Cover
立即免费开始 BLS met hulpmiddelen deel 1
Summary
# Basale reanimatieprincipes en hulpdiensten
Dit topic behandelt de kernprincipes van basale levensondersteuning (BLS) en de essentiële stappen voor het effectief alarmeren van hulpdiensten bij een hartstilstand, met de nadruk op de richtlijnen van de European Resuscitation Council (ERC).
### 1.1 Terminologie en afkortingen
Een goed begrip van de volgende termen en afkortingen is essentieel voor het correct toepassen van BLS-principes:
* **ERC:** European Resuscitation Council
* **ILCOR:** International Liaison Committee on Resuscitation
* **CA:** Cardiac Arrest (hartstilstand)
* **OHCA:** Out-of-Hospital Cardiac Arrest (hartstilstand buiten het ziekenhuis)
* **IHCA:** In-Hospital Cardiac Arrest (hartstilstand binnen het ziekenhuis)
* **BLS:** Basic Life Support (basale levensondersteuning)
* **AED:** Automated External Defibrillator (automatische externe defibrillator)
* **BVM:** Bag-Valve-Mask (beademingsballon)
* **SO:** Slachtoffer
* **HV:** Hulpverlener
* **PT:** Patiënt
### 1.2 Herkennen van een hartstilstand
Een hartstilstand dient te worden vermoed bij elk onresponsief persoon dat niet normaal ademt.
* **Agonale ademhaling:** Dit is een abnormaal ademhalingspatroon dat bij ongeveer 50% van de slachtoffers van een hartstilstand voorkomt. Het wordt vaak verkeerd geïnterpreteerd als een teken van leven en kan zich uiten als happen, nauwelijks of af en toe ademen, kreunen, zuchten, gorgelen, luidruchtig, stikken, snuiven, zwaar of moeizaam ademen. Beschouw agonale ademhaling als een teken van hartstilstand.
* **Aanval-achtige bewegingen:** Korte, aanval-achtige bewegingen aan het begin van een hartstilstand kunnen optreden en de herkenning bemoeilijken. Beoordeel de persoon na de aanval; indien onresponsief en met afwezige of abnormale ademhaling, start BLS.
### 1.3 Alarmeren van de hulpdiensten
Bij het herkennen van een hartstilstand is het direct alarmeren van de medische hulpdiensten cruciaal.
* **Lone bystander (alleenstaande omstander):**
* Bel onmiddellijk het noodnummer.
* Gebruik de speakerfunctie van de mobiele telefoon, zodat de handen vrij blijven voor BLS.
* Start BLS direct, eventueel geassisteerd door de meldkamercentralist.
* **Lone rescuer (enige hulpverlener):**
* Alarmeer eerst de hulpdiensten.
* Start vervolgens met BLS.
### 1.4 Basale levensondersteuning (BLS) - Borstcompressies
Hoogwaardige borstcompressies vormen de kern van BLS.
* **Start:** Begin zo snel mogelijk met borstcompressies.
* **Locatie:** Plaats de handen op het onderste deel van het borstbeen (in het midden van de borstkas).
* **Diepte:** Forceer de borstkas minimaal 5 cm, maar niet meer dan 6 cm.
* **Frequentie:** Hanteer een frequentie van 100 tot 120 compressies per minuut.
* **Onderbrekingen:** Minimaliseer onderbrekingen van de compressies.
* **Recoil:** Laat de borstkas na elke compressie volledig terugveren; leun niet op de borstkas.
* **Ondergrond:** Voer borstcompressies bij voorkeur uit op een harde ondergrond.
### 1.5 De Automatische Externe Defibrillator (AED)
De AED is een essentieel hulpmiddel bij het behandelen van een hartstilstand.
* **Soorten AED's:**
* **Volautomatische AED:** De AED analyseert het hartritme en geeft automatisch een schok af indien nodig.
* **Semi-automatische AED:** De AED analyseert het hartritme en adviseert de gebruiker om de schokknop in te drukken.
* **Gebruik van de AED:**
* Schakel de AED in zodra deze beschikbaar is.
* Plak de elektrodepads op de blote borstkas van het slachtoffer volgens de instructies op de AED of de pads.
* Indien er meerdere hulpverleners zijn, ga door met borstcompressies terwijl de pads worden aangebracht.
* Volg de gesproken en/of visuele instructies van de AED.
* Zorg ervoor dat niemand het slachtoffer aanraakt tijdens de hartritmeanalyse.
* **Bij een aangegeven schok:** Zorg ervoor dat niemand het slachtoffer aanraakt en druk op de schokknop (indien van toepassing).
* **Na een schok of indien geen schok is aangegeven:** Herstart onmiddellijk met borstcompressies (30 compressies).
* Ga door met BLS zoals aangegeven door de AED. De AED zal na een periode van compressies (vaak 2 minuten) opnieuw het hartritme analyseren.
* **Veiligheid:** Hoewel de kans op letsel voor de hulpverlener door een schok extreem klein is, is het cruciaal om geen borstcompressies uit te voeren tijdens de schokafgifte.
### 1.6 Basale luchtwegtechnieken
Het vrijmaken en openhouden van de luchtweg is essentieel voor ademhaling en ventilatie.
* **Hoofdkanteling en kinlift:**
* Open de luchtweg door het voorhoofd van het slachtoffer naar achteren te kantelen en de kin met twee vingers omhoog te liften. Dit trekt de tong naar voren, weg van de achterwand van de keel.
* **Kaakdruk (jaw thrust):**
* Deze techniek wordt gebruikt bij vermoeden van een nekletsel. Plaats de vingers achter de kaakhoeken en lift de onderkaak omhoog en naar voren, zonder het hoofd te bewegen.
* **Hulpmiddelen voor luchtwegmanagement:**
* **Orofaryngeale luchtweg:** Een kunststof buisje dat in de mondholte wordt ingebracht om de tong weg te houden van de achterwand van de keel. De juiste maat wordt bepaald door de afstand van de snijtanden tot de kaakhoek. Wees voorzichtig met inbrengen om braken of laryngospasme te voorkomen.
* **Nasofaryngeale luchtweg:** Een flexibele buis die via de neus wordt ingebracht en tot in de farynx reikt. Wordt soms beter verdragen bij patiënten die niet diep bewusteloos zijn. Niet gebruiken bij een schedelbasisfractuur vanwege het risico op neusbloedingen. Gebruik bij volwassenen meestal maten van 6-7 mm.
### 1.7 Beademing met hulpmiddelen
De beademingsballon (Bag-Valve-Mask, BVM) is een veelgebruikt hulpmiddel voor beademing.
* **Onderdelen:** Een BVM bestaat uit een masker, een zelfopblazende ballon en een ventielmechanisme.
* **Gebruik:**
* De BVM kan worden aangesloten op een gezichtsmasker of een endotracheale tube.
* Door in de ballon te knijpen, wordt lucht toegediend aan de patiënt.
* De ballon vult zich automatisch weer na loslaten.
* Voor optimale zuurstofconcentratie kan de BVM worden aangesloten op een zuurstofbron (15 liter per minuut).
* **Twee-persoonstechniek:** De twee-persoonstechniek voor beademing met een BVM wordt aanbevolen voor een effectievere toepassing.
### 1.8 Vergiftiging (Choking)
Bij een obstructie van de luchtweg door een vreemd voorwerp.
* **Herkenning:** Plotseling onvermogen om te spreken of te praten, vooral tijdens het eten.
* **Eerste stap:** Moedig het slachtoffer aan om te hoesten.
* **5 rugslagen:** Indien hoesten ineffectief is, geef tot 5 krachtige slagen tussen de schouderbladen met de hiel van een hand, terwijl het slachtoffer voorover gebogen is.
* **5 buikstoten (Heimlichgreep):** Indien rugslagen ineffectief zijn, geef tot 5 buikstoten. Ga achter het slachtoffer staan, plaats beide armen rond de bovenbuik. Knijp een vuist en plaats deze tussen de navel en de ribbenkast. Pak de vuist met de andere hand en trek scherp naar binnen en omhoog.
* **Afwisselen:** Blijf afwisselen tussen 5 rugslagen en 5 buikstoten totdat de obstructie is opgeheven of het slachtoffer bewusteloos raakt.
* **Bewusteloosheid:** Indien het slachtoffer bewusteloos raakt, start onmiddellijk met borstcompressies (BLS).
### 1.9 Belangrijke overwegingen bij BLS en AED-gebruik
* **Zuurstofgebruik:** Verwijder zuurstofmaskers of -brillen en plaats deze op minimaal 1 meter afstand van de borstkas van de patiënt tijdens defibrillatie.
* **Defibrillatiepads:** Druk de defibrillatiepads stevig aan bij het aanbrengen om vonken te voorkomen.
* **Twee hulpverleners:** Benader noodsituaties, zowel in als buiten het ziekenhuis, bij voorkeur met minimaal twee personen.
* **AED niet direct beschikbaar:** Indien de AED niet onmiddellijk beschikbaar is, ga door met BLS totdat de AED gereed is voor gebruik. Stel defibrillatie niet uit om extra BLS te geven zodra de defibrillator klaar is.
* **Effect van vertraging:** Elk minuut vertraging in defibrillatie vermindert de kans op succesvolle reanimatie met ongeveer 3% tot 5%.
> **Tip:** De European Resuscitation Council (ERC) publiceert regelmatig de meest recente richtlijnen voor reanimatie. Het is essentieel om op de hoogte te blijven van deze updates.
> **Tip:** Oefenen van de vaardigheden, zoals borstcompressies, luchtwegmanagement en het gebruik van de AED, is cruciaal voor een effectieve toepassing in noodsituaties. Het volgen van praktijkgerichte scenario's kan hierbij helpen.
---
# Gebruik van de automatische externe defibrillator (AED)
Dit gedeelte behandelt de werking, het correcte gebruik en de veiligheid van de automatische externe defibrillator (AED) bij volwassenen met een hartstilstand buiten het ziekenhuis.
### 2.1 Introductie tot de AED
De automatische externe defibrillator (AED), ook wel bekend als een automatische externe defibrillator, is een draagbaar, batterij-gevoed apparaat met kleefpads die op de borst van een patiënt worden bevestigd om het hartritme te detecteren na een vermoedelijke hartstilstand. Het gebruik van AED's is cruciaal voor het verhogen van de overlevingskansen na een buitenhospitaal hartstilstand (OHCA).
### 2.2 Herkennen van een hartstilstand en de rol van de AED
Een hartstilstand wordt herkend bij een persoon die niet reageert en geen of abnormale ademhaling heeft. Langzame, moeizame ademhaling, ook wel agonaal ademen genoemd, wordt beschouwd als een teken van een hartstilstand. Deze ademhalingsvorm kan bij ongeveer 50% van de slachtoffers voorkomen en wordt vaak verward met tekenen van leven. Andere symptomen kunnen zijn: gaspen, nauwelijks of incidenteel ademen, kreunen, rochelen, snuiven, zwaar of moeizaam ademen. Daarnaast kunnen kortdurende, aanval-achtige bewegingen optreden, die eveneens de herkenning van een hartstilstand kunnen bemoeilijken. De AED maakt het mogelijk voor omstanders om defibrillatie te proberen voordat professionele hulp arriveert. Elke minuut vertraging in defibrillatie vermindert de kans op succesvolle reanimatie met ongeveer 3 tot 5 procent.
> **Tip:** Agonaal ademen en aanval-achtige bewegingen kunnen de herkenning van een hartstilstand bemoeilijken. Houd bij de beoordeling van de ademhaling rekening met deze verschijnselen.
### 2.3 Het alarmeren van de hulpdiensten en starten van reanimatie
Bij een bewusteloos persoon met afwezige of abnormale ademhaling dient onmiddellijk de medische noodhulp (EMS) gealarmeerd te worden. Een alleenstaande omstander met een mobiele telefoon moet het EMS-nummer bellen, de speakerfunctie activeren en direct starten met reanimatie, begeleid door de centralist. Indien de hulpverlener alleen is en de plaats van het slachtoffer moet verlaten om de hulpdiensten te alarmeren, dient eerst het EMS geactiveerd te worden alvorens met reanimatie te beginnen.
### 2.4 De AED in de praktijk: Aanzetten en gebruik
Zodra de AED arriveert, of indien deze reeds ter plaatse is, dient deze ingeschakeld te worden. De elektrodepads worden op de ontblote borst van het slachtoffer bevestigd, volgens de instructies op de AED of de pads zelf. Indien er meerdere hulpverleners aanwezig zijn, wordt de borstcompressie voortgezet terwijl de pads worden aangebracht. Vervolgens wordt de gesproken en/of visuele instructies van de AED gevolgd.
Het is essentieel dat niemand het slachtoffer aanraakt tijdens het analyseren van het hartritme door de AED.
#### 2.4.1 Schokindicatie en doorgaan met reanimatie
Als een schok wordt geïndiceerd, moet ervoor gezorgd worden dat niemand het slachtoffer aanraakt. De schokknop wordt vervolgens ingedrukt zoals aangegeven. Direct daarna wordt gestart met reanimatie (30 borstcompressies). Indien er geen schok wordt geïndiceerd, wordt eveneens direct gestart met reanimatie (30 borstcompressies). In beide gevallen wordt de reanimatie voortgezet volgens de instructies van de AED. Na een periode van reanimatie (meestal 2 minuten) zal de AED opnieuw een pauze vragen voor ritmeanalyse.
> **Tip:** Zorg dat de borst van het slachtoffer volledig droog is voordat de pads worden aangebracht voor een optimale geleiding. Indien het slachtoffer een behaarde borstkas heeft, kan het nodig zijn deze te scheren.
#### 2.4.2 Soorten AED's
* **Volledig automatische AED:** Deze AED's leveren automatisch een schok indien nodig, zonder verdere actie van de hulpverlener.
* **Semi-automatische AED:** Bij dit type AED moet de hulpverlener de schokknop indrukken wanneer dit wordt aangegeven.
#### 2.4.3 Veiligheid bij het gebruik van de AED
Onderzoeken naar publieke toegankelijke defibrillatie tonen aan dat AED's veilig gebruikt kunnen worden door omstanders en eerste hulpverleners. Hoewel letsel bij de hulpverlener door de schok van een defibrillator uiterst zeldzaam is, dient men geen borstcompressies uit te voeren tijdens het toedienen van de schok. Zuurstofapparatuur zoals een masker en/of neusbril moet minimaal 1 meter afstand van de patiënt worden geplaatst tijdens defibrillatie. De defipads moeten stevig worden aangedrukt om vonken te voorkomen.
> **Voorbeeld:** Wanneer de AED aangeeft dat een schok geïndiceerd is, roep dan duidelijk "Niemand aanraken!" voordat u op de schokknop drukt.
### 2.5 Verwijderen van belemmeringen in de luchtwegen
Bij vermoeden van verstikking, bijvoorbeeld wanneer iemand plotseling niet meer kan spreken of eten, is het belangrijk om de luchtwegen vrij te maken.
* **Hoesten aanmoedigen:** Indien de hoest van het slachtoffer ineffectief wordt, worden maximaal 5 rugslagen gegeven. Het slachtoffer wordt voorovergebogen en er worden slagen tussen de schouderbladen gegeven met de hiel van de hand.
* **Abdominale stoten:** Als rugslagen niet effectief zijn, worden maximaal 5 abdominale stoten gegeven. De hulpverlener staat achter het slachtoffer, plaatst de gebalde vuist tussen de navel en de ribbenboog, grijpt de vuist met de andere hand en trekt scherp naar binnen en omhoog.
* **Afwisseling:** Indien de verstikking na 5 abdominale stoten niet is opgeheven, wordt afgewisseld tussen 5 rugslagen en 5 abdominale stoten tot verlichting optreedt of het slachtoffer bewusteloos raakt. Bij bewusteloosheid wordt gestart met reanimatie.
> **Tip:** De combinatie van 5 rugslagen en 5 abdominale stoten is de aanbevolen methode bij een belemmerde luchtweg door een vreemd voorwerp.
### 2.6 Hulpmiddelen voor luchtwegmanagement
Naast basale technieken voor het vrijmaken van de luchtwegen, zoals de hoofd kantelen/kinlift en jaw trust, kunnen hulpmiddelen worden ingezet:
* **Orofaryngeale luchtweg (Oropharyngeal airway):** De juiste maat wordt bepaald door de afstand van de snijtanden tot de kaakhoek te meten. Dit hulpmiddel kan de tong naar achteren duwen en braken of laryngospasme veroorzaken.
* **Nasofaryngeale luchtweg (Nasopharyngeal airway):** Deze wordt beter verdragen dan een orofaryngeale luchtweg bij patiënten die niet diep bewusteloos zijn, maar mag niet worden gebruikt bij schedelbasisfracturen en kan neusbloedingen veroorzaken. Maten van 6-7 mm zijn geschikt voor volwassenen.
### 2.7 Beademing met een beademingsballon (Bag-Valve-Mask)
De Bag-Valve-Mask (BVM), ook wel beademingsballon genoemd, is een zelfopblazende ballon die kan worden aangesloten op een gezichtsmasker of endotracheale tube. De ballon wordt ingeknepen voor beademing. De ballon vult zich automatisch bij. Door aansluiting op zuurstof (10-15 liter per minuut) kan tot 100% zuurstof worden toegediend. De 2-persoonstechniek wordt aanbevolen voor het gebruik van de beademingsballon.
### 2.8 Benadering van een noodsituatie met een AED
De benadering van een noodsituatie, zowel buiten (OHCA) als binnen het ziekenhuis (IHCA), dient bij voorkeur met twee personen te gebeuren. Indien de AED niet onmiddellijk beschikbaar is, wordt eerst gestart met reanimatie.
> **Voorbeeld:** Bij het gebruik van een AED in een noodsituatie, zorg ervoor dat de omgeving veilig is voordat u de patiënt benadert.
---
# Technieken voor het vrijmaken van de luchtwegen
Dit onderdeel behandelt de basale technieken die gebruikt worden om de luchtwegen vrij te maken en te houden bij een patiënt die ademhalingsproblemen ondervindt, inclusief het gebruik van hulpmiddelen.
### 3.1 Basale technieken voor het vrijmaken van de luchtweg
Het vrijmaken van de luchtwegen is essentieel bij het verlenen van basis levensondersteuning (BLS). Bij een patiënt die niet reageert en afwijkend of afwezige ademhaling vertoont, moet gestart worden met BLS. Afwijkende ademhaling, ook wel agonaal ademen genoemd, kan verkeerd geïnterpreteerd worden als een teken van leven. Dit kan zich uiten als happen naar adem, zuchten, kreunen of zwaar ademen. Ook kan een patiënt die een hartstilstand doormaakt, kortdurende schijnbewegingen vertonen die lijken op een epileptische aanval. Na deze bewegingen moet de ademhaling opnieuw beoordeeld worden.
Er zijn twee hoofdtechnieken om de luchtweg van een bewusteloze patiënt open te houden:
* **Hoofdkanteling en kinlift:** Deze techniek wordt toegepast om de tong weg te trekken van de achterwand van de keel, wat vaak de oorzaak is van luchtwegobstructie bij bewusteloze personen.
* Plaats één hand op het voorhoofd van de patiënt en duw zachtjes naar achteren.
* Plaats tegelijkertijd de vingertoppen van de andere hand onder de punt van de kin en til de kin voorzichtig omhoog.
* Dit zorgt ervoor dat de tong niet de luchtweg blokkeert.
* **Kaakdruk (jaw trust):** Deze techniek is de voorkeursmethode bij vermoeden van een nekletsel, aangezien deze minder beweging van de cervicale wervelkolom veroorzaakt dan de hoofdkanteling en kinlift.
* Plaats de vingers van beide handen achter de hoek van de kaak van de patiënt.
* Duw de kaak naar voren en omhoog, waarbij de onderkaak wordt opgetild.
* Deze manoeuvre verplaatst de tong naar voren, waardoor de luchtweg wordt geopend.
> **Tip:** Bij twijfel over een mogelijk nekletsel, heeft de kaakdruk (jaw trust) de voorkeur boven de hoofdkanteling en kinlift.
### 3.2 Hulpmiddelen bij basale luchtwegtechnieken
Wanneer basale handgrepen onvoldoende zijn om de luchtwegen open te houden, of om de effectiviteit van beademing te verbeteren, kunnen hulpmiddelen worden ingezet.
#### 3.2.1 Orofaryngeale luchtweg (Oropharyngeal airway)
Een orofaryngeale luchtweg, ook wel een Guedel-buis genoemd, is een plastic of rubberen apparaat dat in de mondholte wordt ingebracht om de tong van de achterwand van de keel weg te houden.
* **Indicaties:** Gebruikt bij patiënten die niet diep bewusteloos zijn en waarbij de tong de luchtweg blokkeert.
* **Maatbepaling:** De juiste maat wordt bepaald door de lengte van de luchtweg te vergelijken met de afstand tussen de snijtanden van de patiënt en de hoek van de kaak.
* **Inbrengen:** De luchtweg wordt voorzichtig in de mond ingebracht en vervolgens 180 graden gedraaid terwijl deze dieper wordt geschoven, om het risico op het naar achteren duwen van de tong te minimaliseren.
* **Risico's:** Kan braken of een laryngospasme uitlokken, vooral bij patiënten die niet volledig bewusteloos zijn.
#### 3.2.2 Nasofaryngeale luchtweg (Nasopharyngeal airway)
Een nasofaryngeale luchtweg, ook wel een neussonde genoemd, is een flexibele buis die via de neus wordt ingebracht tot in de farynx.
* **Indicaties:** Gebruikt bij patiënten die niet diep bewusteloos zijn en waarbij een orofaryngeale luchtweg niet getolereerd wordt of contra-geïndiceerd is.
* **Voordelen:** Wordt over het algemeen beter verdragen dan een orofaryngeale luchtweg bij niet diep bewusteloze patiënten.
* **Maat:** Tubes met een diameter van 6-7 mm zijn doorgaans geschikt voor volwassenen.
* **Contra-indicaties:** Niet gebruiken bij vermoeden van een schedelbasisfractuur.
* **Risico's:** Kan neusbloedingen veroorzaken.
* **Inbrengen:** De luchtweg wordt, eventueel met glijmiddel, voorzichtig via een neusgat ingebracht en zo ver geschoven tot de opening aan de neusvleugel op één lijn ligt met de neusgaten.
#### 3.2.3 Bag-Valve-Mask (BVM)
Een Bag-Valve-Mask (BVM), ook bekend als een beademingsballon, is een handbediend apparaat dat wordt gebruikt om kunstmatige beademing toe te dienen.
* **Onderdelen:** Bestaat uit een ballon, een ventielmechanisme en een masker dat op het gezicht van de patiënt wordt geplaatst.
* **Werking:** Door in de ballon te knijpen, wordt lucht (of een zuurstof-luchtmengsel) door het ventiel naar de patiënt geblazen. De ballon vult zichzelf vervolgens weer bij.
* **Aansluiting op zuurstof:** Kan worden aangesloten op een zuurstoftank met een debiet van 10-15 liter per minuut om een hogere fractie ingeademde zuurstof toe te dienen, potentieel tot 100% zuurstof.
* **Gebruik:** De 2-persoonstechniek wordt aanbevolen voor het effectief aanbrengen van het masker en het toedienen van beademingen.
> **Tip:** Zorg ervoor dat het masker van de BVM goed aansluit op het gezicht van de patiënt om luchtlekkage te voorkomen.
### 3.3 Zuurstofgebruik bij beademing
Bij het gebruik van een BVM met zuurstof is het belangrijk om de zuurstofbron correct te hanteren. Het zuurstofmasker, neusbril of neuscanule dient op minstens 1 meter afstand van de borstkas van de patiënt geplaatst te worden wanneer deze niet in gebruik is, met name tijdens defibrillatie. Dit om het risico op brand of explosie te minimaliseren, aangezien zuurstof brand bevordert.
---
# Behandeling van verstikking en luchtwegobstructie
Dit topic behandelt de richtlijnen voor het herkennen en behandelen van verstikking bij volwassenen, inclusief de toepassing van rugslagen en buikmanoeuvres.
### 4.1 Herkennen van verstikking
Verstikking moet worden vermoed wanneer iemand plotseling niet meer kan spreken of praten, vooral tijdens het eten.
### 4.2 Initiële stappen bij vermoeden van verstikking
* **Stimuleer hoesten:** Moedig het slachtoffer aan om te hoesten.
* **Effectieve hoest:** Als de hoest effectief blijft, is verdere interventie meestal niet nodig.
* **Ineffectieve hoest:** Als de hoest ineffectief wordt, ga dan over tot specifieke interventies.
### 4.3 Behandeling van een volwassen verstikt slachtoffer
Bij een ineffectieve hoest bij een volwassene worden maximaal vijf rugslagen en maximaal vijf buikmanoeuvres toegepast, afwisselend totdat de obstructie is verholpen of het slachtoffer bewusteloos raakt.
#### 4.3.1 Rugslagen
* **Procedure:**
1. Leun het slachtoffer naar voren.
2. Geef krachtige slagen tussen de schouderbladen met de hiel van één hand.
* **Aantal:** Maximaal vijf keer.
#### 4.3.2 Buikmanoeuvres (Heimlich-greep)
* **Procedure:**
1. Ga achter het slachtoffer staan en sla beide armen om de bovenbuik van het slachtoffer.
2. Leun het slachtoffer naar voren.
3. Sluit één vuist en plaats deze tussen de navel en het borstbeen.
4. Grijp de vuist met de andere hand en trek deze scherp naar binnen en omhoog.
* **Aantal:** Maximaal vijf keer.
#### 4.3.3 Afwisseling van slagen en manoeuvres
Als de verstikking na vijf buikmanoeuvres nog niet is verholpen, ga dan door met het afwisselen van vijf rugslagen en vijf buikmanoeuvres totdat de obstructie is opgeheven.
### 4.4 Overgang naar reanimatie bij bewusteloosheid
Indien het slachtoffer tijdens de behandeling van verstikking bewusteloos raakt, moet onmiddellijk worden begonnen met reanimatie (cardiopulmonale resuscitatie - CPR).
#### 4.4.1 Starten van CPR bij bewusteloosheid
* **Alert de hulpdiensten:** Bel direct de spoedeisende medische diensten (EMS).
* **Borstcompressies:** Start met borstcompressies volgens de richtlijnen voor hoge kwaliteit CPR.
* **Controleer op luchtweg:** Indien mogelijk, controleer de mondholte op zichtbare obstructie voordat beademingen worden gegeven.
### 4.5 Basale technieken voor het vrijmaken van de luchtweg
Naast de specifieke technieken voor verstikking, zijn er algemene basale technieken om de luchtweg vrij te maken, met name bij bewusteloosheid.
#### 4.5.1 Hoofdkanteling en kinlift
Deze techniek wordt gebruikt om de tong weg te trekken van de achterwand van de keel, waardoor de luchtweg wordt geopend.
* **Procedure:** Plaats één hand op het voorhoofd van het slachtoffer en kantel het hoofd voorzichtig naar achteren. Plaats de vingers van de andere hand onder de kin en til deze omhoog.
#### 4.5.2 Kaakdruk (jaw trust)
Deze techniek is nuttig als er een vermoeden is van een nek- of wervelkolomletsel en de hoofdkanteling/kinlift gecontra-indiceerd is.
* **Procedure:** Plaats de vingers achter de hoeken van de kaak en duw de kaak naar voren, waardoor de tong mee naar voren wordt getrokken.
### 4.6 Hulpmiddelen bij basale luchtwegtechnieken
Om de luchtweg open te houden, kunnen orofaryngeale en nasofaryngeale luchtwegen worden gebruikt.
#### 4.6.1 Orofaryngeale luchtweg (Oropharyngeal airway - OPA)
* **Gebruik:** Geschikt voor patiënten die niet diep bewusteloos zijn, om te voorkomen dat de tong de luchtweg blokkeert.
* **Maatbepaling:** De lengte van de luchtweg moet overeenkomen met de afstand tussen de snijtanden en de kaakhoek van de patiënt.
* **Risico's:** Kan braken of laryngospasme veroorzaken.
#### 4.6.2 Nasofaryngeale luchtweg (Nasopharyngeal airway - NPA)
* **Gebruik:** Wordt beter verdragen dan een orofaryngeale luchtweg bij niet diep bewusteloze patiënten.
* **Contra-indicaties:** Niet gebruiken bij vermoeden van schedelbasisfractuur.
* **Risico's:** Kan neusbloedingen veroorzaken.
* **Maat:** 6-7 mm is geschikt voor volwassenen.
> **Tip:** De keuze tussen een OPA en NPA hangt af van de alertheid van de patiënt en de mogelijke contra-indicaties.
### 4.7 Beademing met een beademingsballon (Bag-Valve-Mask - BVM)
De Bag-Valve-Mask (BVM), ook wel bekend als een beademingsballon, is een essentieel hulpmiddel voor beademing.
* **Onderdelen:** Bestaat uit een ballon die zichzelf vult, een ventielmechanisme en een masker.
* **Gebruik:** Kan worden aangesloten op een gezichtsmasker of een tracheale tube.
* **Werkingsprincipe:** De ballon wordt ingeknepen om lucht uit te blazen. De ballon vult zich automatisch na loslaten.
* **Zuurstof toediening:** Aansluiten op een zuurstoftoevoer van 10-15 liter per minuut kan de zuurstofconcentratie tot 100% verhogen.
* **Aanbevolen techniek:** De 2-persoonstechniek wordt aanbevolen voor optimale beademing met een BVM.
> **Tip:** Zorg voor een goede afdichting van het masker op het gezicht om luchtlekkage te voorkomen.
### 4.8 Algemene principes bij hulpverlening
* **Aantal hulpverleners:** Benader noodsituaties bij voorkeur met minimaal twee personen.
* **AED-gebruik:** Volg altijd de gesproken en/of visuele aanwijzingen van de AED. Zorg ervoor dat niemand het slachtoffer aanraakt tijdens de ritmeanalyse en de schokafgifte.
* **Zuurstof bij defibrillatie:** Verwijder zuurstofmaskers, neusbrillen of neuscanules minimaal 1 meter van de borst van de patiënt bij defibrillatie.
* **Defibrillatiepads:** Druk de defibrillatiepads stevig aan bij het aanbrengen om vonkvorming te voorkomen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Basale levensondersteuning (BLS) | BLS omvat de essentiële eerste hulpinterventies die worden toegepast bij een persoon met een hartstilstand, met als doel de bloedcirculatie en oxygenatie te behouden totdat geavanceerdere zorg beschikbaar is. Dit omvat borstcompressies en beademingen. |
| Automatische externe defibrillator (AED) | Een draagbaar, geautomatiseerd medisch apparaat dat bedoeld is om een hartritmeanalyse uit te voeren en, indien nodig, een elektrische schok toe te dienen om een chaotisch hartritme te corrigeren. Het is ontworpen voor gebruik door leken en getrainde hulpverleners. |
| Hartstilstand buiten het ziekenhuis (OHCA) | Een situatie waarbij de circulatie van bloed door het hart plotseling stopt, wat resulteert in het verlies van hartfunctie, ademhaling en bewustzijn, en plaatsvindt buiten een medische instelling zoals een ziekenhuis. |
| Hartstilstand binnen het ziekenhuis (IHCA) | Een medische noodsituatie waarbij de hartfunctie stopt, wat leidt tot een gebrek aan bloedcirculatie en ademhaling, en die optreedt binnen de grenzen van een ziekenhuisomgeving. |
| Borstcompressies | Ritmeische, neerwaartse druk op het borstbeen van het slachtoffer met als doel het bloed door het lichaam te laten circuleren wanneer het hart zelf niet effectief pompt. De diepte en frequentie zijn cruciaal voor effectiviteit. |
| Ademhaling | Het proces van het in- en uitademen van lucht, essentieel voor de zuurstofvoorziening van het lichaam. Bij een hartstilstand is de ademhaling vaak afwezig of abnormaal. |
| Agonale ademhaling | Een abnormaal, onregelmatig ademhalingspatroon dat kan voorkomen bij een persoon met een hartstilstand. Het wordt gekenmerkt door zuchten, hijgen of moeilijke ademhalingen en mag niet worden verward met effectieve ademhaling. |
| Hoofd kantelen/kinlift | Een basistechniek om de luchtwegen van een bewusteloos persoon vrij te maken door het hoofd naar achteren te kantelen en de kin omhoog te duwen, waardoor de tong van de achterwand van de keel wordt getild. |
| Kaakdruk/jaw trust | Een techniek om de luchtwegen vrij te maken door de onderkaak naar voren te duwen zonder beweging van de nek of het hoofd, wat vooral nuttig is bij vermoedelijk nekletsel. |
| Rugslagen | Slagen die met de handpalm tussen de schouderbladen van een slachtoffer worden toegediend om een obstructie in de luchtwegen te verhelpen die wordt veroorzaakt door een vreemd voorwerp. |
| Abdominale stoten | Buikmanoeuvres die worden uitgevoerd door een hulpverlener door achter het slachtoffer te gaan staan en scherpe, opwaartse drukken uit te oefenen op de bovenbuik om een luchtwegobstructie te verhelpen. |
| Beademingsballon (Bag-Valve-Mask, BVM) | Een handmatig bediend apparaat dat bestaat uit een ballon, een masker en een terugslagklep, gebruikt om beademingen toe te dienen aan een patiënt die niet zelfstandig ademt of onvoldoende ademt. |
| Nasofaryngeale luchtweg | Een zachte, flexibele buis die via de neus wordt ingebracht om de luchtwegen open te houden door te voorkomen dat de tong de achterkant van de keel blokkeert. Het is een hulpmiddel bij basale luchtwegtechnieken. |
| Orofaryngeale luchtweg | Een plastic of rubberen apparaat dat via de mond wordt ingebracht om de luchtwegen open te houden door te voorkomen dat de tong de achterkant van de keel blokkeert. De maatvoering is cruciaal. |