Cover
Start now for free Module III Goederen.docx
Summary
# Het onderscheid tussen openbaar en privaat domein
Dit document biedt een gedetailleerd overzicht van het onderscheid tussen openbaar en privaat domein, de criteria voor de indeling, en de juridische implicaties van dit onderscheid.
## 1. Algemene beginselen van het openbaar en privaat domein
Het onderscheid tussen openbaar en privaat domein is cruciaal voor de bepaling van de toepasselijke rechtsregels op goederen die eigendom zijn van de overheid.
### 1.1 Definitie en kenmerken
* **Openbaar domein:** Bestaat uit goederen die bestemd zijn voor publiek gebruik of goederen die noodzakelijk zijn voor de werking van een openbare dienst. Deze bestemming kan voortvloeien uit de aard van het goed zelf of uit een specifieke beslissing van de overheid.
* **Voorbeelden van goederen die tot het openbaar domein behoren:** Overheidsgebouwen, wegen, openbare bibliotheken, verlichting.
* **Privaat domein:** Omvat alle goederen die niet tot het openbaar domein behoren. Dit zijn goederen die niet bestemd zijn voor algemeen gebruik of die niet dienen voor de openbare dienstverlening.
* Het nieuwe Burgerlijk Wetboek (vanaf 1 september 2021) stelt in artikel 3.45, eerste lid, dat publieke goederen tot het privaat domein behoren, tenzij ze tot het openbaar domein zijn bestemd.
### 1.2 Affectatie en desaffectatie
De indeling van een goed in het openbaar of privaat domein is niet onomkeerbaar. Er is een mogelijkheid tot overgang tussen beide domeinen.
* **Affectatie:** Het proces waarbij een goed wordt bestemd tot algemeen gebruik of wordt verbonden aan een openbare dienst. Dit gebeurt door een overheidsbeslissing, die zowel uitdrukkelijk als stilzwijgend kan zijn.
* **Desaffectatie:** Het proces waarbij een goed zijn bestemming van algemeen gebruik verliest en niet langer dienstig is voor de werking van een openbare dienst. Dit gebeurt eveneens door een overheidsbeslissing en kan uitdrukkelijk of stilzwijgend zijn.
Een goed kan niet tegelijkertijd tot het openbaar en privaat domein behoren.
## 2. Rechtsregeling van het openbaar domein
Goederen die tot het openbaar domein behoren, genieten een bijzondere, extra bescherming vanwege hun bestemming ten voordele van het algemeen belang en de continuïteit van de openbare dienst.
### 2.1 Kenmerken van de rechtsregeling
* **Onvervreemdbaar:** Openbare domeingoederen mogen niet worden vervreemd, noch vrijwillig noch gedwongen. Ze worden beschouwd als "buiten de handel". Dit principe, dat voortvloeit uit de bestemming van algemeen gebruik en/of dienstbaarheid aan een openbare dienst, is echter niet absoluut. Het vervreemdingsverbod geldt voor verkoop, huur, pacht en alle andere overeenkomsten, behalve wanneer privatief gebruik wordt toegestaan.
* **Onverjaarbaar:** Goederen van het openbaar domein zijn niet vatbaar voor verkrijgende verjaring. De traditionele verjaringstermijn van 30 jaar is hier niet van toepassing, omdat deze goederen buiten de handel zijn.
* **Niet vatbaar voor beslag:** Hoewel er sinds 1994 een bijzondere beslagregeling is voor overheidsgoederen, blijft de principiële onbeslagbaarheid van openbare domeingoederen grotendeels behouden. Er is een opsomming van beslagbare goederen door de overheid; indien er geen lijst is, is beslag mogelijk op goederen die kennelijk niet nuttig zijn voor de uitoefening van de overheids- of dienstaak.
* **Niet bezwaard met zakelijke rechten:** Traditioneel konden er geen zakelijke rechten, zoals hypotheken of erfdienstbaarheden, op openbare domeingoederen worden gevestigd. De huidige visie erkent echter dat erfdienstbaarheden wel mogelijk zijn, op voorwaarde dat ze verenigbaar zijn met de openbare bestemming, geen beletsel vormen voor het openbaar gebruik en het recht van het bestuur om het gebruik te regelen, niet aantasten.
### 2.2 Ingebruikname van openbaar domein
De overheid kan particulieren gebruiksrechten toestaan op openbare domeingoederen, op voorwaarde dat dit niet onverenigbaar is met de algemene bestemming van het goed.
* **Collectieve ingebruikname:** Iedereen heeft het recht om vrij, gelijk en gratis gebruik te maken van openbare domeingoederen, mits de bestemming en opgelegde regels worden nageleefd. Het "vrij" gebruik kan beperkt worden door gebruiksverboden.
* **Private ingebruikname:** Een particulier verkrijgt het exclusieve gebruiksrecht op een bepaald deel van het openbaar domein. Dit kan gebeuren via:
* **Tijdelijke vergunningen:** Een eenzijdige bestuurshandeling die een precair en te allen tijde herroepbaar gebruiksrecht verleent. De vergunning kan worden ingetrokken om redenen van algemeen belang, zonder recht op schadevergoeding. Ze is tegenstelbaar aan derden. Voorbeelden zijn stationeringsvergunningen en wegvergunningen.
* **Domeinconcessies:** Een meerzijdige rechtshandeling waarbij de overheid aan een concessiehouder het recht verleent om op permanente wijze en met uitsluiting van anderen een bepaald deel van het openbaar domein in gebruik te nemen.
## 3. Rechtsregeling van het privaat domein
Het privaat domein kent een beperkter beschermingsregime dan het openbaar domein.
* **Desaffectatie:** Bij desaffectatie van goederen uit het openbaar domein, worden deze goederen deel van het privaat domein en is een soepeler regime van toepassing.
* **Vervremdbaar en in de handel:** Goederen van het privaat domein zijn vervreemdbaar en kunnen worden verhandeld.
* **Verjaarbaar:** Goederen van het privaat domein kunnen onderworpen zijn aan verjaring, met name de verkrijgende verjaring onder de voorwaarden van artikel 2279 van het oude Burgerlijk Wetboek.
* **Beslaglegging:** Dezelfde beslagregeling als voor openbare domeingoederen is van toepassing.
* **Zakelijke rechten:** Zakelijke rechten, zoals hypotheken, kunnen worden gevestigd op goederen van het privaat domein. Dit geldt ook voor erfdienstbaarheden, onteigening, erfdienstbaarheden tot algemeen nut en opeising.
## 4. Onteigening, erfdienstbaarheid tot algemeen nut en opeising
Deze instrumenten maken het voor de overheid mogelijk om op gedwongen wijze private goederen te verwerven of te bezwaren in het algemeen belang.
### 4.1 Onteigening
De overheid kan op gedwongen wijze particuliere goederen toe-eigenen voor doeleinden zoals de aanleg van infrastructuur.
* **Definitie en voorwaarden:** Onteigening is een publiekrechtelijk instrument dat enkel mag worden ingezet indien er een wettelijke basis is en steeds in het algemeen belang. De wet stelt strikte voorwaarden en vereist een billijke en voorafgaande schadeloosstelling. De onteigening vindt plaats op de wijze die bij wet of decreet is bepaald.
* **Wat kan onteigend worden:**
* **Federale wetgeving:** Lichamelijke onroerende goederen. Roerende goederen en zakelijke/vorderingsrechten zijn over het algemeen niet vatbaar voor onteigening.
* **Vlaams onteigeningsdecreet:** Lichamelijke onroerende goederen en zakelijke rechten. Roerende goederen zijn niet vatbaar voor onteigening.
* **Onteigeningsprocedure:** De procedure kent een administratieve fase (bestuursbeslissingen) en een gerechtelijke fase (wettigheidsbeoordeling en bepaling van de schadevergoeding). Er zijn verschillende procedures, waaronder een gewone procedure en een procedure bij hoogdringendheid, afhankelijk van de wetgeving (federaal of Vlaams).
* **Schadevergoeding:** De billijke schadevergoeding beoogt de benadeelde in de toestand te plaatsen waarin hij of zij zich zou bevinden als er geen onteigening was geweest. Hierbij wordt rekening gehouden met de objectieve waarde van het goed, maar ook met subjectieve elementen.
### 4.2 Erfdienstbaarheid tot algemeen nut
De overheid kan particuliere goederen bezwaren met beperkingen ten behoeve van het algemeen belang, zonder eigendomsoverdracht.
* **Kenmerken:** Dit is een eigendomsbeperking van privaat eigendomsrecht die dient ter behartiging van het algemeen belang. Het creëert geen heersend erf zoals bij gemeenrechtelijke erfdienstbaarheden, maar is gebaseerd op bijzondere wetten en verordeningen.
* **Recht op vergoeding:** Een recht op vergoeding bestaat enkel indien dit voorzien is in de bijzondere wet of verordening die de erfdienstbaarheid oplegt.
### 4.3 Opeising
In noodsituaties kan de overheid tijdelijk het gebruik van particuliere goederen of diensten vorderen.
* **Kenmerken:** Dit is een publiekrechtelijke techniek die in noodsituaties wordt toegepast. Het principe is tijdelijk, maar kan leiden tot eigendomsoverdracht bij verbruiksgoederen.
* **Wettelijke grondslag:** Gebaseerd op bijzondere wetten, zoals de wet op militaire opeisingen.
* **Vergoedingsrecht:** Een recht op vergoeding bestaat enkel indien voorzien in de bijzondere wet, en kan betrekking hebben op schade ontstaan tijdens de opeising.
## 5. Administratieve contracten
De overheid kan contracten aangaan, die onderverdeeld kunnen worden in gewone contracten en administratieve contracten.
### 5.1 Gewoon contract
De overheid handelt hierin als een private partij, op gelijke voet met de medecontractant.
### 5.2 Administratief contract
De overheid handelt in het algemeen belang, waarbij het private belang van de particulier ondergeschikt kan zijn. Kenmerkend is de ongelijkwaardigheid van de contractspartijen.
* **Voorbeelden:** Domeinconcessies, concessies voor werken, overheidsopdrachten.
* **Toepasselijk recht:** De regels van het administratief recht zijn van toepassing.
* **Bevoegde rechter:** De bevoegde rechter wordt bepaald door de grondwettelijke bevoegdheidsverdeling.
#### 5.2.1 Domeinconcessie
Een overeenkomst waarbij de overheid aan een concessiehouder het recht verleent om een deel van het openbaar domein permanent en exclusief te gebruiken, meestal tegen betaling. Dit onderscheidt zich van een vergunning door de meerzijdige totstandkoming en de gevolgen voor beëindiging. De beëindiging om redenen van algemeen belang kan recht geven op schadevergoeding.
#### 5.2.2 Concessie voor werken en diensten
Hierbij laat de overheid werken uitvoeren of diensten verrichten door een derde (de concessiehouder), die in ruil daarvoor het recht verkrijgt om deze werken of diensten te exploiteren.
* **Operationeel risico:** Een cruciaal criterium om een concessie te onderscheiden van een overheidsopdracht is de overdracht van het operationeel risico aan de concessiehouder. Dit betekent dat de concessiehouder blootgesteld is aan marktrisico's en er geen garantie is dat de investeringen worden terugverdiend.
* **Wetgeving:** De Wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten regelt dit soort contracten.
## 6. Overheidsopdrachten
Overheidsopdrachten zijn overeenkomsten onder bezwarende titel die de overheid sluit voor werken, leveringen of diensten. Ze zijn strikt gereguleerd om belastinggeld efficiënt te besteden, discriminatie te voorkomen en gelijke behandeling van ondernemers te garanderen.
### 6.1 Rechtsregime en beginselen
* **Europees en nationaal kader:** De regelgeving is gebaseerd op Europese richtlijnen en Belgische wetgeving, zoals de Overheidsopdrachtenwet.
* **Algemene beginselen:**
* **Gelijkheid en niet-discriminatie:** Gelijke en niet-discriminerende behandeling van alle ondernemers.
* **Transparantie:** Openheid over de essentiële elementen van de opdracht.
* **Proportionaliteit:** Maatregelen moeten noodzakelijk en in verhouding staan tot het nagestreefde doel.
* **Verbod van vertekenen mededinging:** Opdracht mag niet zo worden opgesteld dat mededinging kunstmatig wordt beperkt of bepaalde ondernemingen worden bevoordeeld.
* **Verbod van belangenconflict:** Voorkomen en opsporen van situaties waarin persoonlijke belangen de onpartijdigheid kunnen raken.
* **Verplicht naleven van milieu-, sociaal- en arbeidsrecht:** Ondernemers moeten toepasselijke wetgeving naleven.
* **Forfaitair beginsel:** Opdrachten worden op forfaitaire basis geplaatst, met vooraf vastgelegde prijzen.
* **Betaling voor verstrekte en aanvaarde prestaties:** Betaling gebeurt na acceptatie van de geleverde prestaties, met mogelijke voorschotten.
* **Vertrouwelijkheid:** Beperking van toegang tot documenten tot het nemen van beslissingen.
* **Regels betreffende communicatiemiddelen:** Verplicht gebruik van elektronische middelen.
* **Voorbehouden opdrachten:** Mogelijkheid tot voorbehouden voor sociale werkplaatsen en ondernemers die gehandicapten integreren.
* **Verplichte raming van de waarde:** De waarde van de opdracht bepaalt de toepasselijke regels.
### 6.2 Toepassingsgebied
* **Materieel toepassingsgebied:** Omvat overeenkomsten onder bezwarende titel voor werken, leveringen of diensten, gesloten tussen ondernemers en aanbesteders. Er zijn specifieke uitsluitingen (bv. juridisch advies door advocaten).
* **Personeel toepassingsgebied:** Omvat de Staat, gewesten, gemeenschappen, lokale overheden en specifieke publiekrechtelijke instellingen (catch-all bepaling), alsook verenigingen van aanbestedende overheden. De criteria voor de catch-all bepaling zijn: specifieke doelstelling van algemeen belang (niet commercieel/industrieel), rechtspersoonlijkheid (of afhankelijkheid van de overheid qua financiering, toezicht of bestuursleden) en afhankelijkheid van de Staat.
Het onderscheid tussen het openbaar en privaat domein is dus fundamenteel voor de juridische behandeling van goederen en de toepasselijke rechtsregels. Het openbaar domein geniet een specifieke bescherming, terwijl het privaat domein meer de regels van het gemeenrecht volgt, met uitzondering van specifieke regels die van toepassing kunnen zijn.
---
# Rechtsregeling van het openbaar domein
Dit deel behandelt de specifieke rechtsregels die gelden voor goederen die tot het openbaar domein behoren, met de nadruk op hun onvervreemdbaarheid, onverjaarbaarheid, en de regels rond beslagname en zakelijke rechten.
## 2. Rechtsregeling van het openbaar domein
Goederen die tot het openbaar domein behoren, genieten een bijzondere rechtsbescherming die afwijkt van het gemeen recht. Dit uitzonderingsregime is gerechtvaardigd door het algemeen belang en de noodzaak van de continuïteit van de openbare dienst.
### 2.1 Kenmerken van openbare domeingoederen
Openbare domeingoederen zijn onderworpen aan specifieke rechtsregels die hen extra bescherming bieden. Deze kenmerken zijn:
#### 2.1.1 Onvervreemdbaarheid
* **Principe:** Openbare domeingoederen zijn onvervreemdbaar. Dit betekent dat ze niet kunnen worden overgedragen, noch vrijwillig noch gedwongen.
* **Grondslag:** Dit principe is gekoppeld aan de bestemming van het goed voor algemeen gebruik of dienstbaarheid aan een openbare dienst. Het goed is 'buiten de handel'.
* **Toepassing:** Het vervreemdingsverbod, zoals vastgelegd in artikel 1128 oud Burgerlijk Wetboek, is van toepassing op alle overeenkomsten die strekken tot eigendomsoverdracht, waaronder koop-verkoop, maar ook huurovereenkomsten of pachtovereenkomsten zijn uitgesloten.
* **Nuance:** Privatief gebruik door particulieren kan wel toegestaan worden.
* **Wettelijke basis:** Artikel 3.45, tweede lid van het Nieuw Burgerlijk Wetboek.
#### 2.1.2 Onverjaarbaarheid
* **Principe:** Openbare domeingoederen zijn niet vatbaar voor verkrijgende verjaring, wat betekent dat de eigendom erover niet door tijdsverloop kan worden verkregen.
* **Wettelijke grondslag:** Artikel 3.45, tweede lid van het Nieuw Burgerlijk Wetboek stelt expliciet dat goederen die tot het openbaar domein behoren niet vatbaar zijn voor verkrijgende verjaring. De principes van artikel 2262 oud Burgerlijk Wetboek (over buiten de handel zijnde zaken) zijn hier van toepassing, terwijl artikel 2279 oud Burgerlijk Wetboek (bezit te goeder trouw) hier niet geldt.
#### 2.1.3 Niet vatbaar voor beslag
* **Evolutie sinds 1994:** Vóór 1994 genoten overheidsgoederen een volledige uitvoeringsimmuniteit, wat betekende dat schuldeisers geen beslag konden leggen. Sinds 1994 is er een bijzondere beslagregeling van kracht die van toepassing is op alle overheidsgoederen.
* **Huidige regeling:** De princpiële onbeslagbaarheid is niet absoluut. Er is een lijst met beslagbare goederen opgesteld door de overheid. Indien er geen specifieke lijst is, kan beslag gelegd worden op goederen die kennelijk niet nuttig zijn voor de uitoefening van de taak van de overheid of voor de continuïteit van de openbare dienst.
* **Verzet:** De overheid kan verzet aantekenen tegen een beslag binnen een vervaltermijn van één maand na het betekenen van het deurwaardersexploot, gevolgd door een dagvaarding voor de beslagrechter.
* **Alternatief:** De overheid kan een alternatief aanbod van een goed aan de schuldeiser doen, wat bindend is voor de schuldeiser op Belgisch grondgebied.
* **Wettelijke basis:** Artikel 1412bis van het Gerechtelijk Wetboek.
#### 2.1.4 Geen zakelijke rechten
* **Principe:** Overheidsgoederen van het openbaar domein kunnen in principe niet bezwaard worden met zakelijke rechten, zoals hypotheken.
* **Zakelijke zekerheden:** Hypotheken (artikel 45 Hypotheekwet) zijn niet mogelijk.
* **Erfdienstbaarheden:** Aanvankelijk werden erfdienstbaarheden niet toegestaan. De huidige visie, gesteund door het Hof van Cassatie, erkent dat erfdienstbaarheden wel mogelijk zijn onder strikte voorwaarden:
* Ze moeten verenigbaar zijn met de openbare bestemming van het openbaar domein.
* Ze mogen geen belemmering vormen voor het openbaar gebruik.
* Ze mogen het recht van het bestuur om het gebruik te regelen volgens de noden en het belang van de gemeenschap niet aantasten.
* **Regelgever:** De regelgever onderschrijft deze opvatting, zoals blijkt uit diverse decreten.
#### 2.1.5 Ingebruikname
De overheid kan aan particulieren gebruiksrechten toestaan op openbare domeingoederen, mits dit niet onverenigbaar is met de algemene bestemming van het goed. Er worden twee vormen van ingebruikname onderscheiden:
* **Collectieve ingebruikname:**
* **Principe:** Eenieder heeft het recht om vrij, gelijk en gratis gebruik te maken van openbare domeingoederen.
* **Nuances:** 'Vrij' betekent dat men de opgelegde regels en de bestemming van het goed moet naleven, en er kunnen gebruiksverboden gelden. 'Gratis' kan ook genuanceerd worden.
* **Private ingebruikname:**
* **Principe:** Een particulier verkrijgt het exclusieve recht om gebruik te maken van een bepaald gedeelte van het openbaar domein, bij uitsluiting van anderen.
* **Voorwaarden:** De voorwaarden zijn dezelfde als voor collectieve ingebruikname.
* **Instrumenten:**
* **Tijdelijke vergunning:** Dit is een eenzijdige bestuurshandeling die een machtiging tot gebruik verleent. Deze rechten zijn precair en te allen tijde herroepbaar om redenen van algemeen belang, zonder recht op schadevergoeding. De privaatrechtelijke regels zijn hier niet van toepassing. Een vergunning is tegenstelbaar aan derden.
* **Stationeervergunning:** Gebruiksrecht op de oppervlakte van een deel van het openbaar domein.
* **Wegvergunning:** Gebruiksrecht op de oppervlakte en eventueel bezetting van de ondergrond.
* **Domeinconcessie:** Dit is een meerzijdige rechtshandeling (overeenkomst) waarbij de overheid aan een concessiehouder toelating verleent om op permanente wijze en met uitsluiting van anderen een bepaald deel van het openbaar domein in gebruik te nemen. Dit biedt meer zekerheid dan een vergunning en beëindiging ervan leidt tot een subjectief recht op schadevergoeding.
### 2.2 Rechtsregeling van het privaat domein
De rechtsregeling van het privaat domein is beperkter wat betreft bescherming.
* **Desaffectatie:** Na desaffectatie (het verlies van de bestemming van algemeen gebruik) geldt een soepeler regime.
* **Vervreemdbaar en in de handel:** Goederen van het privaat domein zijn vervreemdbaar en beschouwd als 'in de handel'.
* **Verjaarbaar:** Ze zijn vatbaar voor verjaring (artikel 2279 oud Burgerlijk Wetboek).
* **Beslag:** Ze vallen onder dezelfde bijzondere beslagregeling als de openbare domeingoederen.
* **Zakelijke rechten:** Zakelijke rechten kunnen gevestigd worden, hoewel specifieke rechtsregels van toepassing kunnen zijn.
### 2.3 Onteigening
Onteigening is een publiekrechtelijk instrument waarbij de overheid onder bepaalde voorwaarden particuliere goederen kan toe-eigenen.
* **Voorwerp:** Kan betrekking hebben op lichamelijke onroerende goederen (Vlaams onteigeningsdecreet staat ook zakelijke rechten toe). Roerende goederen zijn in principe niet onteigenbaar.
* **Voorwaarden (Grondwettelijk):**
1. Noodzakelijk ter realisatie van het algemeen nutsdoel.
2. Grondslag in een wettelijke bepaling (habilitatie).
3. Vindt plaats op de wijze bij wet bepaald (procedure).
4. Billijke en voorafgaande schadeloosstelling.
* **Algemeen nut:** Het belang van de gemeenschap, breder dan enkel de staat, gewesten of gemeenschappen.
* **Schadeloosstelling:** Moet billijk zijn, rekening houdend met alle geleden schade. Dit omvat de objectieve waarde van het goed en, onder voorwaarden, de subjectieve waarde.
### 2.4 Opeising
In noodsituaties kan de overheid tijdelijk particuliere goederen of diensten vorderen, wat soms kan leiden tot eigendomsoverdracht (bij verbruiksgoederen). Dit is geregeld bij bijzondere wetten en er is recht op vergoeding indien dit in de wet is voorzien.
---
# Onteigening, erfdienstbaarheid tot algemeen nut en opeising
Dit onderwerp behandelt de mechanismen waarmee de overheid dwangmatig particuliere goederen kan verwerven of beperkingen kan opleggen, inclusief de wettelijke kaders en procedures.
### 3.1 Kernbegrippen en wettelijke basis
Onteigening, erfdienstbaarheid tot algemeen nut en opeising zijn specifieke publiekrechtelijke instrumenten die de overheid toelaten om, onder strikte voorwaarden, in te grijpen in particuliere eigendomsrechten. Deze mechanismen zijn essentieel voor het realiseren van projecten van algemeen belang die niet via vrijwillige overeenkomsten kunnen worden gerealiseerd.
De wettelijke basis voor deze instrumenten is verankerd in zowel internationale verdragen als nationale wetgeving:
* **Artikel 1 Eerste Aanvullend Protocol (AP) bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM):** Dit artikel beschermt het eigendomsrecht en stelt dat niemand van zijn eigendom mag worden beroofd, behalve in het algemeen belang en onder de voorwaarden die in de wet en de algemene beginselen van het internationaal recht zijn bepaald.
* **Artikel 16 van de Belgische Grondwet:** Dit artikel bepaalt dat niemand van zijn eigendom mag worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling.
* **Federale algemene onteigeningswetten:** Deze wetten regelen de federale onteigeningsprocedures.
* **Vlaams Onteigeningsdecreet (decreet van 24 februari 2017) en het Uitvoeringsbesluit (Besluit Vlaamse Regering 27 oktober 2017):** Deze regelen de onteigeningen binnen het Vlaams Gewest met betrekking tot bevoegdheden die onder de Vlaamse gemeenschap vallen.
### 3.2 Onteigening
Onteigening is de bevoegdheid van de overheid om, op gedwongen wijze, particuliere goederen aan zichzelf toe te eigenen ten behoeve van een publiek doel. Dit is een eenzijdig, gezaghalve bestuursoptreden dat slechts mag worden ingezet wanneer een 'gewone' eigendomsoverdracht door koop-verkoop niet mogelijk blijkt.
#### 3.2.1 Voorwerp van onteigening
* **Algemene Federale Onteigeningswetten:** Staan de onteigening toe van lichamelijke onroerende goederen. Roerende goederen en zakelijke rechten/vorderingsrechten kunnen in principe niet onteigend worden onder deze wetgeving.
* **Vlaams Onteigeningsdecreet:** Maakt de onteigening mogelijk van lichamelijke onroerende goederen en zakelijke rechten. Roerende goederen kunnen ook hier niet worden onteigend.
> **Tip:** Het is cruciaal om de specifieke wetgeving te raadplegen om te bepalen wat precies onteigend kan worden, aangezien de bevoegdheden verschillen tussen het federale en het regionale niveau.
#### 3.2.2 Wettelijke voorwaarden voor onteigening
Onteigening moet voldoen aan vier grondwettelijke voorwaarden, die voortvloeien uit artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 Eerste AP bij het EVRM:
1. **Algemeen nut:** De onteigening moet noodzakelijk zijn ter realisatie van een doel van algemeen nut. Dit begrip is breed en kan betrekking hebben op de gemeenschap in ruimere zin, publieke instellingen, publiekrechtelijke en soms ook privaatrechtelijke rechtspersonen die een openbare dienst verlenen. Voorbeelden zijn onderwijs, onderzoek, verbetering van het wegennet of de bouw van sociale woningen.
2. **Wettelijke grondslag (habilitatie):** De onteigening moet plaatsvinden op grond van een wettelijke bepaling die de overheid daartoe machtigt (habilitatie). Verschillende federale wetten en het Vlaams onteigeningsdecreet bieden dergelijke wettelijke grondslagen.
3. **Procedure bij wet bepaald (wijze):** De onteigening moet gebeuren volgens de strikte procedure die in de wet of het decreet is vastgelegd.
4. **Billijke en voorafgaande schadeloosstelling:** Er moet een redelijke en voorafgaande vergoeding worden toegekend aan de benadeelde partij.
> **Tip:** Het algemeen nut is een open begrip dat door de rechtspraak, met name het Hof van Cassatie en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, steeds opnieuw wordt ingevuld.
#### 3.2.3 Onteigeningsprocedure
De toepasselijke wetgeving (federaal of Vlaams) bepaalt de specifieke procedure. In beide gevallen wordt een onderscheid gemaakt tussen:
* **Federale regelgeving:**
* **Gewone procedure:** Een langere procedure met een gedetailleerde administratieve fase (inclusief openbaar onderzoek) en een gerechtelijke fase voor wettigheidsbeoordeling en vaststelling van de vergoeding.
* **Procedure bij hoogdringendheid:** Een snellere procedure waarbij het openbaar onderzoek niet verplicht is, met een provisionele schadevergoeding aan het einde van de eerste gerechtelijke fase.
* **Vlaamse regelgeving:**
* **Eén geharmoniseerde procedure:** Deze lijkt sterk op de federale procedure bij hoogdringendheid en omvat een administratieve fase (met onderhandelingsplicht en openbaar onderzoek) en een gerechtelijke fase voor de wettigheidsbeoordeling en de vaststelling van de definitieve vergoeding.
Beide procedures bestaan uit een **administratieve fase** (waarin het bestuur discretionaire bevoegdheden heeft) en een **gerechtelijke fase** (waarin de wettigheid en de schadevergoeding worden beoordeeld door de 'gewone' rechter).
> **Belangrijk:** Bij de vaststelling van de schadevergoeding is het essentieel om de volledige schade die voortvloeit uit de onteigening te vergoeden, waardoor de benadeelde in de toestand wordt geplaatst alsof de onteigening niet had plaatsgevonden. Dit omvat de objectieve waarde (verkoopwaarde, toekomstwaarde) en in bepaalde gevallen de subjectieve waarde (affectiewaarde) van het goed. Wachtintresten en andere bijkomende schadeposten kunnen ook deel uitmaken van de vergoeding.
#### 3.2.4 Bevoegde rechter
* **Betwistingen over de wettigheid van het onteigeningsbesluit of de onteigeningsmachtiging:**
* **Federaal:** De Raad van State (schorsings- en/of annulatieberoep). Na aanvang van de gerechtelijke fase is de 'gewone rechter' bevoegd.
* **Vlaanderen:** De Raad voor vergunningsbetwistingen, met beroepsmogelijkheid in cassatie bij de Raad van State.
* **Betwistingen over de onteigeningsvergoeding:**
* **Federaal en Vlaanderen:** Exclusieve bevoegdheid van de 'gewone rechter' (de rechtbank van eerste aanleg of de vrederechter, afhankelijk van de waarde).
#### 3.2.5 Belanghebbende derden
Eigenaars, vruchtgebruikers en andere belanghebbenden (zoals huurders) moeten betrokken worden bij de procedure voor de vaststelling van de vergoeding.
### 3.3 Erfdienstbaarheid tot algemeen nut
Een erfdienstbaarheid tot algemeen nut is een algemene eigendomsbeperking die op een privaat eigendomsrecht wordt gevestigd ten voordele van het algemeen belang, in plaats van ten voordele van een heersend erf zoals bij een gemeenrechtelijke erfdienstbaarheid.
* **Kenmerken:**
* Het is een beperking op het privaats eigendomsrecht.
* Het algemeen belang is het heersende 'erf'.
* Het ontstaat door bijzondere wetten of verordeningen.
* Er is geen eigendomsoverdracht, in tegenstelling tot onteigening.
* **Recht op vergoeding:** In principe enkel indien voorzien in de bijzondere wet of verordening die de erfdienstbaarheid instelt. Artikel 16 van de Grondwet is hier niet rechtstreeks op van toepassing.
> **Voorbeeld:** Het gedwongen bezwaren van particuliere gronden met een grote gasleiding.
### 3.4 Opeising
Opeising is een publiekrechtelijke techniek waarbij de overheid gezagshalve particuliere goederen (roerend of onroerend) en/of diensten tijdelijk kan betrekken bij de uitoefening van taken van openbaar nut.
* **Kenmerken:**
* Het principe is tijdelijkheid.
* In bepaalde gevallen kan het leiden tot eigendomsoverdracht, met name bij verbruiksgoederen die tenietgaan.
* Het vindt plaats in noodsituaties.
* De wettelijke grondslag berust op bijzondere wetten (bv. Wet op de militaire opeisingen van 12 mei 1927).
* **Vergoedingsrecht:** Enkel indien voorzien in de bijzondere wet. Mogelijk is er een vergoeding voor schade ontstaan tijdens de opeising, gebaseerd op het principe van 'normaal zorgvuldig bestuur'.
> **Voorbeeld:** Opeising van diensten en goederen tijdens oorlogssituaties.
### 3.5 Administratieve contracten vs. Gewone contracten
De overheid sluit, naast de eenzijdige instrumenten zoals onteigening, ook meerzijdige overeenkomsten. Hierbij is het belangrijk het onderscheid te maken tussen:
* **Gewone contracten:** De overheid treedt op als een private persoon, op gelijke voet met particuliere medecontractanten. Het gemeenrecht is hierop van toepassing.
* **Administratieve contracten:** De overheid handelt in het algemeen belang en het private belang van de particulier kan wijken voor het algemene belang. Dit brengt een ongelijkwaardigheid tussen contractspartijen met zich mee. Regels van administratief recht zijn van toepassing.
> **Voorbeeld administratief contract:** Een domeinconcessie of een overheidsopdracht.
### 3.6 Domeinconcessie
Een domeinconcessie is een overeenkomst waarbij de overheid aan een concessiehouder toelating verleent om op een permanente wijze en met uitsluiting van anderen een bepaald deel van het openbaar domein in gebruik te nemen. In tegenstelling tot een eenzijdige vergunning, komt een concessie tot stand via een meerzijdige rechtshandeling.
* **Kenmerken:**
* Exclusief gebruiksrecht.
* Meestal tegen betaling van een vergoeding.
* De concessiehouder draagt een operationeel risico.
* **Beëindiging:** Redenen van algemeen belang kunnen leiden tot beëindiging, maar dit moet dan wel gepaard gaan met een schadevergoeding voor de concessiehouder.
> **Onderscheid met vergunning:** Een domeinconcessie is een overeenkomst, een vergunning is een eenzijdige beslissing van het bestuur. Beide bieden wel een exclusief gebruiksrecht.
#### 3.6.1 Concessie vs. Overheidsopdracht
Het **operationeel risico** is het determinerende criterium:
* Bij een **concessie** (werken of diensten) draagt de concessiehouder het operationeel risico, wat betekent dat er geen garantie is dat de investeringen en kosten kunnen worden terugverdiend.
* Bij een **overheidsopdracht** draagt de overheid dit risico (of is er geen risicooverdracht).
### 3.7 Conclusie
Onteigening, erfdienstbaarheid tot algemeen nut en opeising zijn cruciale, maar strikt gereguleerde instrumenten die de overheid toelaten om in te grijpen in particuliere eigendomsrechten ten behoeve van het algemeen belang. De procedures en voorwaarden zijn complex en vereisen een grondige kennis van de toepasselijke wetgeving, zowel op federaal als op regionaal niveau. De bescherming van het eigendomsrecht, gekoppeld aan de noodzaak om projecten van algemeen nut te realiseren, vormt de kern van deze materie.
---
# Overheidsopdrachten en concessies
Dit onderdeel bespreekt de verschillende soorten overeenkomsten die de overheid kan aangaan, zoals administratieve contracten, concessies en overheidsopdrachten, inclusief hun bijbehorende rechtsregimes en de bevoegde rechters.
### 4.1 Goederen van de overheid: openbaar en privaat domein
Het onderscheid tussen het openbaar en privaat domein is cruciaal voor de rechtsregels die van toepassing zijn op overheidsgoederen.
#### 4.1.1 Onderscheid openbaar en privaat domein
* **Openbaar domein:** Goederen die bestemd zijn voor publiek gebruik of noodzakelijk zijn voor de werking van een openbare dienst. Deze kunnen door hun aard of door een specifieke overheidsbeslissing tot het openbaar domein behoren.
* **Privaat domein:** Dit is een restcategorie die goederen omvat die niet tot het openbaar domein behoren, dus niet bestemd zijn voor algemeen gebruik of de openbare dienstverlening.
Volgens artikel 3.45, eerste lid van het Nieuw Burgerlijk Wetboek (verwijzend naar artikel 538 Oud BW) behoren publieke goederen tot het privaat domein, tenzij ze tot het openbaar domein zijn bestemd.
#### 4.1.2 Affectatie en desaffectatie
De indeling van een goed tussen openbaar en privaat domein is niet onomkeerbaar.
* **Affectatie:** Het proces waarbij een goed vanuit het privaat domein wordt overgebracht naar het openbaar domein. Dit gebeurt door een overheidsbeslissing (uitdrukkelijk of stilzwijgend) om het goed te bestemmen voor algemeen gebruik of te verbinden aan een openbare dienst.
* **Desaffectatie:** Het proces waarbij een goed vanuit het openbaar domein wordt overgebracht naar het privaat domein. Dit gebeurt wanneer het goed niet langer bestemd is voor algemeen gebruik of niet langer dienstig is voor de openbare dienst. Dit kan ook uitdrukkelijk of stilzwijgend gebeuren.
#### 4.1.3 Rechtsregeling van het openbaar domein
Het openbaar domein geniet een aparte en beschermde rechtsregeling vanwege het algemeen belang en de continuïteit van de openbare dienst.
* **Onvervreemdbaar:** Openbare domeingoederen zijn in principe onvervreemdbaar, wat betekent dat ze niet kunnen worden vervreemd (verkocht, verhuurd, etc.). Dit is gekoppeld aan het principe van algemeen gebruik of dienstbaarheid aan een openbare dienst. Het goed is "buiten de handel". Dit principe is niet absoluut; privatief gebruik kan wel worden toegestaan.
* **Onverjaarbaar:** Eigendomsverwerving door verjaring is niet mogelijk voor goederen van het openbaar domein, aangezien deze buiten de handel zijn.
* **Niet vatbaar voor beslag:** Sinds 1994 geldt er een bijzondere beslagregeling. Hoewel de algemene uitvoeringsimmuniteit niet meer volledig van toepassing is, zijn er beperkingen. Er kan enkel beslag worden gelegd op goederen die kennelijk niet nuttig zijn voor de uitoefening van de overheidsinstantie of voor de continuïteit van de openbare dienst. De overheid kan wel verzet aantekenen tegen een beslag.
* **Geen zakelijke rechten:** Aanvankelijk konden er geen zakelijke rechten (zoals hypotheken of erfdienstbaarheden) op gevestigd worden. De huidige visie laat erfdienstbaarheden toe onder voorwaarden: ze mogen de openbare bestemming, het openbaar gebruik of de regeling van het gebruik door het bestuur niet belemmeren.
* **Ingebruikname:** De overheid kan particulieren gebruiksrechten toestaan op openbare domeingoederen, mits dit niet onverenigbaar is met de algemene bestemming van het goed.
* **Collectieve ingebruikname:** Iedereen heeft het recht om vrij, gelijk en gratis gebruik te maken van openbare domeingoederen, met naleving van de bestemming en regels.
* **Private ingebruikname:** Een particulier verkrijgt een exclusief gebruiksrecht op een bepaald deel van het openbaar domein. Dit kan via:
* **Tijdelijke vergunningen:** Een eenzijdige bestuurshandeling die precair en te allen tijde herroepbaar is om redenen van algemeen belang, zonder schadevergoeding.
* **Domeinconcessies:** Een meerzijdige rechtshandeling (overeenkomst) waarbij de overheid aan een concessiehouder toelating verleent om op een permanente wijze en met uitsluiting van anderen een bepaald deel van het openbaar domein in gebruik te nemen.
#### 4.1.4 Rechtsregeling van het privaat domein
Het privaat domein kent een beperkter beschermingsregime. Na desaffectatie is het goed vervreemdbaar, in de handel en verjaarbaar (conform artikel 2279 Oud BW). De beslagregeling is dezelfde als voor het openbaar domein. Zakelijke rechten kunnen gevestigd worden, maar er gelden specifieke rechtsregels voor o.a. onteigening, erfdienstbaarheid tot algemeen nut en opeising.
#### 4.1.5 Onteigening
Onteigening is een publiekrechtelijk instrument waarmee de overheid op gedwongen wijze particuliere goederen kan toe-eigenen ten algemenen nutte, mits billijke en voorafgaande schadeloosstelling.
* **Voorwerp:** Lichamelijke onroerende goederen (federaal en Vlaams). Zakelijke rechten kunnen ook onteigend worden onder het Vlaams decreet. Roerende goederen kunnen in principe niet onteigend worden.
* **Wettelijk kader:** Art. 1 Eerste Aanvullend Protocol bij het EVRM, Art. 16 Grondwet, Federale algemene onteigeningswetten, Vlaams Onteigeningsdecreet.
* **Grondwettelijke voorwaarden:**
1. Noodzakelijk ter realisatie van het algemeen nutsdoel.
2. Grondslag in een wettelijke bepaling (habilitatie).
3. Volgens de bij wet bepaalde wijze (procedure).
4. Billijke en voorafgaande schadeloosstelling.
* **Algemeen nutsdoel:** Invulling is niet precies omschreven, maar het dient het belang van de gemeenschap en omvat publieke instellingen en privaatrechtelijke rechtspersonen belast met een openbare dienst.
* **Habilitatie:** Een wettelijke rechtsgrond die de onteigeningsbevoegdheid toekent.
* **Procedure:** Verschilt tussen federale (gemeenrechtelijke en hoogdringendheidsprocedure) en Vlaamse regelgeving (één procedure). Beide bestaan uit een administratieve en een gerechtelijke fase.
* **Schadeloosstelling:** Moet billijk zijn en alle schade dekken die voor de benadeelde uit de onteigening is ontstaan, met inbegrip van de objectieve en subjectieve waarde van het goed.
#### 4.1.6 Erfdienstbaarheid tot algemeen nut
Dit betreft een algemene eigendomsbeperking op een privaat eigendomsrecht ten dienste van het algemeen belang, gevestigd krachtens een bijzondere wet of verordening. Er is in principe geen recht op vergoeding, tenzij voorzien in de bijzondere wet.
#### 4.1.7 Opeising
Dit is een publiekrechtelijke techniek waarbij de overheid, in noodsituaties, tijdelijk particuliere goederen en/of diensten kan vorderen voor taken van openbaar nut. Soms kan dit leiden tot eigendomsoverdracht. Er is een vergoedingsrecht indien voorzien in de bijzondere wet.
### 4.2 Administratieve contracten en overheidsopdrachten
De overheid kan verschillende soorten overeenkomsten aangaan, met verschillende rechtsregimes en bevoegde rechters.
#### 4.2.1 Gewoon contract versus administratief contract
* **Gewoon contract:** De overheid handelt als een private persoon, op gelijke voet met particulieren. Het gemeenrecht is van toepassing.
* **Administratief contract:** De overheid handelt in het algemeen belang, waarbij het privaat belang van de particulier kan wijken. De rechtsregels van het administratief recht zijn van toepassing, die afwijken van het gemeenrecht. De bevoegdheid van de rechter wordt bepaald door de constitutionele bevoegdheidsverdeling, niet door de kwalificatie van het contract.
#### 4.2.2 Domeinconcessie
Een overeenkomst waarbij de overheid aan een concessiehouder het recht verleent om een deel van het openbaar domein uit te buiten, meestal tegen betaling. Dit verschilt van een vergunning (eenzijdig) door de meerzijdige totstandkoming en de gevolgen voor beëindiging. Een concessiehouder heeft een subjectief recht en bij beëindiging is er recht op schadevergoeding.
#### 4.2.3 Concessie voor werken en diensten
* **Concessie voor werken:** De overheid laat een werk uitvoeren door een ondernemer die het recht verwerft om het werk te exploiteren of een betaling verkrijgt.
* **Concessie voor diensten:** De overheid laat een dienst verrichten en beheren door een ondernemer die het recht verkrijgt die diensten uit te buiten.
Het bepalende criterium voor een concessie is de overdracht van het operationeel risico aan de concessiehouder.
#### 4.2.4 Overheidsopdrachten
Dit zijn overeenkomsten onder bezwarende titel tussen ondernemers en aanbesteders voor het uitvoeren van werken, leveren van producten of verlenen van diensten.
* **Doel:** Zuinig en correct gebruik van belastinggeld, gelijke behandeling van ondernemers, bevordering van de interne markt en vermijden van discriminatie.
* **Wettelijk kader:** Europees (VWEU, richtlijnen) en Belgisch (Overheidsopdrachtenwet, KB's).
* **Basisprincipes:** Gelijkheid en niet-discriminatie, transparantie, proportionaliteit, verbod van vertekening van mededinging, verbod van belangenconflict, verplicht naleven van milieu-, sociaal- en arbeidsrecht.
* **Forfaitair beginsel:** Opdrachten worden in principe forfaitair geplaatst, met vooraf vastgelegde prijzen die nadien niet meer mogen wijzigen. Uitzonderingen en prijsherziening zijn mogelijk onder strikte voorwaarden.
* **Vertrouwelijkheid:** Regels betreffende de toegang tot documenten en de vertrouwelijkheid van informatie tijdens de procedure.
* **Materieel toepassingsgebied:** De overeenkomst moet betrekking hebben op werken, leveringen of diensten en gesloten zijn onder bezwarende titel tussen een of meer ondernemers en een of meer aanbesteders. Er zijn specifieke uitsluitingen, zoals juridisch advies door advocaten.
* **Personeel toepassingsgebied:** Omvat de Staat, Gewesten, Gemeenschappen, lokale overheden, publiekrechtelijke instellingen en personen die onder bepaalde voorwaarden afhankelijk zijn van deze entiteiten, en verenigingen die uit deze entiteiten bestaan.
**Tip:** Het onderscheid tussen een concessie en een overheidsopdracht is cruciaal en draait om de overdracht van het **operationeel risico**. Bij een concessie draagt de concessiehouder dit risico grotendeels, terwijl dit bij een overheidsopdracht bij de aanbesteder ligt.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Openbaar domein | Goederen die bestemd zijn voor publiek gebruik of noodzakelijk zijn voor de werking van een openbare dienst. Deze goederen zijn onderworpen aan specifieke publiekrechtelijke regels. |
| Privaat domein | De restcategorie van goederen die niet tot het openbaar domein behoren. Deze goederen zijn niet bestemd voor algemeen gebruik en niet dienstig voor de openbare dienstverlening en vallen onder het privaatrecht. |
| Affectatie | Het proces waarbij een goed wordt bestemd voor algemeen gebruik of wordt verbonden aan een openbare dienst, waardoor het onderdeel wordt van het openbaar domein. Dit gebeurt door een overheidsbeslissing, uitdrukkelijk of stilzwijgend. |
| Desaffectatie | Het proces waarbij een goed zijn bestemming van algemeen gebruik verliest en niet langer dienstig is voor de werking van een openbare dienst, waardoor het overgaat naar het privaat domein. Dit kan zowel stilzwijgend als uitdrukkelijk gebeuren. |
| Onvervreemdbaar | Een eigenschap van openbare domeingoederen die inhoudt dat ze niet kunnen worden vervreemd, noch vrijwillig noch gedwongen, vanwege hun bestemming voor algemeen gebruik of hun dienstbaarheid aan een openbare dienst. |
| Onverjaarbaar | Een principe dat stelt dat goederen behorend tot het openbaar domein niet vatbaar zijn voor verkrijgende verjaring, waardoor eigendomsverwerving door verjaring van deze goederen niet mogelijk is. |
| Niet vatbaar voor beslag | Openbare domeingoederen kunnen niet door schuldeisers in beslag worden genomen, hoewel er sinds 1994 een bijzondere beslagregeling bestaat die in specifieke gevallen beslag toelaat op bepaalde overheidsgoederen. |
| Zakelijke rechten | Beperkte rechten op een goed, zoals een hypotheek of erfdienstbaarheid. Op openbare domeingoederen kunnen in principe geen zakelijke rechten worden gevestigd, hoewel er uitzonderingen mogelijk zijn onder strikte voorwaarden. |
| Ingebruikname | Het toestaan van gebruiksrechten op openbare domeingoederen aan particulieren, hetzij collectief (voor iedereen) of privatief (exclusief voor één persoon), mits dit niet onverenigbaar is met de algemene bestemming van het goed. |
| Tijdelijke vergunning | Een eenzijdige bestuurshandeling die een particulier toelating geeft om tijdelijk en precair gebruik te maken van een deel van het openbaar domein, te allen tijde herroepbaar om redenen van algemeen belang. |
| Domeinconcessie | Een meerzijdige overeenkomst waarbij de overheid een concessiehouder toelaat een deel van het openbaar domein op permanente wijze en met uitsluiting van anderen in gebruik te nemen, vaak tegen betaling. |
| Onteigening | Het proces waarbij de overheid, ten algemenen nutte en mits billijke en voorafgaande schadeloosstelling, op gedwongen wijze particuliere goederen kan toe-eigenen. |
| Erfdienstbaarheid tot algemeen nut | Een eigendomsbeperking die door de overheid op particuliere goederen kan worden opgelegd ten behoeve van het algemeen belang, vaak geregeld bij bijzondere wetten en niet leidend tot eigendomsoverdracht. |
| Opeising | Een publiekrechtelijke techniek waarbij de overheid in noodsituaties tijdelijk het gebruik van particuliere goederen of diensten kan vorderen, wat soms kan leiden tot eigendomsoverdracht, met een vergoedingsrecht indien voorzien in de bijzondere wet. |
| Administratief contract | Een overeenkomst gesloten door de overheid waarbij het algemeen belang voorgaat op het private belang van de tegenpartij, gekenmerkt door een ongelijke verhouding tussen de contractspartijen, zoals een domeinconcessie of overheidsopdracht. |
| Gewoon contract | Een overeenkomst waarbij de overheid handelt als een private persoon en op gelijke voet staat met de medecontractant, waarbij de gelijkwaardigheid van contractspartijen kenmerkend is, zoals een huurovereenkomst. |
| Overheidsopdracht | Een overeenkomst onder bezwarende titel tussen een of meer ondernemers en een of meer aanbesteders voor het uitvoeren van werken, leveren van producten of verlenen van diensten, onderworpen aan strikte administratiefrechtelijke procedures en beginselen om belastinggeld efficiënt te gebruiken en concurrentie te waarborgen. |
| Gelijkheid en niet-discriminatie | Een basisbeginsel in het overheidsopdrachtenrecht dat stelt dat alle ondernemers gelijk en niet-discriminerend behandeld moeten worden gedurende de gehele procedure, om concurrentieverstoring te vermijden. |
| Transparantiebeginsel | Een fundamenteel principe in het overheidsopdrachtenrecht dat vereist dat de essentiële elementen van een opdracht openbaar worden gemaakt, zodat geïnteresseerden de voorwaarden kunnen kennen en beoordelen of iedereen gelijk werd behandeld. |
| Proportionaliteitsbeginsel | Het principe dat maatregelen genomen door de aanbestedende overheid noodzakelijk en in verhouding moeten staan tot het nagestreefde doel, wat van toepassing is op onder andere selectiecriteria en facultatieve uitsluitingsgronden. |
| Verbod van vertekenen mededinging | Een bepaling die zowel de aanbesteder als de ondernemers verbiedt om de mededinging kunstmatig te beperken of te verstoren, door bijvoorbeeld de opdracht zodanig op te stellen dat bepaalde ondernemingen worden bevoordeeld of benadeeld. |
| Belangenconflict | Een situatie waarin een ambtenaar of persoon verbonden aan de aanbesteder persoonlijke belangen heeft die de onpartijdigheid in het gedrang brengen. Het is verboden tussen te komen bij een overheidsopdracht in zo'n situatie. |
| Forfaitair beginsel | Het principe dat overheidsopdrachten op forfaitaire basis worden geplaatst, waarbij het verschuldigde bedrag vooraf wordt vastgelegd en in principe niet meer mag worden gewijzigd, tenzij met specifieke uitzonderingen. |
| Operationeel risico | Het risico inherent aan de exploitatie van werken of diensten dat aan de concessiehouder wordt overgedragen, wat een werkelijke blootstelling aan marktgrillen inhoudt en betekent dat investeringen mogelijk niet worden terugverdiend. |
| Klassieke sectoren | Sectoren waarin overheidsopdrachten geplaatst worden, zoals werken, leveringen en diensten, waarvoor specifieke Europese richtlijnen en nationale wetgeving van toepassing zijn, afhankelijk van de drempelbedragen. |
| Speciale sectoren | Sectoren zoals drinkwatervoorziening, energie, transport en postdiensten, waarvoor afwijkende regelgeving kan gelden in het kader van overheidsopdrachten. |
| Catch-all bepaling | Een bepaling in de wetgeving inzake overheidsopdrachten die van toepassing is op publiekrechtelijke instellingen en personen die voldoen aan specifieke cumulatieve voorwaarden inzake doel, aard van de activiteit en afhankelijkheid van de overheid. |