatform dat het beheer en de communicatie van IoT-apparaten faciliteert. |
| LPWAN | Low-Power Wide-Area Network; een type draadloos netwerk dat is ontworpen voor apparaten met een laag energieverbruik die over grote afstanden communiceren. |
| LoRaWAN | LoRa Wide Area Network; een netwerkprotocol dat bovenop LoRa-technologie werkt om LPWAN-netwerken te creëren. |
| RTK | Real-Time Kinematic; een techniek die GNSS-data verbetert om zeer nauwkeurige positiebepaling in real-time te bieden. |
| LTE-M | LTE Cat-M1; een 4G-gebaseerde technologie voor IoT-apparaten, gericht op lager verbruik en betere binnendekking dan standaard LTE. |
| NB-IoT | Narrowband-IoT; een LPWAN-technologie die is gebaseerd op LTE en geoptimaliseerd is voor laag-energieverbruik en goede penetratie. |
| AGV | Automatic Guided Vehicle; een robot die autonoom navigeert en taken uitvoert in een industriële omgeving. |
| Collision avoidance | Systemen en technologieën die botsingen tussen voertuigen of robots voorkomen. |
| Noodstop | Een veiligheidsfunctie die een machine of systeem onmiddellijk stopt in geval van gevaar. |
| mmWave | Zie "mmWave". |
| Infrastructuur | De fysieke en organisatorische middelen die nodig zijn voor de werking van een netwerk of systeem. |
| Dekking | Het geografische gebied waar een draadloos signaal beschikbaar is. |
| LoRa | Zie "LoRa". |
| NB-IoT | Zie "NB-IoT". |
| 868 MHz ISM-band | Een licentievrije ISM-frequentieband die voornamelijk in Europa wordt gebruikt voor toepassingen zoals LoRa. |
| Data rate | Zie "Data rate". |
| Energiezuinige telemetrie | Het op afstand verzamelen van meetgegevens met een minimaal energieverbruik. |
| Landelijke gebieden | Gebieden buiten de steden, met lagere bevolkingsdichtheid en minder gebouwen. |
| Stedelijke gebieden | Gebieden met een hoge bevolkingsdichtheid en veel gebouwen. |
| Sporadische datapakketten | Kleine hoeveelheden data die met onregelmatige tussenpozen worden verzonden. |
| Node | Een individueel apparaat of punt in een netwerk. |
| Gateway | Een apparaat dat verschillende netwerken met elkaar verbindt. |
| Statische sensoren | Sensoren die op een vaste locatie zijn geïnstalleerd om omgevingsparameters te monitoren. |
| Niet-kritische Asset Tracking | Het volgen van de locatie van objecten die geen real-time nauwkeurigheid vereisen. |
| AGV's (Automatic Guided Vehicles) | Zie "AGV". |
| Overzicht | Een samenvatting van de belangrijkste kenmerken van verschillende technologieën. |
| Technologie | Een algemene term voor een bepaald type draadloze communicatie of netwerk. |
| Band | Frequentieband; zie "Frequentieband". |
| Data Rate | Zie "Data rate". |
| Bereik | Zie "Bereik". |
| Energie | Energieverbruik; zie "Energieverbruik". |
| Architectuur | De structuur en organisatie van een netwerk of systeem. |
| Robottoepassing | Specifieke taken of functies waarvoor een technologie in robotica wordt gebruikt. |
| Keuzecriteria | Factoren die worden overwogen bij het selecteren van de meest geschikte technologie voor een specifieke toepassing. |
| Toepassing | Het specifieke gebruik of doel van een technologie. |
| Latency | Zie "Latency". |
| Energieverbruik | Zie "Energieverbruik". |
| Complexiteit | De mate van ingewikkeldheid van de hardware- of softwarestack van een technologie. |
| Kostprijs | De totale kosten van een technologie, inclusief hardware, software en operationele kosten. |