Cover
Empieza ahora gratis Consolidatie_les 1 -_BE_GAAP versie studenten (2).pptx
Summary
# Regelgeving rondom BE GAAP consolidatie
Hier volgt een gedetailleerd studieoverzicht van de regelgeving rondom BE GAAP consolidatie, gebaseerd op de verstrekte documentatie.
## 1. Regelgeving rondom BE GAAP consolidatie
Dit gedeelte behandelt de wettelijke kaders en verordeningen die van toepassing zijn op de consolidatie volgens Belgische GAAP, inclusief verwijzingen naar relevante wetboeken en koninklijke besluiten.
### 1.1 Wettelijke kaders en verordeningen
De regelgeving voor consolidatie onder Belgische GAAP is gebaseerd op verschillende wetgevende teksten en besluiten.
#### 1.1.1 Wetboek van economisch recht en Wetboek van vennootschappen en verenigingen
* **Wetboek van economisch recht:** Artikel III.91 is relevant.
* **Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV):**
* Artikelen 1:11 tot 1:26
* Artikelen 3:21 tot 3:36
* Artikelen 3:76 tot 3:82
#### 1.1.2 Koninklijk Besluit tot uitvoering van het WVV
* **KB van 29 april 2019:**
* Artikelen 3:64 en 3:65
* Artikelen 3:96 tot 3:158
#### 1.1.3 Adviezen van de Commissie voor boekhoudkundige normen (CBN)
De CBN heeft diverse adviezen gepubliceerd die betrekking hebben op de consolidatiewetgeving in België.
#### 1.1.4 Europese verordeningen en besluiten
* **Europese verordening van 19 juli 2002:** Beursgenoteerde ondernemingen zijn verplicht hun geconsolideerde jaarrekening op te stellen conform IFRS.
* **KB van 18 januari 2005:** Niet-beursgenoteerde ondernemingen hebben de *mogelijkheid* om hun geconsolideerde jaarrekening op te stellen volgens IFRS. Deze keuze is onomkeerbaar.
### 1.2 Consolidatieplicht
#### 1.2.1 Moedervennootschap
Elke moedervennootschap is verplicht een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag op te stellen indien zij, alleen of gezamenlijk met andere ondernemingen, de controle uitoefent over één of meer dochterondernemingen. Dit wordt geregeld in artikel 3:23 WVV.
#### 1.2.2 Consortium
Indien een onderneming een consortium vormt met een andere onderneming, is zij verplicht een geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag op te stellen. Dit geconsolideerde verslag moet alle ondernemingen van het consortium, alsmede hun dochterondernemingen, gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde vennootschappen, omvatten. Dit wordt vastgelegd in artikel 3:24 WVV. De bepaling van een consortium vereist het bestaan van centrale leiding.
### 1.3 Moedervennootschap, dochtervennootschap en controlebevoegdheid
#### 1.3.1 Definities
* **Moedervennootschap (art. 1:15 WVV):** Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap.
* **Dochteronderneming (art. 1:15 WVV):** Een vennootschap ten opzichte waarvan een controlebevoegdheid bestaat.
* **Controle (art. 1:14 WVV):** De bevoegdheid, in rechte of in feite, om een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid.
#### 1.3.2 Verschil tussen stemrechten en aandelenbezit
Dit onderscheid is cruciaal bij de bepaling van controle.
#### 1.3.3 Controle in rechte
Controle in rechte is onweerlegbaar en wordt vastgesteld in de volgende gevallen:
* Het bezit van de meerderheid van de stemrechten.
* Het recht om de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders te benoemen of te ontslaan.
* Het beschikken over controlebevoegdheid op basis van statuten of overeenkomsten (bv. een overheersingsovereenkomst).
* Het beschikken over de meerderheid van de stemrechten op basis van een overeenkomst met andere vennoten.
* Gezamenlijke controle.
#### 1.3.4 Controle in feite
Controle in feite is weerlegbaar en wordt vermoed indien er geen controle in rechte is. Een weerlegbaar vermoeden ontstaat in de volgende situatie:
* Ingeval van een meerderheid van de stemrechten op de twee laatste algemene vergaderingen, waarbij de resterende stemrechten breed verspreid zijn.
> **Tip:** Controle in feite impliceert dat men kan aantonen dat ondanks een schijn van controle, er in de praktijk geen beslissende invloed kan worden uitgeoefend.
#### 1.3.5 Gezamenlijke controle
* **Definitie (art. 1:18 WVV):** Controle die een beperkt aantal vennoten samen uitoefenen wanneer zij zijn overeengekomen dat beslissingen omtrent de beleidsoriëntatie van een betrokken onderneming niet zonder hun gemeenschappelijke instemming kunnen worden genomen. Dit vereist unanimiteit.
* **Gemeenschappelijke dochteronderneming:** Een onderneming ten aanzien waarvan gezamenlijke controle bestaat.
#### 1.3.6 Exclusieve controle
* **Definitie (art. 1:17 WVV):** Controle die een vennootschap alleen, of samen met een of meer van haar dochterondernemingen, uitoefent.
#### 1.3.7 Samenstelling van de controlebevoegdheid
Bij het bepalen van de controlebevoegdheid worden de volgende elementen meegenomen (art. 1:16 WVV):
* **Onrechtstreekse bevoegdheid:** Bevoegdheid via een dochteronderneming wordt bij de rechtstreekse bevoegdheid geteld.
* **Bevoegdheid van een tussenpersoon:** De bevoegdheid van een tussenpersoon wordt geacht te behoren tot de persoon die deze tussenpersoon controleert.
Volgende posten worden **niet** in rekening genomen:
* Schorsing van de stemrechten.
* Stemrechtbeperkingen.
* Stemrechten verbonden aan eigen aandelen van een dochteronderneming.
* Stemrechten verbonden aan aandelen aangehouden door (klein)dochterondernemingen.
#### 1.3.8 Consoliderende vennootschap en vennootschappen opgenomen in de consolidatie
* **Consoliderende vennootschap (art. 3:22 WVV):** De vennootschap die de geconsolideerde jaarrekening opstelt.
* **Vennootschappen opgenomen in de consolidatie (art. 3:22 WVV):**
* De consoliderende vennootschap zelf.
* Integraal geconsolideerde vennootschappen.
* Evenredig geconsolideerde vennootschappen.
* In geval van een consortium: alle vennootschappen die onder centrale leiding staan.
* **Uitzondering:** Vennootschappen waarvoor de vermogensmutatiemethode wordt toegepast, worden niet integraal of evenredig geconsolideerd.
* **Geconsolideerd geheel (consolidatiekring):** Het geheel van vennootschappen die in de consolidatie zijn opgenomen.
#### 1.3.9 Voorbeelden
* **Voorbeeld 1 – Exclusieve controle:** Betreft een situatie waar één moedervennootschap exclusieve controle uitoefent.
* **Voorbeeld 2 – Gezamenlijke controle:** Gaat over een situatie van gezamenlijke controle tussen twee moedervennootschappen, mits het bestaan van een overeenkomst om gezamenlijk het beleid te bepalen.
### 1.4 Het consortium of de horizontale groep
#### 1.4.1 Definitie van consortium (art. 1:19 WVV)
Een consortium ontstaat wanneer een vennootschap, die geen dochteronderneming is van een andere vennootschap, en één of meer andere vennootschappen (naar Belgisch of buitenlands recht), die evenmin dochterondernemingen van elkaar zijn of van één en dezelfde vennootschap, onder centrale leiding staan.
#### 1.4.2 Vermoeden van centrale leiding
* **Onweerlegbaar vermoeden:** Ontstaat uit overeenkomsten of statutaire bepalingen, of wanneer het bestuursorgaan voor het merendeel uit dezelfde personen bestaat.
* **Weerlegbaar vermoeden:** Ontstaat indien de meerderheid van de stemrechten verbonden aan hun effecten wordt gehouden door dezelfde personen (natuurlijke of rechtspersonen).
### 1.5 Geassocieerde vennootschap
#### 1.5.1 Definitie (art. 1:21 WVV)
Elke vennootschap, anders dan een dochter- of gemeenschappelijke dochteronderneming, waarin een andere vennootschap een deelneming bezit en waarin zij een *invloed van betekenis* uitoefent op de oriëntatie van het beleid.
#### 1.5.2 Invloed van betekenis
Behoudens tegenbewijs wordt invloed van betekenis vermoed indien het stemrechtenpercentage 20% of meer bedraagt.
#### 1.5.3 Deelnemingsverhouding
Een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, heeft een drempel van 10%. Elke geassocieerde vennootschap is een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, maar dit geldt omgekeerd niet noodzakelijk.
### 1.6 Vrijstelling van consolidatie
Er zijn verschillende situaties waarin een consolidatieplicht kan worden vrijgesteld.
#### 1.6.1 Vrijstelling omwille van subconsolidatie (art. 3:26 WVV)
Een Belgische vennootschap die één of meer andere ondernemingen controleert en zelf een dochteronderneming is op een hoger niveau, kan van consolidatie worden vrijgesteld indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:
* De vennootschap is een dochter van een moederonderneming (Belgisch of buitenlands recht) die een geconsolideerde jaarrekening opstelt, laat controleren en openbaar maakt.
* Goedkeuring door negen tiende van de stemmen (NV) of acht tiende (andere vennootschapsvormen) van het totale aantal effecten. Deze goedkeuring is geldig voor twee boekjaren en kan worden hernieuwd.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming moet opgesteld, gecontroleerd en openbaar gemaakt zijn conform de Europese richtlijn 2013/34 of gelijkwaardig.
* Het bestuursorgaan van de vrijgestelde onderneming moet de geconsolideerde jaarrekening en het jaarverslag van de moederonderneming neerleggen binnen twee maanden na beschikbaarheid, en uiterlijk zeven maanden na boekjaarafsluiting.
* De neerlegging gebeurt in de taal waarin de vrijgestelde vennootschap haar enkelvoudige jaarrekening opstelt.
* Vermelding in de toelichting van de vrijgestelde vennootschap van de gebruikte vrijstellingsmogelijkheid en gegevens over de alternatieve informatie.
#### 1.6.2 Beperkingen voor vrijstelling omwille van subconsolidatie
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:
* Een van de geconsolideerde ondernemingen beursgenoteerd is (art. 3:27 WVV).
* De consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter (art. 3:28 WVV).
#### 1.6.3 Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang (art. 3:25 W. Venn)
Een moederonderneming en haar dochterondernemingen (of consortiumvennootschappen) vormen een groep van beperkte omvang indien zij, op geconsolideerde basis, niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden:
* **Jaaromzet (excl. BTW):** 42.500.000 EUR (voor april 2024: 34.000.000 EUR).
* **Balanstotaal:** 21.250.000 EUR (voor april 2024: 17.000.000 EUR).
* **Personeelsbestand:** 250.
* **Toetsing:** De criteria worden getoetst over twee opeenvolgende boekjaren.
* **Toepassing:** De vrijstelling is van toepassing vanaf het boekjaar dat volgt op de twee boekjaren waarin de criteria werden overschreden.
#### 1.6.4 Vereenvoudigde methode voor groepen van beperkte omvang
Voor de toepassing van deze vrijstelling kunnen de grensbedragen voor omzet en balanstotaal met 20% worden verhoogd. De CBN heeft adviezen hierover gepubliceerd, onder andere over de berekening van de groottecriteria bij gezamenlijke controle.
#### 1.6.5 Beperkingen voor vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:
* Een van de ondernemingen die in consolidatie is opgenomen beursgenoteerd is.
* De consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter.
#### 1.6.6 Vrijstelling dochterondernemingen van te verwaarlozen betekenis (art. 3:23 WVV)
Een moedervennootschap kan worden vrijgesteld van het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening indien al haar dochterondernemingen, individueel of gezamenlijk, van verwaarloosbare betekenis zijn bij de beoordeling van het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten.
### 1.7 Consolidatiekring
De consolidatiekring omvat:
* De consoliderende vennootschap.
* Integraal opgenomen dochterondernemingen.
* Evenredig opgenomen dochterondernemingen.
* In geval van een consortium: alle vennootschappen die onder centrale leiding staan.
Niet opgenomen zijn: geassocieerde vennootschappen die volgens de vermogensmutatiemethode worden opgenomen.
#### 1.7.1 Controlepercentage en belangenpercentage
* **Controlepercentage:** Bepaalt welke vennootschappen in de consolidatiekring worden opgenomen.
* **Belangenpercentage:** Geeft het financiële belang van de moedervennootschap in het netto-vermogen en resultaat van een andere onderneming weer. Bij onrechtstreekse deelnemingen wordt het belangenpercentage verkregen door vermenigvuldiging.
#### 1.7.2 Weglating uit de consolidatiekring mits motivatie in de toelichting (art. 3:97 KB 29 april 2019)
Een dochteronderneming mag buiten consolidatie worden gelaten indien:
* De onderneming van verwaarloosbare betekenis is (beoordeling voor alle weggelaten ondernemingen).
* De effectieve controle of aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* De benodigde gegevens zonder onevenredig hoge kosten of onverantwoorde vertraging kunnen worden verkregen.
* De aandelen uitsluitend met het oog op latere vervreemding worden gehouden (geldbelegging).
Motivatie in de toelichting is vereist voor het gebruik van deze mogelijkheid.
#### 1.7.3 Weglating uit de consolidatiekring mits opname volgens vermogensmutatiemethode en motivatie in de toelichting (art. 3:98 KB 29 april 2019)
Een dochteronderneming waarover de consoliderende vennootschap een controle in feite bezit, kan buiten consolidatie worden gelaten indien opname zou indruisen tegen het getrouwe beeld. Dit veronderstelt opname volgens de vermogensmutatiemethode en motivatie in de toelichting.
#### 1.7.4 Weglating uit de consolidatiekring mits opname volgens vermogensmutatiemethode (art. 3:99 KB 29 april 2019)
Een dochteronderneming moet buiten consolidatie worden gelaten indien:
* De onderneming in vereffening is.
* Er is beslist de onderneming stop te zetten.
* Er kan niet meer van uitgegaan worden dat het bedrijf van de onderneming wordt verdergezet.
Ook hier geldt de opname volgens de vermogensmutatiemethode en motivatie in de toelichting. Het is belangrijk dat deze vennootschappen wel worden opgenomen, maar niet geconsolideerd.
#### 1.7.5 Wijzigingen consolidatiekring
Dochnterondernemingen die buiten de consolidatiekring worden gerealiseerd, worden vanaf de datum van realisatie niet langer opgenomen. Indien de samenstelling van het geconsolideerd geheel in de loop van het boekjaar aanzienlijk wijzigt, moet de toelichting informatie bevatten die een zinvolle vergelijking met voorgaande jaren mogelijk maakt (art. 3:102 KB 29 april 2019).
### 1.8 Consolidatietechnieken
De belangrijkste consolidatietechnieken zijn:
* Integrale consolidatie.
* Proportionele consolidatie.
De vermogensmutatiemethode is een waarderingsmethode, geen consolidatiemethode.
### 1.9 Integrale consolidatie
#### 1.9.1 Toepassingsgebied
Moedervennootschap en dochteronderneming.
#### 1.9.2 Werkwijze
Alle elementen van het actief en passief, alle opbrengsten en kosten, alsook alle rechten en verplichtingen van moeder- en dochteronderneming worden integraal (100%) opgenomen. Onderlinge saldi en transacties worden integraal geëlimineerd.
#### 1.9.3 Consolidatie van de balans
* Groepswaarderingsregels.
* Herwerkt eigen vermogen.
* Eliminatie van deelnemingen en belangen van derden.
* Eliminatie van onderlinge vorderingen en schulden.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
Een uitzondering op integrale eliminatie is mogelijk, waarbij eliminatie a rato van het belangenpercentage plaatsvindt.
#### 1.9.4 Consolidatie van de resultatenrekening
* Groepswaarderingsregels.
* Resultaatbestemming anders dan dividend.
* Belastingvrije reserve.
* Eliminatie van onderlinge opbrengsten en kosten.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
* Gerealiseerde meer- of minwaarden op deelnemingen.
* Dividenden.
* Waardeverminderingen.
* Aandeel derden in het resultaat.
Ook hier kan eliminatie a rato van het belangenpercentage plaatsvinden.
#### 1.9.5 Eenvoudig voorbeeld
* **Gegeven:** Verwerving van 100% van de aandelen van dochteronderneming D door moedervennootschap M op 1 januari 20N1, met een aanschaffingswaarde van 123.000 EUR. Eind 20N1 heeft D een schuld van 20.000 EUR ten opzichte van M.
* **Gevraagd:** Horizontaal consolidatieblad.
---
# Consolidatieplicht en de definitie van controle
Dit gedeelte behandelt de voorwaarden die leiden tot een consolidatieplicht, waarbij de focus ligt op de definities van moeder- en dochterondernemingen en de verschillende vormen van controle.
## 2. Consolidatieplicht en de definitie van controle
Elke moedervennootschap is verplicht een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag op te stellen indien zij, alleen of gezamenlijk, één of meerdere dochterondernemingen controleert. Wanneer ondernemingen een consortium vormen, moeten zij eveneens een geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag opstellen die alle ondernemingen binnen het consortium omvat, alsook hun dochterondernemingen, gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde vennootschappen.
### 2.1 Moedervennootschap, dochteronderneming en controlebevoegdheid
* **Moedervennootschap** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap.
* **Dochteronderneming** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap ten aanzien waarvan een controlebevoegdheid bestaat.
* **Controle** (art. 1:14 WVV): De bevoegdheid, in rechte of in feite, om een beslissende invloed uit te oefenen op de benoeming van de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid.
#### 2.1.1 Verschillende vormen van controle
**Controle in rechte** wordt als onweerlegbaar beschouwd en kan voortvloeien uit:
* Het bezit van de meerderheid van de stemrechten.
* Het recht om de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders te benoemen of te ontslaan.
* De controlebevoegdheid gebaseerd op statuten of overeenkomsten (zoals een overheersingsovereenkomst).
* Het bezit van de meerderheid van de stemrechten op basis van een overeenkomst met andere vennoten.
**Controle in feite** is weerlegbaar en wordt aangenomen indien er geen controle in rechte is. Een weerlegbaar vermoeden van controle in feite ontstaat bij het bezit van de meerderheid van de stemrechten op de twee voorgaande algemene vergaderingen.
> **Voorbeeld:** Een aandeelhouder bezit 40% van de aandelen, terwijl de resterende 60% verspreid is over veel kleine aandeelhouders. In dit geval kan er sprake zijn van controle in feite.
**Gezamenlijke controle** (art. 1:18 WVV) is de controle die een beperkt aantal vennoten samen uitoefent wanneer zij overeengekomen zijn dat beslissingen over de beleidsoriëntatie van een betrokken onderneming slechts met gemeenschappelijke instemming genomen kunnen worden. Een onderneming ten aanzien waarvan gezamenlijke controle bestaat, wordt een **gemeenschappelijke dochteronderneming** genoemd.
**Exclusieve controle** (art. 1:17 WVV) is de controle die een vennootschap alleen of samen met een of meer van haar dochterondernemingen uitoefent.
#### 2.1.2 Samenstelling van de controlebevoegdheid
Bij het bepalen van de controlebevoegdheid worden de volgende elementen meegeteld (art. 1:16 WVV):
* Onrechtstreekse bevoegdheid via een dochteronderneming wordt opgeteld bij de rechtstreekse bevoegdheid.
* De bevoegdheid van een tussenpersoon wordt geacht te behoren tot de persoon die de tussenpersoon aanstelt.
Volgende elementen worden **niet** in rekening genomen:
* Schorsing van de stemrechten.
* Stemrechtbeperkingen.
* Stemrechten verbonden aan eigen aandelen van de dochteronderneming.
* Stemrechten verbonden aan aandelen aangehouden door (klein)dochterondernemingen.
### 2.2 Het consortium of de horizontale groep
Een consortium (art. 1:19 WVV) ontstaat wanneer een vennootschap en één of meer andere vennootschappen, die geen dochterondernemingen van elkaar zijn noch van een gemeenschappelijke derde partij, onder centrale leiding staan.
Centrale leiding wordt onweerlegbaar vermoed indien:
* Dit voortvloeit uit overeenkomsten of statutaire bepalingen.
* Het bestuursorgaan voor het merendeel uit dezelfde personen bestaat.
Centrale leiding wordt weerlegbaar vermoed indien:
* De meerderheid van de stemrechten verbonden aan de effecten in handen is van dezelfde personen.
### 2.3 Geassocieerde vennootschap
Een **geassocieerde vennootschap** (art. 1:21 WVV) is elke vennootschap, anders dan een dochter- of gemeenschappelijke dochteronderneming, waarin een andere vennootschap een deelneming bezit en waarop zij een **invloed van betekenis** uitoefent op de oriëntatie van het beleid.
Invloed van betekenis wordt behoudens tegenbewijs vermoed indien het stemrechtpercentage 20% of meer bedraagt. Elke geassocieerde vennootschap is een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, maar omgekeerd is dit niet altijd het geval.
### 2.4 Vrijstelling van consolidatie
Er zijn verschillende vrijstellingen van de consolidatieplicht mogelijk:
#### 2.4.1 Vrijstelling omwille van subconsolidatie
Een Belgische vennootschap die dochter is van een hoger gelegen moedervennootschap kan van consolidatie worden vrijgesteld indien:
* De moederonderneming (Belgisch of buitenlands) een geconsolideerde jaarrekening opstelt, laat controleren en openbaar maakt.
* De vrijstelling wordt goedgekeurd door negen tiende van de stemmen (of acht tiende voor andere vennootschapsvormen). Deze goedkeuring is geldig voor twee boekjaren en kan hernieuwd worden.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming voldoet aan de Europese richtlijn 2013/34 of een gelijkwaardige regelgeving.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming wordt neergelegd samen met die van de vrijgestelde vennootschap.
* Er een vermelding in de toelichting is over het gebruik van deze vrijstellingsmogelijkheid.
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien een van de geconsolideerde ondernemingen beursgenoteerd is, of indien de consolidatie gevraagd wordt door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter.
#### 2.4.2 Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
Een moederonderneming vormt met haar dochterondernemingen een groep van beperkte omvang indien de geconsolideerde cijfers niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden (art. 1:26 WVV):
* Jaaromzet (excl. BTW): 42.500.000 euro (voor april 2024: 34.000.000 euro).
* Balanstotaal: 21.250.000 euro (voor april 2024: 17.000.000 euro).
* Personeelsbestand: 250.
De toetsing gebeurt over twee opeenvolgende boekjaren. De vrijstelling is van toepassing vanaf het boekjaar volgend op de twee boekjaren waarin de criteria werden overschreden.
Een vereenvoudigde methode kan worden toegepast door de grensbedragen van omzet en balanstotaal met 20% te verhogen.
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien een van de geconsolideerde ondernemingen beursgenoteerd is, of indien de consolidatie gevraagd wordt door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter.
#### 2.4.3 Vrijstelling dochterondernemingen van te verwaarlozen betekenis
Indien de dochterondernemingen individueel of gezamenlijk van verwaarloosbare betekenis zijn voor het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten, kan de moedervennootschap vrijgesteld worden van de consolidatieplicht (art. 3:23 WVV).
### 2.5 Consolidatiekring
De consolidatiekring omvat de consoliderende vennootschap, integraal opgenomen dochterondernemingen en evenredig opgenomen dochterondernemingen. In geval van een consortium worden alle ondernemingen onder centrale leiding opgenomen. Geassocieerde vennootschappen worden opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.
#### 2.5.1 Bepaling van het controlepercentage en belangenpercentage
Het **controlepercentage** bepaalt welke vennootschappen in de consolidatiekring worden opgenomen. Het **belangenpercentage** geeft het financiële belang van de moedervennootschap weer in het netto-vermogen en resultaat van een andere onderneming. Bij onrechtstreekse deelneming wordt het belangenpercentage verkregen door vermenigvuldiging.
#### 2.5.2 Weglating uit de consolidatiekring
Een dochteronderneming mag buiten consolidatie gelaten worden (art. 3:97 KB 29 april 2019) onder bepaalde voorwaarden:
* Indien de onderneming van te verwaarlozen betekenis is.
* Indien de effectieve controle of de aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* Indien de benodigde gegevens niet zonder onevenredige kosten of vertraging verkregen kunnen worden.
* Indien de aandelen uitsluitend worden aangehouden met het oog op latere vervreemding (geldbelegging).
Deze weglatingen moeten gemotiveerd worden in de toelichting.
Indien een dochteronderneming over een controle in feite beschikt, kan deze buiten consolidatie gelaten worden indien de opname indruist tegen het beginsel van het getrouw beeld (art. 3:98 KB 2019). Dit veronderstelt de opname volgens de vermogensmutatiemethode en motivering in de toelichting.
Een dochteronderneming **moet** buiten consolidatie worden gelaten indien ze in vereffening is, er een beslissing is genomen om de onderneming stop te zetten, of wanneer het bedrijf van de onderneming niet meer wordt verdergezet (art. 3:99 KB 2019). In deze gevallen is opname volgens de vermogensmutatiemethode wel vereist.
#### 2.5.3 Wijzigingen in de consolidatiekring
Do
---
# Consortia en geassocieerde vennootschappen
Dit deel behandelt de regels voor het opstellen van geconsolideerde jaarrekeningen voor consortia en horizontale groepen, evenals de kenmerken en implicaties van geassocieerde vennootschappen.
### 3.1 Consolidatieplicht
Elke moedervennootschap moet een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag opstellen indien zij alleen of gezamenlijk de controle uitoefent over één of meer dochterondernemingen.
Een consortium is een samenwerkingsverband tussen twee of meer ondernemingen die geen dochterondernemingen van elkaar zijn of van één en dezelfde derde partij, maar die onder centrale leiding staan. Elke onderneming die deel uitmaakt van een consortium, is verplicht een geconsolideerde jaarrekening op te stellen waarin alle ondernemingen van het consortium, alsmede hun dochterondernemingen, gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde vennootschappen, worden opgenomen.
### 3.2 Moedervennootschap, dochtervennootschap en controlebevoegdheid
* **Moedervennootschap** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap.
* **Dochteronderneming** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap ten opzichte waarvan een controlebevoegdheid bestaat.
* **Controle** (art. 1:14 WVV): De bevoegdheid, in rechte of in feite, om beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid.
#### 3.2.1 Controle in rechte
Controle in rechte is onweerlegbaar en kan blijken uit:
* Het bezit van de meerderheid van de stemrechten.
* Het recht om de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders te benoemen of te ontslaan.
* Controlebevoegdheid op basis van statuten of overeenkomsten, zoals een overheersingsovereenkomst.
* Het beschikken over de meerderheid van de stemrechten op basis van een overeenkomst met andere vennoten.
* Gezamenlijke controle.
#### 3.2.2 Controle in feite
Controle in feite is weerlegbaar en kan worden aangenomen indien er geen controle in rechte is. Een weerlegbaar vermoeden van controle in feite ontstaat in geval van een meerderheid van de stemrechten op de twee laatste algemene vergaderingen, waarbij de resterende stemrechten verspreid zijn onder andere aandeelhouders.
> **Tip:** Controle in feite is een belangrijk concept omdat het de mogelijkheid biedt om consolidatieverplichtingen te onderkennen, zelfs als de formele rechten hiertoe ontbreken.
#### 3.2.3 Gezamenlijke controle
* **Gezamenlijke controle** (art. 1:18 WVV): Controle die een beperkt aantal vennoten samen uitoefenen wanneer zij overeengekomen zijn dat beslissingen omtrent de beleidsoriëntatie niet zonder hun gemeenschappelijke instemming kunnen worden genomen.
* **Gemeenschappelijke dochteronderneming**: Een onderneming ten aanzien waarvan gezamenlijke controle bestaat.
#### 3.2.4 Exclusieve controle
* **Exclusieve controle** (art. 1:17 WVV): Controle die een vennootschap alleen of samen met één of meer van haar dochterondernemingen uitoefent.
#### 3.2.5 Samenstelling van de controlebevoegdheid
Om de controlebevoegdheid te bepalen, wordt rekening gehouden met:
* Onrechtstreekse bevoegdheid via een dochteronderneming, die wordt meegeteld bij de rechtstreekse bevoegdheid.
* De bevoegdheid van een tussenpersoon die geacht wordt in bezit te zijn van een andere persoon.
Niet in rekening gehouden wordt met:
* Schorsing van de stemrechten.
* Stemrechtbeperkingen.
* Stemrechten verbonden aan eigen aandelen van de dochtervennootschap.
* Stemrechten verbonden aan aandelen aangehouden door (klein)dochterondernemingen.
#### 3.2.6 De consoliderende vennootschap en de consolidatiekring
* **Consoliderende vennootschap** (art. 3:22 WVV): De vennootschap die de geconsolideerde jaarrekening opstelt.
* **Vennootschappen opgenomen in de consolidatie** (art. 3:22 WVV): De consoliderende vennootschap, inclusief integraal en evenredig geconsolideerde vennootschappen. Vennootschappen die volgens de vermogensmutatiemethode worden opgenomen, worden hier niet onder gerekend voor de consolidatiekring.
* **Geconsolideerd geheel (consolidatiekring)**: Het geheel van vennootschappen die in consolidatie zijn opgenomen.
### 3.3 Het consortium of de horizontale groep
Een consortium of horizontale groep ontstaat wanneer een vennootschap en één of meer andere vennootschappen, die geen dochterondernemingen van elkaar zijn of van dezelfde derde, onder centrale leiding staan.
Centrale leiding wordt onweerlegbaar vermoed indien:
* Dit voortvloeit uit overeenkomsten of statutaire bepalingen.
* Het bestuursorgaan van de betrokken vennootschappen grotendeels uit dezelfde personen bestaat.
Centrale leiding wordt, behoudens tegenbewijs (weerlegbaar), vermoed indien de meerderheid van de stemrechten verbonden aan de effecten van deze vennootschappen wordt gehouden door dezelfde personen.
### 3.4 Geassocieerde vennootschap
* **Geassocieerde vennootschap** (art. 1:21 WVV): Elke andere vennootschap dan een dochteronderneming of gemeenschappelijke dochteronderneming, waarin een andere vennootschap een deelneming bezit en waarin zij een invloed van betekenis uitoefent op de oriëntatie van het beleid.
"Invloed van betekenis" wordt behoudens tegenbewijs vermoed indien het stemrechtenpercentage 20% of meer bedraagt. Elke geassocieerde vennootschap is een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, maar omgekeerd is dit niet noodzakelijk het geval.
### 3.5 Vrijstelling van consolidatie
#### 3.5.1 Vrijstelling omwille van subconsolidatie
Een Belgische vennootschap die dochter is van een hogere moederonderneming, kan vrijgesteld worden van de consolidatieplicht indien voldaan is aan de volgende voorwaarden (art. 3:26 WVV):
* De moederonderneming (Belgisch of buitenlands) stelt een geconsolideerde jaarrekening op, laat deze controleren en publiceert deze.
* Goedkeuring door negen tiende van het aantal stemmen verbonden aan het totale aantal effecten (NV, of acht tiende voor andere vennootschapsvormen). Deze goedkeuring is geldig voor twee boekjaren en kan worden hernieuwd.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming wordt opgesteld, gecontroleerd en openbaar gemaakt conform de Europese richtlijn 2013/34 of gelijkwaardig.
* Het bestuursorgaan van de vrijgestelde onderneming legt de geconsolideerde jaarrekening en het geconsolideerd jaarverslag van de moederonderneming neer binnen twee maanden na verkrijgbaarheid en uiterlijk zeven maanden na afsluiting van het boekjaar. De neerlegging gebeurt in de taal waarin de vrijgestelde vennootschap haar enkelvoudige jaarrekening opstelt.
* De vrijstelling wordt vermeld in de toelichting van de vrijgestelde onderneming, met gegevens over de alternatief verstrekte geconsolideerde informatie.
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:
* Een van de ondernemingen beursgenoteerd is (art. 3:27 WVV).
* De consolidatie gevraagd wordt door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter (art. 3:28 WVV).
#### 3.5.2 Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
Een groep (moeder met dochters, of vennootschappen in consortium) kan van consolidatieplicht worden vrijgesteld indien zij op geconsolideerde basis niet meer dan één van de volgende criteria overschrijdt (art. 3:25 WVV, art. 1:26 WVV):
* Jaaromzet (exclusief BTW): 42.500.000 EUR (voor april 2024: 34.000.000 EUR).
* Balanstotaal: 21.250.000 EUR (voor april 2024: 17.000.000 EUR).
* Personeelsbestand: 250.
De toetsing gebeurt over twee achtereenvolgende boekjaren. De vrijstelling kan worden toegepast vanaf het boekjaar dat volgt op de twee boekjaren waarin de criteria werden overschreden.
Bij de beoordeling van de vrijstelling voor groepen van beperkte omvang worden geconsolideerde cijfers gehanteerd. Een vereenvoudigde methode laat toe de grensbedragen van omzet en balanstotaal met 20% te verhogen.
Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:
* Een van de ondernemingen beursgenoteerd is.
* De consolidatie gevraagd wordt door de ondernemingsraad, de overheid of een rechter.
#### 3.5.3 Vrijstelling dochterondernemingen van te verwaarlozen betekenis
Moederondernemingen worden vrijgesteld van het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening indien al hun dochterondernemingen individueel of samen van te verwaarlozen betekenis zijn in het kader van de beoordeling van het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten (art. 3:23 WVV).
### 3.6 Consolidatiekring
De consolidatiekring omvat:
* De consoliderende vennootschap.
* Integraal opgenomen dochterondernemingen.
* Evenredig opgenomen dochterondernemingen.
* In geval van consortium: alle ondernemingen die onder centrale leiding staan.
Geassocieerde vennootschappen die volgens de vermogensmutatiemethode worden opgenomen, maken geen deel uit van de consolidatiekring voor integrale of proportionele consolidatie.
#### 3.6.1 Weglating uit de consolidatiekring
Een dochteronderneming mag buiten consolidatie worden gelaten (art. 3:97 KB 29 april 2019) indien:
* De onderneming van te verwaarlozen betekenis is (dit geldt voor alle ondernemingen die op deze basis worden weggelaten).
* De effectieve controle of de aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* De benodigde gegevens niet zonder onevenredig hoge kosten of onverantwoorde vertraging kunnen worden verkregen.
* De aandelen uitsluitend met het oog op latere vervreemding worden gehouden (geldbelegging).
In deze gevallen dient de motivering voor de weglating in de toelichting te worden opgenomen.
Een dochteronderneming waarover de consoliderende vennootschap een controle in feite bezit, kan buiten consolidatie worden gelaten indien de opname ervan indruist tegen het beginsel van het getrouw beeld (art. 3:98 KB 2019). De opname volgens de vermogensmutatiemethode is in dit geval wel vereist, met motivering in de toelichting.
Een dochteronderneming moet buiten consolidatie worden gelaten indien zij:
* In vereffening is.
* Er een beslissing is genomen om de onderneming stop te zetten.
* Er niet meer van uitgegaan kan worden dat het bedrijf van de onderneming wordt voortgezet (art. 3:99 KB 2019).
Ook in deze gevallen is de opname van de dochteronderneming volgens de vermogensmutatiemethode vereist.
#### 3.6.2 Wijzigingen in de consolidatiekring
Dochterondernemingen die gedurende het boekjaar buiten de consolidatiekring worden gerealiseerd, worden vanaf de datum van realisatie niet langer opgenomen in de consolidatie. Indien de samenstelling van het geconsolideerd geheel aanmerkelijk wijzigt, dient de toelichting inlichtingen te bevatten die een zinvolle vergelijking met de geconsolideerde jaarrekeningen van vorige boekjaren mogelijk maken (art. 3:102 KB 29 april 2019).
### 3.7 Consolidatiemethodes
De belangrijkste consolidatiemethodes zijn:
* Integrale consolidatie
* Proportionele consolidatie
De vermogensmutatiemethode wordt beschouwd als een waarderingsmethode, geen consolidatiemethode.
#### 3.7.1 Integrale consolidatie
**Toepassingsgebied:** Moedervennootschap en haar dochterondernemingen.
**Werkwijze:** Alle activa, passiva, opbrengsten en kosten, evenals alle rechten en verplichtingen van de moeder- en dochteronderneming worden voor 100% opgenomen. Onderlinge saldi en transacties worden integraal geëlimineerd.
**Consolidatie van de balans:**
* Groepswaarderingsregels worden toegepast.
* Het eigen vermogen van de dochter wordt geherwerkt.
* Eliminatie van de deelneming van de moedervennootschap.
* Eliminatie van belangen van derden.
* Eliminatie van onderlinge vorderingen en schulden.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
Uitzonderingen op integrale eliminatie zijn mogelijk, waarbij eliminatie a rato van het belangenpercentage kan worden toegepast.
**Consolidatie van de resultatenrekening:**
* Groepswaarderingsregels worden toegepast.
* De resultatenbestemming anders dan dividend en de belastingvrije reserve worden geconsolideerd.
* Eliminatie van onderlinge opbrengsten en kosten.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
Gerealiseerde meer- of minwaarden op deelnemingen, dividenden, waardeverminderingen en het aandeel van derden in het resultaat worden correct verwerkt. Uitzonderingen op integrale eliminatie zijn mogelijk, waarbij eliminatie a rato van het belangenpercentage kan worden toegepast.
> **Voorbeeld:** Een moederonderneming M verwerft 100% van de aandelen van dochter D voor 123.000 EUR op 1 januari 20N1. Eind 20N1 heeft D een schuld van 20.000 EUR ten opzichte van M. Bij integrale consolidatie worden de activa en passiva van D volledig opgenomen. De schuld van 20.000 EUR tussen D en M wordt geëlimineerd in de geconsolideerde balans.
#### 3.7.2 Proportionele consolidatie
Proportionele consolidatie wordt toegepast in specifieke gevallen, zoals bij een gemeenschappelijke dochteronderneming of bij gezamenlijke controle waar de activa en passiva pro rata het belang worden opgenomen. De specifieke toepassingsregels zijn afhankelijk van de situatie en het controlepercentage.
### 3.8 De geconsolideerde jaarrekening
De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit:
* De geconsolideerde balans.
* De geconsolideerde resultatenrekening.
De documentatie bevat ook details over consolidatietechnieken en de aanvulling van het rekeningstelsel.
---
# Vrijstellingen van de consolidatieplicht
Dit onderdeel behandelt de specifieke scenario's waarin een vennootschap kan worden vrijgesteld van de verplichting om een geconsolideerde jaarrekening op te stellen.
### 4.1 Algemene bepalingen inzake consolidatieplicht
Vooraleer de vrijstellingen te bespreken, is het essentieel om de basis van de consolidatieplicht te begrijpen. Een moedervennootschap moet een geconsolideerde jaarrekening opstellen indien zij alleen of gezamenlijk één of meer dochterondernemingen controleert. Een consortium, waarbij meerdere vennootschappen onder centrale leiding staan, heeft eveneens een consolidatieplicht. Controle wordt gedefinieerd als de bevoegdheid om beslissende invloed uit te oefenen op het beleid, hetzij in rechte (bezit meerderheid stemrechten, recht om bestuurders te benoemen/ontslaan, controle op basis van statuten/overeenkomsten, meerderheid stemrechten via overeenkomst met andere vennoten) of in feite (weerlegbaar vermoeden bij meerderheid stemrechten op de laatste twee algemene vergaderingen). Gezamenlijke controle ontstaat wanneer een beperkt aantal vennoten samen de controle uitoefent en beslissingen alleen met gemeenschappelijke instemming kunnen worden genomen.
### 4.2 Vrijstelling omwille van subconsolidatie
Een Belgische vennootschap die zelf een dochteronderneming is van een hoger gelegen moederonderneming, kan vrijgesteld worden van de consolidatieplicht indien aan een reeks voorwaarden is voldaan.
#### 4.2.1 Voorwaarden voor vrijstelling omwille van subconsolidatie
* De vennootschap moet dochter zijn van een moederonderneming (Belgisch of buitenlands) die een geconsolideerde jaarrekening opstelt, laat controleren en openbaar maakt.
* De vrijstelling moet worden goedgekeurd door negen tiende van het aantal stemmen verbonden aan het totale aantal effecten (voor NV) of acht tiende (voor andere vennootschapsvormen). Deze goedkeuring is slechts geldig voor twee boekjaren en kan hernieuwd worden.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming moet opgesteld, gecontroleerd en openbaar gemaakt zijn conform de Europese richtlijn 2013/34 of een gelijkwaardig regime.
* Het bestuursorgaan van de vrijgestelde onderneming moet de geconsolideerde jaarrekening en het geconsolideerd jaarverslag van de moederonderneming neerleggen binnen twee maanden na beschikbaarheid en uiterlijk zeven maanden na afsluiting van het boekjaar. De neerlegging gebeurt in de taal waarin de enkelvoudige jaarrekening van de vrijgestelde vennootschap wordt opgesteld.
* De vrijgestelde onderneming moet in de toelichting van haar enkelvoudige jaarrekening de vrijstelling vermelden, inclusief gegevens over de alternatief verstrekte geconsolideerde informatie.
#### 4.2.2 Uitzonderingen op de vrijstelling omwille van subconsolidatie
De vrijstelling omwille van subconsolidatie kan niet worden toegepast indien:
* Een van de te consolideren ondernemingen beursgenoteerd is.
* De consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, de overheid of de rechter.
### 4.3 Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
Een groep van vennootschappen (moeder-dochter of consortium) kan worden vrijgesteld van consolidatie indien zij op geconsolideerde basis niet meer dan één van de volgende criteria overschrijdt:
* Jaaromzet (exclusief BTW): 42.500.000 euro (voor april 2024: 34.000.000 euro)
* Balanstotaal: 21.250.000 euro (voor april 2024: 17.000.000 euro)
* Personeelsbestand: 250
#### 4.3.1 Toepassing van de groottecriteria
De toetsing gebeurt over twee opeenvolgende boekjaren. De vrijstelling kan toegepast worden vanaf het boekjaar dat volgt op de twee boekjaren waarin de criteria werden overschreden.
#### 4.3.2 Vereenvoudigde methode en gezamenlijke controle
Voor het bepalen of een vrijstelling voor groepen van beperkte omvang van toepassing is, kunnen geconsolideerde cijfers worden gebruikt. Daarnaast kan een vereenvoudigde methode worden toegepast waarbij de grensbedragen voor omzet en balanstotaal met 20% worden vermeerderd. Bij gezamenlijke controle kan de berekening van de groottecriteria complexer zijn en wordt verduidelijkt door adviezen van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen.
#### 4.3.3 Uitzonderingen op de vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
De vrijstelling voor groepen van beperkte omvang kan niet worden toegepast indien:
* Een van de te consolideren ondernemingen beursgenoteerd is.
* De consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, de overheid of de rechter.
### 4.4 Vrijstelling dochterondernemingen van verwaarloosbare betekenis
Een moederonderneming kan worden vrijgesteld van het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening indien al haar dochterondernemingen individueel of gezamenlijk van verwaarloosbare betekenis zijn. De beoordeling van verwaarloosbare betekenis heeft betrekking op het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten.
> **Tip:** Deze vrijstelling is bedoeld om de administratieve last te verminderen voor groepen met dochterondernemingen die dermate klein zijn dat ze de totale financiële positie en resultaten van de groep nauwelijks beïnvloeden.
### 4.5 Weglating uit de consolidatiekring
Onder bepaalde omstandigheden mag een dochteronderneming buiten de consolidatiekring gelaten worden, met de verplichting tot motivatie in de toelichting.
#### 4.5.1 Weglating wegens verwaarloosbare betekenis of beperking van controle
Een dochteronderneming mag worden weggelaten indien:
* De onderneming van verwaarloosbare betekenis is (deze beoordeling geldt voor alle ondernemingen die op deze basis worden weggelaten).
* De effectieve controle of de aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* De benodigde gegevens niet zonder onevenredig hoge kosten of onverantwoorde vertraging kunnen worden verkregen.
* De aandelen uitsluitend met het oog op latere vervreemding worden gehouden (geldbelegging).
> **Belangrijk:** Bij weglating omwille van verwaarloosbare betekenis of beperking van controle, moeten de gegevens van deze dochterondernemingen worden opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode en dit moet gemotiveerd worden in de toelichting.
#### 4.5.2 Weglating wegens stopzetting of vereffening
Een dochteronderneming moet buiten consolidatie worden gelaten indien:
* De onderneming in vereffening is.
* Er een beslissing is genomen om de onderneming stop te zetten.
* Er niet langer van uitgegaan kan worden dat het bedrijf van de onderneming wordt voortgezet.
> **Let op:** Zelfs wanneer een dochteronderneming buiten de consolidatiekring wordt gelaten omwille van stopzetting of vereffening, dient zij wel opgenomen te worden volgens de vermogensmutatiemethode, met dien verstande dat ze niet geconsolideerd wordt.
#### 4.5.3 Wijzigingen in de consolidatiekring
Dochterondernemingen die buiten de consolidatiekring worden gerealiseerd, worden vanaf de datum van realisatie niet langer geconsolideerd. Indien de samenstelling van het geconsolideerd geheel aanzienlijk wijzigt gedurende het boekjaar, moet de toelichting informatie bevatten die een zinvolle vergelijking met vorige boekjaren mogelijk maakt.
---
# Consolidatiekring en consolidatiemethodes
Dit gedeelte bespreekt de bepaling van de consolidatiekring, de vaststelling van controle- en belangenpercentages, en introduceert de verschillende consolidatiemethodes, met specifieke aandacht voor integrale en proportionele consolidatie.
### 5.1 Consolidatieplicht
In het Belgisch recht is er een consolidatieplicht voor moederondernemingen en voor ondernemingen die een consortium vormen.
#### 5.1.1 Moederonderneming en dochteronderneming
* **Moedervennootschap** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap.
* **Dochteronderneming** (art. 1:15 WVV): Een vennootschap ten opzichte waarvan een controlebevoegdheid bestaat.
* **Controle** (art. 1:14 WVV): De bevoegdheid, in rechte of in feite, om een beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid.
#### 5.1.2 Vaststelling van controle
Controle kan op twee manieren worden vastgesteld:
* **Controle in rechte (onweerlegbaar):**
* Bezitten van de meerderheid van de stemrechten.
* Het recht om de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders te benoemen of te ontslaan.
* Beschikken over controlebevoegdheid op basis van statuten of overeenkomsten (overheersingsovereenkomst).
* Beschikken over de meerderheid van de stemrechten op basis van een overeenkomst met andere vennoten.
* Gezamenlijke controle.
* **Controle in feite (weerlegbaar):**
* Wordt vermoed indien er geen controle in rechte is, maar wel de meerderheid van de stemrechten op de twee laatste algemene vergaderingen werd gehouden. Dit vermoeden is weerlegbaar.
#### 5.1.3 Gezamenlijke controle en consortium
* **Gezamenlijke controle** (art. 1:18 WVV): Controle die een beperkt aantal vennoten samen uitoefenen doordat zij overeengekomen zijn dat beleidsbeslissingen niet zonder gemeenschappelijke instemming kunnen worden genomen (unanimiteit is vereist).
* **Gemeenschappelijke dochteronderneming**: Een onderneming ten aanzien waarvan gezamenlijke controle bestaat.
* **Consortium** (art. 1:19 WVV): Een groep ondernemingen die onder centrale leiding staan, waarbij geen van de ondernemingen dochteronderneming is van een andere binnen de groep, noch van een derde onder centrale leiding.
* Centrale leiding wordt **onweerlegbaar** vermoed indien dit voortvloeit uit overeenkomsten of statutaire bepalingen, of wanneer het bestuursorgaan voor het merendeel uit dezelfde personen bestaat.
* Centrale leiding wordt **weerlegbaar** vermoed indien de meerderheid van de stemrechten wordt gehouden door dezelfde personen.
#### 5.1.4 Samenstelling van controlebevoegdheid
Bij het bepalen van de controlebevoegdheid wordt rekening gehouden met:
* Onrechtstreekse bevoegdheid via een dochteronderneming (wordt bij de rechtstreekse bevoegdheid geteld).
* Bevoegdheid van een tussenpersoon (wordt geacht in het bezit te zijn van de eindpersoon).
Niet in aanmerking genomen worden:
* Opschorting van stemrechten.
* Stemrechtbeperkingen.
* Stemrechten verbonden aan eigen aandelen van de dochteronderneming.
* Stemrechten verbonden aan aandelen aangehouden door (klein)dochterondernemingen.
#### 5.1.5 Vrijstelling van consolidatie
Ondernemingen kunnen onder bepaalde voorwaarden van de consolidatieplicht worden vrijgesteld:
* **Vrijstelling omwille van subconsolidatie** (art. 3:26 WVV): Een Belgische dochteronderneming van een buitenlandse of Belgische moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt, controleert en openbaar maakt, kan vrijgesteld worden indien aan specifieke voorwaarden wordt voldaan, zoals goedkeuring door een gekwalificeerd deel van de aandeelhouders en het neerleggen van de geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming. Deze vrijstelling geldt voor maximaal twee boekjaren en kan worden vernieuwd.
* **Uitzonderingen**: Vrijstelling kan niet worden toegepast indien een onderneming in de groep beursgenoteerd is, of indien consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, overheid of rechter.
* **Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang** (art. 3:25 WVV): Een groep kan als van beperkte omvang worden beschouwd indien de geconsolideerde cijfers (op basis van het boekjaar dat volgt op twee opeenvolgende boekjaren waarin de criteria werden overschreden) niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden:
* Jaaromzet (exclusief BTW): 42.500.000 dollars.
* Balanstotaal: 21.250.000 dollars.
* Personeelsbestand: 250.
* **Vereenvoudigde methode**: De grensbedragen voor omzet en balanstotaal kunnen met 20% verhoogd worden.
* **Uitzonderingen**: Vrijstelling kan niet worden toegepast indien een onderneming in de groep beursgenoteerd is, of indien consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, overheid of rechter.
* **Vrijstelling dochterondernemingen van te verwaarlozen betekenis** (art. 3:23 WVV): Een moederonderneming kan vrijgesteld worden indien haar dochterondernemingen individueel of samen van verwaarloosbare betekenis zijn voor de beoordeling van het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten.
### 5.2 De consolidatiekring
De consolidatiekring omvat het geheel van vennootschappen dat in de consolidatie wordt opgenomen. Deze bestaat uit:
* De consoliderende vennootschap.
* Integraal opgenomen dochterondernemingen.
* Evenredig opgenomen dochterondernemingen.
* In geval van een consortium: alle ondernemingen die onder centrale leiding staan.
Geassocieerde vennootschappen worden doorgaans niet opgenomen in de kring, maar wel verwerkt via de vermogensmutatiemethode.
#### 5.2.1 Controlepercentage en belangenpercentage
* **Controlepercentage**: Bepaalt welke vennootschappen in de consolidatiekring worden opgenomen.
* **Belangenpercentage**: Geeft het financiële belang van de moederonderneming weer in het netto-vermogen en het resultaat van een dochteronderneming. Dit wordt verkregen door vermenigvuldiging bij onrechtstreekse deelnemingen.
#### 5.2.2 Weglatingen uit de consolidatiekring
Een dochteronderneming mag buiten consolidatie gelaten worden (art. 3:97 KB 29 april 2019) mits motivatie in de toelichting, indien:
* De onderneming van verwaarloosbare betekenis is.
* De effectieve controle of de aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* De benodigde gegevens niet zonder onevenredig hoge kosten of onverantwoorde vertraging verkregen kunnen worden.
* De aandelen uitsluitend met het oog op latere vervreemding worden gehouden (geldbelegging).
Een dochteronderneming waarover controle in feite bestaat, mag buiten consolidatie gelaten worden (art. 3:98 KB 29 april 2019) indien opname indruist tegen het getrouw beeld. Dit vereist opname via de vermogensmutatiemethode en motivatie in de toelichting.
Een dochteronderneming moet buiten consolidatie gelaten worden (art. 3:99 KB 2019) indien zij in vereffening is, er een beslissing is om de onderneming stop te zetten, of indien het bedrijf niet langer wordt voortgezet. In deze gevallen is opname via de vermogensmutatiemethode vereist.
#### 5.2.3 Wijzigingen in de consolidatiekring
Wanneer de samenstelling van het geconsolideerd geheel in de loop van het boekjaar aanmerkelijk wijzigt, moet de toelichting informatie bevatten die een zinvolle vergelijking met vorige boekjaren mogelijk maakt (art. 3:102 KB 29 april 2019).
### 5.3 Consolidatiemethodes
De volgende consolidatiemethodes worden onderscheiden:
#### 5.3.1 Integrale consolidatie
Deze methode wordt toegepast voor moeder-dochterrelaties.
* **Werkwijze**: Alle elementen van het actief en passief, opbrengsten en kosten, rechten en verplichtingen van de moeder- en dochteronderneming worden integraal (100%) opgenomen.
* **Eliminatie**: Onderlinge saldi, transacties, vorderingen, schulden, en winsten/verliezen in activa worden integraal geëlimineerd. De deelneming van de moeder in de dochter wordt geëlimineerd tegen het eigen vermogen van de dochter.
* **Aandeel derden**: Het aandeel van derden in het eigen vermogen en resultaat van de dochteronderneming wordt in mindering gebracht.
* **Resultatenrekening**: Onderlinge opbrengsten en kosten, en winsten/verliezen in activa worden geëlimineerd. Gerealiseerde meer- of minwaarden op deelnemingen, dividenden en waardeverminderingen worden verwerkt.
* **Uitzondering op integrale eliminatie**: Eliminatie kan ook a rato van het belangenpercentage worden toegepast in specifieke gevallen.
> **Tip:** De integrale consolidatie heeft tot doel een economisch één geheel voor te stellen.
#### 5.3.2 Proportionele consolidatie
Deze methode wordt toegepast wanneer er sprake is van gemeenschappelijke controle, zoals in consortia.
* **Werkwijze**: De activa, passiva, opbrengsten en kosten van de gecontroleerde entiteit worden voor het deel van de controle (het controlepercentage) opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening.
* **Eliminatie**: Onderlinge saldi en transacties worden geëlimineerd, maar enkel pro rata het controlepercentage.
> **Tip:** Proportionele consolidatie weerspiegelt het aandeel van de consoliderende partij in de gecontroleerde entiteit, wat nuttig is bij gezamenlijke beheersstructuren.
#### 5.3.3 Vermogensmutatiemethode
De vermogensmutatiemethode is geen consolidatiemethode, maar een waarderingsmethode. Deze methode wordt gebruikt voor geassocieerde vennootschappen en voor dochterondernemingen die om specifieke redenen buiten de consolidatiekring worden gelaten maar wel worden opgenomen in de toelichting.
* **Werkwijze**: De deelneming in de geassocieerde vennootschap wordt in de balans gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, aangepast met het deel van het resultaat (positief of negatief) dat na de verwerving door de deelnemende vennootschap is gerealiseerd. De winsten en verliezen uit transacties tussen de deelnemende vennootschap en de geassocieerde vennootschap worden eveneens pro rata geëlimineerd.
> **Tip:** Deze methode wordt toegepast wanneer er sprake is van een "invloed van betekenis" (meestal 20% of meer van de stemrechten) maar geen controle.
### 5.4 Geassocieerde vennootschap
* **Geassocieerde vennootschap** (art. 1:21 WVV): Elke vennootschap die geen dochter- of gemeenschappelijke dochteronderneming is, waarin een andere vennootschap een deelneming bezit en waarop zij een invloed van betekenis uitoefent op de oriëntatie van het beleid.
* **Invloed van betekenis**: Wordt vermoed indien het stemrechtenpercentage 20% of meer bedraagt.
* **Deelnemingsverhouding**: Elke geassocieerde vennootschap is een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. Het omgekeerde is niet altijd waar.
---
# De geconsolideerde jaarrekening en voorbeelden
Dit deel behandelt de structuur van de geconsolideerde jaarrekening, met inbegrip van de balans en resultatenrekening, en illustreert de concepten met diverse praktische voorbeelden.
### 6.1 Regelgeving en reikwijdte van consolidatie
#### 6.1.1 Belgische GAAP regelgeving
De consolidatiewetgeving in België is gebaseerd op:
* Artikel III.91 van het Wetboek van economisch recht.
* De artikelen 1:11 tot 1:26, 3:21 tot 3:36 en 3:76 tot 3:82 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen van 23 maart 2019.
* De artikelen 3:64 en 3:65, 3:96 tot 3:158 van het Koninklijk Besluit van 29 april 2019 tot uitvoering van het voormelde wetboek.
Daarnaast heeft de Commissie voor boekhoudkundige normen meerdere adviezen gepubliceerd met betrekking tot de consolidatiewetgeving in België.
#### 6.1.2 Europese regelgeving
Europese beursgenoteerde ondernemingen zijn verplicht hun geconsolideerde jaarrekening op te maken conform IFRS (International Financial Reporting Standards). Niet-beursgenoteerde ondernemingen hebben de mogelijkheid om hun geconsolideerde jaarrekening op te stellen volgens IFRS, wat een onomkeerbare keuze is.
#### 6.1.3 Consolidatieplicht
* **Moedervennootschap:** Elke moedervennootschap moet een geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag opstellen indien zij, alleen of gezamenlijk, één of meer dochterondernemingen controleert (artikel 3:23 WVV).
* **Consortium:** Elke onderneming die een consortium vormt, moet een geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag opstellen waarin alle ondernemingen van het consortium, alsook hun dochterondernemingen, gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde vennootschappen, worden opgenomen (artikel 3:24 WVV). Dit geldt wanneer de vennootschappen onder centrale leiding staan.
#### 6.1.4 Moedervennootschap, dochtervennootschap en controlebevoegdheid
* **Moedervennootschap:** Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap (artikel 1:15 WVV).
* **Dochteronderneming:** Een vennootschap ten opzichte waarvan een controlebevoegdheid bestaat (artikel 1:15 WVV).
* **Controle:** De bevoegdheid, in rechte of in feite, om beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid (artikel 1:14 WVV).
**Controle in rechte:** Dit is een onweerlegbaar bezit van de meerderheid van de stemrechten, het recht om de meerderheid van de bestuurders te benoemen of te ontslaan, controlebevoegdheid op basis van statuten of overeenkomsten (overheersingsovereenkomst), of het bezit van de meerderheid van de stemrechten op basis van een overeenkomst met andere vennoten. Ook gezamenlijke controle valt hieronder.
**Controle in feite:** Dit is een weerlegbaar vermoeden indien geen controle in rechte aanwezig is, bijvoorbeeld bij het bezit van de meerderheid van de stemrechten over de laatste twee algemene vergaderingen, waarbij de resterende stemrechten verspreid zijn.
* **Gezamenlijke controle:** Controle die een beperkt aantal vennoten samen uitoefenen wanneer zij zijn overeengekomen dat beleidsbeslissingen niet zonder gemeenschappelijke instemming kunnen worden genomen (artikel 1:18 WVV).
* **Gemeenschappelijke dochteronderneming:** Een onderneming ten aanzien waarvan gezamenlijke controle bestaat.
* **Exclusieve controle:** Controle die een vennootschap alleen of samen met een of meer van haar dochterondernemingen uitoefent (artikel 1:17 WVV).
**Samenstelling van controlebevoegdheid:**
* Onrechtstreekse bevoegdheid via een dochteronderneming wordt bij de rechtstreekse bevoegdheid geteld.
* Bevoegdheid van een tussenpersoon wordt geacht in bezit te zijn van de persoon die deze tussenpersoon aanstelt.
**Niet-rekening houdende met:**
* Schorsing van de stemrechten.
* Stemrechtbeperkingen.
* Stemrechten verbonden aan eigen aandelen van een dochtervennootschap of aandelen aangehouden door haar (klein)dochterondernemingen.
* **Consoliderende vennootschap:** De vennootschap die de geconsolideerde jaarrekening opstelt (artikel 3:22 WVV).
* **Vennootschappen opgenomen in de consolidatie:** De consoliderende vennootschap, inclusief integraal en evenredig geconsolideerde vennootschappen. Vennootschappen met toepassing van de vermogensmutatiemethode worden hier niet opgenomen.
* **Geconsolideerd geheel (consolidatiekring):** Het geheel van vennootschappen die in consolidatie zijn opgenomen.
#### 6.1.5 Het consortium of de horizontale groep
Een consortium bestaat wanneer een vennootschap enerzijds en één of meer andere vennootschappen anderzijds, die geen dochterondernemingen zijn van elkaar noch van dezelfde derde vennootschap, onder centrale leiding staan.
**Onweerlegbaar vermoeden van centrale leiding:**
* Wanneer dit voortvloeit uit overeenkomsten of statutaire bepalingen.
* Wanneer het bestuursorgaan voor het merendeel uit dezelfde personen bestaat.
**Weerlegbaar vermoeden van centrale leiding:**
* Wanneer de meerderheid van de stemrechten verbonden aan hun effecten wordt gehouden door dezelfde personen (natuurlijke of rechtspersonen).
#### 6.1.6 Geassocieerde vennootschap
Een geassocieerde vennootschap is elke andere vennootschap dan een dochter- of gemeenschappelijke dochteronderneming waarin een vennootschap een deelneming bezit en waarover zij een invloed van betekenis uitoefent op de beleidsoriëntatie (artikel 1:21 WVV).
**Invloed van betekenis:** Behoudens tegenbewijs wordt dit vermoed indien het stemrechtpercentage 20% of meer bedraagt. Elke geassocieerde vennootschap is een deelneming waarmee een deelnemingsverhouding bestaat, maar omgekeerd is dit niet noodzakelijk het geval.
#### 6.1.7 Vrijstelling van consolidatie
Er zijn verschillende vrijstellingsmogelijkheden voor de consolidatieplicht.
##### 6.1.7.1 Vrijstelling omwille van subconsolidatie
Een Belgische vennootschap die andere ondernemingen controleert en zelf dochter is van een hogere entiteit, kan vrijgesteld worden indien aan de volgende voorwaarden is voldaan (artikel 3:26 WVV):
* De vennootschap is dochter van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt, laat controleren en openbaar maakt.
* De vrijstelling wordt goedgekeurd door negen tiende van de stemmen (of acht tiende voor andere vennootschapsvormen), geldig voor twee boekjaren en hernieuwbaar.
* De geconsolideerde jaarrekening van de moederonderneming moet opgesteld zijn, gecontroleerd en openbaar gemaakt volgens de Europese richtlijn 2013/34 of gelijkwaardig.
* Het bestuursorgaan van de vrijgestelde onderneming legt de geconsolideerde jaarrekening en jaarverslag van de moederonderneming neer binnen twee maanden na verkrijgbaarheid en uiterlijk zeven maanden na boekjaar afsluiting.
* De jaarrekening wordt neergelegd in de taal waarin de enkelvoudige jaarrekening wordt opgesteld.
* De vrijgestelde onderneming vermeldt het gebruik van deze vrijstellingsmogelijkheid in de toelichting, inclusief gegevens over de alternatief verstrekte geconsolideerde informatie.
**Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:**
* Een van de geconsolideerde ondernemingen beursgenoteerd is (artikel 3:27 WVV).
* Consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, overheid of rechter (artikel 3:28 WVV).
##### 6.1.7.2 Vrijstelling voor groepen van beperkte omvang
Een moederonderneming en haar dochterondernemingen, of de vennootschappen van een consortium, kunnen vrijgesteld worden indien zij op geconsolideerde basis niet meer dan één van de volgende criteria overschrijden (artikel 3:25 W.Venn. en 1:26 WVV):
* Jaaromzet (excl. BTW): 42.500.000 euro (voor april '24: 34.000.000 euro)
* Balanstotaal: 21.250.000 euro (voor april '24: 17.000.000 euro)
* Personeelsbestand: 250
De toetsing gebeurt over twee opeenvolgende boekjaren. De vrijstelling is van toepassing vanaf het boekjaar volgend op de twee boekjaren waarin de criteria werden overschreden.
Voor de bepaling van de groottecriteria worden geconsolideerde cijfers gehanteerd. Een vereenvoudigde methode met een verhoging van de grensbedragen van de omzet en het balanstotaal met 20% kan ook worden toegepast.
**Deze vrijstelling kan niet worden toegepast indien:**
* Een van de geconsolideerde ondernemingen beursgenoteerd is.
* Consolidatie wordt gevraagd door de ondernemingsraad, overheid of rechter.
##### 6.1.7.3 Vrijstelling dochterondernemingen van te verwaarlozen betekenis
Een moederonderneming is vrijgesteld van het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening indien al haar dochterondernemingen individueel of gezamenlijk van te verwaarlozen betekenis zijn voor de beoordeling van het geconsolideerd vermogen, de financiële positie en de geconsolideerde resultaten (artikel 3:23 WVV).
### 6.2 Consolidatiekring
De consolidatiekring omvat:
* De consoliderende vennootschap.
* Integraal opgenomen dochterondernemingen.
* Evenredig opgenomen dochterondernemingen.
* In geval van een consortium: alle ondernemingen die onder centrale leiding staan.
Geassocieerde vennootschappen die volgens de vermogensmutatiemethode worden opgenomen, maken geen deel uit van de consolidatiekring.
#### 6.2.1 Controlepercentage en belangenpercentage
* **Controlepercentage:** Bepaalt de consolidatiekring.
* **Belangenpercentage:** Geeft het financiële belang van een moedervennootschap weer in het netto-vermogen en het resultaat van een andere onderneming. Bij onrechtstreekse deelnemingen wordt het belangpercentage verkregen door vermenigvuldiging.
#### 6.2.2 Weglating uit de consolidatiekring
Een dochteronderneming mag buiten consolidatie gelaten worden (artikel 3:97 KB 29 april 2019) indien:
* De onderneming van te verwaarlozen betekenis is (beoordeeld voor alle op deze basis weggelaten ondernemingen).
* De effectieve controle of de aanwending van het vermogen ingrijpend en duurzaam wordt beperkt.
* De benodigde gegevens voor consolidatie niet zonder onevenredig hoge kosten of onverantwoorde vertraging verkregen kunnen worden.
* De aandelen van de dochteronderneming uitsluitend met het oog op latere vervreemding worden gehouden (geldbelegging).
In deze gevallen moet de weglating gemotiveerd worden in de toelichting.
Een dochteronderneming waarover de consoliderende vennootschap een controle in feite bezit, kan buiten consolidatie gelaten worden (artikel 3:98 KB 29 april 2019) indien de opname ervan indruist tegen het getrouw beeld. Dit veronderstelt wel de opname volgens de vermogensmutatiemethode en motivatie in de toelichting.
Een dochteronderneming moet buiten consolidatie worden gelaten (artikel 3:99 KB 29 april 2019) indien:
* De onderneming in vereffening is.
* Er een beslissing is genomen om de onderneming stop te zetten.
* Er niet meer van uitgegaan kan worden dat het bedrijf van de onderneming wordt voortgezet.
Ook in deze gevallen is opname volgens de vermogensmutatiemethode vereist, waarbij het belangrijk is dat deze vennootschappen wel worden opgenomen, maar niet geconsolideerd.
#### 6.2.3 Wijzigingen consolidatiekring
Dochterondernemingen die buiten de consolidatiekring worden gerealiseerd, worden vanaf die datum niet langer opgenomen. Indien de samenstelling van het geconsolideerd geheel aanzienlijk wijzigt in de loop van het boekjaar, moet de toelichting informatie bevatten om een zinvolle vergelijking met vorige boekjaren mogelijk te maken (artikel 3:102 KB 29 april 2019).
### 6.3 Consolidatiemethodes
De belangrijkste consolidatiemethodes zijn:
* Integrale consolidatie.
* Proportionele consolidatie.
De vermogensmutatiemethode is een waarderingsmethode, geen consolidatiemethode.
#### 6.3.1 Integrale consolidatie
**Toepassingsgebied:** Moedervennootschap en haar dochteronderneming.
**Werkwijze:**
* Alle elementen van het actief en passief, alle opbrengsten en kosten, en alle rechten en verplichtingen van moeder- en dochteronderneming worden integraal (100%) opgenomen.
* Onderlinge saldi en transacties worden integraal geëlimineerd.
**Consolidatie van de balans:**
* Groepswaarderingsregels worden herwerkt.
* Eigen vermogen: eliminatie van de deelneming (moeder) en het eigen vermogen van de dochter.
* Eliminatie van de belangen van derden.
* Eliminatie van onderlinge vorderingen en schulden.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
* Uitzondering: eliminatie kan a rato van het belangenpercentage gebeuren.
**Consolidatie van de resultatenrekening:**
* Groepswaarderingsregels worden toegepast.
* Resultaatbestemming anders dan dividend.
* Belastingvrije reserve.
* Eliminatie van onderlinge opbrengsten en kosten.
* Eliminatie van winsten en verliezen die begrepen zijn in de waarde van een actief.
* Gerealiseerde meer- of minwaarden op deelnemingen.
* Dividenden.
* Waardeverminderingen.
* Aandeel derden in het resultaat.
* Uitzondering: eliminatie kan a rato van het belangenpercentage gebeuren.
> **Voorbeeld (Eenvoudig):**
> Gegeven: Verwerving van 100% van de aandelen van D door M op 1 januari 20N1 voor 123.000 euro. Eind 20N1 heeft D een schuld van 20.000 euro ten opzichte van M.
> Gevraagd: Horizontaal consolidatieblad.
### 6.4 Voorbeelden
De documentatie bevat diverse voorbeelden die de toepassing van consolidatieprincipes illustreren, waaronder:
* Rechtstreekse deelneming.
* Rechtstreekse en onrechtstreekse deelneming.
* Eigen aandelen.
* Weglatingen uit consolidatie.
* Meervoudig stemrecht.
> **Voorbeeld (Meervoudig stemrecht):**
> Onderneming M bezit 4.950 aandelen van onderneming A. Hieraan zijn 5.450 stemrechten verbonden. Het totaal aantal aandelen van onderneming A bedraagt 10.000, met 10.800 daaraan verbonden stemrechten.
### 6.5 De geconsolideerde jaarrekening
De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans en de geconsolideerde resultatenrekening.
#### 6.5.1 De geconsolideerde balans
De geconsolideerde balans presenteert de activa en passiva van de geconsolideerde groep als één economische entiteit.
#### 6.5.2 De geconsolideerde resultatenrekening
De geconsolideerde resultatenrekening toont de opbrengsten en kosten van de geconsolideerde groep voor een bepaalde periode.
### 6.6 Consolidatietechnieken
De belangrijkste technieken zijn integrale consolidatie en proportionele consolidatie. De vermogensmutatiemethode wordt gebruikt voor waardering, niet voor consolidatie.
#### 6.6.1 Aanvulling van het rekeningstelsel
Voor een correcte consolidatie kan het noodzakelijk zijn het rekeningstelsel aan te vullen met specifieke rekeningen die betrekking hebben op de consolidatieverrichtingen, zoals eliminatieposten en correcties.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Belgische GAAP (BE GAAP) | Een stelsel van boekhoudkundige regels en normen die van toepassing zijn in België voor het opstellen van jaarrekeningen, met inbegrip van geconsolideerde jaarrekeningen. |
| Wetboek van economisch recht | Een verzameling wetten die de economische activiteiten en de regelgeving daaromtrent in België omvat. Artikel III.91 verwijst hierin waarschijnlijk naar specifieke consolidatiebepalingen. |
| Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV) | De wetgeving die de oprichting, het beheer en de ontbinding van vennootschappen en verenigingen in België regelt. De artikelen 1:11-1:26, 3:21-3:36 en 3:76-3:82 bevatten bepalingen over consolidatie. |
| Koninklijk Besluit (KB) van 29 april 2019 | Een uitvoerend besluit ter implementatie van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, dat gedetailleerde regels bevat met betrekking tot consolidatie, zoals de artikelen 3:64, 3:65, 3:96-3:158. |
| Commissie voor boekhoudkundige normen (CBN) | Een adviesorgaan dat normen en richtlijnen ontwikkelt op het gebied van boekhouding en jaarrekeningen in België, inclusief consolidatie. |
| IFRS (International Financial Reporting Standards) | Een internationaal erkend stelsel van boekhoudnormen die worden gebruikt voor het opstellen van financiële overzichten, met name door beursgenoteerde ondernemingen. |
| Moedervennootschap | Een vennootschap die controle uitoefent over een andere vennootschap (dochteronderneming), zowel in rechte als in feite. |
| Dochteronderneming | Een vennootschap ten opzichte waarvan een moedervennootschap controlebevoegdheid uitoefent. |
| Controle | De bevoegdheid, in rechte of in feite, om beslissende invloed uit te oefenen op de aanstelling van bestuurders of zaakvoerders, of op de oriëntatie van het beleid van een vennootschap. |
| Centrale leiding | Een concept dat aangeeft dat een groep van vennootschappen onder één centraal beleid opereert, wat relevant is voor de consolidatie van consortia en horizontale groepen. |
| Consortium | Een groep van vennootschappen die onder centrale leiding staan, ook al zijn ze geen dochterondernemingen van elkaar of van één en dezelfde vennootschap. |
| Geassocieerde vennootschap | Een vennootschap waarin een andere vennootschap een deelneming bezit en waarop zij een invloed van betekenis uitoefent op de beleidsoriëntatie, zonder dat er sprake is van controle of gezamenlijke controle. |
| Invloed van betekenis | Een vermoeden van invloed op de beleidsoriëntatie van een vennootschap, dat ontstaat indien een vennootschap een stemrechtpercentage van 20% of meer bezit. |
| Consolidatiekring | Het geheel van vennootschappen die in de geconsolideerde jaarrekening worden opgenomen, bestaande uit de consoliderende vennootschap, integraal en evenredig opgenomen dochterondernemingen. |
| Integrale consolidatie | Een consolidatiemethode waarbij alle activa, passiva, opbrengsten, kosten, rechten en verplichtingen van de moeder- en dochterondernemingen voor 100% worden opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening, waarna onderlinge saldi en transacties worden geëlimineerd. |
| Proportionele consolidatie | Een consolidatiemethode die wordt toegepast bij gezamenlijke controle, waarbij de activa, passiva, opbrengsten en kosten van de betreffende vennootschap worden opgenomen naar rato van het belangenpercentage van de consoliderende vennootschap. |
| Vermogensmutatiemethode | Een waarderingsmethode (geen consolidatiemethode) waarbij de deelneming in een dochteronderneming wordt gewaardeerd op basis van het eigen vermogen van de dochteronderneming, aangepast met de boekwaarde van de deelneming. |
| Belangenpercentage | Het financiële belang dat een moedervennootschap heeft in het netto-vermogen en het resultaat van een andere onderneming, verkregen door vermenigvuldiging bij onrechtstreekse deelnemingen. |