Cover
Aloita nyt ilmaiseksi Samenvatting Byblos (1).pdf
Summary
# Historische ontwikkeling en bewoning van Byblos
Dit document beschrijft de uitgebreide bewoningsgeschiedenis van Byblos, vanaf het Neolithicum tot aan de Middeleeuwen, met nadruk op de culturele en handelsinvloeden die de stad hebben gevormd.
### 1.1 Opgravingsgeschiedenis
De identificatie van Byblos door Ernest Renan in 1860 op basis van teksten van Strabo. De eerste opgravingen werden geleid door Pierre Montet (1920-1924), gevolgd door Maurice Dunand (tot 1975). In 1984 werd de archeologische site erkend als UNESCO werelderfgoed [3](#page=3).
### 1.2 Bewoningsgeschiedenis
#### 1.2.1 Neolithicum (7de millennium v.C.)
De eerste bewoning van Byblos dateert van circa 7000 v.C.. Vroege bewoners leefden in rechthoekige huizen en ontwikkelden landbouw en veeteelt als onderdeel van de sedentaire levenswijze van de Neolithische Revolutie [3](#page=3).
#### 1.2.2 Chalcolithicum (4de millennium v.C.)
Byblos ontwikkelde zich tot een centrum voor de handel in metalen zoals koper, goud en zilver. Een sterke bloei van de handel in cederhout, dat goed groeide op de Libanese hellingen en veelgevraagd was in het Middellandse Zeegebied, versterkte de economische positie van de stad, met name door export naar Egypte [3](#page=3).
#### 1.2.3 Bronstijd
In de Bronstijd groeide Byblos uit tot een belangrijk stedelijk, handels- en religieus centrum. De aanleg van een haven, stadsmuren en straten getuigt van deze stedelijke groei. De handel met Egypte nam aanzienlijk toe, wat blijkt uit de vondst van een funeraire boot van Libanees cederhout in Gizeh. In Byblos zelf werden talrijke Egyptisch beïnvloede artefacten gevonden, met name in de Obeliskentempel en de Koninklijke Necropolis [3](#page=3).
#### 1.2.4 IJzertijd
Gedurende de IJzertijd kende Byblos diverse machtswisselingen, waaronder Assyrische en Perzische controle. Na de verovering door Alexander de Grote kwam de stad onder Macedonische heerschappij. Na Alexanders dood leidde de opdeling van zijn rijk tot het einde van het koningschap en ontwikkelde Byblos zich tot een belangrijk religieus bedevaartsoord [3](#page=3).
#### 1.2.5 Romeinse periode
In de Romeinse periode bleef Byblos een belangrijk bedevaartsoord, met name ter ere van de god Adonis [3](#page=3).
#### 1.2.6 Middeleeuwen
De stad fungeerde als strategische locatie voor de kruisvaarders, die haar gebruikten als uitvalsbasis voor de verovering van Jeruzalem. Een middeleeuws fort werd in deze periode gebouwd, dat nog steeds deel uitmaakt van de archeologische site [4](#page=4).
#### 1.2.7 Moderne periode
De archeologische site is gelegen in het hedendaagse Libanon, waar de stad nu bekend staat als Jbeil, een Arabische aanpassing van de oude naam Gubla [4](#page=4).
### 1.3 Tempels
#### 1.3.1 Tempel Ba’alat Gubla
Deze tempel, gedateerd rond 2800 v.C., was een van de belangrijkste heiligdommen. Ba’alat, wat "godin" betekent in het Fenicisch, was de beschermgodin van Byblos en werd vereerd als "The Lady of Byblos". Gubla verwijst naar de oorspronkelijke Akkadische naam van de stad [4](#page=4).
#### 1.3.2 Obeliskentempel
Daterend uit het 2de millennium v.C., is deze tempel vernoemd naar de vele obelisken die in de binnenplaats werden aangetroffen. Deze obelisken waren waarschijnlijk votiefgaven aan de Egyptische god Reshef, wat de sterke Egyptische invloed in Byblos onderstreept. Een inscriptie op een van de obelisken met de naam Reshef versterkt dit vermoeden. De obelisken vertonen ook de kenmerkende puntige top van Egyptische obelisken [4](#page=4).
Onder de tempelvloer werden vele votieven gevonden, die waarschijnlijk door priesters werden verzameld en bewaard in kruiken. Tot de belangrijkste vondsten behoren meer dan 15.000 "standing figures" van koper, goud en zilver, die mogelijk de god Reshef representeren. Ook werd een ceremoniële dolk van goud, zilver en ivoor gevonden, versierd met de afbeelding van een man op een paardachtig dier, waarschijnlijk god Reshef, die dierenoffers ontvangt van een knielende man. Een gouden bijl met voorstellingen die doen denken aan Gilgamesh en Enkidu uit het epische verhaal van Gilgamesh werd eveneens ontdekt. Een bijzondere vondst is een Hathor Plaque van zilver en ivoor, die de Egyptische godin Hathor afbeeldt. Er wordt aangenomen dat Hathor een inspiratiebron was voor de Fenicische godin Astarte, die op haar beurt de beschermgodin van Byblos, Ba’alat Gubla, inspireerde. Deze votieven illustreren de rijke culturele en religieuze uitwisseling rond het 2de millennium v.C. in Byblos [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6).
### 1.4 Graven
#### 1.4.1 Koninklijke Necropolis
Deze necropolis omvat acht schachtgraven met dieptes variërend van acht tot twaalf meter [6](#page=6).
In schachtgraf vijf werd de kalkstenen sarcofaag van koning Ahiram gevonden. De sarcofaag toont een iconografische voorstelling van koning Ahiram zittend op een sfinxentroon, een symbool van macht, met een lotusbloem die de dood symboliseert. Voor hem staat een tafel met een funerair banket en mannen die geschenken aanbieden. De andere zijden tonen meer personen met geschenken en rouwende vrouwen. De basis is versierd met vier leeuwenkoppen en het deksel toont leeuwachtige figuren [6](#page=6).
Het meest opmerkelijke aan de sarcofaag is de Fenicische inscriptie, erkend als het oudste bekende bewijs van het Fenicische alfabet, de basis voor onder andere het Griekse alfabet. De inscriptie bevat een waarschuwing en een vloek gericht aan mogelijke grafrovers [7](#page=7).
In de koninklijke necropolis werden opnieuw diverse vondsten gedaan met duidelijke Egyptische invloeden [7](#page=7).
---
# Archeologische opgravingen en culturele vondsten
Dit onderwerp verkent de geschiedenis van archeologische opgravingen in Byblos en de diverse culturele vondsten die inzicht geven in de stad's handels- en religieuze uitwisselingen door de eeuwen heen.
### 2.1 Geschiedenis van de opgravingen
De eerste lokalisatie van Byblos, destijds nog een stad, vond plaats in 1860 door Ernest Renan op basis van antieke teksten. De daadwerkelijke opgravingscampagnes begonnen echter pas in 1920 onder leiding van Pierre Montet, die tot 1924 actief was. Maurice Dunand nam vervolgens het roer over en leidde de opgravingen tot 1975. In 1984 werd de archeologische site van Byblos erkend als UNESCO Werelderfgoed, wat de bescherming van het erfgoed tot op heden garandeert [3](#page=3).
### 2.2 Bewoningsgeschiedenis en culturele ontwikkeling
#### 2.2.1 Neolithicum (7e millennium v.C.)
De site van Byblos werd voor het eerst bewoond rond 7000 v.C.. De vroege bewoners leefden in eenvoudige, rechthoekige huizen. Landbouw en veeteelt werden snel belangrijk door de sedentaire levenswijze die kenmerkend was voor de Neolithische Revolutie [3](#page=3).
#### 2.2.2 Chalcolithicum (4e millennium v.C.)
Tijdens de Kopertijd ontwikkelde Byblos zich tot een belangrijk handelscentrum, met name voor koper, goud en zilver. Tegelijkertijd bloeide de handel in cederhout, dat veel werd gevraagd in het Middellandse Zeegebied, met name in Egypte [3](#page=3).
#### 2.2.3 Bronstijd
In de Bronstijd transformeerde Byblos tot een stedelijk, commercieel en religieus centrum. De aanleg van een haven, stadsmuren en straten duidt op aanzienlijke stedelijke groei. De handel met Egypte nam sterk toe, wat blijkt uit de aanwezigheid van Egyptisch beïnvloede vondsten, zoals de funeraire boot uit Gizeh vervaardigd uit Libanees cederhout [3](#page=3).
#### 2.2.4 IJzertijd
De IJzertijd kenmerkte zich door diverse machtswisselingen in Byblos, waaronder perioden van Assyrische, Perzische en Macedonische controle. Na de opdeling van het Macedonische rijk na de dood van Alexander de Grote, ontwikkelde Byblos zich tot een belangrijk religieus bedevaartsoord [3](#page=3).
#### 2.2.5 Romeinse periode
Tijdens de Romeinse periode bleef Byblos een prominent bedevaartsoord, met name ter ere van de god Adonis [3](#page=3).
#### 2.2.6 Middeleeuwen
In de Middeleeuwen diende Byblos als een strategische uitvalsbasis voor kruisvaarders. Zij bouwden er een middeleeuws fort dat nog steeds zichtbaar is op de archeologische site [3](#page=3).
#### 2.2.7 Moderne periode
De archeologische site is gelegen in het hedendaagse Libanon, waar de stad tegenwoordig bekend staat als Jbeil, een naam afgeleid van de oude benaming Gubla [3](#page=3).
### 2.3 Belangrijke tempels en vondsten
#### 2.3.1 Tempel Ba’alat Gubla
Deze tempel, gedateerd rond 2800 v.C., was een van de belangrijkste heiligdommen van de stad. Ba’alat betekent 'godin' in het Fenicisch, en Gubla verwijst naar de Akkadische naam van Byblos. De godin, ook bekend als 'The Lady of Byblos', was de beschermgodin van de stad [4](#page=4).
#### 2.3.2 Obeliskentempel
Daterend uit het 2e millennium v.C., is de Obeliskentempel vernoemd naar de vele obelisken die op de binnenplaats werden gevonden. Deze obelisken dienden waarschijnlijk als votiefgaven aan de Egyptische god Reshef, wat de sterke Egyptische invloed in Byblos onderstreept. Op een van de obelisken werd de naam Reshef aangetroffen, wat dit vermoeden versterkt. De obelisken kenmerken zich door een puntige top, vergelijkbaar met Egyptische obelisken [4](#page=4).
Onder de tempelvloer werden diverse votieven gevonden, die waarschijnlijk door priesters in kruiken werden bewaard [4](#page=4).
**Belangrijkste votiefvondsten uit de Obeliskentempel:**
* **Meer dan 15.000 standing figures:** Gemaakt van koper, goud en zilver, staand en gewapend, die vermoedelijk de Egyptische god Reshef voorstellen [5](#page=5).
* **Ceremoniële dolk:** Vervaardigd uit goud, zilver en ivoor, versierd met de afbeelding van een man op een paardachtig dier, waarschijnlijk Reshef, die dierenoffers ontvangt van een geknielde man [5](#page=5).
* **Gouden bijl:** Met voorstellingen die doen denken aan Gilgamesh en Enkidu uit het epische heldenverhaal [5](#page=5).
* **Hathor Plaque:** Gemaakt van zilver en ivoor, met een afbeelding van de Egyptische godin Hathor. Er wordt aangenomen dat Hathor een inspiratiebron was voor de Fenicische godin Astarte, die op haar beurt de beschermgodin van Byblos, Ba’alat Gubla, beïnvloedde [6](#page=6).
Deze votieven illustreren de rijke culturele en religieuze uitwisseling in Byblos rond het 2e millennium v.C. [6](#page=6).
### 2.4 Belangrijke graven en vondsten
#### 2.4.1 Koninklijke Necropolis
De koninklijke necropolis van Byblos telt acht schachtgraven, variërend in diepte van acht tot twaalf meter [6](#page=6).
**De Sarcofaag van Koning Ahiram:**
* De meest significante vondst werd gedaan in schachtgraf vijf: de kalkstenen sarcofaag van koning Ahiram [6](#page=6).
* **Iconografie:** Koning Ahiram is afgebeeld zittend op een sfinxentroon, een symbool van macht. Hij houdt een lotusbloem vast, die de dood symboliseert. Voor hem staat een tafel met een funerair banket, waarbij mannen hem naderen met geschenken. Aan de andere zijde zijn meer personen afgebeeld die geschenken dragen. De korte zijdes tonen rouwende vrouwen [6](#page=6) [7](#page=7).
* **Decoratie:** De basis van de sarcofaag is versierd met vier leeuwenkoppen, en op het deksel lopen leeuwachtige vormen [6](#page=6).
* **Fenicische Inscriptie:** De sarcofaag draagt een Fenicische inscriptie, erkend als het oudste bekende bewijs van het Fenicisch alfabet, de basis voor onder andere het Griekse alfabet. De inscriptie bevat een waarschuwing en vloek gericht aan mogelijke grafrovers [7](#page=7).
In de koninklijke necropolis werden tevens diverse vondsten gedaan met een duidelijke Egyptische invloed [7](#page=7).
---
# Geografische ligging en strategisch belang
Dit onderwerp behandelt de locatie van Byblos aan de Middellandse Zee en het strategische belang ervan voor handel en communicatie door de eeuwen heen.
### 3.1 Locatie en naamgeving
De archeologische site van Byblos is gelegen in het huidige Libanon, ten noorden van de hoofdstad Beiroet. De stad bevindt zich direct aan de Middellandse Zee. De naam Byblos is afgeleid van het Griekse woord voor papyrus. Tijdens het eerste millennium v.C. was Byblos een belangrijk handelscentrum voor dit schrijfmateriaal. In Akkadische bronnen wordt de stad aangeduid met de benaming Gubla [2](#page=2).
### 3.2 Strategisch belang
De ligging aan de Middellandse Zee maakte Byblos strategisch belangrijk voor (handels)contacten gedurende verschillende periodes. Deze kustligging faciliteerde maritieme handel en communicatie, wat cruciaal was voor de ontwikkeling en het voortbestaan van de stad als handelscentrum [2](#page=2).
---
# Religieuze centra en godheden in Byblos
Dit onderwerp verkent de belangrijkste religieuze centra, tempels en vereerde godheden in het oude Byblos, met speciale aandacht voor de Egyptische invloeden die daar aanwezig waren.
### 4.1 Belangrijke tempels in Byblos
#### 4.1.1 Tempel Ba’alat Gubla
De Tempel Ba’alat Gubla was een van de meest significante heiligdommen in Byblos en dateert van rond 2800 v.C.. De naam Ba’alat betekent letterlijk 'godin' in het Fenicisch, terwijl Gubla de oorspronkelijke Akkadische naam van de stad is. Deze godin, ook bekend als 'The Lady of Byblos' of 'De Dame van Byblos', werd vereerd als de beschermgodin van de stad en speelde een cruciale rol in het religieuze leven. Er wordt aangenomen dat de godin Hathor, een Egyptische godin, een inspiratiebron was voor de Fenicische godin Astarte, die op haar beurt een inspiratiebron was voor Ba’alat Gubla [4](#page=4) [6](#page=6).
#### 4.1.2 Obeliskentempel
De Obeliskentempel in Byblos dateert uit het 2e millennium v.C.. De tempel dankt zijn naam aan de vele obelisken die op de binnenplaats werden aangetroffen. Deze obelisken dienden vermoedelijk als votiefgaven aan de Egyptische god Reshef, wat de sterke Egyptische invloed in Byblos onderstreept. Op een van de obelisken werd de naam Reshef aangetroffen, wat dit vermoeden versterkt. De obelisken vertonen de karakteristieke puntige top die ook bij Egyptische obelisken voorkomt [4](#page=4).
Onder de tempelvloer werden diverse votieven gevonden, wat suggereert dat priesters deze verzamelden en in kruiken opsloegen. Tot de belangrijkste votiefvondsten behoren meer dan 15.000 'standing figures' vervaardigd uit koper, goud en zilver. Deze figuren, die zowel staand als gewapend voorkomen, representeren vermoedelijk de Egyptische god Reshef [4](#page=4) [5](#page=5).
Een opvallende vondst was een ceremoniële dolk van goud, zilver en ivoor, versierd met de afbeelding van een man op een paardachtige figuur, hoogstwaarschijnlijk god Reshef. Deze figuur ontvangt dieren, zoals een antiloop, leeuw, baviaan, hond en vis, als dierenoffer van een geknielde man [5](#page=5).
Andere bijzondere vondsten omvatten een gouden bijl met voorstellingen die doen denken aan Gilgamesh en Enkidu uit het epische heldenverhaal van Gilgamesh. Verder werd er een Hathor Plaque aangetroffen, gemaakt van zilver en ivoor, die de Egyptische godin Hathor afbeeldt. Deze votieven illustreren de rijke culturele en religieuze uitwisseling die in Byblos rond het 2e millennium v.C. plaatsvond [5](#page=5) [6](#page=6).
> **Tip:** De vondsten in de Obeliskentempel zijn cruciaal voor het begrijpen van de religieuze syncretisme en de Egyptische invloed in Byblos. Let op de specifieke godheden en de aard van de votiefgaven.
### 4.2 Vereerde godheden en Egyptische invloeden
De religieuze praktijken in Byblos getuigen van een sterke Egyptische invloed, met name door de verering van godheden als Reshef en Hathor. De god Reshef, een Egyptische god, werd duidelijk vereerd in de Obeliskentempel, zoals blijkt uit de aanwezigheid van obelisken met zijn naam en de 'standing figures' die hem mogelijk representeren. De godin Hathor, eveneens Egyptisch, wordt afgebeeld op een specifieke plaque die in Byblos is gevonden [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6).
Deze Egyptische godheden en hun iconografie hadden een duidelijke impact op de lokale Fenicische religie. Er wordt aangenomen dat de Egyptische godin Hathor een inspiratiebron was voor de Fenicische godin Astarte, die op haar beurt de beschermgodin van Byblos, Ba’alat Gubla, beïnvloedde. Dit toont een dynamische uitwisseling van religieuze ideeën en cultuur in de oudheid [6](#page=6).
> **Example:** De vondst van de Hathor Plaque (fig. 6) toont een directe afbeelding van de Egyptische godin, wat de religieuze connectie tussen Egypte en Byblos onderstreept. Het feit dat deze godin als inspiratiebron diende voor lokale godheden, zoals Ba’alat Gubla, benadrukt de culturele absorptie en transformatie van religieuze concepten [6](#page=6).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Papyrus | Een rietachtige plant die voornamelijk groeit langs de Nijl, waarvan het merg werd gebruikt om een primitief schijfmateriaal te maken, essentieel voor oude geschriften. |
| Akkadische bronnen | Geschreven documenten afkomstig uit de oude Mesopotamische beschaving die de Akkadische taal gebruikten, welke veel informatie bevat over handel, politiek en het dagelijks leven in die regio. |
| Neolithicum | De periode in de prehistorie, ook wel de Nieuwe Steentijd genoemd, gekenmerkt door de ontwikkeling van landbouw, veeteelt en de vestiging van sedentaire gemeenschappen. |
| Chalcolithicum | De periode in de prehistorie die volgt op het Neolithicum, waarin naast steen ook koper werd gebruikt voor gereedschappen en wapens, ook wel de kopertijd genoemd. |
| Bronstijd | Een historische periode die gekenmerkt wordt door het wijdverbreide gebruik van brons voor werktuigen, wapens en decoraties, voorafgaand aan de ijzertijd. |
| IJzertijd | Een historische periode die gekenmerkt wordt door de ontdekking en het gebruik van ijzer voor werktuigen en wapens, wat leidde tot grote technologische en maatschappelijke veranderingen. |
| Macedonische controle | De periode waarin Byblos onder het bewind viel van Alexander de Grote en zijn opvolgers na de verovering van het Perzische Rijk. |
| Votiefgaven | Objecten die als geschenk aan een godheid worden aangeboden, vaak uit dankbaarheid, ter vervulling van een gelofte of om gunst te verkrijgen. |
| Standing figures | Kleine, staande beeldjes, vaak uit metaal zoals koper, goud of zilver, die religieuze of ceremoniële figuren voorstellen en vaak werden gevonden in tempelcomplexen. |
| Ceremoniële dolk | Een dolk die niet primair bedoeld was voor gevechten, maar voor rituele of ceremoniële doeleinden, vaak rijkelijk versierd en gemaakt van kostbare materialen. |
| Gilgamesh en Enkidu | Hoofdpersonages uit het Epische Verhaal van Gilgamesh, een van de oudste bekende literaire werken uit de oudheid, die de avonturen en vriendschap van de koning van Uruk en zijn metgezel beschrijft. |
| Hathor Plaque | Een artefact, vaak van metaal of ivoor, dat de Egyptische godin Hathor afbeeldt, bekend als godin van liefde, muziek en moederschap. |
| Fenicische inscriptie | Tekst geschreven in het Fenicisch schrift, een oud Semitisch alfabet dat aan de basis lag van veel moderne alfabetten, waaronder het Griekse. |
| Sarcofaag | Een stenen doodskist, vaak rijkelijk versierd met reliëfs of inscripties, gebruikt om de resten van belangrijke personen in te bewaren. |
| Sfinxentroon | Een troon versierd met of gedragen door sfinxen, mythologische wezens met het lichaam van een leeuw en het hoofd van een mens of dier, symbool van macht en koningschap. |
| Funerair banket | Een maaltijd die wordt gehouden ter ere van een overledene, vaak onderdeel van begrafenisrituelen of herdenkingen. |
| UNESCO Werelderfgoedlijst | Een lijst samengesteld door de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (UNESCO) die plaatsen van uitzonderlijke universele waarde op het gebied van cultuur en natuur identificeert en beschermt. |