Cover
立即免费开始 Inleiding tot de criminologie les 1 .docx
Summary
# Inleiding tot criminologie en de veiligheidsparadox
Hier volgt een gedetailleerde samenvatting voor het onderwerp "Inleiding tot criminologie en de veiligheidsparadox", opgesteld als een examengeklaarde studiehandleiding.
## 1. Inleiding tot criminologie en de veiligheidsparadox
Dit onderwerp introduceert de criminologie als wetenschap, verkent de discrepantie tussen objectieve criminaliteitsstatistieken en subjectieve veiligheidspercepties (de veiligheidsparadox), en schetst de historische evolutie van criminaliteitsbestrijding en de doelen van straffen.
### 1.1 De veiligheidsparadox: crimedrop versus onveiligheidsgevoel
Er is een trend waargenomen van een daling in geregistreerde criminaliteit sinds de jaren negentig. Deze "crimedrop" wordt echter genuanceerd door de opkomst van nieuwe vormen van criminaliteit en een toenemend algemeen onveiligheidsgevoel bij de bevolking. Dit leidt vaak tot strengere wetten en hogere straffen, waarvan de effectiviteit – met name op het gebied van afschrikking – ter discussie staat. De documentatie benadrukt dat het vergroten van de pakkans een effectievere strategie kan zijn dan enkel verzwaren van straffen.
### 1.2 Strafdoelen en effectiviteit
De kern van straffen wordt vaak onderverdeeld in verschillende doelen:
* **Vergelding:** De nadruk ligt op het laten ondergaan van de straf kort na het plegen van het feit, als een vorm van gerechtigheid of genoegdoening.
* **Afschrikking:** Dit concept kent twee varianten:
* **Algemene preventie:** Het afschrikken van de gehele bevolking door de bekendheid van straffen.
* **Individuele preventie:** Het specifiek afschrikken van de gepleegd delict door de dader.
* **Herstel:** Gericht op het herstellen van de schade die door criminaliteit is toegebracht.
Er wordt gesproken over een overbevolking van gevangenissen, waarbij mogelijke oplossingen als elektronisch toezicht en de bouw van nieuwe gevangenissen worden aangemerkt.
### 1.3 De criminaliteitscurve en individuele ontwikkeling
Criminaliteit vertoont vaak een curve, waarbij de piek van crimineel gedrag zich doorgaans bevindt tussen de leeftijd van achttien en vijfentwintig jaar. Factoren die bijdragen aan het stoppen van dit gedrag na deze piek zijn onder andere:
* **Sociale factoren:** Veranderingen in leefomgeving of sociale kringen.
* **Individuele factoren:** Rijping, een verandering in mentaliteit naarmate men volwassener wordt.
De "geslachtskloof" in criminaliteit, met name bij gewelddadige delicten, wordt genoemd als een significant fenomeen. Hoe jonger iemand met criminaliteit begint, hoe langer en intensiever de criminele carrière kan zijn.
### 1.4 Evolutie van criminaliteitsbestrijding en opvattingen over criminaliteit
Door de geschiedenis heen zijn de opvattingen over criminaliteit en de bestrijding ervan sterk geëvolueerd:
* **Ancien Régime:** De vorst of heersende macht bepaalde wat als criminaliteit werd beschouwd. Openbare straffen dienden als afschrikking.
* **De Verlichting en het Classicisme:** Met denkers als Cesare Beccaria kwam de focus te liggen op de daad zelf en het idee van de rationele mens. Er ontstond een gedachte van kosten-batenanalyse voor straffen, waarbij een lichte daad een lichte straf diende te krijgen. Het Magna Carta, als een vroege codex, markeert de verschuiving naar meer gestructureerde wetgeving.
* **Het Positivisme:** Onder invloed van denkers zoals Cesare Lombroso verschoof de focus naar de dader. Criminaliteit werd gezien als een gevolg van diverse factoren, waaronder sociale omstandigheden en individuele determinanten. Het idee was om de dader te helpen in plaats van enkel te bestraffen.
### 1.5 Definitie van criminaliteit
Er bestaan verschillende definities van criminaliteit:
* **Enge definitie:** Criminaliteit wordt uitsluitend gedefinieerd als gedrag dat strafbaar is gesteld in het strafwetboek. Dit leidt tot objectieve, meetbare categorieën zoals diefstal, inbraak of drugsbezit. "Schuldig verzuim" (niets doen waar men toe gehouden is) valt hier ook onder.
* **Brede sociale definitie:** Criminaliteit wordt gezien als een sociaal construct, een product van cultuurgebonden en sociale interacties. Deze definitie is breder en omvat ook gedragingen die niet strikt strafbaar zijn, maar wel als schadelijk of onrechtvaardig worden beschouwd. Radicale stromingen hanteren vaak deze definitie.
### 1.6 Criminaliteit, politiek en maatschappelijke context
Criminaliteit en de studie ervan staan niet los van de sociale en politieke context waarin zij plaatsvinden. Criminaliteit is vaak een reflectie van de tijdgeest en maatschappelijke normen.
> **Tip:** Denk aan het Amerikaanse alcoholverbod (Prohibition) als voorbeeld. Hoewel illegaal, nam consumptie en illegale handel niet af, maar verplaatste het zich. Ook de opkomst van OxyContin als legaal medicijn, dat later vanwege verslavendheid illegaal werd, illustreert hoe maatschappelijke en politieke percepties van schadelijkheid kunnen veranderen.
### 1.7 Normatieve versus reactieve definities
* **Normatieve criminaliteit:** Gedrag dat botst met geldende normen. Deze normen kunnen strafrechtelijk, moreel of sociaal van aard zijn. Wat in de ene cultuur crimineel is, kan in een andere acceptabel zijn.
* **Reactieve criminaliteitsdefinitie:** Criminaliteit wordt gedefinieerd door de sociale reactie op bepaald gedrag. Het is het proces waarbij bepaald gedrag als "criminaliteit" wordt bestempeld.
### 1.8 Wat is criminologie?
De criminologie kan op verschillende manieren worden benaderd:
* **Lombrosiaans project:** Gericht op het onderzoeken van de karakteristieken van individuen die criminaliteit plegen versus individuen die dat niet doen (etiologie).
* **Overheidsproject:** Empirisch onderzoek naar de werking van rechtshandhavingsinstanties (politie, gevangenissen) en de meting van criminaliteit, ten dienste van overheidsbeleid.
* **Garland's visie:** Moderne criminologie is een product van twee stromen die naar elkaar toe zijn gegroeid.
* **Sutherland's definitie:** "The study of the making of laws, the breaking of laws and of society’s reaction to breaking the laws." (De studie van de totstandkoming van wetten, het overtreden van wetten en de maatschappelijke reactie op het overtreden van wetten.)
### 1.9 Waarom plegen mensen criminaliteit?
Het is belangrijk te beseffen dat de meeste mensen geen criminaliteit plegen. Risicofactoren die bijdragen aan crimineel gedrag zijn onder andere:
* **Persoonlijke factoren:** Zoals de mate van zelfcontrole.
* **Directe omgeving:** Invloed van vrienden, ouders en familie.
* **Structurele factoren:** De buurt waarin iemand opgroeit.
Deze factoren maken iemand echter niet "gedoemd" tot criminaliteit; er zijn ook beschermende factoren die dit kunnen tegengaan.
### 1.10 Reacties op criminaliteit door de tijd heen
* **Middeleeuwen:** Kenmerkten zich door voorbeeldstraffen, publieke executies en de doodstraf. (De doodstraf werd in België pas in 1996 officieel afgeschaft, met de laatste executie in 1863.)
* **Verlichting:** Markeerden de opkomst van de gevangenisstraf als primaire strafvorm, met een focus op individuele preventie. Naast het strafrecht ontwikkelden zich ook administratief recht en andere bestuursrechtelijke reacties.
### 1.11 De keten van rechtshandhaving
De formele reacties op criminaliteit volgen doorgaans een keten:
* **Politie:** Stelt de feiten vast en stelt een proces-verbaal op.
* **Openbaar Ministerie (OM) / Parket:** Fungeert als een filter of spilfiguur in het strafproces.
* **Rechter:** Een onafhankelijke partij die de straf bepaalt.
* **Gevangenis:** Zorgt voor de tenuitvoerlegging van de straf.
### 1.12 Het "dark number" en zelfrapportage
* **Dark number:** Dit verwijst naar de niet-geregistreerde criminaliteit, dus de feiten die wel plaatsvinden, maar waarvoor geen aangifte wordt gedaan of die niet door de politie worden ontdekt.
* **Zelfgeraporteerd feit:** Informatie verkregen uit meldingen van eigen crimineel gedrag door individuen.
### 1.13 Publieke opinie, media en criminaliteit
* De publieke opinie kan een sterke invloed uitoefenen op het criminaliteitsbeleid.
* Er is discussie over de effectiviteit van strenge straffen op de afschrikking van potentiële daders en de reductie van recidive. Het vergroten van de pakkans wordt vaak als effectiever gezien.
* De media spelen een complexe rol in de beeldvorming rond criminaliteit. Ze kunnen politieke en praktische factoren weerspiegelen, met een focus op criminaliteit die kwetsbare groepen treft. De media kunnen zowel ophitsen als dienen als spreekbuis.
* Het is moeilijk een direct oorzaak-gevolg verband te leggen tussen mediaconsumptie en de angst voor criminaliteit of slachtofferschap.
> **Tip:** Let op stigmatiserend taalgebruik in de media (bv. "junkies") en de normalisering van gewelddadige gebeurtenissen (bv. "opnieuw aanslag"). Het is cruciaal om kritisch te kijken naar de relatie tussen mediaconsumptie en de waargenomen criminaliteit.
### 1.14 Criminologie als wetenschap
De vraag of criminologie een wetenschap is, kan worden beantwoord door te kijken naar:
* **Kennisobject:** De definitie van criminaliteit (eng vs. breed).
* **Theorievorming:** Ontwikkeling van theorieën zoals labeling en sociale invloed.
* **Methodologie:** Gebruik van databronnen en diverse onderzoeksmethoden.
Criminologie is ontstaan in de late 19e eeuw en wordt beschouwd als een jonge, multidisciplinaire wetenschap die hulpwetenschap is van het recht.
### 1.15 Criminalisering, decriminalisering en legalisering
Deze termen beschrijven verschillende manieren waarop de maatschappij omgaat met bepaald gedrag:
| Proces | Status van gedrag | Juridische consequenties | Voorbeeld |
| :----------------- | :---------------- | :----------------------------------------------------- | :------------------------------------------------- |
| **Criminaliseren** | Illegaal | Strafbaar, met mogelijke tussenkomst van rechter. | Drugsbezit. |
| **Decriminaliseren**| Strafbaar | Nog steeds strafbaar, maar met lichtere sancties, vaak administratief (bv. boete). Geen rechter nodig. | Gasboete (administratieve boete). |
| **Legalisieren** | Legaal | Niet langer strafbaar. Kan gereguleerd worden. | Alcohol (met leeftijdsgrens van achttien jaar). |
---
# Definities en stromingen binnen de criminologie
Dit onderdeel verkent de verschillende manieren waarop criminaliteit gedefinieerd wordt, zowel in enge als brede zin, en introduceert de historische stromingen binnen de criminologie, met aandacht voor de invloed van politiek en maatschappelijke context.
### 2.1 Definitieregelingen van criminaliteit
Criminaliteit kan op verschillende manieren gedefinieerd worden, afhankelijk van het perspectief dat wordt ingenomen.
#### 2.1.1 Enge definitie van criminaliteit
De enge definitie van criminaliteit is strikt gebonden aan het strafrecht. Hierbij wordt criminaliteit exclusief gedefinieerd als gedrag dat expliciet is verboden in het wetboek van strafrecht. Dit leidt tot duidelijke, objectieve maatstaven voor crimineel gedrag, zoals diefstal, inbraak of drugsbezit. Schuldig verzuim, oftewel het nalaten van handelen waar dit wettelijk verplicht is, valt hier ook onder.
#### 2.1.2 Brede sociale definitie van criminaliteit
Een bredere, sociale definitie beschouwt criminaliteit als een sociaal construct. In dit perspectief is criminaliteit een product van cultuurgebonden en sociale interacties. Deze radicale stroming erkent dat wat in de ene samenleving of cultuur als crimineel wordt beschouwd, in een andere kan worden geaccepteerd.
#### 2.1.3 Normatieve versus reactieve definitie
Een andere manier om criminaliteit te definiëren is via een onderscheid tussen normatieve en reactieve definities:
* **Normatieve criminaliteit:** Dit verwijst naar gedrag dat botst met heersende normen. Dit kunnen strafrechtsnormen zijn, maar ook morele normen of sociale normen. Wat als crimineel wordt beschouwd, is dus afhankelijk van de specifieke norm in kwestie.
* **Reactieve criminaliteitsdefinitie:** Deze definitie richt zich op de sociale reactie op bepaald gedrag. Criminaliteit wordt hierbij gezien als het proces waarbij gedrag wordt bestempeld als crimineel, wat resulteert in een specifieke invulling en aanpak van criminaliteit.
### 2.2 Historische stromingen binnen de criminologie
De criminologie kent verschillende historische stromingen die fundamenteel verschillen in hun kijk op de oorzaken en aard van criminaliteit.
#### 2.2.1 Het Ancien Régime en de Verlichting
In het Ancien Régime werd criminaliteit bepaald door de machthebbers, zoals de koning of vorst. Openbare, vaak wrede straffen dienden als afschrikmiddel. De Verlichting bracht hier verandering in met de opkomst van het classicisme.
#### 2.2.2 Classicisme
Het classicisme, beïnvloed door verlichte denkers, richtte zich op de **daad** zelf. Men ging uit van de rationele mens die een kosten-batenanalyse maakt. Maatregelen en straffen werden afgewogen tegenover het verwachte voordeel (minder criminaliteit). De centrale gedachte was dat een lichte daad een lichte straf verdiende. Het Magna Carta, als vroege codex, markeerde een stap naar meer gestandaardiseerde rechtspraak.
#### 2.2.3 Positivisme
Het positivisme, dat later opkwam, verlegde de focus naar de **dader**. Het centrale idee was dat de crimineel een 'gedetermineerde' mens was, wiens gedrag voortkwam uit diverse factoren. Cesare Lombroso was een belangrijke figuur binnen deze stroming, en stelde dat criminaliteit een gevolg was van biologische en sociale factoren. Het positivisme streefde ernaar de dader te helpen en te rehabiliteren.
> **Tip:** Het onderscheid tussen het classicisme (focus op de daad en de rationele mens) en het positivisme (focus op de dader en determinisme) is cruciaal voor het begrijpen van de ontwikkeling van criminologisch denken.
### 2.3 De rol van politiek en maatschappelijke context
Criminaliteit en de studie ervan vinden plaats binnen een specifieke sociale en politieke context. Dit betekent dat de definitie van criminaliteit en de reacties daarop een reflectie zijn van de tijd waarin we leven.
* **Voorbeeld:** De Amerikaanse drooglegging (prohibition) is een duidelijk voorbeeld van hoe politieke beslissingen de definitie van criminaliteit beïnvloeden. Wat legaal was (alcoholconsumptie), werd illegaal. Dit leidt echter niet altijd tot het verdwijnen van het gedrag, maar vaak tot de opkomst van illegale circuits. Ook de discussie rondom legale medicijnen die zeer verslavend blijken, zoals oxicodon, illustreert hoe maatschappelijke en politieke inzichten de status van bepaald gedrag kunnen veranderen.
### 2.4 Criminologie als wetenschap
De vraag of criminologie een wetenschap is, hangt samen met het object van studie en de gehanteerde methodologie.
* **Kennisobject:** De discussie over de enge versus brede definitie van criminaliteit is hierbij relevant.
* **Theorievorming:** Criminologie kent diverse theorieën, zoals labelingstheorie en theorieën over sociale invloed, die proberen criminaliteit te verklaren.
* **Methodologie:** De criminologie maakt gebruik van verschillende databronnen en onderzoeksmethoden om de werking van het rechtssysteem, politie en gevangenissen te bestuderen en criminaliteit te meten.
De criminologie is ontstaan in de late 19e eeuw en wordt beschouwd als een jonge, autonome, multidisciplinaire wetenschap die fungeert als hulpwetenschap van het recht.
#### 2.4.1 De 'Lombrosiaanse' en overheidsprojecten
Binnen de criminologie kunnen twee projecten worden onderscheiden:
* **Lombrosiaans project:** Dit project, genoemd naar Lombroso, richt zich op de etiologie van criminaliteit, door de karakteristieken van criminelen te onderzoeken en te vergelijken met niet-criminelen.
* **Overheidsproject:** Dit project is meer beleidsondersteunend en richt zich op empirisch onderzoek naar de werking van politie, gevangenissen en de meting van criminaliteit ten dienste van de overheid.
### 2.5 De 'Dark Number' en zelfrapportage
Een belangrijk concept in de criminologie is het zogenaamde 'dark number' of duistere getal. Dit verwijst naar de criminaliteit die niet wordt geregistreerd, omdat deze niet wordt opgemerkt, gemeld of vervolgd. Zelfgerapporteerd feitgedrag, waarbij individuen hun eigen criminele gedrag melden, kan helpen om dit dark number te verkleinen.
### 2.6 Criminaliteit in de media en publieke opinie
De publieke opinie over criminaliteit wordt sterk beïnvloed door media. Er is een complexe relatie tussen media, politiek en de praktische invulling van criminaliteitsbeleid. Media hebben de neiging om te focussen op criminaliteit die kwetsbare groepen treft, in plaats van op criminaliteit door machtige personen. De vraag of de media ophitsen of als spreekbuis dienen, is complex. Het is belangrijk om stigmatiserend taalgebruik te vermijden. De relatie tussen mediaconsumptie, angst voor criminaliteit en slachtofferschap is een onderzoeksveld binnen de criminologie.
#### 2.6.1 Criminaliseren, decriminaliseren en legaliseren
Deze termen beschrijven de verschillende manieren waarop de maatschappij omgaat met gedrag dat potentieel als crimineel kan worden beschouwd:
* **Criminaliseren:** Gedrag wordt illegaal en strafbaar verklaard. Bijvoorbeeld drugsbezit.
* **Decriminaliseren:** Gedrag blijft illegaal, maar de strafrechtelijke vervolging wordt verminderd of vervangen door administratieve boetes. Er komt geen rechter bij te pas. Bijvoorbeeld een gasboete.
* **Legiseren:** Gedrag wordt legaal en niet strafbaar. Bijvoorbeeld alcohol voor personen boven de 18 jaar.
### 2.7 Criminaliteitscurve en factoren
De criminaliteit vertoont een curve, waarbij de meeste individuen tussen 18 en 25 jaar oud stoppen met crimineel gedrag. Verschillende factoren beïnvloeden dit:
* **Sociale factoren:** Veranderingen in leefomgeving of sociale kring.
* **Individuele factoren:** Volwassen worden, verandering in mentaliteit.
Er is een geslachtskloof zichtbaar, met name bij geweldsmisdrijven, waarbij mannen vaker betrokken zijn dan vrouwen. Hoe vroeger iemand met criminaliteit begint, hoe langer en intensiever de criminele carrière kan zijn. Het feit dat de meeste mensen geen criminaliteit plegen, suggereert het bestaan van beschermende factoren tegenover risicofactoren (persoonlijke, omgevingsfactoren, structurele factoren). Men is dus niet gedoemd om criminaliteit te plegen.
### 2.8 Reacties op criminaliteit door de tijd heen
* **Middeleeuwen:** Kenmerkt zich door voorbeeldstraffen, publieke straffen en de doodstraf.
* **Verlichting:** Markeert de geboorte van de gevangenisstraf, met een focus op bijzondere preventie. Reacties omvatten administratief recht en strafrecht.
#### 2.8.1 De rol van politie, OM en rechter
* **Politie:** Stelt feiten vast en stelt een proces-verbaal op.
* **Openbaar Ministerie (OM):** Fungeert als een 'zeef' of spilfiguur in het vervolgingsproces.
* **Rechter:** Is onafhankelijk en bepaalt de straf.
* **Gevangenis:** De plaats van strafuitvoering.
#### 2.8.2 Strafdoelen
De doelen van straffen zijn divers:
* **Vergelding:** De straf moet direct na het feit worden opgelegd.
* **Afschrikking:**
* **Algemene preventie:** Het afschrikken van de gehele bevolking.
* **Individuele preventie:** Het specifiek afschrikken van een individu.
* **Herstel:** Het herstellen van de aangerichte schade of het leed.
> **Tip:** De effectiviteit van strafdoelen, zoals afschrikking, is een continu punt van discussie. Het vergroten van de pakkans wordt vaak als effectiever beschouwd dan enkel hogere straffen.
Overbevolking van gevangenissen is een probleem, waarbij oplossingen zoals elektronisch toezicht en het bijbouwen van gevangenissen worden overwogen. De publieke opinie en de media spelen een belangrijke rol in de perceptie van criminaliteit en de gewenste reacties daarop. De vraag naar de effectiviteit van beleid, zoals een criminedrop versus een onveiligheidsgevoel, is centraal.
---
# Reacties op criminaliteit en de rol van de media
Dit onderdeel onderzoekt de historische reacties op criminaliteit, de werking van het strafrechtelijk systeem, de mediapresentatie van criminaliteit en de status van criminologie als wetenschap.
### 3.1 Reacties op criminaliteit doorheen de geschiedenis
Historisch gezien zijn de reacties op criminaliteit geëvolueerd, sterk beïnvloed door de heersende maatschappelijke en politieke context.
#### 3.1.1 Ancien Régime en het klassiekisme
* **Ancien Régime:** De vorst bepaalde wat als criminaliteit werd beschouwd. Straf was vaak publiek en diende ter afschrikking.
* **Verlichting en Classicisme:** Deze stroming focuste op de daad zelf en ging uit van de rationele mens die een kosten-batenanalyse maakt. Hieruit vloeide het principe voort dat een lichte daad een lichte straf verdient. Het Magna Carta was een vroege codificatie van wetten.
#### 3.1.2 Positivisme en de focus op de dader
* **Positivisme:** De focus verschoof naar de dader. Criminaliteit werd gezien als een gevolg van deterministische factoren, zowel individueel als sociaal. Cesare Lombroso was een prominente figuur in deze stroming, die kenmerken van daders onderzocht.
#### 3.1.3 Moderne benaderingen
* **Moderne criminologie:** Deze is een product van twee stromen: het Lombrosiaanse project (onderzoek naar daders) en het overheidsproject (empirisch onderzoek ter ondersteuning van beleid, zoals de werking van politie en gevangenissen).
* **Definitie van criminaliteit:**
* **Enge definitie:** Criminaliteit wordt strikt gedefinieerd door het strafrecht (gedrag dat in het wetboek van strafrecht staat, zoals diefstal, inbraak, drugsbezit). Schuldige verzuim, oftewel nalatigheid, valt hier ook onder.
* **Brede sociale definitie:** Criminaliteit wordt gezien als een sociaal construct, een product van cultuurgebonden en sociale interactie. Deze radicalere stroming erkent dat wat in de ene cultuur als crimineel wordt beschouwd, in een andere acceptabel kan zijn.
* **Criminaliteit, politiek en maatschappij:** Criminaliteit en de studie ervan vinden plaats binnen een sociale en politieke context en reflecteren de tijdgeest. Voorbeelden hiervan zijn het verbod op alcohol in de Verenigde Staten (Prohibition) en de huidige discussies rondom legale en illegale middelen zoals opioïden.
#### 3.1.4 Normatieve versus reactieve definities
* **Normatieve criminaliteit:** Gedrag dat botst met normen, zoals strafrechtsnormen, morele normen of sociale normen.
* **Reactieve criminaliteitsdefinitie:** Criminaliteit als de sociale reactie op bepaald gedrag. Het is de bestempeling van gedrag als criminaliteit die het definieert.
### 3.2 De werking van het strafrechtelijk systeem
Het strafrechtelijk systeem bestaat uit verschillende actoren die elk een specifieke rol spelen in de aanpak van criminaliteit.
* **Politie:** Stelt feiten vast en stelt pv's (proces-verbalen) op.
* **Openbaar Ministerie (OM):** Fungeert als een filter of spilfiguur in het proces.
* **Rechter:** Bepaalt onafhankelijk de straf.
* **Gevangenis:** Is verantwoordelijk voor de strafuitvoering.
#### 3.2.1 Het 'dark number' en zelfrapportage
* **Dark number:** Dit verwijst naar de niet-geregistreerde criminaliteit die aan het officiële systeem ontsnapt.
* **Zelfgerapporteerd feit:** Informatie verkregen via meldingen van eigen crimineel gedrag door individuen.
### 3.3 Criminaliteit in de media
De manier waarop criminaliteit in de media wordt gepresenteerd, is een complexe mix van politieke en praktische factoren, wat kan leiden tot een focus op criminaliteit bij kwetsbaren in plaats van bij machtige individuen.
#### 3.3.1 Media: ophitser of spreekbuis?
Het is vaak moeilijk om een direct oorzaak-gevolgrelatie te bepalen tussen mediaberichtgeving en criminaliteit.
* **Tip:** Wees alert op stigmatiserend taalgebruik in media (bv. "junkies") en de normalisering van geweld door de manier van verslaggeving (bv. "opnieuw aanslag").
* Er is een wisselwerking tussen mediaconsumptie, angst voor criminaliteit en de kans om slachtoffer te worden. De publieke opinie kan als een "harde straf" fungeren.
### 3.4 Criminologie als wetenschap
De vraag of criminologie als wetenschap kan worden beschouwd, hangt af van het kennisobject en de gehanteerde methodologie.
* **Kennisobject:** Of er wordt uitgegaan van de enge of brede definitie van criminaliteit.
* **Theorievorming:** Criminologie kent diverse theorieën, zoals labellingstheorie en sociale invloedstheorieën.
* **Methodologie:** De wetenschap maakt gebruik van verschillende databronnen en onderzoeksmethoden.
* **Ontstaan en status:** Criminologie ontstond eind 19e eeuw en wordt beschouwd als een jonge, multidisciplinaire wetenschap die zowel een hulpwetenschap van het recht kan zijn als een autonome wetenschap.
#### 3.4.1 Criminalisering, decriminalisering en legalisering
Dit concept wordt grafisch voorgesteld door de volgende tabel:
| | Criminaliseren | Decriminaliseren | Legalisieren |
| :----------- | :------------- | :-------------- | :----------- |
| **Status** | Illegaal | Illegaal | Legaal |
| **Gedrag** | Strafbaar | Strafbaar | Niet strafbaar |
| **Sanctie** | Straf | Reguleren | |
| **Voorbeeld** | Drugsbezit | Gasboete (admin. boete) | Alcohol (+18) |
* **Criminaliseren:** Gedrag illegaal en strafbaar maken.
* **Decriminaliseren:** Gedrag legaal maken, maar nog wel reguleren, bijvoorbeeld via administratieve boetes.
* **Legalisieren:** Gedrag volledig niet strafbaar maken.
### 3.5 De effectiviteit van strafdoelen
De effectiviteit van verschillende strafdoelen, zoals afschrikking en herstel, wordt voortdurend bevraagd.
* **Afschrikking:**
* **Algemene preventie:** Afschrikken van de gehele bevolking.
* **Individuele preventie:** Een specifiek individu afschrikken.
* **Tip:** Het vergroten van de pakkans lijkt effectiever te zijn dan enkel strengere straffen.
* **Herstel:** Houdt zich bezig met het herstellen van de schade veroorzaakt door criminaliteit.
* **Vergelding:** Zorgt ervoor dat de straf kort na het feit wordt opgelegd en dient als vergelding voor de daad.
#### 3.5.1 Oplossingen voor overbevolking in gevangenissen
* Elektronisch toezicht.
* Bijbouwen van gevangenissen.
#### 3.5.2 Criminaliteitscurve
De criminaliteitscurve laat zien dat de meeste criminaliteit wordt gepleegd door individuen tussen de 18 en 25 jaar. Factoren zoals sociale omgeving, individuele ontwikkeling en het voortijdige begin van crimineel gedrag beïnvloeden de lengte en intensiteit van een criminele carrière. De geslachtsverdeling toont een grotere participatie bij mannen, met name bij geweldsdelicten.
* **Risicofactoren:** Persoonlijke factoren (zelfcontrole), directe omgeving (vrienden, familie) en structurele factoren (buurt) kunnen bijdragen aan criminaliteit.
* **Beschermende factoren:** Bestaan ook en voorkomen dat iemand gedoemd is tot criminaliteit.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Veiligheidsparadox | Een situatie waarin ondanks een daling van geregistreerde delicten, het gevoel van onveiligheid toeneemt, mogelijk door nieuwe vormen van criminaliteit of strengere regelgeving. |
| Strafdoelen | De verschillende redenen waarom straffen worden opgelegd, waaronder vergelding (de straf na het feit), afschrikking (algemeen en individueel) en herstel van de orde. |
| Algemene preventie | Een strafdoel dat gericht is op het afschrikken van de gehele bevolking van het plegen van strafbare feiten door middel van het opleggen van straffen aan daders. |
| Individuele preventie | Een strafdoel dat erop gericht is om een specifieke crimineel te ontmoedigen om in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen, bijvoorbeeld door behandeling of langdurige detentie. |
| Criminaliteitscurve | Een grafische weergave die de relatie tussen leeftijd en de kans op het plegen van criminaliteit laat zien, met een piek vaak rond de leeftijd van 18-25 jaar. |
| Ancien regime | De politieke en sociale structuur van vóór de Franse Revolutie, waarin de vorst de wetten bepaalde en openbare straffen werden gebruikt als afschrikmiddel. |
| Classicisme | Een stroming binnen de criminologie die de focus legt op de rationele mens en een kosten-batenanalyse van straffen, waarbij de straf in verhouding staat tot de daad. |
| Positivisme | Een stroming binnen de criminologie die de nadruk legt op de dader en de sociale, biologische en psychologische factoren die criminaliteit veroorzaken, met de intentie om de dader te helpen. |
| Lombroso | Een invloedrijke figuur binnen het positivisme, bekend om zijn onderzoek naar de fysieke en mentale kenmerken van criminelen en de theorie dat criminaliteit deels erfelijk bepaald is. |
| Enge definitie van criminaliteit | Een definitie van criminaliteit die zich uitsluitend richt op gedrag dat expliciet verboden is in het strafrecht, zoals diefstal, inbraak en drugsbezit. |
| Brede sociale definitie van criminaliteit | Een definitie van criminaliteit die het beschouwt als een sociaal construct, gevormd door cultuurgebonden en sociale interacties, en niet beperkt tot wat in de wet staat. |
| Normatieve definitie van criminaliteit | Criminaliteit gedefinieerd als gedrag dat botst met geldende normen, waaronder strafrechtsnormen, morele normen en sociale normen binnen een bepaalde samenleving of cultuur. |
| Reactieve definitie van criminaliteit | Criminaliteit gedefinieerd als de sociale reactie op bepaald gedrag, waarbij de maatschappij beslist wat als crimineel wordt bestempeld en hoe hierop wordt gereageerd. |
| Lombrosiaans project | Een onderzoeksprogramma dat de focus legt op het bestuderen van de karakteristieken van individuen die criminaliteit plegen, om zo de etiologie van crimineel gedrag te achterhalen. |
| Overheidsproject | Een onderzoeksbenadering binnen de criminologie die empirisch onderzoek doet naar de werking van politie, gevangenissen en criminaliteitsmeting, ter ondersteuning van overheidsbeleid. |
| Dark number | Het aantal criminele feiten dat wel plaatsvindt, maar niet wordt geregistreerd of ontdekt door de autoriteiten, waardoor het werkelijke aantal criminaliteit hoger ligt dan de statistieken aangeven. |
| Zelfgeraporteerd feit | Een crimineel gedrag dat door de dader zelf wordt gemeld, vaak in het kader van wetenschappelijk onderzoek, wat kan helpen om het "dark number" te verminderen. |
| Stigmatiserend taalgebruik | Het gebruik van denigrerende of veroordelende termen om specifieke groepen mensen of gedragingen te beschrijven, wat kan leiden tot uitsluiting en versterking van vooroordelen. |
| Criminologie als wetenschap | De vraag of criminologie voldoet aan de criteria van een wetenschap, gebaseerd op haar kennisobject, theorievorming en methodologie, wat discussie oproept over haar status als autonome discipline. |
| Criminaliseren | Het proces waarbij bepaald gedrag door de wet strafbaar wordt gesteld, waardoor het illegaal en strafbaar wordt. |
| Decriminaliseren | Het proces waarbij bepaald gedrag dat voorheen strafbaar was, niet langer als strafbaar wordt beschouwd, hoewel het mogelijk nog wel gereguleerd kan worden. |
| Legaliseren | Het proces waarbij bepaald gedrag of een product dat voorheen illegaal was, legaal wordt gemaakt en vaak onderworpen wordt aan regulering. |