Cover
Börja nu gratis Rechtshandhaving.docx
Summary
# Rechtshandhaving en geschillenbeslechting in het internationaal recht
Dit onderwerp behandelt de mechanismen voor handhaving en geschillenbeslechting binnen het internationaal recht, inclusief niet-gewelddadige middelen zoals retorsies en tegenmaatregelen, en de historische ontwikkeling van het geweldverbod.
## 1. De aard van rechtshandhaving in het internationaal recht
Het internationaal recht kent in beginsel geen gecentraliseerd stelsel van rechtshandhaving en rechtsafdwinging vanwege het horizontale karakter van de internationale rechtsorde. Staten die menen in hun rechten geschonden te zijn, zijn aangewezen op vreedzame geschillenbeslechting. Indien dit niet tot een oplossing leidt, kunnen zij genoodzaakt zijn om "het recht in eigen handen te nemen" door middel van dwangmaatregelen, zoals retorsies of tegenmaatregelen, steeds met inachtneming van de geldende regels van het internationaal recht.
## 2. Niet-gewelddadige middelen van rechtshandhaving
### 2.1. Retorsies
Retorsies zijn maatregelen die een benadeelde Staat kan nemen tegen een andere Staat die een internationale onrechtmatige daad heeft begaan of op een andere nadelige wijze heeft gehandeld. Deze maatregelen zijn op zichzelf volkenrechtelijk geoorloofd en vormen geen schending van een internationale verplichting.
Voorbeelden van retorsies omvatten:
* Het terugroepen van een ambassadeur.
* Het verminderen of verbreken van diplomatieke betrekkingen.
* Het beëindigen van vrijwillige economische of humanitaire hulp.
* Een boycot van producten uit de betreffende Staat.
**Tip:** De geoorloofdheid van retorsies hangt af van het feit of de maatregel zelf het internationaal recht schendt. Zo kan het beëindigen van economische hulp die op een verdrag berust, onrechtmatig zijn indien dit niet volgens de bepalingen van het verdrag gebeurt.
### 2.2. Tegenmaatregelen (represailles)
Wanneer de reactie van de benadeelde Staat op zichzelf een schending van het internationaal recht uitmaakt, spreekt men van tegenmaatregelen of represailles. Tegenmaatregelen mogen slechts genomen worden jegens een Staat die aansprakelijk is voor een internationale onrechtmatige daad, met als doel deze Staat aan te sporen zijn verplichtingen na te komen.
**Voorwaarden voor tegenmaatregelen:**
* **Inhoudelijk:**
* Ze mogen slechts een tijdelijk niet-nakomen van internationale verplichtingen inhouden jegens de verantwoordelijke Staat.
* Ze moeten zoveel mogelijk zodanig worden genomen dat de hervatting van de uitvoering van de desbetreffende verplichtingen mogelijk blijft (omkeerbaarheid).
* Ze mogen geen afbreuk doen aan bepaalde volkenrechtelijke verplichtingen, waaronder het geweldverbod, verplichtingen ter bescherming van fundamentele mensenrechten, verplichtingen van humanitaire aard die represailles verbieden, en andere verplichtingen van *jus cogens*.
* De proportionaliteitseis geldt: er moet een evenredigheid zijn tussen de represaille, de geleden schade, de ernst van de onrechtmatige daad en de in het geding zijnde rechten.
* **Procedureel:**
* De benadeelde Staat moet de verantwoordelijke Staat oproepen zijn internationale verplichtingen na te komen.
* De verantwoordelijke Staat moet in kennis worden gesteld van het besluit tot het nemen van represailles en er moet worden aangeboden te onderhandelen.
* Er geldt een uitzondering indien dringend actie geboden is om de rechten te beschermen.
* Indien de onrechtmatige daad is beëindigd, mogen geen represailles meer worden genomen, en reeds genomen represailles moeten onverwijld worden opgeschort.
* Represailles mogen niet worden ingesteld of voortgezet wanneer het geschil hangende is voor een bevoegde rechtbank, tenzij de verantwoordelijke Staat de geschillenbeslechtingsprocedures niet te goeder trouw naleeft.
* Represailles moeten worden beëindigd zodra de verantwoordelijke Staat zijn internationale verplichtingen heeft vervuld.
**Voorbeeld:** Het niet nakomen van eigen verplichtingen onder een bepaald verdrag door het inroepen van de *exceptio non adimpleti contractus* jegens de Staat die als eerste zijn verplichtingen verzuimde.
### 2.3. Noodzaak
Noodzaak is een uitzonderlijke situatie waarin een Staat zijn enige mogelijkheid om zich te redden uit een ernstige bedreiging ziet in het niet nakomen van zijn internationale verplichtingen, zelfs indien dit de rechten van een andere Staat schendt die geen onrechtmatige daad heeft gesteld. Noodzaak wordt erkend als een omstandigheid die de onrechtmatigheid van een schending van het internationaal recht doet vervallen.
### 2.4. Collectieve rechtshandhaving via de Veiligheidsraad
De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft de primaire verantwoordelijkheid voor de handhaving van de internationale vrede en veiligheid. Hij kan optreden op grond van Hoofdstuk VI (vreedzame geschillenbeslechting) en Hoofdstuk VII (optreden bij bedreiging van de vrede, verbreking van de vrede of daden van agressie) van het VN-Handvest.
* **Hoofdstuk VI:** De Veiligheidsraad kan geschillen onderzoeken en aanbevelingen doen voor procedures of methodes tot regeling. Deze maatregelen zijn niet-bindend.
* **Hoofdstuk VII:** Wanneer de Veiligheidsraad vaststelt dat er sprake is van een bedreiging van de vrede, verbreking van de vrede of daad van agressie, kan hij bindende maatregelen nemen.
* **Voorlopige maatregelen (art. 40 HVN):** Maatregelen om te voorkomen dat een situatie verergert, zoals een staakt-het-vuren.
* **Niet-gewelddadige maatregelen (art. 41 HVN):** Maatregelen zonder wapengeweld, zoals economische en handelssancties, wapenembargo's, reisverboden, financiële beperkingen en het verbreken van diplomatieke betrekkingen. Deze maatregelen zijn bindend voor alle VN-lidstaten. De EU zet VN-sancties om in EU-recht.
* **Machtiging tot geweldgebruik (art. 42 HVN):** Indien niet-gewelddadige maatregelen onvoldoende blijken, kan de Veiligheidsraad optreden door middel van lucht-, zee- of landstrijdkrachten machtigen. Dit kan leiden tot vredesafdwinging (*peace enforcement*).
**Voorbeeld van EU-sancties:** De EU heeft grootschalige sancties opgelegd aan Rusland als reactie op de oorlog tegen Oekraïne, waaronder bevriezing van tegoeden, reisverboden, export- en importbeperkingen, en een olie-embargo met een prijsplafond. Deze sancties omvatten ook beperkingen op de financiële sector, zoals het Swift-verbod voor bepaalde Russische en Wit-Russische banken.
**Tip:** De Veiligheidsraad kan ook optreden om de verspreiding van massavernietigingswapens te voorkomen (UNSC Res. 1540) en terrorisme te bestrijden (UNSC Res. 1373).
### 2.5. Multilaterale en unilaterale humanitaire interventies
* **Multilaterale humanitaire interventies:** Deze vinden plaats na machtiging van de VN-Veiligheidsraad op grond van Hoofdstuk VII HVN. Ze worden algemeen als volkenrechtelijk geoorloofd beschouwd.
* **Unilaterale humanitaire interventies:** Deze vinden plaats zonder machtiging van de VN-Veiligheidsraad. Ze zijn zeer omstreden. Hoewel sommigen een beperkte toelaatbaarheid bepleiten onder strikte voorwaarden (vergelijkbaar met noodzaak en proportionaliteit, en met inachtneming van de territoriale en politieke integriteit van de Staat waarin wordt geïntervenieerd), kunnen ze in strijd zijn met het geweldverbod uit het VN-Handvest. De doctrine van de "verantwoordelijkheid tot bescherming" (*responsibility to protect*) kan in dergelijke gevallen een rol spelen, waarbij de internationale gemeenschap ingrijpt indien een Staat kennelijk niet in staat of bereid is zijn bevolking te beschermen tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de mensheid.
## 3. Historische ontwikkeling van het geweldverbod
### 3.1. Voor de Eerste Wereldoorlog
Tot het einde van de 19e eeuw was het voeren van oorlog voor staten een vrije keuze. De Haagse Vredesconferenties van 1899 en 1907 beoogden het vertragen van oorlogsvoering om vreedzame geschillenbeslechting een kans te geven.
### 3.2. Na de Eerste Wereldoorlog
* **Verdrag van Versailles (1919):** Duitsland werd als schuldige van de oorlog aangewezen. De Volkenbond werd opgericht met een systeem van collectieve veiligheid. Het geweldverbod was echter beperkt; leden waren verplicht geschillen voor te leggen aan internationale instanties, en in een "afkoelperiode" mocht geen geweld worden gebruikt.
* **Briand-Kellogg Pact (1928):** Staten verzaakten aan oorlog als middel van buitenlandse politiek en verbonden zich ertoe geschillen vreedzaam te beslechten. Dit verdrag kende echter geen institutionele structuur voor sancties en omzeiling was mogelijk door militaire acties niet als oorlog te kwalificeren.
### 3.3. Het VN-Handvest (sinds 1945)
* **Geweldverbod (art. 2, § 4 HVN):** Alle VN-lidstaten dienen zich te onthouden van de bedreiging met of het gebruik van geweld tegen de territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid van een Staat, of van elke andere handelwijze die onverenigbaar is met de doelstellingen van de VN. Dit beginsel geldt ook voor niet-VN-lidstaten voor zover noodzakelijk voor internationale vrede en veiligheid. Het IGH heeft dit erkend als gewoonterecht.
* **Ruime interpretatie:** Hoewel art. 2, § 4 HVN expliciet spreekt over territoriale integriteit en politieke onafhankelijkheid, wordt dit door de meerderheid van de auteurs ruim geïnterpreteerd als een algemeen verbod op alle vormen van geweld.
#### 3.3.1. Uitzonderingen op het geweldverbod
Er zijn twee principieel aanvaarde uitzonderingen op het geweldverbod:
* **Zelfverdedigingsrecht (art. 51 HVN):** Het inherente recht op individuele of collectieve zelfverdediging in geval van een gewapende aanval. Dit recht geldt ook als gewoonterecht.
* **Voorwaarden:**
* Reactie op een voorafgaande gewapende aanval (preventief gebruik van geweld is omstreden; anticiperende zelfverdediging tegen een *imminente* aanval is mogelijk).
* Aanvallen door niet-statelijke groeperingen kunnen eveneens een beroep op zelfverdediging rechtvaardigen, mits de omvang en het effect gelijk staan aan een gewapende aanval door reguliere strijdkrachten en de betrokken Staat onwillig of onmachtig is om deze aanvallen te voorkomen.
* Het gebruikte geweld moet noodzakelijk en proportioneel zijn en het internationaal humanitair recht respecteren.
* **Melding aan de Veiligheidsraad:** De Veiligheidsraad moet onmiddellijk worden gewaarschuwd. Zodra de Veiligheidsraad maatregelen neemt, moet de Staat zijn eigen initiatief staken.
* **Gebruik van geweld na besluit van de Veiligheidsraad (Hoofdstuk VII HVN):** De Veiligheidsraad kan optreden om de internationale vrede en veiligheid te handhaven of te herstellen door middel van dwangmaatregelen, inclusief het machtigen van het gebruik van geweld (art. 42 HVN).
#### 3.3.2. Gebruik van geweld door de Veiligheidsraad
De Veiligheidsraad kan, op grond van art. 39 HVN, vaststellen dat er sprake is van een bedreiging van de vrede, verbreking van de vrede of daad van agressie. Vervolgens kan hij maatregelen nemen op grond van art. 41 (niet-gewelddadige maatregelen) of art. 42 (machtiging tot geweldgebruik). De toepassing van art. 42 vereist een besluit van de Veiligheidsraad, waarin lidstaten worden gemachtigd om "alle noodzakelijke middelen" te gebruiken.
**Voorbeeld:** De machtiging tot gebruik van geweld ter bevrijding van Koeweit in 1990-1991 (UNSC Res. 678).
**Tip:** De toenemende verdeeldheid binnen de Veiligheidsraad, met name door vetorechten, bemoeilijkt vaak het nemen van bindende maatregelen onder Hoofdstuk VII, wat leidt tot een focus op "humanitaire diplomatie" zoals het veiligstellen van toegang voor humanitaire hulp.
#### 3.3.3. Regionale organisaties en de Veiligheidsraad
Regionale organisaties kunnen een rol spelen bij de handhaving van internationale vrede en veiligheid, mits hun activiteiten verenigbaar zijn met de VN-doelstellingen. Ze mogen geen dwangacties ondernemen zonder machtiging van de Veiligheidsraad. De samenwerking tussen de Veiligheidsraad en regionale organisaties is de laatste decennia belangrijker geworden.
---
# EU-sancties tegen Rusland
Hieronder volgt een gedetailleerde studiehandleiding over de EU-sancties tegen Rusland, gebaseerd op de verstrekte documentatie.
## 2. EU-sancties tegen Rusland
Dit hoofdstuk bespreekt de diverse sancties die de Europese Unie heeft ingesteld tegen Rusland als reactie op de aanvalsoorlog tegen Oekraïne, waaronder economische, individuele, diplomatieke en visumaatregelen.
### 2.1 Achtergrond en reikwijdte van EU-sancties
Sinds de grootschalige invasie van Oekraïne door Rusland op 24 februari 2022 heeft de Europese Unie aanzienlijke en ongekende sancties ingesteld. Deze sancties bouwen voort op de maatregelen die al in 2014 werden ingevoerd na de annexatie van de Krim en het niet-nakomen van de Minsk-akkoorden. De sancties zijn gericht op het treffen van de Russische economie, het bemoeilijken van de militaire operaties en het ondermijnen van de politieke en economische steun voor de oorlog. De EU heeft tevens sancties opgelegd aan Wit-Rusland, Iran en Noord-Korea vanwege hun militaire steun aan Rusland, evenals aan personen en entiteiten in verband met de verslechterende mensenrechtensituatie in Rusland, met name na de dood van Aleksej Navalny.
#### 2.1.1 Personen en entiteiten die doelwit zijn van sancties
De EU-sancties zijn gericht tegen meer dan 2.200 personen en entiteiten die betrokken zijn bij acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen, of die hiervan profiteren. De lijst van gesanctioneerde personen omvat onder andere:
* De Russische president Vladimir Poetin
* De Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov
* Voormalig Oekraïens president Viktor Janoekovytsj
* Roman Abramovitsj
* Leden van de Doema en de Nationale Veiligheidsraad
* Ministers, gouverneurs en lokale politici
* Hoge ambtenaren en militairen
* Bevelhebbers van de Wagner Groep
* Prominente zakenlieden en oligarchen
* Pro-Kremlin propagandisten en anti-Oekraïense figuren
De sancties zijn ook gericht tegen personen die verantwoordelijk zijn voor of betrokken bij:
* Wreedheden in Boetsja en Marioepol
* Raketaanvallen op burgers en kritieke infrastructuur
* Deportatie en gedwongen adoptie van Oekraïense kinderen
* Militaire heropvoedingsprogramma's voor Oekraïense kinderen
* Rekrutering van Syrische huurlingen
* Productie en levering van drones
* Roof van Oekraïens cultureel erfgoed
De lijst van gesanctioneerde entiteiten omvat:
* Politieke partijen
* Strijdkrachten en paramilitaire groepen (waaronder de Wagner Groep)
* Banken en financiële instellingen
* Mediaorganisaties die propaganda en desinformatie verspreiden
* Bedrijven in de militaire en defensiesector
* Bedrijven in de energiesector
* Bedrijven in de luchtvaart-, scheepvaart- en machinebouwsector
* Bedrijven in de IT-, telecom- en verzekeringssector
* Bedrijven betrokken bij het omzeilen van sancties
* PJSC Alrosa (grootste diamantwinningsbedrijf ter wereld)
* De Al-Russische Volksfront beweging
* Organisaties die verantwoordelijk zijn voor heropvoedingsprogramma's en deportatie van Oekraïense kinderen
Sancties zijn ook opgelegd aan Wit-Rusland vanwege zijn betrokkenheid bij de Russische invasie van Oekraïne en aan Iran voor het leveren van drones aan Rusland.
#### 2.1.2 De praktische gevolgen van sancties
Sancties tegen personen houden een **reisverbod** en **bevriezing van tegoeden** in.
* Een **reisverbod** verhindert personen om de EU binnen te komen of erdoor te reizen.
* De **bevriezing van tegoeden** blokkeert alle bankrekeningen en activa van een persoon of entiteit binnen de EU. Dit betekent dat hun geld niet gebruikt kan worden om het Russische regime te steunen.
Sancties tegen entiteiten omvatten voornamelijk de **bevriezing van tegoeden**.
In de EU zijn reeds aanzienlijke bedragen aan tegoeden bevroren (meer dan 24,9 miljard euro) en de tegoeden van de Russische centrale bank ter waarde van 210 miljard euro zijn geblokkeerd. Uitzonderlijke nettowinsten die voortkomen uit de bevroren Russische activa zullen worden ingezet ter ondersteuning van de Oekraïense strijdkrachten, de defensie-industrie en de wederopbouw, via de Europese Vredesfaciliteit en andere EU-programma's.
### 2.2 Economische sancties en handelsbeperkingen
De economische sancties omvatten een reeks beperkingen op de in- en uitvoer van producten naar en uit Rusland. Het doel is om de Russische economie maximaal te treffen, terwijl de impact op Europese bedrijven en burgers wordt beperkt. Producten die primair bedoeld zijn voor consumptie, evenals gezondheids-, farmaceutische, landbouwproducten en levensmiddelen, zijn uitgesloten van de sanctielijsten om de Russische bevolking te ontzien.
Sinds februari 2022 hebben de sancties van de EU geleid tot een aanzienlijke daling van de handel:
* Meer dan 43,9 miljard euro aan goederen is niet naar Rusland uitgevoerd.
* Meer dan 91,2 miljard euro aan goederen is niet uit Rusland ingevoerd.
Dit resulteert in een vermindering van 49% in de export naar Rusland en een vermindering van 58% in de import uit Rusland vergeleken met 2021. Douaneautoriteiten in de EU handhaven deze import- en exportbeperkingen. De EU heeft, in samenwerking met gelijkgestemde partners, verklaard zich het recht voor te behouden om Rusland niet langer als meest begunstigde natie te behandelen binnen het kader van de WTO. De EU heeft ervoor gekozen de invoertarieven niet te verhogen, maar een reeks beperkende maatregelen te implementeren, waaronder een verbod op de in- en uitvoer van specifieke goederen. Bovendien is de toetredingsprocedure van Wit-Rusland tot de WTO door de EU en haar partners opgeschort. Sinds december 2023 is er een verbod op Russische diamanten, gecoördineerd met de G7-landen, om Rusland een belangrijke inkomstenbron te ontnemen.
#### 2.2.1 Goederen die niet mogen worden uitgevoerd naar Rusland
De sanctielijst voor export naar Rusland omvat onder andere:
* Geavanceerde technologie (bv. kwantumcomputers, halfgeleiders, elektronische componenten, software)
* Bepaalde machines en transportmiddelen
* Specifieke goederen en technologie voor olieraffinage
* Apparatuur, technologie en diensten voor de energiesector
* Goederen en technologie voor de lucht- en ruimtevaartindustrie (bv. vliegtuigen, motoren, reserveonderdelen, brandstof)
* Goederen en radiocommunicatietechnologie voor de zeescheepvaart
* Producten voor tweeërlei gebruik (civiel en militair), zoals drones, drone-software en encryptieapparatuur
* Luxegoederen (bv. dure auto's, horloges, juwelen)
* Onderdelen van civiele vuurwapens en ander militair materieel
* Chemische stoffen, lithiumbatterijen, thermostaten
* Andere goederen die de industriële capaciteit van Rusland kunnen versterken
#### 2.2.2 Goederen die niet mogen worden ingevoerd uit Rusland
De sanctielijst voor import uit Rusland omvat onder andere:
* Ruwe olie en geraffineerde aardolieproducten
* Steenkool en andere vaste fossiele brandstoffen
* Staal, ijzer en ruwijzer
* Cement en asfalt
* Koper- en aluminiumdraad, buizen en pijpen
* Hout, papier, synthetisch rubber en plastic
* Helium
* Visserijproducten, alcohol, sigaretten en cosmetische producten
* Diamanten en goud, inclusief juwelen
* Andere goederen die bijdragen aan de versterking van Rusland's industriële en defensievermogens
Het verbod op diamanten geldt voor Russische diamanten, diamanten die uit Rusland worden uitgevoerd, die via Rusland worden doorgevoerd, of die in derde landen zijn verwerkt maar van Russische oorsprong zijn.
#### 2.2.3 Diensten die niet langer mogen worden geleverd aan Rusland
Om de Russische economie, die sterk afhankelijk is van door Europese bedrijven geleverde diensten, te raken, heeft de EU een verbod ingesteld op de levering van bepaalde zakelijke diensten aan de Russische overheid en in Rusland gevestigde rechtspersonen. Dit verbod omvat:
* Diensten op het gebied van cryptoactiva (portemonnees, rekeningen, bewaring)
* Architecten- en ingenieursdiensten
* IT- en juridische adviesdiensten
* Diensten voor adverteren, marktonderzoek en opiniepeilingen
* Technische bijstand, tussenhandeldiensten of financiële bijstand (met betrekking tot zeevervoer van Russische olie)
* Diensten gerelateerd aan intellectuele-eigendomsrechten of handelsgeheimen (voor goederen en technologieën onder andere sancties)
* Software voor ondernemingsbeheer
* Software voor industrieel ontwerp en fabricage
#### 2.2.4 Het olie-embargo en prijsplafond voor olie
In juni 2022 heeft de Raad een zesde pakket sancties aangenomen dat de aankoop, invoer en overdracht van ruwe olie en bepaalde aardolieproducten over zee uit Rusland naar de EU verbiedt. Dit verbod geldt sinds 5 december 2022 voor ruwe olie en sinds 5 februari 2023 voor geraffineerde aardolieproducten. Er zijn tijdelijke uitzonderingen voor lidstaten die geografisch afhankelijk zijn van Russische olie via pijpleidingen en geen haalbare alternatieven hebben. Ook Bulgarije en Kroatië hebben tijdelijke uitzonderingen voor specifieke invoer. Dit embargo treft ongeveer 90% van de EU-invoer van Russische olie.
Het **prijsplafond voor olie** geldt voor over zee vervoerde ruwe olie, aardolie en olie uit bitumineuze mineralen afkomstig uit of uitgevoerd uit Rusland. Het plafond is vastgesteld op:
* $ 60 per vat voor ruwe olie
* $ 45 per vat voor aardolieproducten die goedkoper zijn dan ruwe olie
* $ 100 per vat voor aardolieproducten die duurder zijn dan ruwe olie
Deze prijsplafonds zijn, in samenwerking met de Price Cap Coalition, ingesteld om prijsstijgingen te beperken, Ruslands inkomsten te verlagen en mondiale energieprijzen te stabiliseren, terwijl de negatieve gevolgen voor derde landen worden verzacht. Het EU-invoerverbod op Russische olie over zee en de bijbehorende verboden voor andere G7-partners gelden parallel aan het prijsplafond. EU-vaartuigen mogen Russische olie en aardolieproducten niet naar derde landen vervoeren, evenmin als de bijbehorende diensten, tenzij de producten worden aangekocht tegen of onder het prijsplafond. Het 12e sanctiepakket heeft strengere nalevingsregels geïntroduceerd om omzeiling tegen te gaan, met een versterkt mechanisme voor informatie-uitwisseling om misleidende praktijken op te sporen.
#### 2.2.5 Sancties in de vervoerssector
**Vervoer over de weg:**
Russische en Wit-Russische wegvervoerders is de toegang tot de EU ontzegd, ook voor goederen in doorvoer. Dit vermindert de mogelijkheid voor Rusland om essentiële goederen aan te kopen en verstoort de handel. Uitzonderingen gelden voor:
* Vervoer van energie
* Vervoer van farmaceutische, medische, landbouw- en voedingsproducten
* Humanitaire hulp
* Vervoer voor diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen
* Overdracht of uitvoer van culturele goederen in bruikleen
* Auto's met diplomatieke kentekenplaten of voor humanitaire hulp
* Auto's van EU-burgers die in Rusland wonen en naar de EU reizen
De maatregel geldt niet voor post en goederen in doorvoer tussen de oblast Kaliningrad en Rusland.
**Luchtvaart:**
Alle Russische luchtvaartmaatschappijen is de toegang tot EU-luchthavens ontzegd en zij mogen niet meer over EU-grondgebied vliegen. Dit geldt ook voor privéjets. Bovendien is de uitvoer van goederen en technologie voor de lucht- en ruimtevaartindustrie naar Rusland verboden, evenals de bijbehorende diensten zoals verzekeringen en onderhoud. Aangezien een aanzienlijk deel van de Russische commerciële vliegtuigen in de EU, de VS of Canada is geproduceerd, kan dit op termijn leiden tot een immobilisatie van een groot deel van de Russische burgerluchtvaart.
**Vervoer over zee:**
De EU-havens zijn gesloten voor de gehele Russische handelsvloot. Uitzonderingen gelden voor schepen die bepaalde goederen vervoeren, zoals energie, farmaceutische, medische, landbouw- en voedingsproducten, humanitaire hulp, splijtstof en steenkool. Schepen in nood, die hulp zoeken of om maritieme veiligheidsredenen een noodstop maken, zijn eveneens uitgezonderd. Het verbod geldt wel voor schepen die proberen sancties te omzeilen door onder een andere vlag te varen, in andere staten te registreren, schip-tot-schip transfers uitvoeren of bijdragen aan Ruslands oorlogsinspanningen. Scheepsvervoer van Russische ruwe olie en aardolieproducten naar derde landen is verboden, evenals de bijbehorende diensten, tenzij de producten onder het olieprijsplafond worden aangekocht.
### 2.3 Financiële en banksector sancties
#### 2.3.1 SWIFT-verbod
Tien Russische en vier Wit-Russische banken zijn uitgesloten van het SWIFT-systeem, waardoor zij geen internationale betalingen meer kunnen verrichten of ontvangen. Dit belemmert hun vermogen om buitenlandse valuta te ontvangen en activa naar het buitenland over te maken. Hoewel transacties zonder SWIFT theoretisch mogelijk zijn, is dit duur, complex en vereist het wederzijds vertrouwen tussen financiële instellingen.
#### 2.3.2 Systeem voor financiële berichten (SPFS)
De EU heeft een verbod ingesteld op het gebruik van het "System for Transfer of Financial Messages" (SPFS), een berichtendienst ontwikkeld door de Centrale Bank van Rusland om de effecten van sancties te neutraliseren. EU-entiteiten die buiten Rusland actief zijn, mogen geen verbinding maken met het SPFS of vergelijkbare diensten.
#### 2.3.3 Sancties tegen de Nationale Centrale Bank van Rusland
Alle transacties met de Nationale Centrale Bank van Rusland met betrekking tot het beheer van haar reserves en activa zijn verboden. Hierdoor heeft de centrale bank geen toegang meer tot haar tegoeden en activa bij centrale banken en particuliere instellingen in de EU. De tegoeden van de centrale bank zijn bevroren, wat naar schatting meer dan de helft van de Russische reserves blokkeert. Andere landen zoals de VS, Canada en het VK hebben eveneens soortgelijke verboden ingesteld. Dit beperkt de mogelijkheid van Rusland om zijn banken te ondersteunen en de gevolgen van andere sancties te verzachten. Zelfs de goudreserves lijken moeilijker verhandelbaar.
#### 2.3.4 Verbod op eurobankbiljetten
De EU heeft een verbod ingesteld op de verkoop, levering, overdracht en uitvoer van eurobankbiljetten naar Rusland om te voorkomen dat de Russische regering, de centrale bank en andere entiteiten de sancties omzeilen door contante euro's te verkrijgen. Vergelijkbare sancties gelden voor Wit-Rusland.
### 2.4 Media en desinformatie
De EU heeft de omroepactiviteiten en -vergunningen van verschillende door het Kremlin gesteunde mediakanalen opgeschort die desinformatie verspreiden. Deze maatregel is gericht tegen de systematische internationale campagne van desinformatie, manipulatie en verdraaiing van feiten door Rusland, die gericht is op het destabiliseren van de EU en haar lidstaten. De betrokken mediakanalen omvatten onder meer Izvestia, Katehon, New Eastern Outlook, NTV/NTV Mir, Oriental Review, Pervyj Kanal, REN TV, RIA Novosti, Russia Today en dochterondernemingen, Rossiya RTR / RTR Planeta, Rossiya 24 / Russia 24, Rossiya 1, Rossiyskaya Gazeta, Spas TV Channel, Sputnik en dochterondernemingen, Tsargrad TV Channel, TV Centre International en Voice of Europe. Het Kremlin gebruikt deze media om propaganda te verspreiden en desinformatiecampagnes te voeren, met name over de aanvalsoorlog tegen Oekraïne. De sancties zijn van toepassing op alle omroepactiviteiten in of voor EU-lidstaten, ongeacht het medium. In overeenstemming met het Handvest van de grondrechten, worden de mediakanalen en hun personeel niet belemmerd in het uitvoeren van andere activiteiten dan omroep, zoals onderzoek en interviews. Sancties zijn ook opgelegd aan mediagroepen en personen die verantwoordelijk zijn voor propaganda en desinformatie.
### 2.5 Voorkomen van sanctieomzeiling
De EU heeft maatregelen genomen om de omzeiling van sancties door Russische personen en entiteiten tegen te gaan, die onder meer gebruik maken van complexe financiële constructies, misleiding over de aard of oorsprong van goederen, hulp van derde landen of het verbergen van activa. Deze maatregelen omvatten:
* Versterkte bilaterale en multilaterale samenwerking met derde landen en het bieden van technische ondersteuning.
* Uitbreiding van de criteria voor plaatsing op de sanctielijst om personen die omzeiling faciliteren te treffen.
* Sancties tegen entiteiten in derde landen die betrokken zijn bij de omzeiling van handelsbeperkingen.
* Een doorvoerverbod voor bepaalde goederen die via Rusland naar derde landen worden uitgevoerd.
* Een verbod op toegang tot EU-havens voor vaartuigen die schip-tot-schip transfers uitvoeren en waarvan vermoed wordt dat zij sancties overtreden.
* Russische onderdanen mogen geen eigenaar zijn van, zeggenschap uitoefenen over of bestuursfuncties bekleden in bedrijven die cryptoactiva-diensten aanbieden in Rusland.
* In de EU gevestigde entiteiten die eigendom zijn van of onder zeggenschap staan van Rusland, moeten geldovermakingen van meer dan 100.000 euro buiten de EU aangeven.
#### 2.5.1 Niet-naar-Ruslandclausule
Sinds december 2023 moeten EU-exporteurs bij de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van bepaalde goederen naar derde landen (met uitzondering van partnerlanden) contractueel de wederuitvoer naar Rusland en voor gebruik in Rusland verbieden. Dit geldt met name voor:
* Goederen voor tweeërlei gebruik.
* Geavanceerde technologie die op het slagveld in Oekraïne is aangetroffen of cruciaal is voor de ontwikkeling van Russische militaire systemen.
* Luchtvaartgoederen en wapens.
#### 2.5.2 Voorkomen van omzeiling door derde landen
Om de toenemende pogingen tot sanctieomzeiling tegen te gaan, werkt de EU intensief samen met derde landen en biedt zij technische ondersteuning. Indien deze samenwerking niet het gewenste resultaat oplevert, kan de EU overgaan tot evenredige en gerichte maatregelen. Deze zijn bedoeld om Rusland af te snijden van de inkomsten die de oorlog financieren. Het gaat om individuele maatregelen tegen marktdeelnemers uit derde landen die sanctieomzeiling mogelijk maken. Na het nemen van deze maatregelen, zal de EU opnieuw de dialoog aangaan met het betreffende derde land. Bij aanhoudende en substantiële sanctieomzeiling kan de EU als laatste redmiddel uitzonderlijke maatregelen nemen, zoals het beperken van de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van goederen (met name gevechtsgoederen en -technologie) naar derde landen met een blijvend hoog risico op sanctieomzeiling.
Daarnaast gelden er eisen dat EU-moederondernemingen toezien op de naleving door hun dochterondernemingen in derde landen, EU-marktdeelnemers zorgvuldigheidsmechanismen implementeren voor de verkoop van gevechtsgoederen aan derde landen, en contracten met derde landen die industriële knowhow overdragen, clausules bevatten om te voorkomen dat deze knowhow wordt gebruikt voor Russische goederen.
David O’Sullivan is benoemd tot speciale gezant voor de uitvoering van EU-sancties, om contacten te onderhouden met derde landen en te zorgen dat gevoelige militaire goederen van Europese oorsprong niet in Rusland terechtkomen.
### 2.6 Wat de EU-sancties tegen Rusland NIET doen
* De sancties belemmeren **niet** de uitvoer van levensmiddelen en landbouwproducten of daarmee verband houdende transacties. De EU benadrukt dat Rusland de enige verantwoordelijke is voor de wereldwijde voedselcrisis en dat de sancties niet gericht zijn op voedsel en landbouwproducten. Voedselzekerheid en betaalbaarheid van levensmiddelen zijn prioriteiten voor de EU. Er zijn geen sancties op de Russische uitvoer van voedsel naar de wereldmarkt. Iedereen kan voedsel en meststoffen uit Rusland kopen, verhandelen, vervoeren en gebruiken.
* Beperkingen op de invoer van bepaalde kalimeststoffen zijn uitsluitend van toepassing op invoer in de EU, niet op uitvoer vanuit de EU of Rusland naar Oekraïne.
* Hoewel het Europese luchtruim gesloten is voor Russische vliegtuigen, kunnen lidstaten uitzonderingen maken voor vluchten met humanitaire doeleinden.
* Lidstaten mogen schepen onder Russische vlag en Russische wegvervoerders toegang verlenen tot de EU voor de in- of uitvoer van landbouwproducten (zoals meststoffen en tarwe), aangezien daar geen beperkende maatregelen voor gelden.
### 2.7 Coördinatie met internationale partners
Sancties hebben meer impact wanneer een brede groep internationale partners deelneemt. De EU werkt nauw samen met gelijkgestemde partners, zoals de Verenigde Staten, Canada, Duitsland, Frankrijk, Italië, Japan, het Verenigd Koninkrijk, Australië en andere internationale organisaties zoals de Wereldbankgroep, de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO) en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). De "Russian Elites, Proxies, and Oligarchs (REPO) Task Force" is opgericht om de internationale inspanningen te coördineren en de toepassing van sancties te waarborgen. Elk niet-EU-land beslist echter zelf welke sancties het oplegt.
### 2.8 Juridische basis van EU-sancties
Alle EU-sancties stroken met de verplichtingen van het internationaal recht en eerbiedigen de mensenrechten en fundamentele vrijheden. Na een politiek akkoord tussen de EU-lidstaten, bereiden de Europese Dienst voor extern optreden en/of de Europese Commissie de benodigde rechtshandelingen voor, die vervolgens aan de Raad worden voorgelegd. Verordeningen en besluiten van de Raad zijn, als rechtshandelingen van algemene strekking, bindend voor alle personen en entiteiten die onder de jurisdictie van de EU vallen, inclusief EU-onderdanen wereldwijd en alle bedrijven en organisaties opgericht naar het recht van een EU-lidstaat. De Veiligheidsraad van de VN kan, conform artikel 41 van het VN-Handvest, niet-gewelddadige maatregelen (embargo's) opleggen die bindend zijn voor alle lidstaten.
---
**Tip:** Het is cruciaal om de specifieke doelstellingen achter elke categorie van sancties te begrijpen (economisch, individueel, etc.) en hoe deze bijdragen aan de bredere strategische doelen van de EU ten aanzien van Rusland. Bestudeer ook de mechanismen die zijn opgezet om sanctieomzeiling te voorkomen, aangezien dit een belangrijk aspect is van de effectiviteit van sancties.
---
# Het geweldverbod en de uitzonderingen daarop
Dit onderwerp onderzoekt het algemene verbod op het gebruik van geweld in het internationaal recht, zoals vastgelegd in het VN-Handvest, en de erkende uitzonderingen daarop, zoals het recht op zelfverdediging en collectieve veiligheid via de VN-Veiligheidsraad.
### 3.1 Niet-gewelddadige middelen
Wanneer een staat nadelige gevolgen ondervindt van internationale onrechtmatige daden of andere handelingen van een andere staat, kan hij daarop reageren met:
#### 3.1.1 Retorsies
* Retorsies zijn maatregelen die nadelig zijn voor de betrokken staat, maar op zichzelf volkenrechtelijk geoorloofd zijn en geen schending van een internationale verplichting opleveren.
* Voorbeelden hiervan zijn het terugroepen van een ambassadeur, het verbreken van diplomatieke betrekkingen, het beëindigen van hulp of een boycot van producten.
* Het is cruciaal dat retorsies zelf geen schending van het internationaal recht vormen.
#### 3.1.2 Tegenmaatregelen (represailles)
* Tegenmaatregelen zijn zelf ook een schending van het internationaal recht, maar worden onder bepaalde voorwaarden als geoorloofd beschouwd.
* Ze mogen alleen worden genomen jegens een staat die aansprakelijk is voor een internationale onrechtmatige daad, met als doel deze staat aan te sporen zijn verplichtingen na te komen.
* **Voorwaarden voor tegenmaatregelen:**
* **Beperkt in tijd:** Ze mogen slechts tijdelijk van aard zijn en de hervatting van de oorspronkelijke verplichtingen moet mogelijk blijven.
* **Procedureel:** De benadeelde staat moet de verantwoordelijke staat oproepen zijn verplichtingen na te komen, de intentie tot tegenmaatregelen meedelen en onderhandelingen aanbieden, tenzij dringende actie vereist is.
* **Beëindiging:** Tegenmaatregelen moeten worden opgeschort indien de onrechtmatige daad is beëindigd of als het geschil voor een bevoegde rechtbank hangt, tenzij de verantwoordelijke staat de procedure niet te goeder trouw uitvoert. Ze moeten ook worden beëindigd zodra de verplichtingen zijn vervuld.
* **Inhoudelijk:** Tegenmaatregelen mogen geen afbreuk doen aan bepaalde volkenrechtelijke verplichtingen, waaronder het geweldverbod, verplichtingen ter bescherming van fundamentele mensenrechten, humanitaire verplichtingen en jus cogens. Ook geldende geschillenbeslechtingsprocedures en de onschendbaarheid van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigers moeten worden gerespecteerd.
* **Proportionaliteit:** De tegenmaatregel moet evenredig zijn aan de geleden schade, de ernst van de onrechtmatige daad en de in het geding zijnde rechten.
> **Tip:** Tegenmaatregelen zijn een uiterste redmiddel en moeten voldoen aan strikte procedurele en inhoudelijke eisen om hun geoorloofdheid te behouden.
#### 3.1.3 Noodzaak (necessity)
* Noodzaak is een uitzonderlijke situatie waarin een staat zijn internationale verplichtingen niet kan nakomen om zich te redden uit een ernstige bedreiging, zelfs als dit de rechten van een andere staat schendt.
* Dit wordt erkend als een omstandigheid die de onrechtmatigheid van een schending van internationaal recht doet vervallen.
* De Veiligheidsraad kan op grond van artikel 41 HVN ook niet-gewelddadige maatregelen (embargo's) opleggen die bindend zijn voor alle lidstaten.
### 3.2 Gebruik van geweld
#### 3.2.1 Voorgeschiedenis
* Tot het einde van de 19e eeuw was het gebruik van geweld door staten grotendeels een vrije keuze.
* De Haagse Vredesconferenties van 1899 en 1907 poogden oorlog te vertragen door procedures in te stellen voor vreedzame geschillenbeslechting.
* Na de Eerste Wereldoorlog ontstond de Volkenbond, de eerste internationale organisatie met een universeel karakter, gericht op collectieve veiligheid. Het geweldverbod was hier echter nog beperkt.
* Het Briand-Kellogg Pact van 1928 was een verdere stap om oorlog als middel van buitenlandse politiek uit te sluiten, maar kende tekortkomingen op het gebied van sancties en definities.
#### 3.2.2 VN-Handvest
* Het VN-Handvest (art. 2, § 4) bevat een ruim geformuleerd interstatelijk geweldverbod: staten onthouden zich van dreiging met of gebruik van geweld tegen de territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid van een staat, of enige andere handelwijze die onverenigbaar is met de doelstellingen van de VN.
* Dit geweldverbod is erkend als een gewoonterechtelijk beginsel.
* Er is discussie over de precieze draagwijdte van dit verbod, maar de meerderheid van de auteurs interpreteert het als een algemeen verbod op alle vormen van geweld, wat is bevestigd door het Internationaal Gerechtshof.
* Op het principiële geweldverbod bestaan twee uitzonderingen: het recht op zelfverdediging en het gebruik van geweld na een besluit van de Veiligheidsraad.
* Hierdoor is het jus ad bellum (het recht om oorlog te voeren) in beginsel een jus contra bellum (een recht dat oorlog verbiedt) geworden.
##### 3.2.2.1 Zelfverdedigingsrecht
* Artikel 51 HVN erkent het "inherente" recht op individuele of collectieve zelfverdediging bij een gewapende aanval. Dit recht bestaat ook als gewoonterecht.
* De grondslag is het fundamentele recht op zelfbehoud.
* **Voorwaarden voor zelfverdediging:**
* **Reactie op een gewapende aanval:** Preventief gebruik van geweld tegen een verwachte aanval is omstreden. Anticiperende zelfverdediging tegen een imminente aanval (Caroline-doctrine) wordt wel erkend.
* **Aanval door staten of niet-statelijke groeperingen:** De rechtspraak hierover is complex. Over het algemeen geldt dat een aanval door niet-statelijke groeperingen pas grond geeft voor zelfverdediging als er een staat achter zit die de groepering steunt, of die onwillig of onmachtig is om de aanvallen te voorkomen.
* **Noodzakelijkheid en proportionaliteit:** Het gebruikte geweld moet noodzakelijk en proportioneel zijn en in overeenstemming met het internationaal humanitair recht.
* **Meldingsplicht aan de Veiligheidsraad:** De Veiligheidsraad moet onmiddellijk worden geïnformeerd.
* **Tijdelijk karakter:** Het recht op zelfverdediging is tijdelijk; zodra de Veiligheidsraad maatregelen neemt, moet de staat zijn initiatief staken.
> **Tip:** De definitie van "gewapende aanval" en de toerekenbaarheid aan een staat bij aanvallen door niet-statelijke groeperingen zijn complexe en voortdurend evoluerende aspecten van het zelfverdedigingsrecht.
##### 3.2.2.2 Collectieve rechtshandhaving via de Veiligheidsraad
* De Veiligheidsraad heeft de primaire verantwoordelijkheid voor de handhaving van internationale vrede en veiligheid (art. 24, § 1 HVN).
* Hij kan optreden onder Hoofdstuk VI (vreedzame geschillenregeling) en Hoofdstuk VII (maatregelen bij bedreiging van de vrede, verbreking van de vrede of daden van agressie) van het VN-Handvest.
#### 3.2.2.2.1 Maatregelen onder Hoofdstuk VI HVN
* De Veiligheidsraad kan geschillen onderzoeken en procedures of methodes tot regeling aanbevelen. Deze maatregelen zijn echter niet bindend.
#### 3.2.2.2.2 Maatregelen onder Hoofdstuk VII HVN
* Indien de Veiligheidsraad vaststelt dat er sprake is van een bedreiging van de vrede, verbreking van de vrede of daad van agressie, kan hij bindende maatregelen nemen.
* **Voorlopige maatregelen (art. 40 HVN):** Maatregelen die de escalatie van een situatie moeten voorkomen, zonder de rechten van partijen aan te tasten (bv. staakt-het-vuren).
* **Niet-gewelddadige maatregelen (art. 41 HVN):** Dit omvat economische en handelssancties, wapenembargo's, reisverboden, verbreken van verbindingen en diplomatieke betrekkingen. Ook de oprichting van internationale tribunalen valt hieronder.
* De EU zet VN-sanctieregelingen om in EU-recht, waardoor ze direct van toepassing zijn.
* De wet van 2 mei 2019 in België regelt de directe uitvoering van bevriezingsmaatregelen door de Veiligheidsraad.
* **Geweldgebruik gemachtigd door de Veiligheidsraad (art. 42 HVN):** Indien niet-gewelddadige maatregelen onvoldoende zijn, kan de Raad optreden door middel van lucht-, zee- of landstrijdkrachten (peace enforcement). Dit gebeurde onder andere in Irak, Bosnië en Libië.
* De Veiligheidsraad heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van internationaal recht, met name door de oprichting van internationale straftribunalen en de vaststelling van normen ter bestrijding van terrorisme.
* De eenparigheid van de permanente leden van de Veiligheidsraad is echter cruciaal voor het nemen van bindende maatregelen onder Hoofdstuk VII, wat in recente conflicten (bv. Syrië, Oekraïne, Gaza) tot verlamming heeft geleid.
> **Tip:** Begrijp het onderscheid tussen "peacekeeping" (met instemming van de partijen) en "peace enforcement" (zonder instemming, door de Veiligheidsraad gemandateerd).
#### 3.2.2.3 Eenzijdige humanitaire interventies
* Dit betreft het gebruik van geweld door Staat A op het grondgebied van Staat B om de mensenrechten van de bevolking van Staat B te beschermen, zonder VN-machtiging.
* Deze interventies zijn controversieel. Ze worden soms verdedigd onder het recht op zelfverdediging (bescherming van eigen onderdanen in het buitenland) of als een uitzonderlijke humanitaire interventie.
* De doctrine van "responsibility to protect" (R2P) stelt dat de internationale gemeenschap een verantwoordelijkheid heeft om in te grijpen wanneer een staat zijn bevolking niet beschermt tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de menselijkheid, bij voorkeur via de VN-Veiligheidsraad.
* Unilaterale humanitaire interventies zonder VN-machtiging zijn juridisch zeer problematisch, aangezien ze strijdig kunnen zijn met het geweldverbod (art. 2, § 4 HVN), vooral wanneer ze de territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid van een staat aantasten. De Kosovo-crisis illustreert deze problematiek.
> **Voorbeeld:** De NAVO-interventie in Kosovo in 1999 werd controversieel geacht omdat er geen VN-Veiligheidsraad-mandaat was, wat vragen opriep over de rechtmatigheid ervan op basis van het geweldverbod.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Retorsies | Maatregelen die een benadeelde Staat kan nemen tegen een andere Staat die een internationale onrechtmatige daad heeft gepleegd. Deze maatregelen zijn op zichzelf volkenrechtelijk geoorloofd en vormen geen schending van een internationale verplichting. Voorbeelden zijn het terugroepen van een ambassadeur of het beëindigen van diplomatieke betrekkingen. |
| Tegenmaatregelen (Represailles) | Reacties van een benadeelde Staat op een internationale onrechtmatige daad, die op zichzelf een schending van het internationaal recht vormen. Ze zijn gericht op het aansporen van de verantwoordelijke Staat om zijn verplichtingen na te komen en moeten tijdelijk en omkeerbaar zijn waar mogelijk. |
| Verantwoordelijke Staat | Een Staat die aansprakelijk is voor een internationale onrechtmatige daad. Tegenmaatregelen mogen alleen tegen deze Staat worden genomen. |
| Exceptio non adimpleti contractus | Een juridisch beginsel dat stelt dat een partij zijn eigen verplichtingen mag opschorten als de andere partij zijn verplichtingen niet nakomt. Dit kan worden ingeroepen als een vorm van represaille. |
| Jus ad bellum | Het rechtsgebied dat de voorwaarden regelt waaronder Staten hun toevlucht mogen nemen tot oorlog of het gebruik van geweld in het algemeen. Dit staat tegenover jus in bello, dat de regels van oorlogvoering zelf behandelt. |
| Jus contra bellum | Het principe dat oorlog voeren, in het algemeen, verboden is. Dit is de moderne interpretatie van de rechtsregels die het gebruik van geweld beperken, voortkomend uit het geweldverbod in het VN-Handvest. |
| Geweldverbod | Een fundamenteel beginsel van het internationaal recht, vastgelegd in artikel 2, paragraaf 4 van het VN-Handvest, dat de bedreiging met of het gebruik van geweld tegen de territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid van een Staat verbiedt. |
| Zelfverdedigingsrecht | Het inherente recht van een Staat om geweld te gebruiken als reactie op een gewapende aanval. Dit recht is vastgelegd in artikel 51 van het VN-Handvest en wordt beschouwd als een uitzondering op het algemene geweldverbod. |
| Collectieve zelfverdediging | Het recht van Staten om gezamenlijk militaire bijstand te verlenen aan een Staat die het slachtoffer is van een gewapende aanval, vaak gebaseerd op militaire allianties zoals de NAVO. |
| Veiligheidsraad | Het orgaan van de Verenigde Naties dat belast is met de primaire verantwoordelijkheid voor de handhaving van de internationale vrede en veiligheid. De Raad kan bindende maatregelen nemen onder Hoofdstuk VII van het VN-Handvest. |
| Hoofdstuk VII HVN | Een hoofdstuk van het Handvest van de Verenigde Naties dat de Veiligheidsraad bevoegdheden toekent om actie te ondernemen met betrekking tot bedreigingen van de vrede, verbrekingen van de vrede en daden van agressie, inclusief het opleggen van sancties en het machtigen van militair geweld. |
| Sancties | Bindende maatregelen die de VN-Veiligheidsraad kan opleggen onder artikel 41 van het VN-Handvest. Deze kunnen variëren van economische en handelssancties tot wapenembargo's, reisverboden en het bevriezen van banktegoeden, en zijn gericht op het beïnvloeden van het gedrag van Staten, groepen of individuen. |
| Noodzaak | Een uitzonderlijke omstandigheid die de onrechtmatigheid van een schending van het internationaal recht kan wegnemen, indien dit de enige manier is voor een Staat om zich te redden uit een ernstige bedreiging. Dit recht is strikt gereguleerd. |
| Humanitaire interventie | Het gebruik van geweld door een Staat of groep Staten in een ander land met als primair doel het beschermen van mensenrechten en het voorkomen van ernstige schendingen daarvan, vaak controversieel en afhankelijk van een mandaat van de VN-Veiligheidsraad. |
| Verantwoordelijkheid tot bescherming (R2P) | Een internationaal normatief principe dat stelt dat Staten de primaire verantwoordelijkheid hebben om hun bevolking te beschermen tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de menselijkheid. Als een Staat hierin faalt, verschuift deze verantwoordelijkheid naar de internationale gemeenschap. |