Cover
Empieza ahora gratis samenvatting Gölbekli Tepe Nevali çori (1) (1).docx
Summary
# Göbekli Tepe: Ontdekking en opbouw
Dit gedeelte behandelt de locatie, de ouderdom en de archeologische opgravingen van Göbekli Tepe, inclusief de interpretatie van de verschillende lagen en structuren zoals de T-pilaren.
### 1.1 Locatie en ouderdom van Göbekli Tepe
Göbekli Tepe is een neolithische site gelegen in Sanliurfa in zuidoost Turkije, op een van de uitlopers van het Taurosgebergte. Het complex is gebouwd op een heuvelflank, waardoor het boven de omliggende vlakte uittorent. De site wordt gedateerd in het Pre-Pottery Neolithicum A (PPNA) en is daarmee ongeveer 11.500 jaar oud, wat het ouder maakt dan Stonehenge en de oudste monumentale archeologische site ter wereld.
### 1.2 Archeologische opgravingen en historisch overzicht
De huidige kennis over Göbekli Tepe is grotendeels te danken aan Klaus Schmidt en het Duitse Archeologische Instituut. Sinds 1992 werden er in samenwerking met het archeologisch instituut in Sanliurfa opgravingen verricht. Klaus Schmidt leidde vanaf 1994 intensieve opgravingen en maakte de site zijn levenswerk tot zijn overlijden in 2014.
De site werd ongeveer 11.500 jaar geleden (9500 v.Chr.) opgericht en was gedurende ongeveer 500 jaar in gebruik. Na de verplaatsing van het zwaartepunt van de T-pilaar cultuur, werd Göbekli Tepe intentioneel bedolven onder een laag sediment, wat heeft bijgedragen aan de uitstekende conservering. De velden bovenop de site werden in latere perioden gebruikt voor landbouw, wat echter ook enige schade aan de onderliggende structuren heeft veroorzaakt.
Beginnend met de eerste onderzoeken in 1962 onder leiding van Peter Benedict, vonden de systematische opgravingen plaats vanaf 1994 onder leiding van Klaus Schmidt. Na zijn dood in 2014 worden de opgravingen en het onderzoek voortgezet met verbeterde technieken onder leiding van archeologen Banning en Clare.
### 1.3 Opbouw van de site
Klaus Schmidt identificeerde drie lagen op de site, waarbij laag III de oudste is en laag I de jongste.
* **Laag I:** Bestaat uit het sediment dat in de loop der jaren bovenop de site is komen te liggen.
* **Laag II:** Bevat enkele rechthoekige structuren. Deze structuren worden op twee manieren geïnterpreteerd:
* Als verbindingen tussen de cirkelvormige formaties om het complex compleet te maken.
* Als mogelijke bewijzen van een nederzetting op de site in deze periode. Eerdere conclusies van Schmidt, die geen bewijs van domesticatie, huishoudelijke artefacten of een waterreservoir vond, suggereerden dat het geen nederzetting was. Nieuwer onderzoek door Banning en Clare suggereert echter dat er wel degelijk een nederzetting kan zijn geweest.
* **Laag III:** Dit is de meest significante laag en bevat circulaire formaties. Deze worden geïnterpreteerd als rituele en monumentale bouwwerken.
* In het midden van elke cirkel bevinden zich twee grote T-pilaren, die soms antropomorfe tekeningen vertonen.
* Rondom de cirkelvormige formaties zijn kleinere T-pilaren geplaatst, eveneens versierd met gravures en beeldjes. Deze beelden stellen voornamelijk dieren voor, zoals vossen, vogels, leeuwen en everzwijnen. Deze dieren zouden een totemistische of afwerende functie kunnen hebben gehad, mogelijk gerelateerd aan de interactie van de toenmalige bevolking met deze dieren.
### 1.4 Betekenis van Göbekli Tepe
Göbekli Tepe wordt beschouwd als een plaats van samenkomst voor de omliggende stammen. De frequentie van deze samenkomsten (dagelijks, maandelijks of jaarlijks) is niet vast te stellen, maar het is duidelijk dat er bijeenkomsten plaatsvonden. Dit heeft waarschijnlijk geleid tot de eerste sociale organisatie en culturele uitwisseling van ideeën en methoden met betrekking tot overleven, migratie en landbouw.
### 1.5 De T-pilaren cultuur
De T-pilaar cultuur kende een verspreiding van ongeveer 200 kilometer en wordt gekenmerkt door de terugkerende T-pilaren. Deze tempelcomplexen dienden als ontmoetingsplaatsen voor stammen, wat leidde tot culturele uitwisseling en de mogelijke start van landbouw door het delen van technologieën en ideeën. Naarmate de stammen groter en complexer werden, ontstond er een vroege sociale organisatie, zowel binnen als tussen de stammen.
De pilaren zijn monumentale megalieten in T-vorm, versierd met gravures en sculpturen, voornamelijk van dieren zoals vossen, everzwijnen en reptielen. Sommige T-pilaren vertonen antropomorfe kenmerken en stonden vaak centraal in de complexen. De gravures op de pilaren worden geïnterpreteerd als apotropaische (afwerende) afbeeldingen of als onderdeel van totemistische rituelen.
De T-pilaren cultuur bevond zich in Zuidoost-Turkije, binnen een straal van ongeveer 200 kilometer rond Göbekli Tepe, en wordt beschouwd als een regionaal fenomeen dat geassocieerd wordt met de eerste permanente nederzettingen in de regio. Naast Göbekli Tepe en Nevali Çori behoren ook sites zoals Hamazan Tepe, Karahan Tepe en Sefer Tepe tot deze cultuur.
---
# Nevali Çori: Locatie, bewoning en cultus
Deze sectie bespreekt de archeologische vindplaats Nevali Çori, met een focus op de geografische ligging, de periode van bewoning, de specifieke bouwstijlen van de huizen en het unieke cultuscomplex met zijn kenmerkende T-pilaren.
### 2.1 Locatie en tijdsperiode
Nevali Çori is een archeologische vindplaats gelegen in Zuidoost-Turkije, aan de oevers van de Midden-Eufraat. De site bevindt zich in het heuvelachtige landschap nabij het Taurusgebergte en maakt deel uit van de bredere Taş Tepeler-sites, waartoe ook Göbekli Tepe behoort. De actieve periode van Nevali Çori strekt zich uit van 8500 tot 8000 v.Chr., wat overeenkomt met de Pre-Pottery Neolithic B-periode. Deze fase van het Neolithicum kenmerkt zich door de overgang naar sedentaire leefwijzen en akkerbouw, met een toenemende nadruk op veeteelt. Zoals de naam "Pre-Pottery" al aangeeft, werd in deze periode nog geen aardewerk vervaardigd.
### 2.2 Archeologische opgraving
De opgravingen op de site vonden plaats tussen 1983 en 1991. Het betrof een noodopgraving, aangezien de archeologische resten zo snel mogelijk moesten worden veiliggesteld voordat de locatie onder water zou komen te staan door de aanleg van de Atatürkdam. Het onderzoek werd geleid door professor Harald Hauptmann van de Universiteit van Heidelberg en verliep in zeven fasen. Een aanzienlijk deel van de gevonden artefacten en bouwstructuren is thans te bezichtigen in het Şanlıurfa-museum. De oorspronkelijke site zelf is door de dam onder water komen te liggen en is daardoor niet meer toegankelijk.
### 2.3 Bewoning
De nederzetting van Nevali Çori kende vijf bouwlagen. De opgegraven structuren stammen uit de jongste bouwlaag en bestonden uit langgerekte, rechthoekige huizen die waren ingedeeld in twee tot drie parallelle rijen kamers. Deze huizen grenzen aan een vergelijkbare rechthoekige voorbouw, die door middel van muuruitstulpingen was onderverdeeld en waarschijnlijk diende als woonruimte.
De kenmerkende funderingen van deze huizen waren robuust en opgebouwd uit grote, hoekige keien en rotsblokken, met meerdere lagen. De openingen tussen de grotere stenen werden opgevuld met kleinere stenen om een relatief vlak oppervlak voor de bovenbouw te creëren. Opvallend is dat deze funderingen om de 1 tot 1,5 meter werden onderbroken door ondergrondse kanalen die haaks op de hoofdas van de huizen stonden. Deze kanalen, die aan de zijkanten open waren en met stenen platen waren afgedekt, dienden vermoedelijk voor afwatering, ventilatie of koeling van de huizen. Er zijn 23 van dergelijke structuren opgegraven.
### 2.4 Cultuscomplex
In Nevali Çori is een bijzonder cultuscomplex aangetroffen dat in de heuvel zelf was uitgehouwen. Dit complex bestond uit een vierkante ruimte van circa 14 bij 14 meter. De muren van dit complex waren ingebouwd met monolithische pilaren, vergelijkbaar met die in Göbekli Tepe. Centraal in de ruimte stonden twee vrijstaande pilaren, elk drie meter hoog. Oorspronkelijk waren er veertien pilaren (twee centrale en twaalf in de muur), maar er werd later nog een dertiende pilaar toegevoegd.
De pilaren waren versierd met afbeeldingen die sterk overeenkomen met die in Göbekli Tepe, wat duidt op een gedeeld cultureel milieu. Sommige archeologen suggereren dat de bouw van lokale tempelplaatsen in opkomende dorpen het belang van Göbekli Tepe deed afnemen, doordat religieuze praktijken zich meer op lokale dorpsstructuren gingen richten. Aanvankelijk werd aangenomen dat de twee centrale pilaren dienden ter ondersteuning van een dak, maar hiervoor is geen sluitend bewijs. Het is daarom goed mogelijk dat de tempel open was en geen dak had. Daarnaast werd een buitengedeelte van de tempel ontdekt, met een tweede muur en meerdere kleinere T-pilaren, die op een veel latere datum werden toegevoegd, een vergelijkbare toevoeging is ook bekend van Karahan Tepe.
Er is gesuggereerd dat de bouw van de tempel niet willekeurig was. De plaatsing van de muren, pilaren en andere architecturale elementen volgde mogelijk een symbolisch systeem met een diepere betekenis, zoals het representeren van een soort kalender. Deze architecturale complexiteit duidt op gespecialiseerd vakmanschap.
#### 2.4.1 Reliëfs
De meest significante reliëfs in Nevali Çori bevinden zich op de T-pilaren, met name op de twee centrale pilaren. Deze zijn duidelijk antropomorfisch: ze tonen armen aan de zijkanten die aan de voorkant op de buik uitlopen in handen. Twee verticale lijnen aan de voorkant duiden waarschijnlijk op een kledingstuk. Op de overige twaalf pilaren zijn eveneens vergelijkbare antropomorfe kenmerken teruggevonden, wat de interpretatie van afbeeldingen van mensen versterkt.
#### 2.4.2 Figuren
Nevali Çori heeft een aanzienlijk aantal beeldjes van diverse groottes opgeleverd, wat een belangrijk aspect van het archeologische onderzoek vormt. Ongeveer 1300 figuren en kralen in verschillende vormen, vervaardigd uit klei, zijn opgegraven. Deze beeldjes werden aan het oppervlak of in afvalkuilen gevonden, maar niet binnen woonhuizen of cultusgebouwen, noch in graven. Hieruit wordt geconcludeerd dat de beelden geïnterpreteerd kunnen worden als votiefobjecten of idolen. De beeldjes zijn antropomorfisch, zoomorfisch, bolvormig, kralen en kleine vaatjes, met een duidelijke overheersing van antropomorfe voorstellingen. Ze zijn voornamelijk beige van kleur, maar komen ook in zwart of grijs voor.
Deze beeldjes zijn bijzonder belangrijk omdat ze tot de eerste bewijzen behoren van het gebruik van vuur om de oorspronkelijke eigenschappen van materialen te veranderen. Nevali Çori is hierin niet uniek; het gebruik van gebrande kalk in pleistervloeren in Cappadocië, de Levant en Anatolië toont aan dat neolithische gemeenschappen experimenteerden met de invloed van vuur op materialen. Naast de kleine beelden zijn er ook grotere beelden van kalksteen gevonden, waaronder menselijke hoofden en een beeld van een vogel (mogelijk een totem). Een bijzonder beeld toont de achterkant van een hoofd met op het achterhoofd een slang. Slangen zijn in de regio vaak afgebeeld, maar de aanwezigheid op een achterhoofd is uitzonderlijk en zou kunnen duiden op een van de eerste standbeelden voor aanbidding, al is het ook mogelijk dat het een weergave van een haarstijl betreft.
#### 2.4.3 Begravingen
In Nevali Çori zijn 40 inhumatiegraven teruggevonden. Deze graven bevonden zich onder de vloeren van huizen of tussen de huizen. In de meeste gevallen betreft het secundaire begravingen, waarbij voornamelijk schedels en lange botten zijn aangetroffen. Onder huis 2 werden zes putten gevonden met vijf schedels en andere skeletresten. Een andere begraafplaats in Nevali Çori illustreert hoe de schedels verkregen werden: na primaire begraving en het vergaan van het zachte weefsel, werden de graven geopend en werd het bovenste deel van de schedel verwijderd, terwijl de onderkaak intact bleef. Het verwijderen van schedels uit graven komt ook voor op andere sites, zoals Körtik Tepe.
Een opmerkelijk detail is de afwezigheid van grafgiften in de meeste graven, met uitzondering van onder huis 2, waar een vuurstenen mesje werd gevonden. Dit mesje zou gebruikt kunnen zijn voor defleshing, het verwijderen van huid en vlees.
### 2.5 Belang en onderzoek
Het belang van Nevali Çori ligt in het cultuscomplex met de T-pilaren en de secundaire begrafenissen, die wijzen op een prominente rol van religieuze en rituele praktijken. De indeling van de tempel suggereert een goed georganiseerde bouwplanning. Het gebruik van vuur voor het vervaardigen van beeldjes toont de toepassing van keramische baktechnologie aan, zelfs vóór de ontwikkeling van aardewerk.
Ondanks dat de site thans onder water staat, is het onderzoek nog niet afgerond. Veel artefacten die onder tijdsdruk moesten worden opgegraven, behoeven nog grondige analyse, en eerdere conclusies worden herzien. Lopende studies, zoals bioarcheologische analyses van menselijke en dierlijke resten en radiokoolstofdatering, zullen het begrip van Nevali Çori en de vroege neolithische samenleving verder verdiepen.
### 2.6 T-pilaren cultuur
#### 2.6.1 Kenmerken cultuur
De T-pilaar cultuur kende een verspreiding van ongeveer 200 kilometer en wordt primair gekenmerkt door de terugkerende T-pilaren. Zoals eerder vermeld, fungeerden de tempelcomplexen als ontmoetingsplaatsen waar stammen uit die tijd regelmatig samenkwamen. Dit bevorderde 'cultural exchange' en kan worden gezien als de oorsprong van de landbouw, aangezien er tijd en ruimte was voor het delen van technologieën en ideeën. Naarmate de stammen groter en geavanceerder werden, ontwikkelde zich ook een vorm van sociale organisatie, zowel binnen de stammen als tussen de stammen onderling.
De pilaren zelf zijn herkenbaar aan hun gigantische, T-vormige structuur. Alle pilaren waren bovendien versierd met gravures en sculpturen, voornamelijk van dieren zoals vossen, everzwijnen en reptielen. Sommige T-pilaren vertoonden antropomorfe kenmerken en stonden voornamelijk op de twee middelste pilaren. De gravures op de pilaren worden verklaard door twee theorieën: óf het zijn apotropaïsche afbeeldingen met een afwerende functie, óf ze hebben betrekking op totemistische rituelen.
#### 2.6.2 Verspreiding
De T-pilaar cultuur bevond zich in Zuidoost-Turkije, binnen een straal van ongeveer 200 kilometer rond Göbekli Tepe. Het lijkt daarmee een specifiek regionaal fenomeen te zijn geweest dat zich niet buiten dit gebied heeft verspreid. De reden hiervoor is onbekend. Deze cultuur wordt echter in verband gebracht met de eerste permanente nederzettingen in de regio.
#### 2.6.3 Sites
Alle sites die behoren tot de T-pilaar cultuur maken deel uit van de Taş Tepeler-groep. Twee van deze sites zijn reeds uitgebreid besproken: Göbekli Tepe en Nevali Çori. Er zijn echter nog andere sites waar dezelfde T-pilaren worden aangetroffen, waaronder Hamazan Tepe, Karahan Tepe, Sefer Tepe en Taşlı Tepe.
---
# Reliëfs, beeldjes en begravingen in Nevali Çori
Dit deel van de studie behandelt de antropomorfe en zoomorfe reliëfs op de pilaren, de vondst van talrijke beeldjes (votiveobjecten/idolen) en de bevindingen met betrekking tot begravingen en secundaire ontledingen van menselijke resten in Nevali Çori.
### 3.1 De context van Nevali Çori
Nevali Çori is een archeologische vindplaats in Zuidoost-Turkije, gelegen aan de Midden-Eufraat, in het heuvelachtige landschap nabij het Taurusgebergte. De site maakt deel uit van de Taş Tepeler-sites en was actief tussen 8500 en 8000 v.Chr., behorend tot de Pre-Pottery Neolithic B (PPNB) periode. In deze fase leefden mensen in vaste nederzettingen en bedreven zij akkerbouw, met een toenemende nadruk op veeteelt. Aardewerk was nog niet aanwezig. De opgravingen vonden plaats van 1983 tot 1991 als een noodopgraving vanwege de dreigende onderwaterzetting door de aanleg van de Atatürkdam. Het team van de Universiteit van Heidelberg, onder leiding van professor Harald Hauptmann, voerde de opgravingen uit. Veel artefacten en bouwstructuren zijn nu te bezichtigen in het Şanlıurfa-museum. De oorspronkelijke site is niet meer toegankelijk en ligt onder water.
#### 3.1.1 Bewoning en cultuscomplex
De nederzetting kende vijf bouwlagen. De onderzochte resten dateren uit de jongste bouwlaag, die langgerekte rechthoekige huizen met twee tot drie parallelle rijen kamers omvatte. Deze huizen deelden een voorbouw, onderverdeeld door muuruitstulpingen, die waarschijnlijk als woonruimte diende. De kenmerkende funderingen bestonden uit dikke, meerlagige lagen van grote hoekige keien en rotsblokken, opgevuld met kleinere stenen. Onderbroken door ondergrondse kanalen (afgedekt met stenen platen) die dienden voor afwatering, ventilatie of koeling, werden 23 van zulke structuren opgegraven.
Op de site is ook een cultuscomplex aangetroffen, uitgehouwen in de heuvel. Dit complex bestond uit een vierkante ruimte van circa 14 bij 14 meter met monolithische pilaren, vergelijkbaar met die in Göbekli Tepe, ingebed in de droogstenen muren. Twee vrijstaande pilaren van drie meter hoog stonden centraal in de ruimte. Aanvankelijk waren er 14 pilaren (2 vrijstaand en 12 in de muur), later werd een dertiende toegevoegd. De pilaren waren versierd met afbeeldingen die overeenkomsten vertonen met die in Göbekli Tepe, wat duidt op een gedeeld cultureel milieu. De centrale pilaren waren mogelijk geen steunpilaren voor een dak, wat impliceert dat de tempel mogelijk open was. Een buitengedeelte van de tempel met een tweede muur en kleinere T-pilaren werd later toegevoegd, vergelijkbaar met een toevoeging bij Karahan Tepe. De plaatsing van architecturale elementen in de tempel zou een symbolisch systeem hebben gevolgd, mogelijk als een soort kalender, wat wijst op gespecialiseerd vakmanschap.
### 3.2 Reliëfs op de T-pilaren
De meest significante reliëfs in Nevali Çori bevinden zich op de twee centrale T-pilaren in de cultusruimte. Deze pilaren vertonen duidelijk antropomorfe kenmerken: armen aan de zijkanten die aan de voorkant uitlopen in handen op de buik, en twee verticale lijnen aan de voorzijde die een kledingstuk suggereren. Ook op de andere twaalf pilaren zijn vergelijkbare antropomorfe kenmerken aangetroffen. Deze reliëfs worden geïnterpreteerd als menselijke afbeeldingen.
> **Tip:** De antropomorfe en zoomorfe reliëfs op de pilaren in Nevali Çori en Göbekli Tepe tonen een gedeelde symbolische en artistieke traditie binnen de T-pilaar cultuur.
### 3.3 Vondsten van beeldjes
Nevali Çori heeft een aanzienlijk aantal beeldjes van diverse formaten opgeleverd, met een totaal van ongeveer 1300 figuren en kralen, vervaardigd uit klei. Deze objecten werden op oppervlakken of in afvalkuilen gevonden, maar niet in woonhuizen, cultusgebouwen of graven, wat leidt tot de interpretatie als votiefobjecten of idolen. De beeldjes zijn antropomorfisch, zoomorfisch, bolvormig, kralen en kleine vaatjes, met een overwicht aan antropomorfe voorstellingen. De kleur varieert voornamelijk van beige tot zwart of grijs.
Deze beeldjes zijn van groot belang omdat ze tot de eerste bewijzen behoren van het gebruik van vuur om materiaaleigenschappen te veranderen, wat wijst op de aanvang van keramische technologie, zelfs nog vóór de ontwikkeling van aardewerk zelf. Het gebruik van gebrande kalk in pleistervloeren in Cappadocië, de Levant en Anatolië uit dezelfde periode onderbouwt dit experimentele gebruik van vuur. Naast de kleine beelden zijn er ook grotere kalkstenen beelden gevonden, waaronder menselijke hoofden en een vogelbeeld (totem). Een bijzonder object is een beeld van een hoofd dat mogelijk een slang op het achterhoofd toont, of een gedetailleerde haarstijl. De aanwezigheid van een slang op het achterhoofd is uitzonderlijk en zou kunnen duiden op een vroege vorm van standbeeldverering.
### 3.4 Begravingen en secundaire ontledingen
Er zijn 40 inhumatiegraven aangetroffen in Nevali Çori, gelegen onder vloeren van huizen of tussen huizen. In de meeste gevallen betreft het secundaire begravingen, voornamelijk met schedels en lange botten. Onder huis 2 werden bijvoorbeeld zes putten gevonden met vijf schedels en andere skeletresten.
Een begraafplaats in Nevali Çori illustreert het proces van schedelverkrijging: na initiële begraving op een primaire begraafplaats, werden de graven na enkele maanden of jaren geopend. Vervolgens werd het bovenste deel van de schedel verwijderd, terwijl de onderkaak bleef liggen. Dit gebruik van secundaire begravingen en het verwijderen van schedels komt ook voor op andere sites, zoals Körtik Tepe.
Een opmerkelijk detail is de afwezigheid van grafgiften in de meeste graven, met uitzondering van een steenmesje van vuursteen dat onder huis 2 werd gevonden. Dit mesje zou gebruikt kunnen zijn voor 'defleshing', het verwijderen van huid en vlees.
> **Tip:** De secundaire begravingen en het rituele gebruik van menselijke resten in Nevali Çori duiden op complexe ideeën over leven na de dood en de relatie met voorouders.
### 3.5 Belang en onderzoek
Het cultuscomplex met T-pilaren en de vondst van secundaire begrafenissen in Nevali Çori benadrukken de prominente rol van religieuze en rituele praktijken in deze vroege neolithische samenleving. De structuur van de tempel suggereert een goed georganiseerde bouwplanning. Het gebruik van vuur voor het maken van beeldjes, zelfs zonder aardewerk, toont een vroege beheersing van keramische baktechnologie. Ondanks dat de site onder water staat, is het onderzoek nog niet afgerond. Veel opgegraven artefacten wachten nog op gedetailleerde analyse, en eerdere conclusies worden herzien. Lopende studies, waaronder bioarcheologische analyses van menselijke en dierlijke resten en radiokoolstofdatering, zullen het begrip van Nevali Çori en de vroege neolithische samenleving verder verdiepen.
---
# De T-pilaar cultuur: Kenmerken en verspreiding
Dit onderwerp belicht de algemene kenmerken van de T-pilaar cultuur, de betekenis van de T-pilaren, de theorieën over de graveringen en de geografische verspreiding van deze cultuur in Zuidoost-Turkije.
### 4.1 Algemene kenmerken van de T-pilaar cultuur
De T-pilaar cultuur, die zich uitstrekte over een gebied van ongeveer 200 kilometer, wordt primair gekenmerkt door de herkenbare T-vormige pilaren. Deze tempelcomplexen fungeerden als verzamelplaatsen voor de stammen uit die periode, die er regelmatig bijeenkwamen. Dit bevorderde "culturele uitwisseling" en kan worden beschouwd als het begin van de landbouw, aangezien er gelegenheid was voor het delen van technologieën en ideeën. Naarmate de stammen groter en geavanceerder werden, ontstond er ook een vroege sociale organisatie binnen de stammen en tussen de stammen onderling.
De T-pilaren zelf zijn monumentale megalieten in T-vorm, versierd met graveringen en sculpturen, waarvan de meeste dieren voorstellen zoals vossen, everzwijnen en reptielen. Sommige T-pilaren vertoonden antropomorfe kenmerken, en deze stonden voornamelijk op de twee centrale pilaren van de complexen.
Er bestaan twee theorieën over de graveringen op de pilaren:
* Het zijn apotropaïsche afbeeldingen met een afwerende functie.
* Ze duiden op een totemistisch ritueel.
Deze cultuur wordt geassocieerd met de eerste permanente nederzettingen in de regio.
### 4.2 De T-pilaren
De T-pilaren zijn de meest iconische kenmerken van deze cultuur. Het betreft gigantische megalieten, opgebouwd uit steen, die de vorm van een T aannemen. Deze pilaren waren vaak rijkelijk versierd met gedetailleerde graveringen en sculpturen.
#### 4.2.1 Graveringen en sculpturen op de pilaren
De decoraties op de T-pilaren omvatten voornamelijk afbeeldingen van dieren, zoals vossen, everzwijnen en reptielen. Daarnaast konden sommige pilaren antropomorfe kenmerken vertonen, wat wijst op menselijke voorstellingen. Deze antropomorfe kenmerken waren vaak prominenter aanwezig op de centrale pilaren van de rituele complexen.
Er wordt uitgegaan van twee hoofdtheorieën met betrekking tot de betekenis van deze graveringen:
1. **Apotropaïsche functie:** De afbeeldingen dienden mogelijk als bescherming tegen het kwaad of gevaren, met een afwerende werking.
2. **Totemistische functie:** De graveringen verwezen naar totems of spirituele voorouders van de stammen, en speelden een rol in religieuze rituelen.
#### 4.2.2 Betekenis van de T-pilaren
De T-pilaren bevinden zich doorgaans in complexe, circulaire of ovale bouwwerken, die geïnterpreteerd worden als rituele en monumentale centra. Deze centra dienden als plaatsen van samenkomst voor de omringende stammen, wat de uitwisseling van ideeën, technologieën en sociale praktijken stimuleerde. Dit proces wordt gezien als een vroege stap in de ontwikkeling van sociale organisatie en landbouw.
### 4.3 Verspreiding van de T-pilaar cultuur
De T-pilaar cultuur was geografisch geconcentreerd in Zuidoost-Turkije. De kern van deze cultuur lag binnen een straal van ongeveer 200 kilometer rond Göbekli Tepe. Het lijkt hierdoor een specifiek regionaal fenomeen te zijn geweest, zonder significante verspreiding buiten dit gebied. De redenen hiervoor zijn onbekend.
#### 4.3.1 Belangrijke sites van de T-pilaar cultuur
Alle sites die tot de T-pilaar cultuur worden gerekend, maken deel uit van de bredere "Taş Tepeler"-groep. Naast Göbekli Tepe en Nevali Çori, die uitgebreid zijn behandeld, zijn er nog andere sites waar soortgelijke T-pilaren zijn aangetroffen, waaronder:
* Hamazon Tepe
* Karahan Tepe
* Sefer Tepe
* Tasli Tepe
Deze sites tonen de wijdverbreide aanwezigheid van deze specifieke architectonische en culturele traditie binnen de regio.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Neolithicum | Een periode in de prehistorie die wordt gekenmerkt door de ontwikkeling van landbouw, de domesticatie van dieren en de productie van aardewerk, en die in het Nabije Oosten begon rond 10.000 v. Chr. |
| Pre-Pottery Neolithicum A (PPNA) | De vroegste fase van het Pre-Potterij Neolithicum, die ongeveer 11.500 jaar geleden begon en gekenmerkt wordt door de afwezigheid van aardewerk en de ontwikkeling van vroege landbouw en monumentale bouwprojecten. |
| Pre-Pottery Neolithicum B (PPNB) | Een latere fase van het Pre-Potterij Neolithicum, die volgde op de PPNA, waarin de nadruk meer kwam te liggen op veeteelt naast akkerbouw, en waarin meer geavanceerde bouwtechnieken werden toegepast. |
| Monumentale archeologische site | Een archeologische vindplaats die wordt gekenmerkt door grootschalige, indrukwekkende bouwwerken of structuren, vaak met een rituele, sociale of politieke functie. |
| T-pilaar | Grote, T-vormige monolithische stenen pilaren die kenmerkend zijn voor de T-pilaar cultuur en veelvuldig werden aangetroffen op sites zoals Göbekli Tepe en Nevali Çori, vaak versierd met reliëfs. |
| Antropomorf | Van menselijke vorm of gedaante. In archeologische context verwijst dit naar afbeeldingen of objecten die menselijke kenmerken vertonen. |
| Zoomorf | Van dierlijke vorm of gedaante. In archeologische context verwijst dit naar afbeeldingen of objecten die dierlijke kenmerken vertonen. |
| Votiefobjecten | Objecten die als offer of geschenk aan een godheid of hogere macht worden aangeboden, vaak in religieuze contexten. |
| Secundaire begravingen | Begrafenisrituelen waarbij het lichaam van de overledene op een later moment opnieuw wordt opgegraven en de botten, met name de schedel en lange beenderen, opnieuw worden begraven. |
| Defleshing | Het proces van het verwijderen van vlees en huid van botten, vaak uitgevoerd in het kader van begrafenisrituelen of om botten voor andere doeleinden te prepareren. |
| Sedentaire landbouw | Een levenswijze waarbij mensen zich permanent op één plaats vestigen en afhankelijk zijn van landbouw als voedselbron, in tegenstelling tot een nomadische levensstijl. |
| Cultural exchange | Het proces van het uitwisselen van ideeën, technologieën, culturele praktijken en kennis tussen verschillende groepen of gemeenschappen. |
| Megalieten | Grote stenen structuren of losse stenen die in prehistorische tijden werden gebruikt voor monumentale doeleinden, zoals dolmens, menhirs en hunebedden. |
| Apotropaïsche afbeeldingen | Afbeeldingen of symbolen die bedoeld zijn om onheil af te weren of te beschermen tegen kwaad. |
| Totemistisch ritueel | Rituelen die gerelateerd zijn aan totems, waarbij een dier, plant of ander natuurlijk element wordt vereerd als symbool van een clan of groep. |