Hoorcollege 5.pptx
Summary
# Democratie als politiek systeem en haar classificaties
Dit onderdeel verkent de definitie en classificatie van democratie als politiek systeem, inclusief historische en hedendaagse indelingen, en diverse vormen zoals directe en representatieve democratie.
## 1\. Classificatie van democratie
### 1.1 Historische classificaties (Plato)
Plato's classificatie van politieke systemen omvat de volgende gradaties, van ideaal naar meest onwenselijk:
* **Aristocratie**: Heerschappij van de besten.
* **Timocratie**: Heerschappij gebaseerd op eer en militaire deugd.
* **Oligarchie**: Heerschappij van een kleine, rijke elite.
* **Democratie**: Heerschappij van het volk, vaak gezien als een minder stabiele vorm met potentieel voor chaos.
* **Tirannie**: Heerschappij door één persoon met absolute macht, vaak voortkomend uit democratie.
### 1.2 Hedendaagse classificaties
Hedendaagse classificaties plaatsen democratie vaker in een continuüm met andere politieke systemen, vaak gebaseerd op de mate van vrijheid en controle.
* **Totalitair**: De staat controleert alle aspecten van het leven van burgers, met weinig tot geen individuele vrijheid.
* **Autoritair**: Beperkte politieke vrijheid, maar de staat oefent controle uit over bepaalde sectoren.
* **Democratie**: Karakteriseert zich door politieke vrijheid en volkssoevereiniteit.
> **Tip:** Houd er rekening mee dat de beoordeling van democratieën een continuüm is. Een land kan bijvoorbeeld een 'flawed democracy' (gebrekkige democratie) zijn, wat aangeeft dat er democratische elementen aanwezig zijn, maar met significante tekortkomingen.
### 1.3 Vormen van democratie
#### 1.3.1 De Griekse polis
De oorsprong van democratie ligt in de Griekse stadstaten (poleis). Hierbij stonden **vrijheid** (versus onderworpenheid/slavernij) en **volkssoevereiniteit** centraal. Het 'volk' (demos) bestond echter enkel uit volwassen mannen, en politieke gelijkheid gold enkel binnen deze groep, ongeacht hun rijkdom. De besluitvorming gebeurde via volksvergaderingen.
#### 1.3.2 Directe versus representatieve democratie
* **Directe democratie**: Burgers nemen rechtstreeks deel aan besluitvorming, bijvoorbeeld via stemmingen in een volksvergadering, debatten en referenda. Dit was kenmerkend voor de Griekse polis.
* **Representatieve democratie**: Burgers kiezen vertegenwoordigers die namens hen beslissingen nemen in bijvoorbeeld een parlement of gemeenteraad. Dit model is beter geschikt voor grote bevolkingsaantallen en vereist deliberatie door gekozen organen.
#### 1.3.3 Democratische rechtsstaat / liberale democratie
Dit model combineert democratische principes met de rechtsstaat.
* **Liberale democratie (of democratische rechtsstaat)**: Iedereen, inclusief de overheid, is gebonden aan de wet (\_rule of law). Fundamentele rechten en vrijheden van individuen worden beschermd. De macht van de verkozenen is beperkt door de grondwet en wetten.
* **Niet-liberale democratie**: Kenmerkt zich door minder beperkingen op de verkozenen door wetgeving. Dit kan leiden tot ongeremde vrijheid en macht van de machthebbers.
> **Tip:** De scheidslijn tussen een liberale democratie en een niet-liberale democratie is cruciaal. Let op de mate waarin fundamentele rechten en de rechtsstaat worden gerespecteerd.
#### 1.3.4 Andere vormen en innovaties
Naast de klassieke vormen zijn er ook pogingen tot **democratische innovatie** om de kloof tussen burger en politiek te overbruggen en gebrek aan vertrouwen tegen te gaan. Voorbeelden hiervan zijn:
* **Hybride democratie**: Een mix van democratische en niet-democratische elementen.
* **Deliberatieve democratie**: Benadrukt de rol van debat en overleg in besluitvorming.
* **Doe-democratie**: Richt zich op actieve participatie van burgers.
Het teruglopende opkomstpercentage bij verkiezingen, zelfs na afschaffing van de opkomstplicht, suggereert een groeiende kloof tussen burgers en de politieke besluitvorming.
## 2\. De democratische paradox
De democratische paradox beschrijft de inherente spanning tussen de principes van **liberale rechtsstaat** en **democratie**.
* **Liberale rechtsstaat**: Benadrukt de **rule of law**, individuele **vrijheid** en bescherming van fundamentele rechten.
* **Democratie**: Benadrukt **volkssoevereiniteit**, **zelfbestuur** en **gelijkheid**.
De paradox ontstaat omdat democratische beslissingen, voortkomend uit de wil van de meerderheid, potentieel de individuele vrijheden of de rechten van minderheden kunnen aantasten, wat ingaat tegen de principes van de liberale rechtsstaat. Omgekeerd kan een te sterke nadruk op individuele vrijheid de mogelijkheid tot collectief zelfbestuur belemmeren.
> **Tip:** Denk na over situaties waarin de meerderheid beslist om rechten van minderheden in te perken. Dit is een klassiek voorbeeld van de democratische paradox.
## 3\. Agonistische democratie: het politieke
Agonistische democratie focust op 'het politieke' als een fundamenteel aspect van democratie, in tegenstelling tot 'de politiek'.
### 3.1 De politiek versus het politieke
* **De politiek**: Verwijst naar het institutionele systeem, de kunst van besluitvorming en bestuur, en is gericht op **consensus**. Dit omvat het dagelijkse bestuur, partijpolitiek en beleidsvorming.
* **Het politieke**: Gaat over het maatschappelijk debat over hoe we willen samenleven, de leefwereld, en is gebaseerd op **dissensus** (meningsverschillen). Het gaat over fundamentele breuklijnen en identiteiten in de samenleving.
### 3.2 Heeft de meerderheid altijd gelijk?
Het principe dat de meerderheid altijd gelijk heeft, wordt binnen het agonistische perspectief bekritiseerd.
* Maatschappelijke consensus is niet noodzakelijk de meest rationele, rechtvaardige of morele keuze.
* De meerderheid kan haar positie gebruiken om particuliere belangen als algemeen belang voor te stellen (**hegemonie**).
* Minderheden hebben vaak onvoldoende invloed om hun noden en belangen op de publieke agenda te krijgen.
### 3.3 Hegemonie en politieke correctheid
* **Hegemonie**: Het overgewicht van één groep over de andere, waarbij bepaalde waarden of ideeën als superieur worden beschouwd en niet meer ter discussie worden gesteld. Dit kan leiden tot het onkritisch accepteren van bepaalde normen, zelfs als deze schadelijk zijn.
* **Politieke correctheid**: Het vermijden van uitspraken of handelingen die door een meerderheid als ongepast of kwetsend worden beschouwd. Hoewel bedoeld om inclusief te zijn, kan het ook de vrije discussie over gevoelige onderwerpen beperken en bepaalde opvattingen in de publieke ruimte marginaliseren.
### 3.4 Postpolitiek
Postpolitiek verwijst naar een periode waarin grote ideologische conflicten en tegenstellingen lijken te verdwijnen, en er een neiging is naar een 'radicaal midden', publiek management en technocratie.
* **Einde van de geschiedenis (Fukuyama)**: Het idee dat de liberale democratie de ultieme vorm van menselijk bestuur is geworden na het einde van de Koude Oorlog.
* **Third Way (Giddens)**: Een poging om sociaaldemocratie en neoliberalisme te combineren, wat leidde tot een verschuiving naar het politieke midden.
* **Technocratie**: Het vervangen van politici door bekwame experts om beslissingen te nemen. Dit wordt bekritiseerd omdat het de politieke dimensie van maatschappelijke problemen negeert en een vorm van elitarisme kan zijn.
> **Tip:** Postpolitiek kan leiden tot een 'antipolitiek' door de dissensus, het meningsverschil, uit te schakelen, terwijl juist dit meningsverschil de motor is van democratie.
### 3.5 Agonisme en antagonisme
* **Agonisme**: Het erkennen van fundamentele tegenstellingen en verschillen in de samenleving. Identiteiten worden mede gevormd door deze tegenstellingen (bv. links/rechts, culturele verschillen). Dit is een erkenning van de realiteit van diversiteit en conflict, maar binnen een kader van respect.
* **Antagonisme**: Wanneer de andere partij wordt gezien als een onverzoenlijke bedreiging voor het eigen voortbestaan. Dit leidt tot een vijandbeeld en kan escaleren tot geweld en extremisme.
Chantal Mouffe pleit voor een **agonistische democratie** als alternatief voor postpolitiek. Hierbij worden de verschillen en breuklijnen erkend en uitgedrukt in een levendige publieke sfeer, binnen democratische spelregels die ervoor zorgen dat tegenstanders niet gedemoniseerd worden. Het doel is niet om consensus te bereiken, maar om de bestaande machtsverhoudingen te veranderen door middel van een **actief pluralisme**.
> **Tip:** Het cruciale verschil tussen agonisme en antagonisme ligt in de erkenning van de ander als legitieme opponent versus als vijand.
### 3.6 Actief pluralisme versus laïciteit
* **Actief pluralisme**: Erkent en bevordert de diversiteit van levensbeschouwingen, culturen en politieke voorkeuren. Het overstijgt neutraliteit door de diversiteit zichtbaar te maken en dialoog te stimuleren, gebaseerd op gelijkwaardigheid en wederzijds respect.
* **Laïciteit**: Een strikte vorm van secularisme die religieuze en levensbeschouwelijke uitingen uit de publieke ruimte wil weren, met als doel een neutrale ruimte te creëren. Dit kan echter leiden tot het marginaliseren van bepaalde groepen en gaat voorbij aan het principe van actieve deelname van alle groepen.
## 4\. Democratisch burgerschap
Hoewel niet uitgebreid behandeld binnen de specifieke focus van dit gedeelte, is **democratisch burgerschap** essentieel voor de werking van democratie en de politisering van individuen, wat de rol van sociaal werk kan beïnvloeden door het bevorderen van kritisch burgerschap.
* * *
# Het politieke en agonistische democratie
Dit deel verkent de dynamiek tussen 'de politiek' en 'het politieke', met een focus op agonistische democratie als een model dat dissensus centraal stelt boven consensus.
## 2\. Het politieke en agonistische democratie
### 2.1 De politiek versus het politieke
Het onderscheid tussen 'de politiek' en 'het politieke' is cruciaal voor het begrijpen van democratische theorieën.
#### 2.1.1 De politiek
'De politiek' kan worden gedefinieerd als de kunst van besluitvorming en goed bestuur. Dit systeem is doorgaans gericht op het bereiken van consensus. Het houdt zich bezig met de institutionele en procedurele aspecten van het besturen van een samenleving. In de context van liberale democratieën richt de politiek zich vaak op het vinden van de 'grootste gemene deler' en het managen van beleid binnen vastgestelde kaders.
#### 2.1.2 Het politieke
'Het politieke' daarentegen verwijst naar het bredere maatschappelijke debat over hoe we willen samenleven. Het is geworteld in de leefwereld van burgers en is gebaseerd op dissensus, oftewel fundamenteel meningsverschil. Dit concept erkent dat er inherent conflicten en tegenstellingen bestaan in elke samenleving, die niet volledig opgelost kunnen worden door consensus of compromis. Het politieke gaat over de fundamentele vragen van macht, identiteit en de organisatie van de samenleving, en erkent dat er verschillende, vaak onverzoenbare, belangen en visies bestaan.
### 2.2 De meerderheid en consensus
De vraag of de meerderheid altijd gelijk heeft, vormt een centraal punt van discussie binnen democratische theorieën.
#### 2.2.1 Kritiek op meerderheidshegemonie
Maatschappelijke consensus is niet noodzakelijk de meest rationele, rechtvaardige of morele keuze. De meerderheid kan haar positie gebruiken om haar eigen particuliere belangen als algemeen belang voor te stellen. Dit kan leiden tot de marginalisering van minderheden en het negeren van hun noden en belangen. Het proces van consensusvorming kan ertoe leiden dat bestaande machtsverhoudingen in stand worden gehouden, waardoor ware verandering wordt belemmerd.
#### 2.2.2 Hegemonie en politieke correctheid
Hegemonie verwijst naar het overwicht van één groep over een andere, waarbij de waarden en normen van de dominante groep als superieur worden beschouwd. Dit kan leiden tot een situatie waarin bepaalde houdingen en verhoudingen niet ter discussie gesteld mogen worden. Politieke correctheid, de neiging om uitspraken of handelingen te vermijden die door een meerderheid als ongepast of kwetsend worden beschouwd, kan in dit verband een rol spelen door de discussie te beperken en afwijkende meningen te onderdrukken.
#### 2.2.3 De democratische paradox in het liberale model
De liberale democratie kent een inherente paradox: datgene wat de democratie mogelijk maakt, zoals vrijheid en pluralisme, staat ook de volledige realisatie ervan in de weg. Democratische beslissingen kunnen de democratie zelf afbreken, en fundamentele rechten kunnen worden ingeperkt in naam van de meerderheid of staatsveiligheid.
### 2.3 Postpolitiek en de kritiek daarop
Het concept van postpolitiek beschrijft een tijdperk waarin grote ideologische conflicten en debatten voorbij zouden zijn.
#### 2.3.1 Kenmerken van postpolitiek
Postpolitiek wordt gekenmerkt door het einde van de klassieke links-rechts tegenstelling, de opkomst van een 'radicale middenweg', en een verschuiving naar goed bestuur en technocratie. In dit model worden politieke problemen benaderd als technische uitdagingen die door experts opgelost kunnen worden, waarbij consensus wordt nagestreefd boven dissensus. De nadruk ligt op het beheer en de efficiëntie, vaak ten koste van fundamentele politieke discussies over waarden en doelen.
#### 2.3.2 Kritiek op postpolitiek
Critici, zoals Chantal Mouffe, stellen dat postpolitiek in feite neerkomt op antipolitiek. Door de dissensus uit te schakelen en consensus na te streven, wordt de kern van politiek – de strijd om hegemonie en de erkenning van fundamentele verschillen – genegeerd. Dit kan leiden tot een leegte die opgevuld wordt door populistische bewegingen die de wij-zij-tegenstelling weer introduceren. De nadruk op een neutrale publieke ruimte, zoals in het concept van 'laïciteit', kan ook gezien worden als een vorm van onderdrukking van specifieke identiteiten en overtuigingen.
### 2.4 Agonistische democratie: een alternatief model
Agonistische democratie biedt een alternatief voor het consensusgerichte model van de postpolitiek. Dit model stelt dissensus en verschil centraal.
#### 2.4.1 Agonisme en de vorming van identiteit
Agonisme verwijst naar de erkenning dat een groot deel van onze identiteit wordt gevormd door tegenstellingen en verschillen. De werkelijkheid is agonistisch in die zin dat er altijd sprake is van tegenstellingen, zoals links versus rechts, of de erkenning van verschillende culturele of politieke identiteiten. Dit is anders dan antagonisme, waarbij de ander als een bedreiging voor het eigen voortbestaan wordt gezien en de relatie vijandig wordt.
#### 2.4.2 De noodzaak van een levendige agonistische publieke sfeer
Om te voorkomen dat agonisme ontaardt in antagonisme, is een levendige publieke sfeer van geschil noodzakelijk. Dit betekent dat meningsverschillen en breuklijnen niet mogen worden weggestemd onder het mom van compromis, maar dat het gesprek opengehouden moet worden. Hannah Arendts concept van 'voorlopige consensus' is hierbij relevant: het maatschappelijk debat zoekt naar een tijdelijke overeenstemming over hoe met verschillende opvattingen en belangen verder te gaan, wat vervolgens het startpunt vormt voor nieuwe onderhandelingen.
#### 2.4.3 Kenmerken van agonistische democratie
Agonistische democratie streeft ernaar om, binnen de spelregels van liberaal-democratische kaders die ervoor zorgen dat tegenstanders niet gedemoniseerd worden, bestaande machtsverhoudingen te veranderen in de richting van een nieuwe hegemonie. Het pleit voor een actieve pluraliteit waarbij diversiteit niet alleen wordt erkend, maar ook zichtbaar wordt gemaakt en tot dialoog leidt. Dit model erkent het constitutieve 'wij-zij'-onderscheid van het politieke en de daaruit voortvloeiende pluralistische implicaties.
> **Tip:** Het cruciale verschil tussen agonisme en antagonisme ligt in de erkenning van de ander als legitieme tegenstander binnen een democratisch kader, in tegenstelling tot het zien van de ander als een vijand.
#### 2.4.4 Actief pluralisme versus laïciteit
Als alternatief voor de liberale laïciteit, die de publieke ruimte als neutraal wil beschouwen en levensbeschouwelijke uitingen wil weren, pleit actief pluralisme voor een systeem waarin verschillende ideologieën en overtuigingen gelijkwaardig aanwezig mogen zijn in de publieke ruimte. Dit bevordert dialoog en verbinding vanuit wederzijds respect en gelijkwaardigheid, en maakt diversiteit zichtbaar en productief.
> **Voorbeeld:** De discussie over de hoofddoek in het publieke debat kan worden bekeken vanuit het perspectief van laïciteit (neutrale publieke ruimte) versus actief pluralisme (toestaan en integreren van religieuze symbolen als onderdeel van diversiteit).
### 2.5 Betekenis voor sociaal werk
Het inzicht in het politieke en agonistische democratie heeft belangrijke implicaties voor de rol van sociaal werk. Het pleit voor politisering, het genereren van kritisch burgerschap en het bevorderen van een levendige publieke sfeer waarin verschillen kunnen worden uitgedrukt en besproken. Sociaal werkers kunnen een rol spelen bij het creëren van ruimtes voor dialoog en het ondersteunen van gemarginaliseerde groepen om hun stem te laten horen.
* * *
# Postpolitiek, hegemonie en actief pluralisme
Dit onderwerp onderzoekt de concepten van postpolitiek, de rol van hegemonie, en alternatieven zoals actief pluralisme en agonistische democratie als reactie op het dominante consensusdenken.
## 3\. Postpolitiek, hegemonie en actief pluralisme
Het concept van postpolitiek verwijst naar een tijdperk waarin grote ideologische conflicten en debatten vervagen, resulterend in een groeiende overeenstemming tussen politieke partijen. Dit wordt vaak geassocieerd met een focus op goed bestuur en technocratie, waarbij beleid meer gebaseerd is op expertise dan op ideologische strijd. Dit fenomeen wordt echter bekritiseerd omdat het de inherent pluralistische en conflictueuze aard van politiek negeert, wat kan leiden tot een uitsluiting van fundamentele meningsverschillen en de versterking van bestaande machtsverhoudingen.
### 3.1 Het politieke en de politiek
Om het concept van postpolitiek te begrijpen, is het cruciaal om onderscheid te maken tussen 'de politiek' en 'het politieke'.
* **De politiek:** Dit verwijst naar de kunst van besluitvorming en goed bestuur binnen een bestaand systeem. Het is gericht op consensus en het vinden van de meest haalbare compromissen, vaak binnen de grenzen van bestaande machtsverhoudingen.
* **Het politieke:** Dit omvat het bredere maatschappelijke debat over hoe we willen samenleven. Het is geworteld in dissensus en erkent de inherente conflicten en meningsverschillen die kenmerkend zijn voor samenlevingen. Het politieke gaat over fundamentele vragen over waarden, doelen en de structuur van de samenleving.
> **Tip:** Het onderscheid tussen 'de politiek' en 'het politieke' is essentieel om te begrijpen waarom consensusdenken problematisch kan zijn voor een gezonde democratie.
### 3.2 Hegemonie
Hegemonie verwijst naar het overwicht van één groep of idee over andere. In de context van postpolitiek impliceert dit vaak een dominantie van westerse, liberale waarden die als superieur worden beschouwd ten opzichte van andere wereldbeelden.
* **Contingent en constitutief karakter van hegemonie:** Hegemonie is contingent omdat het altijd kan veranderen en uitgedaagd kan worden. Het is constitutief omdat het de manier waarop we denken en handelen vormgeeft en bepaalt wat als 'normaal' of 'rationeel' wordt beschouwd.
* **Gevolg van hegemonie:** Hegemonie kan leiden tot het niet ter discussie stellen van bepaalde normen en verhoudingen. Denk bijvoorbeeld aan de aanname dat bepaalde levensbeschouwingen 'hoger' of 'lager' zijn, of dat één economisch systeem universeel superieur is. Dit kan leiden tot een vorm van 'gezond verstand' dat in werkelijkheid een uiting is van dominante machtsstructuren.
> **Voorbeeld:** De claim dat kapitalisme het 'best denkbare regime' is, zonder alternatieven serieus te overwegen, kan een uiting zijn van liberale hegemonie.
### 3.3 Postpolitiek tijdperk
Het concept van postpolitiek, zoals geïntroduceerd eind jaren tachtig, stelt dat we het einde van grote ideologische strijden (zoals links versus rechts, communisme versus kapitalisme) meemaken. Dit leidt tot een ideologische consensus en de opkomst van 'het radicale midden' of 'het einde van de geschiedenis', waarbij politiek wordt gereduceerd tot publieksmanagement en technocratie.
* **Fukuyama's 'End of History':** Fukuyama stelde dat de universalisering van de westerse liberale democratie het eindpunt van de ideologische evolutie van de mensheid markeert.
* **De Derde Weg:** Giddens' concept van de 'Derde Weg' probeerde de tegenstelling tussen neoliberalisme en sociaaldemocratie te overstijgen, wat resulteerde in een ideologische verschuiving naar het midden door veel politieke partijen.
* **Technocratie:** In de postpolitiek worden maatschappelijke problemen vaak voorgesteld als technische kwesties die opgelost kunnen worden door experts, los van ideologische debatten. Dit kan leiden tot elitarisme en het negeren van de politieke en ethische dimensies van maatschappelijke vraagstukken.
* **Laïcité vs. Actief Pluralisme:** Binnen de postpolitieke, liberale hegemonie wint het concept van laïcité (strikte scheiding van kerk en staat, met het weren van levensbeschouwingen uit de publieke ruimte) aan belang. Dit staat in contrast met 'actief pluralisme', dat juist diversiteit in de publieke ruimte wil zichtbaar maken en stimuleren door dialoog.
> **Tip:** Wees kritisch op het idee dat politieke problemen louter technische oplossingen vereisen. Vaak schuilen er diepere maatschappelijke waarden en keuzes achter.
### 3.4 De democratische paradox
De democratische paradox beschrijft de inherente spanningen binnen liberale democratieën.
* **Vrijheid versus gelijkheid:** De elementen die democratie mogelijk maken, zoals vrijheid en pluralisme, kunnen ook de volledige realisatie ervan belemmeren. Beslissingen die democratisch tot stand komen, kunnen in principe de democratie zelf afbreken of fundamentele rechten beperken.
* **Consensus versus dissensus:** Hoewel consensus lijkt te leiden tot stabiliteit, kan het de essentie van politiek - het navigeren door verschillen - uithollen. De afwezigheid van dissensus kan leiden tot een 'anti-politiek' waar ware politieke uitdagingen worden vermeden.
### 3.5 Chantal Mouffe en agonistische democratie
Chantal Mouffe is een belangrijke denker die een alternatief biedt voor het consensusdenken van de postpolitiek. Zij pleit voor een **agonistische democratie**.
* **Agonisme:** Dit verwijst naar de erkenning dat een groot deel van onze identiteit wordt gevormd door verschillen en tegenstellingen. De werkelijkheid is agonistisch, wat betekent dat er altijd sprake is van een 'wij' versus 'zij'-onderscheid.
* **Antagonisme:** Dit is de gevaarlijke uitgroei van agonisme, waarbij de ander wordt gezien als een existentiële bedreiging en als een onverzoenlijke vijand.
* **De noodzaak van een levendige agonistische publieke sfeer:** Mouffe stelt dat meningsverschillen en breuklijnen niet moeten worden weggemoffeld, maar juist actief moeten worden aangegaan binnen een publieke sfeer. Dit bevordert dialoog en kan leiden tot een 'voorlopige consensus' die dient als startpunt voor verdere onderhandeling.
* **Actief pluralisme:** Dit concept, dat Mouffe onderschrijft, gaat verder dan louter respect voor diverse visies. Het beoogt de diversiteit zichtbaar te maken, dialoog te stimuleren en verbinding te creëren op basis van wederzijds respect en gelijkwaardigheid. Dit staat in contrast met de liberale laïcité, die neigt naar het weren van diversiteit uit de publieke ruimte.
> **Voorbeeld:** In plaats van het debat over klimaatbeleid te laten verstikken in technocratische oplossingen (postpolitiek), pleit agonistische democratie voor een open debat over de fundamentele waarden en keuzes die aan de basis liggen van het klimaatbeleid.
Een agonistische democratie streeft ernaar om binnen liberaal-democratische spelregels (die voorkomen dat tegenstanders worden gedemoniseerd) bestaande machtsverhoudingen te veranderen in de richting van een nieuwe hegemonie, zonder de inherente pluraliteit van de samenleving te ontkennen.
### 3.6 Politieke correctheid en de meerderheid
De discussie over 'politieke correctheid' en de vraag of 'de meerderheid altijd gelijk heeft' zijn nauw verbonden met de postpolitiek en hegemonie.
* **Politieke correctheid:** Dit wordt soms gebruikt om het vermijden van uitspraken of handelingen die door de meerderheid als ongepast of kwetsend worden beschouwd, te bekritiseren. Echter, het kan ook gezien worden als een poging om minderheden te beschermen en een inclusievere publieke ruimte te creëren.
* **Heeft de meerderheid altijd gelijk?:** De bronnen stellen dat de meerderheid niet noodzakelijk de meest rationele, rechtvaardige of morele keuzes maakt. De meerderheid kan haar machtspositie gebruiken om haar eigen belangen als algemeen belang voor te stellen en zo haar hegemonie te versterken. Consensus kan hierdoor de discussie ten gunste van de meerderheid afsluiten.
> **Tip:** Wees voorzichtig met het simpelweg accepteren van de mening van de meerderheid als de absolute waarheid. Analyseer altijd de machtsverhoudingen en de belangen die spelen.
* * *
# Burgerschap en democratische paradoxen
Dit gedeelte verkent de concepten van democratisch burgerschap en de inherente paradoxen binnen liberale democratieën, met een focus op de spanning tussen vrijheid en gelijkheid.
### 4.1 Democratie als politiek systeem
Democratie kan worden geclassificeerd aan de hand van historische en hedendaagse modellen. Plato onderscheidde vormen als aristocratie, timocratie, oligarchie, democratie en tirannie. Hedendaagse classificaties maken onderscheid tussen totalitaire regimes, autoritaire regimes en democratieën, waarbij de mate van democratie varieert.
#### 4.1.1 Vormen van democratie
De oorsprong van democratie ligt in de Griekse polis, waar concepten als volkssoevereiniteit, politieke gelijkheid (onder volwassen mannen) en vrijheid centraal stonden. Tegenwoordig onderscheiden we verschillende vormen:
* **Directe democratie:** Burgers nemen rechtstreeks deel aan besluitvorming via stemmingen en volksvergaderingen, of via referenda.
* **Representatieve democratie:** Burgers kiezen vertegenwoordigers die namens hen beslissingen nemen in parlementen en gemeenteraden. Dit model is geschikt voor grotere bevolkingsaantallen.
* **Democratische rechtsstaat/liberale democratie:** Hierbij is iedereen gebonden aan de wet (rule of law) en gelden fundamentele rechten en vrijheden voor individuen. Dit staat in contrast met niet-liberale democratieën waar de verkozenen geen wettelijke beperkingen kennen.
Er is echter een groeiende kloof tussen burger en politiek, wat leidt tot een gebrek aan vertrouwen in instituties. Dit stimuleert democratische innovatie en de zoektocht naar aanvullingen en alternatieven zoals hybride democratie, deliberatieve democratie en doe-democratie. De afschaffing van de opkomstplicht heeft geleid tot lagere opkomstcijfers, wat de betrokkenheid van burgers in vraag stelt.
#### 4.1.2 De democratische paradox
De democratische paradox beschrijft de inherente spanningen binnen liberale democratieën. De kern ligt in de combinatie van:
* **Liberale rechtsstaat:** Gericht op de \_rule of law en fundamentele rechten (vrijheid).
* **Democratie:** Gericht op volkssoevereiniteit, zelfbestuur en gelijkheid.
De paradox ontstaat doordat datgene wat democratie mogelijk maakt, zoals vrijheid en pluralisme, ook de volledige realisatie ervan kan belemmeren. Democratische beslissingen kunnen potentieel de democratie zelf afbreken, of fundamentele rechten beperken. Vrijheid en gelijkheid kunnen in een liberale democratie nooit volledig tegelijkertijd worden gerealiseerd.
> **Tip:** Denk aan het experiment met kinderen voor een ideaal maatschappijmodel om deze spanningen te visualiseren.
### 4.2 Agonistische democratie: het politieke
Dit deel contrasteert "de politiek" met "het politieke".
* **De politiek:** Verwijst naar de kunst van besluitvorming en goed bestuur, vaak gericht op consensus en het functioneren van het systeem.
* **Het politieke:** Gaat over het maatschappelijk debat over hoe we willen samenleven, gebaseerd op dissensus en de leefwereld van mensen. Het erkent fundamentele breuklijnen en conflicten binnen de samenleving.
#### 4.2.1 Het verschil tussen politiek en het politieke
In een liberale democratie wordt de politiek vaak gedomineerd door het idee van consensus en "het radicale midden", wat kan leiden tot **postpolitiek**. Postpolitiek wordt gekenmerkt door het einde van grote ideologische conflicten, een ideologische consensus en een focus op efficiënt bestuur (technocratie). Dit kan echter een leegte creëren waarin populistische partijen inspelen op de wij-zij-tegenstelling.
In tegenstelling hiermee benadrukt **agonistische democratie**, zoals bepleit door Chantal Mouffe, het belang van "het politieke". Dit model erkent dat er altijd sprake is van breuklijnen en conflicten (dissensus) binnen de samenleving, en dat deze niet mogen worden uitgeschakeld onder het mom van consensus.
> **Tip:** Begrijp de `volonté de tous` (wil van allen) versus `volonté générale` (algemene wil) van Rousseau in deze context. De `volonté de tous` weerspiegelt de som van particuliere belangen, terwijl de `volonté générale` het algemeen belang beoogt.
#### 4.2.2 Heeft de meerderheid altijd gelijk?
De aanname dat de meerderheid altijd gelijk heeft, is problematisch:
* **Particuliere belangen:** De meerderheid kan haar machtspositie gebruiken om eigen belangen als algemeen belang voor te stellen.
* **Onderdrukking van minderheden:** Minderheden hebben vaak onvoldoende invloed om hun noden en belangen op de publieke agenda te krijgen.
* **Hegemonie:** Bepaalde waarden of ideeën kunnen dominant worden (hegemonisch) waardoor andere perspectieven als minderwaardig worden beschouwd, zonder dat dit noodzakelijk op rationele gronden is gebaseerd. Politieke correctheid kan hieraan bijdragen door de angst om als ongepast of kwetsend te worden beschouwd.
#### 4.2.3 Hegemonie en politieke correctheid
* **Hegemonie:** Het overwicht van één groep of idee over de andere. Westerse liberale waarden worden bijvoorbeeld vaak als superieur beschouwd. Hegemonie kan leiden tot onbetwiste houdingen en verhoudingen.
* **Politieke correctheid:** Het vermijden van uitspraken of handelingen die door een meerderheid als ongepast, kwetsend of onacceptabel worden beschouwd. Dit kan het open debat bemoeilijken.
#### 4.2.4 Postpolitiek en de 'Derde Weg'
Postpolitiek, mede gepopulariseerd door Francis Fukuyama, suggereert het einde van ideologische strijd en een universalisering van de westerse liberale democratie. De "Derde Weg", zoals geïntroduceerd door Anthony Giddens, probeert de vrijemarktidealen van het neoliberalisme te combineren met sociaal beleid, wat resulteert in een ideologische verschuiving naar het midden. Dit kan echter leiden tot de opkomst van extremistische partijen als enig alternatief. In de postpolitiek wordt de politiek vaak gereduceerd tot goed bestuur en technocratie, waarbij complexe maatschappelijke problemen als technische vraagstukken worden behandeld.
> **Tip:** Critisch denken over het begrip neutraliteit is essentieel. Neutraliteit kan in de praktijk het behoud van bestaande machtsverhoudingen in stand houden.
#### 4.2.5 Agonisme als alternatief
Agonistische democratie, zoals voorgesteld door Chantal Mouffe, biedt een alternatief voor het consensusgerichte postpolitieke model. Het pleit voor een **levendige agonistische publieke sfeer van geschil** waar verschillen en breuklijnen zichtbaar blijven en waarover gediscussieerd wordt.
* **Agonisme:** Erkent dat een deel van onze identiteit wordt gevormd door te definiëren wat we \_niet zijn; het is de erkenning van fundamentele tegenstellingen.
* **Antagonisme:** Ontstaat wanneer de ander als een onverzoenbare bedreiging voor het eigen voortbestaan wordt gezien, wat kan leiden tot demonisering en vijandschap.
Mouffe pleit voor het binnen de liberaal-democratische spelregels organiseren van politieke praktijken die het constitutieve wij-zij-onderscheid erkennen zonder de pluralistische implicaties te negeren. Dit betekent het bevorderen van **actief pluralisme**, waarbij diversiteit niet alleen gerespecteerd wordt, maar ook zichtbaar gemaakt en gestimuleerd wordt door middel van dialoog.
> **Tip:** Hannah Arendts concept van "voorlopige consensus" – een maatschappelijk debat dat uitmondt in een tijdelijke overeenkomst en meteen het startpunt vormt voor nieuwe onderhandelingen – is hierbij relevant.
### 4.3 Democratisch burgerschap
Democratisch burgerschap omvat verschillende betekenissen en historische wortels.
#### 4.3.1 Verschillende betekenissen en historische wortels
* **Politieke socialisatie:** Het proces waarbij individuen politieke overtuigingen en waarden verwerven.
* **Historische wortels:** De Griekse polis legde de basis met concepten als politieke participatie en gelijkheid voor een beperkte groep.
#### 4.3.2 Liberale en communautaristische dimensies van burgerschap
* **Liberale dimensies:** Leggen de nadruk op individuele rechten, vrijheden en autonomie van burgers binnen een rechtsstaat.
* **Communautaristische dimensies:** Benadrukken de rol van gemeenschap, gedeelde waarden en sociale cohesie voor het functioneren van burgerschap.
#### 4.3.3 Burgerschap als relationele praktijk
Burgerschap kan ook worden gezien als een dynamische, relationele praktijk waarin individuen betrokken zijn bij maatschappelijke en politieke processen, en waarin hun identiteit en rol constant worden gevormd door interacties binnen de gemeenschap.
#### 4.3.4 De betekenis voor sociaal werk
Het concept van burgerschap is cruciaal voor sociaal werk, met name in de context van **politisering** en het genereren van **(kritisch) burgerschap**. Sociaal werkers kunnen bijdragen aan het versterken van democratische participatie en het bevorderen van een actieve rol van burgers in de samenleving, met oog voor de inherente democratische paradoxen en de noodzaak van het erkennen van "het politieke".
* * *
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
* Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
* Let op formules en belangrijke definities
* Oefen met de voorbeelden in elke sectie
* Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Democratie | Een politiek systeem waarbij de macht bij het volk berust, vaak uitgeoefend via vertegenwoordigers gekozen door middel van verkiezingen. Dit systeem kenmerkt zich door principes als volkssoevereiniteit en politieke gelijkheid. |
| Aristocratie | Een regeringsvorm waarbij de macht in handen is van een kleine groep bevoorrechte individuen, vaak gebaseerd op afkomst, status of aangeboren kwaliteiten. |
| Timocratie | Een regeringsvorm waarbij politieke macht wordt toegekend op basis van eigendom of inkomen, wat betekent dat welgestelde burgers meer politieke invloed hebben. |
| Oligarchie | Een regeringsvorm waarbij de macht in handen is van een kleine, vaak corrupte, groep individuen die hun positie gebruiken voor eigen gewin. |
| Tirannie | Een regeringsvorm waarbij één persoon met absolute macht regeert, vaak op een onderdrukkende en wrede manier, zonder rekening te houden met de wet of de bevolking. |
| Totalitaire staat | Een politiek systeem waarin de staat absolute controle uitoefent over alle aspecten van het openbare en privé-leven van burgers, met weinig tot geen individuele vrijheden. |
| Autoritaire staat | Een regeringsvorm die gekenmerkt wordt door sterke centrale macht en beperkte individuele vrijheden, maar waarbij de controle minder allesomvattend is dan in een totalitaire staat. |
| Volkssoevereiniteit | Het principe dat de ultieme politieke macht bij het volk ligt; het volk is de bron van alle legitieme politieke autoriteit en kan zijn wil uitoefenen. |
| Politieke gelijkheid | Het principe dat alle burgers gelijke rechten en mogelijkheden hebben om deel te nemen aan het politieke proces, ongeacht hun sociale, economische of andere achtergrond. |
| Directe democratie | Een vorm van democratie waarbij burgers rechtstreeks beslissingen nemen door middel van stemmingen, referenda of volksvergaderingen, zonder tussenkomst van vertegenwoordigers. |
| Representatieve democratie | Een vorm van democratie waarbij burgers vertegenwoordigers kiezen om namens hen beslissingen te nemen in wetgevende organen zoals parlementen of raden. |
| Democratische rechtsstaat/liberale democratie | Een democratisch systeem waarin de macht van de overheid beperkt is door de wet (rule of law) en fundamentele rechten van individuen worden beschermd, met een nadruk op individuele vrijheden. |
| Rule of law | Het principe dat iedereen, inclusief overheidsinstanties, gebonden is aan de wet en dat wetten op een eerlijke en consistente manier worden toegepast, zonder willekeur. |
| Agonisme | Een filosofisch concept dat de realiteit beschrijft als inherent agonistisch, met fundamentele en onvermijdelijke tegenstellingen en conflicten die de identiteit vormen. |
| Het politieke | Verwijst naar het maatschappelijk debat over hoe we willen samenleven, gebaseerd op dissensus en de leefwereld van de samenleving, in tegenstelling tot de formele politieke besluitvorming. |
| De politiek | Verwijst naar de kunst van besluitvorming en goed bestuur binnen een bestaand systeem, gericht op consensus en het functioneren van instituties. |
| Consensus | Een algemene overeenstemming of overeenkomst bereikt door de meeste leden van een groep, waarbij meningsverschillen worden opgelost ten gunste van een uniforme beslissing. |
| Dissensus | Het bestaan van fundamentele meningsverschillen en tegenstellingen binnen een samenleving, die essentieel worden geacht voor een levendige democratische discussie. |
| Hegemonie | Het dominante overwicht van één groep, cultuur of ideologie over andere, waarbij de dominante positie als natuurlijk of onvermijdelijk wordt beschouwd. |
| Politieke correctheid | Het vermijden van uitspraken of handelingen die door een meerderheid als ongepast, kwetsend of discriminerend worden beschouwd, vaak om sociale harmonie te bevorderen. |
| Postpolitiek | Een periode waarin grote ideologische conflicten en discussies afnemen, en politiek wordt gereduceerd tot technisch bestuur en management, met een nadruk op consensus en het einde van de geschiedenis. |
| Technocratie | Een regeringsvorm waarbij besluitvormers worden geselecteerd op basis van hun technische expertise en kennis, in plaats van hun politieke affiliatie of populariteit. |
| Laïciteit | Een principe van strikte scheiding tussen kerk en staat, waarbij religieuze en levensbeschouwelijke uitingen grotendeels uit de publieke ruimte worden geweerd om neutraliteit te garanderen. |
| Actief pluralisme | Een systeem dat verschillende levensbeschouwingen, culturen en politieke voorkeuren naast elkaar erkent en actief bevordert, door middel van dialoog en verbinding, om diversiteit zichtbaar te maken. |
| Antagonisme | De extreemste vorm van agonisme, waarbij de andere partij wordt gezien als een directe bedreiging voor het voortbestaan van de eigen groep, wat leidt tot onverzoenbare vijandschap. |
| Voorlopige consensus | Een sociaal maatschappelijk debat dat een tijdelijke overeenstemming bereikt over hoe om te gaan met verschillende opvattingen en belangen, die vervolgens dient als startpunt voor verdere onderhandelingen. |
| Pluriversum | Een concept dat de realiteit beschrijft als bestaande uit meerdere, gelijkwaardige werelden of perspectieven die naast elkaar bestaan, in tegenstelling tot een enkelvoudige, universele realiteit. |
| Democratische paradox | Een inherent spanningsveld binnen democratische systemen, waarbij de elementen die democratie mogelijk maken (zoals vrijheid) ook haar volledige realisatie kunnen belemmeren of zelfs ondermijnen. |
| Burgerschap | De status van een persoon als lid van een staat of gemeenschap, met bijbehorende rechten en plichten, en de actieve deelname aan het maatschappelijke en politieke leven. |