Cover
Aloita nyt ilmaiseksi HOW 2025, slides les 1.pdf
Summary
# Inleiding tot de wijsbegeerte en haar geschiedenis
Dit gedeelte introduceert de aard van filosofie en het belang van de studie van haar geschiedenis, met een focus op reflectie over het leven en de menselijke relaties [3](#page=3) [4](#page=4).
### 1.1 Wat is filosofie?
Filosofie is een activiteit die zich bezighoudt met reflectie op de vorm van het leven. Deze reflectie omvat verschillende aspecten van de menselijke existentie en ervaring [4](#page=4):
* De relatie van het individu tot zichzelf [4](#page=4) [5](#page=5).
* De relatie van het zelf tot anderen [4](#page=4) [5](#page=5).
* De relatie van het zelf tot de wereld [4](#page=4) [5](#page=5).
Filosofie kenmerkt zich door "conceptuele articulatie" argumentatie en archivering [5](#page=5) [6](#page=6) [7](#page=7).
> **Tip:** Begrijp filosofie niet enkel als een verzameling ideeën, maar vooral als een actieve, kritische en reflectieve bezigheid.
### 1.2 Waarom de geschiedenis van de filosofie bestuderen?
Het bestuderen van de geschiedenis van de filosofie is cruciaal omdat filosofische gedachten en systemen historisch bepaald zijn. Door de geschiedenis te bestuderen, krijgen we inzicht in [7](#page=7):
* Hoe concepten en vragen door de eeuwen heen zijn gevormd en getransformeerd.
* De context waarbinnen filosofische ideeën ontstonden en evolueerden.
* De ontwikkeling van argumentatiestructuren en de manier waarop filosofen met elkaar in dialoog gingen.
* De blijvende relevantie van historische filosofische inzichten voor hedendaagse vraagstukken.
> **Tip:** De geschiedenis van de filosofie biedt een rijk archief aan denkwijzen die ons kunnen helpen onze eigen opvattingen beter te articuleren en te onderbouwen.
---
# Hoofdstuk 1: De klassieken - Mesopotamië
Dit hoofdstuk verkent de fundamentele rol van ritueel en de idealen van wijsheid binnen de oude Mesopotamische samenleving, en hoe deze bijdroegen aan sociale orde en het begrijpen van de wereld.
### Historische context en de rol van ritueel
De Mesopotamische beschaving, die zich grofweg uitstrekte van 7000 tot 323 v.o.t. kenmerkte zich door surplusproductie. Deze surplusproductie vereiste een centrale autoriteit die zorgde voor sociale orde in ruil voor de toeeigening van dit surplus. Rituelen speelden een cruciale rol als bemiddelaar in dit proces. Ze hielpen de operatie van het toeëigenen van surplus door de centrale autoriteit te legitimeren. De ontwikkeling van schrift en administratie was nauw verbonden met deze maatschappelijke structuren [13](#page=13) [14](#page=14) [15](#page=15) [16](#page=16).
### Kenmerken van rituele praktijken
Ritueel werd in Mesopotamië begrepen als een vorm van collectieve vormgeving. Het omvatte het gemeenschappelijk richten van de aandacht en het oproepen en bekrachtigen van gedeelde emotionele ervaringen [17](#page=17) [18](#page=18) [19](#page=19).
Mythes dienden als interpretatiekader voor deze ervaringen. Ze boden taal om te spreken over het onvoorspelbare en het onbepaalde. Het goddelijke werd hierin gezien als een bron van stabiele ankerpunten die de mens overstegen. Rituele praktijken trachtten de gemeenschap hiermee te verbinden om zo sociale relaties te stabiliseren [17](#page=17) [18](#page=18) [19](#page=19).
#### Voorbeeld: De Enûma Eliš
De Babylonische oorsprongsmythe, de Enûma Eliš, is een belangrijk voorbeeld van een Mesopotamisch ritueel. Deze mythe beschrijft de creatie van zowel de natuurlijke orde als de sociale orde, voortkomend uit een strijd tussen de goden, met de oppergod Marduk als centrale figuur [20](#page=20).
> **Example:** De mythe van de Enûma Eliš toont de rituele spiegeling tussen de strijd van de goden en de poging van de Babylonische vorst om de sociale orde te behouden. Wanorde bij de goden kon leiden tot wanorde in de menselijke samenleving [21](#page=21).
Het belang van rituele praktijken moet niet verward worden met het geloof in specifieke waarheden, wat kenmerkender is voor monotheïstische "religies van het boek". In Mesopotamië was "religie" eerder gerelateerd aan de correcte uitvoering van rituele praktijken. Het vormde een bijzondere manier waarop een individu relatie kon leggen met zijn eigen opvattingen [22](#page=22).
### Idealen van wijsheid
In Mesopotamië ontwikkelde zich een specifiek genre van "wijsheidsteksten". Wijsheid werd gedefinieerd als het weten wat te doen, vanuit respect voor de goddelijke orde en de daarbij behorende sociale hiërarchieën. De hoogste vorm van wijsheid bestond uit het weten hoe het samenleven georganiseerd moest worden [23](#page=23) [25](#page=25).
Wijsheid werd beschouwd als het resultaat van een goddelijke gift. Mettertijd kwam er een toenemende nadruk op bemiddeling door specifieke vormen van geletterde geleerdheid. De macht van taal was hierbij essentieel; het gaf uitdrukking aan wat van tel was en kon helpen het gevoel van onmacht te genezen [23](#page=23) [25](#page=25).
#### Voorbeeld: Het Gilgamesj-epos
Het Babylonische epos van Gilgamesj illustreert de idealen van wijsheid. Het toont de goddelijke gift van kennis van de goede riten en beschrijft de lange weg naar zelf-transformatie, inclusief het aanvaarden van ons sterfelijke lot [24](#page=24).
> **Tip:** Begrijpen hoe rituelen en mythes de sociale orde in Mesopotamië probeerden te stabiliseren, is cruciaal voor het plaatsen van vroege vormen van filosofisch denken in hun context.
---
# Hoofdstuk 1: De klassieken - Grieks denken
Dit hoofdstuk behandelt de vroege Griekse filosofie, gericht op de Ioniërs en Italianen, en markeert de overgang van mythologische verklaringen naar rationele en conceptuele benaderingen van de kosmos en het menselijk bestaan.
### 1.2.1 Historische context (800 – 500 v.o.t.)
De periode van 800 tot 500 v.o.t. kende een zoektocht naar nieuwe vormen van sociale orde, met name voor de *polis* (stadstaat). Macht was niet geconcentreerd in één centrum, maar berustte op een evenwicht tussen verschillende elites, en geschreven wetten werden belangrijker. Een gedeeld ideaal van wijsheid bestond, vertegenwoordigd door de legende van de "7 wijze mannen" [28](#page=28).
### 1.2.2 De geboorte van de natuurfilosofie
De Ionische scholen legden de basis voor de natuurfilosofie, gekenmerkt door de zoektocht naar een *archē* (basisprincipe) dat aan de oorsprong ligt van alle dingen [29](#page=29).
#### 1.2.2.1 De vroege Ionische natuurfilosofen
* **Thales**: Stelde dat water het fundamentele principe is. Hij geloofde ook dat "alles vol van goden" was [29](#page=29) [30](#page=30) [35](#page=35).
* **Anaximander**: Identificeerde "het onbepaalde" (apeiron) als de *archē*. Dit onbepaalde wordt soms geassocieerd met "aarde" [29](#page=29) [30](#page=30) [40](#page=40).
* **Anaximenes**: Beschouwde lucht als het basisprincipe [29](#page=29) [30](#page=30) [40](#page=40).
> **Tip:** Deze filosofen probeerden de natuurlijke wereld te verklaren vanuit één primair element of principe, wat een belangrijke stap was in de richting van conceptuele abstractie.
#### 1.2.2.2 Conceptuele abstractie in de natuurfilosofie
Het beschrijven van de *phúsis* (natuurlijke aard) van dingen vereiste een nieuw niveau van conceptuele abstractie. Verklaringen zoals "alles is water" of "natuurlijke veranderingen zijn zoals fase-transformaties" illustreren dit. De filosofen probeerden het voortdurend veranderlijke natuurgebeuren in taal uit te drukken, wat soms leidde tot uitspraken die de grenzen van de alledaagse taal overstegen [30](#page=30) [37](#page=37) [38](#page=38).
#### 1.2.2.3 Hesiodus en de oorsprong van orde
Hesiodus' *Theogonie* wordt genoemd in relatie tot het ontstaan van zowel de natuurlijke als de sociale orde. Deze orde wordt beschouwd als een evenwichtstoestand die "immanent" tot stand komt [31](#page=31) [32](#page=32) [33](#page=33) [34](#page=34).
#### 1.2.2.4 Heraclitus en de dynamiek van verandering
Heraclitus voerde het principe van "vuur" aan als de *archē*. Hij benadrukte de constante stroom en verandering in de natuur, met de bekende uitspraak "alles wordt geboren door strijd". Zijn idee dat "men niet tweemaal in dezelfde rivier kan stappen" vat deze dynamiek treffend samen [36](#page=36) [37](#page=37) [38](#page=38) [39](#page=39) [40](#page=40).
#### 1.2.2.5 Empedocles en de vier elementen
Empedocles introduceerde de theorie van de vier elementen (aarde, lucht, vuur en water) als basisprincipes, aangevuld met liefde en strijd als krachten die deze elementen samenbrengen en scheiden [40](#page=40) [43](#page=43) [45](#page=45).
### 1.2.3 Logische vereisten en goddelijke inspiratie
Parmenides en Zeno introduceerden een meer rationele en logische benadering, hoewel Zeno's paradoxen de verhouding tussen verandering en logica aan het licht brachten.
#### 1.2.3.1 Parmenides: Zijn en niet-zijn
Parmenides onderscheidde "De weg van de waarheid" van "De weg van de mening" [41](#page=41).
* **Het noodzakelijke zijn**: Gekenmerkt door perfecte en onveranderlijke eenheid, wat leidt tot de ontologie/theologie [41](#page=41).
* **Het contingente zijn**: Gekenmerkt door voortdurend veranderlijke veelvuldigheid, wat de natuurfilosofie/fysica betreft [41](#page=41).
#### 1.2.3.2 Zeno's paradoxen
Zeno van Elea is bekend om zijn paradoxen die de schijnbare rationaliteit van beweging en veelvoud in twijfel trekken. Dit riep de vraag op of het veranderlijke en veelvuldige wel rationeel te vatten is. Een bekend voorbeeld is de paradox van Achilles en de schildpad [42](#page=42).
### 1.2.4 De filosoof als goddelijke figuur en zelf-transformatie
Sommige filosofen, zoals Empedocles en Pythagoras, zagen de rol van de filosoof als iemand die een radicaal ander perspectief op het leven nastreefde, soms zelfs als een goddelijk geïnspireerd wezen.
#### 1.2.4.1 Empedocles: "Zuiveringen" en reïncarnatie
Naast zijn natuurfilosofie, beschreef Empedocles "Zuiveringen" (Katharmoi) als een proces van zelf-transformatie door middel van een cyclus van reïncarnaties. Dit impliceerde een radicaal ander perspectief op het leven en de rol van de filosoof, die als een goddelijk figuur werd beschouwd [43](#page=43) [44](#page=44) [45](#page=45).
#### 1.2.4.2 Pythagoras en de filosofische sekte
Pythagoras transformeerde het filosofische denken tot een filosofische sekte. Dit vereiste een collectieve vormgeving van het leven en voortdurende zorg voor de ziel, die als onsterfelijk werd beschouwd en onderhevig aan reïncarnatie. Dit leidde tot specifieke voorschriften en rites, evenals tot kosmologische speculatie [46](#page=46) [47](#page=47) [48](#page=48).
> **Tip:** De nadruk op de onsterfelijke ziel en reïncarnatie bij de Pythagoreërs markeert een belangrijk keerpunt, waarbij filosofie niet alleen een intellectuele activiteit werd, maar ook een levenswijze.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Wijsbegeerte | De studie van fundamentele vragen over bestaan, kennis, waarden, rede, geest en taal. Filosofie probeert de wereld en de menselijke conditie te begrijpen door middel van rationele argumentatie en kritische analyse. |
| Geschiedenis van de filosofie | De studie van de ontwikkeling van filosofische ideeën en stromingen door de tijd heen, inclusief de context en de impact van verschillende denkers en scholen. |
| Conceptuele articulatie | Het proces van het helder en nauwkeurig formuleren van ideeën en concepten, vaak met behulp van specifieke taal en definities om betekenis over te brengen. |
| Argumentatie | De redenering of reeks redenen die worden aangevoerd om een bewering te ondersteunen of te weerleggen. Het is een cruciaal element in filosofische discussies. |
| Archivering | Het systematisch verzamelen, organiseren en bewaren van teksten, ideeën of kennis voor toekomstig gebruik en studie. In de filosofie kan dit betrekking hebben op het behouden van geschriften. |
| Ritueel | Een reeks handelingen die volgens een vaste volgorde worden uitgevoerd, vaak met symbolische betekenis. Rituelen spelen een belangrijke rol in het vormgeven van gemeenschappelijke ervaringen en sociale orde. |
| Wijsheidsteksten | Een genre van literatuur dat zich richt op het overbrengen van praktische en morele kennis, vaak met betrekking tot hoe te leven en hoe de samenleving te organiseren. |
| Surplusproductie | De productie van goederen of diensten die de directe behoeften van een samenleving overstijgen. Dit kan leiden tot sociale stratificatie en de ontwikkeling van centrale autoriteiten. |
| Sociale orde | De manier waarop een samenleving gestructureerd is en functioneert, inclusief haar regels, normen en hiërarchieën die gedrag reguleren. |
| Legitimeren | Het proces van het wettig, geldig of gerechtvaardigd maken van iets, zoals een politieke macht of een sociale praktijk, vaak door middel van overtuigende argumenten of symbolische handelingen. |
| Mythes | Verhalen, vaak van religieuze of culturele oorsprong, die helpen bij het verklaren van de wereld, het leven en menselijke ervaringen, met name het onbekende en het onvoorspelbare. |
| Oorsprongsmythe | Een mythe die vertelt over het ontstaan van de wereld, de mensheid, goden of specifieke culturele verschijnselen, vaak om de huidige realiteit te verklaren. |
| Enûma Eliš | Een invloedrijke Babylonische scheppingsmythe die de strijd tussen goden beschrijft en het ontstaan van de natuurlijke en sociale orde verklaart, met Marduk als oppergod. |
| Babylonische oorsprongsmythe | Een mythe afkomstig uit het oude Babylon die de schepping van de wereld, de goden en de mensheid beschrijft, vaak met een focus op de rol van goddelijke strijd en orde. |
| Polis | De oude Griekse stadstaat, een centrum van politiek, sociaal en cultureel leven, dat vaak werd gekenmerkt door zelfbestuur en een gemeenschappelijke identiteit. |
| archē | Een fundamenteel Grieks filosofisch concept dat verwijst naar het oorspronkelijke principe, de basis of het begin van alle dingen. |
| Natuurfilosofie | Een vroege tak van de filosofie die zich bezighield met de studie van de natuurlijke wereld, haar principes en haar ontstaan, los van mythologische verklaringen. |
| phúsis | Een Grieks woord dat verwijst naar de natuurlijke aard of essentie van dingen, hun inherente kwaliteiten en hun spontane groei of ontwikkeling. |
| Conceptuele abstractie | Het vermogen om zich los te maken van concrete, specifieke gevallen en algemene ideeën of principes te vormen die van toepassing zijn op een bredere categorie van objecten of fenomenen. |
| Hesiodus Theogonie | Een oud-Grieks episch gedicht dat de oorsprong en genealogie van de Griekse goden beschrijft, en daarmee een verklaring biedt voor de ordening van de kosmos. |
| Contingent zijn | Dat wat bestaat maar ook niet zou kunnen bestaan; het tegenovergestelde van noodzakelijk zijn. Het verwijst naar het bestaan dat afhankelijk is van bepaalde voorwaarden. |
| Noodzakelijk zijn | Dat wat per definitie moet bestaan en niet anders kan zijn. Het verwijst naar een onvermijdelijk en onveranderlijk bestaan. |
| Onto-logie | De studie van het zijn, de aard van het bestaan en de fundamentele categorieën van de werkelijkheid. |
| Paradox | Een schijnbare tegenspraak die, bij nadere analyse, toch tot een waarheid of een dieper inzicht kan leiden, of die een onoplosbaar raadsel vormt. |
| Empedocles | Een belangrijke Griekse natuurfilosoof die stelde dat de wereld is opgebouwd uit vier elementen (aarde, lucht, vuur, water) die door de krachten van liefde en strijd worden gemanipuleerd. |
| Reïncarnaties | Het geloof dat na de dood de ziel (of geest) opnieuw wordt geboren in een ander lichaam, wat leidt tot een cyclus van leven, dood en wedergeboorte. |
| Filosofische sekte | Een groep mensen die zich organiseren rond een gemeenschappelijke filosofische overtuiging of levenswijze, vaak met specifieke rituelen en voorschriften. |
| Kosmologische speculatie | Het denken en redeneren over de aard, oorsprong en structuur van het universum, vaak op een theoretische of abstracte manier. |