Cover
Jetzt kostenlos starten 23-09✅✅.pdf
Summary
# Algemene structuur van het zenuwstelsel en neuronen
Dit deel behandelt de algemene organisatie van het centrale en perifere zenuwstelsel, met een focus op neuronen als de basiseenheden van het zenuwstelsel.
## 1. Algemene structuur van het zenuwstelsel en neuronen
### 1.1 Organisatie van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel is grofweg onder te verdelen in het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifere zenuwstelsel (PZS) [7](#page=7).
#### 1.1.1 Centraal zenuwstelsel (CZS)
Het CZS bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg (#page=7, 9). Het CZS is verantwoordelijk voor de verwerking van informatie (#page=11, 12) [11](#page=11) [12](#page=12) [7](#page=7) [9](#page=9).
#### 1.1.2 Perifeer zenuwstelsel (PZS)
Het PZS omvat alle zenuwen buiten het CZS. Dit systeem verzamelt informatie uit de omgeving (zowel de interne als de externe omgeving) en stuurt signalen naar de skeletspieren en organen (#page=8, 11). Het PZS kan verder worden onderverdeeld in het somatische zenuwstelsel (vrijwillige beweging van skeletspieren) en het autonome zenuwstelsel (onvrijwillige beweging van gladde spieren en klieren) [10](#page=10) [11](#page=11) [7](#page=7) [8](#page=8).
> **Tip:** Het autonome zenuwstelsel wordt ook wel het "autonoom" of "niet te controleren" zenuwstelsel genoemd [7](#page=7).
#### 1.1.3 Informatieverwerking in het zenuwstelsel
Informatie wordt in het zenuwstelsel verwerkt via afferente impulsen (sensorische input) die vanuit receptoren komen, en efferente impulsen (motorische output) die naar effectoren (zoals skeletspieren) gaan, met tussenliggende verwerking in het CZS (#page=11, 86, 87). Pijn, geluid en zicht zijn voorbeelden van sensorische input die cruciaal zijn voor overleving en gevaarherkenning [11](#page=11) [86](#page=86) [87](#page=87).
### 1.2 Neuronen: de basiseenheden van het zenuwstelsel
Neuronen, ook wel zenuwcellen genoemd, zijn de fundamentele functionele eenheden van de hersenen en het zenuwstelsel. Ze zijn gespecialiseerd in het ontvangen, verwerken en doorgeven van elektrische en chemische signalen (#page=12, 13) [12](#page=12) [13](#page=13).
#### 1.2.1 Anatomie van een neuron
Een typisch neuron bestaat uit verschillende delen:
* **Cellichaam (Perikaryon):** Bevat de kern (nucleus) en andere organellen, zoals het kernlichaampje (nucleolus) en het Nissl-substantie (Barr-lichaam) (#page=12, 13, 15). Het cellichaam is het metabole centrum van de cel [12](#page=12) [13](#page=13) [15](#page=15).
* **Dendrieten:** Korte, vertakte uitlopers die signalen van andere neuronen ontvangen en naar het cellichaam geleiden (#page=12, 13, 14). De vorm van de dendrieten kan sterk variëren, wat leidt tot verschillende neuronvormen [12](#page=12) [13](#page=13) [14](#page=14) [17](#page=17).
* **Axon (neuriet):** Een lange uitloper die signalen weg van het cellichaam geleidt (#page=12, 13). Axonen kunnen vertakkingen hebben (collateral axon). Het begin van het axon, waar het uit het cellichaam ontspringt, wordt de axonheuvel (axon hillock) genoemd (#page=12, 13, 15). Axonen kunnen eindigen in terminale knoppen (terminal bouton) die synapsen vormen [12](#page=12) [13](#page=13) [15](#page=15).
* **Myelineschede:** Een isolerende laag rondom het axon, gevormd door oligodendrocyten in het CZS en Schwanncellen in het PZS (#page=13, 24, 25). De myelineschede bevordert de snelheid van signaaloverdracht en voorkomt signaalverlies naar naburige axonen (#page=24, 25). Tussen de segmenten van de myelineschede bevinden zich insnoeringen genaamd de knopen van Ranvier (Node of Ranvier) [13](#page=13) [14](#page=14) [24](#page=24) [25](#page=25).
> **Tip:** Neuronen bestaan uit een cellichaam met een lange uitloper (axon), omgeven door een isolatielaag (myeline). Het correct kunnen tekenen van een neuron is een veelvoorkomende examenvraag [13](#page=13).
#### 1.2.2 Synapsen
Synapsen zijn de contactpunten tussen neuronen, waar informatie wordt overgedragen. Axonen kunnen eindigen op andere neuronen (axodendritische synapse) of op spieren (motorische eindplaat op dwarsgestreepte spieren). Alle neuronen zijn direct of indirect met elkaar verbonden via synapsen [14](#page=14) [15](#page=15) [19](#page=19).
#### 1.2.3 Typen neuronen
Er zijn verschillende typen neuronen te onderscheiden, gebaseerd op hun morfologie en functie [18](#page=18):
* **Multipolair neuron:** Het meest voorkomende type, met meerdere dendrieten en één axon. Voorbeelden zijn motorneuronen in het ruggenmerg en piramidale cellen (#page=15, 18, 20) [15](#page=15) [18](#page=18) [20](#page=20).
* **Bipolair neuron:** Heeft één dendriet en één axon die uit tegenovergestelde zijden van het cellichaam komen.
* **Unipolair neuron:** Heeft één uitloper die zich splitst in een axon en een dendriet.
* **Andere gespecialiseerde types:** Piramidale cellen, Purkinje-cellen (gevonden in de kleine hersenen en belangrijk voor coördinatie van bewegingen), spoelvormige cellen, ovale cellen en korrelcellen zijn ook beschreven (#page=18, 20) [18](#page=18) [20](#page=20).
> **Tip:** De Purkinje-cel is specifiek gelokaliseerd in de kleine hersenen en speelt een rol bij de coördinatie van bewegingen [18](#page=18).
### 1.3 Neuroglia: ondersteunende cellen van het zenuwstelsel
Naast neuronen bevat het zenuwstelsel ook neuroglia, of steuncellen, die essentieel zijn voor de functie en het onderhoud van neuronen. Er zijn verschillende typen neuroglia, zowel in het CZS als in het PZS (#page=50, 52, 144) [50](#page=50) [52](#page=52).
#### 1.3.1 Neuroglia in het Centrale Zenuwstelsel (CZS)
* **Astrocyten:** Bieden voeding, steun en bescherming aan neuronen. Ze handhaven de bloed-hersenbarrière, reguleren neurotransmitterspiegels rond synapsen, controleren ionenconcentraties en bieden metabole ondersteuning (#page=50, 144) [50](#page=50).
* **Oligodendrocyten:** Vormen de myelineschede rond axonen in het CZS en dragen bij aan het structurele raamwerk van het CZS (#page=50, 52, 144) [50](#page=50) [52](#page=52).
* **Microglia:** Fungeren als de immuuncellen van de hersenen. Ze verwijderen dode cellen en pathogenen door middel van fagocytose, bewaken het weefsel en ondersteunen de myelinevorming door oligodendrocyten (#page=50, 51, 144) [50](#page=50) [51](#page=51).
* **Ependymcellen:** Bekleden de ventrikels van de hersenen en het centrale kanaal van het ruggenmerg en zijn betrokken bij de productie van hersenvocht (CSF) (#page=52, 144) [52](#page=52).
#### 1.3.2 Neuroglia in het Perifere Zenuwstelsel (PZS)
* **Schwanncellen:** Vormen de myelineschede rond axonen in het PZS. Ze zijn ook betrokken bij het onderhoud en de regeneratie van neuronen na letsel (#page=50, 52, 144) [50](#page=50) [52](#page=52).
* **Satellietcellen:** Omringen de cellichamen van neuronen in ganglia en reguleren de neurotransmitterspiegels (#page=52, 144) [52](#page=52).
> **Tip:** Een belangrijke examenvraag betreft het verschil tussen een oligodendrocyte (CZS) en een Schwanncel (PZS) in hun rol bij myelinevorming [50](#page=50).
### 1.4 Termen van richting in de anatomie van het zenuwstelsel
Verschillende termen worden gebruikt om locaties en oriëntaties binnen het zenuwstelsel te beschrijven:
* **Anterior/Ventraal:** Aan de voorzijde (buikzijde) (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Posterior/Dorsaal:** Aan de achterzijde (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Superior/Craniaal:** Aan de bovenzijde (schedelzijde) (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Inferior:** Aan de onderzijde (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Caudal:** In de meest onderste positie (staartzijde) (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Rostraal:** Aan de voorzijde (neus-uiteinde) (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Mediaal:** Dicht bij of richting het midden (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Median:** In het midden, de middenlijn [6](#page=6).
* **Lateraal:** Naar de zijkant toe (weg van het midden) (#page=5, 6) [5](#page=5) [6](#page=6).
* **Ipsilateraal:** Aan dezelfde zijde [6](#page=6).
* **Contralateraal:** Aan de tegenovergestelde zijde [6](#page=6).
* **Bilateraal:** Aan beide zijden [6](#page=6).
### 1.5 Structuur van het ruggenmerg
Het ruggenmerg is een centraal onderdeel van het CZS en wordt beschermd door de hersenvliezen (meninges: dura mater, arachnoidea, pia mater) en hersenvocht. Het ruggenmerg bevat witte stof (bestaande uit axonen) en grijze stof (bestaande uit cellichamen) (#page=38, 40, 41, 56, 57). De grijze stof in het ruggenmerg heeft de karakteristieke vlindervorm [38](#page=38) [40](#page=40) [41](#page=41) [56](#page=56) [57](#page=57).
* **Grijze stof:** Bevat de dorsale hoorn (sensorisch), ventrale hoorn (motorisch) en de laterale hoorn (autonoom) (#page=38, 56) [38](#page=38) [56](#page=56).
* **Witte stof:** Bestaat uit zenuwvezelbanen (tracten) die impulsen geleiden [41](#page=41).
* **Centrale kanaal:** Bevat cerebrospinale vloeistof die zenuwcellen voedt [41](#page=41).
* **Ruggengraatzenuwen:** Bestaan uit sensorische en motorische wortels, die samenkomen om gemengde spinale zenuwen te vormen. De dorsale wortel bevat een ganglia, een cluster van zenuwcellichamen van sensorische neuronen (#page=39, 41) [39](#page=39) [41](#page=41).
> **Tip:** De grijze stof in het ruggenmerg is omgekeerd in vergelijking met de hersenen [57](#page=57).
> **Tip:** Zenuwwortels (anterieure wortel) kunnen deel uitmaken van plexussen en perifere zenuwen [48](#page=48).
### 1.6 Motorische eenheden
Een motorische eenheid bestaat uit een motorneuron en alle spiervezels die het innerveert. Axonen van motorneuronen lopen vanuit het ruggenmerg naar de spieren. Motorische eenheden variëren in grootte, van kleine eenheden die fijne motoriek mogelijk maken tot grote eenheden voor krachtige bewegingen [86](#page=86) [88](#page=88) [89](#page=89).
---
# Hersenen: anatomie en functies van de verschillende kwabben en gebieden
Dit onderwerp biedt een gedetailleerde anatomische en functionele beschrijving van de menselijke hersenen, met specifieke aandacht voor de cerebrum, hersenstam, cerebellum en diencephalon, en de functies van de verschillende cerebrale kwabben en specifieke hersengebieden [34](#page=34) [60](#page=60) [62](#page=62) [95](#page=95).
### 2.1 Algemene anatomische indeling van de hersenen
De hersenen (encephalon) zijn het centrale deel van het centrale zenuwstelsel. Ze kunnen anatomisch worden onderverdeeld in verschillende hoofdstructuren [34](#page=34):
* **Cerebrum (grote hersenen):** Bestaat uit de twee cerebrale hemisferen en is de grootste structuur van de hersenen. De buitenkant van de cerebrum bestaat uit grijze stof (hersenschors) en de binnenkant uit witte stof. De cerebrale hemisferen zijn verdeeld in de cortex, subcorticale witte stof, commissuren en basale ganglia [26](#page=26) [34](#page=34) [62](#page=62).
* **Diencephalon:** Gelegen onder de cerebrale hemisferen en boven de hersenstam. Het omvat de thalamus, hypothalamus en epithalamus [34](#page=34).
* **Hersenstam:** Verbindt de cerebrum en diencephalon met het ruggenmerg. Het bestaat uit de middenhersenen (mesencephalon), pons en medulla oblongata. De hersenstam bevat banen die de ledematen besturen of verbinden [34](#page=34) [64](#page=64).
* **Cerebellum (kleine hersenen):** Gelegen aan de achterkant van de hersenen, onder de occipitale kwabben. Het cerebellum bestaat uit de cerebellaire cortex en cerebellaire nuclei [34](#page=34) [78](#page=78) [95](#page=95).
Daarnaast wordt het centrale zenuwstelsel onderverdeeld in de hersenen en het ruggenmerg [34](#page=34).
#### 2.1.1 Hersenvliezen en bescherming
De hersenen worden beschermd door de schedel en de hersenvliezen: de dura mater (hard hersenvlies), arachnoidea (spinnenwebvlies) en pia mater (zacht hersenvlies). De subarachnoïdale ruimte bevindt zich tussen de arachnoidea en pia mater en bevat hersenvocht [54](#page=54).
#### 2.1.2 Richtingen en vlakken in de hersenen
Voor de beschrijving van de hersenen worden specifieke richtingen en vlakken gebruikt:
* **Richting:** Rostraal (naar de neus), caudaal (naar de staart), dorsaal (naar de rug) en ventraal (naar de buik) [21](#page=21) [4](#page=4).
* **Vlakken:** Coronaal (loodrecht op de lengteas, als een plak brood), horizontaal (evenwijdig aan de grond) en transversaal (dwarsdoorsnede) [4](#page=4) [79](#page=79) [80](#page=80).
#### 2.1.3 Grijze en witte stof
* **Grijze stof:** Bevindt zich voornamelijk aan de buitenkant van de hersenen (cortex) en bevat de cellichamen van neuronen. Ook subcorticale gebieden bevatten grijze stof [26](#page=26) [34](#page=34).
* **Witte stof:** Bevindt zich aan de binnenkant van de hersenen en bestaat uit de axonen van neuronen, vaak bedekt met myeline. Witte stofbanen kunnen naar alle richtingen lopen en verbinden verschillende hersengebieden [26](#page=26) [30](#page=30) [31](#page=31) [91](#page=91).
### 2.2 Cerebrale hemisferen en kwabben
De cerebrale hemisferen zijn de twee grote helften van de hersenen, gescheiden door de longitudinale fissuur. Elke hemisfeer is verdeeld in vier kwabben, vernoemd naar de schedelbeenderen erboven [66](#page=66) [67](#page=67):
#### 2.2.1 Frontale kwab (frontaal kwab)
* **Locatie:** De meest voorste kwab van de cerebrum [65](#page=65) [66](#page=66) [85](#page=85).
* **Functies:**
* Coördineren van vrijwillige bewegingen. De primaire motorische cortex bevindt zich ventraal van de centrale sulcus in de frontale kwab [65](#page=65) [74](#page=74).
* Impulscontrole en besluitvorming .
* Beoordelen van overeenkomsten en verschillen tussen objecten .
* Vormen en bewaren van langetermijngeheugens .
* Begrijpen van taal, linguïstische herinneringen en spreken .
* Emotieregulatie en -expressie [71](#page=71).
* Persoonlijkheidsontwikkeling .
* Aandachtsregulatie .
* Logisch en analytisch probleemoplossend vermogen [71](#page=71).
* Onderdeel van associatiecortex [68](#page=68).
* **Letsels:** Kunnen leiden tot onvermogen tot besluitvorming, problemen met planning en executieve functies, geheugenverlies, persoonlijkheidsveranderingen, emotionele veranderingen, moeite met sociale signalen en empathie, en veranderingen in motorische vaardigheden. De "motor control strip" met de supplementaire motorische area bevindt zich hier [74](#page=74) [76](#page=76).
#### 2.2.2 Pariëtale kwab (pariëtaal kwab)
* **Locatie:** Gelegen achter de frontale kwab, gescheiden door de centrale sulcus [65](#page=65) [66](#page=66) [67](#page=67) [72](#page=72) [85](#page=85).
* **Functies:**
* Verwerking van sensorische informatie, zoals tast, druk en temperatuur. De primaire somatosensibele cortex bevindt zich postcentraal van de centrale sulcus [65](#page=65) [71](#page=71) [74](#page=74).
* Lichaamsbewustzijn .
* Ruimtelijke oriëntatie en manipulatie [71](#page=71).
* Integratie van sensorische input voor een coherent lichaamsbeeld.
* Pariëtale kwabben verwerken signalen van de rechter- en linkerkant van het lichaam [71](#page=71).
* Onderdeel van associatiecortex [68](#page=68).
* **Letsels:** Kunnen leiden tot neglect van het lichaam en moeilijkheden met het organiseren van ruimte [76](#page=76).
#### 2.2.3 Temporale kwab (temporaal kwab)
* **Locatie:** Gelegen onder de laterale sulcus (ook wel Sylvian fissuur genoemd), aan de zijkant van de hersenen [65](#page=65) [66](#page=66) [72](#page=72) [85](#page=85).
* **Functies:**
* Verwerking en perceptie van geluid (auditoire cortex) [29](#page=29) [68](#page=68) [74](#page=74).
* Begrip van taal (Wernicke's gebied) [68](#page=68) [73](#page=73) [74](#page=74) [76](#page=76).
* Geheugen (o.a. hippocampus en amygdala liggen hier) .
* Gezichtsherkenning .
* Verwerking van smaak .
* Non-verbale functies zoals muziek en kunst [71](#page=71).
* **Letsels:** Kunnen leiden tot problemen met het interpreteren van geluiden en Wernicke's afasie (begripsafasie) [73](#page=73) [76](#page=76).
#### 2.2.4 Occipitale kwab (occipitaal kwab)
* **Locatie:** De achterste kwab van de cerebrum [65](#page=65) [66](#page=66) [72](#page=72) [85](#page=85).
* **Functies:**
* Primair verantwoordelijk voor de verwerking van visuele informatie (visuele cortex, V1). Visuele input gaat van het oog naar de LGN en dan naar de primaire visuele cortex in de occipitale kwab [33](#page=33) [71](#page=71) [74](#page=74).
* **Letsels:** Kunnen leiden tot verlies van het vermogen om objecten visueel te herkennen of problemen met zicht, zoals het zien van "sterretjes" na een klap op het hoofd [71](#page=71) [76](#page=76).
#### 2.2.5 Insula
* **Locatie:** Een kwab die diep in de laterale sulcus begraven ligt, tussen de temporale, frontale en pariëtale kwabben. De precieze functies zijn nog onderwerp van onderzoek, maar wordt geassocieerd met bewuste waarneming, emotie, homeostase en zelfbewustzijn [66](#page=66).
### 2.3 Specifieke hersengebieden en hun functies
#### 2.3.1 Broca's gebied
* **Locatie:** Gelegen in de frontale kwab, meestal in de linkerhersenhelft [68](#page=68) [73](#page=73) [74](#page=74) [76](#page=76).
* **Functie:** Het motorische spraakcentrum, cruciaal voor de productie van taal (spreken) [68](#page=68) [73](#page=73).
* **Letsels:** Veroorzaken expressieve afasie (Broca's afasie), gekenmerkt door moeite met het vormen van woorden en zinnen [73](#page=73) [76](#page=76).
#### 2.3.2 Wernicke's gebied
* **Locatie:** Gelegen in de temporale kwab, meestal in de linkerhersenhelft [68](#page=68) [73](#page=73) [74](#page=74) [76](#page=76).
* **Functie:** Het sensorische spraakcentrum, essentieel voor het begrijpen van gesproken en geschreven taal [68](#page=68) [73](#page=73) [76](#page=76).
* **Letsels:** Veroorzaken receptieve afasie (Wernicke's afasie), gekenmerkt door moeite met het begrijpen van taal, hoewel de spraak vloeiend kan zijn [73](#page=73) [76](#page=76).
#### 2.3.3 Corpus Callosum
* **Locatie:** Een brede band van witte stof die de linker- en rechterhersenhelft met elkaar verbindt [64](#page=64) [82](#page=82).
* **Functie:** Faciliteert communicatie en informatie-uitwisseling tussen de twee hemisferen [30](#page=30).
* **Aandoeningen:** Corpus callosum agenesie (afwezigheid) kan leiden tot beperkingen in mentale en fysieke ontwikkeling, hand-oogcoördinatie en auditief/visueel geheugen [84](#page=84).
#### 2.3.4 Thalamus
* **Locatie:** Een deel van het diencephalon, gelegen in het centrum van de hersenen [34](#page=34) [64](#page=64) [96](#page=96) [97](#page=97).
* **Functie:** Wordt beschouwd als de "poort naar de hersenschors". Alle sensorische informatie (behalve reuk) die de cerebrale cortex bereikt, passeert eerst via een thalamuskern. De thalamus is ook betrokken bij het verwerken en "editen" van deze informatie. Het bevat vele nuclei die gespecialiseerd zijn voor specifieke informatie (bv. visuele, auditieve) .
#### 2.3.5 Hypothalamus
* **Locatie:** Gelegen onder de thalamus in het diencephalon [34](#page=34) [64](#page=64) [99](#page=99).
* **Functie:** Het belangrijkste controlecentrum voor het autonome zenuwstelsel en vitale lichaamsfuncties .
* Reguleert hartslag, bloeddruk en gastro-intestinale functies .
* Controleert lichaamstemperatuur, honger en dorst .
* Betrokken bij emotionele reacties, zoals plezier, woede en angst .
* Reguleert slaap-waakcycli (circadiaan ritme) .
* Controleert het endocriene systeem via de hypofyse .
* Speelt een rol bij geheugenvorming .
#### 2.3.6 Cerebellum
* **Locatie:** Aan de achterkant en onderkant van de hersenen, achter de hersenstam [34](#page=34) [60](#page=60) [78](#page=78) [95](#page=95) [97](#page=97) [98](#page=98).
* **Functie:** Primair verantwoordelijk voor de coördinatie van motorische bewegingen, balans, houding en fijne motoriek. Het verfijnt motorische commando's om vloeiende en nauwkeurige bewegingen mogelijk te maken [27](#page=27).
#### 2.3.7 Hersenstam (Midbrain, Pons, Medulla Oblongata)
* **Locatie:** Verbindt de cerebrum met het ruggenmerg [34](#page=34) [64](#page=64).
* **Functies:**
* **Midbrain (middenhersenen):** Betrokken bij visuele en auditieve reflexen (corpora quadrigemina) en motorische controle. Bevat zenuwbanen [97](#page=97).
* **Pons:** Fungeert als een "brug" tussen verschillende delen van de hersenen en het cerebellum. Bevat ademhalingscentra (pneumotaxisch en apneuïstisch centrum) [64](#page=64) [97](#page=97) [98](#page=98).
* **Medulla Oblongata (verlengde merg):** Reguleert vitale autonome functies zoals ademhaling, hartslag en bloeddruk. Het is het begin van het ruggenmerg [64](#page=64) [97](#page=97) [98](#page=98).
* **Letsels:** Letsels in de hersenstam kunnen ernstige functionele beperkingen veroorzaken [34](#page=34).
### 2.4 De hersenen zijn georganiseerd op basis van functie
De hersenen tonen een hoge mate van functionele organisatie, waarbij specifieke gebieden gespecialiseerd zijn voor bepaalde taken. Neuronen die betrokken zijn bij dezelfde functie liggen vaak dicht bij elkaar. Witte stofbanen zijn essentieel voor de communicatie tussen deze gebieden, ook tussen de linker- en rechterhersenhelft [28](#page=28) [30](#page=30) [70](#page=70) [77](#page=77) [91](#page=91).
> **Tip:** Het concept van "somatotopie" is belangrijk: de rangschikking van neuronen in de hersenschors correspondeert met de ruimtelijke organisatie van het lichaam, zoals de rangschikking van tonen in de primaire auditieve cortex [29](#page=29).
### 2.5 Taalgebieden
Taalfuncties zijn overwegend gelokaliseerd in de linkerhersenhelft. De twee belangrijkste taalcentra zijn Broca's gebied (motorisch) en Wernicke's gebied (sensorisch), die verbonden zijn via de arcuate fasciculus [68](#page=68) [73](#page=73) [74](#page=74).
### 2.6 Motorische en sensorische gebieden
De motorische cortex bevindt zich in de frontale kwab (precentrale gyrus) en de somatosensibele cortex in de pariëtale kwab (postcentrale gyrus). Deze gebieden zijn georganiseerd somatotopisch, waarbij verschillende lichaamsdelen worden gerepresenteerd. Beweging van de ledematen wordt aangestuurd door motorische gebieden in de frontale kwab [65](#page=65) [71](#page=71) [96](#page=96).
### 2.7 Evolutie van de hersenen
De evolutie van de prefrontale cortex, met name bij primaten, toont een significante toename in omvang en complexiteit bij Homo sapiens. Dit weerspiegelt de toename in cognitieve functies zoals planning en probleemoplossing. De hersenen zijn als een "golfplaat" omdat hun oppervlakte aanzienlijk vergroot is door groeven en windingen, wat resulteert in een groter aantal neuronen [27](#page=27).
---
# Ruggenmerg: structuur, functies en zenuwbanen
Het ruggenmerg dient als een cruciaal geleidingspad voor informatie tussen de hersenen en de rest van het lichaam, en fungeert tevens als een centrum voor reflexen.
### 3.1 Anatomische structuur van het ruggenmerg
Het centrale zenuwstelsel (CZS) bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. Het ruggenmerg bevindt zich in het wervelkanaal van de wervelkolom en loopt van het achterhoofdsgat (foramen magnum) tot aan het niveau van de eerste of tweede lumbale wervel (L1 of L2) [58](#page=58) [59](#page=59) [9](#page=9).
#### 3.1.1 Grijze en witte stof
De dwarsdoorsnede van het ruggenmerg toont een vlinder- of H-vormige configuratie van grijze stof, omgeven door witte stof. Deze structuur is omgekeerd ten opzichte van de cortex van de hersenen [38](#page=38) [56](#page=56) [57](#page=57).
* **Grijze stof:** Bestaat voornamelijk uit cellichamen van neuronen, dendrieten en onbewapende axonen. In het ruggenmerg wordt de grijze stof onderverdeeld in [40](#page=40):
* **Dorsale hoornen (posterior):** Ontvangen sensorische informatie [38](#page=38) [56](#page=56) [57](#page=57).
* **Ventrale hoornen (anterior):** Bevatten motorneuronen die spieren innerveren [38](#page=38) [56](#page=56) [57](#page=57).
* **Laterale hoornen:** Aanwezig in de thoracale en bovenste lumbale segmenten, en bevatten preganglionaire autonome neuronen [56](#page=56).
* **Grijze commissuur:** Verbindt de linker- en rechterhelft van de grijze stof [56](#page=56).
* **Witte stof:** Bestaat voornamelijk uit gemyeliniseerde axonen, georganiseerd in zenuwbanen of tracts. De witte stof wordt onderverdeeld in [40](#page=40) [56](#page=56):
* **Funiculi (kolommen):**
* **Posterior funiculus:** Bevat de gracilis en cuneatus tracts voor proprioceptie, diepe tast en vibratie [56](#page=56) [61](#page=61).
* **Lateral funiculus:** Bevat de corticospinale tractus en spinothalamische tractus [39](#page=39) [56](#page=56).
* **Anterior funiculus:** Bevat diverse opstijgende en dalende banen [56](#page=56).
* **Nerve fibre tracts:** Bundels van axonen die signalen geleiden [41](#page=41).
#### 3.1.2 Zenuwbanen (Tracts en Commissuren)
Verbindingen tussen groepen neuronen in het CZS worden gevormd door gebundelde axonen, genaamd tracts (fasciculi). Verzamelingen van tracts in het ruggenmerg worden kolommen (funiculi) genoemd [35](#page=35).
* **Tracts:** Kunnen dalend (bv. van cerebrum naar hersenstam of ruggenmerg) of opstijgend (bv. van ruggenmerg naar cerebrum) zijn. Deze banen kunnen het CZS kruisen (decussatio) [35](#page=35).
* Voorbeelden van tracts zijn de corticospinale tractus (motorisch) en de spinothalamische tractus (sensorisch) [39](#page=39).
* **Commissuren:** Horizontale (laterale) verbindingen van axonen die de linker- en rechterkant van dezelfde hersenregio verbinden. Voorbeelden in de hersenen zijn de corpus callosum, anterior commissuur en posterior commissuur. Het ruggenmerg heeft ook een anterior witte commissuur [35](#page=35) [36](#page=36).
* **Decussatie:** Verwijst naar zenuwvezels die het sagittale vlak kruisen van de ene naar de andere kant van het CZS en verschillende hersenregio's verbinden. Een belangrijk principe is 'crossed representation': de rechterkant van de hersenen ontvangt informatie over en controleert motorische functies van de linkerkant van de wereld, en vice versa [32](#page=32) [35](#page=35) [36](#page=36).
#### 3.1.3 Meninges en Cerebrospinale Vocht (CSV)
Het ruggenmerg wordt beschermd door drie lagen bindweefsel, de meninges, die ook de hersenen bekleden [41](#page=41):
* **Dura mater:** De buitenste, taaie laag [40](#page=40).
* **Arachnoid mater:** De middelste, spinragachtige laag [40](#page=40).
* **Pia mater:** De binnenste, fijnmazige laag die nauw de structuur van het ruggenmerg volgt [40](#page=40) [41](#page=41) [57](#page=57).
Tussen de arachnoid mater en pia mater bevindt zich de subarachnoïdale ruimte, gevuld met cerebrospinaal vocht (CSV), ook wel liquor genoemd. Het CSV beschermt tegen hoofdletsel, voorziet de hersenen van voeding en transporteert hormonen. Het CSV vult tevens het centrale kanaal van het ruggenmerg en voorziet zenuwcellen van voeding. Een volwassen persoon heeft ongeveer 150 ml CSV en het bevat glucose, eiwitten, melkzuur, ureum, kationen en anionen [40](#page=40) [41](#page=41) [92](#page=92).
#### 3.1.4 Structuur van ruggenmergzenuwen
Elke spinale zenuw heeft een dorsale (sensorische) wortel met een ganglion (dorsal root ganglion), dat een cluster van zenuwcellichamen bevat. Bundels van axonen die van de voorkant van het ruggenmerg vertrekken, vormen de motorische (ventrale) wortels. De spinale zenuwen zijn gemengd, wat betekent dat ze zowel sensorische als motorische vezels bevatten. De spinale zenuwen worden geïnnerveerd door zenuwen die concentrisch gerangschikt zijn [10](#page=10) [39](#page=39) [41](#page=41) [56](#page=56) [57](#page=57).
### 3.2 Functies van het ruggenmerg
Het ruggenmerg heeft drie hoofdfuncties [58](#page=58):
1. **Sensorische en motorische innervatie:** Verzorgt de in- en uitvoer van signalen naar het gehele lichaam onder het niveau van het hoofd via de spinale zenuwen [58](#page=58).
2. **Geleidingspad:** Dient als tweeweg communicatiekanaal tussen het lichaam en de hersenen. Dit gebeurt via opstijgende (sensorische) en dalende (motorische) zenuwbanen (tracts) [35](#page=35) [39](#page=39) [58](#page=58).
3. **Reflexcentrum:** Is een belangrijk centrum voor reflexen. Primitieve gedragingen, zoals de reflexmatige samentrekking van spieren rond de knie bij percussie van de patellapees, worden gemedieerd door eenvoudige monosynaptische ketens van twee neuronen. Complexere gedragingen vereisen polysynaptische neurale circuits met meerdere neuronen [32](#page=32) [35](#page=35) [58](#page=58).
### 3.3 Informatieverwerking in het Zenuwstelsel
Neuronen communiceren met elkaar via synapsen, waarbij chemische transmitters betrokken zijn die excitatie of inhibitie veroorzaken. Een neuron kan duizenden synapsen ontvangen, waardoor het fungeert als een informatieverwerkend apparaat door de exicatoire en inhibitoire inputs te integreren [32](#page=32) [35](#page=35).
### 3.4 Bilaterale Symmetrie en Gekruiste Representatie
Een algemeen thema in de neuroanatomie is de bilaterale symmetrie van het zenuwstelsel, het meest duidelijk in de cerebrum en cerebellum, die zijn georganiseerd in linker- en rechterhemisferen. Zelfs meer caudale structuren zoals de hersenstam en het ruggenmerg vertonen bilaterale symmetrie [32](#page=32) [35](#page=35).
Gekruiste representatie (decussation) is een ander fundamenteel principe: de rechterkant van de hersenen is verantwoordelijk voor informatie van en motorische controle over de linkerkant van de wereld, en omgekeerd. Dit geldt voor visuele informatie, tastzin, temperatuurzin en proprioceptie [32](#page=32) [35](#page=35).
> **Tip:** Begrijpen hoe zenuwbanen het CZS kruisen is essentieel voor het begrijpen van neurologische functies en disfuncties.
### 3.5 Zenuwvezeltypen en hun functie
* **Myelineschede:** Zorgt voor isolatie van axonen, voorkomt signaaloverdracht naar naburige axonen en versnelt de signaaloverdracht tot wel 400 km/u [24](#page=24) [25](#page=25).
* **Axonen:** Vormen zenuwvezelbundels (tracts) die signalen door het CZS geleiden [40](#page=40).
* **Ondersteuning van reflexen:** Het ruggenmerg is een belangrijk centrum voor reflexen, waarbij snelle, onbewuste reacties op prikkels plaatsvinden. Een simpel reflexpad bestaat uit twee neuronen, terwijl complexere reflexen meer neuronen betrekken [32](#page=32) [35](#page=35) [58](#page=58).
### 3.6 Anatomische Locaties en Segmenten
* **Cervicale deel:** Cervicale segmenten C1-C8, cervicale zenuwen C1-C8, met een cervicale vergroting [59](#page=59).
* **Thoracale deel:** Thoracale segmenten T1-T12, thoracale zenuwen T1-T12 [59](#page=59).
* **Lumbale deel:** Lumbale segmenten L1-L5, lumbale zenuwen L1-L5, met een lumbosacrale vergroting [59](#page=59).
* **Sacrale deel:** Sacrale segmenten S1-S5, sacrale zenuwen S1-S5 [59](#page=59).
* **Coccygeale deel:** Coccygeale segmenten, met het filum terminale en cauda equina [59](#page=59).
> **Tip:** De zenuwwortels, die caudaler lopen, moeten steeds langere afstanden afleggen om hun uitgangsgaten te bereiken, omdat het ruggenmerg korter is dan de wervelkolom [47](#page=47).
### 3.7 Uitzonderingen en Nuances
Hoewel de gekruiste representatie een algemeen thema is, zijn er functionele uitzonderingen [35](#page=35).
### 3.8 Zenuwbanen in verschillende delen van het CZS
* **Ruggenmerg:** Bevat zowel opstijgende als dalende tracts die informatie transporteren [39](#page=39).
* **Hersenen:** Bevatten vezelbundels zoals longitudinale fasciculi, commissurale tracts en projectietracts [91](#page=91).
> **Tip:** Het is belangrijk om het onderscheid te maken tussen decussaties (kruisingen binnen het CZS die verschillende regio's verbinden) en commissuren (verbindingen tussen dezelfde regio's aan beide zijden). Een chiasma verwijst naar perifere zenuwkruisingen [36](#page=36).
---
# Bloedvoorziening van het zenuwstelsel
Het zenuwstelsel, bestaande uit het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifere zenuwstelsel (PZS), is afhankelijk van een continue en adequate bloedtoevoer voor zijn functioneren. Deze bloedtoevoer voorziet de zenuwweefsels van zuurstof en voedingsstoffen en voert afvalstoffen af [10](#page=10).
### 4.1 Arteriële toevoer naar de hersenen
De arteriële bloedtoevoer naar de hersenen wordt voornamelijk geleverd door twee paar grote slagaders: de arteriae carotides internae (interne halsslagaders) en de arteriae vertebrales (wervelslagaders) .
#### 4.1.1 De arteria carotis interna
De arteria carotis interna ontspringt uit de arteria carotis communis. Na het passeren van het rotsbeen, via het kanaal van de halsslagader, penetreert deze de schedelbasis en loopt door de sinus cavernosus. Binnen de schedel, in de buurt van de optische chiasma, splitst de arteria carotis interna zich in de arteria cerebri anterior (voorste hersenslagader) en de arteria cerebri media (middelste hersenslagader). Deze slagaders leveren bloed aan grote delen van de cerebrale hemisferen .
Belangrijke takken van de arteria carotis interna in de schedel zijn onder andere:
* **Arteria ophthalmica:** Deze voorziet de oogbol en omliggende structuren van bloed .
* **Arteria communicans posterior:** Deze verbindt de arteria carotis interna met de posterior cerebral artery (achterste hersenslagader) .
* **Arteria cerebri anterior:** Levert bloed aan de mediale zijde van de frontale en pariëtale kwabben .
* **Arteria cerebri media:** De grootste tak, die de laterale zijde van de cerebrale hemisferen van bloed voorziet, inclusief grote delen van de temporale, pariëtale en frontale kwabben .
#### 4.1.2 De arteriae vertebrales
De arteriae vertebrales zijn takken van de arteriae subclaviae (sleutelbeenslagaders). Ze lopen omhoog door de foramina transversaria van de cervicale wervels (C6 tot C1). Na het passeren van de atlas (C1) buigen de vertebrale slagaders naar mediaal en penetreren de dura mater door het foramen magnum .
Binnen de schedel convergeren de twee arteriae vertebrales om de arteria basilaris te vormen, die langs de pons loopt .
Belangrijke takken van de arteriae vertebrales en de arteria basilaris zijn:
* **Arteria spinalis anterior:** Deze ontstaat uit de vertebrale slagaders en loopt naar beneden langs de voorzijde van het ruggenmerg [42](#page=42) [44](#page=44) [45](#page=45) [46](#page=46).
* **Arteriae spinales posteriores:** Twee slagaders die ook naar beneden lopen langs de achterzijde van het ruggenmerg [42](#page=42) [45](#page=45) [46](#page=46).
* **Arteria inferior posterior cerebelli (PICA):** Een belangrijke aftakking van de arteria vertebralis die de inferieure cerebellum voorziet van bloed [42](#page=42).
* **Arteria superior anterior cerebelli (SCA):** Ontspringt uit de arteria basilaris en voorziet delen van het cerebellum .
* **Arteriae pontinae:** Kleine takken die de pons van bloed voorzien .
* **Arteria labyrinthi:** Voorziet het binnenoor van bloed .
* **Arteria cerebri posterior:** Ontspringt uit de arteria basilaris en voorziet de occipitale kwab en de inferieure temporale kwab van bloed .
#### 4.1.3 De circulus arteriosus cerebri (Cirkel van Willis)
De circulus arteriosus cerebri, ook wel de Cirkel van Willis genoemd, is een ringvormige verbinding van slagaders aan de basis van de hersenen. Deze cirkel speelt een cruciale rol in het waarborgen van een continue bloedtoevoer naar de hersenen, zelfs bij vernauwing of occlusie van een van de aanvoerende slagaders .
De Cirkel van Willis wordt gevormd door:
* De arteriae cerebrales anteriores (die verbonden zijn via de arteria communicans anterior) .
* De arteriae cerebrales posteriores (die verbonden zijn met de arteria carotis interna via de arteriae communicantes posteriores) .
* De arteriae carotides internae (voorkant van de cirkel) .
* De arteria basilaris (die uit de vertebrale slagaders voortkomt, achterkant van de cirkel) .
> **Tip:** De Cirkel van Willis is een essentieel overlevingsmechanisme voor de hersenen. De anastomosen (verbindingen) tussen de verschillende slagaders maken redistributie van bloed mogelijk.
#### 4.1.4 Bloedvoorziening van het ruggenmerg
Het ruggenmerg wordt van bloed voorzien door de arteria spinalis anterior en de arteriae spinales posteriores, die aftakkingen zijn van de vertebrale slagaders en andere regionale slagaders [42](#page=42) [44](#page=44) [45](#page=45) [46](#page=46).
* **Arteria spinalis anterior:** Deze slagader loopt langs de ventrale middenlijn van het ruggenmerg en voorziet het grootste deel van het ruggenmerg, inclusief de voorste twee derde van de grijze stof, van bloed. Een belangrijke tak die ontspringt uit de arterie van Adamkiewicz, een grote radiculaire slagader, voedt de onderste delen van het ruggenmerg [42](#page=42) [44](#page=44) [45](#page=45) [46](#page=46).
* **Arteriae spinales posteriores:** Deze twee slagaders lopen langs de dorsale zijde van het ruggenmerg en voorzien de achterste derde van de grijze stof en de witte stof van bloed [42](#page=42) [45](#page=45) [46](#page=46).
De arteriële toevoer naar het ruggenmerg is vaak segmentaal en er is een netwerk van radiculaire slagaders die de spinale slagaders aanvullen. Het verlies van bloedtoevoer naar zelfs een klein deel van het ruggenmerg kan leiden tot ernstige neurologische uitval [42](#page=42) [44](#page=44).
### 4.2 Veneuze afvoer uit het zenuwstelsel
De veneuze afvoer uit de hersenen vindt plaats via een systeem van sinussen en venen, die uiteindelijk uitmonden in de vena jugularis interna (interne halsader) .
#### 4.2.1 Cerebrale sinussen
De cerebrale sinussen zijn veneuze kanalen gelegen tussen de twee lagen van de dura mater. Ze verzamelen veneus bloed uit de hersenen en transporteren dit naar de interne halsader .
Belangrijke cerebrale sinussen zijn:
* **Sinus sagittalis superior:** Loopt langs de bovenrand van de falx cerebri en verzamelt bloed van de bovenste delen van de hemisferen. Hier vindt ook de terugkeer van hersenvocht (CSF) plaats via arachnoïdale granulaties .
* **Sinus sagittalis inferior:** Loopt langs de onderrand van de falx cerebri.
* **Sinus rectus:** Verbinding tussen de sinus sagittalis inferior en de sinus transversus.
* **Confluens sinuum:** Een ontmoetingspunt van de sinus sagittalis superior, sinus rectus en de transversale sinussen .
* **Sinus transversus:** Loopt lateraal aan weerszijden van de schedelbasis.
* **Sinus sigmoideus:** Vervolg van de sinus transversus, die naar het foramen jugulare leidt .
* **Sinus cavernosus:** Een paar sinussen aan weerszijden van het sella turcica, die belangrijke craniale zenuwen en de arteria carotis interna bevatten .
* **Sinus sphenoparietalis:** Een kleinere sinus die ook bijdraagt aan de veneuze afvoer .
* **Sinus occipitalis:** Loopt langs de occipitale bot .
#### 4.2.2 Cerebrale venen
Naast de sinussen zijn er ook oppervlakkige en diepe cerebrale venen die veneus bloed afvoeren.
* **Oppervlakkige cerebrale venen:** Zoals de venae cerebri superiores, vena cerebri media superficialis (vena sylviana) en de venae anastomoticae (van Trolard en Labbé). Deze venen draineren naar de cerebrale sinussen .
* **Diepe cerebrale venen:** Zoals de venae cerebri internae, die samenkomen om de vena magna cerebri (vena van Galen) te vormen. De vena magna cerebri drainert in de sinus rectus .
#### 4.2.3 Veneuze afvoer uit het ruggenmerg
De veneuze afvoer uit het ruggenmerg geschiedt via een complex netwerk van interne en externe vertebrale venen en spinale venen, die uiteindelijk draineren naar de intervertebrale venen en de epidurale veneuze plexus [ongeciteerd.
> **Tip:** Het netwerk van cerebrale sinussen vormt een belangrijke route voor veneuze afvoer en heeft verbindingen met de uitwendige veneuze systemen, wat in zeldzame gevallen kan leiden tot infectieverspreiding.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Neuroanatomie | De studie van de anatomie van het zenuwstelsel, inclusief de structuur van de hersenen, het ruggenmerg en de zenuwen. Het verkent de fysieke organisatie van neuronen en andere zenuwcellen. |
| Hersenen | Het centrale orgaan van het zenuwstelsel dat complexe functies zoals denken, geheugen, emotie en beweging coördineert. Het is anatomisch opgedeeld in verschillende lobben en structuren. |
| Ruggenmerg | Een lang, cilindrisch zenuwstreng die zich vanuit de hersenstam naar beneden uitstrekt, omgeven door de wervelkolom. Het fungeert als een tweerichtingsverkeersweg voor signalen tussen de hersenen en de rest van het lichaam. |
| Neuron | De fundamentele functionele eenheid van het zenuwstelsel, een gespecialiseerde cel die zenuwimpulsen doorgeeft. Neuronen bestaan uit een cellichaam, dendrieten en een axon. |
| Dendrieten | Korte, vertakte uitlopers van een neuron die signalen van andere neuronen ontvangen en deze naar het cellichaam geleiden. Ze vormen een belangrijk deel van het neuron dat instaat voor receptie. |
| Axon | Een lange, vezelachtige uitloper van een neuron die zenuwimpulsen weg van het cellichaam naar andere neuronen, spieren of klieren geleidt. Het uiteinde van het axon kan vertakken in terminale knoppen. |
| Myelineschede | Een isolerende laag die rondom veel axonen van neuronen is gewikkeld, gevormd door gliacellen. Deze schede versnelt de geleiding van zenuwimpulsen langs het axon. |
| Synaps | De gespecialiseerde spleet of contactpunt waar zenuwimpulsen worden overgedragen van het ene neuron naar het andere, of naar een doelwitcel zoals een spier- of kliercel. |
| Centrale zenuwstelsel (CZS) | Het deel van het zenuwstelsel dat bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg. Het verwerkt informatie en genereert commando's voor het lichaam. |
| Perifere zenuwstelsel (PZS) | Het deel van het zenuwstelsel buiten het CZS, bestaande uit alle zenuwen die de hersenen en het ruggenmerg met de rest van het lichaam verbinden. |
| Grijze stof | Het deel van het centrale zenuwstelsel dat voornamelijk bestaat uit neuronale cellichamen, dendrieten en ongemyleerde axonen. Het is betrokken bij informatieverwerking. |
| Witte stof | Het deel van het centrale zenuwstelsel dat voornamelijk bestaat uit gemyleerde axonen, die de hersenen en het ruggenmerg verbinden. Het is betrokken bij signaalgeleiding. |
| Hersenschors (Cortex cerebri) | De buitenste laag van de cerebrum, gekenmerkt door zijn gegroefde oppervlakte (gyri en sulci), die verantwoordelijk is voor hogere cognitieve functies zoals taal, bewustzijn en geheugen. |
| Hersenstam | Het onderste deel van de hersenen dat de middenhersenen, pons en medulla oblongata omvat. Het verbindt de cerebrum en cerebellum met het ruggenmerg en regelt vitale functies. |
| Cerebellum | Het deel van de hersenen aan de achterkant, onder de cerebrum, dat verantwoordelijk is voor coördinatie, balans en fijne motoriek. Het verwerkt sensorische informatie en verfijnt motorische commando's. |
| Diencephalon | Een deel van het voorhersenen, gelegen tussen de cerebrum en de hersenstam, dat de thalamus en hypothalamus omvat. Het speelt een rol bij sensorische verwerking en hormonale regulatie. |
| Thalamus | Een kern van grijze stof in het diencephalon, die fungeert als een doorgeefstation voor sensorische informatie naar de hersenschors. Het is betrokken bij bewustzijn, slaap en waakzaamheid. |
| Hypothalamus | Een gebied in het diencephalon, onder de thalamus, dat een sleutelrol speelt bij de regulatie van autonome functies zoals lichaamstemperatuur, honger, dorst en hormoonafgifte via de hypofyse. |
| Grijze commissuur | Een dwarsverbinding van zenuwvezels die de linker en rechter zijde van de grijze stof in het ruggenmerg met elkaar verbindt, en die het centrale kanaal omgeeft. |
| Meninges | De drie beschermende membranen (dura mater, arachnoïd mater, pia mater) die de hersenen en het ruggenmerg omhullen. Ze bieden mechanische bescherming en bevatten de cerebrospinale vloeistof. |
| Cerebrospinale vloeistof (CSV) | Een heldere vloeistof die de hersenen en het ruggenmerg omgeeft en vult in de ventrikels en subarachnoïdale ruimte. Het biedt bescherming, voeding en helpt bij het verwijderen van afvalstoffen. |
| Tractus (vezelbundel) | Een bundel van axonen in het centrale zenuwstelsel die signalen tussen verschillende hersengebieden of tussen de hersenen en het ruggenmerg geleidt. |
| Commissuur | Een verbinding van axonen die de linker en rechter zijde van een bepaald hersengebied met elkaar verbindt, zoals het corpus callosum tussen de cerebrale hemisferen. |
| Decussatie | Het kruisen van zenuwvezels van de ene lichaamshelft naar de andere binnen het centrale zenuwstelsel, wat leidt tot contralaterale controle en verwerking van informatie. |
| Motorneuron | Een neuron dat signalen vanuit het centrale zenuwstelsel naar spieren of klieren geleidt om beweging of afscheiding te veroorzaken. |
| Sensorisch neuron | Een neuron dat signalen van receptoren in het lichaam naar het centrale zenuwstelsel geleidt, zoals pijn, aanraking of temperatuur. |
| Bloedvat | Een kanaal waardoor bloed stroomt, waaronder slagaders (arteriën), aders (venen) en haarvaten (capillairen), essentieel voor de zuurstof- en nutriëntentoevoer naar zenuwweefsel. |
| Arterie | Een bloedvat dat zuurstofrijk bloed van het hart af transporteert naar de rest van het lichaam. |
| Vene | Een bloedvat dat zuurstofarm bloed terug naar het hart transporteert. |
| Cirkel van Willis | Een ring van bloedvaten aan de basis van de hersenen die de anterior en posterior circulaties met elkaar verbindt, waardoor een redundante bloedtoevoer wordt verzekerd. |
| Neuroglia (gliacellen) | Ondersteunende cellen van het zenuwstelsel die neuronen helpen, inclusief astrocytfen, oligodendrocyten, microglia en ependymcellen in het CZS, en Schwanncellen en satellietcellen in het PZS. |
| Astrocyt | Een type neurogliacel in het CZS dat steun verleent, de bloed-hersenbarrière helpt vormen en betrokken is bij de voeding en regulatie van de chemische omgeving rond neuronen. |
| Oligodendrocyt | Een type neurogliacel in het CZS dat de myelineschede rond axonen vormt, wat de signaalgeleiding versnelt. |
| Schwanncel | Een type neurogliacel in het PZS dat de myelineschede rond axonen vormt, en dat ook betrokken is bij de regeneratie van beschadigde axonen. |