Cover
Jetzt kostenlos starten H4 Chirurgie
Summary
# Infecties en hun manifestaties
Dit onderwerp verschaft een gedetailleerd overzicht van infecties, hun onderliggende mechanismen, de factoren die hun optreden beïnvloeden, de systemische effecten die ze kunnen veroorzaken, en de diverse manieren waarop ze zich fysiek manifesteren in het lichaam.
### 1.1 Definitie en onderscheid met inflammatie
Infectie is specifiek een ontsteking die wordt veroorzaakt door de proliferatie en invasie van micro-organismen, zoals virussen, bacteriën, schimmels, gisten of parasieten. Hoewel infectie vaak leidt tot inflammatie, is inflammatie niet altijd een gevolg van een infectie [2](#page=2).
#### 1.1.1 Lokale symptomen van inflammatie
De klassieke lokale symptomen van inflammatie, ook wel bekend als de V.I.R.D.A.-symptomen (rubor, calor, tumor, dolor, functio laesa), zijn:
* **Rubor**: Roodheid [2](#page=2).
* **Calor**: Warmte [2](#page=2).
* **Tumor**: Zwelling [2](#page=2).
* **Dolor**: Pijn [2](#page=2).
* **Functio laesa**: Verlies van functie [2](#page=2).
### 1.2 Factoren die het optreden van infectie beïnvloeden
De aanwezigheid van micro-organismen is niet per definitie pathologisch. Bepaalde micro-organismen, zoals commensalen op de huid of in de darm, zijn zelfs noodzakelijk of onschadelijk. Infectie treedt op wanneer deze micro-organismen prolifereren en de weefsels binnendringen. Zowel factoren eigen aan het micro-organisme als lokale en systemische factoren bij de gastheer spelen hierbij een bepalende rol [3](#page=3).
### 1.3 Systemische effecten van infectie
#### 1.3.1 Bacteriëmie en Septicemie
* **Bacteriëmie**: De aanwezigheid van bacteriën in het bloed. Dit leidt normaal gesproken niet tot een systemische infectie, tenzij er vreemd materiaal aanwezig is [4](#page=4).
* **Septicemie**: Een vermenigvuldiging van bacteriën in het bloed, wat klinische symptomen van sepsis veroorzaakt. Meestal zijn de hemoculturen hierbij positief [4](#page=4).
#### 1.3.2 Endotoxinemie
Endotoxinemie is de aanwezigheid van endotoxines in het bloed, voornamelijk geassocieerd met Gram-negatieve bacteriën, en kan leiden tot systemische effecten [4](#page=4).
#### 1.3.3 Systemic Inflammatory Response Syndrome (SIRS)
SIRS is een gegeneraliseerde ontstekingsreactie van het lichaam die kan worden uitgelokt door infectie of andere oorzaken. Criteria voor SIRS omvatten:
* Temperatuur: < 36°C of > 38°C [4](#page=4).
* Hartslag: > 90 slagen per minuut [4](#page=4).
* Ademhalingsfrequentie: > 20 ademhalingen per minuut [4](#page=4).
* Leukocytose of leukopenie [4](#page=4).
**Sepsis** wordt vermoed of bewezen bij een infectie in combinatie met orgaanfalen [4](#page=4).
> **Tip:** De SOFA score (Sequential Organ Failure Assessment) wordt gebruikt om orgaanfalen te beoordelen. Een vermoeden of bewezen infectie in combinatie met een SOFA score > 2 duidt op sepsis. De Quick SOFA (qSOFA) kijkt naar klinische criteria op het bedside: ademhalingsfrequentie > 22, veranderde cognitie, en bloeddruk < 100 mmHg [10](#page=10).
### 1.4 Infectie-verschijningsvormen
#### 1.4.1 Infiltraat
Een infiltraat is een inflammatoire reactie, voornamelijk in het bindweefsel, die zich kenmerkt door een diffuse, niet duidelijk afgelijnde infiltratie. Dit kan gepaard gaan met lymfangitis, wat de ontsteking van de lymfebanen inhoudt. Verspreiding van roodheid vanaf de periferie naar het centrum kan wijzen op een ontsteking die zich via de lymfevaten verspreidt [5](#page=5).
#### 1.4.2 Abces
Een abces is een afgekapselde haard van bacteriën, omgeven door een fibrinenetwerk. Binnenin het abces strijden witte bloedcellen (WBC) met de bacteriën. Centrale necrose en vervloeiing treden op door de vrijstelling van proteolytische enzymen, wat resulteert in etter. De verhoogde osmolariteit in het abces trekt vocht aan, wat spanning veroorzaakt [6](#page=6).
Wanneer een abces onder spanning staat, zoekt het een uitweg [6](#page=6):
* **Naar buiten**: Dit resulteert meestal in spontane drainage, wat vaak gunstig is [6](#page=6).
* **Naar een nabijgelegen orgaan**: Dit kan leiden tot de vorming van een fistel [6](#page=6).
Een abces kan ook in diepere weefsels of organen ontstaan, zoals in de longen, lever, hersenen of het peritoneum. Deze diepe abcessen presenteren zich vaak met ernstige systemische symptomen en zijn levensbedreigend. Drainage, al dan niet chirurgisch of radiologisch gestuurd, is de hoeksteen van de behandeling. Een abces wordt gedefinieerd als een collectie van geliquefieerde WBC, dood weefsel en micro-organismen, omgeven door een pseudokapsel. De behandeling kan drainage en antibiotica omvatten, afhankelijk van systemische symptomen en de locatie van het abces [19](#page=19) .
> **Example:** Een sinus pilonidalis is een abces dat zich vaak in de bilspleet bevindt en een verbinding heeft naar buiten .
#### 1.4.3 Empyeem
Empyeem is een etterophoping in een reeds bestaande lichaamsholte. Voorbeelden hiervan zijn een thorax-empyeem (pus in de pleuraholte, rond de long) of een galblaasempyeem. De behandeling bestaat uit drainage en antibiotica [20](#page=20) [6](#page=6).
> **Example:** Een empyeem kan zich manifesteren als een niveaubeeld tegen de thoraxwand, wat aangeeft dat de etter zich rond de long bevindt [20](#page=20).
#### 1.4.4 Flegmone
Bij flegmone produceren bacteriën stoffen die de afkapseling van de infectie verhinderen, wat leidt tot een snel uitbreidende, diffuse infectie. Sommige bacteriën produceren toxines die de vaatwand beschadigen, waardoor trombose en necrose optreedt. Als deze bacteriën ook gas produceren (anaëroben), spreekt men van gasgangreen [6](#page=6).
##### 1.4.4.1 Gasgangreen
Gasgangreen wordt veroorzaakt door *Clostridium perfringens*, waarvan sporen wijdverspreid zijn in de grond en faeces. De bacterie vermenigvuldigt zich in dood spierweefsel, vaak in gecontamineerde wonden. Het wordt gekenmerkt door snelle progressie, necrose van de bovenliggende huid, gasproductie, en bruin exsudaat. Symptomen omvatten pijn en systemische verschijnselen. Behandeling bestaat uit debridement, antibiotica en hyperbare zuurstoftherapie [14](#page=14).
#### 1.4.5 Lymfangitis en Lymfadenitis
Dit betreft de verspreiding van een infectie via de lymfebanen, wat leidt tot ontsteking van de lymfebanen (lymfangitis) en de lymfeknopen (lymfadenitis) . Rode strepen die zich vanaf de periferie naar het centrum verspreiden, zijn kenmerkend [5](#page=5) [6](#page=6).
### 1.5 Tetanus
Hoewel zeldzaam geworden door vaccinatie, wordt tetanus veroorzaakt door *Clostridium tetani* sporen, die voornamelijk in paardenmest voorkomen. Het ontstaat na verwondingen en het exotoxine blokkeert de neuromusculaire synaps, wat leidt tot verhoogde spierprikkelbaarheid. Trismus (kaakklem) is vaak het eerste symptoom, gevolgd door tonische en clonische spierkrampen en ademhalingsstoornissen. Preventie geschiedt door vaccinatie en toediening van immuunglobulines [20](#page=20).
---
# Post-operatieve infecties en diagnose
Dit onderdeel behandelt de verschillende post-operatieve infecties, waaronder wondinfecties, prothetische infecties, en infecties van luchtwegen en urinewegen, evenals de diagnostische methoden die hiervoor worden gebruikt.
### 2.1 Wondinfecties
Wondinfecties ontstaan door de kolonisatie en ontwikkeling van bacteriën in een chirurgische of traumatische wond. Het ontstaan ervan is afhankelijk van de bacteriële load en aard van de bacterie, de toestand van het wondbed, en de weerstand van de gastheer. Bij een gesloten wond kan dit leiden tot ettervorming die geëvacueerd moet worden, terwijl een open wond eerder een ontstekingsinfiltraat vertoont [10](#page=10).
#### 2.1.1 Behandeling van wondinfecties
De behandeling van wondinfecties omvat het verwijderen van hechtingen, het debrideren van necrotisch weefsel, en het afnemen van een wondkweek. Het spoelen met een antiseptische oplossing, het markeren van de zone van cellulitis, en het openhouden van de wond met gaaswieken zijn tevens belangrijke stappen. Antibiotica zijn niet altijd noodzakelijk, en genezing kan plaatsvinden via secundaire wondgenezing of secundaire sutuur [10](#page=10).
#### 2.1.2 Specifieke wondinfecties
* **Bijtwonde:** Wordt per definitie als geïnfecteerd beschouwd. In principe wordt de wond niet gesloten, maar wel necrosectomie uitgevoerd en de wondranden geapproximeerd. Behandeling omvat antibiotica [11](#page=11).
* **Cellulitis:** Een infectie van het bindweefsel van de huid en subcutis, gekenmerkt door diffuse roodheid zonder ettervorming. Behandeling met antibiotica is geïndiceerd [11](#page=11).
* **Erysipelas:** Een huidinfectie veroorzaakt door Streptococcen, die zich snel kan verspreiden door productie van streptokinase. Behandeling met intraveneuze antibiotica is de standaard [12](#page=12).
* **Necrotiserende weke delen infecties:** Dit zijn agressieve infecties met necrose van huid, subcutis en/of fascia die een snelle en adequate behandeling vereisen. Hieronder vallen [12](#page=12):
* **Bacterieel synergistisch gangreen (Meleney):** Een synergistische infectie met Streptococcus en Staphylococcus aureus, leidend tot necrose van de huid. Progressie is niet erg snel en komt vaker voor bij diabetici. Behandeling bestaat uit debridement en antibiotica [13](#page=13).
* **Necrotiserende fasciitis:** Een snel progressieve, flegmonuze infectie van de spierfascia, meestal door Streptococcen en anaëroben. Secundaire necrose van de bovenliggende huid en subcutis ontstaat door toxines die trombose van huidbloedvaten veroorzaken. Vaak voorkomend in het perineum (Fournier), met zeer hoge mortaliteit. Behandeling omvat debridement en antibiotica [13](#page=13).
* **Gasgangreen:** Een agressieve weke delen infectie [12](#page=12).
#### 2.1.3 Infecties rond nagels en huidplooien
* **Hydradenitis:** Abcesvorming in zweetklieren, meestal door Staphylococcus aureus. Grote kans op recidief. Behandeling: incisie en drainage, antibiotica, en eventueel excisie van zweetklieren [16](#page=16).
* **Paronychium:** Infectie ter hoogte van de nagelriem, veroorzaakt door Stafylococcus of schimmels. Vaak hardnekkig. Behandeling: antibiotica, lokale antiseptica, incisie en drainage, en eventueel nagel-extractie [16](#page=16).
* **Panaritium (fijt):** Infectie, meestal met abces aan de volaire zijde van de eindfalanx, vaak door prikverwondingen. Vooral door Staphylococcus aureus. Gevaar voor uitbreiding naar peesschede, bot (osteomyelitis) of gewricht (arthritis). Behandeling: antibiotica en drainage [17](#page=17).
* **Handabces:** Risico op uitbreiding via peesschedes. Behandeling: antibiotica, incisie en drainage, en revalidatie [17](#page=17).
* **Ingroeiende nagel:** Chronische infectie met granuloomvorming door ingroei van de nagel in de nagelrand. Oorzaken zijn lokale druk of het rond knippen van de nagel. Behandeling: opliften van de nagel, antiseptische baden, lokale verzorging, en eventueel wigexcisie met fenolisatie van de nagelwortel ter preventie van recidief [18](#page=18).
#### 2.1.4 Peri-anaal abces
Een peri-anaal abces ontstaat meestal door een fistel vanuit het rectum. Behandeling omvat incisie van het abces en behandeling van de fistel. Soms is antibiotische behandeling aangewezen [18](#page=18).
### 2.2 Prothetische infecties
Prothetische infecties zijn een ernstige complicatie na het plaatsen van implantaten.
### 2.3 Respiratoire infecties
Infecties van de luchtwegen kunnen na een operatie optreden.
### 2.4 Urinaire infecties
Infecties van de urinewegen zijn eveneens een mogelijke post-operatieve complicatie.
### 2.5 Diagnostische methoden
De diagnose van post-operatieve infecties berust op een combinatie van lokale en systemische symptomen, laboratoriumonderzoek en beeldvorming [7](#page=7).
#### 2.5.1 Klinische symptomen
* **Lokale symptomen:** Roodheid (rubor), warmte (calor), pijn (dolor), zwelling (tumor), en functieverlies (functiolaesa) [7](#page=7).
* **Systemische symptomen:** Sepsis-gerelateerde symptomen, hoewel deze ook na operaties verstoord kunnen zijn [7](#page=7).
#### 2.5.2 Laboratoriumonderzoek
Laboratoriumonderzoek kan wijzen op infectie door een stijging van het aantal witte bloedcellen (WBC), C-reactieve proteïne (CRP), bezinkingssnelheid (BSE), en andere acute fase reactanten [7](#page=7).
* **Bacteriologisch onderzoek:** Dit omvat het afnemen van lokale swabs, bloedkweken, direct onderzoek met gramkleuring, en kweken met antibiogram [7](#page=7).
#### 2.5.3 Beeldvorming
Verschillende beeldvormende technieken kunnen worden ingezet om de diagnose te ondersteunen [7](#page=7).
* **Radiografie (Rx), Echografie (Echo), CT-scan, Isotopen:** Deze methoden helpen bij het visualiseren van de infectiehaard [7](#page=7).
* **PET-scan:** Kan nuttig zijn om zones met verhoogd suikerverbruik te identificeren, wat kan wijzen op een infectiehaard [7](#page=7).
> **Tip:** Bij het vermoeden van een infectie is een multidisciplinaire aanpak van cruciaal belang voor een optimale diagnostiek en behandeling.
>
> **Tip:** Preventie van infecties, zoals het correct uitvoeren van aseptische technieken en adequate wondzorg, is essentieel en wordt reeds in eerdere lessen behandeld.
---
# Behandeling van infecties en chronische ontsteking
Dit onderwerp behandelt de algemene en specifieke behandelingsstrategieën voor infecties, evenals de kenmerken en presentatievormen van chronische ontsteking.
### 3.1 Algemene behandeling van infecties
De algemene behandeling van infecties omvat symptoombestrijding en orgaanondersteuning bij systemische effecten. Pijnstilling en koortsbestrijding zijn essentieel. Bij Systemische Inflammatoire Respons Syndroom (SIRS) is ondersteuning van de orgaanfuncties cruciaal [8](#page=8).
### 3.2 Specifieke behandeling van infecties
Specifieke behandelingen richten zich op het elimineren van de verwekker en het wegnemen van de infectiebron.
#### 3.2.1 Antibiotica
Antibiotica worden ingezet om de verantwoordelijke agens (bacteriën) uit te roeien [8](#page=8).
#### 3.2.2 Drainage van abcessen
Het draineren van abcessen is een belangrijke therapeutische stap. Dit kan op verschillende manieren gebeuren:
* **Naald-aspiratie:** Hierbij wordt het abces leeggezogen met een naald [8](#page=8).
* **Insertie van een drain:** Een drain kan onder röntgen- of echografische controle worden ingebracht om de afvoer van pus te verzekeren [8](#page=8).
* **Chirurgische drainage:** Dit omvat een chirurgische ingreep om het abces te openen en te draineren [8](#page=8).
* **Chirurgische debridement:** Indien nodig kan chirurgische verwijdering van dood of geïnfecteerd weefsel (debridement) plaatsvinden [8](#page=8).
### 3.3 Furunkel en karbunkel
Furunkels en karbunkels zijn abcessen die ontstaan in een haarfollikel. Een furunkel betreft één haarfollikel, terwijl een karbunkel uit meerdere haarfollikels bestaat. De behandeling van deze aandoeningen zal waarschijnlijk drainage omvatten, vergelijkbaar met de algemene principes voor abcessen [15](#page=15).
### 3.4 Oppervlakkige flebitis (voorbeeld uit de algemene praktijk)
Oppervlakkige flebitis is een niet-infectieuze ontsteking van de venewand, vaak geassocieerd met een thrombus in een ader. Het presenteert zich als een pijnlijke, rode streng over een ader, meestal in het onderbeen [9](#page=9).
* **Oorzaak:** Inflammatoire reactie op een thrombus in de venewand [9](#page=9).
* **Oorzaken:** Vaak voorkomend bij varices [9](#page=9).
* **Symptomen:** Lokale inflammatoire symptomen [9](#page=9).
* **Behandeling:**
* Lokale behandeling met zalf (bv. Voltaren gel) [9](#page=9).
* Gebruik van NSAID's [9](#page=9).
* Compressie kan pijnlijk zijn en wordt vaak niet verdragen [9](#page=9).
* Op termijn kan varicectomie overwogen worden [9](#page=9).
### 3.5 Chronische ontsteking
Chronische ontsteking ontstaat wanneer een onderhoudende factor aanwezig blijft, waardoor een acute ontsteking aanhoudt. In tegenstelling tot acute ontsteking, die gekenmerkt wordt door veel exsudatie, leidt chronische ontsteking tot minder exsudatie maar meer proliferatie, fibrose en littekenvorming [8](#page=8).
#### 3.5.1 Presentatievormen van chronische ontsteking
Chronische ontsteking kan zich op verschillende manieren manifesteren:
* **Granuloom:** Een chronisch ontstekingsinfiltraat, bijvoorbeeld bij tuberculose (TBC) [8](#page=8).
* **Ulcus:** Een niet-genezend defect van de huid of slijmvliezen [8](#page=8).
* **Sinus:** Een (rest)holte met een verbinding naar de huid of een hol orgaan [8](#page=8).
* **Fistel:** Een verbinding tussen twee holle organen of tussen een hol orgaan en de buitenwereld [8](#page=8).
> **Tip:** Chronische ontstekingen kunnen subtiel beginnen en een langdurig beloop hebben, waarbij proliferatie en fibrose de belangrijkste weefselreacties zijn, in plaats van de acute exsudatieve reacties.
> **Voorbeeld:** Een niet-genezende wond aan het been die na weken of maanden nog steeds open is en langzaam groeit, kan duiden op een chronische ontsteking, mogelijk met granuloomvorming, een ulcus en een sinus of fistel die ontstaan is [8](#page=8).
---
# Specifieke infectieziekten
Dit deel behandelt specifieke infecties van de huid en weke delen, waaronder bijtwonden, cellulitis, erysipelas, necrotiserende wekedeleninfecties, tetanus, furunkels, karbunkels en paronychia.
### 4.1 Bijtwonden
Een bijtwond is per definitie steeds geïnfecteerd, zowel bij mensen als bij dieren. Het principe is om de wond niet primair te sluiten, maar wel een eventueel aanwezige necrose te verwijderen (necrosectomie) en de wondranden te approximeren. De behandeling omvat doorgaans antibiotica [11](#page=11).
### 4.2 Cellulitis
Cellulitis is een infectie van het bindweefsel van de huid en subcutis. Kenmerkend is diffuse roodheid zonder ettervorming. De behandeling bestaat uit antibiotica [11](#page=11).
### 4.3 Erysipelas
Erysipelas is een huidinfectie veroorzaakt door streptokokken. Het begint meestal via een specifieke ingangspoort en kan zich snel verspreiden door de productie van streptokinase. De behandeling bestaat uit antibiotica [12](#page=12).
### 4.4 Necrotiserende wekedeleninfecties
Dit zijn agressieve infecties met necrose van huid, subcutis en/of fascia. Snelle en adequate behandeling is noodzakelijk. Deze infecties kunnen zich snel verspreiden en vereisen vaak ziekenhuisopname. Er zijn verschillende soorten necrotiserende wekedeleninfecties [12](#page=12):
#### 4.4.1 Bacterieel synergistisch gangreen
Dit is een synergistische infectie met *Streptococcus* en *Staphylococcus aureus*, die leidt tot necrose van de huid. De progressie is minder snel dan bij andere necrotiserende infecties en komt vaker voor bij diabetici. De behandeling omvat debridement en antibiotica. De bacteriën versterken elkaar in hun werking [13](#page=13).
#### 4.4.2 Necrotiserende fasciitis
Dit is een snel progressieve flegmonuze infectie van de spierfascia, veroorzaakt door streptokokken en anaëroben. Secundaire necrose van de bovenliggende huid en subcutis ontstaat door trombose van huidbloedvaten, veroorzaakt door toxines. Patiënten vertonen vaak systemische symptomen. De infectie komt vaak voor in het perineum (Fournier gangreen). De behandeling bestaat uit debridement en antibiotica. De mortaliteit is zeer hoog. Er is geen duidelijke afkapseling en de infectie kan tot in het bloed doordringen [13](#page=13).
> **Tip:** Bij verdenking op necrotiserende fasciitis is het essentieel om de bron van infectie weg te nemen door chirurgische interventie op de huid, subcutis en fascia.
#### 4.4.3 Gasgangreen
Gasgangreen wordt veroorzaakt door *Clostridium perfringens*, waarvan sporen overal voorkomen, met name in grond en faeces. De bacterie vermenigvuldigt zich in dood spierweefsel en kan ontstaan in gecontamineerde wonden. Dit leidt tot necrose van de bovenliggende huid en is snel progressief. Kenmerken zijn gasproductie, bruin exsudaat, pijn en systemische symptomen. De behandeling omvat debridement, antibiotica en hyperbare zuurstoftherapie [14](#page=14).
### 4.5 Abces
Een abces is een collectie van geliquefieerde witte bloedcellen, dood weefsel en micro-organismen (etter). Het wordt omgeven door een pseudo-kapsel (infiltraat). Abcessen kunnen oppervlakkig of diep zijn. De behandeling is drainage volgens het principe 'ubi pus ibi evacua' (waar etter is, moet het geëvacueerd worden). Antibiotica worden voorgeschreven afhankelijk van systemische symptomen en de locatie van het abces [14](#page=14).
> **Tip:** Voor de drainage van een abces kan men video's raadplegen (bv. via NEJM clinical videos) [15](#page=15).
### 4.6 Furunkel en Karbunkel
Een furunkel en een karbunkel zijn beide abcessen die ontstaan in een haarfollikel. Een furunkel betreft één haarfollikel, terwijl een karbunkel meerdere haarfollikels omvat [15](#page=15).
### 4.7 Hydradenitis
Hydradenitis is een abces dat ontstaat in de zweetklieren, typisch in de oksels of liezen. Het wordt veroorzaakt door *Staphylococcus aureus*. Er is een grote kans op recidief. De behandeling kan incisie en drainage, antibiotica en in sommige gevallen excisie van de zweetklieren omvatten [16](#page=16).
### 4.8 Paronychium
Paronychium is een infectie ter hoogte van de nagelriem. Het wordt veroorzaakt door stafylokokken of schimmels. Kenmerkend is pijn en het is vaak een hardnekkige infectie. De behandeling kan bestaan uit antibiotica, lokale antiseptica, incisie en drainage, en soms nagel extractie [16](#page=16).
### 4.9 Tetanus
Tetanus is zeldzaam geworden door vaccinatie. Het wordt veroorzaakt door *Clostridium tetani*, waarvan de sporen voornamelijk in paardenmest voorkomen. De infectie ontstaat na vaak banale verwondingen. Het exotoxine blokkeert de neuromusculaire synaps, wat leidt tot verhoogde spierprikkelbaarheid. Trismus (kaakklem) is vaak het eerste symptoom, gevolgd door tonische en clonische spierkrampen en ademhalingsstoornissen. Preventie bestaat uit vaccinatie en toediening van immunoglobulines [20](#page=20).
> **Tip:** Het is belangrijk om bij wonden, met name die gecontamineerd zijn met aarde of mest, te denken aan tetanusprofylaxe.
### 4.10 Empyeem
Empyeem is een etterophoping in een vooraf bestaande holte. Voorbeelden hiervan zijn galblaasempyeem en pleura-empyeem. De behandeling bestaat uit drainage en antibiotica. Fibrinedraden en een niveaubeeld tot aan de thoraxwand kunnen wijzen op de aanwezigheid van empyeem rond de longen [20](#page=20).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Infectie | Een ontsteking veroorzaakt door micro-organismen zoals een virus, bacterie, schimmel, gist of parasiet, waarbij proliferatie en invasie in weefsels optreedt. |
| Inflammatie | Ontsteking, een reactie van het lichaam op weefselbeschadiging of infectie, gekenmerkt door lokale symptomen zoals warmte, roodheid, zwelling en pijn. |
| Calor | De lokale symptomen van ontsteking, wat duidt op een toename van warmte in het getroffen gebied door verhoogde bloeddoorstroming. |
| Rubor | De lokale symptomen van ontsteking, zichtbaar als roodheid van de huid, veroorzaakt door verwijding van bloedvaten en toename van bloedtoevoer. |
| Tumor | De lokale symptomen van ontsteking, verwijzend naar zwelling in het getroffen gebied, veroorzaakt door vochtophoping en infiltratie van ontstekingscellen. |
| Dolor | De lokale symptomen van ontsteking, wat duidt op pijn in het getroffen gebied, veroorzaakt door stimulatie van pijnreceptoren. |
| Functiolasa | De lokale symptomen van ontsteking, wat duidt op een verlies of beperking van de normale functie van het getroffen lichaamsdeel. |
| Bacteriëmie | De aanwezigheid van bacteriën in het bloed, wat normaal gesproken niet leidt tot systemische infectie, tenzij er vreemd materiaal aanwezig is. |
| Septicemie | Een ernstige toestand waarbij bacteriën zich vermenigvuldigen in het bloed, gepaard gaande met klinische symptomen van sepsis, en vaak resulterend in positieve hemoculturen. |
| Endotoxinemie | De aanwezigheid van endotoxines, toxische stoffen geproduceerd door gram-negatieve bacteriën, in het bloed, wat kan leiden tot systemische effecten. |
| SIRS (Systemic Inflammatory Response Syndrome) | Een syndroom gekenmerkt door een gegeneraliseerde ontstekingsreactie in het lichaam, met specifieke criteria voor temperatuur, hartslag, ademhalingsfrequentie en leukocytenaantal. |
| Sepsis | Een levensbedreigende orgaandisfunctie veroorzaakt door een ontregelde reactie van het lichaam op infectie, gekenmerkt door het vermoeden of de bewezen aanwezigheid van infectie plus orgaanfalen. |
| SOFA score (Sequential Organ Failure Assessment) | Een scoringssysteem dat wordt gebruikt om de ernst van orgaanfalen bij kritisch zieke patiënten te evalueren, gebaseerd op verschillende fysiologische metingen. |
| Quick SOFA | Een snelle bed-side screeningstool om patiënten met een verhoogd risico op sepsis te identificeren, gebaseerd op ademhalingsfrequentie, veranderde cognitie en systolische bloeddruk. |
| Infiltraat | Een ontsteking, voornamelijk in het bindweefsel, die zich uit als een diffuse infiltratie zonder duidelijke afkapseling, soms gepaard gaand met lymfangitis. |
| Abces | Een gelokaliseerde ophoping van pus (ontstekingscellen, dood weefsel en micro-organismen) die wordt afgekapseld door een fibrinenetwerk, vaak met druk door osmolariteit. |
| Empyeem | Pusvorming in een reeds bestaande holte in het lichaam, zoals een thorax- of galblaasempyeem. |
| Flegmone | Een snel uitbreidende, diffuse bacteriële infectie waarbij afkapseling van de infectie wordt verhinderd, wat kan leiden tot necrose en gangreen. |
| Lymfangitis | Ontsteking van de lymfebanen, vaak veroorzaakt door de verspreiding van een infectie, zichtbaar als rode strepen die naar de lymfeknopen lopen. |
| Lymfadenitis | Ontsteking van de lymfeknopen, vaak als gevolg van de verspreiding van een infectie via de lymfevaten. |
| Post-operatieve infecties | Infecties die optreden na een chirurgische ingreep, waaronder wondinfecties, prothetische infecties, respiratoire en urineweginfecties, en intra-abdominale abcessen. |
| CRP (C-reactief proteïne) | Een eiwit dat in de lever wordt geproduceerd als reactie op ontsteking; een verhoogd niveau duidt op actieve ontsteking of infectie. |
| BSE (Bloedbezinking) | Een laboratoriumtest die de snelheid meet waarmee rode bloedcellen in een bloedmonster bezinken; een verhoogde bezinking kan wijzen op ontsteking. |
| Hemocultuur | Een laboratoriumtest om de aanwezigheid van bacteriën in het bloed te detecteren. |
| Kromafscheiding | Processen waarbij necrotisch weefsel wordt verwijderd om de wondgenezing te bevorderen, vaak door chirurgische debridement. |
| Granuloom | Een chronisch ontstekingsinfiltraat dat zich vormt rond een vreemd lichaam of infectie, vaak gezien bij chronische ontstekingen zoals tuberculose. |
| Ulcus | Een niet-genezend defect of zweer op de huid of een slijmvlies, vaak geassocieerd met chronische ontsteking. |
| Sinus | Een holte met een verbinding naar de huid of een ander hol orgaan, die zich niet volledig sluit na genezing. |
| Fistel | Een abnormale verbinding tussen twee holle organen, of tussen een hol orgaan en de buitenwereld, vaak ontstaan als complicatie van infectie of ontsteking. |
| Oppervlakkige flebitis | Een niet-infectieuze ontsteking van een oppervlakkige ader, vaak gepaard gaand met een thrombus, gekenmerkt door een pijnlijke rode streng. |
| Wondinfectie | Kolonisatie en ontwikkeling van bacteriën in een chirurgische of traumatische wond, wat kan leiden tot problemen met genezing. |
| Bijtwonde | Een wond die is veroorzaakt door een beet van een mens of dier, per definitie beschouwd als geïnfecteerd. |
| Cellulitis | Een bacteriële infectie van het bindweefsel van de huid en subcutis, gekenmerkt door diffuse roodheid zonder ettervorming. |
| Erysipelas | Een acute huidinfectie, meestal veroorzaakt door Streptokokken, gekenmerkt door snelle verspreiding en een scherp begrensde, verheven rand. |
| Necrotiserende wekedeleninfecties | Agressieve infecties van huid, subcutis en/of fascia die leiden tot necrose, en snelle, adequate behandeling vereisen. |
| Bacterieel synergistisch gangreen | Een infectie waarbij meerdere bacteriën, zoals Streptococcus en Staphylococcus aureus, samenwerken om weefselnecrose te veroorzaken, meestal minder snel progressief. |
| Necrotiserende fasciitis | Een snel progressieve infectie van de spierfascia, veroorzaakt door bacteriën zoals streptokokken en anaëroben, die leidt tot necrose van de bovenliggende huid en subcutis. |
| Gasgangreen | Een ernstige infectie, veroorzaakt door Clostridium perfringens, die gas produceert in dood spierweefsel, gekenmerkt door snel progressieve necrose en bruin exsudaat. |
| Furunkel | Een abces dat ontstaat in een haarzakje, veroorzaakt door een bacteriële infectie. |
| Karbunkel | Een grotere infectie bestaande uit meerdere furunkels die samenvloeien, waarbij meerdere haarzakjes betrokken zijn. |
| Hydradenitis | Een abces dat ontstaat in de zweetklieren, vaak voorkomend in de oksels of liezen, meestal veroorzaakt door Staphylococcus aureus. |
| Paronychium | Een infectie rondom de nagelriem, vaak veroorzaakt door stafylokokken of schimmels, gekenmerkt door pijn en hardnekkigheid. |
| Panaritium (Fijt) | Een abces aan de volaire zijde van de eindfalanx van een vinger of teen, vaak door prikwonden, met risico op uitbreiding naar peesschede, bot of gewricht. |
| Handabces | Een abces in de hand, met risico op uitbreiding via peesschedes, vereist behandeling met antibiotica, drainage en revalidatie. |
| Ingegroeiende nagel | Een chronische infectie waarbij de nagelrand in de huid groeit, vaak geassocieerd met druk of verkeerd knippen, en kan leiden tot granuloomvorming. |
| Peri-anaal abces | Een abces dat zich vormt rond de anus, meestal als gevolg van een fistel vanuit het rectum. |
| Sinus pilonidalis | Een holte in de bilnaad, meestal sacrococcygeaal, die zich kan ontwikkelen tot een abces door infectie en vaak een verbinding met de buitenwereld heeft. |
| Diepe abcessen | Abcessen die zich vormen in organen (longen, lever, hersenen) of in de buikholte (peritoneum), vaak levensbedreigend en vereisen drainage. |
| Tetanus | Een ernstige infectieziekte veroorzaakt door Clostridium tetani, die leidt tot spierkrampen en verhoogde spierprikkelbaarheid door een neurotoxine. |