Cover
Aloita nyt ilmaiseksi curcus brede kijk B.pdf
Summary
# Wetenschappen en techniek
Wetenschappen en techniek hebben onze wereld en onze manier van samenleven fundamenteel veranderd. Dit onderwerp verkent de historische ontwikkeling, principes en methoden van wetenschap en techniek, en hun onderlinge relatie [12](#page=12).
## 1. De wetenschappelijke revolutie
De moderne wetenschap, die zo'n 500 jaar geleden begon, markeert een periode van fenomenale groei in menselijke invloed op de omgeving. Deze revolutie wordt gekenmerkt door drie principes: de bereidheid om eigen onwetendheid te erkennen, het belang van wiskunde en waarneming voor wetenschappelijk inzicht, en het gebruik van theorieën voor het verwerven van nieuwe capaciteiten en technologieën. De agrarische revolutie, die zo'n 10.000 jaar geleden begon, was een overgang van jagen en verzamelen naar landbouw, wat leidde tot grotere populaties. De cognitieve revolutie, 70.000 tot 30.000 jaar geleden, veranderde het menselijk denkvermogen en gaf nieuwe vaardigheden en mogelijkheden [13](#page=13) [14](#page=14).
De groei van sociale ontwikkeling en wereldbevolking, die vanaf ongeveer 1500 exponentieel toenam, is onlosmakelijk verbonden met de industriële revolutie. Deze revolutie maakte het mogelijk om energie om te zetten, zoals warmte in beweging, wat de menselijke expansie versnelde en de afhankelijkheid van ecosystemen verminderde [15](#page=15).
### 1.1 Wetenschappen
Wetenschappen omvatten het systematisch geordende geheel van kennis, regels, wetmatigheden, theorieën en hypothesen waarmee nieuwe kennis verkregen kan worden. De OESO classificeert wetenschappen in natuurwetenschappen, technische wetenschappen, geneeskunde en gezondheidswetenschappen, agrarische wetenschappen en diergeneeskunde, sociale wetenschappen, en menswetenschappen [17](#page=17).
Een wetenschapper wordt gedreven door een verlangen naar weten en verklaren, zoals geïllustreerd door het verhaal van Archimedes en de ontdekking van de wet van Archimedes. Het wetenschappelijke proces wordt gekenmerkt door drie 'W's': verwondering, waarnemen en waarheid [18](#page=18) [19](#page=19).
* **Verwondering:** Dit is de drijfveer van de wetenschapper, gekenmerkt door nieuwsgierigheid en een open houding ten opzichte van de wereld. Verwondering is een bijzondere ervaring van verbazing en wordt gekenmerkt door een drang om betere verklaringen te vinden [19](#page=19).
* **Waarnemen:** Zonder observaties van natuurlijke fenomenen kan men niet aan wetenschap doen. Wetenschappers observeren en bestuderen de fysische wereld om verklaringen te vinden. Copernicus deed nauwkeurige astronomische waarnemingen voor zijn heliocentrische wereldbeeld [20](#page=20) [21](#page=21).
* **Waarheid:** Wetenschappers streven ernaar de waarheid te achterhalen, maar 'waarheid' is geen evident begrip. Er zijn verschillende perspectieven op waarheid, waaronder de correspondentietheorie, coherentietheorie, pragmatiek, constructivistisch perspectief, consensuswaarheid, normatieve waarheid, esthetische waarheid en minimalisme [21](#page=21) [22](#page=22).
#### 1.1.1 Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces
Het wetenschappelijk denk- en handelingsproces omvat het verwonderen, verkennen, opzetten van onderzoek, uitvoeren van onderzoek en concluderen. Wetenschappelijke kennis is veranderlijk; nieuwe bevindingen kunnen bestaande theorieën aanpassen of vervangen [23](#page=23).
> **Tip:** De geschiedenis van Antonie Van Leeuwenhoek en zijn microscoop illustreert hoe verwondering, technische vaardigheden en waarneming leiden tot nieuwe wetenschappelijke inzichten en zelfs nieuwe wetenschapsdomeinen [23](#page=23) [24](#page=24).
### 1.2 Techniek
Techniek wordt omschreven als "het geheel van ingrepen waarmee de mens zijn omgeving probeert te beheersen en te veranderen". Technici, ontwerpers en ingenieurs gebruiken technische systemen om het leven eenvoudiger, aangenamer en veiliger te maken [24](#page=24).
> **Voorbeeld:** Een tandenborstel, een stoel, een computer en een smartphone zijn voorbeelden van technische systemen [24](#page=24).
#### 1.2.1 Het technisch denk- en handelingsproces
Het technisch denk- en handelingsproces omvat de stappen van probleem stellen, ideeën bedenken, plannen, maken, testen en evalueren. Dit proces wordt herhaaldelijk doorlopen om technische realisaties te verbeteren [25](#page=25).
> **Voorbeeld:** De gebroeders Wright, pioniers van de moderne luchtvaart, volgden dit proces om hun gemotoriseerde vliegtuig te ontwikkelen [26](#page=26).
##### 1.2.1.1 Belangrijke aspecten van het ontwerp
Bij het ontwerpen van technische systemen spelen verschillende aspecten een rol:
* **Functie:** Technische systemen bieden oplossingen voor problemen [26](#page=26).
* **Vormgeving en werking:** De vorm van een technisch systeem is bepaald door de functie en gebruikerswensen, waarbij ook esthetische aspecten een rol spelen [26](#page=26).
* **Ontwerpen en uitvinden:** Ontwerpen is de kernactiviteit van techniek; uitvinden vindt plaats wanneer er geen bestaande oplossing is [27](#page=27).
* **Bedienen en gebruiken:** Dit betreft zowel het leren omgaan met complexe apparatuur als het gebruik van eenvoudige objecten [27](#page=27).
* **Onderhouden, herstellen en recycleren:** Deze aspecten zorgen ervoor dat technische systemen langer bruikbaar blijven [28](#page=28).
* **Hulpmiddelen:** Materiële en menselijke middelen, zoals grondstoffen, gereedschappen en energie, zijn essentieel voor het realiseren van technische systemen [28](#page=28).
* **Keuzes:** Keuzes bij het ontwerpen worden bepaald door technische eisen, gebruikerswensen en overheidsnormen [28](#page=28) [29](#page=29).
* **Maatschappij:** Techniek is een maatschappelijk verschijnsel dat dient ter oplossing van menselijke problemen en behoeften [29](#page=29).
### 1.3 De keerzijde van de medaille
De ontwikkeling van wetenschappen en techniek brengt ook uitdagingen met zich mee, zoals de moeilijke werk- en leefomstandigheden tijdens de industriële revolutie ecologische problemen zoals ontbossing en bodemerosie en het potentieel voor misbruik, zoals geïllustreerd door Alfred Nobel en de uitvinding van dynamiet [29](#page=29) [30](#page=30).
---
# Diversiteit
Diversiteit omvat het besef van individuele uniciteit en de verschillen tussen groepen, wat leidt tot een complex samenspel van identiteiten, normen en de demografische evolutie van samenlevingen, met name België [33](#page=33).
### 2.1 Op zoek naar een definitie van diversiteit
Het concept diversiteit kent verschillende omschrijvingen, die echter vaak terugkerende begrippen bevatten [33](#page=33).
* **Verso** definieert diversiteit als het besef dat elk individu uniek is en dat er verschillen bestaan tussen bepaalde groepen mensen [33](#page=33).
* **De Ambrassade** stelt dat diversiteit in principe slaat op alle persoonskenmerken waarin mensen van elkaar kunnen verschillen. In de jeugdwerksector ligt de focus echter op meer fundamentele verschillen in de leefomstandigheden van kinderen en jongeren [33](#page=33) [34](#page=34).
* **Movisie** benadrukt dat diversiteit betrekking heeft op alle manieren waarop mensen van elkaar verschillen, zowel aangeboren (zoals oogkleur of cultuur) als aangeleerd en veranderlijk (zoals kledingstijl of interesses) [34](#page=34).
* **Associatie KU Leuven** ziet diversiteit als een grondhouding van erkenning en waardering van verschillen, wat leidt tot een gelijkwaardige omgang met elkaar en kansen ziet in een diverse wereld [34](#page=34).
* **Katholiek Onderwijs Vlaanderen** beschouwt diversiteit als inherent aan elke schoolomgeving, waar leerlingen en leraren van elkaar verschillen. Omgaan met verschil is essentieel voor het ontwikkelen van een open, verdraagzame en duurzame samenleving [34](#page=34).
> **Tip:** Hoewel er geen eenduidige definitie is, komen de kernaspecten van uniciteit, onderlinge verschillen en de manier waarop we hiermee omgaan, consequent naar voren [33](#page=33) [34](#page=34).
### 2.2 Aspecten van diversiteit
Diversiteit is nauw verbonden met identiteit, verschil en de heersende normen binnen een samenleving [35](#page=35).
#### 2.2.1 Diversiteit en identiteit
Diversiteit en identiteit zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Identiteit is zowel persoonlijk als sociaal, gelaagd en dynamisch [35](#page=35).
* **Persoonlijke identiteit** omvat kenmerken als leeftijd, opleiding, gezondheid, levensbeschouwing, gender en interesses [35](#page=35).
* **Sociale identiteit** ontstaat door lidmaatschap van diverse groepen (familie, werk, hobby's, nationaliteit, cultuur, religie), wat een betekenisvolle plaats in de wereld geeft en leidt tot integratie [35](#page=35).
De persoonlijke en sociale identiteit ontwikkelen zich voortdurend en zijn dynamisch en gelaagd. Jongeren en volwassenen onderzoeken continu wie ze zijn en willen zijn, en hoe ze zich verhouden tot anderen. Elke persoon is een kruispunt van deelidentiteiten en ervaringen, wat de rijke en dynamische persoonlijkheid vormt [35](#page=35).
#### 2.2.2 Diversiteit en verschil
Diversiteit wordt in de breedste zin van het woord geïnterpreteerd, waarbij oog is voor evidente en minder evidente, zichtbare en onzichtbare, bewuste en onbewuste verschillen. Er zijn veertien assen van identiteitsvorming die bepalen waar iemand zich bevindt, wat resulteert in een brede diversiteit. Deze assen omvatten onder andere [35](#page=35) [36](#page=36):
* Geslacht [37](#page=37).
* Seksuele oriëntatie [37](#page=37).
* Huidskleur [37](#page=37).
* Etniciteit [37](#page=37).
* Nationaliteit [37](#page=37).
* Klasse [37](#page=37).
* Maatschappelijke ontwikkeling [37](#page=37).
* Cultuur [37](#page=37).
* Noord-Zuid/Oost-West [37](#page=37).
* Bezit [37](#page=37).
* Leeftijd [37](#page=37).
* Religie [37](#page=37).
* Gezondheid [37](#page=37).
* Verblijfsstatuut [37](#page=37).
#### 2.2.3 Diversiteit en de norm
Het omgaan met verschil is een uitdaging omdat mensen dit interpreteren vanuit hun eigen referentiekader, wat kan leiden tot het indelen van mensen in hokjes. Afwijkingen van de eigen norm kunnen angst inboezemen en als een aantasting van veiligheid worden ervaren [37](#page=37) [38](#page=38).
Sommige combinaties van variabelen maken jongeren kwetsbaarder of bieden hen meer kansen. Factoren zoals gender, seksuele voorkeur, huidskleur, etniciteit, religie, sociaaleconomische status, cultuur, beperking of talent bepalen de kansen en hindernissen die men in de maatschappij ondervindt. Impliciete en onbewuste beelden in het referentiekader kunnen ongewild barrières opwerpen, het potentieel van anderen belemmeren en een negatieve impact hebben op zelfbeeld, motivatie, interesse en prestaties. Wanneer verschillende aspecten elkaar beïnvloeden, kunnen kansen exponentieel toenemen of verminderen, wat leidt tot ongelijkheid, ongelijke kansen, vooroordelen, uitsluiting en racisme. Het is daarom cruciaal om verder te kijken dan het eigen referentiekader [38](#page=38).
### 2.3 Bevolking in België
De structuur van de Belgische bevolking is de laatste decennia geëvolueerd, met een toename van het aantal inwoners en een grotere culturele diversiteit. De diversiteit naar afkomst is sterk toegenomen [39](#page=39):
* Het aandeel Belgen met een Belgische achtergrond is gedaald van 81,2% in 2002 naar 66,6% in 2022 [39](#page=39).
* Het aandeel Belgen met een buitenlandse achtergrond steeg tussen 2002 en 2022 [39](#page=39).
* De proportie niet-Belgen nam toe van 8,2% in 2002 naar 12,8% in 2022 [39](#page=39).
Deze evolutie is merkbaar in de meeste Vlaamse steden en gemeenten en heeft gevolgen voor het onderwijs [40](#page=40).
> **Oefening:** Bekijk de situatie van je eigen stad of gemeente via statbel.fgov.be/nl/ of de Vlaamse stadsmonitor (https://gemeente-stadsmonitor.vlaanderen.be/) om de bevolkingssamenstelling te analyseren [41](#page=41).
### 2.4 Beknopte geschiedenis van de migratie in België
De culturele diversiteit in België is het resultaat van migratiestromen, vooral sinds de Tweede Wereldoorlog. Er kunnen vier belangrijke periodes worden onderscheiden [42](#page=42):
#### 2.4.1 Na de Tweede Wereldoorlog (1946-1956)
Na WOII was er een grote vraag naar arbeidskrachten, met name voor de kolenmijnen. Buitenlandse gastarbeiders werden aangeworven met een tijdelijk karakter, voornamelijk Italianen via het kolenakkoord van 1946. Deze stroom eindigde abrupt na de mijnramp van Marcinelle in 1956 [42](#page=42).
#### 2.4.2 De golden Sixties (1956-1969)
Economische voorspoed en groei leidden tot een blijvende krapte op de arbeidsmarkt, met name in de dienstensector, bouw en textiel. Naar aanleiding van het Italiaanse debakel werd het recruteringsgebied verlegd naar Spanje Griekenland Marokko en Turkije en Algerije. Laagopgeleide mannen migreerden naar België. De tijdelijkheidsgedachte hinderde investeringen in taalverwerving en maatschappelijke integratie [42](#page=42).
#### 2.4.3 De migratiestop (1974-1989)
De oliecrisis van 1973 leidde tot een economische crisis en stijgende werkloosheid, vooral onder laaggeschoolden. In 1974 besloot de Belgische regering de instroom van laaggeschoolde buitenlandse werkkrachten te beperken, hoewel migratiekanalen zoals gezinshereniging openbleven. Met de migratiestop besloten veel gastarbeiders te blijven en hun gezinnen te laten overkomen, wat de permanente vestiging inluidde [42](#page=42) [43](#page=43).
#### 2.4.4 Superdiversiteit (vanaf 1989 tot nu)
In de jaren '90 zorgden economische globalisering, technologische ontwikkelingen, de toestroom van vluchtelingen en de uitbreiding van de EU voor een nieuwe stijging en diversificatie van migranten. Steven Vertovec introduceerde in 2005 de term 'superdiversiteit', verwijzend naar zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve toename van diversiteit [43](#page=43).
##### 2.4.4.1 Een kwantitatieve toename van diversiteit
Er is een duidelijke toename in het aantal inwoners in België en een diversificatie van hun afkomst. Grote steden zoals Genk, Vilvoorde, Antwerpen en Brussel worden nu aangeduid als 'majority-minority-cities', waar de meerderheid van de bevolking een migratieachtergrond heeft [43](#page=43) [44](#page=44).
* **Bevolking naar herkomst en nationaliteitsgroep van herkomst (2000 vs. 2022):** Het aantal personen dat niet in België geboren is, is aanzienlijk gestegen, zowel binnen de EU als daarbuiten [44](#page=44).
##### 2.4.4.2 Een kwalitatieve toename van diversiteit
Naast de kwantitatieve toename is er ook een kwalitatieve toename, waarbij de diversiteit binnen de diversiteit centraal staat. Individuen kunnen niet gereduceerd worden tot hun culturele herkomst alleen, omdat verschillen binnen gemeenschappen belangrijker worden dan verschillen tussen gemeenschappen. Ieder individu heeft een unieke identiteitsvorming, ongeacht culturele achtergrond. Deze kwalitatieve diversiteit bevordert een genuanceerd debat en een meer gematigde blik op maatschappelijke verhoudingen [44](#page=44).
Superdiversiteit is een feit en een vaststelling van maatschappelijke verandering, noch positief noch negatief van aard [44](#page=44).
---
# Levensbeschouwingen
Dit hoofdstuk biedt een overzicht van erkende levensbeschouwingen in België, hun kernaspecten en historische ontwikkeling, inclusief het Jodendom, Boeddhisme, Christendom, Islam en Niet-confessionele levensbeschouwing [45](#page=45).
## 3.1 Inleiding tot levensbeschouwing
Een levensbeschouwing wordt gedefinieerd als een samenhangend geheel van ideeën, ervaringen, waarden en beelden dat een persoon ontwikkelt over zichzelf, het samenleven met anderen en de wereld. De wereld kent een grote verscheidenheid aan levensbeschouwingen, met het christendom en de islam als de grootste wereldreligies wat betreft aanhangers [46](#page=46) [47](#page=47).
## 3.2 Erkende levensbeschouwingen in België
De Belgische grondwet garandeert de vrijheid van levensbeschouwelijke overtuiging en de vrije openbare uitoefening ervan. Artikel 19 waarborgt de vrijheid van eredienst en artikel 24 koppelt deze vrijheid aan het onderwijs, met de verplichting om keuze te bieden tussen erkende godsdiensten en niet-confessionele zedenleer. De federale overheidsdienst Justitie is verantwoordelijk voor de erkenning van erediensten en vrijzinnigheid in België [48](#page=48).
Momenteel zijn er 8 erkende levensbeschouwingen in België [49](#page=49):
1. De Rooms-Katholieke (sinds het begin van de Belgische staat) [49](#page=49).
2. De Israëlitische [49](#page=49).
3. De Anglicaanse [49](#page=49).
4. De Protestants-Evangelische (1876, gewijzigd in 2000) [49](#page=49).
5. De Islamitische [49](#page=49).
6. De Orthodoxe [49](#page=49).
7. Niet-confessionele levensbeschouwing [49](#page=49).
8. Boeddhisme (voorontwerp van wet goedgekeurd in 2023) [49](#page=49).
## 3.3 Belangrijke aspecten van een levensbeschouwing
Elke levensbeschouwing kan worden geanalyseerd aan de hand van de volgende aspecten [50](#page=50):
* **Historiek (de kernervaring):** De oorsprong is vaak verbonden met een ingrijpende historische ervaring of figuur, zoals Abraham (Jodendom), Jezus (Christendom), Mohammed (Islam) of Boeddha (Boeddhisme). Het ontstaan van grote levensbeschouwelijke tradities volgt vaak deze fasen: stichtersfase, mondelinge traditie, schriftelijke traditie, institutionalisering, politieke verhoudingen, hervormingen en modernisering [50-51](#page=50, 51) [50](#page=50).
* **De geloofsovertuiging of levensfilosofie:** Dit omvat de manier waarop mensen naar het leven kijken, met visies op zichzelf, medemensen en de wereld [51](#page=51).
* **Belangrijke geschriften of bronnen:** Dit zijn geschriften die door de levensbeschouwing als belangrijk worden beschouwd en aanleiding geven tot studie [51](#page=51).
* **Rituelen en symbolen:** Symbolen zijn voorwerpen of handelingen met een diepere betekenis die een realiteit samenvatten. Rituelen zijn herhaaldelijke handelingen die verbondenheid creëren en een diepere, innerlijke werkelijkheid oproepen. Levensbeschouwelijke rituelen worden ook wel 'symbool-handelingen' genoemd [51](#page=51) [52](#page=52).
* **Belangrijke levensmomenten:** Geboorte, volwassen worden, huwelijk en dood zijn momenten waarop mensen stilstaan bij de zin van het leven, beïnvloed door hun levensbeschouwing [52](#page=52).
* **Belangrijke plaatsen en voorgangers:** Plaatsen zijn verbonden met belangrijke historische gebeurtenissen of worden als 'speciaal' ervaren door aanhangers. Voorgangers of leiders spelen een leidende rol binnen de levensbeschouwing [53](#page=53).
## 3.4 Jodendom
### 3.4.1 Historiek (de kernervaring)
De oorsprong van het Jodendom ligt ongeveer 4000 jaar terug bij Abraham, die van God de opdracht kreeg om uit zijn woonplaats te trekken naar een nieuw land. De verhalen over Abraham, Isaak en Jakob, de aartsvaders, zijn centraal. Mozes speelde een cruciale rol in de bevrijding van de Israëlieten uit Egypte en hun tocht naar het beloofde land. De diaspora, de verspreiding van Joden vanuit Israël, begon met de Romeinse verovering in 60 v.C.. Binnen het Jodendom bestaan verschillende stromingen, zoals het liberale en het orthodoxe Jodendom, dat op zijn beurt weer onderverdeeld is in verschillende groepen (chassidisch, Litouws, Sefardisch en modern-orthodox) [54](#page=54) [55](#page=55) [56](#page=56).
### 3.4.2 De geloofsovertuiging
Het Jodendom is een monotheïstische godsdienst die gelooft in één God, Jahweh. God wordt gezien als de almachtige Schepper van het heelal. Joden kennen God via de geschiedenis, als een persoonlijke God. De Tien Geboden, te vinden in het boek Exodus, vormen een belangrijk richtsnoer, naast de 613 voorschriften (mitswot) die de Thora beschrijft [57-58](#page=57, 58). Spijswetten, zoals het verbod op varkensvlees en het vermengen van vlees en melk, zijn ook belangrijk [56](#page=56) [57](#page=57) [58](#page=58).
### 3.4.3 Belangrijke geschriften of bronnen
De Tenach is de verzameling heilige boeken van het Jodendom, bestaande uit de Wet (Thora), Profeten (Nevi’iem) en Geschriften (Ketoeviem). Deze boeken vormen het Oude Testament voor christenen. De rabbijnse literatuur, waaronder de Talmoed, bouwt voort op de Tenach en bevat discussies over de toepassing van de Joodse wet in het dagelijks leven [58](#page=58) [59](#page=59).
### 3.4.4 Rituelen en symbolen
**Symbolen:**
* **Davidster:** Een zes-puntige ster, sinds 1897 het officiële embleem van het Zionisme en later overgenomen door de staat Israël [59](#page=59).
* **Menora:** Een zevenarmige kandelaar, het oudste Joodse symbool dat Gods aanwezigheid en leiding symboliseert [60](#page=60).
* **Mezoeza:** Een kokertje met perkament aan de deurpost, met een verwijzing naar het Sjema Israël en de liefde voor God [60](#page=60).
* **Sjofar:** De hoorn van een ram of bok, gebruikt voor bezinning of om belangrijke historische momenten aan te kondigen [60](#page=60).
* **Kippa (keppeltje):** Een teken van eerbied voor de Schepper [61](#page=61).
* **Tefillien (gebedsriemen):** Kubusvormige leren doosjes met perkamenten rol, gebruikt om gedachten tot God te richten [61](#page=61).
* **Talliet:** Een gebedskleed met kwasten aan de zijkanten, die herinneren aan de geboden van God [61-62](#page=61, 62).
**Rituelen:**
* **De joodse kalender:** Gebaseerd op zowel het zonnejaar als de maanstanden, met schrikkeljaren om synchronisatie te garanderen. De jaartelling begint bij de schepping in 3761 v.C. [62](#page=62) [63](#page=63).
* **Sabbat:** De rustdag van vrijdagavond tot zaterdagavond, die de mens als Gods partner in schepping, openbaring en verlossing belichaamt [63](#page=63).
* **Pesach (paasfeest):** Herdenkt de bevrijding uit Egypte, met ongedesemd brood en een sedermaaltijd die symbolische ingrediënten bevat [63-64](#page=63, 64).
* **Rosj Hasjana:** Joods nieuwjaar, een dag van inkeer en voorbereiding op Jom Kipoer [64](#page=64).
* **Jom Kipoer (Grote Verzoendag):** Een dag van vasten, inkeer, berouw en verzoening, gericht op zonden tegen God [64](#page=64).
* **Soekot (Loofhuttenfeest):** Oorspronkelijk een oogstfeest dat de woestijntocht herdenkt [65](#page=65).
* **Chanoeka:** Een feest van acht dagen dat de herinwijding van de tempel herdenkt, met de nadruk op het wonder van de olie [65-66](#page=65, 66).
### 3.4.5 Belangrijke levensmomenten
* **Besnijdenis:** Joodse jongens worden op de 8ste dag na hun geboorte besneden en ontvangen hun voornaam. Meisjes krijgen hun naam op de 1ste of 4de sabbat na geboorte [66](#page=66).
* **Bar mitswa / Bat mitswa:** Jongens worden bar mitswa op hun 13de, meisjes bat mitswa op hun 12de, wat religieuze meerderjarigheid en de bijbehorende verplichtingen inhoudt [66](#page=66).
* **Huwelijk:** Een joodse bruiloft omvat een choepa (baldakijn) en een gebroken glas om de herinnering aan de verwoesting van de tempel te symboliseren [67](#page=67).
* **Overlijden, begrafenis en rouw:** Het lichaam wordt begraven, gevolgd door een rouwperiode van zeven dagen (sjiva). Nabestaanden plaatsen steentjes op het graf om hun bezoek en herdenking te tonen [67](#page=67) [68](#page=68).
### 3.4.6 Belangrijke plaatsen en voorgangers
* **Plaatsen:** De synagoge is een plaats van samenkomst, maar het gebedsleven speelt zich voornamelijk thuis af. De Klaagmuur in Jeruzalem is een belangrijke plaats [68](#page=68).
* **Voorgangers:** De rabbijn is een leraar en expert in de Joodse wet en traditie. De kohen (priester) stamt af van Aäron en had oorspronkelijk een rol in de Tempel [69](#page=69).
## 3.5 Boeddhisme
### 3.5.1 Historiek (de kernervaring)
Het Boeddhisme ontstond ongeveer 2500 jaar geleden met Siddharta Gautama, zoon van een Indiase vorst. Na een beschermde jeugd werd hij geconfronteerd met lijden en ging hij op zoek naar inzicht, wat leidde tot zijn verlichting onder een boom, waarna hij de 'boeddha' werd. Keizer Ashoka speelde een belangrijke rol in de verdere verspreiding van het Boeddhisme. Belangrijke stromingen zijn het Theravada-boeddhisme, dat nadruk legt op eigen kracht en het overwinnen van begeerte, en het Mahayana-boeddhisme, dat hulp van anderen en de rol van boddhisatva's benadrukt [70](#page=70) [71](#page=71).
### 3.5.2 De geloofsovertuiging of levensfilosofie
Het Boeddhisme erkent drie soorten lijden: lijden door pijn, lijden door verandering en vergankelijkheid, en lijden door persoonlijkheidskenmerken. Het leven is gericht op de Vier Edele Waarheden, die stellen dat alle leven lijden kent, dat lijden een oorzaak heeft (begeerte), dat lijden kan worden beëindigd door acceptatie en loslaten, en dat het Achtvoudige Pad een weg biedt om lijden op te heffen. Het bereiken van Nirwana, een staat van spiritueel geluk zonder negatieve emoties, is het uiteindelijke doel. Karma, de invloed van handelingen op de toekomst, speelt een cruciale rol in het proces naar Nirwana [72](#page=72) [73](#page=73).
### 3.5.3 Belangrijke geschriften of bronnen
Boeddha heeft zelf geen geschriften nagelaten. Het Theravada-boeddhisme beroept zich op de Pali Canon, een verzameling leringen die mondeling werden doorgegeven en pas rond 30 v.C. op schrift werden gesteld. De Pali Canon is onderverdeeld in drie delen: de toespraken van de Boeddha, de leer en discipline van monniken, en de filosofische traditie [73](#page=73) [74](#page=74).
### 3.5.4 Rituelen en symbolen
**Symbolen:**
* **Dharma-wiel:** Symboliseert het in beweging zetten van de leer van Boeddha, met acht spaken die verwijzen naar het achtvoudige pad [74](#page=74).
* **Bodhiboom:** Staat symbool voor verlichting en herinnert aan de bereikbaarheid van verlichting voor elk mens [74](#page=74).
* **De drie juwelen (drie toevluchten):** Verwijzen naar het streven naar verlichting: toevlucht tot Boeddha (inspiratie), Dharma/Dhamma (leer van Boeddha) en Sangha (boeddhistische gemeenschap) [75](#page=75).
**Rituelen:**
Rituelen spelen een minder belangrijke rol in het Boeddhisme dan in andere godsdiensten. Het belangrijkste feest is Vesakha Puja, ter herdenking van de geboorte, verlichting en het overlijden van de Boeddha [75](#page=75).
### 3.5.5 Belangrijke levensmomenten
* **Geboorte:** Er is een zegening van het kind, waarbij de wens wordt uitgesproken dat het kind mag uitgroeien tot een goed mens en anderen mag helpen de verlichting te bereiken [75](#page=75).
* **Huwelijk:** Wordt gezien als een contract, geen heilig verbond. Er is een inzegening van de belofte door een monnik [75](#page=75).
* **Dood:** Een belangrijk moment dat dichter bij het nirwana brengt. Verdriet en rouw worden vermeden om een goede wedergeboorte niet te hinderen. Boeddhisten worden gecremeerd [76](#page=76).
### 3.5.6 Belangrijke plaatsen en voorgangers
* **Plaatsen:** Tempels en stoepa's (gebouwen met relieken van de Boeddha) zijn belangrijke plaatsen voor meditatie en gebed [76](#page=76).
* **Voorgangers:** Monniken spelen een centrale rol in eredienst en onderwijs. In het Tibetaans boeddhisme zijn lama's de geestelijke leiders, waarvan de Dalai Lama de bekendste is [77](#page=77).
## 3.6 Christendom
### 3.6.1 Historiek (de kernervaring)
Het Christendom ontstond ongeveer 2000 jaar geleden rond de figuur van Jezus van Nazareth. Het is geworteld in het Jodendom, en christenen hebben het Joodse beeld van God verder uitgediept vanuit hun ervaringen met Jezus. De verspreiding begon in Palestina en breidde zich uit naar Europa en de rest van de wereld door missionering. Door geloofsinhoudelijke en organisatorische meningsverschillen zijn er verschillende stromingen ontstaan: Katholieken, Orthodoxen, Protestantisme (Reformatie) en Anglicaanse kerk [79-80](#page=79, 80). Oecumene zoekt naar samenwerking tussen de verschillende christelijke kerken [78](#page=78) [79](#page=79) [80](#page=80).
### 3.6.2 De geloofsovertuiging of levensfilosofie
Christenen geloven in één God die zich openbaart als Vader, Zoon en Heilige Geest (de drie-eenheid). God wordt gezien als Schepper en een persoonlijke God die zich bemoeit met de mensheid, zoals getoond in Jezus. De geloofsbelijdenis vat de kern van het christelijk geloof samen. Gods droom is het Rijk van God, waar mensen liefdevol met elkaar omgaan. De Tien Levenswoorden en de Bergrede, met de nadruk op naastenliefde, zijn belangrijke ethische richtlijnen [81-82](#page=81, 82) [80](#page=80) [81](#page=81).
### 3.6.3 Belangrijke geschriften of bronnen
De basis van het Christendom is de Bijbel, bestaande uit het Oude en Nieuwe Testament [82](#page=82).
### 3.6.4 Rituelen en symbolen
**Symbolen:**
* **Het kruis:** Het bekendste symbool, verwijzend naar de kruisdood van Jezus en de opstanding. Het Byzantijnse kruis heeft drie dwarsbalken [82](#page=82) [83](#page=83).
* **Het Ichthus-teken:** Een oud christelijk symbool, de vis, wat ook een Griekse geloofsbelijdenis is [83](#page=83).
* **Christusteken of labarum (Chi-Ro-symbool):** Verwijst naar de eerste twee letters van 'Christos' in het Grieks [83](#page=83).
**Rituelen:**
De zondag is de rustdag voor christenen, waarop ze naar de kerk gaan. Grote feestdagen doorheen het liturgisch-pastorale jaar komen later aan bod. Sacramenten (zoals doopsel en eucharistie) markeren belangrijke levensmomenten, hoewel het aantal sacramenten verschilt per stroming [83](#page=83).
### 3.6.5 Belangrijke levensmomenten
Levensmomenten worden speciaal in de kijker gezet door de sacramenten [83](#page=83).
### 3.6.6 Belangrijke plaatsen en voorgangers
* **Plaatsen:** Rome (Vaticaanstad) is belangrijk voor katholieken. Jeruzalem is een belangrijke plaats waar Jezus stierf. Talrijke bedevaartsoorden zoals Lourdes trekken katholieken aan [84](#page=84).
* **Voorgangers:**
* **Katholieke Kerk:** Paus, bisschoppen, aartsbisschop, priesters, paters, broeders en zusters [85](#page=85).
* **Orthodoxe Kerk:** Priesters (soms gehuwd), bisschoppen, metropolieten en patriarchen [85](#page=85).
* **Protestantse Kerk:** Voorgangers, predikanten, dominees, bijgestaan door diakens en ouderlingen [85](#page=85).
* **Anglicaanse kerk:** Bisschoppen, priesters, met de aartsbisschop van Canterbury als spirituele leider [85](#page=85).
## 3.7 Islam
### 3.7.1 Historiek (de kernervaring)
De Islam ontstond ongeveer 1500 jaar geleden rond de figuur van Mohammed, geboren rond 570 n.C. in Mekka. Mekka was een polytheïstisch centrum waar ook joodse en christelijke minderheden aanwezig waren. Mohammed ontving via de aartsengel Gabriël openbaringen van Allah (God) in een grot bij de berg Hira. De emigratie naar Medina in 622 n.C. markeert het begin van de islamitische jaartelling. Na de dood van Mohammed ontstond de scheiding tussen soennieten (aanhangers van de traditie van Mohammed) en sjiieten (die geloven dat Ali, de neef van Mohammed, de rechtmatige opvolger was) [86](#page=86) [87](#page=87) [88](#page=88).
### 3.7.2 De geloofsovertuiging of levensfilosofie
Moslims geloven in één God, Allah, en de profeet Mohammed als zijn boodschapper. De eenheid van Allah benadrukt de eenheid van de mensheid, geschapen door dezelfde God. Moslims zijn geroepen tot geluk door de wet van Allah na te leven. Jihad betekent 'streven' naar een waarachtiger islam, zowel innerlijk als, in uitzonderlijke gevallen, verdedigend oorlog voeren [88-89](#page=88, 89). De Vijf Zuilen van de Islam vormen de kern van de geloofspraktijk: de geloofsbelijdenis (sjahadah), het rituele gebed (salaat), aalmoes (zakat), vasten (Ramadan) en bedevaart naar Mekka (Hadj) [89-90](#page=89, 90) [88](#page=88).
### 3.7.3 Belangrijke geschriften of bronnen
De Koran is het belangrijkste heilige boek, beschouwd als de letterlijke weergave van de boodschap van Allah aan Mohammed. De Koran wordt gezien als de vervulling van de Tenach en de Bijbel. Naast de Koran is er de Hadith, een verzameling van wat de profeet zei en deed, die als leidraad dient voor het leven [91-92](#page=91, 92). De Sharia is de islamitische wet, gebaseerd op de Koran en Hadith [91](#page=91) [92](#page=92).
### 3.7.4 Rituelen en symbolen
**Symbolen:**
* **De Naam van Allah:** Gekalligrafeerde naam die vaak in moskeeën te vinden is, aangezien beelden verboden zijn [92](#page=92).
* **Maansikkel met vijfpuntige ster:** Verwijst naar de maankalender en de vijf zuilen van de islam [92](#page=92).
* **Gebedssnoer:** Bevat 99 of 33 kralen, die de namen van Allah representeren, gebruikt voor het reciteren van gebeden en godsnamen [93](#page=93).
**Rituelen:**
* **De islamitische kalender:** Gebaseerd op de maancyclus, met feesten die jaarlijks verschuiven. De tijdrekening start bij de emigratie van Mohammed naar Medina [93](#page=93) [94](#page=94).
* **Vrijdag:** Een heilige dag, waarop mannen het gebed in de moskee bijwonen [94](#page=94).
* **Het Offerfeest (Grote Feest):** Herdenkt het feest van Abraham, met het ritueel slachten van een schaap [94](#page=94).
* **Suikerfeest (Kleine Feest):** Viering aan het einde van de Ramadan, het feest van het breken van de vasten [94](#page=94).
* **Geboortefeest van Mohammed:** Minder uitbundig gevierd, met nadruk op liederen en gedichten ter ere van de profeet [94](#page=94).
### 3.7.5 Belangrijke levensmomenten
* **Geboorte:** Onmiddellijk na de geboorte wordt de geloofsbelijdenis in het oor gefluisterd. Op de zevende dag vindt een schaapsslachting plaats en wordt het babyhoofdje kaalgeschoren. Besnijdenis vindt plaats op de zevende dag of vóór de puberteit [95](#page=95).
* **Huwelijk:** Vereist aanbod en aanvaarding, in aanwezigheid van getuigen. Een huwelijksovereenkomst regelt de bruidsschat [95](#page=95).
* **Begrafenis:** Na rituele reiniging en gebeden wordt het lichaam begraven, met het gezicht naar Mekka. Een bijeenkomst met koranrecitatie vindt plaats binnen veertig dagen [95](#page=95).
* **Spijswetten:** Moslims volgen reinheidsvoorschriften, eten halal voedsel en vermijden varkensvlees, bloed en alcohol. Vlees moet ritueel geslacht zijn [96](#page=96).
### 3.7.6 Belangrijke plaatsen en voorgangers
* **Plaatsen:** De moskee is de belangrijkste plaats voor het vrijdaggebed. Mekka en Medina zijn heilige plaatsen. Jeruzalem is ook heilig vanwege de Al Aqsa moskee [96](#page=96) [97](#page=97).
* **Voorgangers:** De Imam roept op tot gebed, reciteert de Koran en leidt de gebeden. De Moefti is een wetgeleerde die juridische uitspraken kan doen [97](#page=97).
## 3.8 Niet-confessionele levensbeschouwing
### 3.8.1 De historiek (kernervaring)
De niet-confessionele levensbeschouwing, ook wel vrijzinnig-humanisme genoemd, focust op zingeving vanuit een niet-gebonden levensvisie. Historisch gezien kent het humanisme zijn wortels in de klassieke Oudheid en ontwikkelde het zich via de Renaissance en de Verlichting. In tegenstelling tot religies, kent het humanisme geen enkele grondlegger, maar is het een gedachtengoed dat doorheen de eeuwen is ontwikkeld door denkers als Socrates, Erasmus en Kant [98-99](#page=98, 99) [98](#page=98).
### 3.8.2 De geloofsovertuiging of levensfilosofie
Humanisme plaatst de mens en menselijke ontwikkeling centraal. Kernbegrippen zijn vrij denken, vrij onderzoek, zelfbeschikking, menswaardigheid, verantwoordelijkheid, gelijkheid, verdraagzaamheid en solidariteit. Het recht op zelfbeschikking is fundamenteel, met respect voor anderen en de omgeving. Kennis wordt nagestreefd via vrij onderzoek en kritisch denken, niet via dogma's. Humanisten streven naar samenleven in vrijheid, gelijkheid en solidariteit, met een neutrale overheid die gelijke behandeling garandeert. De mens en de wereld worden als maakbaar beschouwd, met ethische en fysieke grenzen. Waardenoverdracht en emancipatie zijn belangrijk, met als doel een verdraagzame, pluralistische en democratische samenleving [100](#page=100) [99](#page=99).
### 3.8.3 Belangrijke geschriften of bronnen
Vrijzinnig humanisten hebben geen heilig boek. Twee belangrijke teksten zijn de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens [100](#page=100).
### 3.8.4 Rituelen en symbolen
**Symbolen:**
* **De blije man:** Symboliseert menselijk geluk, de tijd, plaats en manier om gelukkig te zijn, en wereldlijk geluk .
* **De fakkel:** Staat voor rede, kennis, maar ook warmte en gevoelens. De mannetjes symboliseren mensheid, verbondenheid en de mogelijkheid tot groei en verlichting [101-102](#page=101, 102).
* **De man van Vitruvius:** Een tekening van Leonardo da Vinci, die het humanisme symboliseert door de centrale plaats van de mens .
**Rituelen:**
Belangrijke feesten zijn het Lentefeest (overgang kleuterschool naar lagere school) en het Feest van de Vrijzinnige Jeugd (overgang lagere school naar middelbare school). De Internationale Dag van het Humanisme (21 juni) viert de overwinning van de rede op geloof en mythes .
### 3.8.5 Belangrijke levensmomenten
Voor belangrijke gebeurtenissen (geboorte, huwelijk, begrafenis, groei) kan men een beroep doen op een vrijzinnig-humanistische consulent om een viering uit te werken. Er zijn geen centraal aangestuurde symbolen of rituelen .
### 3.8.6 Belangrijke plaatsen en voorgangers
* **Plaatsen:** Vrijzinnige ontmoetingscentra en 'Huizen van de mens' bieden begeleiding en organiseren activiteiten .
* **Voorgangers:** Lokale afdelingen worden geleid door een coördinator of voorzitter. Deze afdelingen organiseren diverse sociaal-culturele activiteiten .
---
# De katholieke dialoogschool
### 8.1 Inleiding
Dit deel onderzoekt de veranderende positie van de Rooms-Katholieke Kerk in Vlaanderen en de gevolgen daarvan voor het katholiek onderwijs, met de visie en het engagement van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
### 8.2 De positie van de rooms-katholieke godsdienst in Vlaanderen
De positie van de rooms-katholieke godsdienst in Vlaanderen is de laatste decennia sterk gewijzigd van een unieke positie naar een samenleving waarin verschillende levensbeschouwingen naast elkaar bestaan. Deze veranderingen zijn concreet waarneembaar op verschillende vlakken :
* **Afname van het gebruik van rooms-katholieke sacramenten:** Tussen 2016 en 2021 is er een daling te zien in het aantal dopen, vormsels, kerkelijke huwelijken en de deelname aan de eucharistie .
* Doopsel: 2016: 50.867; 2021: 36.834 .
* Vormsel: 2016: 41.060; 2021: 35.783 .
* Kerkelijk huwelijk: 2016: 7.859; 2021: 4.032 .
* Deelname eucharistie: 2016: 286.393; 2021: 166.785 .
* **Noodzaak tot nieuwe invullingen voor kerkgebouwen:** Door het dalend aantal gelovigen wordt gezocht naar nieuwe bestemmingen voor kerkgebouwen, wat kan leiden tot herbestemming (definitief onttrokken aan de eredienst) of nevenbestemming (gedeeld of multifunctioneel gebruik naast de eredienst) .
* **Voorbeelden van nevenbestemming:**
* Gedeeld gebruik: Onze-Lieve-Vrouw Maria Middelareskerk in Hoeselt (gedeeld met de bibliotheek) .
* Multifunctioneel gebruik: Sint-Margaretakerk in Knokke-Heist (culturele activiteiten, podiumverlichting, beamer) .
* **Voorbeeld van herbestemming:** Sint-Jozefskerk in Roeselare (ontwijd en nu thuisbasis voor een architectenbureau). Meer internationale voorbeelden zijn te vinden op www.parcum.be/nl/herbestemming-kerken .
* **Afname en vergrijzing van religieuzen:** Het aantal mensen dat zich engageert binnen religieuze gemeenschappen neemt af, en er is een duidelijke vergrijzing binnen de orden en congregaties. In 2016 waren er 10.262 religieuzen in België, in 2022 waren dit er 7.790 .
Daarnaast zijn er twee belangrijke factoren die de veranderende positie van de katholieke kerk beïnvloeden:
* **Culturele diversiteit:** De maatschappelijke diversiteit vertaalt zich in een meer diverse katholieke kerk. Ongeveer 20% van de bedienaars van de eredienst heeft een niet-Belgische nationaliteit. Er zijn ook verschillende anderstalige katholieke gemeenschappen actief, waaronder Poolse, Tagalog, Spaanse, Italiaanse en Oekraïense .
* **Christelijke traditie van verenigingen en organisaties:** Veel hedendaagse verenigingen en sociale organisaties hebben hun wortels in een christelijke traditie. Voorbeelden hiervan zijn :
* **CM (Christelijke Mutualiteit):** Opgericht in 1906 als reactie op de ideologische profilering van mutualiteiten door de opkomst van het socialisme .
* **Boerenbond:** Opgericht in 1890 door pastoor Jacob-Ferdinand Mellaerts om een christelijke boerenstand te verzekeren in tijden van economische crisis en dreiging van socialisme .
* **KSA (Katholieke Studenten Actie):** Ontstaan tussen 1928 en 1933, met priester Karel Dubois als stichter in West-Vlaanderen .
* **ACV (Algemeen Christelijk Vakverbond):** Ontstond uit de eerste christelijke vakbond in Gent wat uiteindelijk leidde tot de oprichting van het overkoepelende ACV in 1912 .
* **Cercle Brugge:** Opgericht in 1899 binnen de school van de broeders Xaverianen, in een context van groeiende aandacht voor sport op school en de schoolstrijd .
De katholieke kerk was traditioneel ook actief in de gezondheidszorg en het onderwijs. De veranderende maatschappelijke positie heeft ertoe geleid dat de identiteit en rol van het rooms-katholiek onderwijs bevraagd worden .
### 8.3 Katholiek Onderwijs Vlaanderen
Katholiek Onderwijs Vlaanderen is de grootste onderwijsspeler in Vlaanderen, met een omvangrijk netwerk van scholen verspreid over het hele lands. In het schooljaar 2020-2021 ging 58,96% van de leerlingen naar een katholieke lagere school en 69,35% naar een katholieke secundaire school .
> **Tip:** Maak zelf de oefening om de basisscholen in jouw woonplaats op te zoeken en te bepalen tot welk net ze behoren .
De veranderde positie van de Rooms-Katholieke Kerk heeft geleid tot vragen over de identiteit van het Vlaams katholiek onderwijs, zoals:
* Hoe 'katholiek' is het onderwijs nog ?
* Dekt de 'katholieke vlag' de lading nog ?
* Wat houdt die lading concreet in ?
* Welke impact heeft de samenleving op de identiteit van katholieke scholen en welke toekomstperspectieven zijn er ?
Deze vragen leidden tot de herziening van de visie op katholiek onderwijs.
#### 8.3.1 Visietekst Katholieke dialoogschool
De visietekst van de Katholieke dialoogschool stelt de volgende kernprincipes centraal :
* **Gastvrije verwelkoming:** De school verwelkomt iedereen, ongeacht levensbeschouwelijke of religieuze achtergrond, en nodigt leerlingen, ouders, personeelsleden en bestuurders uit om deel te nemen aan het onderwijsproject vanuit een christelijke inspiratie .
* **Kwaliteitsvol onderwijs als vorming:** Kwaliteitsvol onderwijs wordt gezien als meer dan louter opleiding. Het vormt mensen tot vrije, competente en solidaire personen die zin en betekenis vinden in leven en samenleven. Leren leren, leren werken en leren (samen)leven gaan hand in hand. De school draagt zorg voor de unieke talenten van elke leerling, met bijzondere aandacht voor wie het moeilijk heeft .
* **Mens en wereld als gave en opgave:** Vanuit de grondervaring dat mens en wereld zowel een geschenk als een opdracht zijn, benadrukt de school de menselijke vrijheid als een gegeven die oproept tot verantwoordelijkheid. Met het geloof dat liefde het diepste mysterie van de werkelijkheid is, neemt de school de liefde zoals verhaald in de Bijbel en voorgeleefd door Jezus als richtsnoer. Christelijke hoop, ontspringend uit deze liefde en het verrijzenisgeloof, oriënteert de doelen en werking van de school .
* **Uitnodiging tot dialoog:** In een tijd van levensbeschouwelijke veelheid nodigt de school iedereen uit tot dialoog om samen te zoeken naar het volle mens- en medemens-zijn. Ze brengt christenen, moslims, joden, andersgelovigen en niet-gelovige humanisten samen. Door in gesprek te gaan, leren mensen hun eigen identiteit vorm te geven. De school brengt op eigentijdse wijze de christelijke stem in dit gesprek en schept ruimte voor iedereen. Door dialoog verrijkt de school zichzelf en vernieuwt ze haar christelijke inspiratie. De katholieke dialoogschool wil een oefenplaats zijn voor een (samen)leven in een wereld gekenmerkt door diversiteit en verschil, waar kritisch-creatief omgegaan wordt met eigenheid en verschil, om zo bij te dragen aan een open, zinvolle, verdraagzame en duurzame samenleving waar een plaats is voor iedereen .
#### 8.3.2 De engagementsverklaring van het katholiek onderwijs
De Engagementsverklaring van het katholiek onderwijs beschrijft de wederzijdse verwachtingen en engagementen voor het samenwerken aan katholieke dialoogscholen .
* **Samenwerken aan katholieke dialoogscholen:** Katholiek Onderwijs Vlaanderen profileert haar onderwijs vandaag vanuit het project van de katholieke dialoogschool, geïnspireerd door de katholiek-pedagogische traditie en betrokken op de wereld van vandaag. Dit project daagt iedereen uit tot samen school maken in dialoog, om zo de samenleving van de toekomst te bouwen. Dit uit zich in diverse pedagogische projecten, van scholen tot universiteiten, die de katholiek-pedagogische traditie voortzetten. Het vereist een engagement van leerlingen, ouders, personeelsleden, leidinggevenden en bestuurders, alsook van de lokale gemeenschap, de Kerk en de samenleving .
* **Leerlingen, internen, studenten en cursisten:** Zij verwachten kwaliteitsvolle vorming door inspirerende leraren en opvoeders, om te groeien in mens- en medemens-zijn en hun verantwoordelijkheid op te nemen. De school verwacht van hen dat ze voluit deelnemen aan het vormingsproces, zich laten uitdagen door het aanbod, en in dialoog treden met het vormingsaanbod, de traditie, leraren en medeleerlingen. Ze worden aangemoedigd gebruik te maken van participatiemogelijkheden en zo actief bij te dragen aan het schoolleven .
* **Personeelsleden:** Zij willen kinderen, jongeren en volwassenen vormen tot vrije en verantwoordelijke burgers. Ondanks dat de katholieke identiteit niet altijd vanzelfsprekend is, zetten zij zich voluit in voor het vormingsproject en zijn ze essentiële partners. De school verwacht dat ze actief bijdragen aan het leven van de katholieke dialoogschool, in gesprek met leerlingen, collega's en schoolleiding. Ze vinden inspiratie voor het katholiek-pedagogische project en werken mee aan een leeromgeving waarin elke lerende optimaal kan leren, leven en werken, met bewustzijn van hun voorbeeldfunctie .
* **Schoolleiders:** Zij geven richting aan het pedagogisch project van de katholieke dialoogschool, vormen samen met personeelsleden een leef- en leergemeenschap en engageren zich voor een genereuze, zorgzame en rechtvaardige school. Ze streven naar dialogaal en gedeeld leiderschap, creëren een duurzaam en zorgzaam personeelsbeleid en zetten zich in voor een ondersteunende, motiverende en waarderende werkomgeving .
* **Ouders:** Zij verwachten dat de school bijdraagt aan de opvoeding die zij hun kinderen willen geven. Door voor een katholieke school te kiezen, stellen ze vertrouwen in hoe de school het project van de katholieke dialoogschool gestalte geeft. De school verwacht van hen dat ze echte partners zijn in de opvoeding en vorming, en betrekt hen zoveel mogelijk bij het samen school maken .
* **Besturen:** Vanuit de vrijheid van onderwijs en de katholiek-pedagogische traditie, maken besturen de band met die traditie en dagen zij schoolleiders en personeelsleden uit deze te vernieuwen. Ze scheppen de nodige bestuurlijk-organisatorische randvoorwaarden en besturen in een geest van dialogaal en gedeeld leiderschap. Ze garanderen de verankering van de school in de lokale gemeenschap, zoeken naar bestuurlijke optimalisering en koesteren de band met andere instellingen van Katholiek Onderwijs Vlaanderen .
* **Lokale gemeenschap, Kerk en samenleving:** De katholieke school is deel van het weefsel van de lokale gemeenschap, de Kerk en de samenleving. Van de lokale gemeenschap verwacht de school respect voor haar project en ondersteuning. Voor de Kerk vormt de school een getuige van haar dienstbaarheid en verwacht ze authentieke getuigenis van de christelijke boodschap in een veranderde context. De school verwacht van de Kerk een blijvend engagement in dialoog en inspiratie voor jongeren en volwassenen. De samenleving stelt verwachtingen aan de kwaliteit van het katholiek onderwijs, terwijl het onderwijs voldoende vrijheid en middelen vraagt om zijn verantwoordelijkheid op te nemen. Vanuit haar traditie profileert het katholiek onderwijs de katholieke dialoogschool als een oefenplaats én vrijplaats voor samenleven in een wereld van veelheid en verschil .
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Wetenschappelijke revolutie | Periode die zo'n 500 jaar geleden begon en gekenmerkt wordt door een fenomenale groei van menselijke invloed op de omgeving, met de ontwikkeling van nieuwe mogelijkheden in diverse domeinen. |
| Expansie | Het proces van groei in omvang, reikwijdte, hoeveelheid of invloed, mogelijk gemaakt door de industriële revolutie en de ontwikkeling van nieuwe energieomzettingen. |
| Waarnemen | Een fundamenteel element van wetenschappen waarbij een wetenschapper de fysische wereld observeert en bestudeert om vragen te stellen en antwoorden te zoeken. |
| Correspondentietheorie | Een opvatting over waarheid die stelt dat een claim overeenkomt met iets wat geobserveerd, gemeten of gesimuleerd kan worden. |
| Technisch denk- en handelingsproces | Een proces dat centraal staat in techniek, waarbij ontwerpen systematisch worden bedacht en gemaakt om aan materiële behoeften te voldoen, inclusief stappen als probleemstellen, ideeën bedenken, plannen, maken en evalueren. |
| Diversiteit | Het besef dat elk individu uniek is en dat er verschillen bestaan tussen mensen, die betrekking kunnen hebben op diverse persoonskenmerken, zowel aangeboren als verworven. |
| Identiteit | Een persoonlijk en sociaal gegeven, gelaagd en dynamisch, dat wordt gedefinieerd door verschillende assen zoals leeftijd, cultuur, religie en interesses, en dat voortdurend in ontwikkeling is. |
| Levensbeschouwing | Een samenhangend geheel van ideeën, ervaringen, waarden en beelden dat een persoon ontwikkelt over zichzelf, het samenleven met anderen en de wereld. |
| Monotheïsme | Het geloof in één God, zoals dat bijvoorbeeld binnen het Jodendom, Christendom en Islam wordt aangehangen. |
| Tenach | De verzameling van heilige boeken die Joden als hun Heilige Schrift erkennen, bestaande uit de Wet (Thora), Profeten (Nevi’iem) en Geschriften (Ketoeviem). |
| Achtvoudige pad | Een boeddhistische leer die bestaat uit acht levensadviezen, gericht op het opheffen van lijden door middel van juiste inzichten, bedoelingen, woorden, handelen, levenswijze, inspanning, aandacht en concentratie/meditatie. |
| Heilige Geest | Een van de drie personen van de christelijke Drie-eenheid, naast God de Vader en Jezus Christus, die wordt gezien als de goddelijke aanwezigheid en kracht. |
| Koran | Het heilige boek van de Islam, dat volgens moslims de letterlijke openbaring van God (Allah) aan de profeet Mohammed bevat en fungeert als leidraad voor het leven. |
| Katholieke dialoogschool | Een school die gastvrijheid betracht voor iedereen, ongeacht levensbeschouwelijke of religieuze achtergrond, en die streeft naar kwaliteitsvol onderwijs dat mensen vormt tot vrije, competente en solidaire personen. |