Cover
立即免费开始 H18- les 6 - 148-166
Summary
# Marktmacht en overheidsingrijpen
Dit onderwerp verkent het concept marktmacht, de gevolgen ervan voor welvaartsverlies en de rol van de overheid bij het handhaven van competitie.
## 1. Marktmacht en welvaartsverlies
### 1.1 Definitie en impact van marktmacht
Marktmacht is het vermogen van een bedrijf om de prijs van een goed of dienst te beïnvloeden. In een situatie van perfecte concurrentie is de prijs gelijk aan de marginale kost ($P = MK$) en wordt het totale welvaartsverlies geminimaliseerd, wat leidt tot allocatieve efficiëntie. Wanneer een bedrijf marktmacht bezit, kan het een prijs stellen die hoger is dan de marginale kost ($P > MK$). Dit resulteert in een welvaartsverlies voor de maatschappij. Het voordeel voor de producent is een stijging van het producentensurplus ($PS$), terwijl het nadeel voor de consument een daling van het consumentensurplus ($CS$) is [1](#page=1) [7](#page=7).
### 1.2 Monopolie en oligopolie
* **Monopolie:** Een marktvorm met slechts één bedrijf. Een monopolist maximiseert de winst waar de marginale opbrengst ($MO$) gelijk is aan de marginale kost ($MK$). De monopolist zal een hoeveelheid ($Q_{monopoli}$) aanbieden die lager is dan de hoeveelheid bij perfecte concurrentie ($Q_{ster}$), en de prijs zal hoger liggen dan de marginale kost. Dit verschil tussen prijs en marginale kost wordt de "markup" genoemd [2](#page=2).
* **Oligopolie:** Een marktvorm met een beperkt aantal bedrijven en dus beperkte concurrentie. De marktvormen tussen monopolie en perfecte concurrentie zijn variaties op dit thema, waarbij de hoeveelheid en prijs ergens tussen de monopolistische en perfect concurrerende uitkomsten liggen [2](#page=2) [3](#page=3).
### 1.3 Welvaartsverlies ten gevolge van marktmacht
Marktmacht leidt tot welvaartsverlies doordat de prijs stijgt, het consumentensurplus daalt en de totale welvaart krimpt, wat betekent dat de situatie niet langer Pareto-efficiënt is. Bedrijven met marktmacht kunnen economische winst realiseren bovenop de normale winst, door een prijs te hanteren die hoger is dan de marginale kost. Dit kan leiden tot een deel van het consumentensurplus dat wordt afgeroomd door de producent, wat een herverdelingseffect heeft, maar de totale welvaart vermindert [1](#page=1) [7](#page=7).
> **Tip:** Het verschil tussen de theoretische maximale hoeveelheid die verhandeld kan worden ($Q_{ster}$ bij het snijpunt van vraag en aanbod) en de werkelijke hoeveelheid die wordt verhandeld door een monopolist ($Q_{monopoli}$) is een indicatie van het gemiste welvaartspotentieel [3](#page=3).
### 1.4 Efficiëntieperspectief
Perfecte concurrentie wordt beschouwd als superieur ten opzichte van de meeste andere marktvormen vanwege allocatieve efficiëntie. Daarnaast produceren bedrijven in perfecte concurrentie tegen minimale gemiddelde kosten op lange termijn, wat leidt tot technische efficiëntie. Andere marktvormen, waar bedrijven typisch enige marktmacht hebben, leiden tot economische winsten door hogere prijzen dan marginale kosten [7](#page=7).
## 2. De overheid als bewaker van competitie
### 2.1 Rol van de overheid
De overheid speelt een cruciale rol als bewaker van competitie. Haar doel is het wegwerken van welvaartsverlies door concurrentie te stimuleren, competitie te vrijwaren en concurrentieverstorende praktijken tegen te gaan. Dit mededingingsbeleid is gericht op het bevorderen en vrijwaren van competitie en het bestrijden van misbruik van marktmacht, met als uiteindelijke doel het vergroten van efficiëntie en welvaart [1](#page=1) [4](#page=4) [6](#page=6).
### 2.2 Concurrentieverstorende praktijken
Er zijn verschillende strategieën en gedragspatronen van producenten die de concurrentie verstoren:
* **Misbruik van marktmacht:** Bedrijven met marktmacht maken hier mogelijk misbruik van [4](#page=4).
* **Prijsafspraken tussen bedrijven (kartels):** Bedrijven maken afspraken om zich als monopolist te gedragen, wat leidt tot hogere prijzen en lagere hoeveelheden. Dit is verboden [4](#page=4).
* **Marktsegmentatie:** Afspraken tussen bedrijven om niet in bepaalde markten toe te treden, vaak met een hogere prijs in markten met een steile vraagcurve (lage prijselasticiteit) en een lagere prijs in markten met een vlakkere vraagcurve (hoge prijselasticiteit) [4](#page=4).
> **Example:** Nintendo verdeelde de Europese markt in afzonderlijke landen en verhinderde dat goedkoop aangekochte games uit het VK naar Duitsland werden verscheept om prijsverschillen te vermijden en de economische winst te beschermen [4](#page=4).
* **Misbruik van dominante positie:** Grote technologiebedrijven zoals Microsoft en Google kunnen hun dominante positie misbruiken [4](#page=4).
> **Example:** De Europese Commissie legde Google een recordboete van 4,34 miljard euro op omdat het eiste dat fabrikanten van Android-smartphones de apps Google Search en Google Chrome vooraf installeerden op hun apparaten. Google betoogde dat Android juist voor meer keuze zorgde en innovatie bevorderde [6](#page=6) [7](#page=7).
* **Staatssteun:** Landen die voordelen geven aan specifieke bedrijven, wat de concurrentie verstoort [5](#page=5) [7](#page=7).
> **Example:** De Belgische bankensector heeft relatief weinig concurrentie, zelfs als Europese rentes stijgen, blijven de Belgische banken achter met renteverhogingen. Dit kan deels komen door de "getrouwheidspremie" op spaarboekjes, die spaargeld immobiel maakt en concurrentie tussen banken beperkt [7](#page=7).
### 2.3 Handhavingsinstanties
Verschillende instanties houden toezicht op mededinging en beschermen consumenten:
* **Europese Unie (EU):** Via de website ec.europa.eu/competition [5](#page=5).
* **Europees Mededingingsnetwerk (ECN):** [5](#page=5).
* **België:** De Belgische Mededingingsautoriteit (BMA) [5](#page=5).
* **Nederland:** De Autoriteit Consument en Markt (ACM) [5](#page=5).
> **Tip:** Om effectief te studeren, is het belangrijk om de kernconcepten van marktmacht, welvaartsverlies en de verschillende soorten concurrentieverstoring goed te begrijpen. De analyse van de impact van deze praktijken op zowel consumenten als de totale maatschappelijke welvaart is essentieel [14](#page=14).
### 2.4 Mededingingsbeleid en afwegingen
Mededingingsbeleid omvat overheidsingrijpen in de markt om competitie te bevorderen of te vrijwaren en misbruik van marktmacht tegen te gaan. De afwegingen voor mededingingsbeleid houden rekening met het welvaartsperspectief. Hoewel perfecte concurrentie het meest efficiënt is, moeten beleidsmakers de complexiteit van marktdynamiek en de praktische haalbaarheid van ingrijpen in overweging nemen. Soms kunnen fusies en overnames toegestaan worden onder specifieke voorwaarden, om te voorkomen dat er te veel macht bij één speler komt te liggen [14](#page=14) [5](#page=5) [6](#page=6) [7](#page=7).
### 2.5 Arbitrage
Arbitrage is het proces waarbij prijsverschillen tussen gescheiden markten worden uitgebuit door een goed tegen een lage prijs aan te kopen in de ene markt en tegen een hogere prijs te verkopen in een andere markt om winst te maken. De toename van de vraag op de goedkopere markt en het toegenomen aanbod op de duurdere markt leiden uiteindelijk tot gelijktrekking van de prijzen [4](#page=4).
---
# Efficiëntie in markten
Dit thema verkent verschillende vormen van marktefficiëntie, met de nadruk op hoe marktvormen, met name perfecte concurrentie, leiden tot optimale middelenallocatie en kosteneffectieve productie, en hoe marktmacht deze efficiëntie kan aantasten [7](#page=7).
### 2.1 Wat is efficiëntie?
Efficiëntie in markten kan worden onderverdeeld in twee belangrijke categorieën: allocatieve efficiëntie en technische efficiëntie [11](#page=11).
#### 2.1.1 Allocatieve efficiëntie
Allocatieve efficiëntie treedt op wanneer de schaarse middelen optimaal worden ingezet, wat resulteert in een maximale totale welvaart (optelling van consumenten- en producentensurplus). In een markt waar allocatieve efficiëntie heerst, wordt de prijs gelijkgesteld aan de marginale bereidheid tot betalen (MBTB) en de marginale kost (MK). Dit gebeurt in het snijpunt van de vraag- en aanbodcurve. In een dergelijke situatie is de mark-up gelijk aan nul, wat betekent dat de prijs exact de marginale kosten dekt [10](#page=10) [11](#page=11) [7](#page=7).
#### 2.1.2 Technische efficiëntie
Technische efficiëntie verwijst naar de situatie waarin bedrijven produceren tegen de minimale gemiddelde kosten. Dit impliceert dat de productie plaatsvindt op de meest efficiënte schaal. In markten met perfecte concurrentie worden bedrijven gedwongen om dichter bij hun optimale schaal te produceren door concurrentiedruk, wat leidt tot lagere prijzen [11](#page=11).
> **Tip:** Suboptimale capaciteitsbenutting kan leiden tot een gebrek aan technische efficiëntie [11](#page=11).
### 2.2 Perfecte concurrentie en efficiëntie
Perfecte concurrentie is de marktvorm die als ideaal wordt beschouwd voor het bereiken van zowel allocatieve als technische efficiëntie. In een markt met perfecte concurrentie is er vrije toetreding en uittreding van bedrijven [10](#page=10) [7](#page=7).
* **Winstmaximalisatie en prijsmechanisme:** In een markt waar winst wordt gemaakt, zullen nieuwe bedrijven toetreden, wat de totale hoeveelheid op de markt doet stijgen en de prijzen doet dalen. Deze toetreding gaat door totdat de winst is gedaald tot het punt waarop de prijs gelijk is aan de minimale gemiddelde kosten (GK). Hierdoor wordt er geen winst meer gemaakt bovenop de normale opbrengsten [7](#page=7) [8](#page=8) [9](#page=9).
* **Consumentenvoordeel:** De dalende prijzen als gevolg van concurrentie komen voornamelijk ten goede aan de consument [9](#page=9).
* **Bereiken van efficiëntie:** Perfecte concurrentie, inclusief vrije toetreding en uittreding, stuurt de markt naar een situatie waarin zowel allocatieve als technische efficiëntie worden bereikt. Dit betekent dat de productie plaatsvindt op het snijpunt van vraag en aanbod (allocatieve efficiëntie) en op het minimum van de gemiddelde kostencurve (technische efficiëntie) [10](#page=10).
### 2.3 Marktmacht en inefficiëntie
Marktmacht, wat typisch aanwezig is in marktvormen zoals oligopolie en monopolie, ondermijnt de efficiëntie in markten. Bedrijven met marktmacht kunnen prijzen hanteren die hoger zijn dan hun marginale kosten, wat leidt tot een "mark-up" [7](#page=7).
* **Welvaartsverlies:** De aanwezigheid van marktmacht leidt tot een welvaartsverlies. Een deel van het consumentensurplus wordt afgeroomd door de producent (herverdeling), en de totale welvaart krimpt, waardoor de markt niet langer Pareto-efficiënt is [14](#page=14) [7](#page=7).
* **Managerial Slack:** Minder concurrentie kan de prikkel om kosten te beheersen of te minimaliseren verminderen, wat kan leiden tot "managerial slack" (het minder efficiënt omgaan met middelen door management) [11](#page=11).
* **Prijs boven marginale kost:** Bedrijven met marktmacht kunnen een prijs zetten die hoger is dan de marginale kost [7](#page=7).
#### 2.3.1 Meten van concurrentie en marktmacht
Er zijn verschillende methoden om de mate van concurrentie en mogelijke marktmacht te meten:
* **Herfindahl-Hirschman Index (HHI):** Deze index meet de concentratie in een markt door de som te nemen van de gekwadrateerde marktaandelen van alle bedrijven in de markt. Een hogere HHI-score duidt op een hogere concentratie, wat een grotere kans op machtsmisbruik kan impliceren. De formule is [12](#page=12):
$$ HHI = \sum_{i=1}^{N} (s_i)^2 $$
waarbij $s_i$ het marktaandeel is van bedrijf $i$ [12](#page=12).
> **Voorbeeld:** In een sector waar alle bedrijven evenveel marktaandeel hebben, is de HHI lager dan in een sector met één groot dominant bedrijf en enkele kleinere bedrijven [12](#page=12).
* **Mark-up analyse:** De "mark-up" wordt berekend als het verschil tussen de prijs (P) en de marginale kost (MK): $mark-up = P - MK$. Het analyseren van de mark-up helpt te bepalen of een bedrijf daadwerkelijk zijn marktmacht gebruikt, zelfs als er maar één bedrijf is (zoals de NMBS in België) [12](#page=12).
* **Potentiële concurrentie en toetredingsbarrières:** De aanwezigheid van potentiële concurrentie en de hoogte van toetredingsbarrières zijn ook cruciale factoren bij het beoordelen van marktmacht. Bijvoorbeeld, hoewel Farys een monopolie is als waterprovider, wordt de prijs gereguleerd door de overheid. Bij luchtvaartmaatschappijen zoals Finnair kan potentiële concurrentie de marktmacht beperken, omdat andere bedrijven goedkopere vluchten zouden kunnen aanbieden als Finnair misbruik maakt van zijn positie [12](#page=12) [13](#page=13).
### 2.4 Dynamische efficiëntie
Naast statische efficiëntie (allocatieve en technische efficiëntie), is er ook dynamische efficiëntie, die betrekking heeft op efficiëntie op de lange termijn. Het winstperspectief stimuleert onderzoek en ontwikkeling (O&O), wat leidt tot technologische vooruitgang en innovatie [13](#page=13).
* **De rol van winst bij innovatie:** Een zekere mate van marktmacht kan nodig zijn om bedrijven te motiveren te investeren in O&O, aangezien dit gepaard gaat met risico's [13](#page=13).
* **Afweging voor de overheid:** Overheden staan voor een afweging: enerzijds willen ze marktmacht bestrijden om statische efficiëntie te bevorderen, anderzijds kan het toestaan van enige marktmacht leiden tot innovatie en technologische vooruitgang op lange termijn (dynamische efficiëntie) [13](#page=13).
* **Gemiddeld competitieniveau:** Onderzoek suggereert dat markten met een gemiddeld niveau van competitie het grootste effect op innovatie kunnen hebben [13](#page=13).
> **Tip:** De vraag of investeringen in onderzoek en ontwikkeling toenemen bij meer competitie is niet eenduidig te beantwoorden [13](#page=13).
### 2.5 Impact van concurrentieverstoring
Concurrentieverstoringen kunnen leiden tot situaties waarin de welvaart niet maximaal is. De overheid probeert deze welvaartsverliezen te bestrijden. De belangrijkste elementen die hierbij relevant zijn, zijn marktmacht, welvaartsverlies, allocatieve en technische efficiëntie, de HHI-index, de mark-up, en de analyse van de impact van concurrentieverstoringen [14](#page=14).
---
# Informatie in markten
Dit onderwerp verkent de impact van perfecte en imperfecte informatie op marktefficiëntie en analyseert de gevolgen van asymmetrische informatie met bijbehorende beleidsmaatregelen.
### 3.1 Perfecte informatie
Markten bereiken een Pareto-efficiënte situatie enkel wanneer er sprake is van perfecte informatie. Dit houdt in dat zowel producenten als consumenten beschikken over volledige kennis over zaken als prijs, kwaliteit, gebruiksmogelijkheden, productiemethoden en de prijzen van alternatieven [15](#page=15).
#### 3.1.1 Informatieverwerving en transactiekosten
Het vergaren van informatie brengt kosten met zich mee, de zogenaamde transactiekosten. Een voorbeeld hiervan is de tijd, moeite en inspanning die nodig is om de goedkoopste benzinestations te achterhalen. Als de overheid deze transactiekosten kan verminderen, leidt dit tot meer welvaart. Producenten kunnen imperfecte informatie ook uitbuiten door hogere prijzen te hanteren. Voor producenten is informatie over toetredingsmogelijkheden tot een markt cruciaal [15](#page=15).
#### 3.1.2 Gevolgen van imperfecte informatie
Bij imperfecte informatie ontstaat inefficiëntie op de markt. Er is een gevaar dat consumenten hogere prijzen betalen dan de evenwichtsprijs. Ook kunnen winstmogelijkheden onbenut blijven doordat bedrijven niet tot de markt toetreden. Dit resulteert in het niet bereiken van een marktevenwicht en dus ook niet in Pareto-efficiëntie [15](#page=15).
#### 3.1.3 Beleid ter bevordering van informatievoorziening
Beleid kan gericht zijn op het verbeteren van informatievoorziening. Voor consumenten kan dit betekenen dat de verplichte vermelding van de 'prijs per meeteenheid' in winkels wordt ingevoerd, zoals bijvoorbeeld de prijs per kilogram op verpakkingen van kaas, hesp of wasmiddelblokjes. Ondernemingsloketten die informatie verstrekken aan toekomstige ondernemers zijn een voorbeeld van de overheid die transactiekosten reduceert [15](#page=15).
### 3.2 Asymmetrische informatie
Asymmetrische informatie ontstaat wanneer één partij meer weet dan de andere. Dit kan leiden tot marktfalen, waarbij de markt niet efficiënt functioneert [18](#page=18) [19](#page=19).
#### 3.2.1 De 'market for lemons'
Een klassiek voorbeeld van asymmetrische informatie is de 'market for lemons' (markt voor citroenen), vaak geïllustreerd met de markt voor tweedehandswagens [16](#page=16) [18](#page=18).
##### 3.2.1.1 Scenario met imperfecte informatie
Als de informatie symmetrisch zou zijn, zou de markt naar behoren werken. Echter, wanneer de verkoper de kwaliteit van de wagen kent en de koper dit niet kan observeren (bijvoorbeeld omdat de koper geen specialist is of door hoge transactiekosten om de kwaliteit te beoordelen), ontstaat er een probleem. De verkoper wil een hoge prijs voor een goede wagen (type 'Orange') en een lage prijs voor een slechte wagen (type 'Lemon'). De koper, die de kwaliteit niet kent, is slechts bereid een gemiddelde prijs te betalen [16](#page=16).
##### 3.2.1.2 Gevolgen voor de markt
Stel, slechte kwaliteit tweedehandswagens ('Lemons') zijn 2000 dollars waard en goede kwaliteit wagens ('Oranges') zijn 6000 dollars waard. Als de koper de kwaliteit niet goed kan inschatten, zal hij voor beide typen auto's een bod doen dat gebaseerd is op het gemiddelde, bijvoorbeeld 4000 dollars [16](#page=16) [18](#page=18).
* **Verkopers van goede wagens ('Oranges')**: Zij zullen hun wagens niet verkopen omdat het bod van 4000 dollars te laag is ten opzichte van de werkelijke waarde van 6000 dollars. Deze verkopers verdwijnen uit de markt [16](#page=16) [18](#page=18).
* **Verkopers van slechte wagens ('Lemons')**: Zij zullen hun wagens wel verkopen, omdat het bod van 4000 dollars hoger is dan hun werkelijke waarde van 2000 dollars [16](#page=16).
* **Marktdynamiek**: Hierdoor blijven voornamelijk slechte auto's ('Lemons') over op de markt. Consumenten zullen dit opmerken en concluderen dat ze te veel betalen voor slechte kwaliteit. Dit leidt ertoe dat kopers de markt verlaten, wat resulteert in een marktininstorting of 'unraveling'. Uiteindelijk blijven er weinig tot geen auto's over die tegen een acceptabele prijs worden verhandeld [16](#page=16) [18](#page=18).
> **Tip:** Hoewel het totale surplus op korte termijn nog hetzelfde kan lijken, verandert de samenstelling van de markt zo drastisch dat de goede kwaliteit uit de markt verdwijnt. Dit is het kernprobleem van asymmetrische informatie in dit scenario [18](#page=18).
##### 3.2.1.3 Beleid voor de 'market for lemons'
Om dit marktfalen tegen te gaan, kan beleid worden ingezet. Dit omvat [17](#page=17):
* **Kwaliteitsgarantiesystemen**: Het invoeren van verplichte garanties bij officiële handelaren. Bijvoorbeeld een garantie van één jaar voor tweedehandswagens [17](#page=17).
* **Transparantie van informatie**: Het verplichten van verkopers om bepaalde documenten voor te leggen, zoals een keuringsattest en een car-pass. Dit maakt de informatie van de verkoper transparant en voorkomt dat kopers "een kat in de zak" kopen [17](#page=17) [18](#page=18).
#### 3.2.2 Ziektekostenverzekeringen
Een ander voorbeeld van asymmetrische informatie doet zich voor bij ziektekostenverzekeringen, maar hier is de situatie omgekeerd [18](#page=18).
##### 3.2.2.1 Scenario met imperfecte informatie
* **Individu (koper van verzekering)**: Het individu weet veel meer over de eigen gezondheidstoestand dan de verzekeringsmaatschappij [18](#page=18).
* **Verzekeringsmaatschappij (verkoper)**: De verzekeringsmaatschappij kan moeilijk onderscheid maken tussen individuen met een laag risico en individuen met een hoog risico [18](#page=18).
##### 3.2.2.2 Gevolgen voor de markt
Omdat de verzekeringsmaatschappij geen onderscheid kan maken, wordt één gemiddelde premie gehanteerd [18](#page=18).
* **Gezonde individuen (laag risico)**: Zij vinden deze gemiddelde premie te hoog voor de geboden dekking en zullen zich waarschijnlijk niet verzekeren [18](#page=18).
* **Zieke individuen (hoog risico)**: Er blijven voornamelijk personen met een hoger risico over, waardoor de kosten voor de verzekeraar aanzienlijk stijgen. Dit kan leiden tot een instorting van de markt [18](#page=18).
##### 3.2.2.3 Beleid voor ziektekostenverzekeringen
Vanwege dit marktfalen wordt de organisatie van ziektekostenverzekeringen in veel Europese landen via de overheid of sociale zekerheid georganiseerd. Dit betekent dat iedereen verplicht verzekerd is, en de premies niet puur op individuele risicoprofielen gebaseerd zijn, wat het probleem van asymmetrische informatie vermindert [18](#page=18).
### 3.3 Conclusie over asymmetrische informatie
Asymmetrische informatie, waarbij één partij meer weet dan de ander, kan leiden tot 'adverse selectie'. Dit proces resulteert in het verdwijnen van goede risico's of goede kwaliteit uit de markt, terwijl slechte risico's of slechte kwaliteit achterblijven. Het gevolg is marktfalen, zoals geïllustreerd door de 'market for lemons'. Om deze reden grijpt de overheid vaak in met beleidsmaatregelen zoals garanties of via de sociale zekerheid [19](#page=19).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Marktmacht | Het vermogen van een bedrijf om prijzen boven de marginale kosten te beïnvloeden, wat kan leiden tot welvaartsverlies doordat de marktuitkomst niet maatschappelijk optimaal is. |
| Welvaartsverlies | Een situatie waarin de totale som van consumentensurplus en producentensurplus kleiner is dan mogelijk, vaak veroorzaakt door marktmacht of inefficiënties in de markt. |
| Pareto-efficiëntie | Een situatie waarin het onmogelijk is om de welvaart van één persoon te verhogen zonder die van een ander te verlagen; markten met perfecte informatie en concurrentie streven naar deze efficiëntie. |
| Consumentensurplus (CS) | Het verschil tussen de maximale prijs die een consument bereid is te betalen voor een goed en de werkelijke prijs die hij ervoor betaalt. |
| Producentensurplus (PS) | Het verschil tussen de prijs die een producent ontvangt voor een goed en de minimale prijs waarvoor hij bereid is het te verkopen. |
| Monopolie | Een marktvorm met slechts één aanbieder die daardoor aanzienlijke marktmacht heeft en prijzen kan zetten die boven de marginale kosten liggen. |
| Oligopolie | Een marktvorm met een beperkt aantal aanbieders die elkaar wederzijds beïnvloeden, wat kan leiden tot beperkte concurrentie en strategisch gedrag. |
| Perfecte concurrentie | Een marktvorm gekenmerkt door veel kopers en verkopers, homogene producten, vrije toe- en uittreding en perfecte informatie, waarbij bedrijven winst maken op de lange termijn gelijk aan nul. |
| Marginale kosten (MK) | De extra kosten die ontstaan door de productie van één extra eenheid van een goed of dienst. |
| Gemiddelde totale kosten (GTK) | De totale kosten gedeeld door het aantal geproduceerde eenheden; in perfecte concurrentie is dit het punt waar de winst nul is op lange termijn. |
| Allocatieve efficiëntie | Een situatie waarin middelen zo worden ingezet dat de waarde voor de consument (weerspiegeld in de vraagcurve) gelijk is aan de productiekosten (weerspiegeld in de marginale kosten). |
| Technische efficiëntie | Een situatie waarin een bedrijf produceert tegen de laagst mogelijke gemiddelde kosten, dus op efficiënte schaal. |
| Herfindahl-Hirschman Index (HHI) | Een maatstaf die de concentratie in een markt meet door de marktaandelen van alle bedrijven in de markt te kwadrateren en vervolgens te sommeren; een hogere HHI duidt op meer marktconcentratie. |
| Mark-up | Het verschil tussen de verkoopprijs van een product en de marginale kosten ervan, wat de winstmarge van het bedrijf aangeeft. |
| Asymmetrische informatie | Een situatie waarin één partij in een economische transactie meer informatie heeft dan de andere partij, wat kan leiden tot markt falen of inefficiënties. |
| Adverse selectie | Een gevolg van asymmetrische informatie waarbij de slechte risico's of kwaliteit uit de markt blijven, terwijl de goede risico's of kwaliteit verdwijnen, zoals bij de "market for lemons". |
| Transactiekosten | De kosten die gepaard gaan met het doen van een economische transactie, zoals de kosten van informatieverzameling, onderhandeling en controle. |
| Dynamische efficiëntie | Efficiëntie die wordt gerealiseerd op lange termijn, met name door innovatie, onderzoek en ontwikkeling, die door winstperspectieven gestimuleerd kunnen worden. |