Cover
Zacznij teraz za darmo buitencontractuele aansprakelijkheid.pptx
Summary
# Inleidende bepalingen en grondbeginselen van buitencontractuele aansprakelijkheid
Dit onderwerp legt de fundamentele principes bloot van aansprakelijkheid die ontstaat zonder voorafgaand contract, en analyseert de relatie en mogelijke overlap met contractuele aansprakelijkheid.
### 1.1 De aard van buitencontractuele aansprakelijkheid
Buitencontractuele aansprakelijkheid, ook wel extracontractuele aansprakelijkheid genoemd, omvat de juridische verplichting die ontstaat wanneer iemand schade toebrengt aan een ander, zonder dat er een contractuele relatie tussen hen bestaat. Het principe is "wie een fout begaat, is aansprakelijk voor de schade die hij aan een ander veroorzaakt".
#### 1.1.1 Relatie met contractuele aansprakelijkheid
* De regels inzake buitencontractuele aansprakelijkheid zijn in principe aanvullend op de contractuele aansprakelijkheid, tenzij er sprake is van aantasting van de fysieke of psychische integriteit van een persoon of van opzet.
* In situaties waar zowel contractuele als buitencontractuele aansprakelijkheid mogelijk is, heeft de benadeelde een keuze. De keuze voor buitencontractuele aansprakelijkheid kan ertoe leiden dat alle verweermiddelen die uit het contract voortvloeien, niet langer toepasbaar zijn.
* De aansprakelijkheid geldt zowel voor natuurlijke personen als voor rechtspersonen.
> **Tip:** Het stellen van de vraag "is er een contract?" is cruciaal om te bepalen of de aansprakelijkheid contractueel of buitencontractueel van aard is.
#### 1.1.2 Situaties zonder contract
Buitencontractuele aansprakelijkheid ontstaat wanneer er geen contractuele band bestaat tussen de veroorzaker van de schade en het slachtoffer.
> **Voorbeeld:** Wanneer u met uw auto een ongeval veroorzaakt waarbij u tegen een andere auto botst en schade aanricht, bent u buitencontractueel aansprakelijk omdat er geen voorafgaand contract met de eigenaar van de aangereden auto bestond.
### 1.2 Feiten die leiden tot aansprakelijkheid
De basis van buitencontractuele aansprakelijkheid rust op drie cumulatieve elementen: een fout, schade en een oorzakelijk verband tussen de fout en de schade.
#### 1.2.1 Aansprakelijkheid voor eigen daad (Art. 6.5 BW)
Elke persoon is aansprakelijk voor schade die hij door zijn eigen fout aan een ander veroorzaakt.
* **Fout:**
* De zwaarte van de fout is niet van belang; zodra er een fout is begaan, kan aansprakelijkheid ontstaan.
* Een fout kan bestaan uit:
* Het overtreden van een specifieke wettelijke norm die bepaald gedrag oplegt of verbiedt.
* Het overtreden van een zorgvuldigheidsnorm. Dit wordt beoordeeld aan de hand van wat een zorgvuldig en redelijk persoon in dezelfde omstandigheden zou hebben gedaan (de 'bonus pater familias'). Zelfs indien een specifieke wet niet wordt overtreden, kan er toch sprake zijn van een fout indien men niet handelt zoals een normaal zorgvuldig persoon.
* **Uitzonderingen op de fout:** Overmacht, wettige zelfverdediging (mits proportioneel) en toestemming van de benadeelde.
> **Voorbeeld:** Tijdens hevige sneeuwval 120 kilometer per uur rijden is geen overtreding van de snelheidslimiet, maar het kan wel als een fout worden beschouwd omdat een zorgvuldig persoon in die omstandigheden langzamer zou rijden. Indien hierdoor schade ontstaat, kan de bestuurder aansprakelijk worden gesteld op basis van het schenden van de zorgvuldigheidsnorm.
* **Schade:** Er moet schade zijn geleden door de benadeelde.
* **Oorzakelijk verband (causaal verband):** Er moet een direct causaal verband bestaan tussen de begane fout en de geleden schade. Elk misdrijf wordt beschouwd als een buitencontractuele fout.
#### 1.2.2 Aansprakelijkheid voor andermans daad
Dit betreft situaties waarin men aansprakelijk wordt gesteld voor de fouten van personen waarvoor men verantwoordelijk is.
* **Aansprakelijkheid van titularissen van gezag over minderjarigen:**
* Ouders zijn foutloos aansprakelijk voor schade veroorzaakt door hun kinderen jonger dan 16 jaar.
* Voor kinderen van 16 jaar en ouder kunnen de ouders de aansprakelijkheid ontlopen indien zij bewijzen dat zij geen fout hebben gemaakt in hun opvoeding of toezicht.
* **Aansprakelijkheid van personen belast met toezicht op anderen:**
* Personen die belast zijn met toezicht op anderen (bv. onderwijsinstellingen) zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door de persoon op wie zij toezicht houden, tenzij zij bewijzen dat zij geen fout hebben gemaakt in hun toezicht.
* **Aansprakelijkheid van de aansteller (werkgever):**
* Een werkgever is aansprakelijk voor fouten begaan door zijn werknemers tijdens en naar aanleiding van hun functie.
* De werkgever kan de schade die hij heeft betaald, in principe alleen verhalen op de werknemer in geval van opzet, zware fout of herhaaldelijke lichte fout.
#### 1.2.3 Aansprakelijkheid voor dieren en zaken
Men is aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een gebrek van een zaak of door een dier.
* **Zaken:** De aansprakelijkheid geldt voor schade die ontstaat door een gebrek in een zaak. Dit is een foutloze aansprakelijkheid. Een gebrek wordt gedefinieerd als een kenmerk waardoor de zaak niet de normale veiligheid biedt die men ervan mag verwachten. Er moet een causaal verband bestaan tussen het gebrek en de schade. De verantwoordelijkheid ligt bij de bewaker of eigenaar van de zaak.
* **Dieren:** De bewaker van een dier is aansprakelijk voor de schade die door het dier wordt aangericht.
### 1.3 Oorzakelijk verband
Om aansprakelijkheid te kunnen vaststellen, moet er een oorzakelijk verband bestaan tussen de fout en de geleden schade.
* Dit verband moet met een redelijke mate van zekerheid vaststaan.
* Indien meerdere personen aansprakelijk zijn voor feiten die leiden tot dezelfde schade, zijn zij in solidum aansprakelijk. Regres is mogelijk.
* Soms kan de aansprakelijke persoon slechts voor een deel van de geleden schade worden aangesproken, waardoor het recht op schadeloosstelling verminderd wordt.
### 1.4 Gevolgen van de aansprakelijkheid
De gevolgen van buitencontractuele aansprakelijkheid zijn gericht op het herstellen van de schade.
* **Integrale schadevergoeding:** Dit betekent dat alle geleden schade moet worden vergoed, en niets meer dan dat.
* De vergoeding kan in natura (het herstellen van de schade) of bij equivalent (betaling van een geldsom) gebeuren.
* De benadeelde mag vrij beschikken over de ontvangen schadevergoeding.
### 1.5 Bevel of verbod
In geval van dreigende schade, kan een partij zich tot de rechtbank wenden om een bevel of verbod te verkrijgen ter voorkoming van de schade of de verergering ervan.
### 1.6 Productaansprakelijkheid
Dit is een specifieke regeling ter bescherming van consumenten bij het gebruik van onveilige producten. Een product is gebrekkig indien het niet de veiligheid biedt die men redelijkerwijs mag verwachten.
### 1.7 Bijzondere regeling voor verkeersslachtoffers
Deze regeling beoogt de bescherming van zwakke weggebruikers. De verzekering van de bestuurder moet schade aan de zwakke weggebruiker vergoeden, zelfs zonder fout van de bestuurder.
* **Voorwaarden:**
* De benadeelde moet een zwakke weggebruiker zijn.
* Enkel lichamelijke schade wordt vergoed.
* Er mag geen sprake zijn van een onverschoonbare fout van de zwakke weggebruiker (indien deze ouder is dan 14 jaar).
---
# Feiten die leiden tot aansprakelijkheid
Dit document bespreekt de concrete feiten en omstandigheden die leiden tot aansprakelijkheid in het buitencontractueel recht, inclusief de rol van eigen daden, foutbegrippen en uitzonderingen daarop.
## 2. Feiten die leiden tot aansprakelijkheid
### 2.1 Aansprakelijkheid voor eigen daad
Aansprakelijkheid voor eigen daden ontstaat wanneer iemand schade veroorzaakt aan een ander door een fout. De zwaarte van de fout is hierbij niet van belang; elk begane fout kan leiden tot aansprakelijkheid.
#### 2.1.1 Foutbegrip
Een fout kan op twee manieren worden gedefinieerd:
1. **Overtreding van een wettelijke norm:** Dit betreft het schenden van een specifieke wet die bepaald gedrag oplegt of verbiedt.
2. **Overtreding van een zorgvuldigheidsnorm:** Dit houdt in dat men handelt op een manier die een zorgvuldig en redelijk persoon niet zou hebben begaan in vergelijkbare omstandigheden. Dit wordt vaak getoetst aan de hand van de 'bonus pater familias' (een goede huisvader).
> **Tip:** Het is niet omdat men geen specifieke wettelijke norm overtreedt, dat men niet aansprakelijk kan zijn. Het gedrag moet steeds getoetst worden aan de zorgvuldigheidsnorm.
#### 2.1.2 Uitzonderingen op aansprakelijkheid voor eigen daad
Er zijn echter omstandigheden waarin iemand niet aansprakelijk wordt gesteld, ondanks een potentieel foutieve daad:
* **Overmacht:** Situaties die buiten de wil van de persoon om gebeuren en die niet vermeden konden worden.
* **Wettige zelfverdediging:** Handelingen die noodzakelijk zijn om zichzelf of anderen te beschermen, mits proportioneel.
* **Toestemming van de benadeelde:** Wanneer het slachtoffer voorafgaand toestemming heeft gegeven voor de handeling die tot schade leidt.
> **Voorbeeld:** In geval van sneeuwval tijdens het autorijden, kan 120 kilometer per uur geen overtreding van de maximumsnelheid zijn, maar het kan wel een schending van de zorgvuldigheidsnorm vormen indien een redelijk persoon in die omstandigheden langzamer zou rijden.
#### 2.1.3 Schema Art. 6.5 BW
Het schema voor aansprakelijkheid voor eigen daad volgens artikel 6.5 van het Burgerlijk Wetboek is als volgt:
1. **Fout:**
* a. Overtreding van een specifieke norm
* b. Overtreding van de zorgvuldigheidsnorm ('bonus pater familias')
2. **Schade:** Er moet daadwerkelijk schade zijn geleden.
3. **Causaal verband:** Er moet een direct verband bestaan tussen de fout en de geleden schade.
Elk misdrijf kan beschouwd worden als een buitencontractuele fout.
### 2.2 Aansprakelijkheid voor andermans daad
Naast eigen daden, kan men ook aansprakelijk gesteld worden voor de daden van anderen.
#### 2.2.1 Aansprakelijkheid van titularissen van gezag over minderjarigen
Ouders of wettelijke vertegenwoordigers zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door minderjarigen jonger dan 16 jaar.
* **Minderjarigen ouder dan 16 jaar:** In dit geval kan de titularis van het gezag ontsnappen aan aansprakelijkheid indien hij kan bewijzen dat hij geen fout heeft gemaakt in zijn toezicht of opvoeding. De beoordeling hiervan is gebaseerd op factoren zoals de plaats en tijd van de schade, de activiteit van de minderjarige, en diens fysieke en mentale toestand.
> **Tip:** Voor minderjarigen jonger dan 12 jaar geldt sinds 1 januari 2025 een algemeen aansprakelijkheidsverbod. Vroeger was dit vanaf 7 of 8 jaar (jaren des onderscheids).
#### 2.2.2 Aansprakelijkheid van personen belast met toezicht op anderen
Personen die belast zijn met het toezicht op anderen (bv. onderwijsinstellingen) zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door de persoon op wie zij toezicht hebben, tenzij zij kunnen bewijzen dat zij geen fout hebben gemaakt in hun toezicht.
> **Voorbeeld:** Een school is aansprakelijk voor schade die een leerling aan een derde berokkent tijdens schooluren, tenzij de school kan aantonen dat er geen nalatigheid was in het toezicht.
#### 2.2.3 Aansprakelijkheid van de aansteller (werkgever)
Een werkgever is aansprakelijk voor fouten begaan door zijn werknemers tijdens en naar aanleiding van hun functie. Dit geldt ook wanneer de werkgever een overheidsinstantie is.
* **Verhaalsmogelijkheid voor de werkgever:** Een werkgever kan de schade wel verhalen op de werknemer, maar enkel in geval van opzet, zware fout of herhaaldelijke lichte fout van de werknemer.
### 2.3 Aansprakelijkheid voor dieren en zaken
Men is aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een gebrek aan een zaak of door een dier waarvoor men de bewaker of eigenaar is.
* **Gebrek aan een zaak:** Een zaak wordt als gebrekkig beschouwd indien de kenmerken ervan leiden tot een afwijkende veiligheid. De aansprakelijkheid is hier foutloze aansprakelijkheid, waarbij enkel een causaal verband tussen het gebrek en de schade bewezen moet worden.
* **Dieren:** De bewaker van een dier is aansprakelijk voor de schade die het dier aanricht.
### 2.4 Geesteszieken
Geesteszieken zijn aansprakelijk voor hun daden, maar de rechter kan de schadevergoeding beperken. Dit geldt analoog aan de regeling voor kinderen vanaf 12 jaar.
---
# Aansprakelijkheid voor andermans daden, dieren en zaken
Het deel 'Aansprakelijkheid voor andermans daden, dieren en zaken' behandelt de kwalitatieve aansprakelijkheid, waarbij men verantwoordelijk wordt gehouden voor de daden van anderen of voor schade veroorzaakt door dieren en gebrekkige zaken.
## 3 Aansprakelijkheid voor andermans daden, dieren en zaken
### 3.1 Kwalitatieve aansprakelijkheid: een overzicht
Kwalitatieve aansprakelijkheid houdt in dat men aansprakelijk wordt gesteld voor gebeurtenissen waarvoor men niet direct zelf een fout heeft begaan, maar waarvoor men wel een bepaalde hoedanigheid of relatie heeft (zoals ouder, werkgever, bezitter van een dier of zaak). Dit is een vorm van foutloze aansprakelijkheid, waarbij de aansprakelijkheid niet afhangt van een eigen fout, maar van de hoedanigheid waarin men zich bevindt.
### 3.2 Aansprakelijkheid voor daden van anderen
#### 3.2.1 Aansprakelijkheid van titularissen van ouderlijk gezag over minderjarigen
Ouders of degenen die het ouderlijk gezag uitoefenen, zijn aansprakelijk voor schade die wordt veroorzaakt door minderjarige kinderen die jonger zijn dan zestien jaar.
* **Minderjarigen jonger dan zestien jaar:** De titularis van het ouderlijk gezag is foutloos aansprakelijk voor de schade die door deze minderjarige wordt veroorzaakt. Dit betekent dat hun aansprakelijkheid niet afhangt van een eigen fout van de titularis.
* **Minderjarigen van zestien jaar of ouder, maar jonger dan achttien jaar:** In dit geval kan de titularis van het ouderlijk gezag aan de aansprakelijkheid ontsnappen indien hij kan bewijzen dat hij geen fout heeft gemaakt bij de opvoeding en het toezicht. De beoordeling hiervan hangt af van verschillende factoren, zoals het tijdstip en de plaats van de schade, de activiteit van de minderjarige, en diens fysieke en mentale toestand.
> **Tip:** Voor minderjarigen jonger dan zestien jaar is het bewijs van een fout door de titularis niet vereist.
#### 3.2.2 Aansprakelijkheid van personen belast met toezicht op anderen
Personen die belast zijn met het toezicht op anderen (zoals onderwijsinstellingen of begeleiders) zijn aansprakelijk voor schade veroorzaakt door de persoon op wie zij toezicht hebben. Ook hier geldt een uitzondering: indien de toezichthouder kan aantonen dat hij geen fout heeft gemaakt in de uitoefening van zijn toezicht, kan hij aan aansprakelijkheid ontsnappen.
* **Onderwijsinstellingen:** Een onderwijsinstelling is aansprakelijk voor schade die een leerling aan een derde berokkent, terwijl de leerling onder toezicht van de instelling stond. De instelling kan echter ontsnappen aan aansprakelijkheid als zij kan bewijzen dat zij geen toezichtfout heeft gemaakt.
#### 3.2.3 Aansprakelijkheid van de aansteller (werkgever)
De werkgever is aansprakelijk voor fouten die zijn werknemers begaan tijdens en naar aanleiding van hun dienstverband. De werkgever heeft in deze context gezag en toezicht over de werknemer. Deze regel geldt ook wanneer de werkgever zelf een rechtspersoon is.
De werkgever kan zijn verhaalsrecht op de werknemer beperken tot gevallen van opzet, zware fout of herhaaldelijke lichte fout van de werknemer.
> **Voorbeeld:** Een vrachtwagenchauffeur veroorzaakt een ongeval door roekeloos rijgedrag tijdens het uitoefenen van zijn werkzaamheden. De werkgever van de chauffeur zal aansprakelijk zijn voor de door het ongeval veroorzaakte schade.
### 3.3 Aansprakelijkheid voor dieren
De bewaker van een dier is aansprakelijk voor de schade die door dit dier wordt aangericht. Dit is een vorm van foutloze aansprakelijkheid. De aansprakelijkheid rust op de persoon die de bewaking, het toezicht en het gebruik van het dier heeft.
* **Vereisten:**
* Schade ontstaan door het dier.
* Een oorzakelijk verband tussen de handeling van het dier en de schade.
> **Tip:** De bewaker kan niet ontsnappen aan aansprakelijkheid door aan te tonen dat hij geen fout heeft gemaakt in het toezicht.
### 3.4 Aansprakelijkheid voor zaken
Men is aansprakelijk voor schade veroorzaakt door een gebrek van een zaak die men onder zijn bewaring heeft. Het begrip 'zaak' wordt hier ruim geïnterpreteerd.
* **Vereisten:**
* Schade ontstaan door een gebrek van de zaak.
* Het gebrek is een kenmerk waardoor de zaak niet de normale veiligheid biedt die men ervan mag verwachten.
* Er moet een oorzakelijk verband bestaan tussen het gebrek van de zaak en de schade.
De aansprakelijkheid rust op de persoon die de bewaking van de zaak uitoefent. Dit is eveneens een vorm van foutloze aansprakelijkheid.
> **Voorbeeld:** Een loszittende dakpan valt van een gebouw en veroorzaakt schade aan een passerende auto. De eigenaar of beheerder van het gebouw kan aansprakelijk zijn wegens het gebrek aan de zaak (de dakpan).
---
# Oorzakelijk verband, schade en de gevolgen van aansprakelijkheid
Dit deel van de studiehandleiding behandelt de essentiële vereisten voor aansprakelijkheid, namelijk het oorzakelijk verband tussen een fout en de daaruit voortvloeiende schade, de berekening en aard van die schade, en de uiteindelijke gevolgen en vergoedingen voor de benadeelde partij.
### 4.1 Oorzakelijk verband
Een cruciaal element voor het vaststellen van aansprakelijkheid is het bestaan van een oorzakelijk verband tussen de fout die is begaan en de geleden schade. Dit verband moet met een redelijke mate van zekerheid kunnen worden vastgesteld.
> **Tip:** Het is essentieel om aan te kunnen tonen dat de schade er niet zou zijn geweest zonder de fout. Zonder dit causale verband kan er geen aansprakelijkheid worden aangenomen.
### 4.2 Schade
Schade kan worden onderverdeeld in twee hoofdcategorieën:
* **Patrimoniale schade:** Dit betreft de schade die een economische impact heeft op het vermogen van het slachtoffer. Hieronder valt directe schade (bv. kosten voor herstel) en verlies van winst.
* **Extrapatrimoniale schade:** Dit betreft immateriële schade, zoals pijn, leed, verlies van levensvreugde, of aantasting van de fysieke of psychische integriteit.
De berekening van schade gebeurt vaak aan de hand van indicatieve tabellen, hoewel de rechter uiteindelijk de hoogte van de schadevergoeding vaststelt.
#### 4.2.1 Preventie en voorkoming van schade
De benadeelde partij heeft de plicht om zich te gedragen als een zorgvuldig en redelijk persoon om de schade te beperken of te voorkomen. Kosten die noodzakelijk zijn om dreigende schade te voorkomen of verergering tegen te gaan, kunnen op de aansprakelijke persoon worden verhaald.
De rechter kan ook een gebod of verbod opleggen om de verergering van schade te voorkomen.
### 4.3 Gevolgen van aansprakelijkheid
De gevolgen van aansprakelijkheid omvatten de verplichting tot vergoeding van de geleden schade.
#### 4.3.1 Integrale schadevergoeding
Het principe van integrale schadevergoeding houdt in dat de benadeelde partij wordt vergoed voor alle geleden schade en niets meer dan dat. De schadevergoeding kan op twee manieren worden toegekend:
* **In natura:** Herstel van de situatie zoals die zou zijn geweest zonder de fout.
* **Bij schadevergoeding:** Een financiële compensatie voor de geleden schade.
De benadeelde partij mag vrij beschikken over de toegekende schadevergoeding.
#### 4.3.2 Bevel of verbod
In gevallen waarin iemand vreest schade te lijden, kan deze zich tot de rechtbank wenden met het verzoek om een maatregel te treffen die de schade zou voorkomen. Dit kan een bevel tot handelen of een verbod tot handelen inhouden.
#### 4.3.3 Solidariteit en regres
Indien meerdere personen aansprakelijk zijn voor feiten die leiden tot dezelfde schade, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk (in solidum). Dit betekent dat de benadeelde partij elke aansprakelijke persoon voor het geheel van de schade kan aanspreken. De aansprakelijke personen kunnen vervolgens onderling regresrecht uitoefenen om de reeds betaalde schadevergoeding te verdelen.
#### 4.3.4 Vermindering van schadeloosstelling
In bepaalde gevallen kan de schadeloosstelling van de benadeelde partij worden verminderd. Dit geldt bijvoorbeeld voor kinderen jonger dan twaalf jaar, waarbij de rechter de schadevergoeding kan schrappen of beperken op basis van de omstandigheden.
> **Voorbeeld:** Een kind van acht jaar veroorzaakt met vuur een brand. Hoewel het kind technisch gezien een fout heeft begaan, kan de rechter de schadevergoeding beperken of schrappen, omdat van een kind van die leeftijd geen volledige verantwoordelijkheid verwacht kan worden.
Indien er sprake is van een verzekering, kan de rechter echter niet de schadevergoeding beperken of schrappen.
---
# Bijzondere regelingen
Dit omvat specifieke wetgevingen, zoals productaansprakelijkheid en bijzondere regelingen voor verkeersslachtoffers, die afwijken van de algemene regels voor buitencontractuele aansprakelijkheid.
### 5.1 Productaansprakelijkheid
De regels inzake productaansprakelijkheid zijn gericht op de bescherming van consumenten bij het gebruik van onveilige producten. Een product wordt als gebrekkig beschouwd indien het niet de veiligheid biedt die men redelijkerwijs mag verwachten.
### 5.2 Bijzondere regeling voor verkeersslachtoffers
Het doel van deze bijzondere regeling is de bescherming van de zwakke weggebruiker. De verzekering van de bestuurder is verplicht de schade van de zwakke weggebruiker te vergoeden, zelfs indien er geen sprake was van een fout van de bestuurder.
De voorwaarden voor deze regeling zijn:
* De benadeelde moet een zwakke weggebruiker zijn.
* Enkel de vergoeding van lichamelijke schade is mogelijk.
* Er mag geen sprake zijn van een onverschoonbare fout van de zwakke weggebruiker, indien deze ouder is dan veertien jaar.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Buitencontractuele aansprakelijkheid | De juridische verplichting die ontstaat wanneer iemand schade toebrengt aan een ander zonder dat er een voorafgaand contract tussen hen bestaat. Dit kan voortvloeien uit een foutieve daad, een gebrek aan een zaak, of de daden van personen waarvoor men verantwoordelijk is. |
| Contractuele aansprakelijkheid | De juridische verplichting die voortvloeit uit het niet nakomen van de afspraken zoals vastgelegd in een contract. De benadeelde partij kan dan uitvoering in natura of een schadevergoeding vorderen. |
| Exoneratie | Een clausule in een contract die de aansprakelijkheid van een partij voor bepaalde gebeurtenissen of gevolgen beperkt of uitsluit. Dit is echter niet altijd toegestaan, bijvoorbeeld bij aantasting van de fysieke of psychische integriteit. |
| Hulppersoon | Een persoon die door een contractant wordt ingeschakeld om de verbintenissen uit het contract uit te voeren. De contractant kan aansprakelijk zijn voor fouten begaan door deze hulppersoon. |
| Natuurlijke personen | Individuen, mensen van vlees en bloed, die drager kunnen zijn van rechten en plichten en dus ook aansprakelijk gesteld kunnen worden. |
| Rechtspersonen | Juridische entiteiten, zoals vennootschappen of verenigingen, die zelfstandig rechten en plichten kunnen dragen en aansprakelijk kunnen worden gesteld. |
| Fout | Een handeling of nalaten dat strijdig is met de wet, een wettelijke norm, of de zorgvuldigheidsnorm die van een redelijk persoon verwacht mag worden. De zwaarte van de fout is voor de aansprakelijkheid niet van belang, zodra er een fout is, kan er aansprakelijkheid volgen. |
| Wettelijke norm | Een regel die door de wetgever is vastgesteld en die een specifiek gedrag oplegt of verbiedt. Het overtreden van zo"n norm kan een fout opleveren. |
| Zorgvuldigheidsnorm | Een algemene gedragsstandaard die bepaalt hoe een zorgvuldig en redelijk persoon in vergelijkbare omstandigheden zou handelen. Het niet voldoen aan deze norm kan leiden tot aansprakelijkheid. |
| Overmacht | Een situatie die buiten de wil van de betrokkene omgaat en die onoverkomelijk is, waardoor het plegen van de daad of het nalaten ervan onvermijdelijk wordt. Dit kan een grond zijn om aansprakelijkheid uit te sluiten. |
| Wettige verdediging | Het zich verdedigen tegen een aanval op een proportionele manier. Dit kan een rechtvaardiging zijn voor een handeling die anders als fout zou worden beschouwd. |
| Toestemming benadeelde | Wanneer de persoon die schade lijdt voorafgaand toestemming heeft gegeven voor de handeling die tot de schade leidt. Dit kan de aansprakelijkheid doen wegvallen. |
| Bonus pater familias | Latijnse term die verwijst naar de "goede huisvader" of een zorgvuldig en redelijk persoon. Dit is de maatstaf waaraan gedrag wordt getoetst om te bepalen of er sprake is van een schending van de zorgvuldigheidsnorm. |
| Causaal verband | Het noodzakelijke verband tussen een fout en de geleden schade. Zonder dit verband kan er geen aansprakelijkheid zijn, omdat de schade niet direct door de fout is veroorzaakt. |
| Kwalitatieve aansprakelijkheid | Aansprakelijkheid die men draagt voor daden of nalatens van personen waarvoor men verantwoordelijk is (bv. ouders voor kinderen, werkgevers voor werknemers) of voor zaken en dieren. De eigen fout is hierbij niet altijd vereist. |
| Handel bekwaam | De juridische capaciteit van een persoon om zelfstandig rechtshandelingen te verrichten, zoals het sluiten van contracten. In België is dit over het algemeen vanaf 18 jaar. |
| Jaren des onderscheids | De leeftijd vanaf welke een kind wordt geacht het verschil te begrijpen tussen wat mag en niet mag, en dus verantwoordelijk kan worden gehouden voor zijn daden. |
| Integrale schadevergoeding | Het principe dat de benadeelde partij volledig schadeloos gesteld moet worden voor alle geleden schade, zonder winst of verlies. Dit betekent dat de vergoeding gelijk moet zijn aan de schade. |
| Ecxratrimoniaal | Schade die niet direct in geld uit te drukken is, zoals immateriële schade, smartengeld, of verlies van levensvreugde. |
| Patrimoniaal | Schade die wel direct in geld uit te drukken is, zoals materiële schade, verlies van inkomen, of kosten voor herstel. |
| Productaansprakelijkheid | Een specifieke vorm van aansprakelijkheid die producenten treft voor schade veroorzaakt door gebrekkige producten die zij op de markt hebben gebracht. De veiligheid die men redelijkerwijs mag verwachten, is hierbij de norm. |
| Verkeersslachtoffers | Personen die letsel oplopen als gevolg van een verkeersongeval. Voor hen gelden vaak bijzondere beschermingsregels, met name voor zwakke weggebruikers. |