Cover
立即免费开始 Deel2_De_EU_als_een_autonome_rechtsorde_.pptx
Summary
# De EU als autonome rechtsorde
De Europese Unie wordt erkend als een unieke, autonome rechtsorde die losstaat van het traditionele volkenrecht, met significante implicaties voor de soevereiniteit van lidstaten en de rechten van hun onderdanen.
## 1. De EU als autonome rechtsorde
### 1.1 Ontstaan en concept
De erkenning van de Europese Unie (EU) als een autonome rechtsorde is een cruciaal concept dat de aard en de structuur van het Europese recht fundamenteel heeft gevormd. Deze rechtsorde onderscheidt zich van het traditionele volkenrecht doordat de lidstaten, op specifieke terreinen, hun soevereiniteit hebben begrensd. Deze begrenzing creëert een juridisch kader waarbinnen niet alleen de lidstaten, maar ook hun onderdanen, directe rechten en plichten kunnen ontlenen. Dit betekent dat het EU-recht een eigen dynamiek heeft en op een zelfstandige wijze wordt geïnterpreteerd en toegepast door de Europese instellingen, met name het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ).
### 1.2 Jurisprudentie die de autonomie bevestigt
#### 1.2.1 Zaak 26/62, Van Gend en Loos
Deze baanbrekende uitspraak van het HvJ markeerde de erkenning van de EU als een nieuwe rechtsorde.
* **Feiten:** Een Nederlandse transportfirma werd geconfronteerd met hogere importtarieven in Nederland dan toegestaan onder het EEG-Verdrag (nu EU-Verdrag). De firma betoogde dat dit in strijd was met artikel 12 van het EEG-Verdrag.
* **Rechtsvraag:** Kunnen particulieren rechtstreeks rechten ontlenen aan het EEG-Verdrag?
* **Analyse door het Hof:** Het Hof analyseerde de 'geest, inhoud en bewoordingen' van het Verdrag en oordeelde dat het EEG-Verdrag meer was dan een loutere overeenkomst die wederzijdse verplichtingen tussen lidstaten creëerde. De preambule van het verdrag, de institutionele structuur en de prejudiciële procedure die het Hof de bevoegdheid geeft om het recht te interpreteren en toe te passen, wezen op een nieuwe rechtsorde.
* **Uitspraak:** Het Hof stelde dat het EEG-recht een autonome rechtsorde vormt met de mogelijkheid tot directe werking van verdragsbepalingen, mits deze duidelijk en onvoorwaardelijk zijn.
#### 1.2.2 Zaak 6/64, Costa t. Enel
Deze zaak versterkte het principe van de autonomie van het EU-recht en introduceerde het concept van de voorrang van Europees recht.
* **Feiten:** Mr. Costa, een aandeelhouder van een privaat elektriciteitsbedrijf, weigerde zijn elektriciteitsrekening te betalen als protest tegen de nationalisering van de Italiaanse elektriciteitssector.
* **Rechtsvraag:** Wat is de verhouding tussen Italiaanse wetgeving en het Europees recht?
* **Uitspraak:** Het HvJ oordeelde dat het EEG-recht, eens in werking getreden, een integraal deel uitmaakt van de rechtsorde van elke lidstaat en door de nationale rechter moet worden toegepast. Het Europese recht heeft voorrang op strijdige nationale wetgeving, zelfs op latere nationale wetgeving. Dit impliceert dat nationale wetten die in strijd zijn met het EU-recht, buiten toepassing moeten worden gelaten.
#### 1.2.3 Zaak 10/70, Internationale Handelsgesellschaft
Deze uitspraak bevestigde de voorrang van het Europees recht, zelfs ten opzichte van nationaal grondwettelijk recht.
* **Uitspraak:** Het Hof stelde expliciet dat de geldigheid van handelingen van de EU-instellingen alleen mag worden getoetst aan het EU-recht zelf. Dit betekent dat nationaal grondwettelijk recht geen toetsingsmaatstaf kan vormen voor de geldigheid van EU-rechtshandelingen.
### 1.3 De verhouding tussen EU-recht en nationaal recht
De autonomie van de EU-rechtsorde heeft verreikende consequenties voor de verhouding tussen Europees recht en nationaal recht.
* **Voorrang van EU-recht:** Zoals uiteengezet in de jurisprudentie, heeft het EU-recht voorrang boven nationaal recht, inclusief nationaal grondwettelijk recht. Lidstaten kunnen niet afwijken van EU-verplichtingen op basis van hun eigen constitutionele bepalingen.
* **Directe werking:** Bepaalde bepalingen van het EU-recht kunnen rechtstreeks rechten en plichten creëren voor particulieren, die zij rechtstreeks kunnen inroepen bij nationale rechterlijke instanties. Dit geldt voor bepalingen die voldoende duidelijk en onvoorwaardelijk zijn.
> **Tip:** De principes van voorrang en directe werking zijn fundamenteel voor de effectiviteit van het EU-recht en de bescherming van de rechten van burgers binnen de interne markt.
#### 1.3.1 Grenzen aan de voorrang en de rol van nationale constitutionele waarden
Hoewel het principe van de voorrang van EU-recht sterk is, zijn er discussies en beperkingen, met name vanuit de nationale constitutionele hoven.
* **Duitse Grondwettelijk Hof en 'Solange'-uitspraken:** Het Duitse Grondwettelijk Hof heeft in zijn 'Solange'-uitspraken (o.a. Solange I en Solange II) gesteld dat de voorrang van het EU-recht relatief is en dat het Duitse constitutionele recht grenzen kan stellen, met name wanneer het gaat om de bescherming van fundamentele rechten die in de Duitse grondwet zijn verankerd en die niet voldoende gewaarborgd worden door het EU-recht.
* **Ultra vires controle:** Dit houdt in dat nationale rechterlijke instanties EU-maatregelen niet hoeven toe te passen als deze buiten de bevoegdheden (ultra vires) van de EU vallen.
* **'Constitutionele kernwaarden':** Lidstaten kunnen beroep doen op hun constitutionele kernwaarden die verband houden met essentiële staatsfuncties en de bescherming van de nationale identiteit. Dit is vastgelegd in artikel 4, lid 2 VEU.
* **Voorbeeld:** Bescherming van de officiële taal of de staatsvorm kan als een constitutioneel kernelement worden beschouwd. Deze uitzondering mag echter geen afbreuk doen aan de gemeenschappelijke Uniewaarden, zoals vastgelegd in artikel 2 VEU.
* **Evenredigheidstoets:** In het arrest Las (C-202/11) werd een evenredigheidstoets toegepast in het kader van de bescherming van nationale identiteit.
#### 1.3.2 Verhouding EU-recht – internationaal recht (Zaak C-402/05 P, Kadi en Al Barakaat)
Deze zaak onderzoekt de verhouding tussen EU-recht en internationale verplichtingen, met name die van de Verenigde Naties.
* **Feiten:** Het ging om de uitvoering van bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad binnen de EU.
* **Jurisprudentie:**
* Het Gerecht van Eerste Aanleg oordeelde aanvankelijk dat bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad ontsnappen aan rechterlijke controle van het Gerecht, met uitzondering van gevallen die strijdig zijn met jus cogens (dwingend volkenrecht).
* Het HvJ nuanceerde dit door te stellen dat internationale verplichtingen geen afbreuk mogen doen aan de constitutionele basisbeginselen van de EU-Verdragen. Dit omvat het beginsel dat alle EU-maatregelen de grondrechten moeten eerbiedigen. De wettigheid van dergelijke maatregelen, en dus de toetsing aan grondrechten, valt onder de controle van het HvJ.
### 1.4 Conclusies betreffende de autonomie van de EU-rechtsorde
De EU vormt een unieke rechtsgemeenschap met eigen regels en kenmerken, die zich duidelijk onderscheiden van het traditionele volkenrecht.
* **Eigen regelregels:** Kenmerkend zijn de principes van directe werking en voorrang van het EU-recht.
* **Interpretatie door het HvJ:** Het Hof van Justitie van de Europese Unie is de hoogste instantie bevoegd om de interpretatie en toepassing van het EU-recht te verzekeren. Dit is essentieel om de uniformiteit en consistentie van het Europese recht te waarborgen.
* **Advies 2/13 (toetreding tot EVRM):** Dit advies onderstreepte de autonomie van het EU-recht en de specifieke rol van het HvJ.
* **Zaak C-284/16, Achmea vs. Advies 1/17 (CETA):** Deze zaken belichten de verhouding tussen de autonomie van de EU-rechtsorde en de bevoegdheid van internationale arbitragepanels of nationale rechters.
> **Voorbeeld:** De mogelijkheid voor een individu om rechtstreeks een beroep te doen op het verbod op discriminatie op grond van nationaliteit in het EU-Verdrag bij een nationale rechter, illustreert zowel directe werking als de autonomie van de rechtsorde.
---
# Verhouding tussen EU-recht en nationaal recht
Dit onderwerp onderzoekt de hiërarchische relatie tussen het recht van de Europese Unie en de nationale wetgevingen van de lidstaten, inclusief de doctrines van voorrang en directe werking.
### 2.1 De EU als autonome rechtsorde
De Europese Unie wordt beschouwd als een autonome rechtsorde die losstaat van het traditionele volkenrecht. Dit betekent dat de lidstaten, op bepaalde gebieden, hun soevereiniteit hebben begrensd om een supranationale gemeenschap te creëren waarbinnen niet alleen staten, maar ook hun burgers rechten kunnen ontlenen.
#### 2.1.1 Zaak 26/62, Van Gend en Loos
* **Feiten:** Een Nederlandse transportfirma werd geconfronteerd met hogere importtarieven in Nederland, wat mogelijk in strijd was met artikel 12 van het EEG-Verdrag.
* **Rechtsvraag:** Kunnen particulieren rechtstreeks rechten ontlenen aan het EEG-Verdrag?
* **Analyse:** Het Hof van Justitie analyseerde de 'geest, inhoud en bewoordingen' van het Verdrag en concludeerde dat het meer was dan een overeenkomst die wederzijdse verplichtingen schept tussen lidstaten. De preambule van het verdrag, de institutionele structuur en de prejudiciële procedure, die de rol van het Hof van Justitie waarborgt voor de interpretatie en toepassing van het recht, wezen erop dat de EU een autonome rechtsorde is met de mogelijkheid tot directe werking van verdragsbepalingen.
* **Uitspraak:** Het Hof oordeelde dat bepalingen van het Verdrag directe werking kunnen hebben indien zij duidelijk en onvoorwaardelijk zijn.
> **Tip:** De doctrine van directe werking, zoals vastgesteld in Van Gend en Loos, stelt individuen in staat om zich rechtstreeks te beroepen op EU-recht voor nationale rechter.
#### 2.1.2 Zaak 6/64, Costa t. Enel
* **Feiten:** Mr. Costa, aandeelhouder van een privaat elektriciteitsbedrijf, weigerde zijn elektriciteitsrekening te betalen als protest tegen de nationalisering van de Italiaanse elektriciteitssector.
* **Rechtsvraag:** Wat is de verhouding tussen Italiaanse wetgeving en het Europees recht?
* **Analyse:** Het Hof van Justitie stelde dat, door de oprichting van de Gemeenschap met een eigen rechtsorde, de lidstaten hun soevereiniteit op bepaalde gebieden hebben beperkt. Dit leidt tot een juridische orde die bindend is voor zowel de lidstaten als hun burgers. De invoering van Gemeenschapsrecht op een bepaald gebied maakt dat nationaal recht op dat gebied moet wijken, ongeacht of het nationaal recht op een later tijdstip is aangenomen.
* **Uitspraak:** Het Hof introduceerde het beginsel van de voorrang van Europees recht boven nationaal recht.
> **Tip:** De doctrine van voorrang houdt in dat EU-recht prevaleert boven strijdig nationaal recht, ongeacht de datum van inwerkingtreding van het nationale recht.
#### 2.1.3 Zaak 10/70, Internationale Handelsgesellschaft
* **Uitspraak:** Het Hof van Justitie bevestigde dat de geldigheid van handelingen van de EU-instellingen alleen aan het Gemeenschapsrecht getoetst mag worden. De voorrang van Europees recht geldt ook ten opzichte van nationaal grondwettelijk recht.
#### 2.1.4 Verhouding EU-recht en nationaal grondwettelijk recht
Hoewel het Hof van Justitie de absolute voorrang van EU-recht boven nationaal recht handhaaft, is er discussie en soms spanning met nationale constitutionele hoven.
* **Duitse constitutionele hoven:** Deze hebben de voorrang van Europees recht als relatief beschouwd en eigen toetsingskaders ontwikkeld, zoals de 'Solange I en II'-arresten, de ultra vires-controle en de theorie van 'constitutionele kernwaarden'. Dit betekent dat nationaal recht, met name grondwettelijk recht dat fundamentele rechten en essentiële staatsfuncties beschermt, in bepaalde omstandigheden kan prevaleren als het EU-recht de grenzen van zijn bevoegdheden overschrijdt of deze kernwaarden aantast.
* **Zaak Weiss:** Een voorbeeld hiervan is de zaak Weiss met betrekking tot de bevoegdheden van de Europese Centrale Bank (ECB), waar het Duitse constitutionele hof zich uitsprak over de grenzen van de bevoegdheden van de ECB en de toetsing aan het Duitse grondwettelijke recht.
> **Tip:** Het is essentieel om het spanningsveld tussen de voorrang van EU-recht en de bescherming van nationale constitutionele identiteit te begrijpen, inclusief de rol van nationale constitutionele hoven.
### 2.2 Verhouding voorrang – directe werking
De doctrines van voorrang en directe werking zijn nauw met elkaar verbonden en versterken de autonome rechtsorde van de EU.
* **Directe werking:** Maakt het mogelijk dat individuen rechten ontlenen aan EU-recht bij nationale instanties.
* **Voorrang:** Zorgt ervoor dat nationaal recht dat in strijd is met EU-recht, geen toepassing vindt, waardoor de effectiviteit van de directe werking wordt gegarandeerd.
#### 2.2.1 Bescherming van nationale identiteit
Artikel 4, lid 2, VEU stelt dat de Unie de identiteit van de lidstaten, die haar wezenlijke staatsfuncties waarborgt, eerbiedigt. Dit kan betrekking hebben op constitutionele kernelementen, zoals de bescherming van de officiële taal of de staatsvorm.
* **Geen uitzondering op gemeenschappelijke Uniewaarden:** Deze bescherming vormt echter geen uitzondering op de gemeenschappelijke waarden van de Unie, zoals vastgelegd in artikel 2 VEU (bv. menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, rechtsstaat, mensenrechten).
* **Evenredigheidstoets:** Arresten zoals Las (zaak C-202/11) laten zien dat beperkingen op nationaal niveau die betrekking hebben op deze identiteit, moeten voldoen aan de evenredigheidstoets.
#### 2.2.2 Verhouding EU-recht – internationaal recht
De autonomie van de EU-rechtsorde beperkt zich niet tot de relatie met nationaal recht, maar strekt zich ook uit tot internationale verplichtingen.
* **Zaak Kadi en Al Barakaat (C-402/05 P):** Het Gerecht van Eerste Aanleg oordeelde dat bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad ontsnapten aan rechterlijke controle, met uitzondering van jus cogens.
* **Hof van Justitie:** Het Hof van Justitie nuanceerde dit door te stellen dat internationale verplichtingen geen afbreuk mogen doen aan de constitutionele basisbeginselen van de EU-Verdragen. Dit omvat het beginsel dat alle EU-maatregelen de grondrechten moeten eerbiedigen, wat een voorwaarde is voor hun wettigheid en controleerbaar is door het Hof.
> **Tip:** Zelfs internationale verplichtingen, zoals VN-resoluties, moeten in de EU worden uitgevoerd op een manier die verenigbaar is met de fundamentele rechtsbeginselen en grondrechten van de Unie.
### 2.3 Conclusies met betrekking tot de autonomie van de EU-rechtsorde
* De EU is een rechtsgemeenschap met eigen regels en kenmerken, zoals directe werking en voorrang.
* De interpretatie van het EU-recht geschiedt op basis van de EU-Verdragen.
* Het Hof van Justitie is als laatste instantie bevoegd om zich uit te spreken over de interpretatie en toepassing van het EU-recht. Dit is bevestigd in advies 2/13 (toetreding tot het EVRM) en zaak C-284/16, Achmea, evenals advies 1/17 (CETA).
> **Example:** Als een nationale wet in strijd is met een duidelijke en onvoorwaardelijke bepaling van een EU-verdrag, zal een nationale rechter deze wet niet toepassen vanwege de voorrang van EU-recht. Een individu kan zich dan direct beroepen op de bepaling van het EU-verdrag.
---
# EU-recht en internationaal recht
Dit onderwerp analyseert de complexe wisselwerking tussen het EU-recht en internationaal recht, met speciale aandacht voor de juridische toetsing van bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad binnen de EU-rechtsorde.
### 3.1 De EU als autonome rechtsorde
De Europese Unie (EU) wordt gekenmerkt als een autonome rechtsorde, wat betekent dat zij eigen regels en kenmerken heeft die losstaan van de nationale rechtsordes van de lidstaten. Dit principe werd al vroeg vastgelegd in de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ).
#### 3.1.1 Autonomie en directe werking
Het HvJ heeft in de zaak *Van Gend en Loos* geoordeeld dat de EU een nieuwe rechtsorde in het volkenrecht vormt, ten gunste waarvan lidstaten hun soevereiniteit hebben begrensd. Binnen deze rechtsorde kunnen niet alleen lidstaten, maar ook hun onderdanen, rechten ontlenen aan het EU-recht. Dit principe van **directe werking** houdt in dat bepaalde bepalingen uit het EU-recht rechtstreeks toepasbaar zijn in de nationale rechtsordes en particulieren rechten en plichten kunnen verlenen. Dit is met name het geval wanneer deze bepalingen duidelijk en onvoorwaardelijk zijn.
> **Tip:** Het concept van directe werking is cruciaal voor het begrip van de effectiviteit van EU-recht in de nationale rechtsordes. Particulieren kunnen zich rechtstreeks beroepen op deze bepalingen voor de nationale rechter.
#### 3.1.2 Voorrang van EU-recht
De autonome rechtsorde van de EU impliceert tevens het principe van **voorrang** van het EU-recht boven nationaal recht. Dit betekent dat indien er een conflict ontstaat tussen een bepaling van EU-recht en een bepaling van nationaal recht (inclusief nationaal grondwettelijk recht), het EU-recht voorrang heeft. Het HvJ heeft in de zaak *Internationale Handelsgesellschaft* bevestigd dat de geldigheid van handelingen van EU-instellingen alleen aan het EU-recht zelf mag worden getoetst.
> **Voorbeeld:** Een nationale wet die in strijd is met een bepaling uit een EU-verdrag of verordening, is nietig voor zover deze strijd bestaat.
#### 3.1.3 Relativiteit van de voorrang en constitutionele toetsing
Hoewel de voorrang van EU-recht sterk is, heeft de rechtspraak van nationale constitutionele hoven, zoals het Duitse Grondwettelijk Hof, aangetoond dat deze voorrang relatief kan zijn. Dit is onder meer zichtbaar in de jurisprudentie over de **ultra vires** controle en de theorie van **constitutionele kernwaarden**. Het Duitse Hof heeft bijvoorbeeld geoordeeld dat het EU-recht de constitutionele identiteit van de lidstaten, met name die welke verband houden met essentiële staatsfuncties, niet mag aantasten. Dit betekent dat er grenzen zijn aan de bevoegdheden van de EU, bepaald door de fundamentele structuur van de nationale constitutionele orde. Dit geldt echter niet als uitzondering op de gemeenschappelijke Uniewaarden, zoals vastgelegd in artikel 2 VEU.
> **Tip:** Het concept van "Solange" (zolang) jurisprudentie in Duitsland illustreert de spanning tussen de voorrang van EU-recht en de bescherming van nationale grondrechten en constitutionele structuren.
#### 3.1.4 Bescherming van nationale identiteit
Artikel 4, lid 2 VEU erkent expliciet het belang van de nationale identiteit van de lidstaten, die inherent is aan hun politieke en constitutionele grondslagen. Dit beschermt constitutionele kernelementen die verband houden met essentiële staatsfuncties, zoals de bescherming van de officiële taal of de staatsvorm. De evenredigheidstoets, toegepast door het HvJ (bijvoorbeeld in arrest *Las*), speelt een rol bij het bepalen of EU-maatregelen een disproportionele inbreuk maken op deze nationale identiteit.
### 3.2 Verhouding EU-recht en internationaal recht
De EU opereert binnen het internationale juridische kader en wordt geconfronteerd met de vraag hoe zij omgaat met internationale verplichtingen, met name bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad.
#### 3.2.1 Juridische toetsing van VN-Veiligheidsraadresoluties
In de zaak *Kadi en Al Barakaat* stond de vraag centraal of bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad, die economische sancties opleggen, konden worden getoetst aan de grondrechten van de EU. Het Gerecht van Eerste Aanleg oordeelde aanvankelijk dat dergelijke resoluties, tenzij ze in strijd zijn met *jus cogens* (dwingend internationaal recht), aan rechterlijke controle ontsnapten. Het HvJ ging hier echter niet volledig in mee.
Het HvJ bepaalde dat internationale verplichtingen geen afbreuk mogen doen aan de **constitutionele basisbeginselen van de EU-Verdragen**. Een van deze beginselen is dat alle EU-maatregelen de grondrechten moeten eerbiedigen. De toetsing aan grondrechten is een voorwaarde voor de wettigheid van EU-maatregelen en valt onder de controle van het HvJ. Dit impliceert dat EU-rechtelijke handelingen die de bindende resoluties van de VN-Veiligheidsraad uitvoeren, wel degelijk getoetst kunnen worden aan de grondrechten die binnen de EU gelden.
> **Tip:** Hoewel de EU internationale verplichtingen nakomt, kan zij niet toestaan dat deze verplichtingen leiden tot schendingen van de fundamentele grondbeginselen van haar eigen rechtsorde, waaronder de bescherming van grondrechten.
#### 3.2.2 Interpretatie en toepassing van EU-recht
Als autonome rechtsorde heeft de EU haar eigen instrumenten en procedures voor interpretatie en toepassing van haar recht. Het HvJ is de hoogste autoriteit voor de interpretatie van het EU-recht, zoals ook bevestigd in adviezen zoals *advies 2/13* (over toetreding tot het EVRM) en *advies 1/17* (over CETA). Het Hof zorgt voor de uniforme toepassing en interpretatie van het EU-recht in alle lidstaten.
> **Voorbeeld:** De prejudiciële procedure stelt nationale rechters in staat om het HvJ te raadplegen over de interpretatie of geldigheid van EU-recht, wat bijdraagt aan de eenvormige ontwikkeling van het EU-recht.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Autonome rechtsorde | Een juridisch systeem dat binnen een bepaalde gemeenschap zelfstandig regels schept, interpreteert en handhaaft, los van externe rechtsordes. De EU wordt als zodanig beschouwd, met eigen principes en een eigen gerechtelijke instantie. |
| Soevereiniteit | De hoogste en onafhankelijke macht binnen een staat. Lidstaten van de EU hebben hun soevereiniteit op specifieke gebieden beperkt ten gunste van de Unie. |
| Lidstaten | De landen die volwaardig lid zijn van de Europese Unie en zich hebben gecommitteerd aan de verdragen en wetgeving van de Unie. |
| Onderdanen | Natuurlijke personen die de nationaliteit van een lidstaat bezitten en daardoor bepaalde rechten en plichten hebben binnen de EU. |
| Directe werking | Het principe waarbij bepalingen van EU-recht rechtstreeks rechten en plichten creëren voor particulieren in de lidstaten, zonder dat nationale wetgeving nodig is voor de implementatie. |
| Prejudiciële procedure | Een procedure waarbij nationale rechterlijke instanties een prejudiciële vraag kunnen stellen aan het Hof van Justitie van de EU over de interpretatie of geldigheid van EU-recht. |
| Voorrang van EU-recht | Het beginsel dat EU-recht boven nationaal recht gaat in geval van conflict, waardoor nationaal recht dat hiermee in strijd is, buiten toepassing moet blijven. |
| Grondwettelijk recht | De fundamentele wetgeving van een staat die de organisatie van de overheid, de grondrechten van burgers en de beginselen van het staatsbestuur vastlegt. |
| Ultra vires controle | De controle die een nationale rechter uitoefent om te beoordelen of een handeling van een EU-instelling niet de bevoegdheden overschrijdt die aan de Unie zijn toegekend door de verdragen. |
| Constitutionele kernwaarden | Fundamentele beginselen en waarden die essentieel zijn voor de identiteit en structuur van een staat of de Europese Unie, zoals democratie, rechtsstaat en mensenrechten. |
| Gelijkheid van de lidstaten | Het principe dat alle lidstaten van de EU in principe gelijk worden behandeld en gelijke rechten en plichten hebben binnen de Unie. |
| Internationaal recht | Het geheel van regels en beginselen dat de betrekkingen regelt tussen staten en andere internationale subjecten. |
| Jus cogens | Dwingend internationaal recht dat niet kan worden afgeweken door verdragen en algemeen wordt erkend als fundamenteel. |
| Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ) | Het hoogste gerecht van de EU dat zorg draagt voor de uniforme interpretatie en toepassing van het EU-recht. |
| VN-Veiligheidsraad | Een van de zes hoofdorgaantjes van de Verenigde Naties, met de primaire verantwoordelijkheid voor de handhaving van internationale vrede en veiligheid. |