Cover
Börja nu gratis Psychosociale-aspecten-in-de-Vroedkunde--28seksuologie-29 (1).pdf
Summary
# Seksuele ontwikkeling van kind tot volwassene
Seksuele ontwikkeling is een continu proces dat vanaf de geboorte tot aan het volwassen leven doorgaat, gekenmerkt door psychologische en sociale veranderingen gedurende verschillende levensfasen [7](#page=7).
### 1.1 Baby (0-1,5 jaar)
Bij pasgeborenen wordt het gedrag van de omgeving beïnvloed door het geslacht van de baby, zoals blijkt uit de keuze van kleding en speelgoed. Baby's zijn afhankelijk van de bevrediging van hun basisbehoeften, zoals voeding, warmte en huidcontact. Huidcontact is essentieel voor het creëren van een gevoel van bevestiging, basisveiligheid, warmte, intimiteit en vertrouwdheid, wat een fundament legt voor een gezonde sociale en emotionele ontwikkeling. Via hun zintuigen verkennen baby's de wereld, waarbij de mond het primaire orgaan is voor interactie. Baby's kunnen hun eigen lichaam ontdekken door te voelen en te pakken, inclusief hun geslachtsdelen. In eerste instantie is het aanraken hiervan toevallig en niet doelbewust, waarbij jongens dit rond 6 à 7 maanden en meisjes rond 9 à 10 maanden doen. Erecties bij jongens hebben in deze fase geen verband met seksuele opwinding. Rond 13 maanden ontstaat er interesse in de geslachtsdelen van anderen, wat met de leeftijd toeneemt [7](#page=7) [8](#page=8).
> **Tip:** Het negeren of afleren van genitaal spel bij baby's kan leiden tot schuldgevoelens op latere leeftijd. De reactie van opvoeders op dit gedrag geeft een belangrijke boodschap af [8](#page=8).
### 1.2 Peuter (1,5-3 jaar)
Peuters beginnen zich te onderscheiden als individuen en worden zich bewust van hun lichaam. Ze ontwikkelen motorische vaardigheden en taal, en tonen een sterke interesse in hun omgeving, wat zich uit in koppigheid en het gebruik van het woord 'nee'. De behoefte aan lichamelijk contact blijft groot, met veel knuffelen en stoeien. Vanaf ongeveer 1,5 à 2 jaar kan zindelijkheidstraining beginnen, waarbij aandacht wordt besteed aan de geslachtsorganen en de controle over urine. Peuters bestuderen hun eigen en andermans lichaam uit nieuwsgierigheid en zijn geïnteresseerd in lichaamsverschillen, zonder de bijbehorende sociale regels volledig te begrijpen. Genitaal spel, ervaren als een prettig gevoel, wordt ook op deze leeftijd voortgezet, zij het indirecter bij meisjes (wrijven tegen objecten) en directer bij jongens. Tussen 2 en 3 jaar realiseren kinderen zich hun geslacht, vaak gebaseerd op uiterlijke kenmerken zoals kleding en haardracht. Ze denken nog dat geslacht kan veranderen en fantaseren hierover. Pas in de kleutertijd ontstaat het besef dat hun geslacht permanent is. De ontdekking van het eigen geslacht stimuleert genderrolgedrag, beïnvloed door maatschappelijke verwachtingen, dat vanaf ongeveer 3 jaar zichtbaar wordt. De snelle taalontwikkeling leidt tot het gebruik van 'vieze woorden' als een manier om volwassenen uit te dagen en hun reacties te testen. Vanaf 3 jaar testen kinderen grenzen uit door zich uit te kleden, waarbij negatieve aandacht het gedrag kan versterken [8](#page=8) [9](#page=9).
### 1.3 Kleuter (3-6 jaar)
In de kleuterfase, vaak vanaf 2,5 jaar op school, worden kinderen geconfronteerd met leeftijdsgenoten, nieuwe regels en sociale codes. Ze blijven hun eigen en andermans lichaam verkennen, zij het minder openlijk. Genitaal aanraken vindt plaats vanwege het prettige gevoel, niet vanwege seksuele opwinding. Ze blijven nieuwsgierig naar lichamen van anderen en elkaar, en uiten zich via omhelzingen en kusjes. De fantasie ontwikkelt zich sterk, wat leidt tot rollenspellen zoals vadertje en moedertje of doktertje spelen, soms met seksuele tinten, afhankelijk van hun kennis over voortplanting. Deze spelletjes worden vaak stiekem gespeeld uit angst voor negatieve reacties van volwassenen. Seksueel getint spel bij kleuters is een normale uiting van nieuwsgierigheid en exploratie, zolang het wederzijds plezierig is en er geen sprake is van pijn of dwang. De behoefte aan lichamelijk contact blijft aanwezig, maar met ouder worden neemt de behoefte om op schoot te zitten af. Kleuters hebben duidelijke ideeën over typisch jongens- en meisjesgedrag, de zogenaamde genderrollen, hoewel niet alle kinderen dit gedrag vertonen. 'Verliefdheid' wordt vaak gekoppeld aan vriendschap, zoals verliefd zijn op familieleden of leraren, en heeft meestal geen seksuele connotatie. Het 'vieze woorden' tijdperk kan doorgaan, waarbij deze woorden ook als scheldwoorden worden gebruikt. Kleuters stellen veel vragen over voortplanting en geboorte, die losstaan van seksuele gevoelens. Het ontwijken van deze vragen door volwassenen kan leiden tot zwijgen over deze onderwerpen bij kinderen. Bij oudere kleuters kan schaamte ontstaan, waardoor sommigen zich niet meer willen uitkleden in het bijzijn van onbekenden [10](#page=10) [9](#page=9).
### 1.4 Lagere school kind (6-9 jaar)
In tegenstelling tot vroegere opvattingen, staat de seksuele ontwikkeling bij kinderen van 6 tot 9 jaar niet stil. Kinderen worden zich bewust van sociale normen rond relaties en seksualiteit, waardoor seksueel gedrag minder expliciet en openbaar wordt. Ze blijven hun lichaam verkennen en spelen seksuele spelletjes met leeftijdsgenoten, voornamelijk gericht op het bekijken en aanraken van geslachtsdelen. Deze spelletjes worden verborgen gehouden en kunnen leiden tot schuldgevoelens en verlegenheid door de internalisatie van morele normen. Schaamte voor het blote lichaam kan toenemen, en kinderen douchen of kleden zich liever alleen. Sommige kinderen vertonen uitdagend gedrag, zoals het slaan op billen van volwassenen. Genderstereotiep gedrag is prominent aanwezig, met duidelijke ideeën over jongens- en meisjesgedrag en de vorming van gescheiden groepen. Kinderen worden zich bewuster van de mening van anderen en kunnen onzeker worden over hun uiterlijk. Ze gebruiken seksuele taal en moppen om zich te profileren, hoewel ze de betekenis vaak niet volledig begrijpen. Fantasieën, beïnvloed door de omgeving, vermengen zich met de werkelijkheid, bijvoorbeeld over verliefdheid en trouwen. Kinderen worden verliefd, nemen dit serieus en kunnen het verschil tussen vriendschap en verliefdheid duidelijker onderscheiden. Een 'liefje' kan ontstaan, vaak met weinig lichamelijk contact en in groepsverband. Naarmate ze ouder worden (vanaf 10 jaar), kan lichamelijk contact toenemen, zoals handjes vasthouden of armen om elkaar heen slaan, wat een spannend gevoel geeft. De kennis over voortplanting groeit, maar de bevruchting blijft moeilijk te begrijpen. Volwassen seksualiteit wordt soms als 'vies' bestempeld omdat kinderen te jong zijn om dit volledig te bevatten [10](#page=10) [11](#page=11).
### 1.5 Bijna puber (10-12 jaar)
Deze periode markeert het begin van de seksuele ontwikkeling, mede door de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken en het begin van masturbatie. Kinderen worden geslachtsrijp door de activiteit van geslachtshormonen, wat zichtbaar is in lichamelijke ontwikkeling en emotionele wisselingen. Meisjes ontwikkelen zich meestal twee jaar eerder dan jongens, met kenmerken zoals borstgroei, pubishaar en bredere heupen, en de eerste menstruatie rond 12 jaar. Jongens krijgen pubishaar, een lagere stem en hun eerste zaadlozing rond 14 jaar. Pubers kunnen onzeker zijn over hun lichaam en de veranderingen daarin. Verliefdheden kunnen heftige gevoelens teweegbrengen, zonder noodzakelijk seksuele componenten. Naarmate ze ouder worden, neemt lichamelijk contact toe, van elkaars benen aanraken tot kussen. Seksueel getint spel met leeftijdsgenoten komt voor, waarbij geslachtsdelen getoond of aangeraakt worden. Masturbatie begint ook in deze leeftijdsfase [11](#page=11) [12](#page=12).
### 1.6 Puber (13-15 jaar)
Pubers groeien op lichamelijk, emotioneel en mentaal vlak. Ze ontwikkelen abstract denken, wat idealisering, kritiek en zelfkritiek mogelijk maakt. De leeftijdsgroep (peergroep) wordt belangrijker dan het gezin, met aanpassing aan groepspatronen en meningen. De seksuele opwinding, aantrekking en fantasie evolueren sterk, met een duidelijker onderscheid tussen knuffelen, vrijen en verliefdheid. Interesse in volwassen seksualiteit groeit, mede door invloeden van tv en online media. Het seksuele zelfbeeld ontstaat, waarbij aantrekkelijkheid belangrijk wordt gevonden. Pubers zijn vaak onzeker over hun aantrekkelijkheid door lichaamsonzekerheden. Jongeren die een niet-heteroseksuele oriëntatie ontwikkelen, worden zich bewust van hun gevoelens van aantrekking tot hetzelfde geslacht. Tieners hanteren een dubbelzinnige houding ten opzichte van seksualiteit: grote interesse enerzijds, schaamte en geslotenheid anderzijds. Seksualiteit wordt een persoonlijke aangelegenheid. Seksueel getinte gesprekken, zowel online als offline, bieden antwoorden op vragen en zorgen voor spanning bij het flirten en chatten. Er is vaak sprake van verbrokkelde kennis over seksualiteit en relaties [12](#page=12) [13](#page=13).
### 1.7 Jongere (15-18 jaar)
Het beeld van losbandige jongeren klopt niet; veel jongeren hanteren een traditioneel beeld van relaties en seksualiteit. Ze stimuleren elkaar vaak om te wachten met seks tot ze er klaar voor zijn [13](#page=13).
#### 1.7.1 Relaties
Jongeren worden zelfstandiger en experimenteren met relaties, waarbij communicatie, onderhandelen en respect voor wensen en grenzen centraal staan. Seriële monogamie, waarbij opeenvolgende serieuze monogame relaties worden aangegaan, is de meest voorkomende relatievorm. Trouw, respect en waardering zijn belangrijk in relaties, evenals de mogelijkheid tot communiceren. De emotionele betrokkenheid neemt toe, wat leidt tot meer langdurige relaties. Jongeren weten meestal duidelijker of ze hetero- of holebiseksueel zijn [13](#page=13).
#### 1.7.2 Seksualiteit
Jongeren praten openlijk over seksualiteit met leeftijdsgenoten, zowel offline als online, en zijn geïnteresseerd in porno. Flirten, chatten en sexting komen veel voor [13](#page=13).
#### 1.7.3 Seksuele carrière
De seksuele carrière omvat de opeenvolging van seksuele ervaringen en relaties, die in tempo en volgorde kunnen variëren. Seksuele ervaringen beginnen meestal niet met geslachtsgemeenschap, maar met zoenen, strelen, manuele seks en uiteindelijk coïtus, gevolgd door andere vormen van seksualiteit. Experimenteren met orale seks heeft geen vaste plaats in deze carrière. Gemiddeld zit er 2,5 jaar tussen de eerste tongzoen en de eerste keer seks, met een seksuele carrière die ongeveer drie tot vier jaar duurt. Vanaf 15-18 jaar breidt seksueel gedrag zich uit naar naakt vrijen en orale seks. Een niet-rechtlijnig verloop in de seksuele carrière kan wijzen op kwetsbare jongeren [14](#page=14).
#### 1.7.4 De eerste keer
Tussen de 30 en 60% van de 16-jarigen heeft geslachtsgemeenschap gehad, en 50% van de 17-18-jarigen. De gemiddelde leeftijd voor de eerste keer seks is 15,5 jaar, met een stabiele trend. Holebi-jongens hebben hun eerste seksuele ervaringen met leeftijdsgenoten van hetzelfde geslacht, waarbij hun eerste partner meestal ouder is. De ideale leeftijd voor de eerste keer wordt door jongeren zelf op 17 jaar geschat [15](#page=15).
#### 1.7.5 Voorbehoedsmiddelen
Condoomgebruik is voornamelijk ter preventie van zwangerschap; bij gebruik van andere voorbehoedsmiddelen wordt het condoom vaak weggelaten. Het condoomgebruik neemt af met de leeftijd en is onvoldoende, mede door het toenemende pilgebruik. Jongeren kennen de pil, het condoom en de noodpil, maar andere methoden zijn minder bekend [15](#page=15).
#### 1.7.6 Seksuele oriëntatie
Seksuele oriëntatie ontwikkelt zich doorheen de seksuele ontwikkeling en bestaat uit seksuele aantrekking, gedrag en zelfidentificatie. De eerste fase, sensitisatie, vindt plaats vóór de puberteit en omvat het gevoel van anders zijn en aantrekking tot hetzelfde geslacht. Identiteitsverwarring volgt, waarin deze gevoelens worden begrepen. Identiteitsaanname vindt plaats in de late adolescentie, maar het proces van bewustwording, acceptatie en beleving van homoseksuele identiteit is individueel. Volgens onderzoek is 5 tot 10% van de bevolking holebiseksueel, waarbij vrienden vaak eerst worden ingelicht [15](#page=15) [16](#page=16).
### 1.8 Volwassenen
#### 1.8.1 Verschillende leefstijlen en relatievormen
Na een periode van wisselende relaties, gaan de meeste volwassenen een vaste partnerrelatie aan, vaak eindigend in samenwonen of trouwen. Langdurige relaties vereisen andere kwaliteiten dan beginnende relaties; romantiek maakt plaats voor diepe liefde. Relaties doorlopen verschillende fasen, waaronder kennismaking, samenwonen/trouwen, de geboorte en opvoeding van kinderen, midlife-problemen, de adolescentie van kinderen, en het samen ouder worden. Elke fase brengt nieuwe taken en uitdagingen met zich mee, en overgangen kunnen spanningen veroorzaken [16](#page=16).
#### 1.8.2 Seksualiteit
##### 1.8.2.1 Seksueel actief
Meer mannen dan vrouwen zijn op volwassen leeftijd seksueel actief, en mannen vinden seks over het algemeen belangrijker dan vrouwen van dezelfde leeftijd [16](#page=16).
##### 1.8.2.2 Seksfrequentie
Seksueel actieve Vlamingen hebben gemiddeld 1,2 keer per week seks. De seksfrequentie is lager bij tieners, hoger bij jongvolwassenen en veertigers, en neemt weer af vanaf 50 jaar [16](#page=16).
##### 1.8.2.3 Aantrekkingskracht versus vriendschap
Vriendschap is gebaseerd op gemeenschappelijke interesses en bevestiging van het zelf, terwijl seksuele aantrekkingskracht vaak voortkomt uit het aantrekkelijk vinden van kenmerken die men zelf mist. Bij partnerkeuze spelen zowel vriendschap als seksuele aantrekkingskracht een rol [17](#page=17).
#### 1.8.3 Veranderingen in seksueel gedrag en beleving
De vrijfrequentie neemt af met de leeftijd, maar relatieduur heeft een sterkere invloed. Seksuele en relationele satisfactie hebben een nog grotere invloed op de vrijfrequentie. Naarmate relaties langer duren, neemt de seksuele satisfactie minder snel af dan de vrijfrequentie, mogelijk door andere aspecten zoals intimiteit en geborgenheid [17](#page=17).
#### 1.8.4 Volwassenen vanaf 50 jaar
Bij vrouwen treedt de menopauze op, gemiddeld rond 51 jaar, en bij mannen begint het erectievermogen vanaf 50 jaar af te nemen. De menopauze is het proces waarbij het lichaam verandert van vruchtbaar naar onvruchtbaar, met een afname van vrouwelijke hormonen. De overgang omvat het gehele proces voorafgaand aan de laatste menstruatie [17](#page=17).
---
# Seksueel overdraagbare aandoeningen (soa)
Dit deel behandelt de definitie, besmettingswijzen, beschermingsvormen, symptomen, diagnostiek en behandelingen van diverse seksueel overdraagbare aandoeningen.
### 2.1 Definitie en classificatie van soa
Veilig vrijen is het voorkomen van besmetting met een soa en zwangerschap, met respect voor de eigen grenzen en die van de partner. Seksueel overdraagbare aandoeningen (soa's) kunnen worden onderverdeeld in drie groepen, gebaseerd op de veroorzaker [19](#page=19):
* **Bacteriële soa's:** Veroorzaakt door bacteriën die zich op een specifieke plek in het lichaam vestigen en ontstekingen veroorzaken, soms zonder directe symptomen. Voorbeelden zijn chlamydia en gonorroe [19](#page=19) [20](#page=20).
* **Virale soa's:** Veroorzaakt door virussen die zich door het lichaam verspreiden en waarvoor het lichaam antistoffen aanmaakt. Voorbeelden zijn hiv, aids en herpes genitalis [19](#page=19) [20](#page=20).
* **Parasitaire soa's:** Veroorzaakt door parasieten. Voorbeelden zijn schurft en schaamluis [19](#page=19) [20](#page=20).
Soa's kunnen variabele of geen klachten geven, zoals jeuk of buikpijn. Vooral vrouwen kunnen atypische symptomen ervaren, wat de diagnose kan bemoeilijken. Het hebben van een soa vergroot de kans op een nieuwe soa-infectie. Behandeling vereist dat alle seksuele partners worden geïnformeerd en behandeld [20](#page=20).
### 2.2 Besmettingswijzen
Besmetting met een soa kan plaatsvinden via diverse routes:
* **Seksueel contact:**
* Contact tussen slijmvliezen (penis/vagina, penis/anus, mond/anus, mond/vagina) [20](#page=20).
* Contact van slijmvliezen met besmet vocht (vaginaal vocht, bloed, sperma, voorvocht) [20](#page=20).
Onbeschermde vaginale, anale en orale seks zijn risicovol [20](#page=20).
* **Huidcontact:** Zoals bij schurft [20](#page=20).
* **Contact met besmette voorwerpen:** Via linnengoed, kleding of handdoeken, bijvoorbeeld bij schaamluis [20](#page=20).
* **Overdracht van moeder op kind:** Tijdens de zwangerschap, bevalling of borstvoeding (bijvoorbeeld hiv, herpes, chlamydia, syfilis) [20](#page=20).
* **Via naalden en spuiten:** Bij intraveneus druggebruik, tatoeages, piercings of prikaccidenten [20](#page=20).
* **Tongzoenen:** Dit kan in kleine mate leiden tot besmetting, bijvoorbeeld met herpes, maar hiv is niet overdraagbaar via tongzoenen [20](#page=20).
### 2.3 Beschermingsvormen
Effectieve bescherming tegen soa's omvat:
* **Condoomgebruik:** Consequent en correct gebruik van condooms vermindert de kans op besmetting aanzienlijk. Echter, indien een condoom het geïnfecteerde gebied (zweer, blaasje, wrat) niet volledig bedekt, kan overdracht nog steeds plaatsvinden [20](#page=20).
* **Vaccinatie:** Het vaccin tegen hepatitis B biedt bescherming tegen deze specifieke soa [21](#page=21).
**Niet-effectieve beschermingsmethoden:**
* Jezelf wassen of plassen na seksueel contact beschermt niet tegen soa's [20](#page=20).
* Mondwater of extra tandenpoetsen biedt geen extra bescherming en kan de mond kwetsbaarder maken [20](#page=20).
**Risicofactoren voor soa's:**
* Onbeschermde seks [21](#page=21).
* Meerdere of wisselende seksuele partners [21](#page=21).
* Seriële monogame relaties, indien voorafgegaan door andere relaties en zonder soa-test [21](#page=21).
Het wordt aanbevolen dat personen met wisselende seksuele contacten zich jaarlijks laten testen. Indien een koppel besluit zonder condoom te vrijen, is het raadzaam om eerst beiden te laten testen [21](#page=21).
### 2.4 Symptomen van soa's
De symptomen van soa's kunnen variëren van afwezigheid of vaagheid tot duidelijk herkenbare kenmerken:
**Vage klachten:**
* Meer, gekleurde (geel-groene) of stinkende afscheiding [21](#page=21).
* Jeuk [21](#page=21).
* (Buik)pijn [21](#page=21).
* Branderig gevoel bij plassen of vrijen [21](#page=21).
* Tussentijdse bloedingen of cyclusstoornissen [21](#page=21).
* Vermoeidheid en misselijkheid [21](#page=21).
**Duidelijke klachten:**
* Blaasjes (herpes), wratten of zweren op/rond de geslachtsorganen [21](#page=21).
* Jeuk in het schaamhaar, aan de eikel, labia of anus [21](#page=21).
* Gezwollen klieren in (één van de) bijballen of onderbuik [21](#page=21).
### 2.5 Diagnostiek
De meeste soa's zijn relatief eenvoudig op te sporen door een arts. Een soa-test kan de volgende stappen omvatten [21](#page=21):
* **Lichamelijk onderzoek:** Inspectie van de slijmvliezen van de geslachtsorganen, mondholte en anus [21](#page=21).
* **Laboratoriumonderzoek:**
* Bloedonderzoek [21](#page=21).
* Urinestaal (bij voorkeur ochtendurine) [21](#page=21).
* Afname van een wisser (vocht/slijm uit urinebuis, vagina, baarmoederhals, anus of keel) [21](#page=21).
Tijdens het consult wordt ook het risicogedrag besproken. De resultaten zijn meestal direct beschikbaar of binnen een week [21](#page=21).
**Vensterperiode:**
Er is een vensterperiode tussen besmetting en detecteerbaarheid van een soa. Deze periode duurt ongeveer 6 weken, bij hiv zelfs 3 maanden. Een betrouwbare test kan dus pas na deze periode worden afgenomen. Bij een positieve test is het essentieel dat alle seksuele partners ook getest en behandeld worden [21](#page=21).
### 2.6 Behandeling van soa's
De behandeling van soa's is afhankelijk van de veroorzaker:
* **Bacteriële soa's:** Behandeld met antibiotica [22](#page=22).
* **Virale soa's:** Er is geen algehele genezing mogelijk, maar symptomen kunnen worden behandeld (bv. wratten verwijderen, blaasjes behandelen). Het virus blijft wel in het lichaam aanwezig met kans op heropflakkeringen [22](#page=22).
* **Parasitaire soa's:** Behandeld met crèmes of shampoos [22](#page=22).
Gedurende de behandeling is het cruciaal om veilig te vrijen [22](#page=22).
### 2.7 Overzicht van veelvoorkomende soa's
#### 2.7.1 Chlamydia
* **Verwekker:** Bacterie *Chlamydia trachomatis* [22](#page=22).
* **Locatie:** Slijmvliezen van geslachtsdelen, baarmoederhals, plasbuis, anus, keel [22](#page=22).
* **Besmettelijkheid:** Zeer besmettelijk [22](#page=22).
* **Klachten:** Vaak asymptomatisch bij vrouwen (tot 70%). Mogelijke klachten na 2-3 weken: meer afscheiding, branderig plassen, pijn onderbuik, pijn bij vrijen of klaarkomen, doorbraakbloedingen. Mannen hebben vaker klachten: afscheiding uit penis, ochtenddruppel, pijn bij plassen [22](#page=22).
* **Onderzoek:** Uitstrijkjes, urinestaal, bloedonderzoek (vaak samen met andere soa's) [22](#page=22).
* **Behandeling:** Eenmalige of 7-daagse antibioticakuur. Besmettingsgevaar verdwijnt een week na behandeling [22](#page=22).
* **Gevolgen (onbehandeld):** Bij vrouwen: eileiderontsteking, onvruchtbaarheid, verhoogde kans op buitenbaarmoederlijke zwangerschap (#page=22, 23). Bij mannen: opstijgende ontsteking naar prostaat, bijbal (bijbalontsteking met hevige pijn) [22](#page=22) [23](#page=23).
#### 2.7.2 Genitale wratten (HPV)
* **Verwekker:** Humaan Papillomavirus (HPV) [23](#page=23).
* **Vormen:** Uitwendige wratten (puntvormig, ‘hanenkam’, bloemkoolachtig, zachte verhevenheden) en inwendige wratten (zichtbaar na azijnzuurbehandeling of gynaecologisch onderzoek) [23](#page=23).
* **Klachten:** Vaak geen klachten, soms jeuk en irritatie. Wratten kunnen op verschillende plaatsen rondom en op de geslachtsorganen en anus voorkomen [23](#page=23).
* **Onderzoek:** Meestal zichtbaar, onzichtbare wratten zichtbaar na aanstippen met azijnzuur [23](#page=23).
* **Behandeling:** Diverse methoden: aanstippen, crème, cryotherapie, wegbranden, lasertherapie, chirurgische verwijdering [23](#page=23).
* **Gevolgen (onbehandeld):** Geen langetermijngevolgen voor uitwendige wratten [23](#page=23).
#### 2.7.3 Gonorroe ('druiper')
* **Verwekker:** Bacterie *Neisseria gonorrhoeae* [24](#page=24).
* **Locatie:** Slijmvliezen van geslachtsdelen, anus, keel [24](#page=24).
* **Besmettelijkheid:** Via orale, genitale en anale seks [24](#page=24).
* **Klachten:** Vrouwen vaak asymptomatisch, maar mogelijk: meer afscheiding (geel-groen, onaangenaam ruikend), branderig plassen, pijn/bloedverlies bij vrijen, doorbraakbloedingen. Mannen (90% klachten): branderig plassen, geelgroene etterafscheiding. Bij anale besmetting: etter/bloedverlies uit anus, krampen, irritatie, jeuk, pijn bij stoelgang [24](#page=24).
* **Onderzoek:** Uitstrijkje van besmettingsplaats, laboratoriumonderzoek, vaak controle op syfilis en chlamydia [24](#page=24).
* **Behandeling:** Injectie of eenmalige antibiotica, vaak inclusief behandeling voor chlamydia. Controle na een week. Besmettingsgevaar stopt na genezing [24](#page=24).
* **Gevolgen (onbehandeld):** Bij vrouwen: eileiderontsteking, onvruchtbaarheid, buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Bij mannen: opstijgende ontsteking naar prostaat/bijbal (bijbalontsteking met zwelling en pijn), verminderde vruchtbaarheid of onvruchtbaarheid [24](#page=24).
#### 2.7.4 Hepatitis B
* **Verwekker:** Hepatitis B-virus [24](#page=24).
* **Besmettelijkheid:** Via seksueel contact en bloedcontact [24](#page=24).
* **Klachten:** 2/3 asymptomatisch. De zieke groep ervaart koorts, misselijkheid, braken, geelzucht (ogen, huid), donkere urine, lichte stoelgang, gevolgd door vermoeidheid [25](#page=25).
* **Onderzoek:** Bloedonderzoek [25](#page=25).
* **Behandeling:** Geen specifieke behandeling. Rust en vermijden van leverbelastende middelen (alcohol, koffie, vette voeding, medicijnen) [25](#page=25).
* **Gevolgen:** 5-10% wordt chronische drager met risico op leverschade, cirrose, leverkanker. Chronische dragers blijven besmettelijk [25](#page=25).
* **Preventie:** Vaccinatie (3 doses, 95-99% bescherming) [25](#page=25).
#### 2.7.5 Herpes genitalis
* **Verwekker:** Herpes-simplex-virus (HSV-1 of HSV-2) [25](#page=25).
* **Overdracht:** Via slijmvliezen of wondjes. Het virus nestelt zich in het zenuwstelsel en kan 'ontsnappen'. Overdracht mogelijk tijdens infectieperiode, met of zonder zichtbare blaasjes (HSV-2 altijd besmettelijk, HSV-1 vooral met blaasjes) [25](#page=25).
* **Klachten:** Irriterend, branderig gevoel, blaasjes die openbreken tot pijnlijke wondjes, korstjes, gezwollen lymfeklieren in de liezen, jeuk, pijn bij plassen [26](#page=26).
* **Onderzoek:** Op basis van klachten en zichtbare blaasjes/wondjes. Soms onderzoek van vocht uit blaasjes. Bloedcontrole op syfilis bij eerste besmetting [26](#page=26).
* **Behandeling:** Geen geneesmiddel dat virus elimineert. Symptomen (blaasjes) behandelen met zalfjes of pillen [26](#page=26).
* **Gevolgen:** Terugkerende opflakkeringen door stress, vermoeidheid, zonnebrand, menstruatie, geslachtsgemeenschap [26](#page=26).
#### 2.7.6 Schaamluis
* **Verwekker:** Parasiet *Phthirus pubis* (schaamluis) [26](#page=26).
* **Locatie:** Schaamhaar, wenkbrauwen, wimpers, borsthaar (niet hoofdhaar) [26](#page=26).
* **Besmettelijkheid:** Seksueel contact, maar ook via besmet beddengoed, kleding, handdoeken [26](#page=26).
* **Klachten:** Jeuk in het schaamhaar door beten, wat kan leiden tot krabwondjes [26](#page=26).
* **Onderzoek:** Inspectie naar luizen en neten (eieren) [26](#page=26).
* **Behandeling:** Lotions of crèmes. Beddengoed en kleding wassen. Scheren van schaamhaar verwijdert de meeste luizen, neten moeten nog behandeld worden [26](#page=26).
* **Gevolgen:** Ontsteking van de huid door krabben, huidletsels, eczeem [27](#page=27).
#### 2.7.7 Schurft
* **Verwekker:** Mijt *Sarcoptes scabei* (parasiet) [27](#page=27).
* **Overdracht:** Langdurig huidcontact, via kleding en beddengoed [27](#page=27).
* **Klachten:** Intense jeuk, vooral 's avonds en 's nachts. Kleine blaasjes op voorkeursplekken zoals vingers, polsen, enkels, oksels, navel, dijen, penis, rond tepels [27](#page=27).
* **Onderzoek:** Inspectie van huid op gangetjes en mijten. Soms mijten met naald uitgraven voor onderzoek [27](#page=27).
* **Behandeling:** Crème, wassen van kleding en beddengoed, luchten van matrassen en dekens [27](#page=27).
* **Gevolgen:** Ontsteking van de huid door krabben [27](#page=27).
#### 2.7.8 Syfilis
* **Verwekker:** Bacterie *Treponema pallidum* [27](#page=27).
* **Besmettelijkheid:** Redelijk besmettelijk via contact van slijmvlies of gekwetste huid met een syfiliszweer. Kan van moeder op kind overgedragen worden [28](#page=28).
* **Stadia en Klachten:**
* **Stadium 1 (1-4 weken na besmetting):** Pijnloze zweer (harde sjanker) met harde rand/bodem op plaats van besmetting, gezwollen lymfeklieren. Geneest spontaan [28](#page=28).
* **Stadium 2 (7-10 weken na besmetting):** Huiduitslag (rozerode, niet-jeukende vlekjes), haaruitval, wratachtige afwijkingen, koorts, botpijnen, gezwollen lymfeklieren. Verdrijft na enkele weken, gaat over in latente fase [28](#page=28).
* **Stadium 3 (jaren later, bij onbehandelde patiënten):** Beschadigingen van hart, bloedvaten, centraal zenuwstelsel [28](#page=28).
* **Onderzoek:** Op basis van klachten, wondvocht microscopisch onderzoeken, bloedonderzoek voor zekerheid [28](#page=28).
* **Behandeling:** Penicilline-injecties in elk stadium [28](#page=28).
* **Gevolgen (onbehandeld):** Ernstige schade aan hart, hersenen, botten, huid en andere organen na 10-15 jaar [28](#page=28).
#### 2.7.9 Trichomonas
* **Verwekker:** Eencellige parasiet *Trichomonas vaginalis* [28](#page=28).
* **Locatie:** Slijmvliezen van vagina, urinebuis bij mannen. Ook in darm, kan vaginale infectie veroorzaken [28](#page=28).
* **Besmettelijkheid:** Voornamelijk seksueel contact [28](#page=28).
* **Klachten:** Bij vrouwen: stinkende, grijswitte tot groengele afscheiding, ontstoken labia, irritatie, lichte pijn bij plassen. Bij mannen: zelden klachten, soms lichte afscheiding of branderig gevoel bij plassen [29](#page=29).
* **Onderzoek:** Microscopisch onderzoek van afscheiding, eventueel uitstrijkje [29](#page=29).
* **Behandeling:** Eenmalige pillendosis [29](#page=29).
* **Gevolgen:** Geen complicaties bij niet-behandeling vastgesteld [29](#page=29).
#### 2.7.10 Aids (Acquired Immune Deficiency Syndrome)
* **Verwekker:** hiv (human immunodeficiency virus) [29](#page=29).
* **Definitie:** Aids is een syndroom veroorzaakt door hiv, waarbij het immuunsysteem ernstig is aangetast [29](#page=29).
* **Overdracht:** Besmetting met hiv gebeurt via seksueel contact, bloedcontact, en van moeder op kind [29](#page=29).
* **Verloop:** Na hiv-besmetting kan men jarenlang zonder duidelijke symptomen zijn (seropositief). Het immuunsysteem wordt langzaam aangetast. Uiteindelijk kan dit leiden tot aids, waarbij het lichaam vatbaar wordt voor opportunistische infecties en tumoren (#page=29, 30). De vensterperiode voor detectie van hiv is 3 tot 6 maanden [29](#page=29) [30](#page=30).
* **Klachten:** Vroege fase: vage griepklachten. Latere fase: gezwollen lymfeklieren. Aids-stadium: ernstige infecties, tumoren (bv. lymfomen) [30](#page=30).
* **Behandeling:** Combinatietherapie (HAART) onderdrukt het virus, verbetert het immuunsysteem en vermindert de kans op aids, maar geneest niet. Therapietrouw is cruciaal [30](#page=30).
* **Preventie:** PrEP (Pre-Expositie Profylaxe) kan hiv-infectie voorkomen bij risicogroepen [29](#page=29).
* **Gevolgen:** Aids is momenteel niet geneesbaar maar chronisch beheersbaar. Soms is er sprake van een sociaal stigma [30](#page=30).
### 2.8 Infecties die lijken op een soa, maar het niet zijn
Enkele infecties vertonen symptomen die vergelijkbaar zijn met soa's, maar worden meestal niet (primair) door seksueel contact veroorzaakt.
#### 2.8.1 Bacteriële vaginose
* **Oorzaak:** Verstoring van de natuurlijke vaginale flora (melkzuurbacteriën), vaak door antibiotica, intieme zeep, intieme deodorant, strakke kleding, of niet tijdig wisselen van tampons (#page=30, 31). De bacterie *Gardnerella vaginalis* kan zich dan vermenigvuldigen [30](#page=30) [31](#page=31).
* **Klachten:** Toegenomen dunne, waterige, witgrijze afscheiding met visachtige of ammoniakgeur. Irritatie en pijn bij plassen of seks, soms jeuk. Mannen hebben zelden klachten [31](#page=31).
* **Onderzoek:** Microscopisch onderzoek van afscheiding, eventueel uitstrijkje [31](#page=31).
* **Behandeling:** Afwachten bij lichte vormen. Bij ernstige vormen: antibiotica (liefst met probiotica), eventueel vaginale spoeling [31](#page=31).
* **Gevolgen:** Geen complicaties bij niet-behandeling, tenzij tijdens zwangerschap of na abortus [31](#page=31).
#### 2.8.2 Candida
* **Oorzaak:** Schimmelinfectie door gist *Candida*. Kan via seksueel contact, maar ook door antibiotica, zeep, deodorant, zwangerschap, vermoeidheid, stress, suikerziekte [31](#page=31).
* **Locatie:** Kan voorkomen in de anus zonder veel klachten [31](#page=31).
* **Klachten:** Bij vrouwen: toegenomen afscheiding (waterig, papperig, brokkelig), jeuk, irritatie, roodheid. Pijn bij vrijen en plassen. Bij mannen: ontsteking van de eikel met rood, schilferig uiterlijk en jeuk [31](#page=31).
* **Behandeling:** Zie tekst [31](#page=31).
* **Gevolgen:** Terugkerende ontstekingen kunnen voorkomen door gunstige groeiomstandigheden [31](#page=31).
---
# Seksuele disfuncties en counseling
Dit onderwerp behandelt de classificatie, kenmerken en behandelingen van verschillende seksuele disfuncties, evenals de methoden voor seksuele counseling en het voeren van gesprekken over seksualiteit [37](#page=37).
### 3.1 Seksuele disfuncties en hun behandeling
De DSM-5 classificeert seksuele disfuncties in drie hoofdcategorieën: seksuele disfuncties, parafiele stoornissen en genderdysforie [37](#page=37).
#### 3.1.1 Stoornissen in seksueel verlangen / opwinding
##### 3.1.1.1 Hypoactieve seksuele verlangen stoornis bij de man
Deze stoornis wordt gekenmerkt door een gebrek aan of afwezigheid van seksuele fantasieën en seksueel verlangen naar seksuele activiteit, rekening houdend met leeftijd, geslacht en levensomstandigheden. Het veroorzaakt significant lijden of relatieproblemen en is niet toe te schrijven aan andere stoornissen, middelen of somatische aandoeningen. Behandeling richt zich op het openstellen voor seksuele prikkels, initiatief nemen en, indien van toepassing, het aanpakken van relationele verschillen in verlangen. Bij een mogelijke lichamelijke oorzaak kan hormonentherapie worden overwogen, hoewel de effectiviteit hiervan niet altijd duidelijk is [37](#page=37).
##### 3.1.1.2 Seksuele-interesse-/opwindingsstoornis bij de vrouw
Deze stoornis omvat een gebrek aan seksuele fantasieën en verlangen, en een aanhoudend of terugkerend onvermogen om een adequate seksuele opwinding te bereiken of vol te houden. Net als bij mannen worden leeftijds-, geslacht- en levensomstandigheden in acht genomen, en de stoornis moet duidelijk lijden of relatieproblemen veroorzaken en niet verklaard worden door andere factoren. Vaak voorkomend bij vrouwen met een lage zelfwaarde of schuldgevoelens, waarbij mythes zoals "je moet zin hebben om te vrijen" een rol kunnen spelen. Behandeling is vergelijkbaar met die voor mannen, met de toevoeging van glijmiddel en sekstherapie met specifieke oefeningen [37](#page=37) [38](#page=38).
##### 3.1.1.3 Erectiestoornis (Erectiele disfunctie)
Een aanhoudend of terugkerend onvermogen om een adequate erectie te bereiken of vol te houden, met significante psychische klachten of relationele problemen tot gevolg. Deze disfunctie kan verschillende vormen aannemen, zoals het volledig uitblijven van een erectie, een onvoldoende stevige erectie, of het verlies van erectie tijdens coïtus. De behandeling vereist een diagnose van de lichamelijke of psychologische oorzaak. Bij een lichamelijke oorzaak wordt doorverwezen naar een uroloog, en medicatie zoals Viagra kan worden voorgeschreven. Leefstijlfactoren zoals roken, druggebruik en overgewicht kunnen ook bijdragen. Faalangst is een veelvoorkomende psychologische oorzaak, die een negatieve feedbacklus kan creëren [38](#page=38).
#### 3.1.2 Orgasmestoornissen
##### 3.1.2.1 Orgasmestoornis bij de vrouw
Gekenmerkt door een aanhoudende of terugkerende vertraging of het uitblijven van het orgasme na een normale seksuele opwindingsfase. De variabiliteit in stimulatiebehoeften bij vrouwen is groot. De stoornis moet leiden tot lijden of relatieproblemen en mag niet door andere factoren verklaard worden. Behandeling omvat voorlichting over vrouwelijke anatomie en functie, en oefeningen gericht op zelfkennis en partnercontact [39](#page=39).
##### 3.1.2.2 Vertraagde ejaculatie
Dit betreft een aanhoudende of terugkerende vertraging, of het uitblijven van het orgasme ondanks adequate seksuele stimulatie. De klachten moeten leiden tot lijden of relatieproblemen en mogen niet door andere oorzaken verklaard worden. Vaak situationeel of secundair van aard, waarbij stimulatie via andere wegen wel tot een orgasme leidt. Behandeling bestaat uit voorlichting over mannelijke anatomie en functie, en oefeningen voor zelfkennis [39](#page=39).
##### 3.1.2.3 Premature ejaculatie
Ejaculatie treedt op bij minimale seksuele stimulatie, voor, tijdens of kort na penetratie, en eerder dan gewenst. Factoren zoals leeftijd, nieuwheid van partner en activiteitsfrequentie worden meegewogen. Het veroorzaakt lijden of relatieproblemen en is niet toe te schrijven aan andere oorzaken. Dit is de meest voorkomende orgasmestoornis bij mannen, vaak met psychologische oorzaken zoals weinig ervaring of faalangst. Prostatitis kan een lichamelijke oorzaak zijn. De behandeling richt zich op het geven van meer controle over ejaculaties, met oefeningen zoals de stop-startmethode [39](#page=39) [40](#page=40).
#### 3.1.3 Genitopelviene pijn-/penetratiestoornis (GPPPS)
Deze stoornis, anders dan andere seksuele stoornissen, is niet direct gekoppeld aan de seksuele responscyclus. Kenmerken omvatten genitale pijn tijdens of na geslachtsgemeenschap, of onwillekeurige spierspasmen van het externe deel van de vagina die coïtus bemoeilijken. De symptomen moeten minstens drie maanden aanhouden en lijden of relatieproblemen veroorzaken. Oorzaken kunnen lichamelijk zijn (bv. vaginale atrofie, infecties) of psychologisch. Behandeling start met het aanpakken van lichamelijke oorzaken. Indien de pijn aanhoudt, kan therapie helpen bij het doorbreken van de vicieuze cirkel van pijn, eventueel aangevuld met oefeningen van een kinesist [40](#page=40).
#### 3.1.4 Overige seksuele disfuncties
Er zijn ook seksuele disfuncties die niet volledig voldoen aan de DSM-5 criteria, zoals hyperseksualiteit (seksuele verslaving), subjectieve gevoelloosheid ondanks normale fysiologische reacties, de vrouwelijke tegenhanger van premature ejaculatie, en genitale pijn bij masturbatie [40](#page=40).
### 3.2 Specifieke factoren bij seksuele problemen
#### 3.2.1 Duur
* **Primair:** De stoornis is altijd aanwezig geweest [41](#page=41).
* **Secundair:** De stoornis ontstaat na een periode van normaal seksueel functioneren [41](#page=41).
#### 3.2.2 Voorkomen
* **Situationeel:** De stoornis treedt op in specifieke situaties [41](#page=41).
* **Gegeneraliseerd:** De stoornis komt in alle situaties voor [41](#page=41).
#### 3.2.3 Oorzaak
* **Psychologische oorzaken:** Stress, trauma, negatieve ervaringen [41](#page=41).
* **Combinatie van psychologische en medische oorzaken/conditie:** Vaak een wisselwerking tussen lichaam en geest [41](#page=41).
#### 3.2.4 Algemene factoren bij seksuele problemen
Verschillende factoren kunnen bijdragen aan seksuele problemen, waaronder:
* **Geslacht:** Komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen [41](#page=41).
* **Leeftijd:** Begint meestal na 30 jaar, neemt bij vrouwen af met leeftijd en bij mannen toe [41](#page=41).
* **Gezondheidsproblemen:** Cardiovasculaire problemen, diabetes, hoge bloeddruk [41](#page=41).
* **Hormonale factoren:** Menopauze [41](#page=41).
* **Middelengebruik:** Alcohol, medicatie [41](#page=41).
* **Emotionele problemen:** Depressie, angst, stress, woede, schuldgevoel [41](#page=41).
* **Seksuele ervaringen:** Negatieve ervaringen, misbruik, trauma [41](#page=41).
* **Stress op het werk.** [41](#page=41).
* **Relationele problemen.** [41](#page=41).
### 3.3 Seksuele counseling en praten over seksualiteit
#### 3.3.1 Seksuele counseling
Seksuologische counseling is een vorm van kortdurende hulpverlening, gericht op het opheffen van seksuele klachten en het verbeteren van de seksuele beleving en het functioneren. Dit gebeurt middels informatie, sensate focus oefeningen, en cognitieve en gedragstechnieken [42](#page=42).
##### 3.3.1.1 Aanmelding
Aanmelding kan op drie manieren: de patiënt brengt de klacht direct ter sprake, er schuilt een probleem achter de aanmeldingsklacht, of de hulpverlener brengt het probleem zelf ter sprake [42](#page=42).
##### 3.3.1.2 Verkenning van het probleem
De hulpverlener verkent het probleem door middel van gesprekken, waarbij aandacht is voor de woordenschat van de patiënt en de mogelijke lading van bepaalde termen. Een combinatie van open en gesloten vragen is wenselijk. Het positief benoemen van wat wél kan, is een belangrijke eerste stap. De partner dient ook betrokken te worden [42](#page=42).
##### 3.3.1.3 Oorzaken
Na het duidelijk omschrijven van het probleem, wordt nagegaan of de oorzaken somatisch, psychisch of sociaal zijn, vaak in combinatie [43](#page=43).
##### 3.3.1.4 Somatische exploratie
Een lichamelijk onderzoek kan de hypothesen bevestigen of tegenspreken. Hulpverleners die geen onderzoek kunnen doen, verwijzen door naar een arts. Een algemeen klinisch onderzoek en een seksuologisch onderzoek kunnen deel uitmaken van de exploratie [43](#page=43).
##### 3.3.1.5 Behandeling
De behandeling richt zich op het formuleren van doelen, planmatig werken en transparantie. Een somatische behandeling is aangewezen bij lichamelijke oorzaken. Psychologische behandeling is een kortdurende gesprekstherapie met thuisopdrachten, die stapsgewijs worden opgebouwd en besproken [43](#page=43).
> **Tip:** Opdrachten zijn suggesties, geen verplichtingen. Het is cruciaal om de ervaringen met de opdrachten telkens te bespreken [44](#page=44).
Voorbeelden van opdrachten zijn:
* Algemene verkenning: strelen en gestreeld worden, exclusief de genitalia [44](#page=44).
* Genitale verkenning: om beurten de genitalia strelen en laten strelen [44](#page=44).
* Coïtus exploratie in ruiterhouding, waarbij de vrouw de controle heeft over penetratie en ritme [44](#page=44).
#### 3.3.2 Het PLISSIT-model
Het PLISSIT-model (Permission, Limited Information, Specific Suggestions, Intensive Therapy) is een methode om seksualiteit bespreekbaar te maken, gebaseerd op het principe van 'stepped care'. Het is een gestructureerde aanpak voor verschillende professionals om om te gaan met seksuele vragen en problemen [44](#page=44).
##### 3.3.2.1 Permission
Dit stadium omvat het geven van toestemming aan patiënten om te zijn wie ze zijn, te veranderen en/of hulp te zoeken. Hulpverleners doen dit door te luisteren, gerust te stellen en aan te moedigen. Luisteren vereist maximale aandacht en het loslaten van eigen waarden en normen. Het creëert een veilige context om over seksualiteit te praten. Vroedvrouwen kunnen dit doen door actief te luisteren, geïnteresseerd te zijn en seksualiteit als een normaal aspect van zorg te introduceren [45](#page=45).
##### 3.3.2.2 Limited Information
In dit stadium wordt specifieke, relevante informatie verstrekt die aansluit bij de noden van de patiënt, zoals terminologie, anatomie of cijfers. Dit vereist seksuologische kennis van de hulpverlener [45](#page=45).
##### 3.3.2.3 Specific Suggestions
Dit stadium vraagt meer expertise en een goed beeld van de geschiedenis van het seksuele probleem. Adviezen kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op het gebruik van glijmiddel bij medicatie-gerelateerde vaginale droogte [46](#page=46).
##### 3.3.2.4 Intensive Therapy
Vroedvrouwen hebben doorgaans niet de vaardigheden voor intensieve therapie en kunnen patiënten doorverwijzen naar gespecialiseerde seksuologen [46](#page=46).
#### 3.3.3 Praten over seksualiteit
Steeds meer hulpverleners bespreken de seksuele relatie in de context van ziekte of medicatie. Vroedvrouwen kunnen het thema seksualiteit zelf aanbrengen rond zwangerschap, bevalling, postpartum en borstvoeding. Het Sensoa Onder vier ogen stappenplan © is een methode om seksuele gezondheid te bespreken [46](#page=46).
##### 3.3.3.1 Stap 1: Breng seksuele gezondheid ter sprake
* **Leg uit waarom:** Normaliseer het ongemak en kader seksualiteit binnen de gezondheidstaak [47](#page=47).
* **Vraag toelating:** Verhoogt betrokkenheid en vermindert weerstand [47](#page=47).
* **Verwijs naar voorkennis:** Gebruik bestaande kennis uit onderzoek of literatuur [47](#page=47).
* **Verwijs naar ervaring:** Gebruik een gelijkaardige situatie van een andere (fictieve) vrouw om het onderwerp aan te snijden [47](#page=47).
> **Tip:** Zorg dat patiënten weten dat ze altijd bij jou terecht kunnen met vragen over seksualiteit, zelfs als ze er niet direct op ingaan [48](#page=48).
##### 3.3.3.2 Stap 2: Stimuleer de vrouw of haar partner om zelf te vertellen
Het doel is om de patiënt zoveel mogelijk zelf aan het woord te laten over seksuele zorgen. Praten zelf kan al voldoende zijn voor herstel [48](#page=48).
* **Exploratie:** Gebruik de ICE-bevraging (Ideas, Concerns, Expectations) en het Bio-Psychosociaal Model (BPS) als kapstok [48](#page=48).
* **Bevraag zorgen (Concerns):** Wat baart zorgen, fysieke impact, omgang ermee [48](#page=48).
* **Bevraag ideeën (Ideas):** Wat is volgens de patiënt de oorzaak [48](#page=48).
* **Bevraag verwachtingen (Expectations):** Wat hoopt men, wat verwacht men [49](#page=49).
##### 3.3.3.3 Stap 3: Vat samen wat de vrouw of haar partner vertelt
Een goede samenvatting toont luisterbereidheid en geeft de mogelijkheid om te benadrukken, richting te geven of af te ronden. De samenvatting wordt gecheckt met een gesloten vraag zoals "klopt dit?" [49](#page=49).
##### 3.3.3.4 Stap 4: Formuleer een aanbod
* **Doe een behandelvoorstel:** Uitvoeren van gerichte anamnese en onderzoeken voor diagnose [49](#page=49).
* **Geef informatie:** Corrigeer foute informatie of verwijs naar accurate kanalen [49](#page=49).
* **Plan een vervolgafspraak:** Essentieel als stap 2 niet binnen het consult past [50](#page=50).
* **Doe een doorverwijsaanbod:** Verwijzen naar een seksuoloog bij specifieke behoeften aan therapie [50](#page=50).
---
# Juridische aspecten van seksualiteit en voortplanting
Dit onderwerp onderzoekt de juridische fundamenten met betrekking tot seksualiteit en voortplanting, inclusief de rechten, plichten en wettelijke bepalingen die hierbij komen kijken.
### 4.1 Inleiding tot het recht
Recht is een alomtegenwoordig systeem van regels en technieken dat dient voor de ordening en sturing van de maatschappij, en voor de oplossing van conflicten. Hoewel burgers vaak niet bewust zijn van alle rechtsregels die hen binden, worden deze actief wanneer er problemen of conflicten ontstaan. Rechtsregels informeren ons over onze eigen rechten en plichten, alsook die van anderen, sturen ons gedrag en bieden een kader voor verwachtingen binnen de samenleving [51](#page=51).
### 4.2 Doelen van het recht
De ordenende en sturende functie van het recht is gericht op het bereiken van diverse maatschappelijke doelstellingen, waaronder:
* Het scheppen van sociale orde [51](#page=51).
* Het bevorderen van niet-gewelddadige conflictbeslechting [51](#page=51).
* Het bewerkstelligen van een rechtvaardige verdeling van schaarse goederen [51](#page=51).
* Het kanaliseren van sociale verandering [51](#page=51).
* Het garanderen van individuele ontplooiing en autonomie van burgers [51](#page=51).
Het recht reguleert diverse sociale verhoudingen, zoals die tussen ouders en kinderen, contractuele relaties, arbeidsrelaties, de relatie tussen overheid en burgers, en ook seksuele verhoudingen [51](#page=51).
### 4.3 Indelingen van het recht
Het recht kan op verschillende manieren worden ingedeeld:
* **Op basis van betrokkenen bij de geregelde verhoudingen:**
* **Publiek recht:** Regelt de verhoudingen tussen overheidsorganen onderling en tussen overheidsorganen en burgers. Dit omvat grondwettelijk recht, administratief recht, fiscaal recht, strafrecht en strafprocesrecht [52](#page=52).
* **Privaatrecht:** Regelt de juridische relaties tussen burgers. Dit omvat burgerlijk recht, handelsrecht, vennootschapsrecht, sociaal recht en privaatrechtelijk procesrecht [52](#page=52).
* **Thematische indeling (op basis van het voorwerp van het recht):** Voorbeelden hiervan zijn sportrecht, milieurecht, medisch recht, en het recht betreffende voortplanting en seksualiteit [52](#page=52).
### 4.4 Recht betreffende seksualiteit en voortplanting
Lichamelijkheid en seksualiteit behoren tot de intieme levenssfeer en vallen principieel onder het zelfbeschikkingsrecht. Echter, maatschappelijke waarden en opvattingen, alsook juridische normen, beperken deze vrijheid. Het recht inzake seksualiteit en voortplanting is geen afzonderlijk rechtsgebied, maar verspreid over verschillende bestaande rechtstakken, met name grondwettelijk recht, strafrecht en burgerlijk recht [52](#page=52).
#### 4.4.1 Grondwettelijk recht
Het grondwettelijk recht regelt de inrichting van de staat en kent burgers fundamentele rechten toe. Bepalingen uit de Belgische grondwet die relevant zijn voor seksualiteit en voortplanting zijn [52](#page=52):
* **Artikel 10:** Gelijkheid van Belgen voor de wet [52](#page=52).
* **Artikel 22:** Recht op eerbiediging van het privé- en gezinsleven [52](#page=52).
* **Artikel 23:** Recht op bescherming van de grondwet en geneeskundige bijstand [52](#page=52).
De Belgische grondwet bevat geen specifieke bepalingen ter bescherming van fysieke integriteit of zelfbeschikkingsrecht, hoewel aantastingen hiervan wel onder het recht op eerbiediging van het privéleven kunnen vallen [52](#page=52).
#### 4.4.2 Strafrecht
Het strafrecht bepaalt welke handelingen strafbaar zijn en welke straffen daarop van toepassing zijn, gebaseerd op het principe "geen misdrijf of straf zonder wet". Belangrijke bepalingen inzake strafbare seksuele gedragingen zijn te vinden in het strafwetboek onder 'Misdaden en wanbedrijven tegen de orde der familie en tegen de openbare zedelijkheid' [53](#page=53).
#### 4.4.3 Burgerlijk recht
Het burgerlijk recht regelt de fundamentele verhoudingen tussen burgers, waaronder het statuut van personen, het huwelijk en de verhoudingen tussen ouders en kinderen. Dit recht is voornamelijk gecodificeerd in het burgerlijk wetboek [53](#page=53).
### 4.5 Recht en geslacht
#### 4.5.1 Juridische uitgangspunten in verband met het geslacht
De aangifte van geboorte, die binnen vijftien dagen na de bevalling moet gebeuren, vermeldt het geslacht van het kind. Juridisch heeft elke persoon één geslacht, en de wet stelt mannelijk of vrouwelijk als de bedoelde geslachten. Juridisch bestaat er geen interseksuele toestand. Het geslacht wordt bij aangifte vastgesteld op basis van uiterlijk waarneembare morfologische kenmerken. Bij aanwezige kenmerken van beide geslachten wordt het overheersende geslacht toegewezen, of in uitzonderlijke gevallen wordt het geslacht als 'onbepaald' vermeld, wat later gecorrigeerd kan worden. De vaststelling van het geslacht is in beginsel definitief, hoewel aanpassingen mogelijk zijn onder strikte voorwaarden. Sinds 2018 is wijziging van de geboorteakte mogelijk, zelfs indien de fysieke kenmerken eenduidig waren maar de psychologische identificatie met een ander geslacht sterk is. Er bestaat in België geen "recht op vrije geslachtskeuze" dat losstaat van medische en juridische procedures [53](#page=53) [54](#page=54).
#### 4.5.2 Juridische relevantie van het geslacht
Het non-discriminatiebeginsel en gelijkheidsbeginsel verbieden onderscheid op grond van geslacht. De juridische relevantie van geslacht neemt af naarmate gelijkberechtiging toeneemt, wat blijkt uit de toelating van het huwelijk en wettelijke samenwoning tussen personen van hetzelfde geslacht, en adoptie door holebi's. Desalniettemin blijft geslacht relevant in het arbeidsrecht, sociaal zekerheidsrecht en bij de keuze van voornamen, waar een ambtenaar van de burgerlijke stand kan weigeren bij verwarrende namen [55](#page=55).
### 4.6 Recht en seksualiteitsbeleving
#### 4.6.1 Juridische uitgangspunten inzake seksualiteitsbeleving
Seksualiteitsbeleving behoort tot het privé-leven en geniet bescherming onder artikel 8 EVRM, tenzij het zich in het openbaar afspeelt, wat strafbaar is. Kernbegrip bij de beoordeling van strafbare feiten is toestemming. Toestemming moet vrijwillig gegeven zijn, kan op elk moment ingetrokken worden, en is afwezig bij kwetsbaarheid (bv. door angst, alcohol, drugs), bedreiging, geweld, dwang, list, bewusteloosheid of slaap [55](#page=55).
#### 4.6.2 Recht op gewenste seksualiteitsbeleving
Historisch bestond een klassieke, strikt heteroseksuele en voortplantingsgerichte visie op seksualiteit. In de jaren '70 en '80 begon deze visie te verschuiven met erkenning van de lustfunctie en minder exclusieve gerichtheid op huwelijkse voortplanting. Hoewel homoseksualiteit meer ruimte kreeg, bleven er beperkingen. De huidige benadering behandelt afwijkende seksualiteitsbelevingen nog steeds apart, met beperkingen op basis van leeftijd, familiale context, en specifieke praktijken zoals sadomasochisme [56](#page=56).
#### 4.6.3 Beperkingen op basis van leeftijd
De juridische competentie om over eigen seksualiteit te beslissen, wordt vertaald naar een algemene toestemmingsleeftijd. In België is de basisleeftijd voor juridische toestemming tot seks 16 jaar, met enkele uitzonderingen sinds 2022 [56](#page=56).
* **Leeftijdsgrens seksualiteit in de Belgische wet:** Seksuele handelingen zijn strafbaar indien er geen wederzijdse toestemming is, wat leidt tot "verkrachting" (met penetratie) of "aantasting van de seksuele integriteit" (zonder penetratie) [57](#page=57).
* **Uitzondering voor 14- en 15-jarigen:** Jongeren tussen 14 en 16 jaar kunnen toestemming geven mits het leeftijdsverschil niet meer dan 3 jaar bedraagt en geen vertrouwens- of gezagsrelatie wordt uitgebuit [57](#page=57).
* **Uitzonderingen voor 16- en 17-jarigen:** Zij kunnen nog niet rechtsgeldig toestemmen bij seksuele handelingen in familiale sfeer, daden van ontucht of prostitutie, of wanneer de dader een vertrouwens-, gezags- of invloedspositie misbruikt. De leeftijdsgrens voor seksuele handelingen in familiale sfeer is 18 jaar. Minderjarigen die een "als misdrijf omschreven feit" (MOF) plegen, kunnen door de jeugdrechter een maatregel opgelegd krijgen [58](#page=58).
#### 4.6.4 Homoseksualiteit
In België maken seksuele handelingen tussen personen van hetzelfde geslacht geen strafrechtelijk onderscheid. De leeftijdsgrens voor seksuele handelingen tussen personen van hetzelfde geslacht was vroeger 18 jaar, maar is sinds 1985 teruggebracht tot 16 jaar, gelijk aan heteroseksuele handelingen [58](#page=58).
* **Lesbische moeders met een kinderwens:** Sinds 2015 worden beide moeders van een lesbisch gehuwd koppel automatisch juridische ouders. Bij niet-gehuwde koppels kan de niet-biologische moeder het kind erkennen [59](#page=59).
* **Draagmoederschap bij homoseksuele mannen:** Er is geen specifieke wetgeving voor draagmoederschap in België, hoewel het niet verboden is. Commercieel draagmoederschap kan wel leiden tot strafrechtelijke vervolging. Overeenkomsten inzake draagmoederschap zijn juridisch nietig omdat mensen buiten de handel zijn [59](#page=59).
* **Homoseksueel ouderschap:** Oudere rechtspraak beperkte de rechten van homoseksuele ouders, maar recentere rechtspraak maakt hierin geen onderscheid meer. Meemoeders en meevaders kunnen omgangsrecht vragen op basis van artikel 375bis Burgerlijk Wetboek [59](#page=59) [60](#page=60).
* **Adoptie en homoseksualiteit:** Sinds 2006 kunnen koppels van hetzelfde geslacht samen adopteren, zowel binnenlands als buitenlands. Buitenlandse adoptie door homoseksuele koppels kan echter op problemen stuiten omdat niet alle landen dit toestaan [60](#page=60).
### 4.7 Recht en conceptie
#### 4.7.1 Niet-heelkundige anticonceptie (voorbehoedsmiddelen)
Voorbehoedsmiddelen worden gelijkgesteld aan geneesmiddelen en vereisen een medisch voorschrift. Artsen mogen anticonceptiemiddelen voorschrijven aan jongeren onder 16 jaar indien competent, en apothekers mogen niet weigeren op basis van religieuze overtuigingen [60](#page=60).
#### 4.7.2 Heelkundige anticonceptie of sterilisatie
Sterilisatie is gerechtvaardigd bij curatief of diagnostisch doel, of indien er toestemming is van de patiënt(e). Eventuele partners hoeven niet op de hoogte te worden gebracht [61](#page=61).
#### 4.7.3 Aansprakelijkheid bij geboorte van een gezond kind na sterilisatie
Medische kennis erkent dat vrouwelijke sterilisatie geen absolute onvruchtbaarheid garandeert. Bij mannelijke sterilisatie is er kans op spontane rekanalisatie. Indien de arts een informatiefout maakt over het risico op vruchtbaarheid, kan dit leiden tot een "wrongful conception" of "wrongful pregnancy" vordering, hoewel het Hof van Cassatie zich hierover nog niet heeft uitgesproken [61](#page=61).
#### 4.7.4 Heelkundige anticonceptie bij minderjarigen
Sterilisatie bij minderjarigen wordt doorgaans niet geoorloofd geacht wegens de ingrijpendheid, onomkeerbaarheid en beschikbare alternatieven. Enkel met toestemming van de minderjarige én de ouders kan dit in uitzonderlijke gevallen overwogen worden [61](#page=61).
#### 4.7.5 Medische begeleide bevruchting
Dit omvat technieken zoals kunstmatige inseminatie (KI) en in vitro fertilisatie (IVF). De Wet betreffende Medisch Begeleide Voortplanting (MBV-wet) regelt deze procedures en biedt bescherming [62](#page=62).
* **Beperkingen:** Het sperma van een donor mag gebruikt worden voor maximaal zes vrouwen (of twee vrouwen als een koppel). Eicellen mogen enkel weggenomen worden bij vrouwen tot 45 jaar, en aanvragen tot implantatie of KI zijn mogelijk tot 45 jaar (voor implantatie zelfs tot 47 jaar). IVF wordt terugbetaald tot 42 jaar [62](#page=62).
* **Geslachtskeuze:** Het is verboden om technieken te gebruiken voor geslachtskeuze, tenzij om een ernstige geslachtsgebonden genetische ziekte te voorkomen [62](#page=62).
* **Informatieplicht:** De informatieplicht aan aspirant-ouders is uitgebreid en omvat risico's voor vrouw en kind, meerlingenzwangerschappen, foetusreductie, alternatieven, slagingspercentages, psychische belasting en financiële consequenties. Vragen rond ingevroren gameten en embryo's na overlijden of scheiding moeten besproken worden [62](#page=62).
* **Kloneren:** Reproductief menselijk kloneren en het tot stand brengen van een genetisch identiek menselijk wezen is verboden [63](#page=63).
* **Donorgebruik:** Het gebruik van donorgameten kan juridische problemen stellen, met name inzake de anonimiteit van de donor, die beschermd wordt om aanspraken van het kind of de wensouders te voorkomen. Wissel- of kruisdonatie wordt toegepast om anonimiteit te bewaren. De arts die donorsperma verzamelt en bewaart, is gebonden aan een geheimhoudingsplicht [63](#page=63).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definitie |
|------|------------|
| Seksuologie | De wetenschappelijke studie van menselijk seksueel gedrag in al zijn variaties en expressievormen, waarbij seksualiteit vanuit diverse perspectieven wordt onderzocht. |
| Seksuele ontwikkeling | Het proces van groei en verandering in de manier waarop een persoon seksualiteit ervaart, begrijpt en uitdrukt gedurende het hele leven, beginnend vanaf de geboorte. |
| Seksueel overdraagbare aandoening (soa) | Infecties die voornamelijk via seksueel contact worden overgedragen, veroorzaakt door bacteriën, virussen of parasieten, en die kunnen leiden tot diverse gezondheidsproblemen. |
| Veilig vrijen | Praktijken en gedragingen die gericht zijn op het voorkomen van de overdracht van soa's en ongewenste zwangerschappen, en die respect voor jezelf en je partner inhouden. |
| Seksuele responscyclus | Een model dat de opeenvolging van fysiologische en psychologische reacties tijdens seksuele activiteit beschrijft, meestal onderverdeeld in fasen zoals verlangen, opwinding, plateau, orgasme en herstel. |
| Seksuele disfunctie | Een stoornis die het seksueel functioneren van een persoon belemmert, variërend van problemen met verlangen, opwinding, orgasme tot pijnklachten tijdens seksuele activiteit. |
| Seksuele counseling | Een vorm van kortdurende hulpverlening gericht op het oplossen van seksuele klachten, met behulp van informatie, oefeningen en cognitieve of gedragstechnieken. |
| PLISSIT-model | Een methode voor seksuele hulpverlening die bestaat uit vier stappen: Permission (toestemming geven/geruststellen), Limited Information (beperkte informatie geven), Specific Suggestions (specifieke suggesties) en Intensive Therapy (intensieve therapie). |
| Juridische basisinformatie | De regels en wetten die van toepassing zijn op het gebied van seksualiteit en voortplanting, met betrekking tot onder andere rechten, plichten, strafrecht en burgerlijk recht. |
| Art. 22 Grondwet | Een artikel in de Belgische grondwet dat het recht op eerbiediging van het privé-leven en het gezinsleven beschermt, wat relevant is voor de intieme levenssfeer van individuen. |
| Leeftijdsgrens toestemming (age of consent) | De wettelijk vastgestelde minimumleeftijd waarop iemand als bekwaam wordt geacht om toestemming te geven voor seksuele handelingen, wat varieert per land. |
| Medisch begeleide bevruchting (MBV) | Technieken zoals kunstmatige inseminatie (KI) en in-vitrofertilisatie (IVF) die worden gebruikt om menselijke onvruchtbaarheid te behandelen en zwangerschap te bewerkstelligen. |
| Genitale wratten | Kleine, vleeskleurige uitgroeisels op of rond de geslachtsdelen, veroorzaakt door het Humaan Papillomavirus (HPV), een veelvoorkomende soa. |
| Erectiestoornis | Het aanhoudende of terugkerende onvermogen om een adequate erectie te bereiken of te behouden die voldoende is voor bevredigende seksuele activiteit. |
| Premature ejaculatie | Het te vroeg plaatsvinden van de ejaculatie, meestal kort na of zelfs voor penetratie, wat als een stoornis wordt beschouwd wanneer het leidt tot lijden of relationele problemen. |
| Psychosomatische cirkel van seksualiteit | Een model dat de interactie tussen biologische, psychologische en sociale factoren in seksueel reageren weergeeft, waarbij gedachten, emoties en lichamelijke sensaties elkaar wederzijds beïnvloeden. |
| Soorten soa's (bacterieel, viraal, parasitair) | Categorieën van soa's ingedeeld naar het type pathogeen dat de infectie veroorzaakt: bacteriën (zoals chlamydia), virussen (zoals hiv) en parasieten (zoals schaamluis). |
| Menopauze | De periode in het leven van een vrouw waarin de menstruatie definitief stopt, gekenmerkt door hormonale veranderingen en mogelijke fysieke symptomen zoals opvliegers en vaginale droogte. |