T4 - endocrien stelsel KORT
Summary
# Het endocriene stelsel: klieren en secretie
Dit deel van het document introduceert de principes van secretie binnen het lichaam, met een focus op het onderscheid tussen endocriene en exocriene klieren en illustratieve voorbeelden zoals speekselklieren en melkklieren [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3).
### 1.1 Algemene principes van secretie
Secretie binnen het lichaam omvat de productie en afscheiding van stoffen door gespecialiseerde cellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen slijmcellen en klierweefsel [1](#page=1).
#### 1.1.1 Slijmcellen
Slijmcellen produceren slijm, een stof die fungeert als een efficiënt glijmiddel. Dit is essentieel voor processen zoals de gemakkelijkere transit van voedingsstoffen in het darmslijmvlies, waar talrijke slijmbekercellen aanwezig zijn. Slijm biedt tevens bescherming tegen uitdroging en tegen de schadelijke effecten van enzymen en zuren, zoals de bescherming van het maagslijmvlies tegen het enzym pepsine en zoutzuur (HCl) [1](#page=1).
> **Voorbeeld:** De slijmlaag in de maagwand (tunica mucosa) beschermt de onderliggende weefsels tegen de corrosieve werking van maagzuren en verteringsenzymen [1](#page=1).
#### 1.1.2 Klierweefsel
Klierweefsel, bestaande uit epitheelweefsel, wordt verder onderverdeeld op basis van de aanwezigheid of afwezigheid van een afvoerbuis [1](#page=1).
> **Tip:** Het onderscheid tussen klieren met en zonder afvoerbuis is cruciaal voor het begrijpen van de distributie en functie van secretieproducten in het lichaam [1](#page=1).
### 1.2 Exocriene klieren
Exocriene klieren zijn klieren die een afvoergang bezitten die uitmondt op het lichaamsoppervlak of in het lumen van een hol orgaan. Via deze afvoergang worden de geproduceerde secretieproducten naar de "buitenwereld" geleid, wat overeenkomt met het voorvoegsel "exo-" [2](#page=2).
#### 1.2.1 Voorbeelden van exocriene klieren
Diverse klieren in het lichaam functioneren exocrien. Enkele prominente voorbeelden zijn:
* Speekselklieren [2](#page=2).
* Traanklieren [2](#page=2).
* Zweetklieren [2](#page=2).
* Melkklieren [2](#page=2) [3](#page=3).
* Talgklieren [2](#page=2).
#### 1.2.2 De speekselklier
Speeksel wordt voornamelijk geproduceerd door drie paren speekselklieren: de oorspeekselklier, de ondertongspeekselklier en de onderkaakspeekselklier. Deze klieren zijn trosvormig van structuur [2](#page=2).
Het secreet, oftewel speeksel, wordt geproduceerd en afgescheiden door het klierepitheel en komt vervolgens via een afvoergang in de mondholte terecht. De omliggende haarvaten voorzien de speekselproducerende cellen van de benodigde water, zuurstof en voedingsstoffen, maar nemen het geproduceerde speeksel niet op [2](#page=2).
> **Voorbeeld:** De gestructureerde aanvoer van voedingsstoffen via capillairen naar de acinaire cellen in een speekselklier is essentieel voor hun continue secretie [2](#page=2).
#### 1.2.3 De melkklieren
Melkklieren zijn bij beide geslachten aanwezig in aanleg, maar ontwikkelen zich volledig bij de vrouw en beperkt bij de man. Het borstklierweefsel maakt slechts een klein deel uit van de totale borst; het grootste deel bestaat uit steunweefsel zoals vet- en bindweefsel [3](#page=3).
Het klierweefsel is georganiseerd in ongeveer 20 kwabjes (lobben) die uitmonden in de melkgangen die via vertakkingen naar de tepel lopen. Glad spierweefsel in de melkgangen en rond de tepel kan samentrekken onder invloed van neurale en hormonale prikkels, zoals oxytocine [3](#page=3).
Tijdens de zwangerschap ondergaat het buizensysteem van het klierweefsel sterke uitbreiding en celgroei, gestuurd door hormonen. Na de geboorte van het kind initieert het hormoon prolactine de melkproductie [3](#page=3).
---
# Belangrijkste endocriene klieren en hun hormonen
Dit gedeelte behandelt de belangrijkste endocriene klieren in het menselijk lichaam, hun geproduceerde hormonen en de functies van deze hormonen.
### 2.1 Endocriene klieren
Endocriene klieren zijn klieren zonder afvoerbuis die hun producten, hormonen genaamd, rechtstreeks in de bloedbaan afgeven. Ze worden ook wel hormoonklieren genoemd. Voorbeelden van endocriene klieren zijn de bijschildklieren, bijnieren, epifyse, hypofyse, hypothalamus, schildklier en de eilandjes van Langerhans in de pancreas [4](#page=4).
#### 2.1.1 Gecombineerde endocriene en exocriene klieren
Sommige organen hebben zowel een endocriene als een exocriene functie. De pancreas bijvoorbeeld produceert pancreassap (exocrien) en hormonen zoals insuline en glucagon (endocrien), en wordt daarom een gemengde klier genoemd. Ook de gonaden hebben deze gemengde functie: ze produceren geslachtshormonen (endocrien) en geslachtscellen (exocrien) [4](#page=4).
### 2.2 De hypothalamus, de hypofyse en de epifyse
Deze hersenstructuren spelen een centrale rol in de regulatie van veel lichaamsfuncties.
#### 2.2.1 De hypothalamus
De hypothalamus is een cruciaal controlecentrum dat zowel tot het zenuwstelsel als tot het endocriene stelsel behoort. Het is gelegen aan de onderkant van de hersenen, binnen de tussenhersenen (diencephalon). De hypothalamus ontvangt input van zintuigen en andere hersengebieden en stuurt output aan via het autonome zenuwstelsel en het endocriene stelsel om het lichaam aan te passen aan veranderende omstandigheden. Het bevat neurosecretorische cellen die hormonen produceren die de hypofyse beïnvloeden [5](#page=5) [6](#page=6).
#### 2.2.2 De hypofyse
De hypofyse is een klein, maar zeer belangrijk endocrien orgaan, verbonden met de hypothalamus via een steeltje. Het is een dubbele klier, bestaande uit een voorkwab (adenohypofyse) en een achterkwab (neurohypofyse) [8](#page=8).
##### 2.2.2.1 De hypofyseachterkwab (neurohypofyse)
De hypofyseachterkwab slaat twee peptidehormonen op en geeft deze vrij: oxytocine en antidiuretisch hormoon (ADH). Deze hormonen worden echter aangemaakt in de hypothalamus en via axonen naar de achterkwab getransporteerd [8](#page=8).
* **Oxytocine:** Stimuleert de contractie van glad spierweefsel in de baarmoederwand (bij de bevalling) en melkklieren (bij melkejectie). Dit proces verloopt via een positief feedbacksysteem. Oxytocine kan ook als neurotransmitter fungeren en beïnvloedt gedragingen zoals seksuele opwinding, binding, angst en moedergedrag [10](#page=10) [9](#page=9).
* **Antidiuretisch hormoon (ADH):** De nieren zijn de voornaamste doelwitorganen van ADH. Het stimuleert waterreabsorptie in de nierbuisjes, wat de urinevorming tegengaat en helpt bij de homeostase van de bloedosmolariteit. Verhoogde osmolariteit leidt tot hogere ADH-concentraties. Alcohol en cafeïne remmen ADH-regulatie, wat leidt tot verhoogde urineproductie [10](#page=10).
##### 2.2.2.2 De hypofysevoorkwab (adenohypofyse)
De hypofysevoorkwab produceert minstens zes verschillende proteïne/peptidehormonen. De vrijstelling van deze hormonen wordt gereguleerd door releasing en inhibiting hormonen uit de hypothalamus, die via een portaal bloedvatensysteem naar de voorkwab worden getransporteerd [11](#page=11).
De hormonen met andere endocriene klieren als doelwitorgaan zijn:
* **Follikel stimulerend hormoon (FSH):** Stimuleert de rijping van follikels in de ovaria (vrouw) en spermaproductie in de testes (man) [12](#page=12).
* **Luteïniserend hormoon (LH):** Stimuleert de eisprong en de vorming van het gele lichaam (vrouw). Bij mannen stimuleert het de testosteronproductie door de cellen van Leydig [12](#page=12).
* **Thyroidstimulerend hormoon (TSH):** Stimuleert de schildklier voor de ontwikkeling en productie van schildklierhormonen (T3 en T4) [12](#page=12).
* **Adrenocorticotroop hormoon (ACTH):** Stimuleert de bijnierschors tot productie en vrijstelling van corticosteroïden [13](#page=13).
Andere hormonen geproduceerd door de hypofysevoorkwab zijn:
* **Prolactine:** Stimuleert de groei en melkaanmaak in de melkklieren bij zoogdieren. Bij mannen is het betrokken bij de ontwikkeling van de prostaat en zaadblaasjes [14](#page=14).
* **Groeihormoon (GH):** De afgifte wordt gereguleerd door GHRF (stimulerend) en somatostatine (remmend) uit de hypothalamus. GH wordt stootsgewijs geproduceerd, met pieken tijdens lichaamsbeweging, stress, eiwitinname en na het inslapen. GH-productie neemt af met de leeftijd. Het werkt samen met schildklierhormoon T4 voor optimale groei. Seksuele hormonen stimuleren GH-afgifte tijdens de puberteit, wat leidt tot een groeispurt [14](#page=14) [15](#page=15) [16](#page=16).
* **Stoornissen door GH:** Hypersecretie tijdens de groeifase veroorzaakt reuzengroei. Bij volwassenen leidt hypersecretie tot acromegalie (abnormale groei van botweefsel in gezicht, handen en voeten). Hyposecretie in de kindertijd leidt tot dwerggroei of nanisme. Behandeling met humaan GH is mogelijk bij vroege diagnose [16](#page=16).
#### 2.2.3 De epifyse (pijnappelklier)
De epifyse, gelegen diep in de hersenen, produceert melatonine. Melatonine speelt een cruciale rol in het slaap-waakritme, waarbij de productie wordt gestimuleerd door duisternis en geremd door licht. Het reguleert circadiane en seizoensgebonden cycli [18](#page=18).
### 2.3 De schildklierhormonen
De schildklier, gelegen aan de ventrale zijde van de luchtpijp, produceert schildklierhormonen en calcitonine [19](#page=19).
* **Schildklierhormonen (T3 en T4):** Deze hormonen bevatten jood en worden aangemaakt uit het aminozuur tyrosine. Ze hebben een brede werking op vrijwel alle celtypes en zijn belangrijk voor ontwikkelingsprocessen, het metabolisme (stimuleren aëroob katabolisme, verhoging energie en warmteproductie, dus rol in thermoregulatie) en homeostatische functies zoals bloeddruk en hartslag [19](#page=19) [20](#page=20).
* **Hyperthyroïdisme (te veel schildklierhormonen):** Symptomen zijn hoge lichaamstemperatuur, veel zweten, gewichtsverlies, prikkelbaarheid en hoge bloeddruk. De ziekte van Graves is een auto-immuunvorm hiervan [21](#page=21).
* **Hypothyroïdisme (te weinig schildklierhormonen):** Ernstige gevolgen bij aangeboren of kinderlijke hypothyroïdie zijn vertraagde skeletale groei en mentale ontwikkeling (cretinisme). Een tekort aan jood veroorzaakt een kropgezwel (goiter) [21](#page=21) [22](#page=22).
* **Calcitonine:** Speelt een rol in de calciumhuishouding [20](#page=20).
### 2.4 De bijschildklierhormonen (parathormoon)
De bijschildklieren (meestal vier) produceren parathormoon (PTH). PTH reguleert de calcium- en fosfaatgehaltes in het bloed. Het werkt antagonistisch met calcitonine om de calciumhomeostase te handhaven [23](#page=23).
* **Parathormoon (PTH):** Verhoogt de bloedcalciumconcentratie door:
* Resorptie van calcium uit botweefsel (stimuleert osteoclasten, remt osteoblasten) [23](#page=23).
* Stimulatie van calciumreabsorptie in de nieren [23](#page=23).
* Stimulatie van de omzetting van vitamine D tot actieve calcitriol, wat de calciumabsorptie in de dunne darm bevordert [23](#page=23).
* **Calcitonine:** Verlaagt de bloedcalciumconcentratie door opname van calcium in botweefsel en verminderde calciumreabsorptie in de nieren [24](#page=24).
### 2.5 Hormonen van de pancreas: insuline en glucagon
De pancreas bevat de eilandjes van Langerhans, met alfacellen die glucagon produceren en bètacellen die insuline produceren. Deze hormonen zijn cruciaal voor de bloedglucosehomeostase [25](#page=25).
#### 2.5.1 Bloedglucosehomeostase
Het handhaven van een constante bloedglucoseconcentratie is essentieel, vooral voor de hersenen die afhankelijk zijn van glucose als energiebron. Een setpoint van ongeveer 90 mg/100ml bloedglucose wordt nagestreefd [26](#page=26).
* **Insuline:** Wordt vrijgesteld wanneer de bloedglucoseconcentratie stijgt (na maaltijden) en zorgt voor een daling van de bloedglucose. Het stimuleert glucoseopname en -verwerking in cellen, bevordert glycogeensynthese in lever en spieren, en stimuleert de omzetting van overtollige glucose in vet. Insuline stimuleert ook eiwitsynthese en zorgt voor de opname en verwerking van voedingsstoffen [26](#page=26) [28](#page=28).
* **Glucagon:** Wordt vrijgesteld wanneer de bloedglucoseconcentratie daalt (tussen maaltijden) en zorgt voor een stijging. Het stimuleert de glycogeenafbraak in de lever, waardoor glucose in de bloedbaan vrijkomt. Spierglycogeen dient als energiebron voor de spieren zelf [26](#page=26) [30](#page=30).
#### 2.5.2 Diabetes mellitus
Diabetes mellitus wordt gediagnosticeerd bij nuchtere glycemie > 125 mg/100ml en dagelijkse glycemie > 200 mg/100ml. De oorzaak is altijd een probleem met insuline [30](#page=30).
* **Diabetes type 1:** De pancreas maakt onvoldoende insuline aan, meestal door auto-immuniteit tegen de bètacellen. Behandeling bestaat uit injecties met humaan insuline [30](#page=30) [31](#page=31) [32](#page=32).
* **Diabetes type 2:** De doelwitweefsels worden minder gevoelig voor insuline (insulineresistentie). De pancreas probeert dit te compenseren door meer insuline aan te maken. Behandeling omvat gedragsverandering (gewichtverlies, meer beweging) en eventueel medicatie [30](#page=30) [33](#page=33) [34](#page=34).
* **Zwangerschapsdiabetes:** Ontstaat tijdens de zwangerschap door hormonale veranderingen en verdwijnt meestal na de bevalling [30](#page=30).
### 2.6 Hormonen van de bijnier: stresshormonen
De bijnieren, gelegen bovenop de nieren, bestaan uit een bijnierschors en bijniermerg, die elk verschillende hormonen produceren. Ze spelen een cruciale rol in de stressrespons, die drie fasen kent: alarmfase, weerstandsfase en uitputtingsfase [35](#page=35) [36](#page=36).
#### 2.6.1 De bijniermerghormonen: de alarmfase
De alarmfase wordt geregeld door het zenuwstelsel en het endocriene stelsel via adrenaline en noradrenaline. Deze hormonen worden vrijgesteld bij stress en veroorzaken effecten die vergelijkbaar zijn met de sympathische zenuwstimulatie. De bedoeling is om het lichaam snel van energie te voorzien voor een 'vecht-of-vlucht'-reactie [36](#page=36) [37](#page=37) [38](#page=38).
* **Effecten van bijniermerghormonen:** Verhoging zuurstofopname, cardiale output en mobilisatie van brandstoffen (glycogeen- en vetafbraak); regulatie van bloeddoorstroming naar kritieke organen; stimulatie van het energiemetabolisme [38](#page=38).
#### 2.6.2 De bijnierschorshormonen: de weerstandsfase
De bijnierschors produceert hormonen die het lichaam helpen om langdurig met stress om te gaan. Dit zijn glucocorticoïden en mineralocorticoïden [39](#page=39) [40](#page=40).
* **Glucocorticoïden:** Beïnvloeden het koolhydraten- en lipidenmetabolisme om brandstoffenniveaus op peil te houden. Ze hebben ook een immuunonderdrukkende en ontstekingsremmende werking [40](#page=40).
* **Mineralocorticoïden:** Beïnvloeden voornamelijk de water- en elektrolytenbalans. Aldosteron stimuleert de resorptie van Na+ en Cl-, wat leidt tot waterretentie en een stijging van de bloeddruk [41](#page=41).
#### 2.6.3 De uitputtingsfase
Bij extreme en langdurige stress kunnen de reserves van het lichaam uitgeput raken, wat leidt tot orgaanfalen en potentieel de dood. Chronische stress kan zowel lichamelijke (bv. verhoogde vatbaarheid voor infecties, hypertensie, spijsverteringsstoornissen) als geestelijke gezondheidsproblemen (depressie, angststoornissen) veroorzaken [41](#page=41) [42](#page=42).
#### 2.6.4 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
De bijnierschors produceert ook kleine hoeveelheden mannelijke geslachtshormonen (androgenen) die bijdragen aan haargroei, de groeispurt tijdens de puberteit en libido. Bij vrouwen worden ze omgezet tot oestrogenen [42](#page=42).
### 2.7 Geslachtshormonen geproduceerd door de geslachtsorganen
De geslachtsorganen (gonaden: testes bij mannen, ovaria bij vrouwen) zijn de primaire bron van geslachtshormonen: androgenen, oestrogenen en progestinen. Deze hormonen staan onder invloed van FSH en LH uit de hypofyse, die op hun beurt door de hypothalamus worden gereguleerd [43](#page=43).
#### 2.7.1 De androgenen
Testosteron is het belangrijkste androgeen, geproduceerd door de Leydig-cellen in de testes. Ze zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van mannelijke geslachtsorganen, secundaire mannelijke geslachtskenmerken, spiermassa, botgroei en libido. Misbruik als doping (anabole steroïden) brengt ernstige gezondheidsrisico's met zich mee [45](#page=45) [46](#page=46).
#### 2.7.2 De oestrogenen
Oestrogenen, voornamelijk oestradiol, worden geproduceerd door de ovaria. Ze zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van vrouwelijke geslachtsorganen en secundaire vrouwelijke geslachtskenmerken, zoals borstgroei en vetverdeling [46](#page=46).
#### 2.7.3 De progestinen
Progestinen, zoals progesteron, worden door het gele lichaam in de ovaria en de placenta geproduceerd. Ze bereiden de baarmoeder voor op zwangerschap en ondersteunen de ontwikkeling van het embryo. Bij mannen speelt progesteron een rol in de testosteronproductie. Na de menopauze dalen oestrogeen- en progestineconcentraties, wat kan leiden tot menopauzale symptomen en osteoporose [47](#page=47).
---
# De stressrespons en hormonen
De stressrespons is een reeks fysiologische en gedragsmatige veranderingen die optreden in een organisme als reactie op stressoren, gereguleerd door de bijnieren met behulp van verschillende hormonen, en wordt onderverdeeld in drie fasen: alarm, weerstand en uitputting [36](#page=36).
### 3.1 De bijnieren en hun hormonen
De bijnieren, gelegen bovenop de nieren, zijn opgebouwd uit een bijniermerg en een bijnierschors, die beide verschillende hormonen produceren [35](#page=35).
* **Bijniermerg:** Produceert de aminehormonen adrenaline en noradrenaline [35](#page=35).
* **Bijnierschors:** Produceert diverse types corticoïde hormonen [35](#page=35).
### 3.2 De fases van de stressrespons
De stressrespons wordt algemeen onderverdeeld in drie fasen [36](#page=36):
#### 3.2.1 De alarmfase
Deze fase stelt het lichaam in staat om onmiddellijk te reageren op stress en wordt gereguleerd door het zenuwstelsel en het endocriene stelsel, met name de hormonen adrenaline en noradrenaline [36](#page=36).
* **Mechanisme:** Bij stress stimuleert de hypothalamus de sympathische afdeling van het autonome zenuwstelsel. Via sympatische innervatie van het bijniermerg worden adrenaline en noradrenaline vrijgesteld in het bloed. Deze hormonen hebben effecten op doelwitorganen die vergelijkbaar zijn met die van sympatische neuronen [37](#page=37).
* **Doel:** Het verhogen van de energieproductie (ATP) in kritieke organen zoals skeletspieren, hartspier en hersenen, wat het lichaam in staat stelt onmiddellijk om te gaan met de stressor. Bij dieren wordt dit de vecht-of-vluchtrespons (fight-or-flight response) genoemd [38](#page=38).
* **Effecten van bijniermerghormonen:**
* Verhoging van de zuurstofopname in de longen [38](#page=38).
* Verhoging van de cardiale output, wat de transportsnelheid van zuurstof en brandstoffen verhoogt [38](#page=38).
* Stimulatie van glycogeenafbraak in de lever en vetafbraak in vetweefsel, wat resulteert in meer brandstoffen in de bloedbaan [38](#page=38).
* Regulatie van bloeddoorstroming: vermindering naar huid, spijsverteringsorganen en nieren; verhoging naar skeletspieren, hersenen en hart door plaatselijke vaatverwijding [38](#page=38).
* Stimulatie van het energiemetabolisme voor ATP-productie [38](#page=38).
#### 3.2.2 De weerstandsfase
Deze fase stelt het lichaam in staat om op langere termijn met stress om te gaan en wordt gereguleerd door het endocriene stelsel, met name steroïde hormonen uit de bijnierschors (#page=36, 39) [36](#page=36) [39](#page=39).
* **Regulatie:** De vrijstelling van bijnierschorshormonen is endocrien geregeld door ACTH (afkomstig van de hypofysevoorkwab), wiens vrijstelling weer onder controle staat van de hypothalamus. Corticosteroïden oefenen negatieve feedback uit op zowel de hypofysevoorkwab als de hypothalamus [39](#page=39).
* **Groepen bijnierschorshormonen:**
* **Glucocorticoïden:** Beïnvloeden het koolhydraten- en lipidenmetabolisme om het brandstoffenniveau van het bloed op peil te houden voor langdurige energieproductie. Ze hebben ook een immuunonderdrukkende en ontstekingsremmende werking, waardoor ze medicinaal worden ingezet (corticosteroïden, bv. 'cortisone') [40](#page=40).
* **Effecten:** Afbraak van spierweefsel tot aminozuren (die in de lever tot glucose kunnen worden omgezet), omzetting van vetten tot vetzuren en glycerol, en onderdrukking van immuuncomponenten [40](#page=40).
* **Medicinale toepassingen:** Ontstekingsremmend (verminderen zwelling en pijn), behandeling van auto-immuunziekten, voorkomen van afstoting van transplantaten [40](#page=40).
* **Nevenwerkingen:** Vochtopstapeling ("gezwollen gezicht") bij langdurig gebruik [40](#page=40).
* **Mineralocorticoïden:** Beïnvloeden voornamelijk de water- en elektrolytenbalans. Aldosteron, een belangrijk mineralocorticoïde, stimuleert de resorptie van Na+ en Cl-, wat leidt tot waterresorptie en een stijging van de bloeddruk tijdens volgehouden stress (#page=40, 41) [40](#page=40) [41](#page=41).
#### 3.2.3 De uitputtingsfase
Deze fase treedt op bij overmatige blootstelling aan stress, wat kan leiden tot ziekteverschijnselen, zowel lichamelijk als mentaal [36](#page=36).
* **Bij extreme stress:** Het lichaam kan teren op vet- en eiwitreserves, wat kan leiden tot orgaanfalen en uiteindelijk de dood indien deze reserves uitgeput raken [41](#page=41).
* **Psychosociale stress:** Kan schadelijk zijn voor de lichamelijke gezondheid door het vertragen van wondherstel, verhogen van vatbaarheid voor infecties, leiden tot hypertensie, maag- en darmstoornissen, ongezonde voedingspatronen en astma, en het verhogen van het risico op chronische ziekten [41](#page=41).
* **Mentale gezondheid:** Chronische stress verhoogt het risico op psychiatrische aandoeningen zoals depressie en angststoornissen [41](#page=41).
* **Verstoorde stressrespons:** Bij angststoornissen is de regulatie van de stressrespons verstoord, wat leidt tot angstreacties zonder objectieve reden of overmatige reacties [41](#page=41).
* **Effecten van overmatig cortisol:** Verstoort de synthese van neuromediatoren zoals serotonine (cruciaal voor gemoedstoestand en genot), wat kan leiden tot depressie. Ook de melatonineproductie kan verstoord raken, wat slaapstoornissen kan veroorzaken (#page=41, 42) [41](#page=41) [42](#page=42).
> **Tip:** Om de uitputtingsfase te voorkomen, is het belangrijk om stressoren zoveel mogelijk te vermijden, voldoende relaxatiemomenten in te bouwen en te zorgen voor voldoende lichaamsbeweging [42](#page=42).
### 3.3 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
De bijnierschors produceert ook mannelijke geslachtshormonen (androgenen) in kleine hoeveelheden bij zowel mannen als vrouwen [42](#page=42).
* **Functies bij pubers:** Stimuleren haargroei (oksels, schaamstreek) en dragen bij aan de groeispurt [42](#page=42).
* **Functies bij mannen:** De effecten van bijnierandrogenen zijn beperkt door de grotere hoeveelheden die vanaf de puberteit door de teelballen worden vrijgesteld [42](#page=42).
* **Functies bij vrouwen:** Dragen bij aan het libido en worden omgezet tot oestrogenen in andere weefsels. Na de menopauze zijn ze de primaire bron van oestrogenen [42](#page=42).
De bijnierschors produceert ook progesteron bij mannen en vrouwen [42](#page=42).
---
# Geslachtshormonen en hun functies
Dit onderdeel behandelt de productie en effecten van androgenen, oestrogenen en progestinen, die zowel door de bijnieren als door de geslachtsorganen worden geproduceerd.
### 4.1 Geslachtshormonen geproduceerd door de bijnierschors
De bijnierschors produceert een derde groep steroïde hormonen naast glucocorticoïden en mineralocorticoïden, namelijk mannelijke geslachtshormonen (androgenen). Deze worden in kleine hoeveelheden zowel bij mannen als bij vrouwen door de bijnierschors vrijgesteld [42](#page=42).
#### 4.1.1 Functies van bijnierandrogenen
* **Bij jongens en meisjes:** Androgenen stimuleren de haargroei ter hoogte van de oksels en de schaamstreek en dragen bij tot de groeispurt tijdens de puberteit [42](#page=42).
* **Bij mannen:** Vanaf de puberteit produceren de teelballen veel grotere hoeveelheden androgenen, waardoor de effecten van de bijnierandrogenen beperkt zijn [42](#page=42).
* **Bij vrouwen:** Bijnierandrogenen hebben significante functies; ze dragen bij aan het libido en worden in andere weefsels omgezet tot oestrogenen. Na de menopauze, wanneer de eierstokken geen oestrogenen meer produceren, worden alle oestrogenen gevormd uit bijnierandrogenen [42](#page=42).
De bijnierschors produceert ook progesteron bij zowel mannen als vrouwen [42](#page=42).
### 4.2 Geslachtshormonen geproduceerd door de geslachtsorganen
De geslachtsorganen (gonaden) zijn de primaire bron van geslachtshormonen, in tegenstelling tot de bijnierschors die kleine hoeveelheden produceert. Bij mannen zijn dit de teelballen (testes) en bij vrouwen de eierstokken (ovaria). Deze produceren drie grote categorieën van steroïde hormonen [43](#page=43):
* Androgenen
* Oestrogenen
* Progestinen
Hoewel zowel mannen als vrouwen hormonen van alle drie de categorieën produceren, is de verhouding verschillend. Geslachtshormonen zijn verantwoordelijk voor de groei en ontwikkeling van de geslachtsorganen, reguleren voortplantingscycli en seksueel gedrag. De productie ervan staat onder invloed van de hypofysevoorkwab hormonen FSH en LH, die op hun beurt weer onder invloed staan van een releasing hormoon van de hypothalamus [43](#page=43).
#### 4.2.1 De androgenen
Bij mannen produceren de teelballen, met name de cellen van Leydig, voornamelijk androgenen, waarvan testosteron het belangrijkste is. Algemeen gestimuleerd het behoud en de ontwikkeling van de mannelijke geslachtsorganen [45](#page=45).
* **Embryonale ontwikkeling:** Vanaf week 6 sturen androgenen de ontwikkeling van het embryo in de mannelijke richting, wat leidt tot de ontwikkeling van primaire geslachtskenmerken en mannelijke geslachtsorganen [45](#page=45).
* **Adolescentie (mannen):** Hoge concentraties androgenen zijn verantwoordelijk voor de groei en ontwikkeling van de mannelijke geslachtsorganen en de ontwikkeling van secundaire mannelijke geslachtskenmerken, zoals mannelijke haargroei patronen, verlaging van de stem door groei van het strottenhoofd, en groei van spieren en botten (anabool effect). Dit verklaart waarom mannen doorgaans gespierder zijn en bredere schouders hebben dan vrouwen. Daarnaast bevorderen androgenen de ontwikkeling van mannelijk seksueel gedrag, stimuleren ze de spermatogenese en de geslachtsdrift (libido) bij zowel mannen als vrouwen [46](#page=46).
* **Anabole steroïden:** Het anabole effect van testosteron wordt soms misbruikt als doping in de sport, vooral bij sporten die kracht en explosiviteit vereisen. Het gebruik van anabole steroïden brengt significante gezondheidsrisico's met zich mee. Mannen kunnen onvruchtbaar worden door atrofie van de teelballen. Vrouwen kunnen masculiserende effecten ervaren, zoals kleinere borsten, lagere stem, en mannelijker lichaamsbeharing. Op lange termijn kan anabool steroïdengebruik schade aan lever en hart veroorzaken [46](#page=46).
Bij vrouwen zijn androgenen afkomstig van de bijnierschors [45](#page=45).
#### 4.2.2 De oestrogenen
Bij vrouwen produceren de ovaria oestrogenen, waarvan oestradiol het belangrijkste is. Oestrogenen zijn verantwoordelijk voor het behoud en de ontwikkeling van de vrouwelijke geslachtsorganen [46](#page=46).
* **Puberteit (vrouwen):** Hogere producties tijdens de puberteit resulteren in groei en ontwikkeling van de vrouwelijke geslachtsorganen en de ontwikkeling van secundaire vrouwelijke geslachtskenmerken, waaronder groei van de borsten, aanmaak van vetweefsel met typische vrouwelijke vetverdeling (borsten, buik, schaamheuvel, heupen, bovenbenen), en verbreding van het bekken [46](#page=46).
* **Bij mannen:** De cellen van Leydig produceren androstenedion, een voorloper van oestradiol. De precieze functie van oestrogeen bij mannen wordt nog nader onderzocht [46](#page=46).
#### 4.2.3 De progestinen
Bij vrouwen worden progestinen voornamelijk geproduceerd door het gele lichaam in de eierstok en in grotere hoeveelheden tijdens de zwangerschap door de placenta. Progestinen, waartoe progesteron behoort, bereiden de baarmoeder voor op de mogelijke innesteling van een bevrucht eitje en ondersteunen de verdere ontwikkeling van de baarmoeder voor de groei en ontwikkeling van het embryo [47](#page=47).
* **Bij mannen:** Progesteron wordt ook aangemaakt in de bijnierschors tijdens de synthese van steroïdhormonen en wordt geproduceerd in de testes. Bij de man speelt progesteron een rol in de productie van voldoende testosteron [47](#page=47).
##### 4.2.3.1 Menopauze
Na de menopauze stoppen de ovaria met het produceren van oestrogenen en progestinen; deze overgang verloopt geleidelijk met onregelmatige cycli tot de menopauze bereikt wordt [47](#page=47).
* **Symptomen van menopauze:** De daling van oestrogeenconcentraties tijdens de overgang leidt tot vervelende symptomen, de zogenaamde "menopauzale kwaaltjes", zoals verstoringen van de temperatuurregeling ("vapeurs"), gemoedschommelingen, nachtzweten, vaginale droogte en ongewenst urineverlies [47](#page=47).
* **Osteoporose:** Een significant medisch probleem is het zwakker worden van botten door verhoogde beenweefselafbraak, waardoor postmenopauzale vrouwen vatbaarder zijn voor osteoporose [47](#page=47).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Secretie | Het proces waarbij klieren stoffen produceren en afscheiden. Dit kan zowel intern (in het bloed) als extern (naar een holte of buiten het lichaam) plaatsvinden. |
| Slijmcellen | Cellen die slijm produceren, een substantie die dient als glijmiddel, bescherming tegen uitdroging en bescherming tegen de inwerking van enzymen en zuren, zoals in het darmslijmvlies en de maagwand. |
| Klierweefsel | Epitheelweefsel dat gespecialiseerd is in het produceren en afscheiden van specifieke stoffen, zoals hormonen, enzymen of secreet. |
| Exocriene klieren | Klieren die hun secretieproducten via een afvoergang afscheiden naar de "buitenwereld", wat meestal het lumen van een hol orgaan is. Voorbeelden zijn speekselklieren, traanklieren en zweetklieren. |
| Endocriene klieren | Klieren zonder afvoerbuis die hun secretieproducten, hormonen genaamd, rechtstreeks in de bloedbaan afscheiden. Ze worden ook wel hormoonklieren genoemd. |
| Hormonen | Chemische boodschappers die door endocriene klieren worden geproduceerd en via de bloedbaan naar doelwitorganen worden getransporteerd om specifieke fysiologische processen te reguleren. |
| Gemengde klieren | Organen die zowel endocriene als exocriene functies hebben. Een voorbeeld is de alvleesklier (pancreas), die zowel spijsverteringssappen als hormonen produceert. |
| Hypothalamus | Een hersenregio die functioneert als een belangrijk controlecentrum voor zowel het zenuwstelsel als het endocriene stelsel. Het reguleert onder andere het autonome zenuwstelsel en produceert hormonen die de hypofyse aansturen. |
| Hypofyse | Een kleine, maar zeer belangrijke endocriene klier die via een steeltje is verbonden met de hypothalamus. Het bestaat uit een voorkwab en een achterkwab, die verschillende hormonen produceren of opslaan en afscheiden. |
| Hypofyseachterkwab (neurohypofyse) | Het achterste deel van de hypofyse, dat hormonen (oxytocine en ADH) opslaat en vrijgeeft die in de hypothalamus zijn aangemaakt door neurosecretorische cellen. |
| Hypofysevoorkwab | Het voorste deel van de hypofyse, dat zelf verschillende proteïne/peptidehormonen produceert, zoals FSH, LH, TSH, ACTH, prolactine en groeihormoon, onder invloed van hormonen uit de hypothalamus. |
| Oxytocine | Een hormoon dat wordt vrijgegeven door de hypofyseachterkwab. Het stimuleert de contractie van de baarmoederwand tijdens de bevalling en de melkklieren tijdens de melkejectie. Het functioneert ook als neurotransmitter. |
| Antidiuretisch hormoon (ADH) | Een hormoon dat wordt vrijgegeven door de hypofyseachterkwab. Het stimuleert de waterreabsorptie in de nieren, wat bijdraagt aan de homeostase van de bloedosmolariteit en de urinevorming tegengaat. |
| Thyroidstimulerend hormoon (TSH) | Een hormoon geproduceerd door de hypofysevoorkwab dat de schildklier stimuleert tot de productie van schildklierhormonen (T3 en T4). |
| Adrenocorticotroop hormoon (ACTH) | Een hormoon geproduceerd door de hypofysevoorkwab dat de bijnierschors stimuleert tot de productie en vrijlating van corticosteroïden. |
| Prolactine | Een hormoon geproduceerd door de hypofysevoorkwab dat bij zoogdieren de groei van de melkklieren en de aanmaak van melk stimuleert. Bij mannen speelt het een rol in de ontwikkeling van de prostaat en zaadblaasjes. |
| Groeihormoon (GH) | Een hormoon geproduceerd door de hypofyse dat de groei en stofwisseling beïnvloedt. De afgifte wordt gereguleerd door releasing hormonen en somostatine uit de hypothalamus. |
| Schildklierhormonen (T3 en T4) | Hormonen die door de schildklier worden geproduceerd en die cruciaal zijn voor de stofwisseling, groei en thermoregulatie. Ze bevatten jood en zijn afgeleid van tyrosine. |
| Calcitonine | Een hormoon geproduceerd door de schildklier dat een rol speelt in de calciumhuishouding door de opname van calcium in het botweefsel te stimuleren en de reabsorptie van calcium in de nieren te verminderen. |
| Hyperthyroïdisme | Een aandoening die wordt veroorzaakt door een overproductie van schildklierhormonen, wat leidt tot symptomen zoals een hoge lichaamstemperatuur, zweten, gewichtsverlies en prikkelbaarheid. |
| Hypothyroïdisme | Een aandoening die wordt veroorzaakt door een tekort aan schildklierhormonen, wat kan leiden tot vertraagde groei, mentale ontwikkelingsstoornissen (cretinisme) en een vergrote schildklier (kropgezwel) bij jodiumtekort. |
| Bijschildklieren | Kleine klieren die zich naast of achter de schildklier bevinden en parathormoon (PTH) produceren, dat essentieel is voor de regulatie van calcium- en fosfaatgehaltes in het bloed. |
| Parathormoon (PTH) | Een hormoon geproduceerd door de bijschildklieren dat de bloedcalciumconcentratie verhoogt door calciumresorptie uit botweefsel, stimulatie van calciumreabsorptie in de nieren, en de omzetting van vitamine D naar zijn actieve vorm calcitriol. |
| Calcitriol | De actieve hormonale vorm van vitamine D, die de absorptie van calcium in de dunne darm bevordert en de bloedcalciumconcentratie verhoogt. |
| Eilandjes van Langerhans | Groepen endocriene cellen in de pancreas die insuline (bètacellen) en glucagon (alfacellen) produceren, hormonen die cruciaal zijn voor de bloedglucosehomeostase. |
| Bloedglucosehomeostase | Het proces waarbij de concentratie van glucose in het bloed binnen een nauwe, constante range wordt gehouden, wat essentieel is voor de energievoorziening van de cellen, met name de hersenen. |
| Insuline | Een hormoon geproduceerd door de bètacellen van de pancreas dat de opname en verwerking van glucose door lichaamscellen stimuleert, en glycogeen- en vetvorming bevordert, waardoor de bloedglucoseconcentratie daalt. |
| Glucagon | Een hormoon geproduceerd door de alfacellen van de pancreas dat de glycogeenafbraak in de lever stimuleert, waardoor glucose vrijkomt in het bloed en de bloedglucoseconcentratie stijgt. |
| Diabetes mellitus | Een metabole aandoening gekenmerkt door chronisch verhoogde bloedglucoseconcentraties (hyperglycemie), veroorzaakt door problemen met de productie of werking van insuline. |
| Diabetes type 1 | Een vorm van diabetes waarbij de pancreas onvoldoende insuline aanmaakt, meestal door auto-immuniteit die de bètacellen vernietigt. Vereist insuline-injecties voor behandeling. |
| Diabetes type 2 | Een vorm van diabetes gekenmerkt door insulineresistentie, waarbij lichaamscellen minder gevoelig worden voor insuline. Vaak geassocieerd met overgewicht en een sedentaire levensstijl. |
| Stressrespons | De fysiologische en gedragsmatige reacties van een organisme op stressoren, onderverdeeld in drie fasen: alarm, weerstand en uitputting. |
| Bijnieren | Endocriene organen die bovenop de nieren liggen en hormonen produceren zoals adrenaline, noradrenaline (bijniermerg) en corticosteroïden (bijnierschors), die een cruciale rol spelen in de stressrespons. |
| Adrenaline en noradrenaline | Aminehormonen geproduceerd door het bijniermerg die betrokken zijn bij de alarmfase van de stressrespons. Ze verhogen de hartslag, ademfrequentie en stimuleren de glycogeen- en vetafbraak. |
| Corticosteroïden | Steroïde hormonen geproduceerd door de bijnierschors. Glucocorticoïden reguleren het metabolisme en onderdrukken het immuunsysteem, terwijl mineralocorticoïden de water- en elektrolytenbalans beïnvloeden. |
| Glucocorticoïden | Een groep bijnierschorshormonen die het koolhydraten- en lipidenmetabolisme beïnvloeden en een immuunonderdrukkende werking hebben. Voorbeelden zijn cortisol. |
| Mineralocorticoïden | Een groep bijnierschorshormonen die voornamelijk de water- en elektrolytenbalans reguleren, zoals aldosteron, dat de reabsorptie van natrium en chloride beïnvloedt. |
| Geslachtshormonen | Hormonen die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling en regulatie van de voortplantingsorganen, voortplantingscycli en seksueel gedrag. Ze worden geproduceerd door de gonaden (testes en ovaria) en de bijnierschors. |
| Androgenen | Mannelijke geslachtshormonen, waarvan testosteron het belangrijkste is. Ze stimuleren de ontwikkeling van mannelijke geslachtskenmerken en de spermaproductie. Geproduceerd door de testes en in kleinere hoeveelheden door de bijnierschors. |
| Oestrogenen | Vrouwelijke geslachtshormonen, waarvan oestradiol het belangrijkste is. Ze zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van vrouwelijke geslachtskenmerken en de regulatie van de menstruatiecyclus. Geproduceerd door de ovaria. |
| Progestinen | Een klasse van hormonen, waaronder progesteron, die voornamelijk betrokken zijn bij de voorbereiding van de baarmoeder op zwangerschap en het in stand houden ervan. Geproduceerd door het gele lichaam en de placenta bij vrouwen. |