Cover
Start now for free Deel I - Erfrecht H 4 - H 5.pptx
Summary
# Het erfrecht van de langstlevende echtgenote
Hier is een gedetailleerde samenvatting over het erfrecht van de langstlevende echtgenote, opgesteld voor studieboeken:
## 1. Het erfrecht van de langstlevende echtgenote
Dit onderwerp verkent de wettelijke rechten en plichten van de langstlevende echtgenote (LLE) bij het erven van de nalatenschap van haar overleden echtgenoot, inclusief de voorwaarden, de aard van het erfrecht en specifieke situaties van samenloop met andere erfgenamen.
### 1.1 Afdeling I: Plaats van de LLE in de devolutie
De langstlevende echtgenote is een wettelijke erfgenaam. Haar erfrecht wordt bepaald door twee hoofdfactoren:
1. De categorie van bloedverwanten die in samenloop komt met de LLE. Dit beïnvloedt direct de omvang van wat zij erft.
2. Het huwelijksstelsel dat tussen de echtgenoten van kracht was:
* **Wettelijk stelsel:** De LLE erft haar deel van het gemeenschappelijk vermogen (GV) en eigen vermogen (EV).
* **Conventioneel gemeenschapsstelsel:** Vergelijkbaar met het wettelijk stelsel, met aanpassingen door huwelijkscontracten (bv. clausules).
* **Scheiding van goederen:** Er is geen gemeenschappelijk vermogen, maar mogelijk wel onverdeeldheden. Het erfrecht wordt bepaald door clausules in het huwelijkscontract.
Het huwelijksvermogensrecht gaat voor op het erfrecht. Na het overlijden wordt eerst het huwelijksstelsel vereffend, waarna de grootte van de nalatenschap wordt bepaald. Bij een scheiding van goederen worden eventuele onverdeeldheden geregeld.
### 1.2 Afdeling II: Voorwaarden voor het erfrecht van de LLE
Om aanspraak te maken op het wettelijke erfrecht, moet de langstlevende echtgenote aan de volgende voorwaarden voldoen:
* **Gehuwd zijn:** Het huwelijk moet op het moment van overlijden nog bestaan.
* **Niet uit de echt gescheiden zijn:** Een lopende echtscheidingsprocedure of een vonnis dat nog niet in kracht van gewijsde is, doet het erfrecht niet vervallen.
* **Vervallen wettelijk erfrecht:** Het wettelijk erfrecht vervalt bij echtscheiding van tafel en bed. Het erfrecht is beperkt bij wettelijk samenwonen en niet aanwezig bij feitelijk samenwonen.
**Uitsluiting en verval van erfrecht:**
De LLE kan uitgesloten worden van erfrecht op grond van onwaardigheid, ontzetting uit het ouderlijk gezag, of verlies van erfrecht ten aanzien van de overleden echtgenoot (bijvoorbeeld door ontzetting uit het ouderlijk gezag op vraag van afstammelingen). Plaatsvervulling is nooit van toepassing voor de LLE.
> **Tip:** Het is cruciaal om na te gaan of de echtgenoten reeds in echtscheiding lagen op het moment van overlijden, aangezien dit het erfrecht van de LLE ingrijpend kan beïnvloeden.
### 1.3 Afdeling III: Welk erfrecht verkrijgt de LLE?
Het erfrecht van de LLE ontstaat na het overlijden van haar echtgenoot, mits zij niet onwaardig is om te erven. Zij heeft een keuzemogelijkheid: zuiver aanvaarden, aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving, of verwerpen. Verzaken aan de erfenis vóór het overlijden is in principe niet mogelijk, tenzij bij uitzondering via een huwelijkscontract of bij een echtscheidingsovereenkomst (EOT).
De LLE moet bijdragen in de schulden van de nalatenschap en kan inbreng van eerder ontvangen giften eisen van andere erfgenamen, terwijl zij zelf ook gehouden is tot inbreng van reeds ontvangen giften. De omvang van haar erfrecht (vruchtgebruik of volle eigendom) hangt af van de samenloop met andere erfgenamen.
#### 1.3.1 Samenloop met afstammelingen (eerste orde)
Bij samenloop met afstammelingen (kinderen, geadopteerde kinderen, etc.) van de overledene, verkrijgt de LLE het **vruchtgebruik (VG)** op de **gehele nalatenschap**. De afstammelingen ontvangen de **blote eigendom (NE)** op de gehele nalatenschap.
* **Gemeenschappelijke kinderen:** Kinderen uit het huwelijk.
* **Kinderen uit een vorige relatie van de overledene:** Gelijkgesteld aan gemeenschappelijke kinderen wat betreft de nalatenschap.
* **Kinderen van wie de afstamming na het overlijden wordt vastgesteld:** Deze kinderen moeten hun aandeel binnen zes maanden na het overlijden opeisen om hun deel in natura te kunnen ontvangen.
**Assepoesterregel:**
Deze regel, die wettelijk is bepaald, geldt bij samenloop met stiefkinderen (kinderen uit een vorige relatie van de overledene). Het stelt de LLE verplicht om te voorzien in het onderhoud, de opvoeding en de opleiding van de stiefkinderen, zoals de overleden ouder dat zou hebben gedaan. Dit is een persoonlijke verplichting van de LLE, aangezien zij levenslang vruchtgebruik verkrijgt en dit voor de stiefkinderen een 'uitgesteld erfrecht' vormt.
#### 1.3.2 Samenloop met andere bloedverwanten (tweede, derde of vierde orde)
Bij samenloop met bloedverwanten van de tweede, derde of vierde orde (broers, zussen, ouders, grootouders, ooms, tantes, etc.) wordt het erfrecht van de LLE sterk beïnvloed door het huwelijksstelsel:
* **Wettelijk stelsel:** De LLE verkrijgt het **volle eigendom (VE)** op het gemeenschappelijk vermogen (GV) en het **vruchtgebruik (VG)** op het eigen vermogen (EV). De bloedverwanten erven de blote eigendom op het EV.
* **Conventioneel gemeenschappelijk stelsel:** Het huwelijksstelsel moet eerst vereffend zijn, conform de clausules die de LLE kunnen bevoordelen (bv. een beding van vooruitmaking).
* **Scheiding van goederen:** Er is geen GV. De LLE erft het VE op de 'onverdeeldheden' die weliswaar geen GV zijn, maar wel leiden tot het erven van VE. Zij erft geen VG, tenzij dit expliciet voorzien is via een conventioneel stelsel (bv. via een TIGV - testamentaire instelling van gemeenschappelijk vermogen).
**Vierde orde:** Bloedverwanten van de vierde orde en verdere zijverwanten worden sinds de Nieuwe Erfwet volledig uitgesloten; de nalatenschap gaat in VE naar de LLE.
#### 1.3.3 Speciaal geval: Wettelijke terugkeer (anomaal erfrecht)
Dit betreft goederen die de overledene bij leven via schenking heeft verkregen van een ascendent (bv. een ouder of grootouder). In dit geval heeft de LLE recht op het **vruchtgebruik (VG)** op deze goederen. De **blote eigendom (NE)** ligt bij de vroegere ascendent-schenker.
* **Voorwaarde:** In de schenkingsakte moet een terugkeerbeding zijn opgenomen, waarbij het goed terugkeert naar de schenker bij vooroverlijden van de begiftigde zonder kinderen.
* **Afwijking:** De schenker kan in de akte voorzien dat het goed in volle eigendom (VE) terugkeert.
#### 1.3.4 Geen samenloop met andere bloedverwanten
Indien er geen andere bloedverwanten zijn, erft de LLE de **gehele nalatenschap in volle eigendom (VE)**.
#### 1.3.5 Huurrecht en gezinswoning
De LLE heeft het recht om het huurcontract van de gezinswoning over te nemen en behoudt hierbij alle rechten en plichten als huurder.
### 1.4 Afdeling IV: Het erfrechtelijk vruchtgebruik van de LLE
Het vruchtgebruik dat de LLE verkrijgt, omvat rechten zoals het recht op de 'vruchten' (inkomsten uit het goed, bv. huur), het recht om het goed te verhuren, en de plicht tot onderhoud en het betalen van jaarlijkse lasten. Het VG eindigt bij het overlijden van de vruchtgebruiker.
**Bijzonderheden bij boedelbeschrijving:**
* **Roerend goed (RG) en Onroerend goed (OG):** Op vraag van de blote eigenaars kan een boedelbeschrijving worden opgemaakt.
* **VG op geld:** Wordt automatisch omgezet naar volle eigendom voor de LLE, met de plicht om aan het einde van het VG een gelijke waarde aan de blote eigenaar af te geven. Dit wordt "quasi-vruchtgebruik" of "oneigenlijk vruchtgebruik" genoemd. Geld op een gemeenschappelijke rekening kan op vraag van de blote eigenaars worden geïndividualiseerd.
### 1.5 Afdeling V: Omzetbaarheid van het erfrechtelijk vruchtgebruik van de LLE
Het vruchtgebruik van de LLE kan worden omgezet. Dit betekent dat de blote eigenaar het VG kan afkopen, of dat de LLE haar VG kan afkopen en zo de volle eigendom verkrijgt.
* **Toepassingsgebied:** Elk VG komt in aanmerking, maar de LLE heeft een vetorecht voor de afkoop van het VG op de gezinswoning en huisraad.
* **Meest voorkomende vorm:** Omzetting in een geldsom, waarbij de LLE een bedrag ontvangt dat overeenkomt met de kapitaalwaarde van het VG. Hierdoor wordt de blote eigenaar volle eigenaar, of de vruchtgebruiker volle eigenaar.
#### 1.5.1 Waardebepaling
De waarde van het VG wordt bepaald aan de hand van omzettingstabellen, die rekening houden met:
* **Leeftijd vruchtgebruiker:** Hoe jonger de vruchtgebruiker, hoe groter de waarde van het VG.
* **Verkoopwaarde van het goed.**
Deze waardebepaling is niet dwingend; partijen kunnen anders overeenkomen.
**Samenloop LLE - stiefkinderen:**
Bij een groot leeftijdsverschil kan de LLE jong zijn, wat leidt tot een 'dure' afkoop. De **20-jaarregel** (fictieve veroudering) stelt dat de stiefouder geacht wordt 20 jaar ouder te zijn dan het oudste stiefkind, om zo het VG voor de stiefkinderen minder waard te maken.
#### 1.5.2 Hoe omzetten?
* **Minnelijk:** Overeenkomst tussen partijen. Bij minderjarigheid of onbekwaamheid van een partij is een notariële akte verplicht, met goedkeuring van de vrederechter.
* **Gerechtelijk:** Via de familierechtbank, waarbij een notaris wordt aangesteld.
---
# Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende partner
Dit onderwerp onderzoekt de specifieke erfrechtelijke positie van de langstlevende wettelijk samenwonende partner, met bijzondere aandacht voor diens rechten met betrekking tot de gezinswoning.
### 2.1 Wettelijke samenwoning en erfrecht
Het erfrecht voor de langstlevende wettelijk samenwonende partner (LLP) is een specifiek statuut dat afwijkt van het erfrecht voor gehuwden. Dit recht is niet dwingend en kan door de overleden partner (de erflater) testamentair worden aangepast.
#### 2.1.1 Voorwaarden voor het erfrecht van de LLP
Om aanspraak te maken op het wettelijk erfrecht, moet de LLP aan de volgende voorwaarden voldoen op de dag van het overlijden van de erflater:
* **Wettelijk samenwonend zijn:** Er dient een verklaring van wettelijke samenwoning te zijn afgelegd.
* **Geen afstammeling zijn van de erflater:** Dit om ongelijke behandeling van eigen afstammelingen te voorkomen.
* **Niet onwaardig zijn of uitgesloten/vervallen verklaard:** Net als andere erfgenamen mag de LLP niet onwaardig zijn om te erven.
* **De erfenis aanvaarden:** Dit kan zowel zuiver als onder voorrecht van boedel.
#### 2.1.2 Erfrechtelijke positie van de LLP
Het erfrecht van de LLP is beperkt tot een **levenslang vruchtgebruik** op de gezinswoning en een levenslang recht op gebruik van de huisraad.
* **Samenloop met bloedverwanten van de erflater:** In geval van samenloop met bloedverwanten van de erflater, heeft de LLP een absoluut voorrecht op het vruchtgebruik van de gezinswoning en de huisraad. De bloedverwanten erven de blote eigendom van deze goederen en het resterende deel van de nalatenschap. Indien er geen bloedverwanten zijn, erft de LLP het resterende deel van de nalatenschap in blote eigendom, waarbij de Staat als residuaire erfgenaam optreedt.
* **Erfrechtelijk vruchtgebruik:** Dit recht is vergelijkbaar met dat van de langstlevende echtgenoot (LLE), maar is specifiek beperkt tot de gezinswoning en de huisraad.
* **Wettelijke terugkeer:** Het principe van de wettelijke terugkeer, waarbij goederen die via schenking van een ascendent zijn verkregen, terugkeren naar de schenker bij vooroverlijden van de begiftigde zonder kinderen, is ook hier van toepassing op het vruchtgebruik van de gezinswoning en huisraad. De schenker kan echter in de schenkingsakte voorzien dat de terugkeer in volle eigendom dient te gebeuren.
* **Assepoesterregel:** Deze regel, die de LLP de mogelijkheid geeft om een beroep te doen op het onderhoud, de opvoeding en de opleiding door de langstlevende ouder, is ook van toepassing binnen de grenzen van hetgeen de LLP erft.
#### 2.1.3 De gezinswoning in verschillende scenario's
De rechten van de LLP met betrekking tot de gezinswoning hangen af van de eigendoms- of huursituatie van de woning:
* **Gezinswoning is gehuurd:** De LLP krijgt het recht om het huurcontract van de gezinswoning verder te zetten en de bijbehorende rechten en plichten als huurder te respecteren.
* **Gezinswoning is eigendom van de erflater:** De LLP verkrijgt het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad.
* **Gezinswoning is in onverdeeldheid met de LLP:** De LLP erft het vruchtgebruik op het aandeel van de erflater in de gezinswoning en de huisraad.
* **Gezinswoning is in onverdeeldheid met derden:** De LLP erft het vruchtgebruik op het aandeel van de erflater in de gezinswoning. De mede-eigenaars kunnen echter vorderen dat zij uit onverdeeldheid treden, en de LLP kan hier geen verzet tegen bieden.
* **Woning is niet gehuurd noch in eigendom:** Indien de erflater enkel een recht van vruchtgebruik of bewoning had op de woning, doven deze rechten bij diens overlijden automatisch uit. In dat geval heeft de LLP geen erfrechtelijk recht op de woning.
### 2.2 Afwijkende regels en speciale gevolgen
Het erfrecht van de LLP kent enkele specifieke afwijkingen en gevolgen:
* **Roeping "ten bijzondere titel":** Het erfrecht van de LLP wordt beschouwd als een roeping tot het verkrijgen van het vruchtgebruik van de gezinswoning en de huisraad.
* **Bijdrage in schulden:** Hoewel er geen wettelijke bepaling is, stelt de rechtsleer dat de LLP toch moet bijdragen in de schulden van de nalatenschap, in verhouding tot het erfdeel.
* **Geen inbrengplicht:** De LLP is nooit gehouden tot inbreng van wat zij bij leven van de erflater heeft ontvangen, aangezien dit niet als een voorschot op haar wettelijk erfrechtelijk vruchtgebruik wordt beschouwd.
* **Geen inbreng afdwingbaar:** De LLP kan zelf geen inbreng afdwingen van mede-erfgenamen. Voor de berekening van de reserve en het beschikbaar deel wordt geen rekening gehouden met het erfrechtelijk vruchtgebruik van de LLP; dit vormt een afzonderlijke massa.
* **Testamentaire onterving:** De LLP kan volledig testamentair worden onterfd.
* **Samenloop met de staat:** Indien er geen erfgenamen van de erflater zijn, komt de LLP sowieso in samenloop met de Staat. De LLP erft in dit geval niet in residuaire orde.
> **Tip:** Het is cruciaal om te onthouden dat de rechten van de LLP op de gezinswoning en huisraad de belangrijkste elementen van haar erfrecht vormen en dat deze rechten kunnen worden gewijzigd door een testament.
> **Voorbeeld:** Een koppel wettelijk samenwonenden bezit een huis dat hun gezinswoning is. Bij het overlijden van één partner, verkrijgt de langstlevende partner het levenslange vruchtgebruik van dit huis en de huisraad, ongeacht of er andere erfgenamen zijn, tenzij de overleden partner dit anders had bepaald in zijn testament.
---
# Algemene beginselen van erfrecht
Dit deel van het studiemateriaal introduceert de fundamentele concepten van het erfrecht, met een focus op wie erft, de vereisten om te kunnen erven, en de rol van de langstlevende echtgenoot en wettelijk samenwonende partner.
### 3.1 Erven en erfbekwaamheid
Het erfrecht regelt de overgang van het vermogen van een overledene (de erflater) naar zijn erfgenamen. Er zijn verschillende categorieën van erfgenamen, waaronder de wettelijke erfgenamen.
#### 3.1.1 Erfbekwaamheid
Om te kunnen erven, moet men erfbekwaam zijn. Dit betekent dat men juridisch in staat moet zijn om een nalatenschap te verwerven.
* **Uitsluiting en verval van erfrecht:** Bepaalde omstandigheden kunnen leiden tot uitsluiting of verval van het erfrecht. Dit kan het geval zijn bij onwaardigheid om te erven, ontzetting uit het ouderlijk gezag (voor kinderen), of specifiek verlies van erfrecht ten aanzien van de overleden echtgenoot door ontzetting uit het ouderlijk gezag.
* **Plaatsvervulling:** Plaatsvervulling is niet mogelijk in de opgaande lijn (ouders) en niet naar de afstammelingen toe indien de echtgenoot kinderen heeft uit een andere relatie.
### 3.2 De langstlevende echtgenoot als erfgenaam
De positie van de langstlevende echtgenoot (LLE) binnen het erfrecht is afhankelijk van het huwelijksvermogensrecht en de eventuele samenloop met andere erfgenamen.
#### 3.2.1 Voorwaarden voor het erfrecht van de LLE
Om als LLE te kunnen erven, moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn:
* Men moet gehuwd zijn op het moment van overlijden. Feitelijke scheiding is geen vereiste voor het behoud van het erfrecht.
* Men mag niet uit de echt gescheiden zijn. Een lopende echtscheidingsprocedure, waarbij het vonnis nog niet in kracht van gewijsde is, sluit het erfrecht niet uit.
* **Opmerking:** Bij "gescheiden van tafel en bed" vervalt het wettelijke erfrecht.
#### 3.2.2 Erfrecht van de LLE
Het erfrecht van de LLE ontstaat na het overlijden van de echtgenoot en vereist dat de LLE niet onwaardig is om te erven.
* **Keuzemogelijkheid:** De LLE heeft de keuze om de nalatenschap zuiver te aanvaarden, aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving, of te verwerpen.
* **Verzaakt aan de erfenis:** De LLE kan voor het overlijden niet verzaken aan de erfenis, behalve in uitzonderlijke gevallen (bijvoorbeeld via een echtscheidingsprocedure of via een huwelijkscontract bij samenloop met kinderen uit een vorig huwelijk).
* **Bijdragen en inbreng:** De LLE moet bijdragen in de schulden van de nalatenschap en heeft recht op inbreng van giften van andere erfgenamen. Tegelijkertijd is de LLE zelf verplicht tot inbreng van reeds ontvangen giften.
* **Erfenis:** De LLE erft het vruchtgebruik (VG) of de volle eigendom (VE) afhankelijk van de samenloop met andere erfgenamen.
#### 3.2.3 Samenloop met afstammelingen (1ste orde)
Wanneer de LLE samenvalt met afstammelingen (kinderen, geadopteerde kinderen van de erflater), verkrijgt de LLE het vruchtgebruik op de gehele nalatenschap. De afstammelingen erven de blote eigendom op de gehele nalatenschap.
* **Kinderen waarvan de afstamming vaststaat:** Indien de afstamming pas na het overlijden wordt vastgesteld, moet het kind zijn aandeel binnen zes maanden na het overlijden opeisen. Anders kan het kind zijn aandeel niet meer in natura opeisen.
* **Assepoesterregel:** Dit is een wettelijke regel die bepaalt dat de LLE recht heeft om te voorzien in onderhoud, opvoeding en opleiding van de stief- of voorkinderen (kinderen uit een vorig huwelijk van de erflater), alsof de overleden ouder dit zou hebben gedaan. Dit geldt als een persoonlijke verplichting van de stiefouder, aangezien de LLE levenslang vruchtgebruik verkrijgt, wat voor de stiefkinderen een "uitgesteld erfrecht" vormt.
#### 3.2.4 Samenloop met andere bloedverwanten (2de, 3de of 4de orde)
Bij samenloop met bloedverwanten van de tweede, derde of vierde orde, verkrijgt de LLE de volle eigendom op het gemeenschappelijk vermogen (GV) en het vruchtgebruik op het eigen vermogen (EV), afhankelijk van het huwelijksstelsel.
* **Wettelijk stelsel:** De LLE erft het VG op het EV.
* **Conventioneel gemeenschappelijk stelsel of scheiding van goederen:** Bij deze stelsels, na vereffening van het huwelijksstelsel (inclusief eventuele clausules die de LLE bevoordelen), erft de LLE de volle eigendom op het GV en het vruchtgebruik op het EV. Bij een scheiding van goederen spreekt men van "onverdeeldheden" in plaats van GV, maar dit leidt eveneens tot het erven van volle eigendom, niet van vruchtgebruik.
* **4de orde:** Zijverwanten of niet-bevoorrechte collateralen van de vierde orde erven niets meer sedert de Nieuwe Erfwet. De nalatenschap gaat volledig naar de LLE in volle eigendom.
#### 3.2.5 Speciaal geval: Wettelijke terugkeer
De LLE kan onder bepaalde voorwaarden recht hebben op de wettelijke terugkeer (anomaal erfrecht) op goederen die de erflater bij leven via schenking heeft verkregen van een ascendent. In dat geval ligt de blote eigendom bij de vroegere ascendent-schenker.
* **Voorwaarde:** De schenker kan in de schenkingsakte voorzien dat het goed terugkeert in volle eigendom bij vooroverlijden van de begiftigde zonder kinderen.
#### 3.2.6 Geen samenloop met andere bloedverwanten
Indien er geen samenloop is met andere bloedverwanten, erft de LLE de gehele nalatenschap in volle eigendom.
#### 3.2.7 Huurrecht en gezinswoning
De LLE krijgt het recht op de huur van de gezinswoning, wat inhoudt dat de LLE het huurcontract kan overnemen met alle daaraan verbonden rechten en plichten.
#### 3.2.8 Het erfrechtelijk vruchtgebruik van de LLE
Het vruchtgebruik van de LLE geeft het recht op de "vruchten" van het goed, zoals het recht om het goed te verhuren en huurgeld te innen. De LLE is gehouden tot onderhoud, herstellingen en het betalen van jaarlijkse lasten.
* **Bijzonderheden boedelbeschrijving:** Op vraag van de blote eigenaars kan een boedelbeschrijving van roerende en onroerende goederen plaatsvinden.
* **VG op geld:** Vruchtgebruik op geld wordt automatisch omgezet naar volle eigendom, met de plicht om op het einde van het vruchtgebruik een gelijke waarde af te geven aan de blote eigenaar. Dit wordt ook wel "quasi-vruchtgebruik" of "oneigenlijk vruchtgebruik" genoemd.
#### 3.2.9 Omzetbaarheid van het erfrechtelijk vruchtgebruik
Het vruchtgebruik van de LLE kan door de blote eigenaar worden afgekocht, of omgekeerd kan de LLE de blote eigendom afkopen. Elk vruchtgebruik komt hiervoor in aanmerking, maar de LLE heeft een vetorecht met betrekking tot het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad.
* **Waardebepaling:** De waarde wordt bepaald via omzettingstabellen, rekening houdend met de leeftijd van de vruchtgebruiker en de verkoopwaarde van het goed.
* **20-jaarregel:** Bij samenloop met stiefkinderen wordt de LLE geacht 20 jaar ouder te zijn dan het oudste stiefkind, ter compensatie van het mogelijke grote leeftijdsverschil. Dit is een fictieve veroudering.
* **Hoe omzetten:** De omzetting kan minnelijk gebeuren of gerechtelijk via de familierechtbank. Bij minderjarigen of onbekwamen is een notariële akte onder toezicht van de vrederechter verplicht.
### 3.3 De langstlevende wettelijk samenwonende partner
Het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende partner (LLP) is beperkter dan dat van de LLE.
#### 3.3.1 Erfrecht van de LLP
De LLP verkrijgt een beperkt wettelijk erfrecht:
* Levenslang bewonen van de gezinswoning.
* Levenslang gebruik van de huisraad.
* De erflater kan testamentair een andere regeling treffen; dit erfrecht is dus niet van dwingend karakter.
* **Voorwaarden:** De LLP moet op de dag van overlijden wettelijk samenwonend zijn, geen afstammeling van de erflater zijn, niet onwaardig zijn, en de nalatenschap aanvaarden.
#### 3.3.2 Samenloop met bloedverwanten
Bij samenloop met bloedverwanten verkrijgt de LLP het absolute voorrecht op vruchtgebruik van de gezinswoning en huisraad. De staat erft het overige.
* **Erfrechtelijk vruchtgebruik:** Dit is vergelijkbaar met dat van de LLE, maar beperkt tot de gezinswoning en huisraad.
* **Wettelijke terugkeer en Assepoesterregel:** Deze regels zijn ook hier van toepassing, binnen de grenzen van wat de LLP erft.
#### 3.3.3 Wettelijk erfrecht voor de LLP inzake de gezinswoning
* **Huur:** Indien de gezinswoning gehuurd is, krijgt de LLP het recht op de huur en het vruchtgebruik op de huisraad.
* **Eigendom:** Indien de gezinswoning eigendom is van de erflater, krijgt de LLP het VG op de woning en de huisraad.
* **Onverdeeldheid met LLP:** Indien de woning in onverdeeldheid is met de LLP, erft de LLP het VG op het aandeel van de erflater.
* **Onverdeeldheid met derden:** Indien de woning in onverdeeldheid is met derden, erft de LLP het VG op het aandeel van de erflater. Derden kunnen uit onverdeeldheidtreding vragen, en de LLP heeft hier geen recht van verzet tegen.
#### 3.3.4 Woning niet gehuurd noch in eigendom
Als de woning niet gehuurd noch in eigendom is van de erflater (bv. de erflater had een recht van bewoning of vruchtgebruik dat bij zijn overlijden uitdooft), heeft de LLP geen enkel erfrecht op de woning.
#### 3.3.5 Afwijkende regels
Het erfrecht van de LLP is beperkt tot vruchtgebruik op de gezinswoning en huisraad, en wordt beschouwd als een roeping "ten bijzondere titel". Hoewel er geen wettelijke bepaling is, wordt in de rechtsleer aangenomen dat de LLP toch bijdraagt in de schulden van de nalatenschap, in verhouding tot het erfdeel.
* **Speciale gevolgen:** De LLP is nooit gehouden tot inbreng van wat hij/zij bij leven ontving. Voor de berekening van de reserve en het beschikbaar deel wordt geen rekening gehouden met het erfrechtelijk vruchtgebruik van de LLP. De LLP kan volledig via testament onterfd worden. In geval van afwezigheid van erfgenamen van de erflater, komt de LLP in samenloop met de staat en erft niet in residuaire orde.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Erfrecht | Het recht om in het bezit te komen van de goederen van een overledene, ofwel krachtens de wet ofwel krachtens een testament. |
| Erfbekwaamheid | De juridische geschiktheid om te erven; bepaalde personen, zoals onwaardige erfgenamen, kunnen erfbekwaam zijn. |
| Wettelijke erfgerechtigde | Een persoon die krachtens de wet recht heeft op een deel van de nalatenschap van een overledene, meestal bloedverwanten of de echtgeno(o)t(e). |
| Langstlevende echtgenote (LLE) | De echtgenote die in leven blijft na het overlijden van haar echtgenoot en daardoor bepaalde erfrechtelijke rechten kan doen gelden. |
| Langstlevende wettelijk samenwonende partner (LLP) | Een partner die wettelijk is geregistreerd als samenwonende en die na het overlijden van de andere partner bepaalde erfrechtelijke rechten kan uitoefenen, vaak beperkter dan die van een echtgenote. |
| Nalatenschap | Het geheel van goederen, rechten en verplichtingen die de erflater nalaat bij zijn overlijden. |
| Vereffening | Het proces waarbij de schulden van een nalatenschap worden betaald en de resterende goederen worden klaargemaakt voor verdeling onder de erfgenamen. |
| Verdeling | De juridische procedure waarbij de nalatenschap wordt opgedeeld en toegewezen aan de verschillende erfgenamen. |
| Vruchtgebruik (VG) | Het recht om van andermans goederen gebruik te maken en de vruchten daarvan te genieten, met de plicht om de zaak in stand te houden. |
| Blote eigendom (BE) | Het eigendomsrecht op een goed, maar zonder het recht om ervan gebruik te maken of de vruchten ervan te genieten, welke rechten toebehoren aan de vruchtgebruiker. |
| Huwelijksstelsel | Het geheel van regels dat bepaalt hoe de goederen van echtgenoten worden beheerd en verdeeld, zowel tijdens het huwelijk als bij ontbinding ervan door overlijden of echtscheiding. |
| Centraal Erfrechtregister | Een register dat informatie bevat over testamenten en andere erfrechtgerelateerde documenten, bedoeld om de nalatenschap correct af te handelen. |
| Anomale erfrecht | Een speciaal type erfrecht waarbij bepaalde goederen die door de overledene met een schenking van een ascendent zijn verkregen, terugkeren naar de oorspronkelijke ascendent of diens erfgenamen. |
| Wettelijke terugkeer | Het recht dat de schenker heeft om onder bepaalde voorwaarden goederen terug te vorderen die hij aan iemand geschonken heeft, indien de begiftigde zonder erfgenamen overlijdt. |