Cover
Aloita nyt ilmaiseksi 2 Johnson_2006_Conflict_and_Control_Gender_Symmetry_and_Asymmetry.pdf
Summary
# Methodological and theoretical considerations in the study of intimate partner violence
Het bestuderen van huiselijk geweld vereist een genuanceerde aanpak die de diverse aard van dit fenomeen erkent, aangezien het niet als een enkelvoudig verschijnsel kan worden beschouwd [2](#page=2).
### 1.1 Het oplossen van het debat over gendersymmetrie
De langdurige discussie in de literatuur over gendersymmetrie bij intiem partnergeweld is ontstaan door het behandelen van heteroseksueel partnergeweld als één fenomeen. De feministische invalshoek benadrukt dat het een probleem is van mannen die vrouwelijke partners mishandelen terwijl de familie-geweldinvalshoek stelt dat vrouwen minstens even gewelddadig zijn. Deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheid kan worden verklaard door het besef dat partnergeweld niet een uniform fenomeen is en dat verschillende onderzoekstrategieën verschillende typen geweld aanboren die verschillen in hun relatie tot gender [3](#page=3).
#### 1.1.1 Verschillende onderzoekssamplingstrategieën en hun implicaties
* **Agency samples:** Studies die gebruikmaken van gegevens van instanties (zoals politie, ziekenhuizen, rechtbanken en opvanghuizen) tonen een overwicht aan mannelijk geweld. Deze samples zijn bevooroordeeld door de selectie van gevallen die actie van instanties vereisen, wat suggereert dat het geweld deel uitmaakt van een breder patroon van controle [3](#page=3) [4](#page=4).
* **General surveys (representatieve steekproeven):** Studies met representatieve steekproeven laten een grotere gendersymmetrie zien. Deze samples zijn echter ook bevooroordeeld door weigeringen, waardoor een aanzienlijk deel van de populatie niet wordt bereikt [3](#page=3).
#### 1.1.2 Hypothese van twee kwalitatief verschillende vormen van partnergeweld
De analyse suggereert de aanwezigheid van twee kwalitatief verschillende vormen van intiem partnergeweld:
1. **Intiem terrorisme:** Geweld dat deel uitmaakt van een algemene strategie van macht en controle door één partner [4](#page=4).
2. **Situationeel koppelgeweld (situational couple violence):** Geweld dat voortkomt uit de escalatie van conflicten binnen het koppel en niet deel uitmaakt van een algemeen controlepatroon [4](#page=4).
De hypothese is dat koppels die betrokken zijn bij situationeel koppelgeweld minder waarschijnlijk in contact komen met instanties, terwijl koppels die intiem terrorisme ervaren, minder snel deelnemen aan algemene enquêtes uit angst voor represailles [4](#page=4).
### 1.2 Onderscheid maken tussen soorten heteroseksueel intiem partnergeweld
Om onderscheid te maken tussen verschillende vormen van partnergeweld, is het cruciaal om niet alleen naar geweldshandelingen te kijken, maar ook naar de aanwezigheid van algemene controlemechanismen binnen de relatie. De focus ligt op patronen van gedrag die wijzen op een algemene intentie om controle uit te oefenen over de partner [4](#page=4).
#### 1.2.1 Het meten van controlemechanismen
De strategie om controle te meten omvat het bevragen van diverse niet-gewelddadige controle tactieken, naast gewelddadige handelingen. Dit vereist een focus op het gedrag van beide partners binnen de dyade [5](#page=5).
#### 1.2.2 Vier typen individueel partnergeweld, gebaseerd op dyadische controlecontext
Gebaseerd op de controlemechanismen van beide partners kunnen vier typen individueel geweld worden onderscheiden [5](#page=5):
1. **Intiem terrorisme:** Eén individu is gewelddadig en controlerend; de partner is niet gewelddadig of niet controlerend. In heteroseksuele relaties wordt dit bijna uitsluitend door mannen gepleegd [5](#page=5) [8](#page=8).
2. **Gewelddadige weerstand (violent resistance):** Eén individu is gewelddadig maar niet controlerend; de partner is gewelddadig en controlerend. Dit type geweld wordt in heteroseksuele relaties bijna uitsluitend door vrouwen vertoond [5](#page=5) [8](#page=8).
3. **Situationeel koppelgeweld (situational couple violence):** Eén individu is gewelddadig, maar geen van beide partners is gewelddadig en controlerend. Dit type is grotendeels gendersymmetrisch qua prevalentie, hoewel mannen binnen dit type gemiddeld gewelddadiger kunnen zijn [5](#page=5) [8](#page=8).
4. **Wederzijds gewelddadige controle (mutual violent control):** Beide individuen zijn gewelddadig en controlerend. Bij heteroseksuele koppels is dit type geweld per definitie gendersymmetrisch [5](#page=5) [8](#page=8).
#### 1.2.3 Gebruik van de Frieze data voor het onderscheiden van geweldtypen
Een studie van Irene Frieze uit de jaren 70, met een gemengde samplingstrategie die zowel cliënten van instanties als een algemene steekproef omvatte, werd gebruikt om deze onderscheidingen te onderzoeken. Er werden zeven maten ontwikkeld om controle tactieken te meten, waaronder dreigementen, economische controle, gebruik van privileges en straffen, manipulatie van kinderen, isolatie, emotionele mishandeling en seksuele controle. Deze maten werden gestandaardiseerd en gebruikt in een clusteranalyse die een tweestapsoplossing suggereerde: een cluster met hoge scores op alle controle tactieken en een cluster met lage scores [5](#page=5) [6](#page=6) [7](#page=7) [8](#page=8).
#### 1.2.4 Kenmerken van de geweldtypen
* **Intiem terrorisme:** Kenmerkt zich door frequent geweld, een hoge waarschijnlijkheid van escalatie (76% van de gevallen), ernstige verwondingen (76% van de gevallen), en de partner reageert zelden met geweld (mediaan ratio van vrouwelijk op mannelijk geweld van.17) [9](#page=9).
* **Situationeel koppelgeweld:** Geweld is minder frequent (mediaan drie incidenten), minder waarschijnlijk om te escaleren (28% van de gevallen), minder vaak met ernstige verwondingen (28% van de gevallen), en de partner reageert vaker met geweld (mediaan ratio van.40) [9](#page=9).
#### 1.2.5 Implicaties voor sampling en onderzoeksdesign
* **Algemene enquêtes** bevragen voornamelijk situationeel koppelgeweld, met slechts 11% van het geweld dat intiem terrorisme betreft [10](#page=10).
* **Instantie samples (rechtbanken, opvanghuizen)** onthullen voornamelijk intiem terrorisme. Echter, 29% van de geweldgevallen in rechtbanken en 19% in opvanghuizen betreft situationeel koppelgeweld, wat aangeeft dat onderzoek naar beide typen mogelijk is binnen deze settings [10](#page=10) [11](#page=11).
#### 1.2.6 Gevaren van het negeren van de onderscheidingen
* **Fouten in het interpreteren van data:** Het negeren van deze onderscheidingen kan leiden tot verkeerde conclusies, zoals gesuggereerd door de initiële discussie over het "battered husband syndrome" [10](#page=10).
* **Onjuiste voorlichting:** Het toepassen van patronen die typisch zijn voor intiem terrorisme op koppels die situationeel koppelgeweld ervaren, kan leiden tot onjuiste informatie over de waarschijnlijke loop van hun relatie [10](#page=10).
### 1.3 Implicaties voor meting
Om onderscheid te kunnen maken tussen de verschillende typen partnergeweld, is het essentieel om gegevens te verzamelen over een reeks controle tactieken die door *beide* partners worden gebruikt, naast informatie over geweldshandelingen [11](#page=11).
#### 1.3.1 Noodzaak van gestandaardiseerde meetinstrumenten
Hoewel er gestandaardiseerde methoden zijn voor het beoordelen van geweld (zoals de Conflict Tactics Scales - CTS), ontbreekt een dergelijke standaardisering voor het meten van controle. Er is behoefte aan consensus over een standaardset van controlemaatregelen om de betrouwbaarheid en vergelijkbaarheid van onderzoeksresultaten te waarborgen [11](#page=11).
> **Tip:** Het is cruciaal om bij het onderzoeken van intiem partnergeweld verder te kijken dan alleen de gewelddadige incidenten en de bredere context van macht en controle binnen de relatie te betrekken.
> **Tip:** Verschillende onderzoekssamplingmethoden (agentiegegevens versus algemene enquêtes) richten zich op verschillende typen partnergeweld, wat verklaart waarom er schijnbaar tegenstrijdige resultaten worden gevonden met betrekking tot gendersymmetrie.
---
## 1. Methodologische en theoretische overwegingen bij de studie van partnergeweld
Het bestuderen van partnergeweld vereist nauwkeurige methodologische en theoretische benaderingen om de verschillende vormen en hun consequenties te onderscheiden [12](#page=12).
### 1.1 Typologieën van partnergeweld
De kernuitdaging bij het bestuderen van partnergeweld ligt in het creëren van onderscheidende typologieën die controlerend en niet-controlerend geweld omvatten [12](#page=12).
#### 1.1.1 Statistische methoden voor typologievorming
In de beginfase van het onderzoek werd gebruikgemaakt van clusteranalyse om groepen individuen met vergelijkbare reactieprofielen op een reeks items te identificeren. Latent class analysis kan eveneens worden toegepast voor dichotome items. Deze methoden bieden statistische criteria voor het bepalen van het optimale aantal groepen, maar missen duidelijke criteria om leden van verschillende groepen te onderscheiden, wat vergelijking tussen verschillende steekproeven bemoeilijkt [12](#page=12).
#### 1.1.2 De schaal- en dichotomiseringsbenadering
Meer recent onderzoek heeft de voorkeur gegeven aan het creëren van een controlegereedschap en het dichotomiseren daarvan om individuen met hoge en lage controletendensen te onderscheiden. Deze aanpak heeft het voordeel van duidelijke criteria voor indeling in de verschillende geweldstypen, waardoor vergelijkingen tussen studies mogelijk worden. De relaties tussen deze geweldstypen en kenmerken van het geweld zelf (frequentie, escalatie, ernst en wederkerigheid), evenals de fysieke en psychologische gevolgen voor het slachtoffer en de relatie, zijn aangetoond [12](#page=12).
#### 1.1.3 Belang van onderscheid tussen geweldstypen
Het is cruciaal om conclusies te heroverwegen die getrokken zijn uit literatuur die deze essentiële onderscheidingen heeft nagelaten. Bevindingen die situationeel partnergeweld, intiem terrorisme, gewelddadige weerstand en wederzijdse gewelddadige controle als één fenomeen behandelen, zijn problematisch. Deze verschillende vormen van geweld hebben niet dezelfde oorzaken, ontwikkelingstrajecten, consequenties of prognoses voor effectieve interventie. Voor een goed begrip van partnergeweld, effectieve interventie en beleidsaanbevelingen zijn deze onderzoeksonderscheidingen noodzakelijk [12](#page=12).
### 1.2 Recente ontwikkelingen en empirisch bewijs
Sinds de oorspronkelijke presentatie van het onderzoek is er aanzienlijke vooruitgang geboekt in het onderzoek naar verschillende typen partnergeweld [12](#page=12).
#### 1.2.1 Kenmerken van intiem terrorisme
Slachtoffers van intiem terrorisme worden vaker aangevallen en ervaren geweld dat minder snel stopt. Zij lopen vaker letsel op, vertonen meer symptomen van posttraumatische stressstoornis, gebruiken pijnstillers en missen werk. Deze slachtoffers verlaten hun partners vaker en nemen vaker een eigen woning in [13](#page=13).
#### 1.2.2 Consequenties van intiem terrorisme
Uit onderzoek in een arme wijk in Chicago bleek dat slachtoffers van intiem terrorisme een slechtere algemene gezondheid rapporteerden, vaker een arts bezochten, meer psychische nood ervoeren en vaker overheidssteun ontvingen. Slachtoffers van intiem terrorisme zochten vaker formele hulp (zoals politie, medische hulp, counseling), en deze associatie werd gemedieerd door factoren zoals de ernst van het geweld, verwondingen en waargenomen sociale steun. Hulp van familie of vrienden werd niet vaker gezocht [13](#page=13).
#### 1.2.3 Onderscheid tussen perpetrator-subtypen
Onderzoek met behulp van clusteranalyse heeft verschillende typen daders onderscheiden, waaronder een type dat overeenkomt met situationeel partnergeweld ('family only') en twee typen die lijken op intiem terrorisme (borderline/dysforisch en algemeen gewelddadig/antisociaal). Deze clusters verschillen onder andere in de persoonlijkheid van de daders, het geweldspatroon, de attitudes ten opzichte van vrouwen en het algemene niveau van controle in relaties [13](#page=13).
#### 1.2.4 Bevestiging van onderscheid tussen geweldstypen
Clusteranalyses op Britse steekproeven hebben de onderscheiding tussen intiem terrorisme en situationeel partnergeweld bevestigd, met ondersteuning voor bevindingen over verschillen in frequentie en ernst van het geweld [13](#page=13).
### 1.3 De voortdurende gender symmetrie-discussie
Ondanks de wetenschappelijke vooruitgang blijft de discussie over gender symmetrie in partnergeweld vaak de onderscheidingen tussen de verschillende typen geweld negeren. Publicaties die algemene enquêtegegevens gebruiken om aan te tonen dat mannen en vrouwen even gewelddadig zijn, impliceren ten onrechte dat zij even waarschijnlijk betrokken zijn bij intiem terrorisme. Recente literatuuroverzichten die de mythe van gender symmetrie ontkrachten, focussen nog steeds op meetproblemen als de belangrijkste oorzaak van tegenstrijdige bevindingen [13](#page=13).
> **Tip:** Het is belangrijk om kritisch te blijven ten opzichte van studies die partnergeweld als een uniform fenomeen behandelen, aangezien dit kan leiden tot verkeerde interpretaties en ineffectieve interventies [14](#page=14).
### 1.4 Theoretische onderbouwing en terminologie
De theoretische argumenten die ten grondslag liggen aan de onderscheidingen tussen geweldstypen zijn gebaseerd op het idee dat pogingen van mannen om algemene controle over hun vrouwen uit te oefenen, vooral in culturen waar het huwelijk als een egalitair partnerschap wordt gezien, op aanzienlijke weerstand kunnen stuiten. Dit kan leiden tot herhaaldelijk geweld en escalatie van ernst om controle te verkrijgen. Vrouwen die geconfronteerd worden met een partner die vastbesloten is de overhand te krijgen, zullen uiteindelijk mogelijk niet langer fysiek weerstand bieden, maar andere tactieken aanwenden om controle over hun leven te krijgen [15](#page=15).
#### 1.4.1 Evolutie van terminologie
De gebruikte terminologie is in de loop der jaren enigszins veranderd, hoewel de definities gelijk zijn gebleven. De term 'patriarchaal terrorisme' werd verlaten omdat deze de relatieve betrokkenheid van mannen en vrouwen bij dit type controlerend geweld vooronderstelde en impliceerde dat al dit geweld geworteld was in patriarchale structuren. Hoewel het nog steeds waarschijnlijk is dat de meeste intiem terrorisme door mannen in heteroseksuele relaties wordt gepleegd en geworteld is in patriarchale tradities, zijn er vrouwelijke intiem terroristen, ook in homoseksuele relaties. De term 'alledaags koppelijk geweld' (common couple violence) werd vervangen door 'situationeel koppelijk geweld' (situational couple violence) om te voorkomen dat dit geweld als acceptabel werd beschouwd en om duidelijker de wortels van dit geweld in de gesituëerde escalatie van conflict aan te geven [14](#page=14).
#### 1.4.2 De rol van controle versus geweld
Het is belangrijk te benadrukken dat de typologie is gedefinieerd op basis van de **controlcontext**, niet op basis van de frequentie of ernst van het geweld. Hoewel alle leden van de vier typen gewelddadig zijn geweest, zijn de onderscheidingen puur gebaseerd op de controledoelstellingen [14](#page=14) [15](#page=15).
### 1.5 Consequenties en interventie
#### 1.5.1 Schatting van de incidentie van geweldstypen
Het is bijna onmogelijk om precieze schattingen te ontwikkelen van de incidentie van de verschillende geweldstypen vanwege de vooroordelen van verschillende bemonsteringsstrategieën. Echter, gebaseerd op cijfers uit algemene enquêtes en gegevens van instanties die opvangstatistieken bijhouden, kan worden geschat dat er waarschijnlijk drie keer zoveel situationeel koppelijk geweld voorkomt als intiem terrorisme, wat betekent dat 75% van de vrouwen die geweld ervaren van hun mannelijke partners, situationeel koppelijk geweld ervaren [15](#page=15).
#### 1.5.2 Implicaties voor beleid en interventie
Het is essentieel dat beleidsmakers en interventie-experts de bestaande literatuur heroverwegen die de onderscheidingen tussen geweldstypen negeert. Het niet maken van deze onderscheidingen kan leiden tot ineffectieve hulpverlening en beleidsvorming. Er is een groeiende erkenning dat huiselijk geweld geen eenvormig fenomeen is [12](#page=12) [14](#page=14).
> **Tip:** Het is cruciaal om bij het beoordelen van onderzoek te letten op de gebruikte methodologie en of er onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende typen partnergeweld. Dit is van essentieel belang voor de validiteit van de bevindingen en de bruikbaarheid ervan voor praktijk en beleid [14](#page=14).
#### 1.5.3 Instrumenten voor typologieontwikkeling
Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van meetinstrumenten die geworteld zijn in de theorie van dwangmatige controle om deze typologieën verder te verfijnen [15](#page=15).
### 1.6 Kritiek op meetinstrumenten
De Conflict Tactics Scales (CTS) zijn bekritiseerd als onvoldoende voor het beoordelen van intiem partnergeweld. Het vergelijken van studies die allemaal de CTS gebruikten, elimineert deze potentiële bron van vertekening [14](#page=14).
### 1.7 Overige theoretische overwegingen
* De typologie is enigszins ongebruikelijk omdat deze dyadische informatie gebruikt om een typologie van individueel gedrag te creëren [14](#page=14).
* Er is enige verwarring geweest over de rol van de frequentie of ernst van geweld bij de constructie van deze typologie [14](#page=14).
* De interviews bevatten specifieke vragen over de frequentie en escalatie van geweld, evenals de ernst van verwondingen [14](#page=14).
Het is van groot belang dat de onderzoeksbenaderingen het complexe en genuanceerde karakter van partnergeweld erkennen door middel van nauwkeurige methodologische en theoretische kaders [12](#page=12).
---
# Onderscheid tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld
Dit gedeelte van het studiemateriaal richt zich op het cruciale onderscheid tussen twee hoofdtypen partnergeweld: intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld, en belicht hun verschillende kenmerken, oorzaken en gevolgen [9](#page=9).
### 2.1 Definities en typologieën
Het onderscheid tussen verschillende vormen van partnergeweld is essentieel voor een accurate analyse en effectieve interventie [12](#page=12).
#### 2.1.1 Intiem terrorisme
Intiem terrorisme kenmerkt zich door een patroon van controlerend geweld, waarbij het doel is om macht en controle over de partner te verkrijgen en te behouden. Dit type geweld is doorgaans niet gender-symmetrisch in heteroseksuele relaties, waarbij mannen vaker de rol van intiem terrorist vervullen. In dit onderzoek is intiem terrorisme in 94 van de 97 gevallen door de echtgenoot gepleegd [9](#page=9).
#### 2.1.2 Situationeel koppelijk geweld
Situationeel koppelijk geweld daarentegen is individueel, niet-controlerend geweld dat voorkomt in een dyadische context, waarbij geen van beide partners controlerend geweld gebruikt. Dit type geweld is dichter bij gender-symmetrisch wat betreft prevalentie, hoewel mannen binnen situationeel koppelijk geweld over het algemeen vaker geweld plegen dan vrouwen [9](#page=9).
#### 2.1.3 Andere typologieën
* **Gewelddadige weerstand:** Dit verwijst naar gevallen waarin de ene partner gewelddadig is maar niet controlerend, terwijl de andere partner zowel gewelddadig als controlerend is. In de onderzochte steekproef van heteroseksuele relaties was dit type geweld bijna uitsluitend een vrouwelijk fenomeen, als reactie op intiem terrorisme door de man [9](#page=9).
* **Wederzijds gewelddadige controle:** Dit type geweld treedt op in relaties waarin beide partners gewelddadig en controlerend zijn. In de onderzochte steekproef bestond dit uit slechts vijf koppels (tien individuen) en is bij heteroseksuele koppels per definitie gender-symmetrisch [9](#page=9).
### 2.2 Kenmerken van gewelddadige acten
Er zijn significante verschillen in de aard van de gewelddadige acten tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Frequentie:** Geweld bij intiem terrorisme is frequent, met een mediaan van 18 incidenten in de onderzochte huwelijken. Situationeel koppelijk geweld is veel minder frequent, met een mediaan van drie gewelddadige gebeurtenissen [9](#page=9).
* **Escalatie:** Intiem terrorisme escaleert in 76% van de gevallen, terwijl situationeel koppelijk geweld slechts in 28% van de gevallen escaleert [9](#page=9).
* **Letsel:** Het geweld bij intiem terrorisme is soms ernstig in 76% van de gevallen, vergeleken met 28% van de gevallen van situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Wederkerigheid:** Bij intiem terrorisme reageert de vrouw zelden met geweld (mediaan van de verhouding van het aantal keren dat de vrouw geweldig was tot het aantal keren dat de echtgenoot geweldig was is.17). Bij situationeel koppelijk geweld was de mediaanratio.40 [9](#page=9).
Deze gegevens onderstrepen dat intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld geen identieke fenomenen zijn [9](#page=9).
### 2.3 De rol van steekproeftrekking (sampling)
De steekproefmethode die wordt gebruikt in onderzoek naar partnergeweld heeft een grote invloed op de resultaten en kan leiden tot vertekeningen [9](#page=9).
* **Algemene enquêtes:** Algemene enquêtes, zoals die typisch zijn voor veel gezinsgeweldonderzoek, tappen voornamelijk situationeel koppelijk geweld af. Slechts 11% van het geweld in dergelijke steekproeven betreft intiem terrorisme [10](#page=10).
* **Instantie-steekproeven:** Steekproeven uit instanties zoals rechtbanken en opvangcentra, die typisch zijn voor feministisch onderzoek, richten zich voornamelijk op intiem terrorisme [10](#page=10).
#### 2.3.1 Fouten als gevolg van steekproefbias
Het niet onderscheiden van deze typen geweld kan leiden tot misinterpretaties:
* Het artikel over het "battered husband syndrome" (Steinmetz, 1977) citeerde algemene enquêtedata, die voornamelijk situationeel koppelijk geweld vertegenwoordigen, om te suggereren dat mannen-battering net zo frequent is als vrouwen-battering. De gepresenteerde gegevens hadden echter geen betrekking op mannen-battering in de zin van intiem terrorisme [10](#page=10).
* De aanname dat patronen uit instantie-steekproeven (zoals geweld dat altijd escaleert) van toepassing zijn op al het partnergeweld is ook problematisch. Dit patroon geldt veel meer voor intiem terrorisme dan voor situationeel koppelijk geweld. Veel koppels die geweld ervaren, zijn echter betrokken bij situationeel koppelijk geweld, en voor hen wordt een onjuist beeld geschetst van het waarschijnlijke verloop van hun relatie [10](#page=10).
Hoewel deze steekproefbias dramatisch is, is geen van beide soorten mannelijk geweld exclusief te vinden in één type steekproef, wat aangeeft dat het mogelijk is om verschillen tussen deze twee typen geweld in verschillende onderzoeksinstellingen te bestuderen [10](#page=10).
### 2.4 Implicaties voor meting en onderzoek
Om de onderscheidingen tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld te kunnen maken, is het cruciaal om specifieke gegevens te verzamelen [11](#page=11).
#### 2.4.1 Verzamelingsstrategieën
1. **Informatie over controletactieken:** Het is van het grootste belang om informatie te verzamelen over een reeks controletactieken voor beide partners. Veel bestaande enquêtes doen dit echter niet, wat een aanzienlijk tekort is [11](#page=11).
2. **Standaardisatie van metingen:** Er bestaat nog geen gestandaardiseerde aanpak voor het meten van controle, hoewel er verschillende schalen zijn ontwikkeld die als geschikte kandidaten kunnen dienen. Het is wenselijk dat er consensus ontstaat over een standaardset van controlemetingen [11](#page=11).
#### 2.4.2 Analyse van gegevens
* **Typologievorming:** Na het verzamelen van de gegevens kan een typologie van controlerend en niet-controlerend geweld worden gecreëerd. Vroege methoden zoals clusteranalyse en latente klassenanalyse konden clusters van individuen met vergelijkbare antwoordprofielen identificeren. Meer recente benaderingen omvatten het creëren van een controleschaal en deze te dichotomiseren om personen met hoge en lage controle te identificeren, wat duidelijkere criteria biedt voor plaatsing in de vier geweldstypen en vergelijkingen tussen studies mogelijk maakt [12](#page=12).
* **Gevolgen van onderscheid:** Het negeren van deze onderscheidingen kan leiden tot problematische conclusies. Intiem terrorisme, situationeel koppelijk geweld, gewelddadige weerstand en wederzijds gewelddadige controle kunnen niet dezelfde oorzaken, ontwikkelingstrajecten, gevolgen of prognoses voor effectieve interventie hebben. Het maken van deze onderscheidingen in onderzoek is essentieel voor een beter begrip van partnergeweld, effectieve interventie en beleidsaanbevelingen [12](#page=12).
### 2.5 Voortgang en gender symmetrie debat
Ondanks significante vooruitgang in het onderzoek naar verschillende typen intiem partnergeweld, blijft het gender symmetrie debat vaak deze onderscheidingen negeren. Studies die algemene enquêtedata gebruiken om aan te tonen dat mannen en vrouwen even gewelddadig zijn, impliciet dat ze ook even waarschijnlijk betrokken zijn bij intiem terrorisme. De auteur benadrukt dat de cumulerende bewijzen zijn argument ondersteunen dat om partnergeweld te begrijpen, effectief te interveniëren en nuttig beleid te ontwikkelen, er onderscheid moet worden gemaakt tussen de verschillende typen geweld [13](#page=13) [14](#page=14).
> **Tip:** Het is cruciaal om kritisch te kijken naar de methodologie van studies over partnergeweld en na te gaan of er onderscheid wordt gemaakt tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld. Dit onderscheid is fundamenteel voor het begrijpen van de dynamiek en gevolgen van dergelijk geweld.
> **Voorbeeld:** Een studie die alleen kijkt naar de frequentie van fysiek geweld, zonder rekening te houden met de controlerende aspecten, kan de ernst en de aard van intiem terrorisme onderschatten in vergelijking met situationeel koppelijk geweld [11](#page=11).
---
# De rol van controle in partnergeweld
Controle speelt een cruciale rol in het begrijpen van verschillende vormen van partnergeweld, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld [10](#page=10) [9](#page=9).
### 3.1 Typologieën van partnergeweld
Verschillende typologieën van partnergeweld zijn geïdentificeerd, gebaseerd op de aanwezigheid en aard van controle:
* **Intiem terrorisme**: Gekenmerkt door controle en geweld, meestal gepleegd door de echtgenoot [9](#page=9).
* **Gewelddadig verzet**: Een vorm van geweld waarbij de partner geweld gebruikt als reactie, zonder controlerend te zijn; dit wordt voornamelijk waargenomen bij vrouwen [9](#page=9).
* **Situationeel koppelijk geweld**: Individueel, niet-controlerend geweld binnen een relationele context, waarbij geen van beide partners gewelddadig en controlerend is. Hoewel gender-symmetrisch qua prevalentie, zijn mannen vaker de daders [9](#page=9).
* **Wederzijds gewelddadige controle**: Een situatie waarin beide partners zowel gewelddadig als controlerend zijn. Bij heteroseksuele koppels is dit per definitie gender-symmetrisch [9](#page=9).
> **Tip:** Het is essentieel om onderscheid te maken tussen deze typen geweld, omdat ze verschillende oorzaken, ontwikkelingspatronen, gevolgen en prognoses voor effectieve interventie hebben [12](#page=12).
### 3.2 Kenmerken van geweldstypen
De aard en frequentie van gewelddadige incidenten verschillen aanzienlijk tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld:
* **Frequentie van incidenten**: Intiem terrorisme komt vaker voor, met een mediaan aantal van 18 incidenten in de onderzochte huwelijken, vergeleken met een mediaan van drie incidenten bij situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Escalatie**: Intiem terrorisme escaleert in 76% van de gevallen, terwijl situationeel koppelijk geweld slechts in 28% van de gevallen escaleert [9](#page=9).
* **Ernst van verwondingen**: Het geweld bij intiem terrorisme was in 76% van de gevallen soms ernstig, tegenover 28% van de gevallen van situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Wederkerigheid van geweld**: Vrouwen reageren zelden met geweld bij intiem terrorisme (mediaan verhouding vrouwelijk geweld tegenover mannelijk geweld van 0.17). Bij situationeel koppelijk geweld was de mediaan verhouding 0.40 [9](#page=9).
> **Tip:** Deze verschillen benadrukken dat intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld niet hetzelfde fenomeen zijn [9](#page=9).
### 3.3 Samplingsbias in onderzoek
Onderzoeksresultaten kunnen sterk beïnvloed worden door de gebruikte steekproefmethode:
* **Algemene survey-samples**: Deze tappen voornamelijk situationeel koppelijk geweld aan, met slechts 11% intiem terrorisme [10](#page=10).
* **Instantie-samples (bv. rechtbanken, opvanghuizen)**: Deze geven voornamelijk toegang tot intiem terrorisme, wat hen de voorkeur geeft voor onderzoek naar dit specifieke type geweld [10](#page=10).
> **Voorbeeld:** De "battered husband syndrome" discussie werd geïnitieerd door Steinmetz die anekdotes over echt mannenmishandeling gebruikte, maar vervolgens surveygegevens citeerde die voornamelijk situationeel koppelijk geweld vertegenwoordigden. Dit illustreert hoe het verkeerd interpreteren van data op basis van de steekproef kan leiden tot onjuiste conclusies over de prevalentie en aard van geweld [10](#page=10) .
Ondanks de steekproefbias, kunnen beide soorten mannelijk geweld gevonden worden in verschillende onderzoeksinstellingen, wat mogelijkheden biedt voor verder onderzoek [10](#page=10).
### 3.4 Implicaties voor meting en onderzoek
Het accuraat meten van controle is cruciaal voor het onderscheiden van verschillende vormen van partnergeweld:
* **Verzamelen van data over controle tactieken**: Onderzoek moet informatie verzamelen over een breed scala aan controle tactieken van beide partners [11](#page=11).
* **Standaardisatie van meetinstrumenten**: Er is behoefte aan een consensus over standaard meetinstrumenten voor controle, vergelijkbaar met de Conflict Tactics Scales (CTS) voor geweld. Potentiële schalen omvatten die van Marshall Stets Tolman Pence en Paymar en Straus en zijn collega's [11](#page=11) .
### 3.5 Analytische benaderingen
Verschillende statistische methoden kunnen worden gebruikt om typologieën van controlerend en niet-controlerend geweld te creëren:
* **Clusteranalyse en latente klasse analyse**: Deze technieken identificeren groepen individuen met vergelijkbare respons patronen op controle items. Ze bieden statistische criteria voor het bepalen van het optimale aantal groepen [12](#page=12).
* **Vereenvoudigde schaalscores**: Een controle schaal kan worden gecreëerd en gedichotomiseerd om individuen met hoge en lage controle te identificeren, wat duidelijke criteria biedt voor plaatsing binnen de vier geweldstypen en vergelijkingen tussen studies vergemakkelijkt [12](#page=12).
> **Tip:** Het is cruciaal om conclusies die getrokken zijn uit literatuur die deze onderscheidingen niet maakt, opnieuw te evalueren [12](#page=12).
### 3.6 Conclusies en toekomstig onderzoek
De accumulatie van bewijs ondersteunt de noodzaak om onderscheid te maken tussen verschillende typen partnergeweld voor effectief onderzoek, interventie en beleid [12](#page=12) [14](#page=14).
* Slachtoffers van intiem terrorisme ervaren frequentere aanvallen, zijn vaker gewond, vertonen meer symptomen van posttraumatische stressstoornis, missen vaker werk en verlaten hun partners vaker [12](#page=12) [13](#page=13).
* Slachtoffers van intiem terrorisme melden een slechtere algemene gezondheid, vaker doktersbezoeken, meer psychische nood en een grotere kans op ontvangst van overheidssteun. Ze zoeken ook vaker formele hulp (politie, medisch, counseling) [13](#page=13).
* Kinderervaringen van huiselijk geweld zijn sterk gerelateerd aan de latere volwassen perpetratie van intiem terrorisme, maar niet aan situationeel koppelijk geweld [13](#page=13).
* Onderzoek van Holtzworth-Munroe en collega's identificeert typen daders, waarbij sommige corresponderen met situationeel koppelijk geweld en andere met verschillende soorten intiem terroristen (borderline/dysforisch en algemeen gewelddadig/antisociaal). Deze typen verschillen in persoonlijkheidskenmerken, geweldspatronen en de mate van controle die in relaties wordt uitgeoefend [13](#page=13).
De gender symmetrie discussie negeert vaak deze demonstraties van verschillende soorten intiem partnergeweld, wat leidt tot problematische generalisaties. Een geleidelijke erkenning dat huiselijk geweld geen eenmalig fenomeen is, is noodzakelijk [13](#page=13) [14](#page=14).
---
# Steekproefmethoden en hun impact op het onderzoek naar huiselijk geweld
Steekproefmethoden hebben een aanzienlijke invloed op de resultaten van onderzoek naar huiselijk geweld, wat kan leiden tot misinterpretaties als er geen onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende vormen van geweld [9](#page=9).
### 4.1 Soorten geweld en steekproefbias
Het onderzoek naar huiselijk geweld wordt geconfronteerd met aanzienlijke vertekeningen (biases) als gevolg van de gebruikte steekproefmethoden. Dit komt met name doordat verschillende steekproeven verschillende soorten geweld primair belichten. Er worden twee hoofdtypen geweld onderscheiden die hierbij relevant zijn [10](#page=10):
* **Intiem terrorisme (Intimate Terrorism - IT):** Dit type geweld wordt gekenmerkt door een patroon van controlerend gedrag en geweld, waarbij de dader zich richt op het overheersen en intimideren van de partner. In een steekproef van heteroseksuele relaties bleek dat in 97% van de gevallen de echtgenoot de dader was [9](#page=9).
* **Situationeel koppelijk geweld (Situational Couple Violence - SCV):** Dit type geweld is minder frequent en minder escalerend dan intiem terrorisme. Het is vaak gender-symmetrisch in termen van prevalentie, hoewel mannen binnen SCV over het algemeen wel gewelddadiger zijn dan vrouwen [9](#page=9).
#### 4.1.1 Kenmerken van intiem terrorisme versus situationeel koppelijk geweld
De verschillen tussen intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld zijn significant en hebben directe implicaties voor de interpretatie van onderzoeksdata (#page=9, 10) [10](#page=10) [9](#page=9):
* **Frequentie van incidenten:** Intiem terrorisme is veel frequenter, met een mediaan van 18 incidenten, vergeleken met 3 incidenten bij situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Escalatie:** Intiem terrorisme escaleert in 76% van de gevallen, terwijl dit bij situationeel koppelijk geweld slechts in 28% van de gevallen gebeurt [9](#page=9).
* **Ernst van verwondingen:** De gewelddadige incidenten bij intiem terrorisme zijn soms ernstig in 76% van de gevallen, tegenover 28% bij situationeel koppelijk geweld [9](#page=9).
* **Reactie van de partner:** Bij intiem terrorisme reageren vrouwen zelden met geweld (mediaanratio van vrouwelijk geweld tot mannelijk geweld van 0.17). Bij situationeel koppelijk geweld is deze ratio hoger (mediaan 0.40) [9](#page=9).
> **Tip:** Het is cruciaal om te erkennen dat intiem terrorisme en situationeel koppelijk geweld geen synoniemen zijn. Het negeren van dit onderscheid kan leiden tot fundamenteel verkeerde conclusies over de aard en omvang van huiselijk geweld [9](#page=9).
### 4.2 De impact van steekproefmethoden
De gebruikte steekproefmethoden bepalen welke vorm van geweld het meest prominent aanwezig zal zijn in de onderzoeksresultaten [10](#page=10).
* **Algemene survey steekproeven:** Deze steekproeven omvatten voornamelijk situationeel koppelijk geweld, met slechts 11% van het geweld dat als intiem terrorisme wordt geclassificeerd [10](#page=10).
* **Gespecialiseerde steekproeven (bv. via justitie en opvangcentra):** Deze steekproeven, typisch voor feministisch onderzoek, richten zich voornamelijk op intiem terrorisme [10](#page=10).
#### 4.2.1 Gevolgen van steekproefbias
Het niet in acht nemen van de steekproefbias kan leiden tot misleidende conclusies en beleidsaanbevelingen [10](#page=10):
* **Misinterpretatie van prevalentie:** De studie van Steinmetz over het "battered husband syndrome" gebruikte algemene surveydata, die voornamelijk situationeel geweld representeren, om te stellen dat partnergeweld door vrouwen even frequent is als door mannen. De data ondersteunden deze claim echter niet voor intiem terrorisme, wat een veel serieuzer probleem is bij mannen. Hoewel mannenbatterij ernstig kan zijn, is het als algemeen fenomeen minder frequent dan vrouwengebruik van geweld [10](#page=10) .
* **Onnauwkeurige voorstelling van het verloop van geweld:** Adviezen gebaseerd op observaties in opvangcentra, zoals "geweld escaleert altijd," zijn meer van toepassing op intiem terrorisme. Dit geeft een onjuist beeld voor de meerderheid van de koppels die situationeel geweld ervaren [10](#page=10).
> **Tip:** Onderzoekers moeten zich bewust zijn van de aard van hun steekproef en de implicaties daarvan voor de generaliseerbaarheid van hun bevindingen naar alle vormen van huiselijk geweld.
### 4.3 Mogelijkheden voor onderscheid en verbetering
Ondanks de significante verschillen tussen de steekproefmethoden, is het mogelijk om beide typen geweld te bestuderen in verschillende onderzoekssettings [11](#page=11).
* **Onderzoek in algemene steekproeven:** Met voldoende grote steekproeven en specifieke vragen die onderscheid maken tussen de twee vormen van geweld, is het mogelijk om zowel situationeel koppelijk geweld als intiem terrorisme te bestuderen [11](#page=11).
* **Onderzoek in gespecialiseerde steekproeven:** Omdat vrouwen ook situaties van situationeel koppelijk geweld bij justitie of in opvangcentra aanbrengen, kunnen onderzoekers in deze contexten de effecten van interventiestrategieën op beide vormen van geweld bestuderen, mits de data hiertoe onderscheidend worden verzameld [11](#page=11).
#### 4.3.1 Implicaties voor meting
Om de nodige onderscheidingen te maken, is een aangepaste aanpak voor dataverzameling en -analyse vereist [11](#page=11).
* **Verzamelen van informatie over control tactieken:** Het is cruciaal om gedetailleerde informatie te verzamelen over de diverse control tactieken die door *beide* partners worden gebruikt. Niet alle bestaande onderzoeken doen dit. Surveys zoals de National Violence Against Women Survey vragen wel naar control tactieken van de aanvaller, maar niet naar die van de respondent. De National Family Violence surveys vragen naar het gedrag van beide partners, maar missen een breed scala aan control tactieken. Er moet geëist worden dat elke studie naar partnergeweld vragen stelt over de control tactieken en het geweld dat door beide partners wordt gebruikt [11](#page=11).
* **Standaardisatie van meetinstrumenten voor controle:** Hoewel er gestandaardiseerde methoden zijn voor het meten van geweld (zoals de Conflict Tactics Scales - CTS), ontbreekt een dergelijke standaardisatie nog voor het meten van controle. Er zijn verschillende bestaande schalen die als kandidaat dienen, waaronder die van Marshall voor psychologische mishandeling, Stets voor controle, en Tolman voor psychologisch misbruik. Het ontwikkelen van een consensus over een standaard set controlemate is wenselijk [11](#page=11) .
> **Tip:** Het belang van het meten van *beide* aspecten – geweld en controle – bij *beide* partners is fundamenteel voor een accuraat begrip van huiselijk geweld en het maken van de nodige onderscheidingen tussen verschillende vormen ervan.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Term | Definitie |
| Intiem terrorisme | Een vorm van partnergeweld waarbij één individu gewelddadig en controlerend is, terwijl de partner niet gewelddadig of controlerend is. Dit type geweld wordt bijna uitsluitend door mannen gepleegd in heteroseksuele relaties en is vaak onderdeel van een bredere strategie van macht en controle. |
| Situationeel koppelsgeweld | Een vorm van partnergeweld waarbij een individu gewelddadig is, maar niet controlerend, en de partner ook niet gewelddadig of controlerend is. Dit type geweld ontstaat vaak door de escalatie van conflicten binnen het koppel en is gender-symmetrisch. |
| Gewelddadig verzet | Een vorm van partnergeweld waarbij één individu gewelddadig is maar niet controlerend, en de partner juist gewelddadig en controlerend is. In heteroseksuele relaties wordt dit type geweld bijna uitsluitend door vrouwen gepleegd als reactie op de controle van hun partner. |
| Wederzijdse gewelddadige controle | Een vorm van partnergeweld waarbij beide partners gewelddadig en controlerend zijn. Dit type geweld is per definitie gender-symmetrisch. |
| Gender symmetrie | Het concept dat mannen en vrouwen in gelijke mate betrokken zijn bij partnergeweld, zowel als dader als als slachtoffer. De tekst stelt dat deze symmetrie afhankelijk is van het type partnergeweld dat wordt bestudeerd. |
| Controle tactieken | Gedragingen die een individu gebruikt om algemene controle uit te oefenen over zijn of haar partner, naast fysiek geweld. Voorbeelden hiervan zijn bedreigingen, economische controle, isolatie, emotionele mishandeling en seksuele controle. |
| Conflict Tactics Scales (CTS) | Een veelgebruikt instrument om de aard van partnergeweld te meten. Hoewel het een standaardaanpak heeft geboden voor het beoordelen van geweld, wordt de geschiktheid ervan voor het meten van controle tactieken bekritiseerd. |
| Clusteranalyse | Een statistische methode die wordt gebruikt om groepen (clusters) van individuen te identificeren die vergelijkbare profielen van reacties hebben op een reeks items. In deze context wordt het gebruikt om verschillende typen partnergeweld te onderscheiden op basis van controle tactieken. |
| Steekproefstrategieën | De methoden die worden gebruikt om deelnemers te selecteren voor onderzoek. Verschillende steekproefstrategieën (bijvoorbeeld algemene enquêtes versus gegevens van instanties zoals politie en opvanghuizen) kunnen leiden tot verschillende bevindingen over de aard en prevalentie van partnergeweld, met name met betrekking tot gender symmetrie. |
| Dyadische controle context | De dynamiek van controle binnen een relatie tussen twee partners. De tekst benadrukt dat het begrijpen van partnergeweld vereist dat men kijkt naar de controlepatronen van beide partners binnen de relatie. |
| Situationeel koppelijk geweld | Geweld binnen een relatie dat optreedt in specifieke situaties en niet gepaard gaat met een algemeen patroon van controlerend gedrag. Dit type geweld is doorgaans minder frequent, minder geneigd tot escalatie en leidt minder vaak tot ernstige verwondingen dan intiem terrorisme. |
| Gewelddadige weerstand | Een situatie waarin een partner geweld gebruikt als reactie op het geweld van de ander, zonder zelf controlerend gedrag te vertonen. In de context van heteroseksuele relaties wordt dit type geweld voornamelijk door vrouwen toegepast als reactie op intiem terrorisme door mannen. |
| Wederzijds gewelddadige controle | Een relatie waarin beide partners zowel gewelddadig als controlerend zijn. Dit type geweld is per definitie gender-symmetrisch in heteroseksuele koppels. |
| Controle schaal | Een meetinstrument dat wordt gebruikt om de mate van controle die een persoon uitoefent binnen een relatie te kwantificeren. Deze schaal is cruciaal voor het onderscheiden van verschillende typen partnergeweld, met name intiem terrorisme. |
| Situationeel partnergeweld | Een vorm van partnergeweld die voorkomt in een specifieke situatie of conflict, waarbij geen van beide partners controlerend is. Dit type geweld is gender-symmetrisch in termen van prevalentie en wordt vaak veroorzaakt door de escalatie van een conflict, in plaats van een systematische poging tot controle. |
| Latent class analyse | Een statistische techniek die vergelijkbaar is met clusteranalyse, maar specifiek is ontworpen voor dichotome (twee-keuze) gegevens. Het identificeert verborgen groepen binnen een populatie met vergelijkbare responsen op een set items. |
| Macht en controle | Concepten die verwijzen naar de dynamiek binnen relaties waarbij een partner probeert dominantie te vestigen en de autonomie van de ander te beperken. Dit is een centraal thema bij het begrijpen van intiem terrorisme. |
| Steekproefbias | Een systematische fout in de selectie van deelnemers aan een onderzoek, waardoor de steekproef niet representatief is voor de populatie. Dit kan leiden tot misleidende onderzoeksresultaten, zoals het overschatten of onderschatten van de prevalentie van bepaalde vormen van huiselijk geweld. |
| Algemene steekproeven | Onderzoekspopulaties die zijn samengesteld uit een brede doorsnede van de bevolking, vaak verkregen via algemene enquêtes. Deze steekproeven neigen ertoe voornamelijk situationeel koppelijk geweld te registreren. |
| Instantie-steekproeven | Onderzoekspopulaties die zijn samengesteld uit personen die contact hebben gehad met instanties zoals rechtbanken of opvanghuizen. Deze steekproeven geven voornamelijk toegang tot intiem terrorisme. |