Cover
Start now for free BASIS_2025_10_23 (duurzame ontwikkeling).pptx
Summary
# Het concept duurzame ontwikkeling en het internationale kader
Dit deel introduceert het concept duurzame ontwikkeling en schetst de evolutie van het internationale kader dat hieraan ten grondslag ligt.
## 1. Het concept duurzame ontwikkeling
### 1.1 Definitie en oorsprong
Het concept van duurzame ontwikkeling is gedefinieerd als "de ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in het gedrang te brengen om ook in hun behoeften te voorzien." Deze definitie vindt zijn oorsprong in het Brundtlandrapport, getiteld "Our Common Future", uitgegeven door de World Commission on Environment and Development (WCED). De Engelse formulering luidt: "Sustainable development is development that meets the needs of the present without compromising the ability of future generations to meet their own needs."
### 1.2 Kernconcepten
Twee sleutelconcepten vormen de basis van duurzame ontwikkeling:
* **Behoeften (needs):** Het voorzien in de essentiële behoeften van alle mensen, zowel nu als in de toekomst.
* **Beperkingen (limitations):** De beperkingen die worden opgelegd door de ecologische capaciteit van de planeet om aan deze behoeften te voldoen.
### 1.3 Overkoepelende doelstellingen
De overkoepelende doelstellingen van duurzame ontwikkeling omvatten:
* De uitroeiing van armoede.
* Het wijzigen van niet-duurzame consumptie- en productiepatronen en het bevorderen van duurzame alternatieven.
* De bescherming en het beheer van de natuurlijke hulpbronnen die de basis vormen voor economische en sociale ontwikkeling.
## 2. Het internationale kader voor duurzame ontwikkeling
Het internationale kader voor duurzame ontwikkeling heeft zich in de loop der tijd ontwikkeld via verschillende belangrijke VN-conferenties en resoluties.
### 2.1 Belangrijke VN-conferenties
* **United Nations Conference on Environment and Development (UNCED) - Rio de Janeiro (1992):** Deze conferentie resulteerde in 27 basisprincipes voor duurzame ontwikkeling en de vaststelling van Agenda 21, een actieprogramma voor de 21e eeuw.
* **World Summit on Sustainable Development (WSSD) - Johannesburg (2002):** Op deze top lag de nadruk sterker op economische en sociale ontwikkeling binnen het kader van duurzame ontwikkeling.
* **United Nations Conference on Sustainable Development (UNCSD) - Rio+20 (2012):** Deze conferentie bevestigde Agenda 21 opnieuw en kondigde de aanstaande ontwikkeling van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) aan.
### 2.2 De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's)
In 2015 werd de resolutie nr. 70/1 "Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable Development" aangenomen. Deze agenda omvat een duurzaamheidsvisie en 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's). Deze SDG's zijn opgebouwd rond 5 pijlers: People (mensen), Planet (planeet), Prosperity (welvaart), Peace (vrede) en Partnership (partnerschap). Er zijn in totaal 169 subdoelstellingen gekoppeld aan deze 17 hoofdpunten.
### 2.3 Rol van het recht
Het recht speelt een cruciale rol in de verwezenlijking van duurzame ontwikkeling door middel van:
* **Consolidatie:** Het samenbrengen en versterken van bestaande wetgeving.
* **Codificatie:** Het systematisch vastleggen van de regels.
* **Clarificatie:** Het verduidelijken van de interpretatie en toepassing van wetten.
* **Implementatie:** Het zorgen voor de praktische uitvoering van beleid en doelstellingen.
> **Tip:** De SDG's bieden een uitgebreid en wereldwijd erkend raamwerk dat juristen helpt om de relevantie van hun eigen rechtsdomein voor duurzame ontwikkeling te identificeren.
## 3. Het nationale en regionale kader
Naast het internationale kader, hebben ook nationale en regionale entiteiten specifieke kaders ontwikkeld om duurzame ontwikkeling te bevorderen.
### 3.1 Belgisch federaal kader
* **Grondwet:** Artikel 7 bis Grondwet stelt dat de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten bij de uitoefening van hun bevoegdheden de doelstellingen van duurzame ontwikkeling in hun sociale, economische en milieubonden aspecten nastreven, rekening houdend met de solidariteit tussen de generaties. Dit artikel creëert twee soorten verplichtingen.
* **Wet van 5 mei 1997:** Deze wet regelt de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling.
* **Federale beleidsvisie op lange termijn:** Vastgelegd bij Koninklijk Besluit van 18 juli 2013, bevat deze visie 55 doelstellingen in vier domeinen, ondersteund door indicatoren. De visie streeft naar een maatschappij die sociale cohesie bevordert, economie aanpast aan uitdagingen, leefmilieu beschermt en een federale overheid heeft die haar maatschappelijke verantwoordelijkheid opneemt.
* **Federale plannen en rapporten:** Federale plannen worden opgesteld in cycli van vijf jaar. Federale rapporten, die de "stand van zaken en evaluatie" bevatten, worden regelmatig gepubliceerd. Deze rapporten evalueren de voortgang op basis van verschillende indicatoren.
* **Duurzame ontwikkelingseffectbeoordeling:** Via een voorafgaande Regulatory Impact Assessment (RIA) worden de potentiële gevolgen van wetgevingsvoorstellen op economisch, ecologisch en sociaal vlak geëvalueerd.
### 3.2 Vlaams kader
* **Decr.Vl. 18 juli 2008:** Dit decreet ter bevordering van duurzame ontwikkeling definieert duurzame ontwikkeling als "Een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheden tot behoeftevoorziening van toekomstige generaties in gevaar te brengen, waarbij aandacht gegeven wordt aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie, en waarvan de realisatie een veranderingsproces vergt waarin het gebruik van hulpbronnen, de bestemming van investeringen, de gerichtheid van technologische ontwikkeling en institutionele veranderingen worden afgestemd op zowel toekomstige als huidige behoeften."
* **Vlaamse strategie DO:** Het Vlaamse beleid inzake duurzame ontwikkeling is inclusief gecoördineerd en participatief. De Vlaamse Regering is verantwoordelijk voor de Vlaamse strategie, zoals "Visie 2050, een langetermijnstrategie voor Vlaanderen", die zeven transitieprioriteiten omvat.
## 4. Organisaties en burgers procederen voor het klimaat
Er is een toenemende trend waarbij organisaties en burgers juridische stappen ondernemen om klimaatdoelstellingen af te dwingen.
### 4.1 Nederlandse context
* **Urgenda-zaak:** De Nederlandse milieuorganisatie Urgenda won in eerste aanleg een zaak waarbij de rechtbank in Den Haag oordeelde dat de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25% moest verminderen ten opzichte van 1990. Het Gerechtshof en de Hoge Raad bevestigden later dat de Nederlandse staat onrechtmatig handelt door verdere reductie na te laten en dat een reductie van minstens 25% tegen eind 2020 noodzakelijk is.
### 4.2 Belgische context (VZW Klimaatzaak)
* **Ingebrekestelling en dagvaarding:** In 2014 stelde VZW Klimaatzaak een ingebrekestelling in tegen de federale staat en de gewesten wegens het niet halen van de reductieverplichting van 40% broeikasgasemissies tegen 2020. Dit leidde tot een dagvaarding voor de rechtbank, waarbij tienduizenden burgers zich aansloten.
* **Juridische argumenten:** De argumenten waren gebaseerd op de schending van artikelen van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), de Belgische Grondwet, het preventie- en voorzorgsbeginsel, en het oud Burgerlijk Wetboek. Gevraagd werd ook om rechtsherstel in de vorm van een bevel voor de overschrijding van het gebruiksrecht op niet-toeëigende milieubestanddelen.
* **Uitspraken:** De rechtbank van eerste aanleg in Brussel veroordeelde in eerste aanleg vier overheden. Na hoger beroep werd in november 2023 de zaak opnieuw behandeld. Drie overheden werden veroordeeld, maar er werden geen concrete doelstellingen opgelegd. Wel werd de verplichting opgelegd om samen passende maatregelen te nemen om het doel van 55% reductie tegen 2030 te bereiken. Het Vlaams Gewest heeft voorziening in cassatie ingesteld.
## 5. Duurzame ontwikkeling in het onderwijs en de rol van de jurist
### 5.1 Universitair beleid (UGent)
Duurzame ontwikkeling wordt geïntegreerd als een rode draad door alle opleidingen en benaderd vanuit een multiperspectivistische invalshoek. Binnen de rechtenopleiding is er een basisleerlijn, een specialisatieleerlijn en een rol voor het eindwerk.
### 5.2 Toepassingen voor juristen
Diverse rechtsdomeinen raken aan de SDG's en de principes van duurzame ontwikkeling:
* **Socialezekerheidsrecht en Welzijnsrecht:** Implementatie van nationale sociale beschermingssystemen en maatregelen, inclusief sociale beschermingsvloeren, tegen 2030.
* **Medisch recht en Personen- en familierecht:** Garanderen van universele toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorgdiensten, inclusief gezinsplanning.
* **Staatsrecht, Recht en gender, Personen- en familierecht:** Beëindigen van discriminatie tegen vrouwen en meisjes, en het uitbannen van schadelijke praktijken zoals kind-, vroege en gedwongen huwelijken.
* **Arbeidsrecht:** Beschermen van arbeidsrechten en bevorderen van veilige en gezonde werkomgevingen, met speciale aandacht voor migrantenarbeiders en werknemers in precaire situaties.
* **Migratierecht en Mensenrechten:** Mogelijk maken van ordelijke, veilige en verantwoordelijke migratie en mobiliteit van mensen.
* **Omgevingsrecht, Milieurecht, Biodiversiteitsrecht:** Bevorderen van duurzaam beheer van bossen, het stoppen van ontbossing, herstellen van verloederde bossen en het mondiaal opvoeren van bebossing en herbebossing tegen 2020.
* **Procesrecht, Internationaal publiekrecht, Strafrecht:** Bevorderen van rechtsregels op nationaal en internationaal niveau en garanderen van gelijke toegang tot het rechtssysteem, en het duurzaam maken van komaf met corruptie en omkoperij.
> **Conclusie:** Er bestaat een verankerd internationaal, nationaal en regionaal kader voor duurzame ontwikkeling. Voor elke rechtstak is er een raakvlak met dit concept. Duurzame ontwikkeling is een basisbegrip van het recht geworden, en de jurist heeft een cruciale rol te vervullen bij de realisatie van de duurzame ontwikkelingsdoelen.
---
# Het federale en Vlaamse kader voor duurzame ontwikkeling
Dit deel onderzoekt de wettelijke verankering van duurzame ontwikkeling in België, zowel op federaal niveau (Grondwet, wetgeving, beleidsvisie) als op Vlaams niveau, inclusief de actoren en plannen die betrokken zijn.
### 2.1 Internationale context van duurzame ontwikkeling
Duurzame ontwikkeling (DO) is internationaal gedefinieerd als de ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder dat dit de mogelijkheden van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien, in gevaar brengt. Dit concept is nauw verbonden met het Brundtland-rapport "Our Common Future".
Belangrijke internationale conferenties en resoluties hebben de basis gelegd voor dit kader:
* **United Nations Conference on Environment and Development (1992):** Dit leidde tot 27 basisprincipes voor DO en Agenda 21.
* **World Summit on Sustainable Development (2002):** Hier werd de nadruk verschoven naar economische en sociale ontwikkeling.
* **United Nations Conference on Sustainable Development (2012):** Dit bevestigde Agenda 21 en kondigde de Sustainable Development Goals (SDG's) aan.
* **Resolutie nr. 70/1 "Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable Development" (2015):** Deze resolutie presenteert de duurzaamheidsvisie met 17 SDG's. Deze SDG's zijn onderverdeeld in 5 pijlers: *people, planet, prosperity, peace en partnership*, met 169 subdoelstellingen.
De overkoepelende doelstellingen van DO omvatten:
* Uitroeiing van armoede.
* Wijziging van niet-duurzame en bevordering van duurzame consumptie- en productiepatronen.
* Bescherming en beheer van natuurlijke hulpbronnen die de basis vormen voor economische en sociale ontwikkeling.
Centraal staan de sleutelconcepten *needs* (behoeften) en *limitations* (beperkingen).
### 2.2 Federaal kader voor duurzame ontwikkeling
De Grondwet van België verankert de doelstellingen van duurzame ontwikkeling.
* **Artikel 7 bis Grondwet:** Stelt dat de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten bij de uitoefening van hun bevoegdheden de doelstellingen van een duurzame ontwikkeling in haar sociale, economische en milieugebonden aspecten nastreven, rekening houdend met de solidariteit tussen de generaties. Dit artikel legt twee soorten verplichtingen op.
De wetgeving en beleidsvisie op federaal niveau omvatten:
* **Wet 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling:** Deze wet vormt de wettelijke basis voor het federale DO-beleid.
* **Federale beleidsvisie op lange termijn (Koninklijk Besluit van 18 juli 2013):** Deze visie formuleert 55 doelstellingen verdeeld over vier domeinen, elk met bijbehorende indicatoren. De algemene ambitie is een maatschappij die sociale cohesie bevordert, economie aanpast aan uitdagingen, leefmilieu beschermt en ondersteund wordt door een verantwoordelijke federale overheid.
#### 2.2.1 Voorbeelden van federale doelstellingen:
* **Sociale cohesie:** Garanderen dat iedereen beschikt over een inkomen uit arbeid, vermogen of sociale bescherming en toegang heeft tot diensten van algemeen belang, zodat menswaardig leven gedurende alle levensfasen mogelijk is.
* **Economische aanpassing:** Zorgen dat koolstofarme energievormen de energiemix domineren, met een significant aandeel voor hernieuwbare energiebronnen.
* **Leefmilieu bescherming:** Beogen een reductie van de Belgische broeikasgasemissies met minstens 80 tot 95% tegen 2050 ten opzichte van 1990.
* **Overheidsverantwoordelijkheid:** Bieden van een dienstverlening door de federale overheid die aan de verwachtingen van alle gebruikers voldoet, rekening houdend met het algemeen belang.
#### 2.2.2 Actoren en plannen op federaal niveau
* **Actoren:**
* Federaal Instituut voor DO (centraal beleidsorgaan).
* Interdepartementale Commissie voor DO (beleidsvoorbereiding).
* Federaal Planbureau en zijn Taskforce DO (federale rapporten).
* Federale Raad voor DO (adviesorgaan).
* Cellen DO van elke FOD (federale overheidsdienst).
* **Federale plannen:** Deze worden opgemaakt in cycli van vijf jaar. Het proces omvat voorbereiding, consultatie (via bevolking en de Federale Raad voor DO), ontwerp, goedkeuring door de regering en een Koninklijk Besluit. Een nieuw plan moet binnen het jaar na de installatie van een nieuwe federale regering worden voorgesteld. Federale beleidsnota's moeten een impacthoofdstuk bevatten.
* **Federale rapporten:** Deze bestaan uit twee delen: "stand van zaken en evaluatie" en "toekomstverkenning". Het meest recente rapport (nr. 10) werd gepubliceerd in juni 2024. Er worden 51 indicatoren gevolgd, waarvan 26 met een cijferdoel en 25 zonder. De algemene trend toont minder ongunstige dan gunstige evoluties.
* **Duurzame ontwikkelingseffectbeoordeling:** Dit gebeurt via een voorafgaande "Regulatory Impact Assessment" (RIA). Hierbij worden potentiële gevolgen van voorontwerpen van wetten en ontwerpen van koninklijke en ministeriële besluiten op economie, leefmilieu, sociale aspecten en overheidsdiensten geëvalueerd. Deze impactanalyse wordt opgenomen in het dossier dat aan de Ministerraad wordt voorgelegd.
### 2.3 Vlaams kader voor duurzame ontwikkeling
Het Vlaamse beleid inzake duurzame ontwikkeling is vastgelegd in diverse decreten en strategieën.
* **Decreet van 18 juli 2008 ter bevordering van duurzame ontwikkeling:** Dit decreet definieert duurzame ontwikkeling als een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheden voor toekomstige generaties in gevaar te brengen. Het benadrukt de integratie van en synergie tussen de sociale, ecologische en economische dimensie. De realisatie ervan vereist een veranderingsproces waarin hulpbronnengebruik, investeringen, technologische ontwikkeling en institutionele veranderingen worden afgestemd op huidige en toekomstige behoeften.
* **Vlaams beleidscoördinatie:** Het Vlaamse beleid inzake DO is inclusief gecoördineerd en participatief. De Vlaamse Regering is verantwoordelijk voor de Vlaamse strategie DO.
* **Visie 2050, een langetermijnstrategie voor Vlaanderen:** Deze strategie definieert 7 transitieprioriteiten voor Vlaanderen.
### 2.4 Organisaties en burgers in klimaatgerelateerde rechtszaken
Rechtszaken aangespannen door milieuorganisaties en burgers spelen een rol in het afdwingen van klimaatbeleid.
* **Zaak Urgenda (Nederland):** De rechtbank in Den Haag oordeelde in 2015 dat de uitstoot van broeikasgassen met 25% moest verminderen tegen 2020 ten opzichte van 1990. Dit werd bevestigd in hoger beroep.
* **Belgische VZW Klimaatzaak:**
* **Ingebrekestelling (eind 2014):** De federale staat en de drie gewesten werden in gebreke gesteld voor het niet nakomen van de verplichting om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2020 met 40% te verminderen.
* **Dagvaarding (april 2015):** De zaak werd voor de rechtbank van Brussel gebracht, met tienduizenden burgers als eiser. Er werd gevraagd om verdere emissieverminderingen en nuluitstoot tegen 2050, met een dwangsom voor vertraging.
* **Argumenten:** Schending van artikelen 2 en 8 EVRM, artikel 7 bis, 22 en 23 van de Grondwet, het preventie- en voorzorgsbeginsel, en de artikelen 1382-1383 oud BW. Er werd ook rechtsherstel gevraagd voor overschrijding van het gebruiksrecht op niet-toegeëigende milieubestanddelen.
* **Uitspraak eerste aanleg (Rb. Brussel, 17 juni 2021):** Vier overheden werden veroordeeld.
* **Uitspraak hoger beroep (Brussel, 30 november 2023):** Drie overheden werden veroordeeld. Er werden geen concrete doelstellingen opgelegd, maar wel de verplichting om samen passende maatregelen te nemen om het doel van 55% reductie tegen 2030 te bereiken.
* **Voorziening in cassatie:** Enkel door het Vlaams Gewest ingesteld.
### 2.5 Rol van het recht en toepassingen voor juristen
* **Rol van het recht:** Het recht consolideert, codificeert en clarificeert de principes van duurzame ontwikkeling en zorgt voor de implementatie ervan.
* **Toepassingen voor juristen:**
* **Socialezekerheidsrecht, Welzijnsrecht:** Implementatie van nationaal toepasbare sociale beschermingssystemen en maatregelen, inclusief sociale beschermingsvloeren, en het realiseren van een dekkingsgraad voor armen en kwetsbaren tegen 2030.
* **Medisch recht, Personen- en familierecht:** Garanderen van universele toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorgdiensten tegen 2030, inclusief gezinsplanning, informatie, opvoeding en integratie in nationale strategieën.
* **Staatsrecht, Recht en gender, Personen- en familierecht:** Beëindigen van alle vormen van discriminatie tegen vrouwen en meisjes, en het uitbannen van schadelijke praktijken zoals kind-, vroege en gedwongen huwelijken en vrouwelijke genitale verminking.
* **Arbeidsrecht:** Beschermen van arbeidsrechten en bevorderen van veilige en gezonde werkomgevingen voor alle werknemers, inclusief migranten en kwetsbare groepen.
* **Migratierecht, Mensenrechten:** Mogelijk maken van ordelijke, veilige, regelmatige en verantwoordelijke migratie en mobiliteit van mensen via goed beheerde migratiebeleidslijnen.
* **Omgevingsrecht, Milieurecht, Biodiversiteitsrecht:** Bevorderen van duurzaam bosbeheer tegen 2020, tegengaan van ontbossing, herstellen van verloederde bossen en stimuleren van bebossing en herbebossing.
* **Procesrecht, Internationaal publiekrecht, Strafrecht:** Bevorderen van rechtsregels en garanderen van gelijke toegang tot het rechtssysteem, evenals het bestrijden van corruptie en omkoperij in al hun vormen.
**Conclusie:** Er bestaat een internationaal, nationaal en regionaal kader voor duurzame ontwikkeling. Elke rechtstak heeft een raakvlak met DO. Duurzame ontwikkeling is een basisbegrip van recht geworden, waarbij de jurist een cruciale rol speelt in de verwezenlijking van de duurzame ontwikkelingsdoelen.
---
# Burgerinitiatieven en juridische procedures rond klimaatverandering
Dit onderdeel bespreekt de rol van burgerinitiatieven in het juridisch afdwingen van klimaatdoelstellingen, met focus op Nederlandse en Belgische rechtszaken.
### 3.1 De Urgenda-zaak in Nederland
De Nederlandse milieuorganisatie Urgenda heeft een baanbrekende rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse staat.
#### 3.1.1 Uitspraken en argumentatie
* **Rechtbank Den Haag, 24 juni 2015:** De rechtbank oordeelde dat de uitstoot van broeikasgassen in 2020 met 25% gereduceerd moest worden ten opzichte van het niveau in 1990.
* **Gerechtshof Den Haag, 9 oktober 2018:** Het hof bevestigde dat de Staat onrechtmatig handelde door verdere reductie na te laten. De Staat werd verplicht om uiterlijk eind 2020 een reductie van minimaal 25% te realiseren, gebaseerd op de zorgplicht die voortvloeit uit de artikelen 2 en 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
* **Hoge Raad, 20 december 2019:** De Hoge Raad bevestigde de uitspraak van het Gerechtshof.
> **Tip:** De Urgenda-zaak is cruciaal omdat het aantoont dat staten juridisch verplicht kunnen worden om ambitieuzere klimaatdoelstellingen te realiseren, zelfs als deze niet expliciet in wetgeving zijn vastgelegd, vanwege hun zorgplicht voor burgers.
### 3.2 De Klimaatzaak in België
De Belgische vzw Klimaatzaak heeft, samen met tienduizenden burgers, een rechtszaak aangespannen tegen de federale staat en de gewesten om strengere emissiereductiedoelstellingen af te dwingen.
#### 3.2.1 Ingebrekestelling en dagvaarding
* **Eind 2014:** Een ingebrekestelling werd gericht aan de federale staat en de drie gewesten met als eis een reductie van 40% van de broeikasgasemissies tegen 2020.
* **Eind april 2015:** Een dagvaarding werd uitgebracht voor de Rechtbank van Brussel (Franstalig). De eis werd uitgebreid met emissieverminderingen voor 2025 en 2030, met als uiteindelijk doel nuluitstoot in 2050. Er werd tevens een dwangsom van 1 miljoen euro per maand vertraging gevraagd.
#### 3.2.2 Juridische argumenten
De eisende partijen baseerden hun vordering op:
* Schending van artikel 2 (recht op leven) en artikel 8 (recht op eerbiediging van privéleven en familie- en gezinsleven) van het EVRM.
* Schending van artikel 7 bis van de Grondwet, dat duurzame ontwikkeling nastreeft.
* Schending van de artikelen 22 (recht op bescherming van het leefmilieu) en 23 (recht op menswaardig leven) van de Grondwet.
* Het preventie- en voorzorgsbeginsel.
* De vroegere artikelen 1382-1383 van het Burgerlijk Wetboek (nu artikel 1382 BW), die algemene zorgvuldigheidsnormen bevatten.
* Een vordering voor rechtsherstel in de vorm van een bevel tot het stoppen van de overschrijding van het gebruiksrecht op niet-toegeëigende milieubestanddelen.
#### 3.2.3 Uitspraken
* **Rechtbank van Brussel (Franstalig), 17 juni 2021 (eerste aanleg):** Vier overheden werden veroordeeld.
* **Hoger beroep, Brussel (Franstalig), 30 november 2023:** Drie overheden werden veroordeeld. Hoewel er geen concrete doelstellingen werden opgelegd, werd wel de verplichting opgelegd om samen passende maatregelen te nemen om het doel van 55% reductie (vergeleken met 1990) tegen 2030 te bereiken.
* **Voorziening in cassatie:** Enkel het Vlaams Gewest heeft voorziening in cassatie ingesteld tegen deze uitspraak.
> **Tip:** De Klimaatzaak illustreert de complexiteit van klimaatjuridische procedures in een federale staat, waarbij meerdere overheden betrokken zijn en de rechtbanken proberen een balans te vinden tussen het opleggen van bindende doelstellingen en het garanderen van passende maatregelen.
### 3.3 De rol van burgerinitiatieven
Burgerinitiatieven zoals Urgenda en Klimaatzaak spelen een cruciale rol in het agenderen en juridisch afdwingen van klimaatbeleid. Ze vullen hiaten in de wetgeving op en zorgen ervoor dat overheden hun zorgplicht ten aanzien van klimaatverandering nakomen, vaak door te verwijzen naar grondrechten en internationale verdragen.
#### 3.3.1 Grondrechten en internationale verdragen
* **EVRM:** Artikelen 2 (recht op leven) en 8 (recht op eerbiediging van privéleven en familie- en gezinsleven) worden vaak ingeroepen, aangezien klimaatverandering een directe bedreiging vormt voor deze rechten.
* **Grondwet:** Artikelen betreffende het recht op een leefmilieu en een menswaardig leven worden gebruikt om de verantwoordelijkheid van de staat te onderbouwen.
#### 3.3.2 Preventie- en voorzorgsbeginsel
Deze beginselen zijn fundamenteel in milieurecht en impliceren dat actie moet worden ondernomen om milieuschade te voorkomen, zelfs bij onzekerheid over de precieze omvang van de risico's.
#### 3.3.3 Schadebeginsel
Het principe dat degene die schade veroorzaakt, daarvoor verantwoordelijk kan worden gesteld (vaak gebaseerd op art. 1382 BW in België of vergelijkbare civielrechtelijke aansprakelijkheidsnormen) kan ook worden toegepast in klimaatgerelateerde zaken, hoewel dit complexer is gezien de diffuse aard van klimaatverandering.
> **Example:** De juridische successen van Urgenda en Klimaatzaak hebben laten zien dat burgers en NGO's via de rechter druk kunnen uitoefenen op overheden om hun klimaatverplichtingen na te komen, wat een belangrijk instrument is in de strijd tegen klimaatverandering.
---
# Duurzame ontwikkeling binnen het recht en de rol van juristen
Dit deel behandelt de integratie van duurzame ontwikkeling in het recht, de rol van wetgeving en overheden hierin, en de specifieke toepassingen van duurzame ontwikkelingsdoelstellingen binnen diverse rechtsdomeinen, met de nadruk op de rol van juristen.
### 4.1 Het concept duurzame ontwikkeling
Duurzame ontwikkeling wordt gedefinieerd als "de ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in het gedrang te brengen om ook in hun behoeften te voorzien". Dit concept werd internationaal bekend door het Brundtlandrapport (WCED, Our Common Future). Centraal staan de sleutelconcepten 'needs' (behoeften) en 'limitations' (beperkingen), die de basis vormen voor de overkoepelende doelstellingen van duurzame ontwikkeling: het uitroeien van armoede, het aanpassen van consumptie- en productiepatronen, en het beschermen en beheren van natuurlijke hulpbronnen.
### 4.2 Internationaal kader voor duurzame ontwikkeling
Verschillende internationale conferenties hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van een internationaal kader voor duurzame ontwikkeling:
* **United Nations Conference on Environment and Development (1992):** Resulteerde in 27 basisprincipes voor duurzame ontwikkeling en Agenda 21.
* **World Summit on Sustainable Development (2002):** Legde meer nadruk op economische en sociale ontwikkeling.
* **United Nations Conference on Sustainable Development (2012):** Herbevestigde Agenda 21 en kondigde de Sustainable Development Goals (SDG's) aan.
* **Resolutie nr. 70/1 Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable Development (2015):** Introduceerde de 17 SDG's, onderverdeeld in vijf pijlers (people, planet, prosperity, peace en partnership) met 169 subdoelstellingen.
### 4.3 Nationaal en regionaal kader
#### 4.3.1 Federaal kader
* **Artikel 7 bis Grondwet:** Stelt dat de federale staat, gemeenschappen en gewesten bij de uitoefening van hun bevoegdheden de doelstellingen van duurzame ontwikkeling nastreven in hun sociale, economische en milieugebonden aspecten, met aandacht voor intergenerationele solidariteit. Dit artikel legt twee soorten verplichtingen op.
* **Wet van 5 mei 1997:** Coördineert het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling.
* **Federale beleidsvisie op lange termijn (KB 18 juli 2013):** Bevat 55 doelstellingen in vier domeinen, met indicatoren om de vooruitgang te meten. De visie streeft naar een maatschappij die sociale cohesie bevordert, economische uitdagingen aanpakt, het leefmilieu beschermt en een verantwoordelijke federale overheid heeft.
* **Federale plannen:** Worden in cycli van vijf jaar opgesteld en omvatten een proces van beleidsvoorbereiding, publieke consultatie, advies en goedkeuring door de regering.
* **Federale rapporten:** Verschijnen in twee delen: een "stand van zaken en evaluatie" en een "toekomstverkenning". Deze rapporten analyseren de voortgang aan de hand van indicatoren, waarvan een deel kwantitatieve doelstellingen heeft.
* **Duurzame ontwikkelingseffectbeoordeling (RIA):** Voorafgaande impactanalyses van wetsontwerpen en koninklijke/ministeriële besluiten die economische, sociale en milieuaspecten beïnvloeden, zijn vereist.
#### 4.3.2 Vlaams kader
* **Decreet van 18 juli 2008 ter bevordering van duurzame ontwikkeling:** Definieert duurzame ontwikkeling en benadrukt de integratie en synergie tussen de sociale, ecologische en economische dimensies.
* **Vlaams beleid inzake DO:** Gecoördineerd en participatief, met de Vlaamse Regering die verantwoordelijk is voor de Vlaamse strategie DO "Visie 2050", inclusief zeven transitieprioriteiten.
### 4.4 Organisaties en burgers procederen voor het klimaat
Er is een trend waarbij organisaties en burgers juridische stappen ondernemen om klimaatactie af te dwingen.
#### 4.4.1 Nederlandse jurisprudentie (Urgenda)
* **Rechtbank Den Haag (2015):** Beveelt een reductie van broeikasgasemissies van 25% in 2020 ten opzichte van 1990.
* **Gerechtshof Den Haag (2018):** Bevestigt de onrechtmatigheid van de Staat door het nalaten van verdere reductie en verplicht een reductie van minimaal 25% tegen eind 2020.
* **Hoge Raad (2019):** Bevestigt de eerdere uitspraken.
#### 4.4.2 Belgische jurisprudentie (VZW Klimaatzaak)
* **Ingebrekestelling (eind 2014):** Tegen de federale staat en de gewesten wegens het niet naleven van de verplichting tot 40% emissiereductie tegen 2020.
* **Dagvaarding (eind 2015):** Voor de rechtbank van Brussel (Frans), met tienduizenden burgers als eisers, die streven naar verdere emissieverminderingen en nuluitstoot in 2050, met een dwangsom bij vertraging.
* **Argumenten:** Schending van diverse grondwetsartikelen (art. 2 en 8 EVRM, 7 bis, 22 en 23 Gw.) en algemene rechtsbeginselen zoals het preventie- en voorzorgsbeginsel, en artikel 1382-1383 oud BW. Er werd ook rechtsherstel gevraagd voor overschrijding van het gebruiksrecht op niet-toegeëigende milieubestanddelen.
* **Uitspraak eerste aanleg (Rb. Brussel (Fr.) 17 juni 2021):** Vier overheden werden veroordeeld, maar hoger beroep werd aangetekend.
* **Uitspraak hoger beroep (Brussel (Fr.) 30 november 2023):** Drie overheden werden veroordeeld tot het samen nemen van passende maatregelen om het doel van 55% reductie tegen 2030 te bereiken. Het Vlaams Gewest heeft voorziening in cassatie ingesteld.
### 4.5 Duurzame ontwikkeling aan de Universiteit Gent (UGent)
Aan de UGent wordt duurzame ontwikkeling geïntegreerd als een rode draad door alle opleidingen en wordt het als een richtinggevend principe benaderd vanuit meerdere perspectieven. Binnen de rechtenopleiding wordt dit geïmplementeerd via een basisleerlijn, een specialisatieleerlijn en in eindwerken.
### 4.6 Rol van het recht en de jurist
Het recht speelt een cruciale rol in de verwezenlijking van duurzame ontwikkeling door middel van:
* **Consolidatie:** Het samenvoegen van bestaande regels.
* **Codificatie:** Het systematisch vastleggen van rechtsregels.
* **Clarificatie:** Het verduidelijken van rechtsnormen.
* **Implementatie:** Het praktisch toepasbaar maken van duurzaamheidsprincipes en doelstellingen.
#### 4.6.1 Toepassingen voor juristen
Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) hebben concrete toepassingen binnen diverse rechtsdomeinen:
* **SDG 1 (Armoedevermindering):** Toepassingen in socialezekerheidsrecht en welzijnsrecht, met het oog op implementatie van sociale beschermingssystemen en maatregelen voor iedereen.
* **SDG 3 (Gezondheid en welzijn):** Toepassingen in medisch recht en personen- en familierecht, gericht op universele toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidszorg.
* **SDG 5 (Gendergelijkheid):** Toepassingen in staatsrecht, recht en gender, en personen- en familierecht, gericht op het beëindigen van discriminatie en schadelijke praktijken tegen vrouwen en meisjes.
* **SDG 8 (Eerlijk werk en economische groei):** Toepassingen in arbeidsrecht, met focus op bescherming van arbeidsrechten en bevordering van veilige werkomgevingen.
* **SDG 10 (Minder ongelijkheid):** Toepassingen in migratierecht en mensenrechten, met het oog op ordelijke, veilige en verantwoorde migratie.
* **SDG 15 (Leven op het land):** Toepassingen in omgevingsrecht, milieurecht en biodiversiteitsrecht, gericht op duurzaam bosbeheer en bestrijding van ontbossing.
* **SDG 16 (Vrede, justitie en sterke instellingen):** Toepassingen in procesrecht, internationaal publiekrecht en strafrecht, met het bevorderen van rechtsregels, gelijke toegang tot het rechtssysteem en bestrijding van corruptie.
De jurist heeft een onmisbare rol bij het creëren van de juridische kaders en het adviseren over de implementatie die nodig is om de duurzame ontwikkelingsdoelen te realiseren.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Duurzame ontwikkeling | Een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in het gedrang te brengen om ook in hun behoeften te voorzien, met aandacht voor sociale, economische en ecologische integratie. |
| Brundtlandrapport | Een invloedrijk rapport uit 1987 van de Wereldcommissie voor Milieu en Ontwikkeling (WCED) dat de definitie van duurzame ontwikkeling introduceerde, die de behoeften van het heden vervult zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien, te compromitteren. |
| United Nations Conference on Environment and Development (UNCED) | Ook bekend als de Aarde-top van Rio in 1992, een belangrijke internationale conferentie die leidde tot 27 basisprincipes voor duurzame ontwikkeling en de Agenda 21, een actieprogramma voor duurzame ontwikkeling op wereldwijde schaal. |
| Sustainable Development Goals (SDG’s) | Een set van 17 onderling verbonden doelen, opgesteld door de Verenigde Naties in 2015 als onderdeel van de Agenda 2030 voor Duurzame Ontwikkeling, gericht op het bereiken van een vreedzame, welvarende en duurzame wereld tegen 2030, met 5 pijlers: mensen, planeet, welvaart, vrede en partnerschap. |
| Artikel 7 bis Grondwet | Een bepaling in de Belgische Grondwet die voorschrijft dat de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten bij de uitoefening van hun bevoegdheden streven naar de doelstellingen van duurzame ontwikkeling in haar sociale, economische en milieugebonden aspecten, met respect voor de solidariteit tussen generaties. |
| Wet 5 mei 1997 | Een Belgische wet die het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling coördineert en de beleidsvisie op lange termijn vastlegt, met specifieke doelstellingen op economisch, sociaal en milieugebied. |
| Decr.Vl. 18 juli 2008 | Een Vlaams decreet dat de bevordering van duurzame ontwikkeling regelt, met een definitie die de integratie en synergie tussen sociale, ecologische en economische dimensies benadrukt en een veranderingsproces vereist voor de afstemming van hulpbronnengebruik, investeringen, technologie en institutionele veranderingen. |
| Klimaatzaak | Een Belgische vzw die, samen met tienduizenden burgers, een rechtszaak heeft aangespannen tegen de federale staat en de gewesten om de naleving van klimaatdoelstellingen af te dwingen, met als argumenten schending van mensenrechten en milieuwetgeving. |
| Jurist | Een professional die gespecialiseerd is in het recht, met een cruciale rol in het verwezenlijken van duurzame ontwikkelingsdoelen door middel van juridische consolidatie, codificatie, clarificatie en implementatie van beleid en regelgeving. |
| Preventiebeginsel | Een fundamenteel principe in het milieurecht dat stelt dat actie ondernomen moet worden om milieuschade te voorkomen, zelfs bij wetenschappelijke onzekerheid, om toekomstige schade te vermijden. |
| Voorzorgsbeginsel | Verwant aan het preventiebeginsel, dit principe houdt in dat bij mogelijke of reële risico's op ernstige of onomkeerbare schade, gebrek aan volledige wetenschappelijke zekerheid geen reden mag zijn om kosteneffectieve maatregelen te nemen om milieudegradatie te voorkomen. |
| Artikel 1382-1383 oud BW | De artikelen uit het oude Belgische Burgerlijk Wetboek die de basis vormden voor buitencontractuele aansprakelijkheid, waarbij iemand die door zijn fout schade veroorzaakt, deze moet vergoeden, wat ook werd toegepast in milieu- en klimaatgerelateerde rechtszaken. |