Cover
Mulai sekarang gratis 1_Inleiding.pptx
Summary
# Introductie tot Europees recht
Dit onderwerp introduceert Europees recht als een autonome rechtsorde, onderscheidt het van klassiek internationaal en nationaal recht, en bespreekt de fundamentele waarden waarop de EU is gebaseerd, evenals de methoden om relevante informatiebronnen te vinden.
### 1.1 Het concept van Europees recht als autonome rechtsorde
Europees recht wordt gekenmerkt als een **autonome rechtsorde**. Dit betekent dat het losstaat van zowel het klassieke internationaal recht als het nationaal recht.
#### 1.1.1 Onderscheid met klassiek internationaal recht
* Klassiek internationaal recht is primair gebaseerd op verdragen tussen soevereine staten en de organen die zij oprichten.
* Hoewel de oprichting van de EU en haar verdragen in eerste instantie via het internationaal recht tot stand komen, heeft het Europees recht zich ontwikkeld tot een systeem met eigen, specifieke spelregels die afwijken van het traditionele internationale recht.
#### 1.1.2 Onderscheid met nationaal recht
* Europees recht is ook autonoom ten opzichte van nationaal recht. Dit houdt in dat EU-recht niet simpelweg een deelverzameling is van nationaal recht, maar een eigen status en bindende kracht heeft binnen de lidstaten.
* De autonomie betekent niet dat het Europees recht op alle domeinen volledig door alle lidstaten wordt toegepast. Er is sprake van differentiatie, waarbij niet alle 27 lidstaten bijvoorbeeld de euro als munteenheid hanteren.
### 1.2 Fundamentele waarden van de Europese Unie
De Europese Unie is gegrond op fundamentele waarden, zoals vastgelegd in Artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). Deze waarden vormen de basis van de Unie.
### 1.3 Bronnen van informatie over Europees recht
Het vinden van betrouwbare bronnen is essentieel voor de studie van Europees recht.
#### 1.3.1 Officiële EU-portalen
* **EUR-Lex:** Dit is de belangrijkste bron voor juridische teksten van de Europese Unie. Het bevat verdragen, verordeningen, richtlijnen en rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
* Een **verordening** is rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten zonder dat omzetting nodig is.
* Een **richtlijn** is bindend wat betreft het te bereiken resultaat, maar laat de keuze van vorm en middelen aan de lidstaten over, wat implementatie (omzetting) vereist.
* **Curia.europa.eu:** Dit portaal biedt toegang tot de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie en het Gerecht.
#### 1.3.2 Nieuwsmedia en Eurobarometer
* Nieuwsartikelen (zoals die in De Standaard, Het Nieuwsblad) en rapporten van de Eurobarometer kunnen context en actuele informatie verschaffen over de impact en toepassing van Europees recht. Ze illustreren vaak hoe Europees recht doorwerkt in het dagelijks leven van burgers en bedrijven.
### 1.4 De Europese Unie als rechtssubject
* Het Verdrag van Maastricht heeft de weg geëffend voor het **burgerschapsrecht van de Europese Unie**. Elke nationaliteit van een EU-lidstaat is automatisch ook een burger van de EU. Dit burgerschap geeft rechten, zoals het recht om te stemmen bij lokale en Europese verkiezingen, en het recht om vrij te reizen en te verblijven binnen het grondgebied van de lidstaten.
* Volgens Artikel 47 VEU bezit de Unie **rechtspersoonlijkheid**. Dit stelt de EU in staat om in eigen naam op te treden, onder meer bij het onderhandelen en sluiten van internationale overeenkomsten.
### 1.5 Structuur en inhoud van de cursus
De studie van Europees recht omvat doorgaans de volgende kernthema's:
* De evolutie van de EU als rechtssysteem.
* De belangrijkste kenmerken van het EU-recht.
* De voorwaarden voor wetgevend optreden door de EU.
* Het proces van totstandkoming van EU-recht.
* De werking van de interne markt van de EU.
* De garantie van vrije concurrentie binnen de EU.
* De bescherming en handhaving van rechten binnen de EU.
* Het optreden van de EU op het internationale toneel.
### 1.6 Studievaardigheden en evaluatie
* De studie van Europees recht vereist meer dan het memoriseren van wetteksten; het gaat om het begrijpen van concepten, principes en de relevantie van rechtspraak.
* Evaluatievormen kunnen bestaan uit schriftelijke examens met open vragen, casusoplossingen, stellingen (juist/fout met motivatie) en permanente evaluatie zoals rechtspraakanalyses.
* Een rechtspraakanalyse omvat het identificeren van relevante feiten, rechtsvragen, argumenten van partijen, de argumentatie van het Hof van Justitie, en de beoordeling van het belang van de zaak.
> **Tip:** Bij het bestuderen van arresten van het Hof van Justitie van de EU is het cruciaal om de achterliggende juridische redenering te begrijpen, niet enkel de uitkomst. Raadpleeg ook hulpmiddelen zoals blogs en handleidingen over het lezen van gerechtelijke uitspraken.
> **Voorbeeld:** Een verordening zoals Verordening (EG) nr. 1924/2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen, en de bijbehorende uitvoeringsverordeningen, illustreert hoe specifieke EU-wetgeving de markt reguleert en hoe deze direct toepasselijk is in alle lidstaten.
---
# Evolutie en kenmerken van het EU-recht
Dit deel behandelt de historische ontwikkeling van het EU-recht, de belangrijkste kenmerken ervan als een autonome rechtsorde met eigen rechtsbronnen en principes, en de juridische basis zoals vastgelegd in de EU- en VWEU-verdragen.
## 2. Evolutie en kenmerken van het EU-recht
### 2.1 Wat is Europees recht?
Europees recht wordt gekenmerkt door zijn status als een 'autonome' rechtsorde, die losstaat van het klassieke internationaal recht en het nationaal recht. Hoewel de verdragen die de basis vormen van de EU zijn gesloten tussen lidstaten via het internationaal recht, functioneert het EU-recht met eigen spelregels. De autonomie van het EU-recht betekent niet dat het volledig losstaat van de lidstaten; er is sprake van een gedifferentieerde toepassing, waarbij niet alle lidstaten in alle domeinen van het EU-recht volledig participeren of dezelfde rechtspraak volgen, zoals het niet-gebruik van de euro door alle lidstaten.
### 2.2 Juridische basis en rechtsbronnen
De juridische grondslag van het EU-recht is vastgelegd in de geconsolideerde verdragen: het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU).
* **Artikel 47 VEU** stelt dat de Unie rechtspersoonlijkheid bezit, wat betekent dat de EU in eigen naam kan optreden, onder meer bij het onderhandelen en sluiten van internationale overeenkomsten.
De rechtsbronnen van het EU-recht zijn divers en kunnen worden teruggevonden via officiële kanalen zoals EUR-Lex.
#### 2.2.1 Primaire wetgeving
De primaire wetgeving bestaat uit de verdragen, zoals het VEU en VWEU. Deze verdragen leggen de fundamentele waarden, doelstellingen, bevoegdheden en instellingen van de EU vast.
#### 2.2.2 Secundaire wetgeving
Secundaire wetgeving wordt aangenomen door de instellingen van de EU op basis van de verdragen. De belangrijkste vormen zijn:
* **Verordeningen:** Deze zijn rechtstreeks toepasselijk in alle lidstaten zonder dat omzetting in nationaal recht nodig is. Een voorbeeld hiervan is Verordening Nr. 1924/2006 inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen.
* **Richtlijnen:** Deze zijn bindend wat betreft het te bereiken resultaat, maar laten de keuze van vorm en middelen aan de lidstaten over. Lidstaten moeten richtlijnen omzetten in nationaal recht.
* **Besluiten:** Deze zijn in al hun onderdelen verbindend voor degenen tot wie zij gericht zijn (lidstaten, ondernemingen of particulieren). Uitvoeringsverordeningen, zoals de Uitvoeringsverordening 2015/1560 van de Commissie, vallen onder deze categorie en regelen de praktische toepassing van EU-wetgeving.
#### 2.2.3 Jurisprudentie van het Hof van Justitie
De rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) is van cruciaal belang voor de interpretatie en ontwikkeling van het EU-recht. Het Hof speelt een sleutelrol bij het garanderen van de uniforme toepassing van het recht in alle lidstaten en het ontwikkelen van fundamentele beginselen van het EU-recht.
#### 2.2.4 Algemene rechtsbeginselen
Naast de formele rechtsbronnen erkent het EU-recht ook algemene rechtsbeginselen, die bijvoorbeeld voortvloeien uit de nationale rechtsstelsels van de lidstaten of uit internationale mensenrechtenverdragen.
### 2.3 Kenmerken van het EU-recht
Het EU-recht wordt gekenmerkt door een aantal fundamentele eigenschappen die het onderscheiden van andere rechtsordes:
* **Autonomie:** Zoals eerder vermeld, is het EU-recht een autonome rechtsorde met eigen rechtsbronnen en principes.
* **Rechtstreekse toepasselijkheid en rechtstreekse werking:** Bepaalde bepalingen van EU-recht, met name verordeningen, zijn rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten. Daarnaast kunnen bepalingen van EU-recht rechtstreekse werking hebben, wat betekent dat particulieren zich er rechtstreeks op kunnen beroepen voor hun nationale rechter.
* **Voorrang van EU-recht:** In geval van conflict heeft het EU-recht voorrang boven nationaal recht. Dit beginsel, ontwikkeld door het HvJ-EU, zorgt voor de uniforme toepassing van het EU-recht.
* **Burgerschapsrecht:** Sinds het Verdrag van Maastricht is het EU-burgerschap ingevoerd. Elke nationaliteit van een EU-lidstaat is tevens burger van de EU. Dit burgerschap geeft rechten, zoals het recht om vrij te reizen en te verblijven in de lidstaten, en het recht om deel te nemen aan lokale en Europese verkiezingen in de lidstaat waar men verblijft.
### 2.4 Historische ontwikkeling
De Europese Unie en haar rechtsorde hebben zich geleidelijk ontwikkeld door middel van opeenvolgende verdragen. De evolutie van de EU als rechtssysteem is een continu proces van integratie en uitbreiding van bevoegdheden.
> **Tip:** Het is essentieel om de belangrijkste mijlpalen in de verdragshistorie van de EU te kennen, aangezien deze de ontwikkeling van het EU-recht weerspiegelen.
### 2.5 Bevoegdheidsverdeling
Een cruciaal aspect van het EU-recht is de verdeling van bevoegdheden tussen de Unie en de lidstaten. De EU kan alleen wetgevend optreden op gebieden waar de lidstaten haar bevoegdheden hebben toegekend. De bevoegdheidsverdeling bepaalt waar de EU wetgeving kan uitvaardigen en hoe deze wordt toegepast.
### 2.6 Totstandkoming van EU-recht
Het proces van totstandkoming van EU-recht is complex en betreft verschillende instellingen. De rol van de Europese Commissie (initiatiefrecht), het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie (medewetgevers) is hierin centraal.
### 2.7 Interne markt en concurrentie
De interne markt is een van de kernconcepten van de EU, gebaseerd op de vier vrijheden: vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal. Het EU-recht garandeert ook vrije concurrentie binnen de EU door middel van specifieke regels ter voorkoming van mededingingsbeperkende praktijken.
### 2.8 Bescherming en handhaving van rechten
Het EU-recht voorziet in mechanismen voor de bescherming en handhaving van rechten die voortvloeien uit de Uniewetgeving. Dit omvat de rol van nationale rechters en het Hof van Justitie van de Europese Unie bij het waarborgen van de effectiviteit van het EU-recht.
### 2.9 EU-recht in de wereld
De EU treedt ook op het internationale toneel en heeft een belangrijke rol in de wereldhandel en internationale betrekkingen, mede dankzij haar rechtspersoonlijkheid en bevoegdheid om internationale overeenkomsten te sluiten.
---
# Wetgevingsbevoegdheid en totstandkoming van EU-recht
Dit hoofdstuk onderzoekt de grenzen van de EU-wetgevingsbevoegdheid en het proces van totstandkoming van EU-recht, met specifieke aandacht voor verordeningen, richtlijnen en uitvoeringsverordeningen.
### 3.1 De bevoegdheid van de Europese Unie om wetgeving te produceren
De Europese Unie (EU) is gebaseerd op verdragen die zijn gesloten tussen de lidstaten. Het recht van de Europese Unie wordt beschouwd als een 'autonome' rechtsorde, met eigen rechtsbronnen en principes, die gegrond is op het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU). Artikel 47 VEU stelt expliciet dat de Unie rechtspersoonlijkheid bezit, wat betekent dat de EU in eigen naam kan optreden, onder andere bij het onderhandelen en sluiten van internationale overeenkomsten.
De wetgevingsbevoegdheid van de EU is niet absoluut en kan variëren. Het is een gedifferentieerd systeem waarbij niet alle lidstaten in alle domeinen van het EU-recht volledig worden toegepast (bijvoorbeeld het gebruik van de euro). De bevoegdheidsverdeling binnen de EU is een cruciaal aspect om te begrijpen hoe de Unie functioneert en wetgeving produceert.
### 3.2 Totstandkoming van EU-recht
Het tot stand komen van EU-recht is een complex proces waarbij verschillende instellingen betrokken zijn. De primaire rechtsbronnen van de EU zijn de verdragen. Naast de verdragen kent de EU ook secundaire wetgeving, die voortvloeit uit de bevoegdheden die de lidstaten via de verdragen hebben overgedragen. De belangrijkste vormen van secundaire wetgeving zijn verordeningen en richtlijnen.
#### 3.2.1 Verordeningen
Een **verordening** is een rechtshandeling die rechtstreeks toepasselijk is in alle lidstaten van de Europese Unie. Dit betekent dat verordeningen geen verdere omzetting door de nationale wetgever vereisen om in werking te treden. Zij hebben een algemene strekking en zijn verbindend in al hun onderdelen.
> **Voorbeeld:** Verordening (EG) nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen bepaalt de regels voor het maken van dergelijke claims binnen de EU.
#### 3.2.2 Richtlijnen
Een **richtlijn** is een rechtshandeling die verbindend is wat betreft het te bereiken resultaat, maar waarbij de lidstaten de vorm en de middelen mogen kiezen om dit resultaat te behalen. Richtlijnen moeten door de lidstaten binnen een bepaalde termijn worden omgezet in nationale wetgeving. Dit proces van omzetting zorgt ervoor dat EU-recht toch effect heeft op nationaal niveau, maar met ruimte voor nationale aanpassingen.
> **Voorbeeld:** Een richtlijn die lidstaten verplicht om de luchtkwaliteit te verbeteren, kan per land op verschillende manieren worden geïmplementeerd, bijvoorbeeld door strengere emissienormen voor voertuigen of door specifieke maatregelen voor industrieën.
#### 3.2.3 Uitvoeringsverordeningen
Naast verordeningen en richtlijnen bestaan er ook **uitvoeringsverordeningen**. Deze worden aangenomen door de Europese Commissie en dienen ter uitvoering van EU-wetgeving die reeds is vastgesteld door het Europees Parlement en de Raad. Uitvoeringsverordeningen zijn bedoeld om de praktische toepassing van de wetgeving te waarborgen en uniformiteit te bevorderen. Zij worden meestal aangenomen wanneer er specifieke technische of administratieve details geregeld moeten worden.
> **Voorbeeld:** Uitvoeringsverordening 2015/1560 van de Commissie kan de specifieke voorwaarden bepalen waaronder een gezondheidsclaim voor levensmiddelen, zoals die in Verordening 1924/2006 wordt genoemd, mag worden toegestaan.
**Tip:** Het onderscheid tussen verordeningen en richtlijnen is cruciaal. Verordeningen hebben directe werking, terwijl richtlijnen omzetting door de lidstaten vereisen. Dit heeft belangrijke implicaties voor de handhaving en naleving van EU-recht.
---
# Burgerschap en interne markt
Dit onderwerp verkent het concept van EU-burgerschap en de rechten die hieruit voortvloeien, evenals de werking en het belang van de interne markt binnen de Europese Unie.
### 4.1 Europees burgerschap
Sinds het Verdrag van Maastricht genieten alle personen die de nationaliteit van een EU-lidstaat bezitten, het burgerschap van de Europese Unie. Dit burgerschap voegt rechten toe aan het nationale burgerschap, zonder dit te vervangen.
#### 4.1.1 Rechten verbonden aan EU-burgerschap
De belangrijkste rechten die voortvloeien uit het EU-burgerschap omvatten:
* Het recht om in de Europese Unie en op lokaal niveau te stemmen en zich kandidaat te stellen voor verkiezingen.
* Het recht om vrij te reizen en te verblijven op het gehele grondgebied van de lidstaten.
### 4.2 De interne markt
De interne markt is een cruciaal element van de Europese Unie en beoogt de economische integratie tussen de lidstaten te bevorderen. De EU streeft ernaar de vrije concurrentie te waarborgen en de rechten van burgers en bedrijven binnen deze markt te beschermen en te handhaven. De EU treedt ook op internationaal niveau op, waarbij de verdragen de basis vormen voor haar juridische structuur en optreden.
#### 4.2.1 Kenmerken en werking van de interne markt
De interne markt is gebaseerd op de vier vrijheden:
* Vrij verkeer van goederen
* Vrij verkeer van personen
* Vrij verkeer van diensten
* Vrij verkeer van kapitaal
Deze vrijheden zijn essentieel voor het functioneren van de economie binnen de EU en bevorderen concurrentie en economische groei. De EU treedt op als een 'autonome' rechtsorde met eigen rechtsbronnen en principes, gegrond op de Verdragen betreffende de Europese Unie (VEU) en de Werking van de Europese Unie (VWEU).
> **Tip:** Het is belangrijk om te begrijpen hoe de bevoegdheidsverdeling binnen de EU werkt en wanneer de EU wetgevend kan optreden. Het kennen van voorbeelden van maatregelen met gelijke werking en de eventuele uitzonderingen daarop is cruciaal.
#### 4.2.2 Wetgeving en handhaving binnen de interne markt
De totstandkoming van EU-recht volgt specifieke procedures. Verordeningen zijn direct toepasselijk in alle lidstaten, terwijl richtlijnen moeten worden omgezet in nationaal recht. Dit zorgt voor een harmonisatie van wetgeving op diverse terreinen, zoals voedingsmiddelenclaims, waar specifieke verordeningen van toepassing zijn.
> **Voorbeeld:** Verordening Nr. 1924/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen stelt regels vast voor het gebruik van dergelijke claims, om zo consumenten te beschermen en eerlijke concurrentie te waarborgen.
De handhaving van EU-recht en de bescherming van rechten binnen de interne markt wordt mede verzekerd door de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Het kritisch bespreken van arresten van het Hof van Justitie is een belangrijk onderdeel van het begrijpen van de toepassing en evolutie van het EU-recht.
> **Tip:** Bij het analyseren van arresten van het Hof van Justitie is het nuttig om de relevante feiten, rechtsvragen, argumenten van de partijen, de argumentatie van het Hof en het belang van de zaak te identificeren. Zoek arresten op via www.curia.europa.eu of https://eur-lex.europa.eu.
---
# Evaluatie en rechtspraakanalyse in het EU-recht
Dit gedeelte beschrijft de evaluatiemethoden voor het vak Europees recht, met specifieke aandacht voor de rechtspraakanalyse van arresten van het Hof van Justitie.
### 5.1 Evaluatievormen
De evaluatie van het vak Europees recht omvat zowel een schriftelijk examen als een permanente evaluatie.
#### 5.1.1 Schriftelijk examen
Het schriftelijk examen vindt plaats na het eerste semester en bestaat uit open vragen. Deze vragen kunnen gericht zijn op:
* Uitleg van concepten en principes.
* Het belang van specifieke arresten.
* Het analyseren van hypothetische casussen.
* Het beoordelen en motiveren van stellingen (juist/fout).
Een herkansing is enkel mogelijk voor het schriftelijke gedeelte van het examen.
#### 5.1.2 Permanente evaluatie
De permanente evaluatie vertegenwoordigt twintig procent van de eindbeoordeling. Deze vorm van evaluatie is enkel van toepassing voor bepaalde studierichtingen.
> **Tip:** De permanente evaluatie biedt een uitstekende gelegenheid om de leerstof dieper te doorgronden door middel van een concrete toepassing, namelijk de analyse van een arrest van het Hof van Justitie.
### 5.2 Rechtspraakanalyse
De rechtspraakanalyse is een cruciaal onderdeel van de permanente evaluatie en vereist een kritische bespreking van een arrest van het Hof van Justitie of het Gerecht.
#### 5.2.1 Doel en scope
Het begrijpen van de werking van de EU, inclusief bevoegdheidsverdelingen, maatregelen met gelijke werking en uitzonderingen daarop, is essentieel. De analyse van arresten draagt hier significant aan bij.
> **Tip:** Het kritisch lezen en bespreken van arresten helpt niet alleen bij het begrijpen van de jurisprudentie, maar ook bij het succesvol beantwoorden van hypothetische casussen en stellingen tijdens het examen.
#### 5.2.2 Procedure en richtlijnen
* **Inschrijving:** Inschrijving voor de rechtspraakanalyse geschiedt via Ufora, onder de noemer 'groepen'.
* **Arrest selectie:** Studenten moeten een relevant arrest van het Hof van Justitie of Gerecht selecteren. Deze arresten kunnen opgezocht worden via de officiële websites van het Hof van Justitie (www.curia.europa.eu) of EUR-Lex (https://eur-lex.europa.eu).
* **Indiening:** Het uitgewerkte document dient uiterlijk op 8 december 2025 om 17:00 uur via Ufora te worden geüpload.
* **Omvang:** De maximale omvang van de analyse bedraagt 3000 woorden.
* **Structuur:** De analyse dient een specifieke structuur te volgen, met de volgende onderdelen:
* Relevante feiten van de zaak.
* De relevante rechtsvragen die aan het Hof werden voorgelegd.
* De argumenten van de partijen.
* De argumentatie van het Hof van Justitie (en eventueel de Advocaat-Generaal).
* Het belang van de zaak en een eigen appreciatie van de student.
> **Example:** Bij de analyse van een arrest dient u niet enkel de uitspraak van het Hof weer te geven, maar ook te verklaren *waarom* die uitspraak belangrijk is voor de ontwikkeling of interpretatie van het EU-recht en hoe deze zich verhoudt tot eerdere rechtspraak of de relevante verdragsbepalingen.
#### 5.2.3 Begrijpen van jurisprudentie
Het kan uitdagend zijn om de uitspraken van het Hof van Justitie volledig te doorgronden. Studenten worden aangemoedigd om zich hierover niet te laten ontmoedigen, aangezien dit een complex onderdeel van het juridisch werk is. Het is van belang om te focussen op de kern van de zaak en de redenering van het Hof te ontleden.
> **Tip:** Maak gebruik van de aangeboden bronnen en de richtlijnen op Ufora. Het begrijpen van de structuur van een arrest is de eerste stap naar een succesvolle analyse.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Autonoom rechtssysteem | Een juridisch systeem dat losstaat van andere rechtsstelsels, met eigen rechtsbronnen, principes en procedures, zoals het recht van de Europese Unie dat eigen regels hanteert naast het internationaal en nationaal recht. |
| Internationale recht | Het rechtsstelsel dat betrekkingen regelt tussen soevereine staten, internationale organisaties en in sommige gevallen individuen, gebaseerd op verdragen, gewoonterecht en algemene rechtsbeginselen. |
| Nationaal recht | Het rechtsstelsel dat van toepassing is binnen de grenzen van een soevereine staat, bestaande uit grondwetten, wetten, besluiten en jurisprudentie die de burgers en instellingen van die staat binden. |
| Gedifferentieerd | Verwijst naar situaties binnen de Europese Unie waarbij niet alle lidstaten in alle beleidsterreinen volledig participeren of dezelfde regels toepassen, zoals het niet-gebruik van de euro door alle landen. |
| Verdrag betreffende de EU (VEU) | Een van de twee primaire verdragen van de Europese Unie, dat de algemene politieke doelstellingen, de structuur van de Unie en de bevoegdheden van de instellingen vastlegt. |
| Verdrag betreffende de Werking van de EU (VWEU) | Het tweede primaire verdrag van de Europese Unie, dat de gedetailleerde regels en beleidsterreinen van de Unie beschrijft, waaronder de interne markt, concurrentie en sociale beleid. |
| Rechtspersoonlijkheid | De juridische hoedanigheid die een entiteit (zoals de EU) in staat stelt om rechten en plichten te hebben, in rechte op te treden, overeenkomsten te sluiten en juridische handelingen te verrichten in eigen naam. |
| EUR-lex | De officiële online portal van de Europese Unie waar juridische documenten, wetgeving en jurisprudentie van de EU te vinden zijn, wat dient als een centrale bron voor onderzoek en informatie. |
| Verordening | Een rechtsinstrument van de Europese Unie dat rechtstreeks bindend is voor alle lidstaten en direct toepasbaar is in hun nationale rechtsordes, zonder dat omzetting nodig is. |
| Richtlijn | Een rechtsinstrument van de Europese Unie dat bindend is wat betreft het te bereiken resultaat, maar de lidstaten de vrijheid laat hoe dit resultaat in hun nationale wetgeving wordt omgezet. |
| Gezondheidsclaim | Een bewering over een voedingsmiddel die aangeeft dat er een verband bestaat tussen dat voedingsmiddel en de gezondheid, zoals het bevorderen van normale darmfunctie, mits deze wetenschappelijk onderbouwd is. |
| Uitvoeringsverordening | Een verordening die wordt vastgesteld door de Europese Commissie om de uitvoering van EU-wetgeving te waarborgen en specifieke technische of administratieve maatregelen te bepalen, vaak op basis van reeds bestaande verordeningen. |
| Gegevensbescherming (GDPR) | De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is een EU-verordening die regels stelt voor de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de privacy van individuen binnen de EU. |
| Burgerschapsrecht | Het recht dat individuen genieten op basis van hun EU-lidmaatschap, zoals het recht om vrij te reizen, verblijven en stemmen in de EU en lokale verkiezingen in een lidstaat waar zij wonen. |
| Interne markt | Een gemeenschappelijke markt binnen de EU waarbinnen vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal is gegarandeerd, wat economische integratie bevordert. |
| Vrije concurrentie | Het principe binnen de EU dat markten openstelt voor concurrentie en oneerlijke handelspraktijken, zoals monopolies of staatssteun die de concurrentie vervalst, verbiedt om een eerlijk speelveld te garanderen. |
| Rechtspraak (Hof van Justitie) | De verzameling van uitspraken en arresten gedaan door het Hof van Justitie van de Europese Unie, die de interpretatie en toepassing van het EU-recht vormgeven en bindend zijn voor alle lidstaten en instellingen. |