Cover
Jetzt kostenlos starten Leerpad 5.docx
Summary
# Kernbegrippen van democratie
Dit deel van het document onderzoekt verschillende modellen van democratie, de kenmerken daarvan en de rol van politieke partijen en macht.
### 1.1 Democratische modellen
Er worden twee belangrijke democratische modellen besproken: de liberale parlementaire democratie en de pacificatiedemocratie.
#### 1.1.1 Liberale parlementaire democratie
Dit model, dat in westerse samenlevingen dominant is, stelt dat individuen beslissingsmacht verkrijgen via verkiezingen. Het hoofddoel is het waarborgen van zoveel mogelijk vrijheid voor zoveel mogelijk burgers. Het 'liberale' aspect verwijst naar deze nadruk op vrijheid en rechten.
* **Centrale principes:** Vrijheid en rechten staan centraal. Om deze vrijheid te behouden, zijn regels en normen noodzakelijk, wat de taak van de staat is. Macht moet duidelijk omschreven en controleerbaar zijn door het volk, waarbij een evenwicht wordt nagestreefd tussen vrijheid en inspraak.
* **Scheiding der machten:** Dit principe garandeert de vrijheid van het volk. Het parlement houdt toezicht op de wetten, met controle door de rechterlijke macht.
* **Rol van het parlement:** De macht van het volk is verankerd in de centrale rol van het parlement, waar verkozen vertegenwoordigers samenkomen. Het parlement stuurt het beleid en controleert de regering. Parlementsleden hebben een mandaat, wat hen de eerste macht geeft. De regering moet verantwoording afleggen aan het parlement.
* **Indirecte zeggenschap:** Het volk oefent indirecte zeggenschap uit doordat volksvertegenwoordigers verantwoording afleggen aan de burgers.
* **Politiek pluralisme:** Dit wordt uitgedragen door verschillende politieke partijen, organisaties, verenigingen en bewegingen. Het leidt tot een civiele samenleving, een maatschappij van burgers en middenveldorganisaties die zich organiseren in relatie tot de overheid.
* **Economie:** Vaak geassocieerd met een (gecorrigeerde) kapitalistische organisatie en een vrije markteconomie.
#### 1.1.2 Pacificatiedemocratie (Consensusmodel)
Volgens Lijphart zijn er meerderheids- en consensusmodellen van democratie. De pacificatiedemocratie valt onder het consensusmodel. België is hier een voorbeeld van.
* **Consensusmodel kenmerken:**
* Macht wordt verspreid en is gericht op onderhandelen en het bereiken van vrede (pacificatie) tussen elites.
* Veel verdeeldheid in de samenleving wordt door de elites aangepakt door samenwerking.
* Elites omvatten de top van politieke partijen, vakbonden, werkgeversorganisaties, etc.
* De macht is verdeeld over verschillende instellingen.
* Verschillende partijen vormen een coalitieregering, waarbij ook kleinere partijen kunnen deelnemen. Dit wordt gefaciliteerd door een evenredig kiessysteem.
* **Rol van belangengroepen:** Belangenorganisaties en drukkingsgroepen worden betrokken bij de beleidsvoering, wat helpt bij het vreedzaam oplossen van spanningen tussen verschillende maatschappelijke zuilen (neo-corporatisme).
* **Vereiste vaardigheden van volksvertegenwoordigers:**
* Gericht op het behoud van eenheid.
* Een sterk mandaat namens hun achterban.
* Besef dat verdeeldheid kan leiden tot stabiliteitsproblemen.
* Een resultaatgerichte aanpak en het vermijden van scherpe ideologische conflicten.
* Onderhandelen naar vredesakkoorden vereist discretie en vertrouwelijkheid; topoverleg vindt vaak achter gesloten deuren plaats.
> **Tip:** De Belgische elites hebben steeds meer moeite om de verdeeldheid te overstijgen, wat te zien is aan lange regeringsvormingen. Maatschappelijke conflicten worden ideologisch beïnvloed, wat het moeilijker maakt om tot akkoorden te komen, met name op sociaaleconomisch, gemeenschappelijk en levensbeschouwelijk vlak.
#### 1.1.3 Meerderheidsmodel
* **Kenmerken:** Politieke macht is geconcentreerd in de handen van de meerderheid. Dit model wordt gekenmerkt door conflict en competitie. De regering bestaat vaak uit één partij. Dit model komt tegenwoordig nog maar zelden voor.
### 1.2 Politieke partijen
Politieke partijen zijn formele, vrijwillig gevormde organisaties van leden met dezelfde politieke overtuiging. Ze vertegenwoordigen een ideologische stroming en brengen de politieke wil van hun aanhangers naar buiten. Hun doel is het verkrijgen van politieke macht binnen instellingen om deel te nemen aan besluitvorming.
* **Mobilisatie:** Partijen proberen zoveel mogelijk kiezers te betrekken en te mobiliseren tijdens verkiezingen.
* **Streven naar macht:** Ze streven naar rechtstreekse deelname aan de macht door politieke mandaten te veroveren.
* **Partijsysteem:** Het aantal en de types van partijen beïnvloeden welk soort kandidaten zich verkiesbaar stelt.
### 1.3 Politieke vertegenwoordigers
Een wettelijk systeem bepaalt wie zich kandidaat mag stellen. De grondwet stelt vier verkiesbaarheidsvoorwaarden voor parlementsverkiezingen: nationaliteit, woonplaats, leeftijd en bezit van burger- en politieke rechten. Het kiessysteem, inclusief kieskringen en het meerderheids- of proportionele vertegenwoordigingssysteem, bepaalt mede wie verkiesbaar is.
#### 1.3.1 Kandidaatstelling en rekrutering
* **Partijstatuten:** Regels en procedures voor lijstsamenstelling en het feitelijke rekruteringsproces. Dit kan via ledenvergaderingen of modellijsten.
* **Vraag en aanbod:** De kiezer bepaalt het aantal verkozen kandidaten per partij, terwijl de partij zelf bepaalt wie de verkozenen zijn. Dit proces wordt beïnvloed door de "vraag" (partij) en "aanbod" (verkiesbaren).
* **Aanbodzijde:** Verkiesbaren beschikken over kapitaal (talent, opleiding, partijervaring) en motivatie. Criteria kunnen variëren per land, politiek systeem of partij. Partijervaring is vaak een belangrijk selectiecriterium.
> **Tip:** In de jaren negentig werd nagedacht over nieuwe rekruteringsstrategieën om electorale verliezen om te keren. Dit leidde tot de opkomst van populaire kandidaten zonder traditionele partijachtergrond (bedrijfsleiders, vakbondfiguren, academici) en de prominente plaatsing van familieleden ("politieke nesten"). Dit is bedoeld om meer vluchtige kiezers te winnen en de partij aantrekkelijker te maken met bekende gezichten.
* **Drempels voor kandidaatstelling:** Ondanks de veronderstelling dat iedereen zich kandidaat kan stellen, bestaan er drempels. Mensen uit politieke milieus hebben meer politieke prikkels en stappen daardoor vaker in de politiek. Een gepolitiseerd gezin leidt tot een vroegere start in de politiek. Dit 'politieke kapitaal' door naambekendheid en netwerken is een voordeel.
* **Politieke elites versus bevolking:** Politieke elites zijn niet altijd een dwarsdoorsnede van de bevolking. Typische beroepen zijn advocaten, leerkrachten, ambtenaren, academici en journalisten.
* **Professionalisering van politici:** Meer dan de helft van de kandidaten op lijsten voor parlementsverkiezingen zijn uittredende parlementsleden of kabinetsmedewerkers. Politici leven steeds meer *van* de politiek in plaats van *voor* de politiek. Dit duidt op een professionalisering, waarbij politiek complexe deskundigheid vereist die niet voor iedereen direct toegankelijk is. Dit staat haaks op democratisering (inclusief, breed potentieel verkiesbaren) en werkt exclusief met een kleinere groep verkiesbaren.
### 1.4 Macht
Macht is een sociaal fenomeen dat deel uitmaakt van elke sociale relatie. Zonder macht kan de maatschappelijke orde en samenleving niet worden bestudeerd. Macht heeft vaak een negatieve connotatie door het dwingende karakter, de manier van verwerving en het gebruik ervan, geassocieerd met misbruik, dominantie en dwang. Om politiek te bedrijven, is macht nodig als middel om doelen te realiseren.
* **Definitie van Wrong:** Wrong omschrijft macht als de capaciteit van sommige personen om bedoelde en voorziene effecten bij anderen teweeg te brengen. Hij maakt hiermee onderscheid tussen macht en invloed.
* **Invloed (volgens Wrong):** Het uitoefenen van macht, waarvan het resultaat onbedoeld of onzeker is.
> **Tip:** Een klein deel van het volk dat over de macht beschikt, wordt aangeduid als 'elites'.
### 1.5 Test jezelf
* **Wat is een civiele samenleving?**
Een maatschappij van burgers en middenveldorganisaties, die zich organiseren in relatie tot de overheid.
* **In onze parlementen zijn ook kleinere partijen vertegenwoordigd. Bij welk soort democratisch model sluit dit aan?**
Consensusmodel (pacificatiedemocratie).
---
# Politieke partijen en vertegenwoordiging
Dit hoofdstuk bespreekt de rol van politieke partijen, de selectie van kandidaten en de professionalisering van politici binnen een democratisch systeem.
### 2.1 Politieke partijen: de hoeksteen van democratische vertegenwoordiging
Politieke partijen worden gedefinieerd als formele organisaties, vrijwillig gevormd, bestaande uit leden met dezelfde politieke overtuiging. Ze vertegenwoordigen een ideologische stroming en brengen de politieke wil van hun aanhangers naar buiten. Het hoofddoel van politieke partijen is het verkrijgen van politieke macht binnen de instituties om zo deel te kunnen nemen aan de besluitvorming. Dit doen ze door zoveel mogelijk kiezers te mobiliseren tijdens verkiezingen en te streven naar directe deelname aan de macht door het veroveren van politieke mandaten.
### 2.2 Verkiesbaarheid en het partijsysteem
Een parlementaire democratie veronderstelt dat iedereen zich kandidaat kan stellen. Wettelijke systemen bepalen wie zich kandidaat mag stellen, waarbij de grondwet specifieke verkiesbaarheidsvoorwaarden stelt, zoals nationaliteit, woonplaats, leeftijd en het bezit van burgerlijke en politieke rechten. Het kiessysteem, inclusief kieskringen en de keuze tussen meerderheidsstelsels of proportionele vertegenwoordiging, bepaalt mede wie verkiesbaar is. Het partijsysteem, dat verwijst naar het aantal en de types van politieke partijen, heeft een directe impact op welk soort kandidaten zich verkiesbaar stelt.
### 2.3 Kandidatenselectie en rekrutering
Het proces van lijstsamenstelling en feitelijke kandidaatrekrutering is een technisch proces dat binnen de partijstatuten is vastgelegd. Partijen hanteren verschillende methoden, zoals het organiseren van een ledenpoll of het werken met modellijsten. De kiezer bepaalt het aantal verkozen kandidaten per partij, maar de partij zelf stuurt wie de verkozenen zijn.
De wisselwerking tussen vraag en aanbod naar kandidaten speelt een cruciale rol. De aanbodzijde omvat de verkiesbaren, hun kapitaal (talent, opleiding, partijervaring), en hun motivatie om zich kandidaat te stellen. Deze factoren interageren met de vraagzijde, waarbij de criteria sterk kunnen verschillen per land, politiek systeem of partij. Partijervaring wordt vaak beschouwd als een belangrijk selectiecriterium.
#### 2.3.1 Veranderende rekruteringsstrategieën
Sinds de jaren negentig hebben partijen nagedacht over nieuwe rekruteringsstrategieën om electorale verliezen om te keren. Dit heeft geleid tot de opkomst van populaire kandidaten zonder traditionele partijachtergrond, zoals succesvolle bedrijfsleiders, vakbondsfiguren en academici. Ook de prominente plaatsing van familieleden, zoals (klein)kinderen van politici, is een strategie om meer volatiele kiezers te winnen en de partij aantrekkelijker te maken met bekende gezichten.
Desondanks blijkt de veronderstelling dat iedereen zich zonder drempels kan kandideren niet altijd te kloppen. Onderzoek toont aan dat personen uit een politiek gezin een grotere blootstelling hebben aan politieke prikkels, wat leidt tot een hogere participatie in de politiek. Hoe sterker het gezin gepolitiseerd is, hoe jonger men doorgaans in de politiek stapt. Dit politiek kapitaal, opgebouwd door naambekendheid en politieke netwerken, creëert een voorsprong.
#### 2.3.2 De politieke elite: een specifieke groep
Politieke elites blijken geen dwarsdoorsnede van de bevolking te zijn. Typische beroepsklassen binnen de politiek zijn advocaten, leerkrachten, ambtenaren, academici en journalisten. Dit onderscheid met de bredere bevolking ontstaat door de hoeveelheid en aard van politieke prikkels in het thuismilieu.
### 2.4 Professionalisering van politici
Recent onderzoek toont aan dat politici steeds meer professionals worden. In 2010 was bijna tweederde van de kandidaten op de lijsten voor parlementsverkiezingen uittredend parlementslid. Ook kabinetsmedewerkers verschijnen vaker op lijsten, en vormden in 2010 72% van de verkiesbare plaatsen. Kamerleden, werkgevers en zelfstandigen vulden het resterende deel aan, terwijl arbeiders een significante afwezigheid vertonen.
Politici leven ook meer *van* de politiek in plaats van *voor* de politiek. Er is sprake van een algehele professionalisering, omdat politiek complex is en grote deskundigheid vereist die niet voor iedereen direct toegankelijk is. Dit staat in contrast met democratisering, dat inclusief is en een brede groep potentiële verkiesbaren kent, terwijl professionalisering exclusief is en leidt tot een kleinere groep verkiesbaren.
### 2.5 Macht en invloed in de politiek
Macht wordt omschreven als een sociaal fenomeen en een essentieel onderdeel van elke sociale relatie. Hoewel macht vaak een negatieve connotatie heeft vanwege het dwingende karakter, de verwerving en het gebruik ervan, is het een noodzakelijk middel om politiek te bedrijven en een bepaald doel te realiseren.
> **Tip:** Wrong omschrijft macht als de capaciteit van sommige personen om bedoelde en voorziene effecten bij anderen teweeg te brengen. Dit onderscheidt macht van invloed, wat het uitoefenen van macht is waarvan het resultaat onbedoeld of onzeker is.
> **Voorbeeld:** De term 'elites' wordt gebruikt om aan te duiden dat een klein deel van het volk over de macht beschikt.
### 2.6 Civiele samenleving en democratische modellen
Een civiele samenleving is een maatschappij van burgers en middenveldorganisaties die zich organiseren in relatie tot de overheid. In parlementaire democratieën kunnen ook kleinere partijen vertegenwoordigd zijn. Dit sluit aan bij het consensusmodel van democratie, waarbij macht verspreid wordt en gericht is op onderhandelen.
> **Tip:** België wordt gezien als een voorbeeld van een pacificatiedemocratie, wat binnen het consensusmodel valt. Dit model kenmerkt zich door de betrokkenheid van belangenorganisaties en drukkingsgroepen bij de beleidsvoering, teneinde spanningen vreedzaam op te lossen door middel van (neo)corporatisme.
### 2.7 De rol van de vertegenwoordiger in een consensusdemocratie
Een pacificatiedemocratie vereist specifieke vaardigheden van volksvertegenwoordigers. Zij moeten gericht zijn op het behoud van eenheid, een sterk mandaat namens hun achterban hebben en zich realiseren dat verdeeldheid de stabiliteit kan verstoren. Politieke leiders maken gebruik van een resultaatgerichte aanpak en vermijden scherpe ideologische conflicten. Onderhandelingen naar vredesakkoorden vereisen discretie en vertrouwelijkheid, waarbij topoverleg vaak achter gesloten deuren plaatsvindt en de achterban enkel het eindresultaat te zien krijgt.
> **Voorbeeld:** De lange regeringsvormingen in België illustreren de toenemende moeite van de Belgische elites om verdeeldheid te overstijgen. Maatschappelijke conflicten, beïnvloed door ideologieën en gerelateerd aan sociaaleconomische, communautaire en levensbeschouwelijke vraagstukken, maken het moeilijk om tot akkoorden te komen.
---
# Macht in de politiek
Dit onderwerp definieert macht als een sociaal fenomeen dat essentieel is voor politieke ordening en besluitvorming, en exploreert de relatie ervan met invloed.
### 3.1 De definitie en noodzaak van macht
Macht wordt beschouwd als een sociaal fenomeen dat een integraal onderdeel is van elke sociale relatie. Zonder macht is het onmogelijk om de maatschappelijke orde en de samenleving te bestuderen. Hoewel macht vaak een negatieve connotatie heeft, geassocieerd met dwang, misbruik en dominantie, is het een onmisbaar middel om politieke doelen te realiseren.
> **Tip:** Hoewel macht negatieve associaties kan oproepen, is het cruciaal om het te zien als een noodzakelijk instrument voor politieke actie en het bereiken van maatschappelijke doelstellingen.
#### 3.1.1 Macht en invloed
De socioloog Dennis Wrong omschrijft macht als het vermogen van bepaalde personen om bedoelde en voorziene effecten bij anderen teweeg te brengen. Dit onderscheidt macht van invloed, wat het uitoefenen van macht is waarvan het resultaat onbedoeld of onzeker is.
> **Voorbeeld:** Een politicus die met een weloverwogen speech een nieuwe wet probeert te laten aannemen, oefent macht uit. Als die speech echter leidt tot onverwachte protesten of een verschuiving in publieke opinie die de politicus niet had voorzien, dan is dat een vorm van invloed.
### 3.2 Macht en politieke systemen
In de politiek is macht onlosmakelijk verbonden met de structuur en werking van verschillende democratische modellen.
#### 3.2.1 De liberale parlementaire democratie
Dit model stelt individuen centraal en verleent hen beslissingsmacht via verkiezingen. Het streeft naar maximale vrijheid voor zoveel mogelijk burgers. Om deze vrijheid te waarborgen, zijn regels en normen nodig, die door de staat worden vastgelegd. De macht van het volk is verankerd in de centrale rol van het parlement, waar verkozen vertegenwoordigers het beleid sturen en de regering controleren. Parlementsleden hebben een mandaat om namens de burgers te handelen en leggen verantwoording af aan het parlement en indirect aan de kiezers. Dit model benadrukt de scheiding der machten als garantie voor de vrijheid van het volk en de noodzaak van controle door de rechterlijke macht. Politiek pluralisme, uitgedragen door diverse partijen en organisaties, bevordert een civiele samenleving.
#### 3.2.2 De pacificatiedemocratie
België wordt aangehaald als voorbeeld van een pacificatiedemocratie, een subtype van het consensusmodel. In dit model wordt macht verspreid en gericht op onderhandeling, waarbij elites van politieke partijen, vakbonden en werkgeversorganisaties samenwerken aan onderlinge vrede. Verschillende politieke partijen vormen coalitieregeringen en ook kleinere partijen kunnen deelnemen. Het evenredige kiessysteem draagt hieraan bij. Belangenorganisaties en drukkingsgroepen worden betrokken bij het beleid, wat leidt tot het vreedzaam oplossen van spanningen (neo-corporatisme). Volksvertegenwoordigers in een pacificatiedemocratie richten zich op het behoud van eenheid, vermijden scherpe ideologische conflicten en maken gebruik van discretie en vertrouwelijkheid bij onderhandelingen. Momenteel kampen Belgische elites echter met toenemende verdeeldheid, wat lange regeringsformaties en ideologisch gekleurde conflicten veroorzaakt.
#### 3.2.3 Elites
Elites verwijzen naar de top van politieke partijen, vakbonden en werkgeversorganisaties. In een consensusmodel werken zij samen om de vrede te bewaren. Onderzoek toont aan dat personen die uit een politiek nest komen, meer politieke prikkels ontvangen en daardoor vaker actief worden in de politiek. Hun politieke kapitaal, zoals naambekendheid en netwerken, is groter. De typische beroepsklassen binnen de politieke elite omvatten advocaten, leerkrachten, ambtenaren, academici en journalisten.
### 3.3 Politieke partijen en kandidaten
Politieke partijen zijn formele, vrijwillige organisaties van leden met dezelfde politieke overtuiging. Ze uiten een ideologische stroming en proberen politieke macht te verkrijgen binnen instellingen door kiezers te mobiliseren en politieke mandaten te veroveren.
#### 3.3.1 Verkiesbaarheidsvoorwaarden
De grondwet stelt verkiesbaarheidsvoorwaarden zoals nationaliteit, woonplaats, leeftijd en het bezit van burger- en politieke rechten. Het kiessysteem bepaalt verdere criteria, zoals kieskringen en de keuze tussen meerderheids- of proportionele vertegenwoordiging.
#### 3.3.2 Het partijsysteem en de samenstelling van lijsten
Het partijsysteem beïnvloedt het soort kandidaten dat zich verkiesbaar stelt. Partijstatuten regelen de samenstelling van lijsten en het wervingsproces, waarbij leden kunnen worden geraadpleegd of modellijsten worden gebruikt. De kiezer bepaalt het aantal verkozenen per partij, maar de partij zelf stuurt wie daadwerkelijk op de lijst komt.
#### 3.3.3 Kandidaten: vraag en aanbod
Het aanbod van kandidaten wordt bepaald door hun kapitaal (talent, opleiding, partijervaring) en motivatie. Dit interageert met de vraag vanuit de partij. In de jaren '90 werden strategieën verkend om electorale verliezen te keren, zoals het aantrekken van populaire figuren zonder partijachtergrond. Dit kan leiden tot het winnen van meer volatiele kiezers en de partij aantrekkelijker maken. Dalend vertrouwen in de politiek kan echter leiden tot de keuze voor bekende gezichten buiten de politiek.
#### 3.3.4 Politieke professionals
Onderzoek toont aan dat politici steeds vaker professionals worden. Een aanzienlijk deel van de kandidaten voor parlementsverkiezingen zijn uittredende parlementsleden en kabinetsmedewerkers. Arbeiders blijven ondervertegenwoordigd. Politici leven meer *van* de politiek dan *voor* de politiek, wat wijst op een professionalisering die deskundigheid vereist, maar ook exclusief kan werken en een kleinere groep verkiesbaren impliceert, wat in contrast staat met de inclusieve aard van democratisering.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Liberale parlementaire democratie | Een democratisch model waarbij individuen beslissingsmacht verkrijgen via verkiezingen en waarbij zoveel mogelijk vrijheid voor zoveel mogelijk burgers nagestreefd wordt. Het kenmerkt zich door een scheiding der machten en een centrale rol voor het parlement. |
| Pacificatiedemocratie | Een democratisch model, vaak geassocieerd met consensus, waarbij de macht verspreid wordt en gericht is op onderhandelen tussen elites van verschillende politieke partijen, vakbonden en werkgeversorganisaties om vrede en stabiliteit te bewaren. |
| Consensusmodel | Een democratisch model dat gericht is op het verspreiden van macht en onderhandeling, waarbij verschillende politieke partijen vaak samenwerken in een coalitieregering om beleid te voeren en spanningen vreedzaam op te lossen. |
| Meerderheidsmodel | Een democratisch model waarin de politieke macht geconcentreerd is in de handen van de meerderheidspartij, wat leidt tot conflict en competitie in plaats van samenwerking tussen politieke actoren. |
| Politieke partijen | Formele, vrijwillige organisaties bestaande uit leden met dezelfde politieke overtuiging. Ze uiten een ideologische stroming, vertegenwoordigen de politieke wil van hun aanhangers en streven naar het verkrijgen van politieke macht binnen instellingen om deel te nemen aan de besluitvorming. |
| Politieke vertegenwoordigers | Personen die wettelijk gekozen zijn om het volk te vertegenwoordigen in politieke instellingen. Verkiesbaarheidsvoorwaarden, zoals nationaliteit, woonplaats en leeftijd, en het kiessysteem bepalen wie zich kandidaat mag stellen. |
| Macht | Een sociaal fenomeen dat essentieel is voor het bestuderen van maatschappelijke orde en sociale relaties. Het kan een negatieve connotatie hebben door misbruik, dominantie en dwang, maar is een noodzakelijk middel om politieke doelen te realiseren. |
| Invloed | Het uitoefenen van macht op een manier waarvan het resultaat onbedoeld of onzeker is. Dit onderscheidt invloed van macht, waarbij de effecten van macht bedoeld en voorzien zijn. |
| Elites | Een kleine groep personen die binnen een samenleving over aanzienlijke politieke, economische of sociale macht beschikt. In de politiek verwijst dit naar de top van politieke partijen, belangengroepen en andere invloedrijke organisaties. |
| Civiele samenleving | Een maatschappij die bestaat uit burgers en middenveldorganisaties die zich organiseren in relatie tot de overheid, vaak onafhankelijk van staatsinstanties. |
| Corporatisme | Een politiek systeem waarbij belangengroepen, zoals vakbonden en werkgeversorganisaties, direct betrokken worden bij de beleidsvorming door de overheid, wat leidt tot een vorm van samenwerking tussen deze groepen en de staat. |