Cover
Empieza ahora gratis PWP 1 technische uitrusting.pdf
Summary
# Effecten van klimaatbeheersing op welzijn en prestaties
Dit onderwerp onderzoekt de invloed van temperatuur en luchtvochtigheid op menselijke prestaties en gezondheid, inclusief de consequenties van suboptimale omstandigheden [1](#page=1).
### 1.1 Essentiële aspecten van klimaatbeheersing
Klimaatbeheersing omvat processen zoals koelen, verwarmen en ontvochtigen. Deze processen zijn echter sterk energieverslindend, wat het belang van een correcte dimensionering van luchtbehandelingsinstallaties benadrukt. Ergonomisch streven we naar de best mogelijke omstandigheden, waarbij de subjectiviteit van 'niet te warm/koud – vochtig/droog' een rol speelt [1](#page=1).
### 1.2 Gevolgen van suboptimale omstandigheden
Slechte omstandigheden kunnen diverse negatieve effecten hebben op het welzijn en de prestaties [2](#page=2).
#### 1.2.1 Gevolgen van te hoge temperaturen
Wanneer het te warm is, daalt het rendement. Dit kan leiden tot hoofdpijn, zweten en spierkrampen [2](#page=2).
#### 1.2.2 Gevolgen van te lage temperaturen
Te koude omstandigheden kunnen bijdragen aan verkoudheden, leiden tot een tragere reactietijd en verminderde tastzin [2](#page=2).
#### 1.2.3 Uitdagingen in de opvolging
Het nauwkeurig opvolgen van klachten gerelateerd aan deze omstandigheden is niet eenvoudig, deels vanwege het subjectieve gevoel van individuen [2](#page=2).
### 1.3 Invloed van bedrijfsactiviteiten op klimaatbeheer
De aard van de activiteiten binnen een onderneming kan de vereisten voor klimaatbeheersing sterk beïnvloeden [3](#page=3).
#### 1.3.1 Voorbeelden uit de praktijk
Specifieke voorbeelden zijn winkelbedienden die werken nabij koeltogen, arbeiders die bij ovens staan, of het verwarmen van grote fabriekshallen in de winter. Deze situaties vereisen specifieke klimaatoplossingen om het welzijn en de prestaties te waarborgen [3](#page=3).
* * *
# Natuurlijke en mechanische ventilatie: principes en systemen
Hier is de samenvatting voor het onderwerp "Natuurlijke en mechanische ventilatie: principes en systemen", opgesteld als een examengericht studiemateriaal.
## 2\. Natuurlijke en mechanische ventilatie: principes en systemen
Dit onderwerp behandelt de fundamentele principes en verschillende systemen van natuurlijke en mechanische ventilatie in gebouwen, inclusief hun respectievelijke voor- en nadelen.
### 2.1 Waarom ventileren?
Ventilatie in gebouwen is een relatief recent fenomeen, met een toename in toepassing gedurende de laatste decennia. Goede ventilatie is cruciaal omdat slechte ventilatie een negatieve invloed heeft op de gezondheid van de mens. Zonder de juiste hoeveelheid zuivere zuurstof reageert het lichaam direct. Veelvoorkomende gezondheidsproblemen die voortkomen uit een slechte binnenluchtkwaliteit zijn allergieën, luchtwegenproblemen, en droge ogen of huid [4](#page=4).
### 2.2 Natuurlijke ventilatie
Natuurlijke ventilatie maakt gebruik van ramen, roosters, en eventueel deuren om lucht op een natuurlijke wijze toe te voeren en af te voeren. De mate van luchtverversing is bij dit systeem afhankelijk van de weersomstandigheden en het gebruik van de ventilatievoorzieningen. Natuurlijke ventilatie wordt beschouwd als ongecontroleerde ventilatie [5](#page=5).
#### 2.2.1 Voor- en nadelen van natuurlijke ventilatie
* **Voordelen:**
* Relatief eenvoudige en goedkope installatie [6](#page=6).
* Geen energieverbruik voor de ventilatie zelf [6](#page=6).
* Lagere onderhoudskosten in vergelijking met mechanische systemen [6](#page=6).
* **Nadelen:**
* Ongecontroleerde luchttoevoer en -afvoer, sterk afhankelijk van weersomstandigheden (wind, temperatuurverschillen) [6](#page=6).
* Mogelijkheid tot tochtvorming [6](#page=6).
* Beperkte invloed op de luchtkwaliteit en warmtebalans [6](#page=6).
* Kan leiden tot hogere energiefacturen door ongecontroleerd warmteverlies [6](#page=6).
### 2.3 Mechanische ventilatie
Mechanische ventilatie maakt gebruik van ventilatoren om lucht toe te voeren en/of af te voeren, wat een gecontroleerdere luchtverversing mogelijk maakt. Het principe van een goede basisventilatie is gebaseerd op drie pijlers: de toevoer van verse lucht, de doorstroming van lucht in de woning, en de afvoer van vervuilde lucht [7](#page=7).
#### 2.3.1 Systemen van mechanische ventilatie
Er worden vier hoofdtypen ventilatiesystemen onderscheiden in de woningbouw:
* **Systeem A: Natuurlijke toevoer en natuurlijke afvoer** Dit systeem maakt volledig gebruik van natuurlijke processen en is tegenwoordig niet meer toegelaten [7](#page=7).
* **Systeem B: Mechanische toevoer en natuurlijke afvoer** Bij dit systeem wordt lucht mechanisch toegevoerd en op natuurlijke wijze afgevoerd. Dit systeem is eveneens niet meer toegelaten [7](#page=7).
* **Systeem C: Natuurlijke toevoer en mechanische afvoer** Dit systeem kenmerkt zich door verse luchtinlaten via roosters (meestal in de ramen) en een mechanische afvoer van lucht via een centraal afzuigsysteem [7](#page=7) [8](#page=8).
**Voor- en nadelen van systeem C ventilatie:**
* **Voordelen:**
* Kosten: Kan goedkoper zijn in aanschaf en installatie dan volledig mechanische systemen [9](#page=9).
* Gebruiksgemak: Eenvoudig te integreren in renovatieprojecten zonder veel ingrijpende bouwwerkzaamheden [9](#page=9).
* Lager energieverbruik: De natuurlijke luchttoevoer reduceert het energieverbruik vergeleken met volledig mechanische systemen [9](#page=9).
* **Nadelen:**
* Wisselende luchtkwaliteit: De natuurlijke luchttoevoer kan variëren met de buitenomstandigheden, wat de binnenluchtkwaliteit kan beïnvloeden [9](#page=9).
* Onderhoud: Mechanische afvoerkanalen en ventilatoren vereisen regelmatig onderhoud voor optimale werking [9](#page=9).
* Geluid: Mechanische componenten kunnen geluid produceren dat als storend kan worden ervaren [9](#page=9).
* Esthetiek: Ventilatie roosters in de gevel kunnen het uiterlijk van het gebouw beïnvloeden [9](#page=9).
* **Systeem D: Mechanische toevoer en mechanische afvoer** Dit is een volledig mechanisch systeem waarbij zowel de toevoer als de afvoer van lucht door ventilatoren worden verzorgd. Dit systeem biedt de meest gecontroleerde vorm van ventilatie en maakt vaak gebruik van warmteterugwinning [10](#page=10) [7](#page=7).
**Eisen en kenmerken van Systeem D:**
* De openingen voor zowel toe- als afvoer moeten permanent en niet afsluitbaar zijn [10](#page=10).
* De afzuiging is vaak collectief en permanent [10](#page=10).
* Er moet rekening worden gehouden met open verbrandingstoestellen om verstoring van de werking en terugstroming van verbrandingsgassen te voorkomen [10](#page=10).
* Warmteterugwinning (WTW) is een veelvoorkomend kenmerk van Systeem D, wat energiebesparing oplevert [10](#page=10).
* Debieten kunnen gestuurd worden op basis van sensoren zoals infrarood (IR), CO2-niveaus of via een klokprogramma [10](#page=10).
* Regeling kan in de kanalen plaatsvinden [10](#page=10).
* De luchtsnelheid in de kanalen ligt doorgaans tussen de 1,5 en 3 meter per seconde [10](#page=10).
### 2.4 Vergelijking van de systemen
Een vergelijking van de verschillende ventilatiesystemen, vaak toegepast in appartementen, laat zien dat Systeem A en B verouderd zijn. Systeem C biedt een balans tussen natuurlijke toevoer en mechanische afvoer, terwijl Systeem D de meest gecontroleerde en energiezuinige optie is, met name door de integratie van warmteterugwinning [10](#page=10) [11](#page=11) [12](#page=12).
> **Tip:** Bij het beoordelen van ventilatiesystemen is het belangrijk om zowel de initiële kosten als de operationele kosten (energieverbruik, onderhoud) mee te nemen in de overweging.
> **Tip:** Voor een optimale binnenluchtkwaliteit en energie-efficiëntie wordt Systeem D, met de mogelijkheid tot warmteterugwinning, over het algemeen als het meest geavanceerde en aanbevolen systeem beschouwd voor nieuwbouw en grondige renovaties [10](#page=10) [11](#page=11) [12](#page=12).
* * *
# Regelgeving omtrent ventilatiedebieten en binnenluchtkwaliteit
Dit onderwerp behandelt de wettelijke vereisten voor ventilatie in gebouwen, met specifieke aandacht voor de vastlegging van ventilatiedebieten en de naleving van binnenluchtkwaliteitsnormen, zoals uiteengezet in koninklijke besluiten en de EPB-regelgeving [18](#page=18).
### 3.1 Koninklijk Besluit inzake binnenluchtkwaliteit in werklokalen
Het koninklijk besluit van 2 mei 2019 stelt eisen aan de binnenluchtkwaliteit in werklokalen, gericht op het waarborgen van de gezondheid en het welzijn van werknemers [19](#page=19).
#### 3.1.1 CO2-concentratie en ventilatiedebieten in werklokalen
Werkgevers moeten ervoor zorgen dat de CO2-concentratie in werklokalen gewoonlijk lager is dan 900 ppm. Als alternatief kan een minimum ventilatiedebiet van 40 m³/u per aanwezige persoon worden aangehouden [19](#page=19).
Er geldt een afwijkende regeling waarbij de werkgever mag streven naar een CO2-concentratie lager dan 1200 ppm of een minimum ventilatiedebiet van 25 m³/u per persoon, mits aan specifieke voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden omvatten het aantonen dat werknemers een gelijkwaardig of beter beschermingsniveau genieten door het uitschakelen of verminderen van verontreinigingsbronnen, en het verkrijgen van voorafgaand advies van de preventieadviseur en het comité [19](#page=19).
De CO2-concentratie wordt als "gewoonlijk lager dan" beschouwd wanneer deze gedurende 95% van de gebruikstijd (maximaal 8 uur) onder de gestelde waarden blijft, uitgaande van een buitenconcentratie van 400 ppm. Bij hogere buitenconcentraties kan rekening worden gehouden met het verschil ten opzichte van de 400 ppm [19](#page=19).
> **Tip:** Het correct interpreteren van de "gewoonlijk lager dan" eis is cruciaal voor de correcte toepassing van de regels. Dit impliceert een statistische analyse over een bepaalde periode [19](#page=19).
#### 3.1.2 Definitie van "speciale ruimten"
Bepaalde ruimten vallen buiten het toepassingsgebied van de algemene ventilatievoorschriften van de EPB-regelgeving. Hieronder vallen onder andere garages met een oppervlakte van meer dan 40 m², stookplaatsen, brandstofopslagruimten, gasmeterruimten en liftkokers [20](#page=20).
### 3.2 EPB-regelgeving aangaande ventilatie
De EnergiePrestatie en Binnenklimaat (EPB)-regelgeving stelt specifieke eisen aan ventilatiedebieten in gebouwen [20](#page=20).
#### 3.2.1 Minimum ventilatiedebieten in residentiële gebouwen
Voor de berekeningen binnen de EPB-regelgeving wordt uitgegaan van een minimum debiet van 22 m³/h per persoon. Het totale vereiste debiet wordt bepaald door rekening te houden met de specifieke functie van de verschillende lokalen [20](#page=20).
#### 3.2.2 Ventilatie van specifieke ruimten volgens EPB
De ventilatie van "speciale ruimten" valt buiten het toepassingsgebied van de algemene EPB-ventilatievoorschriften [20](#page=20).
##### 3.2.2.1 Toiletruimten
Het ontwerpdebiet voor toiletruimten wordt bepaald op basis van het aantal toiletten, inclusief urinoirs. Indien het aantal toiletten niet gekend is bij de dimensionering, wordt het ontwerpdebiet berekend op basis van de vloeroppervlakte van de ruimte [21](#page=21).
Volgens de EPB-regelgeving moet het minimum ontwerpdebiet in toiletruimten 25 m³.h⁻¹ per toilet (inclusief urinoirs) bedragen. Als alternatief, wanneer het aantal toiletten niet bekend is, geldt een minimum van 15 m³.h⁻¹ per vierkante meter vloeroppervlakte [22](#page=22).
##### 3.2.2.2 Doucheruimten en badkamers
Voor doucheruimten en badkamers bedraagt het minimum ontwerpdebiet 5 m³.h⁻¹ per vierkante meter vloeroppervlakte, met een absolute minimum van 50 m³.h⁻¹ per ruimte [22](#page=22).
#### 3.2.3 Ventilatiedebieten in ruimten niet bestemd voor menselijke bezetting
In ruimten die niet bestemd zijn voor menselijke bezetting, wordt het minimum ontwerpdebiet bepaald door de vloeroppervlakte te vermenigvuldigen met 1,3 m³/h [22](#page=22).
### 3.3 Europese norm NBN EN 16798-3:2017
Deze Europese norm behandelt de prestaties van ventilatiesystemen in niet-residentiële gebouwen en vormt een aanvulling op de nationale regelgeving. Deze norm biedt gedetailleerde richtlijnen voor de dimensionering en de werking van ventilatiesystemen, wat essentieel is voor het behalen van een goede binnenluchtkwaliteit [18](#page=18).
> **Tip:** Hoewel de nationale regelgeving (KB en EPB) de primaire wettelijke basis vormt, biedt de NBN EN 16798-3:2017 vaak meer gedetailleerde technische specificaties en aanbevelingen voor de praktische implementatie van ventilatiesystemen. Het is aan te raden deze norm te raadplegen voor een dieper begrip van de technische aspecten [18](#page=18).
* * *
# Luchtbehandelingsinstallaties en schachtventilatie
Dit onderwerp behandelt de principes van luchtbehandelingssystemen en specifiek de toepassing van schachtventilatie voor technische schachten en liften.
### 4.1 Luchtbehandelingssystemen
Luchtbehandelingssystemen omvatten zowel natuurlijke als mechanische ventilatie. Deze systemen zijn cruciaal voor het reguleren van de luchtkwaliteit en het binnenklimaat van gebouwen [14](#page=14) [15](#page=15) [16](#page=16) [17](#page=17).
### 4.2 Schachtventilatie
Schachtventilatie is een specifieke toepassing die gericht is op het ventileren van technische schachten en liftschachten. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen natuurlijke en mechanische ventilatie [23](#page=23).
#### 4.2.1 Natuurlijke schachtventilatie
Bij natuurlijke schachtventilatie wordt gebruik gemaakt van de drukverschillen en temperatuurverschillen om luchtcirculatie te bewerkstelligen.
##### 4.2.1.1 Voor technische schachten
Voor technische schachten geldt dat de vrije verluchtingsdoorsnede van de koker ten minste gelijk moet zijn aan 10% van de totale horizontale doorsnede van de koker. Daarbij is een minimum van 4 vierkante decimeter (dm²) vereist [23](#page=23).
##### 4.2.1.2 Voor liften
Voor liften is de eis voor natuurlijke ventilatie dat de verluchtingsopening, die zich boven aan de schacht bevindt, een minimale doorsnede heeft van 1% van de horizontale oppervlakte van de schacht [23](#page=23).
> **Tip:** Bij het ontwerpen van schachtventilatie is het essentieel om de specifieke functie van de schacht (technisch of lift) en de vereiste luchtverversingspercentages in acht te nemen om te voldoen aan de geldende normen.
De documentatie bevat verder geen gedetailleerde technische specificaties of formules met betrekking tot mechanische ventilatie binnen het toegewezen paginabereik. De focus ligt op de definities en minimumvereisten voor natuurlijke ventilatie in specifieke schachttypen [14](#page=14) [15](#page=15) [16](#page=16) [17](#page=17) [23](#page=23).
* * *
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
* Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
* Let op formules en belangrijke definities
* Oefen met de voorbeelden in elke sectie
* Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Luchtbehandelingsinstallatie | Een systeem ontworpen om de kwaliteit van de lucht in een gebouw te regelen door middel van verwarming, koeling, bevochtiging of ontvochtiging. |
| Ergonomisch | Verwijst naar de studie van de efficiëntie en veiligheid van mensen in hun werkomgeving, met als doel de omstandigheden zo optimaal mogelijk te maken. |
| Rendement | De mate waarin een systeem of persoon zijn energie of middelen omzet in nuttig werk; een daling kan wijzen op een negatieve invloed van de omgevingscondities. |
| Tastzin | De zintuiglijke waarneming van aanraking, druk en textuur, die beïnvloed kan worden door temperatuur en andere omgevingsfactoren. |
| Ventilatie | Het proces van het vervangen van de lucht in een ruimte door buitenlucht, om zo de luchtkwaliteit te verbeteren, temperaturen te regelen en vochtigheid te beheersen. |
| Natuurlijke ventilatie | Luchtverversing die plaatsvindt door middel van natuurlijke krachten zoals winddruk en thermiek, meestal via ramen, roosters en deuren. |
| Mechanische ventilatie | Luchtverversing die wordt bewerkstelligd door ventilatoren en andere mechanische apparatuur om de lucht toe te voeren en af te voeren. |
| Systeem A | Een ventilatiesysteem met natuurlijke toevoer van verse lucht en natuurlijke afvoer van vervuilde lucht; momenteel niet meer toegelaten in veel regelgevingen. |
| Systeem B | Een ventilatiesysteem met mechanische toevoer van verse lucht en natuurlijke afvoer van vervuilde lucht; momenteel niet meer toegelaten. |
| Systeem C | Een ventilatiesysteem met natuurlijke toevoer van verse lucht en mechanische afvoer van vervuilde lucht, vaak toegepast met roosters in ramen en een centraal afvoersysteem. |
| Systeem D | Een ventilatiesysteem met zowel mechanische toevoer van verse lucht als mechanische afvoer van vervuilde lucht, vaak uitgerust met warmteterugwinning. |
| Binnenluchtkwaliteit | De kwaliteit van de lucht binnenshuis, die beïnvloed wordt door factoren zoals ventilatie, vervuilende stoffen en vochtigheid. |
| CO2-concentratie | De hoeveelheid koolstofdioxide ($CO_2$) in de lucht, die als indicator kan dienen voor de effectiviteit van de ventilatie in een ruimte. |
| ppm | Parts per million (delen per miljoen), een eenheid die gebruikt wordt om de concentratie van een stof in een gas, vloeistof of vaste stof aan te geven. |
| EPB | Energieprestatie en binnenklimaat, een regelgeving in België die de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen reguleert. |
| Debiet | De volumestroom van een vloeistof of gas, meestal uitgedrukt in kubieke meter per uur ($m^3/h$) of per seconde ($m^3/s$). |
| Warmteterugwinning | Een techniek waarbij de warmte uit de afgevoerde ventilatielucht wordt hergebruikt om de verse toevoerlucht voor te verwarmen, wat energie bespaart. |