Cover
Zacznij teraz za darmo GBO dag 9.docx
Summary
# Lastgevingsovereenkomst: kenmerken en algemene omschrijving
Dit deel van de studiehandleiding behandelt de essentiële kenmerken en de algemene omschrijving van de lastgevingsovereenkomst.
## 1. Algemene omschrijving en constitutieve bestanddelen
De lastgevingsovereenkomst is een type **(diensten)overeenkomst** waarbij één persoon, de **lasthebber**, belast wordt om **rechtshandelingen te stellen** voor rekening van een andere persoon, de **lastgever**. Deze rechtshandelingen kunnen zowel in naam en voor rekening van de lastgever (onmiddellijke vertegenwoordiging) als enkel voor rekening van de lastgever (middellijke vertegenwoordiging) gesteld worden.
Het **karakteristieke bestanddeel** van de lastgeving is dus het stellen van rechtshandelingen door de lasthebber. Dit onderscheidt het van bijvoorbeeld de aanneming, waarbij geen vertegenwoordigingsbevoegdheid is en er doorgaans materiële handelingen worden verricht. Bij de kwalificatie van de overeenkomst wordt echter voorrang gegeven aan wat de partijen bij de totstandkoming als de kern van de opdracht beoogden. Een aannemingscontract kan bijvoorbeeld gepaard gaan met een accessoire lastgeving, zoals wanneer een architect of makelaar contracten mag sluiten.
In principe kunnen alle (extra)patrimoniale rechtshandelingen het voorwerp uitmaken van een lastgeving. Uitzonderingen hierop vormen **strikt persoonlijke rechtshandelingen** waarvoor de wet vertegenwoordiging beperkt of uitsluit.
De lastgeving omvat zowel onmiddellijke als middellijke vertegenwoordiging. **Vertegenwoordiging** impliceert dat een rechtshandeling wordt toegerekend aan een ander rechtssubject dan het handelende rechtssubject. Dit kan ontstaan uit een rechtshandeling, de wet of een gerechtelijke beslissing. Bij middellijke vertegenwoordiging ontstaan de rechtsgevolgen enkel tussen de vertegenwoordiger en de derde, terwijl bij onmiddellijke vertegenwoordiging de rechtsgevolgen uitsluitend en onmiddellijk aan de vertegenwoordigde worden toegekend.
## 2. Kenmerken van de lastgevingsovereenkomst
### 2.1 Consensueel contract
De lastgeving is een **consensueel contract**. Dit betekent dat het zowel **mondeling** als **stilzwijgend** kan worden aangegaan. Een stilzwijgend mandaat kan voortvloeien uit een gebruik dat zeker, vaststaand en algemeen is.
**Tip:** Hoewel de lastgeving consensueel is, kan de wet in bepaalde gevallen een schriftelijke (onderhandse) volmacht vereisen. Dit is onder andere het geval wanneer bepalingen vereisen dat een afschrift van een volmacht wordt voorgelegd of wanneer specifieke vermeldingen in de volmacht verplicht zijn, zoals bij de oprichting van een vennootschap.
### 2.2 Vormvereisten
In specifieke gevallen kan de wet zelfs een **authentieke akte** voor de volmacht vereisen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij hypotheken, omwille van de rechtszekerheid. Bij twijfel of een authentieke volmacht vereist is voor een rechtshandeling die bij authentieke akte moet geschieden, dient men de oorzaak van het vormvereiste aan het hoofdcontract te peilen. Indien het vormvereiste dient ter bescherming van de toestemming, moet de volmacht dezelfde vorm hebben. Indien het dient ter waarborging van openbaarmaking of vaste datum, hoeven de vormvereisten van de hoofdovereenkomst niet noodzakelijk op de lastgeving te slaan. Ook voor de overschrijving op een kantoor ter wille van tegenstelbaarheid aan derden, kan een authentieke volmacht vereist zijn.
### 2.3 Vermoeden van kosteloosheid
In beginsel is de lastgeving **kosteloos**, tenzij anders is overeengekomen. Er wordt echter een **vermoeden van een contract van bezoldiging** aangenomen indien het mandaat werd verleend aan een persoon die dit beroepshalve uitoefent.
**Tip:** De eerdere opvatting dat rechters excessieve bezoldigingen konden matigen, is niet meer opportuun. De toetsing van het economisch evenwicht is complex en benadeling is in het Belgisch recht enkel onder strikte voorwaarden een grond tot nietigheid. Contractuele afspraken over een loon zijn in principe juridisch bindend.
## 3. Bewijs
Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen het bewijs van de **lastgevingsovereenkomst** en het bewijs van de **vertegenwoordigingsbevoegdheid** (de volmacht).
### 3.1 Bewijs van de lastgevingsovereenkomst
* **Tussen de contractanten (lastgever en lasthebber):** Gelden de gemeenrechtelijke bewijsregels, dus in beginsel bewijs door geschrift. Uitzonderingen gelden bij materiële of morele onmogelijkheid, of bij een mandaat door en tegen ondernemingen waar de vrijheid van bewijs geldt. De uitvoering die de lasthebber eraan geeft, kan soms als bewijs dienen.
* **T.a.v. de derde-contractant:** De volmacht is in de praktijk vaak het enige opgemaakte document en vormt een efficiënt bewijsmiddel in de verhouding tot de derde-contractant.
**Tip:** In de notariële praktijk is een notarieel lastgevingsovereenkomst geen noodzakelijke voorwaarde voor een notariële volmacht.
### 3.2 Bewijs van de volmacht
* **Bewijs door een derde:** Wanneer een derde beweert dat er een lastgeving is, kan de wederpartij het bestaan en de omvang van de volmacht bewijzen met alle middelen van recht, zelfs indien de waarde van de zaak gelijk of hoger is dan 3500 dollars.
* **Bewijs tegen een derde:** Een derde die zich geen schriftelijke volmacht heeft laten voorleggen, kan het bestaan of de omvang van een mandaat niet ontkennen wanneer noch de lasthebber noch de lastgever dit opwerpt.
## 4. Bekwaamheid
De **lastgever** moet bekwaam zijn om de rechtshandelingen zelf te verrichten, aangezien hij de rechtsgevolgen ervan ondergaat.
Een algemeen rechtsbeginsel stelt dat de **lasthebber niet mag optreden als tegenpartij van de lastgever**. Dit zou een belangenconflict creëren. De sanctie hiervoor is **relatieve nietigheid**, tenzij partijen conventioneel afwijken. Een **dubbel mandaat**, waarbij de lasthebber gelijktijdig voor twee lastgevers optreedt met een mogelijk tegenstrijdig belang, is geoorloofd, maar het is aangewezen de lastgevers hiervan op de hoogte te stellen.
## 5. Verbintenissen van de lasthebber
### 5.1 Inspannings- vs. resultaatsverbintenis
Klassiek wordt de uitvoering van het mandaat beschouwd als een **middelenverbintenis**: de lasthebber moet de lastgeving uitvoeren met de zorg van een voorzichtig en redelijk persoon. Hij is aansprakelijk voor schade die uit de niet-uitvoering kan ontstaan. Bepaalde verbintenissen kunnen echter een resultaatsverbintenis inhouden.
**Tip:** Bij de beoordeling van de aansprakelijkheid van de lastgever treedt de rechter strenger op indien de lasthebber loon ontvangt.
### 5.2 Plaatsvervanging
Plaatsvervanging houdt in dat de lasthebber iemand in zijn plaats stelt om de vertegenwoordigingsopdracht voort te zetten, rechtstreeks in naam en voor rekening van de lastgever. Dit is geen plaatsvervanging wanneer een lasthebber een derde inschakelt voor materiële handelingen nodig voor zijn eigen opdracht.
Indien plaatsvervanging is toegelaten en de lastgever geen specifieke vervanger heeft aangewezen, is de lasthebber niet in te staan voor het resultaat van de handelingen van de vervanger, tenzij hij nalatig was bij de keuze (`culpa in eligendo`). Indien plaatsvervanging verboden is, is de lasthebber wel in te staan voor de daden van zijn plaatsvervanger.
De lastgever heeft in beide gevallen een rechtstreekse vordering tegen de vervanger.
### 5.3 Pluraliteit van lasthebbers
Bij meerdere lasthebbers is er **geen hoofdelijkheid**, tenzij dit uitdrukkelijk is bepaald of door de wet wordt opgelegd.
### 5.4 Rekenschap en verantwoording
De lasthebber is ertoe gehouden **rekenschap te geven** van de uitvoering van zijn opdracht en **verantwoording af te leggen** van wat hij krachtens zijn volmacht heeft ontvangen. Deze verplichting is tweeledig:
* **Informatieplicht:** De lastgever moet tijdens het mandaat de uitvoering kunnen controleren.
* **Eindafrekening:** De lasthebber moet op het einde van het mandaat een eindafrekening voorleggen. Indien een negatief saldo ten nadele van de lasthebber blijkt, dient hij ontvangen sommen en geleende fondsen terug te geven, met verschuldigde interesten vanaf de ingebrekestelling.
**Tip:** De verplichting tot rekenschap en verantwoording kan contractueel worden beperkt, mits voldaan aan de geldigheidsvereisten van bevrijdingsbedingen.
## 6. Verbintenissen van de lastgever
### 6.1 Nakoming van de door de lasthebber aangegane verbintenissen
De lastgever is gehouden de verbintenissen na te komen die de lasthebber **overeenkomstig de hem verleende volmacht** heeft aangegaan.
### 6.2 Schadeloosstelling van de lasthebber
De lastgever moet de **voorschotten en kosten** vergoeden die de lasthebber tot uitvoering van de lastgeving heeft gedaan. Het volstaat dat de uitgaven nuttig waren. De lastgever is voor de voorschotten interesten verschuldigd vanaf de dag dat ze gedaan zijn.
De lasthebber moet ook **schadeloos gesteld worden voor verliezen** die hij door de uitvoering van zijn opdracht heeft geleden, tenzij hem onvoorzichtigheid te verwijten valt.
### 6.3 Pluraliteit van lastgevers
Bij een gemeenschappelijke zaak zijn de lastgevers **hoofdelijk aansprakelijk**.
## 7. Omvang van de vertegenwoordigingsbevoegdheid
De omvang van het mandaat wordt in principe **vrij door partijen bepaald**. De omschrijving door de lastgever is bindend voor de lasthebber en, onder voorbehoud van beginselen als schijnmandaat, ook voor derden.
### 7.1 Interpretatieregels
* **Bijzonder mandaat vs. algemeen mandaat:** Een algemene volmacht omvat de behartiging van alle zaken van de lastgever, terwijl een bijzonder mandaat voor specifieke rechtshandelingen of categorieën daarvan wordt gegeven.
* **Lastgeving in algemene bewoordingen vs. uitdrukkelijke lastgeving:** Een lastgeving in algemene bewoordingen geeft bevoegdheid tot daden van beheer, maar geen daden van beschikking. Een uitdrukkelijke lastgeving omvat wel daden van beschikking.
**Tip:** Deze interpretatieregels zijn subsidiair aan de werkelijke wil van partijen. Bij betwisting wordt rekening gehouden met de gemeenschappelijke partijwil.
## 8. Gevolgen van de lastgeving voor derden
De beslissingen en handelingen gesteld door de lasthebber **in naam van de lastgever en binnen de perken van het mandaat**, gelden rechtens als handelingen van de lastgever zelf. Ook de fouten of nalatigheden van de lasthebber binnen het mandaat binden de lastgever.
Om te oordelen of een handeling aangetast is door wilsgebreken, moet gekeken worden naar de wil van de **lasthebber**. De lastgever kan wegens een gebrek aan toestemming nietigheid vorderen indien de lasthebber op het moment van de handeling feitelijk wilsonbekwaam was.
### 8.1 Optreden buiten de perken van het mandaat
Indien de lasthebber buiten de perken van zijn mandaat treedt, is hij in principe **niet aansprakelijk** ten opzichte van de derde, tenzij hij zich persoonlijk heeft verbonden. De lastgever is in principe niet gehouden tot wat buiten het mandaat is gedaan, tenzij hij de handeling bekrachtigt.
**Schijnmandaat:** De lastgever kan wel gebonden zijn in geval van schijnvertegenwoordiging, indien voldaan is aan de vereisten: schijn van bevoegdheid, goede trouw van de derde, en toerekenbaarheid aan de lastgever.
## 9. Specifieke beëindigingsgronden
### 9.1 Overlijden van lastgever of lasthebber
Het mandaat eindigt in principe **van rechtswege bij overlijden**. Het overlijden van de lastgever is pas tegenwerpelijk aan de lasthebber vanaf kennisname. Indien geen kennis, zijn de in onwetendheid verrichte handelingen geldig.
De lasthebber is verplicht de zaak voort te zetten tot hij redelijkerwijze vervangen kan worden, indien er een dringende noodzakelijkheid bestaat.
### 9.2 Onbekwaamverklaring, faillissement of kennelijk onvermogen
Deze omstandigheden stellen van rechtswege een einde aan de lastgeving, aangezien het een **vertrouwensfunctie** betreft.
### 9.3 Opzegging door de lastgever
De lastgever kan de lastgeving **eenzijdig beëindigen**. Contractuele afwijkingen zijn mogelijk, zoals een opzeggingstermijn of een beding van onherroepelijkheid (beperkt in tijd en/of voorwerp). De opzegging is pas effectief wanneer de lasthebber er kennis van had. De herroeping mag niet ontijdig of lasterlijk gebeuren, anders kan schadevergoeding verschuldigd zijn.
### 9.4 Opzegging door de lasthebber
De lasthebber kan de lastgeving opzeggen door kennisgeving van zijn ontslag. Hij dient echter **schadevergoeding te betalen** aan de lastgever, tenzij de lastgever zich in de onmogelijkheid bevindt de lastgeving te volbrengen zonder zelf aanmerkelijke schade te lijden. De lasthebber moet zijn mandaat desgevallend verder uitoefenen tot zijn vervanging is voorzien.
---
# Vertegenwoordiging en de gevolgen daarvan
Dit gedeelte behandelt de rol van vertegenwoordiging binnen lastgeving, inclusief de verschillende vormen van vertegenwoordiging en de gevolgen hiervan voor de lastgever ten aanzien van derden.
## 2. Vertegenwoordiging en de gevolgen daarvan
Vertegenwoordiging houdt in dat een rechtshandeling wordt toegekend aan een ander rechtssubject dan degene die de handeling feitelijk stelt. Dit kan ontstaan uit een rechtshandeling, de wet of een gerechtelijke beslissing. De vertegenwoordiger verricht de rechtshandeling voor rekening van de vertegenwoordigde.
### 2.1 Onderscheid tussen onmiddellijke en middellijke vertegenwoordiging
* **Onmiddellijke vertegenwoordiging:** De vertegenwoordiger handelt in naam van de vertegenwoordigde. De rechtsgevolgen worden uitsluitend en onmiddellijk aan de vertegenwoordigde toegekend.
* **Middellijke vertegenwoordiging:** De vertegenwoordiger handelt in eigen naam, maar voor rekening van de vertegenwoordigde. De rechtsgevolgen ontstaan enkel tussen de vertegenwoordiger en de derde.
### 2.2 Kenmerken van lastgeving
Lastgeving is in beginsel een consensueel contract, wat betekent dat het zowel mondeling als stilzwijgend kan worden aangegaan. Een stilzwijgend mandaat kan voortvloeien uit een gebruik dat zeker, vaststaand en algemeen is. De wet kan echter specifieke vormvereisten stellen, zoals een schriftelijke of authentieke volmacht, afhankelijk van de aard van de rechtshandeling die krachtens de volmacht zal worden gesteld.
* **Kosteloosheid:** Lastgeving is principieel kosteloos, tenzij anders is overeengekomen. Er wordt echter een stilzwijgend contract van bezoldiging vermoed indien het mandaat wordt verleend aan een persoon die dit beroepshalve uitoefent. Rechters kunnen in bepaalde gevallen excessieve bezoldigingen matigen.
### 2.3 Bewijs van lastgeving en vertegenwoordigingsbevoegdheid
Het is cruciaal om een onderscheid te maken tussen het bewijs van de lastgevingsovereenkomst tussen de partijen en het bewijs van de vertegenwoordigingsbevoegdheid (volmacht) ten aanzien van derden.
* **Bewijs tussen partijen:** Tussen de lastgever en lasthebber gelden de gemeenrechtelijke bewijsregels, hoofdzakelijk bewijs door geschrift, met uitzonderingen voor materiële of morele onmogelijkheid of vrijheid van bewijs voor mandaten door en tegen ondernemingen.
* **Bewijs ten aanzien van derden:**
* **Bewijs door een derde:** Een derde die een rechtshandeling stelt met een lasthebber, kan het bestaan en de omvang van de volmacht bewijzen met alle middelen van recht, ook indien de waarde van de zaak hoger is dan drieduizendvijfhonderd dollars, wanneer de lastgever of lasthebber dit betwist.
* **Bewijs tegen een derde:** Een derde die zich geen schriftelijke volmacht heeft laten voorleggen, kan het bestaan of de omvang van een mandaat niet ontkennen wanneer noch de lasthebber noch de lastgever dit opwerpt.
### 2.4 Bekwaamheid
De lastgever moet bekwaam zijn om zelf rechtshandelingen te verrichten, aangezien hij de rechtsgevolgen van de door de lasthebber gestelde handelingen ondergaat.
* **Belangenconflict:** Een lasthebber mag niet optreden als tegenpartij van de lastgever, omdat dit een belangenconflict inhoudt. De sanctie hiervoor is relatieve nietigheid, tenzij partijen vooraf conventioneel afwijken. Een "dubbel mandaat", waarbij de lasthebber gelijktijdig voor twee lastgevers optreedt met een potentieel tegenstrijdig belang, is geoorloofd mits de lastgevers hiervan op de hoogte zijn gesteld en hun instemming hebben gegeven.
### 2.5 Verbintenissen van de lasthebber
* **Inspannings- versus resultaatsverbintenis:** Klassiek is de uitvoering van het mandaat een middelenverbintenis, waarbij de lasthebber handelt met de zorg van een voorzichtig en redelijk persoon. Bepaalde verbintenissen kunnen echter een resultaatsverbintenis inhouden. Bij beoordeling van aansprakelijkheid treedt de rechter strenger op indien de lasthebber loon ontvangt.
* **Plaatsvervanging:** Plaatsvervanging houdt in dat de lasthebber een derde inschakelt die rechtstreeks namens de lastgever optreedt. Dit is niet toegestaan zonder uitdrukkelijke toestemming. De lasthebber is aansprakelijk voor de keuze van zijn vervanger. De lastgever heeft een rechtstreekse vordering tegen de vervanger indien plaatsvervanging is toegestaan. Indien plaatsvervanging verboden is, ontbreekt de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de vervanger.
* **Pluraliteit van lasthebbers:** Bij meerdere lasthebbers is er geen hoofdelijkheid, tenzij uitdrukkelijk bepaald of door de wet voorgeschreven.
* **Rekenschap en verantwoording:** De lasthebber is verplicht rekenschap te geven van de uitvoering van zijn opdracht en verantwoording af te leggen van wat hij krachtens zijn volmacht heeft ontvangen. Dit omvat een informatieplicht tijdens het mandaat en het voorleggen van een eindafrekening. De lasthebber moet ontvangen sommen en geleende fondsen teruggeven, vermeerderd met interesten vanaf de ingebrekestelling.
### 2.6 Verbintenissen van de lastgever
* **Nakoming van aangegane verbintenissen:** De lastgever is gehouden de verbintenissen na te komen die de lasthebber overeenkomstig de verleende volmacht heeft aangegaan.
* **Schadeloosstelling van de lasthebber:** De lastgever moet de voorschotten en nuttige kosten vergoeden die de lasthebber tot uitvoering van de lastgeving heeft gedaan, vermeerderd met interesten. De lastgever moet de lasthebber ook schadeloos stellen voor verliezen die zijn geleden bij de uitvoering van zijn opdracht, tenzij er sprake is van onvoorzichtigheid. De lasthebber geniet beschermingsmechanismen zoals een roerend voorrecht en de exceptie van niet-uitvoering.
* **Pluraliteit van lastgevers:** Lastgevers zijn hoofdelijk aansprakelijk voor een gemeenschappelijke zaak.
### 2.7 Omvang van de vertegenwoordigingsbevoegdheid
De omvang van het mandaat wordt in principe vrij door de partijen bepaald en is bindend tussen hen. Tegenover derden geldt dit onder voorbehoud van toepassing van beginselen zoals schijnmandaat of zaakwaarneming.
* **Bijzonder versus algemeen mandaat:** Een bijzonder mandaat betreft specifieke rechtshandelingen of categorieën daarvan, terwijl een algemeen mandaat de behartiging van alle zaken van de lastgever omvat.
* **Lastgeving in algemene bewoordingen versus uitdrukkelijke lastgeving:** Lastgeving in algemene bewoordingen geeft bevoegdheid tot daden van beheer, maar geen daden van beschikking. Een uitdrukkelijke lastgeving omvat wel daden van beschikking. Deze interpretatieregels zijn subsidiair ten opzichte van de werkelijke wil van de partijen.
### 2.8 Gevolgen van de lastgeving voor derden
Handelingen gesteld door de lasthebber binnen de perken van het mandaat gelden als handelingen van de lastgever zelf. Ook de fouten of nalatigheden van de lasthebber binnen de perken van zijn mandaat worden aan de lastgever toegerekend.
* **Wilsgebreken:** Bij de beoordeling van wilsgebreken (zoals dwaling, bedrog, geweld) bij handelingen gesteld door de lasthebber, kijkt men naar de wil van de lasthebber.
* **Schijnmandaat:** De lastgever is gebonden bij schijnvertegenwoordiging indien er een schijn van toereikende bevoegdheid is, de derde te goeder trouw is, en de schijn aan de lastgever toerekenbaar is.
* **Optreden in eigen naam:** Indien de lasthebber het bestaan van de volmacht niet meedeelt, treedt hij in eigen naam op en wordt hij zelf schuldeiser en/of schuldenaar ten opzichte van de derde. Er ontstaat geen contractuele band met de lastgever.
* **Optreden buiten perken van het mandaat:** In principe is de lastgever niet gehouden tot wat de lasthebber buiten de perken van zijn mandaat heeft gedaan, tenzij de lastgever de handeling bekrachtigt. De lasthebber zelf is in dat geval niet persoonlijk gehouden, tenzij hij zich persoonlijk heeft verbonden.
### 2.9 Specifieke beëindigingsgronden
* **Overlijden van lastgever of lasthebber:** Het mandaat eindigt van rechtswege bij overlijden, tenzij anders overeengekomen. Het overlijden van de lastgever is pas tegenwerpelijk aan de lasthebber zodra deze er kennis van heeft.
* **Onbekwaamverklaring, faillissement of kennelijk onvermogen:** Deze omstandigheden beëindigen de lastgeving van rechtswege, tenzij conventioneel anders is bepaald.
* **Opzegging door de lastgever:** De lastgever kan de lastgeving eenzijdig beëindigen. Contractuele afwijkingen, zoals beperkingen op herroepelijkheid, zijn mogelijk. De opzegging is pas effectief bij kennisname door de lasthebber en derden. Ontijdige of laakbare opzegging kan leiden tot schadevergoeding.
* **Opzegging door de lasthebber:** De lasthebber kan de lastgeving opzeggen mits hij de schade vergoedt die de lastgever hierdoor lijdt. Hij moet zijn mandaat verder uitoefenen tot vervanging is voorzien.
> **Tip:** Let goed op het onderscheid tussen de verschillende beëindigingsgronden en de voorwaarden waaronder deze van toepassing zijn, vooral met betrekking tot de kennisname door partijen en derden.
> **Example:** Een advocaat die een mandaat ad litem heeft, heeft een bijzonder mandaat in algemene bewoordingen. Voor daden van beschikking, zoals het sluiten van een dading, heeft hij een bijkomend, uitdrukkelijk mandaat nodig.
---
# Vaststellingscontracten en dadingen
Dit deel verkent de aard van vaststellingscontracten, met een specifieke focus op dadingen, inclusief hun constitutieve bestanddelen, afgrenzing ten opzichte van aanverwante rechtsfiguren en geldigheidsvereisten.
### 3.1 Vaststellingscontracten: algemene omschrijving
Een vaststellingscontract stelt partijen in staat om een onzekerheid of geschil te voorkomen of te beëindigen. Partijen komen overeen hoe zij omgaan met een onzekerheid of geschil, hetzij door samen te beslissen (zoals bij een dading), door directe vaststelling in hetzelfde contract, door een partij te laten beslissen, of door een derde te laten beslissen. Dit contract valt onder de contractvrijheid, voor zover partijen kunnen afwijken van de bestaande rechtstoestand. De algemene regels van het gemeen recht zijn van toepassing, tenzij er sprake is van een benoemd vaststellingscontract zoals de dading.
### 3.2 De dading: definitie en kenmerken
#### 3.2.1 Constitutieve bestanddelen
Een dading is een contract waarbij partijen een gerezen of toekomstig geschil voorkomen of beëindigen door wederzijdse toegevingen. De essentie van een dading is het bestaan van een geschil, wat kan voortkomen uit tegenstrijdige meningen of aanspraken over de draagwijdte van elkaars rechten.
* **Geschil:** Vereist is het bestaan van een gerezen of toekomstig geschil. Het volstaat dat partijen op het moment van het sluiten van het contract tegenstrijdige meningen of aanspraken hebben over hun respectieve rechten.
* **Wederzijdse toegevingen:** De toegevingen moeten niet noodzakelijk gelijk of evenwaardig zijn. Het impliceert niet dat de gegrondheid van de aanspraken van de tegenpartij wordt erkend. Bij afwezigheid van wederzijdse toegevingen wordt het contract herkwalificeerd als een gemeenrechtelijk vaststellingscontract.
#### 3.2.2 Afgrenzing van dading ten opzichte van aanverwante rechtsfiguren
* **Kwijtschrift voor saldo van rekening:** Dit is enkel een bewijsmiddel van de uitvoering van een contract en geen vaststellingscontract. Het kan de vorm aannemen van een aanduiding van verzaking aan rechten en aanspraken, mits de aanduiding precies is.
* **Minnelijke schikking:** Op grond van art. 731 Ger.W. kan elk dading-vatbaar geschil ter minnelijke schikking worden voorgelegd aan de bevoegde rechter. De rechter beslecht het geschil niet, maar stelt een akkoord vast in een proces-verbaal.
* **Bindende derdenbeslissing:** Hierbij laten partijen de beoordeling van een feitelijk element aan een derde over. Dit is geen dading, omdat partijen hiermee geen geschil beëindigen, maar enkel een onzekerheid. De rechter behoudt hierbij een marginaal toetsingsrecht.
* **Arbitrage, bemiddeling en collaboratieve onderhandelingen:** Een contract waarbij partijen een geschil aan het oordeel van derden onderwerpen (arbitrage) is geen dading. Bij een dading beslechten partijen zelf de zaak met wederzijdse toegevingen. Een bemiddeld akkoord kan, indien het wederzijdse toegevingen bevat, wel een vorm van dading zijn.
#### 3.2.3 Geldigheidsvereisten
* **Bekwaamheid:** Een dading is meestal een daad van beschikking. Partijen moeten dus bekwaam zijn om over de betrokken voorwerpen te beschikken (art. 2045 lid 1 BW). Wettelijke vertegenwoordigers van minderjarigen of personen onder gerechtelijke bescherming hebben toestemming van de vrederechter nodig.
* **Toestemming:**
* **Rekenfout:** Een rekenfout die de opzet van de dading niet raakt, maar het gevolg is van een vergissing in de berekening, kan aanleiding geven tot een vordering tot verbetering, niet tot nietigverklaring (art. 2058 BW).
* **Dwaling over het objectief recht:** Een dading kan niet vernietigd worden op grond van dwaling over het objectieve recht (art. 2052 lid 2 BW). Dit sluit de mogelijkheid uit om zich te beroepen op dwaling over rechtsregels.
* **Feitelijke dwaling over persoon of voorwerp:** Partijen kunnen zich wel beroepen op feitelijke dwalingen over de persoon of het voorwerp (aard of bestaan van subjectieve rechten) van het geschil (art. 2053 BW). Dwaling over de omvang van subjectieve rechten of plichten is echter niet mogelijk.
* **Bedrog:** Een dading kan vernietigd worden op grond van bedrog (art. 2053 BW), bijvoorbeeld door overhaasting, het niet informeren over de ernst van letsels, of misleiding.
* **Geweld:** Een dading kan vernietigd worden op grond van geweld (art. 2053 BW), zijnde ongeoorloofde dwang om een dading te doen sluiten. Dreigen met een geoorloofd rechtsmiddel is op zich geen geweld, tenzij het disproportioneel is of er ten onrechte gedreigd wordt met niet-bestaande rechtsmiddelen.
* **Benadeling:** Men kan niet opkomen tegen een dading wegens benadeling (art. 2052 lid 2 en art. 4.105 §4 BW).
#### 3.2.4 Voorwerp en oorzaak
Het voorwerp van de dading is de inhoud van het contract, de verbintenissen die partijen aangaan. Dit moet bestaan, bepaald of bepaalbaar, mogelijk, wettelijk en in de handel zijn, en mag niet strijdig zijn met de openbare orde. Een dading kan bijvoorbeeld niet gaan over een strafvordering, maar wel over de burgerlijke gevolgen van een misdrijf. Dadingen over toekomstige goederen of over de staat van een persoon zijn nietig, behalve wat betreft de vermogensrechtelijke gevolgen.
#### 3.2.5 Vorm en bewijs
Een dading is een consensueel contract en kan dus ook mondeling bestaan. Het geschrift is geen geldigheidsvoorwaarde, maar dient enkel tot bewijs van de dading. Wanneer de dading wordt vastgelegd in een authentieke akte (door een notaris) of in een akkoordvonnis door een rechter, vormt deze een uitvoerbare titel.
#### 3.2.6 Interpretatie
Bij de interpretatie van dadingen gelden de gemeenrechtelijke interpretatieregels van art. 1.12 en 5.64-5.66 BW, herhaald in art. 2048 en 2049 BW. De wil van partijen heeft voorrang op de uitgedrukte wil, en contracten worden restrictief uitgelegd. Dit geldt zowel voor de situatie waarin de omstandigheden gelijk blijven, als bij nieuwe, onvoorziene schade die optreedt na het sluiten van de dading. Partijen kunnen immers enkel geacht worden een dading te hebben gesloten over feiten die zij konden voorzien.
#### 3.2.7 Gevolgen van de dading
* **Relatieve werking:** Een dading bindt enkel de partijen, maar kan wel gevolgen hebben voor derden. Derden kunnen niet meer stellen dat de rechten van de partijen bepaald worden door het vonnis dat tot de dading heeft geleid.
* **Verplichting tot nakoming:** Partijen moeten de dading eerbiedigen en uitvoeren. De dading heeft tussen partijen kracht van gewijsde in hoogste aanleg en kan niet eenzijdig worden herroepen.
* **Sanctie voor niet-nakoming:** Niet-nakoming kan leiden tot een schadebeding, ontbinding bij een uitdrukkelijk ontbindend beding, of bij voldoende ernstige wanprestatie, gerechtelijke ontbinding.
#### 3.2.8 Declaratieve, uitzonderlijk translatieve, werking
In principe is een dading declaratief: partijen stellen vast dat hun rechtstoestand altijd zo is geweest als in de dading is vastgelegd. Er wordt geen eigendom overgedragen, maar de eigendomsverhouding wordt vastgesteld. Uitzonderlijk kan een dading een translatief karakter hebben indien een partij zaken afstaat die buiten de betwisting vallen, waardoor nieuwe rechten voor de tegenpartij ontstaan.
---
# Beëindiging van lastgeving
De lastgevingsovereenkomst kan op diverse gronden eindigen, waaronder natuurlijke beëindiging door overlijden, onbekwaamverklaring, faillissement, of door opzegging door een van de contractpartijen.
## 4.1 Specifieke beëindigingsgronden
### 4.1.1 Overlijden van lastgever of lasthebber
Het mandaat eindigt in principe van rechtswege bij het overlijden van de lastgever of de lasthebber, omdat de lastgevingsovereenkomst een *intuitu personae* karakter heeft.
* **Overlijden van de lastgever:**
* Het overlijden is tegenwerpelijk aan de lasthebber vanaf het moment dat deze er kennis van heeft. Alles wat de lasthebber in onwetendheid verricht, blijft geldig. Dit geldt ook voor derden.
* De lasthebber is verplicht de reeds begonnen zaak voort te zetten tot redelijkerwijze vervanging kan worden voorzien, indien er een dringende noodzakelijkheid bestaat.
* Partijen kunnen overeenkomen dat het mandaat met de erfgenamen voortgaat.
* **Overlijden van de lasthebber:**
* Het mandaat eindigt van rechtswege.
* De erfgenamen van de lasthebber moeten aan de lastgever kennis geven van het overlijden.
* Partijen kunnen bepalen dat het mandaat voortgaat tussen de lastgever en de erfgenamen.
### 4.1.2 Onbekwaamverklaring, faillissement of kennelijk onvermogen
* **Onbekwaamverklaring, faillissement of kennelijk onvermogen:**
* Het mandaat eindigt van rechtswege omdat het een vertrouwensfunctie betreft. Dit geldt zowel voor de lastgever als de lasthebber, tenzij partijen conventioneel anders afwijken.
* Indien de lastgever wilsonbekwaam wordt, eindigt de lastgeving, tenzij er sprake is van een zorgvolmacht.
* **Zorgvolmacht:**
* Een zorgvolmacht stelt een lastgever in staat om te anticiperen op potentiële wilsonbekwaamheid. De lastgever mandeert conventioneel een of meerdere lasthebbers om zijn vermogensrechtelijke belangen waar te nemen vanaf het moment van wilsonbekwaamheid.
* Een zorgvolmacht moet schriftelijk worden opgesteld en geregistreerd.
* De vrederechter kan ambtshalve of op verzoek de uitvoeringsmodaliteiten van de lastgeving controleren en de lastgeving geheel of gedeeltelijk beëindigen indien de uitvoering de belangen van de lastgever in gevaar brengt.
### 4.1.3 Opzegging door de lastgever
* Een lastgever kan de lastgeving eenzijdig beëindigen (*ad nutum*), tenzij partijen contractueel anders hebben afgesproken. Deze eenzijdige beëindigingsmogelijkheid is in beginsel aanvullend.
* Contractueel kan worden bedongen dat de herroeping slechts wegens een bepaalde gegronde reden mag geschieden of dat er een opzeggingstermijn in acht moet worden genomen. Een stilzwijgende afwijking wordt afgeleid uit een mandaat dat deel uitmaakt van een complexere overeenkomst.
* Onherroepelijkheid kan worden bedongen, mits dit beperkt is in tijd en/of voorwerp. Indien de lastgever een verbintenis tot onherroepelijkheid schendt, heeft de lasthebber recht op schadevergoeding. Een onherroepelijk mandaat kan echter nog steeds ontbonden worden onder de voorwaarden bepaald in de wet.
* De opzegging is pas effectief wanneer de lasthebber er kennis van heeft of kon hebben. Ook derden moeten in kennis worden gesteld, anders kan de herroeping hen niet worden tegengeworpen.
* De herroeping mag niet ontijdig, lasterlijk of foutief gebeuren, anders is de lastgever tot schadevergoeding verschuldigd.
### 4.1.4 Opzegging door de lasthebber
* De lasthebber kan de lastgeving opzeggen door kennisgeving van zijn ontslag aan de lastgever.
* Hij is verplicht de schade te vergoeden die de lastgever hierdoor lijdt, tenzij de lastgever zich in de onmogelijkheid bevindt om de lastgeving te volbrengen zonder zelf aanmerkelijke schade te lijden.
* De lasthebber moet zijn mandaat desnoods verder uitoefenen tot in zijn vervanging is voorzien of kan worden voorzien.
---
**Tip:** Het onderscheid tussen een algemeen en een bijzonder mandaat, en tussen lastgeving in algemene bewoordingen en uitdrukkelijke lastgeving, is cruciaal voor het bepalen van de omvang van de bevoegdheden van de lasthebber en bijgevolg de gevolgen voor de lastgever en derden.
**Voorbeeld:** Een advocaat met een *mandaat ad litem* heeft een bijzonder mandaat (beperkt tot de verdediging van bepaalde rechten) in algemene bewoordingen (specificeert de aard van de rechtshandelingen niet). Voor bepaalde rechtshandelingen, zoals een dading, heeft de advocaat een bijkomend, uitdrukkelijk mandaat nodig.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Lastgevingsovereenkomst | Een overeenkomst waarbij een persoon (lasthebber) belast wordt om rechtshandelingen te stellen voor een ander (lastgever), hetzij in diens naam en voor diens rekening (onmiddellijke lastgeving), hetzij enkel voor diens rekening (middellijke lastgeving). |
| Lasthebber | De persoon die belast is met het stellen van rechtshandelingen voor een ander (de lastgever) krachtens een lastgevingsovereenkomst. |
| Lastgever | De persoon die aan een ander (de lasthebber) de opdracht geeft om rechtshandelingen te stellen voor zijn rekening. |
| Onmiddellijke vertegenwoordiging | Situatie waarbij de vertegenwoordiger (lasthebber) rechtshandelingen stelt in naam én voor rekening van de vertegenwoordigde (lastgever), waardoor de rechtsgevolgen rechtstreeks aan de vertegenwoordigde worden toegekend. |
| Middellijke vertegenwoordiging | Situatie waarbij de vertegenwoordiger (lasthebber) rechtshandelingen stelt in eigen naam maar voor rekening van de vertegenwoordigde (lastgever), waardoor de rechtsgevolgen aanvankelijk tussen de vertegenwoordiger en de derde ontstaan. |
| Consensueel contract | Een contract dat tot stand komt door de loutere toestemming van de partijen, zonder dat verdere formaliteiten of de overhandiging van een zaak vereist zijn. |
| Authentieke akte | Een akte die verleden is door een openbaar ambtenaar (zoals een notaris) en die tot doel heeft om de rechtshandeling een zekere bewijskracht en/of rechtsgevolgen te verlenen. |
| Volmacht | De vertegenwoordigingsmacht die aan een persoon (lasthebber) wordt verleend door een ander (lastgever) om rechtshandelingen te stellen namens deze laatste. |
| Dading | Een contract waarbij partijen een gerezen of toekomstig geschil voorkomen of beëindigen door wederzijdse toegevingen te doen, met als doel rechtsonzekerheid weg te nemen. |
| Vaststellingscontract | Een contract dat tot doel heeft een onzekerheid of een geschil tussen partijen te beëindigen door middel van een vaststelling, die door de partijen zelf, door één van hen, of door een derde kan geschieden. |
| Wederzijdse toegevingen | De essentiële elementen van een dading, waarbij elke partij iets toegeeft om het geschil te beëindigen; deze toegevingen hoeven niet gelijkwaardig te zijn. |
| Schijnmandaat | Een situatie waarbij een derde er te goeder trouw van uitgaat dat een persoon de bevoegdheid heeft om op te treden als vertegenwoordiger, hoewel dit niet het geval is, en waarbij de lastgever mede de schijn heeft gewekt of in stand gehouden. |
| Zaakwaarneming | Het vrijwillig en zonder wettelijke verplichting behartigen van andermans belang zonder daartoe gemachtigd te zijn, waarbij de zaakwaarnemer bepaalde verplichtingen en rechten heeft ten opzichte van de belanghebbende. |
| Ongerechtvaardigde verrijking | Een principe waarbij iemand die zonder wettige oorzaak ten koste van een ander verrijkt is, deze verrijking moet teruggeven, tot beloop van de verarming. |
| Benoemd contract | Een contract waarvoor de wet een specifieke regeling voorziet, zoals de dading (art. 2044-2058 BW). |
| Gemeenrechtelijk contract | Een contract dat niet specifiek in de wet is geregeld, maar waarvoor de algemene regels van het verbintenissenrecht van toepassing zijn. |
| Dwaling over objectief recht | Onjuiste voorstelling van de toepasselijke rechtsregels; een dading kan hierdoor niet vernietigd worden. |
| Dwaling over feitelijke omstandigheden | Onjuiste voorstelling van feiten met betrekking tot de persoon of het voorwerp van het geschil; hierop kan men zich wel beroepen om een dading te vernietigen. |
| Bedrog | Het opzettelijk misleiden van een partij om deze tot het sluiten van een contract te bewegen; kan leiden tot de vernietiging van een dading. |
| Geweld | Ongeoorloofde dwang of bedreiging om een partij tot het sluiten van een contract te bewegen; kan leiden tot de vernietiging van een dading. |
| Benadeling | Een onevenwicht tussen de prestaties van de partijen bij een contract; men kan niet opkomen tegen een dading wegens benadeling. |
| Declaratieve werking | Kenmerk van een dading waarbij partijen slechts vaststellen hoe hun rechtstoestand altijd al is geweest, zonder nieuwe rechten te creëren. |
| Translatieve werking | Kenmerk van een dading waarbij nieuwe rechten ontstaan, bijvoorbeeld doordat een partij zaken afstaat die buiten de betwisting vallen. |