Cover
Mulai sekarang gratis lichaamstemp_les_4ejaar_2023.pptx
Summary
# Thermoregulatie en de basisprincipes
Thermoregulatie en de basisprincipes
Dit onderwerp behandelt de mechanismen van thermoregulatie in het menselijk lichaam, inclusief warmteproductie, warmteverlies en de centrale controle ervan, evenals de normale temperatuurbereiken en dagelijkse variaties.
## 1. Thermoregulatie: een overzicht
Thermoregulatie is het vermogen van het lichaam om de kerntemperatuur binnen een nauw fysiologisch bereik te handhaven, ondanks externe en interne schommelingen. Dit proces is essentieel voor optimale biochemische reacties en orgaanfunctie.
### 1.1 Lichaamstemperatuur: normale bereiken en variaties
De normale lichaamstemperatuur ligt doorgaans tussen $35,8$ en $37,2$ graden Celsius. Er is een dagelijkse variatie (diurne variatie), waarbij de temperatuur 's ochtends lager is en 's avonds hoger. Externe factoren zoals omgevingsfactoren (luchttemperatuur, luchtvochtigheid, windsnelheid) en interne factoren zoals fysieke activiteit (inclusief spieractiviteit, zowel willekeurig als onwillekeurig, zoals beven) en metabole activiteit (bijvoorbeeld in bruin vetweefsel) beïnvloeden de lichaamstemperatuur. Het lichaam probeert een evenwicht te bewaren tussen warmteproductie en warmteverlies.
### 1.2 Warmteproductie
Warmte wordt in het lichaam geproduceerd door:
* **Metabole activiteit:** Basale metabole processen genereren continu warmte.
* **Spieractiviteit:** Willekeurige bewegingen en onwillekeurige processen zoals beven produceren aanzienlijke warmte.
* **Bruin vetweefsel:** Speelt een rol bij warmteproductie, met name bij pasgeborenen en bij blootstelling aan kou.
### 1.3 Warmteverlies
Warmte wordt aan de omgeving afgegeven via verschillende mechanismen:
* **Verdamping:** Zweet verdampt van de huid, wat warmte onttrekt. Dit is een zeer efficiënt mechanisme, vooral bij hoge omgevingstemperaturen.
* **Convectie:** Warmteoverdracht aan de lucht die langs de huid stroomt. Een laminaire luchtstroom vermindert dit effect, terwijl ventilatie (snellere luchtstroom) het verhoogt.
* **Radiatie:** Afgifte van infrarode straling vanuit het lichaam naar koelere omgevingsobjecten.
* **Conductie:** Warmteoverdracht door direct contact met een materie (bijvoorbeeld het aanraken van een koud voorwerp).
Ongeveer $70\%$ van de warmte wordt verloren door verdamping.
### 1.4 Centrale controle van thermoregulatie
Het centrale controlesysteem voor thermoregulatie bevindt zich in de hypothalamus, die functioneert als de "thermostaat" van het lichaam.
* **Sensoren:** Temperatuursensoren bevinden zich zowel in de huid (perifere sensoren) als centraal in het centrale zenuwstelsel (CZS).
* **Controlesysteem (Thermostaat):** De hypothalamus ontvangt signalen van de sensoren en vergelijkt deze met het ingestelde punt ('set point').
* **Effectoren:** Bij afwijkingen van het set point activeert de hypothalamus effectoren om de temperatuur aan te passen. Dit kan leiden tot:
* **Cutane vasoconstrictie:** Vernauwing van bloedvaten in de huid om warmteverlies te verminderen.
* **Cutane vasodilatatie:** Verwijding van bloedvaten in de huid om warmteafgifte te verhogen.
* **Veranderingen in hartdebiet en ademhaling:** Verhoogde hartslag en ademhalingsfrequentie kunnen de warmteafgifte beïnvloeden.
* **Zweten:** Stimulatie van zweetklieren voor warmteafgifte door verdamping.
* **Spieractiviteit:** Willekeurige of onwillekeurige spieractiviteit kan worden verhoogd om warmte te produceren.
### 1.5 Gestoorde thermoregulatie
Wanneer de balans tussen warmteproductie en warmteverlies verstoord raakt, of wanneer het centrale controlesysteem faalt, kan de lichaamstemperatuur afwijken. Grote stijgingen van de lichaamstemperatuur kunnen worden veroorzaakt door:
* **Overmatige warmteproductie.**
* **Gestoorde warmteafgave.**
* **Gestoorde thermoregulatie.**
* **Wijziging van het 'set point'.**
## 2. Koorts (Febrile Hyperthermia)
Koorts is een gecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur tot een nieuw, verhoogd set point. Het wordt beschouwd als een beschermende reactie van het lichaam op een agressor.
### 2.1 Oorzaken van koorts
Koorts kan worden veroorzaakt door diverse factoren, waaronder:
* **Infecties:** Bacteriële, virale of protozoaire infecties.
* **Weefselbeschadiging:** Bijvoorbeeld na een infarct, trauma of chirurgische ingrepen.
* **Maligne ziekten:** Bepaalde kankers zoals lymfomen en solide tumoren.
* **Systeemlijden:** Auto-immuunziekten zoals Systemische Lupus Erythematosus (SLE) en Reumatoïde Artritis (RA).
* **Tromboembolieën:** Zoals een longembolie.
* **Immunologische stoornissen:** Inclusief transfusiereacties.
* **Medicatie.**
### 2.2 Pathofysiologie van koorts
* **Exogene pyrogenen:** Stoffen van buiten het lichaam, zoals bacteriële endotoxinen, virussen of medicatie, kunnen een immuunrespons triggeren.
* **Endogene pyrogenen (Cytokines):** Tijdens een immuunrespons produceren immuuncellen (zoals macrofagen en neutrofielen) cytokines, zoals interleukine-1 (IL-1), interleukine-6 (IL-6), tumornecrosefactor-alfa (TNF-$\alpha$) en interferon (IFN). Deze cytokines beïnvloeden de hypothalamus en verhogen het 'set point' voor de lichaamstemperatuur.
* **Verhoogd set point:** De hypothalamus past de lichaamstemperatuur aan naar het nieuwe, hogere set point. Dit leidt tot gedrag en fysiologische veranderingen die de lichaamstemperatuur verhogen (bijvoorbeeld rillen, vasoconstrictie).
### 2.3 Noodzaak en behandeling van koorts
Koorts kan nuttig zijn voor het bestrijden van infecties, omdat hogere temperaturen de replicatie van sommige pathogenen kunnen remmen en de immuunrespons kunnen versterken. Er is echter niet altijd een noodzaak om koorts routinematig te behandelen. Behandeling is met name aangewezen in specifieke situaties:
* **Strikt aangewezen bij:**
* Septische shock.
* Centraal neurologische pathologie (hersenletsel, CVA, bloeding, verhoogde intracraniële druk).
* Patiënten met cardiopulmonale belasting.
* Extreem hoge temperaturen (bv. $> 40$ graden Celsius) bij hemodynamische instabiliteit.
* Patiënten met een geschiedenis van epilepsie.
* Subjectieve hinder door de koorts.
* **Behandelingsmethoden:**
* **Antipyretica:** Medicatie die de synthese van prostaglandines remt, zoals paracetamol (15 mg/kg tot 4 maal daags) en aspirine (15 mg/kg tot 4 maal daags).
* **Fysiek koelen:** Kan in tweede instantie worden toegepast.
## 3. Hyperthermie
Hyperthermie is een ongecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur, waarbij de warmteproductie de warmteafgifte overtreft, zonder dat het 'set point' van de hypothalamus verhoogd is. Het is een potentieel levensbedreigende toestand die onmiddellijke herkenning en behandeling vereist.
### 3.1 Oorzaken van hyperthermie
Hyperthermie kan worden onderverdeeld in verschillende syndromen, afhankelijk van de onderliggende oorzaak:
#### 3.1.1 Hyperthermiesyndromen door overmatige warmteproductie
* **Exertional heat stroke:** Hitteberoerte veroorzaakt door extreme fysieke inspanning, vaak in combinatie met hoge omgevingsfactoren.
* **Maligne hyperthermie:** Een genetische aandoening die optreedt na blootstelling aan bepaalde inhalatieanesthetica of succinylcholine. Het leidt tot een hypermetabole toestand met spierrigiditeit en snelle temperatuurstijging.
* **Maligne neurolepticum syndroom (MNS):** Een idiosyncratische reactie op dopamine-antagonisten, gekenmerkt door hyperthermie, rigiditeit, autonome dysfunctie en gedragsveranderingen.
* **Serotonerge syndroom (SS):** Een potentieel levensbedreigende reactie op medicatie met verhoogde serotonerge activiteit, gekenmerkt door een triade van neuromusculaire, autonome en gedragsveranderingen. Kan leiden tot ernstige hyperthermie.
* **Lethale catatonie:** Een zeldzaam, ernstig psychiatrisch syndroom.
* **Thyreotoxicose en feochromocytoom:** Hormonale aandoeningen die de metabole snelheid verhogen.
* **Drug abuse:** Gebruik van stimulerende middelen zoals cocaïne, amfetamines, MDMA en GHB kan leiden tot verhoogde warmteproductie.
* **Delirium tremens en status epilepticus/tetanus:** Toestanden met extreme spieractiviteit en verhoogd metabolisme.
#### 3.1.2 Hyperthermiesyndromen door gestoorde warmteafgifte
* **Classic heat stroke:** Hitteberoerte die optreedt bij blootstelling aan hoge omgevingstemperaturen, vaak bij ouderen of personen met cardiovasculaire beperkingen, dehydratie, of autonome dysfunctie (bv. door anticholinergica).
* **Drug abuse:** Sommige drugs kunnen de warmteafgifte belemmeren.
* **Autonome dysfunctie:** Problemen met de regulatie van zweetklieren en bloedvaten.
#### 3.1.3 Hyperthermiesyndromen door gestoorde thermoregulatie
* **Centraal zenuwstelsel (CZS) pathologie:** CVA, encefalitis, hersentrauma kunnen de hypothalamus aantasten.
### 3.2 Gevolgen van hyperthermie
Ernstige of onbehandelde hyperthermie kan leiden tot orgaanfalen (MODS - Multiple Organ Dysfunction Syndrome), waaronder:
* Rhabdomyolyse (afbraak van spierweefsel) met acute nierinsufficiëntie (ANI).
* Diffuse intravasale stolling (DIC).
* Respiratoir falen (ARDS).
* Myocardschade.
* Leverfalen.
### 3.3 Behandeling van hyperthermie
De behandeling van hyperthermie is gericht op het onmiddellijk corrigeren van de temperatuur en ondersteunen van de orgaanfuncties.
* **Onmiddellijk koelen:**
* **Fysiek koelen:**
* *Conductie:* Direct contact met koude objecten (onderdompeling, ijsbaden, koelmatras).
* *Convectie en verdamping:* Bevochtigen en ventileren van het lichaam (verneveling met ventilator).
* *Intern koelen:* Spoelen van maag of peritoneum met ijswater.
* **Endovasculaire koeling:** Gebruik van specifieke apparatuur om bloed te koelen.
* **Supportieve therapie:**
* Toediening van vocht en vasopressoren bij hypotensie.
* Ondersteuning van de ademhaling (ET-tube, beademing).
* Behandeling van elektrolytstoornissen (bv. bicarbonaat).
* Behandeling van spieractiviteit en agitatie met benzodiazepines (BZD).
* **Specifieke therapie:** Afhankelijk van de onderliggende oorzaak (zie specifieke syndromen hieronder).
#### 3.3.1 Behandeling van specifieke hyperthermiesyndromen
* **Heat stroke:** Onmiddellijk koelen, supportieve therapie, eventueel endovasculaire koeling.
* **Serotonerge syndroom (SS):**
* Stopzetten van het uitlokkende agens.
* Supportieve therapie, controle van hyperthermie (fysiek koelen).
* Eliminatie van spieractiviteit met niet-depolariserende spierrelaxantia.
* Controle van agitatie met BZD.
* Serotonine-antagonisten zoals cyproheptadine.
* **Maligne neurolepticum syndroom (MNS):**
* Stopzetten van het uitlokkende agens.
* Supportieve therapie, controle van hyperthermie.
* BZD.
* Dopamine-agonisten zoals bromocriptine.
* Dantroleen (vooral bij coma, ernstige hyperthermie en rigiditeit).
* **Maligne hyperthermie:**
* Stopzetten van het uitlokkende agens.
* Dantroleen is het belangrijkste levensreddende middel.
> **Tip:** Het onderscheid tussen koorts en hyperthermie is cruciaal. Koorts is een gecontroleerde verhoging van het set point, vaak met een beschermende functie, terwijl hyperthermie een ongecontroleerde, levensbedreigende stijging van de temperatuur is waarbij het set point niet verhoogd is.
> **Example:** Een patiënt met pneumonie ontwikkelt koorts (bv. 39 graden Celsius) door een verhoogd set point. Een patiënt die langdurig in de volle zon loopt tijdens extreme hitte, zonder voldoende te drinken, kan hyperthermie ontwikkelen (bv. 42 graden Celsius) doordat het lichaam de warmte niet meer kwijt kan.
---
# Koorts: oorzaken, pathofysiologie en behandeling
Koorts is een gecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur tot een nieuw setpoint, vaak als een beschermende reactie op een agressor, terwijl hyperthermie een ongecontroleerde temperatuurstijging is door een verstoring in de balans tussen warmteproductie en warmteafgifte.
### 2.1 Lichaamstemperatuur en thermoregulatie
De normale lichaamstemperatuur ligt tussen 35,8 en 37,2 graden Celsius en kent een circadiaan ritme. Deze temperatuur wordt continu gemonitord door sensoren in de huid en het centrale zenuwstelsel. Het controlecentrum bevindt zich in de hypothalamus, die de thermostaat van het lichaam vormt.
* **Warmteproductie:** Dit wordt beïnvloed door spieractiviteit (zowel willekeurig als onwillekeurig, zoals rillen) en metabole activiteit (inclusief bruin vetweefsel).
* **Warmteafgifte:** Dit gebeurt voornamelijk via verdamping (zweten), radiatie (straling), conductie (contact met materie) en convectie (luchtstroming).
De thermoregulatie kan falen bij:
* Overmatige warmteproductie
* Gestoorde warmteafgifte
* Gestoorde thermoregulatie
* Een wijziging in het 'set point' van de thermostaat.
### 2.2 Koorts
Koorts wordt gedefinieerd als een gecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur tot een nieuw, verhoogd setpoint. Het wordt beschouwd als een beschermende reactie van het lichaam op een agressor.
#### 2.2.1 Oorzaken van koorts
Koorts kan worden veroorzaakt door diverse agressoren:
* **Infecties:** Bacteriën (bv. endotoxines), virussen, protozoa.
* **Weefselbeschadiging:** Traumata, infarcten.
* **Maligne ziekten:** Lymfomen, solide tumoren.
* **Systeemlijden:** Systemische lupus erythematosus (SLE), reumatoïde artritis (RA).
* **Thromboembolie:** Longembolie (LE).
* **Immunologische stoornissen:** Transfusiereacties.
* **Medicatie:** Sommige medicijnen kunnen koorts induceren.
#### 2.2.2 Pathofysiologie van koorts
De pathofysiologie van koorts omvat de interactie tussen pyrogenen en de thermoregulatiecentra.
* **Exogene pyrogenen:** Stoffen van buiten het lichaam, zoals bacteriële endotoxines of virussen, die het immuunsysteem activeren.
* **Endogene pyrogenen:** Cytokines, zoals interleukine-1 (IL-1), interleukine-6 (IL-6), tumornecrosefactor-alfa (TNF-$\alpha$) en interferonen (IFN), die door immuuncellen worden geproduceerd als reactie op exogene pyrogenen of andere stimuli. Deze cytokines bereiken de hypothalamus en zorgen voor een verhoging van het thermische setpoint.
> **Tip:** Hoewel koorts vaak nuttig is, kan het in bepaalde situaties schadelijk zijn, zoals bij hersentrauma of beroerte, waar de verhoogde temperatuur de schade kan verergeren.
#### 2.2.3 Behandeling van koorts
De beslissing om koorts te behandelen is afhankelijk van de specifieke situatie en de patiënt.
* **Strikt aangewezen bij:**
* Septische shock.
* Centraal neurologische pathologie (bv. hersentrauma, CVA, bloedingen).
* **Kan aangewezen zijn bij:**
* Cardiopulmonaal belaste patiënten.
* Ernstige instabiliteit van de bloeddruk, met een temperatuur boven 40 graden Celsius.
* Subjectieve hinder voor de patiënt.
* Epilepsie in de voorgeschiedenis.
**Behandelmethoden:**
* **Medicatie:**
* Paracetamol: 15 mg/kg, tot 4 maal per dag.
* Aspirine: 15 mg/kg, tot 4 maal per dag. Deze medicijnen remmen de prostaglandinesynthese.
* **Fysiek koelen:** Kan als aanvullende maatregel worden toegepast.
### 2.3 Hyperthermie
Hyperthermie is een ongecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur, waarbij de thermoregulatie faalt. Dit is potentieel levensbedreigend en vereist onmiddellijke behandeling. De oorzaak ligt in een verstoring van de balans tussen warmteproductie en warmteafgifte.
#### 2.3.1 Oorzaken van hyperthermie
Hyperthermie kan optreden door:
* **Overmatige warmteproductie:**
* Exertional heat stroke (door extreme fysieke inspanning).
* Maligne hyperthermie (na anesthesie).
* Maligne neurolepticum syndroom.
* Serotoninesyndroom.
* Lethale catatonie.
* Thyreotoxicose, feochromocytoom.
* Drugsgebruik (cocaïne, amfetamines, MDMA, GHB).
* Delirium tremens.
* Status epilepticus, tetanus.
* **Gestoorde warmteafgifte:**
* Classic heat stroke (door omgevingsfactoren, bv. hittegolf).
* Dehydratie.
* Autonome dysfunctie.
* Gebruik van anticholinergica.
* Drugsgebruik (cocaïne).
* **Gestoorde thermoregulatie:**
* CVA, encefalitis, trauma aan het centrale zenuwstelsel.
#### 2.3.2 Hyperthermiesyndroom
Dit syndroom kenmerkt zich door een verhoogde lichaamstemperatuur, ongeacht de precieze oorzaak. Indien onbehandeld of ernstig, kan het leiden tot orgaanfalen. Mogelijke complicaties zijn onder andere:
* Rhabdomyolyse met acuut nierfalen (ANI).
* Diffuse intravasale stolling (DIC).
* Respiratoir falen (ARDS).
* Myocardiale schade.
#### 2.3.3 Specifieke hyperthermiesyndromen
**Heat stroke:**
Een ernstige aandoening gekenmerkt door een centrale temperatuur van meer dan 40 graden Celsius en symptomen van het centrale zenuwstelsel (delirium, convulsies, coma). Oorzaken zijn omgevingsfactoren (classic heat stroke) of extreme fysieke activiteit (exertional heat stroke). Het leidt tot een systemische inflammatoire respons en multi-orgaanfalen (MODS).
* **Behandeling:** Onmiddellijk koelen en ondersteunende therapie. Methoden zijn onder andere conductie (onderdompelen, cold packs), verdamping en convectie (bevochtigen en ventileren), en endovasculaire koeling.
**Serotoninesyndroom (SS):**
Een potentieel levensbedreigende reactie op medicatie, vaak veroorzaakt door een overmatige serotonerge transmissie in het CZS en perifere zenuwstelsel. Symptomen omvatten een triade van neuromusculaire klachten (tremor, hyperreflexie, clonus), autonome dysfunctie (tachycardie, zweten, hyperperistaltiek) en bewustzijnsveranderingen (agitatie, delirium). In ernstige gevallen kan het leiden tot hyperthermie, rhabdomyolyse, acuut nierfalen, DIC en convulsies.
* **Behandeling:** Stoppen van het uitlokkende agens, supportieve therapie, controle van hyperthermie (fysiek koelen, spierrelaxatie met niet-depolariserende curare), controle van agitatie (benzodiazepines) en het gebruik van serotonine-antagonisten zoals cyproheptadine.
**Maligne neurolepticum syndroom (MNS):**
Een idiosyncratische reactie op neuroleptica, gekenmerkt door hyperthermie, bewustzijnsveranderingen (delirium, coma), neuromusculaire symptomen (tandradrigiditeit, tremor) en autonome dysfunctie. De symptomen ontwikkelen zich vaak langzamer dan bij het serotoninesyndroom. Complicaties kunnen rhabdomyolyse, acuut nierfalen en DIC omvatten.
* **Behandeling:** Stoppen van het uitlokkende agens, supportieve therapie, controle van hyperthermie, benzodiazepines, en mogelijk dopamine-agonisten (bv. bromocriptine) of dantroleen bij ernstige symptomen.
**Maligne hyperthermie:**
Een hypermetabole toestand die ontstaat na blootstelling aan inhalatie-anesthetica of succinylcholine bij genetisch gevoelige individuen. Het leidt tot verhoogde kooldioxideproductie, tachycardie, tachypneu, gegeneraliseerde rigiditeit en hyperthermie.
* **Behandeling:** Stoppen van het uitlokkende agens en het gebruik van dantroleen is de levensreddende behandeling.
**Drugs:**
Diverse drugs zoals MDMA kunnen leiden tot hyperthermie door verhoogde serotoninerge, dopaminerge en noradrenerge neurotransmissie, of door interactie met mitochondriale eiwitten. Dit kan leiden tot multi-orgaanfalen, leverfalen, hyponatriëmie en beroertes.
#### 2.3.4 Behandeling van hyperthermie
De behandeling van hyperthermie is gericht op:
1. **Stoppen van het uitlokkende agens.**
2. **Fysiek afkoelen:** Dit is cruciaal en omvat methoden zoals onderdompeling in koud water, gebruik van cold packs, koelmatrassen, en interne koeling (bv. maagspoeling).
3. **Ondersteunende therapie:** Inclusief vochttoediening, vasopressoren, en orgaanondersteuning (bv. mechanische ventilatie).
4. **Specifieke therapie:** Afhankelijk van het specifieke syndroom, zoals benzodiazepines voor agitatie, of specifieke antagonisten zoals dantroleen of cyproheptadine.
### 2.4 Vergelijking Koorts vs. Hyperthermie
| Kenmerk | Koorts | Hyperthermie |
| :------------------- | :------------------------------------------------------------------ | :-------------------------------------------------------------------------- |
| **Temperatuurregeling** | Gecontroleerde stijging tot een nieuw, verhoogd 'setpoint'. | Ongecontroleerde stijging door falen van thermoregulatie. |
| **Oorzaak** | Reactie op agressors (infecties, weefselbeschadiging, etc.). | Verstoring balans warmteproductie/afgifte (overproductie, slechte afgifte). |
| **Fysiologie** | Cytokine-gemedieerd verhoging van de thermostaatinstelling. | Geen aanpassing van het 'setpoint'; warmte genereert sneller dan afgegeven. |
| **Behandeling** | Antipyretica (bv. paracetamol), fysiek koelen indien nodig. | Fysiek koelen is primair; stoppen agens; specifieke therapie. |
| **Potentieel** | Vaak een beschermende reactie, hoewel soms schadelijk. | Potentieel levensbedreigend. |
---
# Hyperthermie: syndromen en oorzaken
Dit onderwerp behandelt hyperthermie als een ongecontroleerde temperatuurstijging door een verstoorde balans tussen warmteproductie en warmteverlies, waarbij verschillende syndromen en hun oorzaken worden geïdentificeerd.
### 3.1 Thermoregulatie: de balans tussen warmteproductie en -verlies
De lichaamstemperatuur wordt normaal gesproken gehandhaafd binnen een nauwe range (35,8-37,2 graden Celsius) ondanks variaties in omgevingsfactoren, fysieke activiteit en metabole activiteit. Dit homeostatische mechanisme wordt thermoregulatie genoemd en berust op een balans tussen warmteproductie en warmteverlies.
#### 3.1.1 Warmteproductie
Warmteproductie vindt plaats door:
* **Spieractiviteit:** Zowel willekeurig (beweging) als onwillekeurig (rillen).
* **Metabole activiteit:** Chemische processen in het lichaam.
* **Bruin vetweefsel:** Vooral relevant bij pasgeborenen en bij thermogenese.
#### 3.1.2 Warmteverlies
Warmteverlies gebeurt via verschillende mechanismen:
* **Verdamping:** Zweet verdamping van de huid is een zeer effectief mechanisme (ongeveer 70% van het warmteverlies).
* **Radiatie:** Uitzending van infrarode straling vanuit het lichaam.
* **Conductie:** Direct contact met een kouder object.
* **Convectie:** Warmteoverdracht aan een bewegende vloeistof of gas (luchtstroom).
#### 3.1.3 Het thermoregulatiesysteem
Het systeem omvat:
* **Sensoren:** Huid- en centrale sensoren die de lichaamstemperatuur continu monitoren.
* **Controlesysteem:** De hypothalamus fungeert als de "thermostaat" in de hersenen.
* **Effectoren:** Mechanismen zoals vasodilatatie van de huidbloedvaten, zweten, en aanpassing van hartdebiet en ademhaling.
### 3.2 Koorts versus Hyperthermie
Het is cruciaal om onderscheid te maken tussen koorts en hyperthermie:
* **Koorts:**
* Een **gecontroleerde** stijging van de lichaamstemperatuur tot een nieuw, verhoogd 'set point'.
* Wordt beschouwd als een **beschermende reactie** van het lichaam op een agressor (infectie, weefselbeschadiging, maligniteiten, etc.).
* Wordt veroorzaakt door pyrogenen (exogene of endogene cytokines) die de hypothalamus beïnvloeden.
* Antipyretica (koortsverlagende middelen) kunnen aangewezen zijn.
* **Hyperthermie:**
* Een **ongecontroleerde** stijging van de lichaamstemperatuur die optreedt wanneer de warmteproductie de warmteafgifte overschrijdt, of wanneer de thermoregulatie faalt.
* Er is **geen wijziging van het 'set point'** in de hypothalamus.
* Potentieel **levensbedreigend** en vereist onmiddellijke herkenning en behandeling.
* Behandeling is gericht op fysiek afkoelen, ondersteunende zorg en specifieke therapieën.
### 3.3 Hyperthermiesyndromen en hun oorzaken
Hyperthermie kan ontstaan door overmatige warmteproductie, gestoorde warmteafgifte of een combinatie van beide, vaak verergerd door een gestoorde thermoregulatie.
#### 3.3.1 Syndromen met overmatige warmteproductie
* **Exertional heat stroke (inspanningsgebonden warmteberoerte):** Ontstaat door extreme fysieke inspanning in warme omstandigheden.
* **Maligne hyperthermie:** Een genetisch bepaalde, idiosyncratische reactie op bepaalde inhalatie-anesthetica of succinylcholine, leidend tot een hypermetabole toestand van de skeletspieren. Symptomen treden op tijdens of na anesthesie.
* **Maligne neurolepticum syndroom (MNS):** Een zeldzame, levensbedreigende reactie op neuroleptica, gekenmerkt door hyperthermie, rigide spieren, autonome dysfunctie en bewustzijnsveranderingen. Het ontwikkelt zich meestal langzaam over enkele dagen.
* **Serotoninesyndroom (SS):** Veroorzaakt door een teveel aan serotonine in het centrale en perifere zenuwstelsel, vaak door interactie van serotonerge medicatie. De symptomen zijn een triade van neuromusculaire klachten, autonome dysfunctie en gedragsveranderingen, met een snelle progressie naar hyperthermie bij ernstige vormen.
* **Lethale catatonie:** Een ernstige vorm van katatonie met hyperthermie en autonome instabiliteit.
* **Thyreotoxicose en feochromocytoom:** Verhoogde activiteit van de schildklier of bijnier kan leiden tot verhoogde metabole activiteit en warmteproductie.
* **Drug abuse:** Gebruik van stimulerende middelen zoals cocaïne, amfetaminen, MDMA en GHB kan leiden tot verhoogde activiteit en warmteproductie.
* **Delirium tremens:** Onttrekkingsverschijnselen bij alcoholverslaving kunnen gepaard gaan met hyperthermie.
* **Status epilepticus en tetanus:** Ernstige spieractiviteit en convulsies kunnen leiden tot significante warmteproductie.
#### 3.3.2 Syndromen met gestoorde warmteafgifte
* **Classic heat stroke (klassieke warmteberoerte):** Vaak voorkomend bij ouderen, zuigelingen of personen met chronische ziekten, die minder goed hun lichaamstemperatuur kunnen reguleren en vochtinname beperkt hebben. Omgevingsfactoren (hoge temperatuur en luchtvochtigheid) spelen een cruciale rol.
* **Uitdroging (dehydratie):** Vermindert het vermogen om te zweten, wat warmteafgifte beperkt.
* **Autonome dysfunctie:** Verstoorde werking van het autonome zenuwstelsel kan het zweten en de bloedtoevoer naar de huid beïnvloeden.
* **Medicatie:** Anticholinergica kunnen zweten onderdrukken.
#### 3.3.3 Syndromen met gestoorde thermoregulatie
* **Maligne neurolepticum syndroom (MNS):** Zoals hierboven beschreven, beïnvloedt dit zowel warmteproductie als -afgifte.
* **Serotoninesyndroom (SS):** Ook hier is er een complexe interactie die de thermoregulatie beïnvloedt.
* **Centraal zenuwstelsel pathologie:** CVA, encefalitis, hersentrauma of tumoren kunnen de hypothalamus en daarmee de thermoregulatie aantasten.
#### 3.3.4 Specifieke Syndromen in detail
##### 3.3.4.1 Heat stroke
* **Definitie:** Ernstige aandoening met een centrale temperatuur van meer dan 40 °C en symptomen van aantasting van het centrale zenuwstelsel (delirium, convulsies, coma), veroorzaakt door omgevingsfactoren (classic heat stroke) of extreme fysieke inspanning (exertional heat stroke).
* **Pathofysiologie:** Geassocieerd met een systemische inflammatoire respons die leidt tot multi-orgaan falen (MODS), waaronder encefalopathie, rhabdomyolyse, acute nierinsufficiëntie (ANI), acute respiratory distress syndrome (ARDS), diffuse intravasale stolling (DIC), myocardinfarct (AMI) en leverschade.
* **Behandeling:** Onmiddellijk fysiek koelen (conductie, verdamping, convectie) en orgaanondersteunende therapie. Endovasculaire koeling kan worden overwogen bij refractaire hyperthermie.
##### 3.3.4.2 Serotoninesyndroom (SS)
* **Symptomatologie:** Gekenmerkt door een triade van:
* **Neuromusculaire klachten:** Tremor, hyperreflexie, myoclonus, perifere hypertoniciteit.
* **Autonome dysfunctie:** Tachycardie, zweten, hyperperistaltiek, diarree, mydriase.
* **Bewustzijnsveranderingen:** Agitatie, delirium.
* **Ernstige vorm:** Kan leiden tot hyperthermie (temperaturen boven 41,1 °C), rhabdomyolyse, ARF, DIC, convulsies en shock.
* **Behandeling:** Stoppen van het uitlokkend agens, supportieve therapie, fysiek koelen, controle van agitatie (benzodiazepines), en het gebruik van serotonine-antagonisten zoals cyproheptadine.
##### 3.3.4.3 Maligne neurolepticum syndroom (MNS)
* **Kenmerken:** Idiosyncratische reactie op neuroleptica (dopamine-blokkers), gekenmerkt door:
* **Hyperthermie:** Vaak significant.
* **Bewustzijnsveranderingen:** Delirium, somnolentie, coma, mutisme.
* **Rigiditeit:** Tandradrigiditeit is kenmerkend.
* **Autonome dysfunctie:** Zweten, tachycardie, hypo- of hypertensie.
* **Evolutie:** Kan leiden tot rhabdomyolyse, ARF, DIC, en AMI. De symptoomprogressie is meestal trager dan bij serotoninesyndroom, met een piek symptomatologie na enkele dagen.
* **Behandeling:** Stoppen van het uitlokkend agens, supportieve therapie, fysiek koelen, benzodiazepines, en dopamine-agonisten zoals bromocriptine. Dantroleen kan worden overwogen bij ernstige gevallen.
##### 3.3.4.4 Maligne hyperthermie
* **Oorzaak:** Genetisch defect (mutatie in het RYR1-gen) dat leidt tot ontkoppeling van excitatie-contractie in de skeletspier na blootstelling aan specifieke inhalatie-anesthetica of succinylcholine.
* **Symptomen:** Hypermetabole toestand, tachycardie, tachypneu, gegeneraliseerde rigiditeit, en snelle stijging van de lichaamstemperatuur. Verhoogde lactaat, CO$_{2}$ en CK in het bloed.
* **Behandeling:** Onmiddellijk stoppen van het uitlokkend agens en intensief fysiek koelen. Dantroleen is het specifieke levensreddende middel.
##### 3.3.4.5 Drugs (bv. MDMA/Ecstasy)
* **Effecten:** Tachycardie, hypertensie, mydriase, verwardheid, en ernstige hyperthermie met multi-orgaan falen (MOF). Kan leiden tot acuut leverfalen, hyponatriëmie met hersenoedeem, en CVA.
* **Mechanisme:** Veroorzaakt door interactie met serotonerge, dopaminerge en noradrenerge neurotransmissie, mogelijk versterkt door omgevingsfactoren, dehydratie, contaminanten, en genetische predispositie.
### 3.4 De rol van medicatie en drugs
Verschillende medicijnen en drugs kunnen hyperthermie veroorzaken of bijdragen aan de ontwikkeling ervan. Dit varieert van neuroleptica (MNS), antidepressiva (SS) tot stimulerende drugs (cocaïne, amfetamines, MDMA). Ook anesthesie-gerelateerde medicatie kan maligne hyperthermie uitlokken. Het is essentieel om een gedetailleerde medicatie-anamnese af te nemen bij patiënten met hyperthermie.
### 3.5 Conclusie
Hyperthermie is een ernstig syndroom dat een zorgvuldige differentiatie met koorts vereist. De oorzaken zijn divers en omvatten overmatige warmteproductie, gestoorde warmteafgifte en/of thermoregulatie. Snelle herkenning, agressieve fysieke koeling, ondersteunende zorg en, indien van toepassing, specifieke antidota of therapieën zijn cruciaal voor een gunstige uitkomst.
> **Tip:** Bij een patiënt met verhoogde lichaamstemperatuur moet men altijd eerst de oorzaak differentiëren: is het koorts (gecontroleerd, nieuw setpoint) of hyperthermie (ongecontroleerd, falen thermoregulatie)? De aanpak van de behandeling is fundamenteel verschillend.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Thermoregulatie | Het vermogen van een organisme om de interne lichaamstemperatuur binnen bepaalde grenzen te handhaven, ongeacht de externe temperatuur. Dit proces omvat zowel warmteproductie als warmteverlies. |
| Koorts | Een gecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur die optreedt als reactie op een agressor, waarbij het "setpoint" van de thermostaat in de hersenen wordt verhoogd. |
| Hyperthermie | Een ongecontroleerde stijging van de lichaamstemperatuur die ontstaat door een verstoring in de balans tussen warmteproductie en warmteafgifte, zonder dat het temperatuursetpoint wordt verhoogd. |
| Pyrogenen | Stoffen die koorts kunnen veroorzaken. Exogene pyrogenen komen van buiten het lichaam (bv. bacteriën), terwijl endogene pyrogenen door het lichaam zelf worden geproduceerd (bv. cytokines). |
| Cytokines | Signaalmoleculen die door immuuncellen worden geproduceerd en een rol spelen bij ontstekingsreacties en het reguleren van de lichaamstemperatuur, zoals interleukine (IL) en tumornecrosefactor (TNF). |
| Hypothalamus | Een deel van de hersenen dat fungeert als het centrale controlecentrum voor veel lichaamsprocessen, waaronder thermoregulatie, door het aanpassen van het "setpoint" voor de lichaamstemperatuur. |
| Vasodilatatie | Het verwijden van bloedvaten, wat leidt tot een verhoogde bloedtoevoer naar de huid en daardoor meer warmteverlies door straling en convectie. |
| Vasoconstrictie | Het vernauwen van bloedvaten, wat de bloedtoevoer naar de huid vermindert en daardoor warmteverlies beperkt, wat helpt de lichaamstemperatuur te verhogen. |
| Verdamping | Een vorm van warmteverlies waarbij vloeistof (zweet) van het lichaamsoppervlak verdampt, wat energie (warmte) aan het lichaam onttrekt. |
| Convectie | Warmteoverdracht door de beweging van vloeistoffen of gassen, zoals lucht of water. Warme lucht of water die wegstroomt van het lichaam neemt warmte mee. |
| Radiatie | Warmteoverdracht via infrarode straling. Het lichaam straalt warmte uit naar de omgeving, vooral als de omgevingstemperatuur lager is dan de lichaamstemperatuur. |
| Conductie | Direct warmteverlies of -winst door fysiek contact met een ander object. Warmte wordt overgedragen van het warmere naar het koudere object. |
| Heat stroke (warmteberoerte) | Een ernstige aandoening gekenmerkt door een centrale lichaamstemperatuur van meer dan 40°C en symptomen van het centrale zenuwstelsel, veroorzaakt door extreme omgevingsfactoren of fysieke inspanning. |
| Maligne neurolepticum syndroom (MNS) | Een zeldzame, idiosyncratische reactie op neuroleptica of dopamine-agonisten, gekenmerkt door hyperthermie, rigiditeit, autonome dysfunctie en bewustzijnsverandering. |
| Serotoninesyndroom (SS) | Een potentieel levensbedreigende reactie op medicatie die leidt tot een teveel aan serotonine in het centrale en perifere zenuwstelsel, met symptomen zoals neuromusculaire afwijkingen, autonome dysfunctie en bewustzijnsverandering. |
| Maligne hyperthermie | Een hypermetabole toestand die optreedt na blootstelling aan bepaalde anesthetica of succinylcholine, gekenmerkt door snelle stijging van de lichaamstemperatuur, rigiditeit en cardiovasculaire instabiliteit. |
| Rhabdomyolyse | Een potentieel ernstige aandoening waarbij spierweefsel afbreekt en de inhoud van de spiercellen, zoals myoglobine en CK, in het bloed vrijkomen. Dit kan leiden tot nierfalen. |
| DIC (diffuse intravasale stolling) | Een ernstige syndroom waarbij abnormale activatie van de bloedstolling leidt tot zowel bloedstolsels in de bloedvaten als verhoogde bloedingen, vaak als gevolg van onderliggende aandoeningen. |
| ARF (acuut respiratoir falen) | Een plotselinge ontwikkeling van ernstige ademhalingsproblemen waarbij de longen onvoldoende zuurstof kunnen opnemen en kooldioxide kunnen afvoeren, vaak leidend tot het ARDS (acute respiratory distress syndrome). |
| MODS (multiorgaanfalen) | Een levensbedreigende toestand waarbij twee of meer orgaansystemen falen als gevolg van een ernstige ziekte of letsel, zoals bij ernstige infectie of trauma. |