Cover
Jetzt kostenlos starten Pers en Media H1 Medialandschap.pptx
Summary
# Het medialandschap in België
Dit topic biedt een overzicht van de structuur, de belangrijkste spelers en de indelingen binnen het Belgische medialandschap, met specifieke aandacht voor eigenaarschap van mediagroepen en regelgevende instanties.
### 1.1 Definitie van media en de rol van de zender
Media worden gedefinieerd als communicatiekanalen die worden gebruikt om informatie over te dragen, zoals nieuwsberichten, amusement en educatie, maar ook "wervende" uitingen zoals reclame en marketing. Het vakgebied kijkt naar media vanuit het perspectief van de zender (bedrijven, organisaties, overheden, politici, burgers) en onderzoekt hoe, wanneer en waarom deze media worden ingezet om boodschappen over te brengen. Doelstellingen van mediagebruik door zenders omvatten het trekken van aandacht, het vergaren van naambekendheid, het aankaarten van problemen, het ondersteunen van imago en reputatie, het creëren van geloofwaardigheid, het verwerven van erkenning, positionering ten opzichte van concurrentie, goodwill creëren en 'damage control'. Media zijn hierbij niet louter een doorgeefluik, maar creëren ook eigen (soms gekleurde of subjectieve) content.
### 1.2 Indeling van mediakanalen
Mediakanalen kunnen worden onderverdeeld in:
* **Print:** Drukwerk, alle informatie die op papier wordt verspreid.
* **Broadcast:** Radio en televisie, verspreid via kabels of ether.
* **Online:** Websites, e-mail en andere digitale communicatievormen.
* **Socials:** Platformen en kanalen zoals Facebook, LinkedIn, X (voorheen Twitter), TikTok en Instagram.
### 1.3 Het PESO-model in mediagebruik
Het PESO-model (Paid, Earned, Social, Owned) biedt een kader voor het analyseren van mediagebruik:
* **Earned Media (vooral dit!):** Het gebruik van de media (pers) als gratis kanaal voor informatieverstrekking. Dit omvat artikelen in media, interviews, ingezonden opiniestukken, onbetaalde vermeldingen op podcasts en mond-tot-mondreclame (inclusief social media sharing). Earned media wordt niet betaald, maar wordt vrijwillig door derden gepubliceerd. Het contrasteert met "paid media" of reclame.
* **Paid Media:** Het gebruik van media als betalend kanaal voor informatieverstrekking, zoals in mediaplanning en traditionele reclame.
* **Social Media:** Het gebruik van sociale mediaplatformen om zowel paid als earned boodschappen over te brengen.
* **Owned Media:** Het gebruik van eigen mediakanalen (zoals bedrijfswebsites of nieuwsbrieven) voor informatieverstrekking.
### 1.4 Earned media en de definitie van "de pers"
Earned media wordt in de context van "de pers" breed geïnterpreteerd en omvat:
* **Geschreven pers:** Kranten, tijdschriften, vakbladen.
* **Audio:** Radio, podcasts.
* **Internet:** Sociale media, blogs.
* **Visueel:** Televisie, streams.
Bereik en populariteit van media worden in België gemeten via de CIM-cijfers (Centrum voor Informatie over de Media).
### 1.5 Medialandschap in België: indeling op basis van eigenaarschap
Het Belgische medialandschap wordt gedomineerd door een beperkt aantal grote mediagroepen, wat leidt tot mediaconcentratie. De belangrijkste groepen zijn:
* **DPG Media:**
* Kranten en magazines: De Morgen, HLN, Humo, Dag Allemaal, Story.
* Televisie: VTM (en bijhorende zenders).
* Radio: Qmusic, Joe.
* Online: Nieuwssites, apps en sociale media gelinkt aan bovenstaande merken.
* **Mediahuis:**
* Kranten: De Standaard, Het Nieuwsblad, Gazet Van Antwerpen, Het Belang van Limburg.
* Televisie: Regionale zenders zoals ATV, TVL, TV OOST, ROB-tv.
* Radio: Nostalgie, NRJ.
* Podcasts: Sjotcast, DS Audio.
* Online: Nieuwssites, apps en sociale media gelinkt aan bovenstaande merken.
* **Roularta:**
* Kranten en magazines: De Tijd (via Mediafin), KW De Krant van West-Vlaanderen, De Zondag, De Streekkrant, Steps, Knack, Trends, Sport/Voetbalmagazine, Feeling, Flair, Libelle, Plus magazine.
* Televisie: KanaalZ, RingTV.
* Online: Nieuwssites, apps en sociale media gelinkt aan bovenstaande merken.
* **De Vijver Media (onderdeel van Telenet):**
* Televisie: Play4, Play5, Play6, Play7 (geen eigen nieuwszenders).
* **VRT (Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie):**
* Televisie: Eén, Canvas, Ketnet.
* Radio: Radio 1, Radio 2, StuBru, MNM, Klara.
* Online: VRT NWS, Sporza en bijbehorende sociale mediakanalen.
Naast deze grote groepen zijn er veel kleinere nieuwsmedia die voornamelijk online actief zijn en zich verenigen in **Media.21**, een overkoepelende organisatie. Voorbeelden hiervan zijn Apache, DeWereldMorgen, Doorbraak, Newsmonkey, Rekto:Verso, StampMedia en Mo\*/Mo.be. Andere onafhankelijke nieuwsmedia zijn TAGMAG en PAL NWS.
### 1.6 Het Centrum voor Informatie over de Media (CIM)
Het CIM is een Belgische instelling die gegevens verzamelt en levert voor de reclamemarkt. Het telt het aantal lezers, kijkers, internetgebruikers, enzovoort per programma, artikel, uitzending of post, en per medium en sector. Dit helpt bij het in kaart brengen van het medialandschap. Het CIM werd opgericht in 1971 als onafhankelijke vzw en de leden zijn adverteerders, reclame-agentschappen & mediacentrales, en reclameregieën & media.
### 1.7 Mediaconcentratie
Mediaconcentratie verwijst naar de samensmelting van media in een beperkt aantal groepen of bedrijven. Dit betekent dat de doorstroming van informatie wordt beheerd door een beperkt aantal machtige media-eigenaren. Kritiek hierop is dat dit negatief kan zijn voor de democratie, omdat burgers beslissingen kunnen baseren op eenduidige informatie of een eenzijdige mening kunnen vormen over onderwerpen die belangrijk zijn voor bijvoorbeeld het stemgedrag. Mediaconcentratie kan leiden tot het verschralen van de journalistiek door het samenvoegen van redacties, het verdwijnen van journalisten en het delen van inhoud over verschillende media van dezelfde groep (synergie).
### 1.8 Regelgeving en controle: De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM)
De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) is de onafhankelijke toezichthouder voor de Vlaamse audiovisuele media. De VRM controleert de mediaregelgeving, behandelt klachten en inbreuken, beschermt minderjarigen en controleert de onpartijdigheid van de media. Ook is de VRM verantwoordelijk voor de toekenning van mediavergunningen, wat belangrijk is in de context van mediaconcentratie.
### 1.9 Andere indelingen van het medialandschap
Naast de indeling op basis van eigenaarschap, kan het medialandschap ook worden ingedeeld op basis van:
* **Publiek vs. Commercieel:** Of de media gefinancierd worden door de overheid of door commerciële inkomsten.
* **Lokaal – Regionaal – Nationaal – Internationaal:** Het geografische bereik van de media.
* **Talen:** De media-aanbod in het Nederlands, Frans en Duits (bv. VRT, RTBF, RTL, Le Soir, La Dernière Heure).
* **Ideologie:** Verschillen tussen bijvoorbeeld de "linkse" en "rechtse" pers, wat deels voortkomt uit de historische verzuiling.
* **Periodiciteit (voor geschreven pers):** Dagbladen, weekbladen, maandbladen, enz.
* **Mediadrager:**
* **Geschreven pers:** Kranten, magazines, tijdschriften.
* **Audio:** Radio (publiek, commercieel, regionaal).
* **Video:** Televisie (publiek, commercieel, regionaal).
* **Beeldpers:** Fotografie, grafiek, video.
* **Internet (‘nieuwe media’):** Nieuwssites, blogs, nieuwsbrieven, websites, sociale mediaplatformen, online video (YouTube), etc. Vaak is er een combinatie van deze kanalen.
### 1.10 Historische context van Belgische media
* **Eerste kranten:** De Gentenaar en Het Belang van Limburg verschenen in 1879. Het Laatste Nieuws volgde in 1888 en De Standaard in 1918.
* **Radio:** De eerste nationale radio-uitzending vond plaats in 1930. Humo (radio) startte in 1936.
* **Televisie:** De eerste televisie-uitzending was in 1953 door het NIR. Regionale tv-zenders verschenen in oktober 1988, gevolgd door VTM op 1 februari 1989 en VT4 op 1 februari 1995.
### 1.11 Medialandschap: specifieke mediadragers
#### 1.11.1 Kranten
* **DPG Media:** Is uitgever van onder andere De Morgen (ontstaan in 1978 uit fusie, in 1989 overgenomen door Persgroep) en Het Laatste Nieuws (grootste krant, sinds 1888). De Tijd is een gespecialiseerde financieel-economische krant, uitgegeven door Mediafin (joint venture Roularta met Rossel).
* **Mediahuis:** Ontstond in 2013 uit een joint venture van Corelio en Concentra. Corelio gaf o.a. Het Nieuwsblad (sinds 1929, fusie met Het Volk in 2008) en De Standaard (sinds 1918, kwaliteitskrant) uit. Concentra gaf o.a. Gazet van Antwerpen (sinds 1891) en Het Belang van Limburg (sinds 1879) uit.
#### 1.11.2 Televisie
* **Publieke zenders:** De VRT (voormalig NIR, BRT, BRTN) zendt uit op Eén (algemeen publiek), Canvas (cultuur, kwaliteitsseries), Ketnet (kinderen 6-12 jaar) en via Sporza (sport). Sinds 1998 participeert de VRT in BVN (voor Vlamingen en Nederlanders in het buitenland).
* **Commerciële zenders:**
* **DPG:** Omvat VTM en bijhorende zenders (VTM 2, VTM 3, VTM 4, VTM Gold, VTM Life). Oorspronkelijk had VTM een monopolie op televisiereclame.
* **Play (De Vijver Media/Telenet):** Play4, Play5, Play6, Play7.
* **SBS Belgium (nu onderdeel van Telenet/Play):** VT4 (nu Play4) en VIJFtv (nu VIJF) werden gelanceerd en later vernieuwd tot VIER en VIJF. SBS lanceerde ook ZES (nu Play 7).
* **Viacom:** Was actief met MTV, TMF, Nickelodeon, Comedy Central.
* **Andere:** Discovery Channel, National Geographic.
* **Regionale zenders:** TVL, TV Oost, ROB-tv, ATV, WTV, Bruzz.
#### 1.11.3 Radio
* **Publieke zenders (VRT):** Radio 1 (meerwaardezoeker), Radio 2 (populair, gezinsradio), Klara (cultuur), Studio Brussel (jongeren, alternatieve muziek), MNM (jongeren, hedendaagse pop/dance, opvolger Radio Donna) en RVi (voor Vlamingen in het buitenland).
* **Commerciële zenders:**
* **Landelijke zenders:** JOE fm en Q-music (beide van DPG), en Nostalgie (ontstaan uit provinciale zenders, overgenomen door NRJ van Mediahuis).
* **Regionale/Lokale zenders:** Radio Contact, TOPradio, en ketenradio's zoals ClubFM, Topradio, Stadsradio Vlaanderen, FamilyRadio. Ook Radio Maria heeft een licentie. Daarnaast zijn er tal van lokale, digitale en webradiozenders.
#### 1.11.4 Tijdschriften
* **Grote week- en maandbladen:** Sanoma Media (onderdeel van Finse Sanoma) geeft/gaf o.a. Humo (nu DPG), Libelle, Story, en Flair uit.
* **Andere:** Dag Allemaal (televisie- en showbizznieuws), Expres, TV Familie.
* **Roularta Media Group:** Is de groep achter Knack (met Weekendknack en Focus Knack), Trends (financieel-economisch weekblad).
* **Andere publicaties:** P-Magazine (Vrije Pers), thematische en vakbladen, hobbybladen, en magazines van belangenverenigingen en overheidsdiensten (bv. Grande, Klasse, 't Pallieterke). Kerk en Leven was lange tijd het grootste weekblad.
#### 1.11.5 Internetmedia
Bijna alle mediactoren hebben één of meerdere websites en aanwezigheid op sociale media (VRT NWS, Facebook, X). Daarnaast zijn er onafhankelijke nieuws- en opiniewebsites zoals PAL NWS, 't Scheldt, Politics.be, Doorbraak.be, DeWereldMorgen.be, Newsmonkey.be en Apache.be. Internetmedia worden gebruikt voor naam- en merkbekendheid, imago, employer branding, crisiscommunicatie, lead generation, sales en loyaliteit.
### 1.12 Trends in het medialandschap
Het medialandschap is continu in beweging, met belangrijke trends zoals de digitalisering, de opkomst van online video, de veranderende rol van sociale media en de evolutie van de nieuwsconsumptie. De nadruk op online platforms en de integratie van verschillende mediakanalen kenmerken de hedendaagse mediastrategieën.
* * *
# Communicatie, media en de zender-ontvanger relatie
Dit topic behandelt de fundamentele concepten van communicatie binnen de mediacontxt, met speciale aandacht voor de rol van de zender, de doelen van mediagebruik en de diverse media als communicatiekanalen.
## 2\. Communicatie, media en de zender-ontvanger relatie
### 2.1 De kern van communicatie en media
Media worden primair gezien als communicatiekanalen die gebruikt worden om informatie over te dragen, variërend van nieuws en amusement tot educatie en wervende boodschappen zoals reclame. De relatie tussen zender en ontvanger is hierbij centraal.
#### 2.1.1 Zenders in het medialandschap
Verschillende entiteiten kunnen optreden als zender in het medialandschap:
* **Bedrijven en organisaties**: Gebruiken media voor marketing, branding en imago-opbouw.
* **Overheden en politici**: Communiceren beleid, informatie en proberen publieke opinie te beïnvloeden.
* **Burgers**: Individueel of in groepsverband kunnen zij media inzetten om aandacht te vragen voor problemen of standpunten.
#### 2.1.2 Doelstellingen van mediagebruik door zenders
Zenders zetten media in met diverse doelstellingen:
* **Aandacht trekken en naambekendheid vergroten**: Zichtbaarheid genereren bij een breed publiek.
* **Problemen aankaarten**: Sociale of politieke kwesties onder de publieke aandacht brengen.
* **Imago en reputatie opbouwen of versterken**: Positieve associaties creëren en geloofwaardigheid verhogen.
* **Positionering ten opzichte van concurrentie**: Zich onderscheiden van andere spelers in de markt of het publieke debat.
* **Goodwill creëren**: Positieve relaties met het publiek onderhouden.
* **Damage control**: Negatieve publiciteit beperken of beheersen.
* **Breed publiek bereiken**: Zogenaamde 'above the line' communicatie, gericht op een groot en divers publiek.
* **Sales ondersteunen**: Directe of indirecte bijdrage leveren aan verkoopresultaten.
> **Tip:** Het geloofwaardigheidsaspect van media ("Als het in de krant heeft gestaan, zal het wel waar zijn") is een krachtige drijfveer voor zenders om via deze kanalen te communiceren.
#### 2.1.3 De rol van media als communicatiekanalen
Media fungeren als de middelen waarmee de boodschap van de zender de ontvanger bereikt. Deze kanalen kunnen worden onderverdeeld in:
* **Print**: Drukwerk zoals kranten, tijdschriften en brochures.
* **Broadcast**: Radio en televisie, via ether, kabel of satelliet.
* **Online**: Websites, e-mail, blogs en andere digitale platformen.
* **Sociale media**: Specifieke platforms en kanalen ontworpen voor interactieve communicatie.
> **Belangrijk:** Media zijn niet louter passieve doorgeefluiken. Ze creëren ook eigen content, wat betekent dat zij zelf ook als zender kunnen optreden met potentieel gekleurde of subjectieve boodschappen.
#### 2.1.4 De ontvanger (mediaconsument)
De ontvanger is de mediaconsument: de kijker, luisteraar, lezer of surfer. Kenmerken van de ontvanger zoals leeftijd, opleidingsniveau, ideologie, geslacht en beroep beïnvloeden het mediagebruik en de interpretatie van de boodschap.
### 2.2 Het medialandschap en media-output
Het medialandschap is complex en kan op diverse manieren worden ingedeeld. Een nuttig model om de mediagebruik te analyseren is het PESO-model:
#### 2.2.1 Het PESO-model
Dit model onderscheidt vier soorten media-output, gebaseerd op de relatie tussen de zender en het mediakanaal:
* **Earned Media (vooral dit!):**
* Inhoud over een organisatie of product die door een derde partij wordt gepubliceerd zonder enige vorm van betaling aan de uitgever.
* Voorbeelden zijn nieuwsartikelen, interviews, opiniebijdragen in vakbladen, persberichten die tot publicatie leiden, mond-tot-mondreclame, en deelacties op sociale media.
* Dit type media wordt "verdiend" door de inspanningen van de zender (bv. persrelaties) en is gebaseerd op de redactionele onafhankelijkheid van het medium. Het wordt gezien als gratis reclame.
* "De Pers" omvat hierbij geschreven media, audio (radio, podcasts), online kanalen (sociale media, blogs) en visuele media (tv, streams).
* **Paid Media:**
* Het gebruik van media als een betaald kanaal voor informatieverspreiding.
* Dit omvat traditionele reclame, gesponsorde content, en mediaplanning waarbij budget wordt uitgegeven om bereik te kopen.
* **Social Media:**
* Het gebruik van sociale mediaplatformen om zowel paid als earned media boodschappen over te brengen.
* Deze kanalen faciliteren interactie en kunnen worden ingezet voor verschillende communicatiedoelstellingen.
* **Owned Media:**
* Het gebruik van eigen mediakanalen die de organisatie controleert, zoals de eigen website, bedrijfsblog, nieuwsbrieven en eigen sociale media-accounts.
#### 2.2.2 Mediaconcentratie in België
In België is sprake van significante mediaconcentratie, waarbij het medialandschap wordt gedomineerd door een beperkt aantal grote mediagroepen (vijf hoofdgroepen):
* **DPG Media**: Uitgever van kranten (De Morgen, HLN), tijdschriften (Humo, Dag Allemaal, Story), radio (Qmusic, Joe) en diverse online platformen.
* **Mediahuis**: Bekend van kranten (De Standaard, Het Nieuwsblad, Gazet Van Antwerpen, Het Belang van Limburg), radio (Nostalgie, NRJ) en podcasts.
* **Roularta Media Group**: Brengt financiële kranten (De Tijd), tijdschriften (Knack, Trends) en regionale tv-zenders.
* **De Vijver Media (Telenet)**: Beheert televisiezenders zoals Play4, Play5, Play6, Play7.
* **VRT**: De publieke omroep met televisiezenders (Eén, Canvas, Ketnet), radiozenders (Radio 1, Radio 2, StuBru, MNM, Klara) en uitgebreide online nieuwsplatforms (VRT NWS, Sporza).
Naast deze grote groepen zijn er ook kleinere, vaak online opererende nieuwsmedia die zich verenigen in organisaties zoals Media.21.
> **Gevolgen van mediaconcentratie:**
>
> * Informatiedoorstroming wordt beheerd door een beperkt aantal machtige media-eigenaars.
>
> * Dit kan nadelig zijn voor de democratie doordat burgers mogelijk een eenduidige of eenzijdige informatie krijgen.
>
> * Journalistiek kan verschralen door het samenvoegen van redacties en het delen van content tussen media van dezelfde groep (synergie).
>
#### 2.2.3 Het Centrum voor Informatie over de Media (CIM)
Het CIM is een Belgische instelling die gegevens verzamelt en levert voor de reclamemarkt. Zij meten en rapporteren het bereik (aantal lezers/kijkers/gebruikers) van media en hun content, waardoor het medialandschap in kaart wordt gebracht. De leden van het CIM zijn adverteerders, reclamebureaus en mediacentrales, en reclameregieën en media.
#### 2.2.4 Controle en regelgeving
De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) is de onafhankelijke toezichthouder voor de Vlaamse audiovisuele media. De VRM controleert de naleving van de mediaregelgeving, behandelt klachten, beschermt minderjarigen, en ziet toe op de onpartijdigheid van de media, wat cruciaal is bij mediaconcentratie.
#### 2.2.5 Indelingen van het medialandschap
Het medialandschap kan op verschillende manieren worden ingedeeld:
* **Inhoudelijk**: Populisme versus kwaliteit, publiek versus commercieel.
* **Geografisch**: Lokaal, regionaal, nationaal, internationaal.
* **Taalkundig**: Nederlandstalige en Franstalige media.
* **Ideologisch**: Verzuiling en politieke/ideologische stromingen (bv. linkse en rechtse pers).
* **Vorm**:
* **Geschreven pers**: Dagbladen, weekbladen, maandbladen.
* **Audio**: Radio (publiek, commercieel, regionaal).
* **Video**: Televisie (publiek, commercieel, regionaal).
* **Beeldpers**: Fotografie, grafiek, video.
* **Internet ('nieuwe media')**: Online kranten, blogs, nieuwsbrieven, websites, sociale media-platformen, online video (YouTube, etc.). Vaak is er sprake van een combinatie van deze kanalen.
#### 2.2.6 Historische evolutie van media in België
* **Kranten**: De eerste kranten verschenen in de late 19e eeuw (De Gentenaar, Het Laatste Nieuws, De Standaard). De sector kent vandaag grote uitgeverijen zoals DPG Media en Mediahuis.
* **Radio**: De eerste nationale radio-uitzending vond plaats in 1930. De VRT is de publieke radio-omroep met diverse zenders, naast commerciële zenders zoals Qmusic en Nostalgie.
* **Televisie**: De eerste televisie-uitzending was in 1953 (NIR). Sindsdien zijn er zowel publieke (VRT) als commerciële zenders (VTM, Play-zenders) ontstaan. Regionale zenders spelen ook een belangrijke rol.
#### 2.2.7 Nieuwsmedia en online platformen
Vrijwel alle media-actoren beschikken over websites en sociale mediaprofielen. Naast de traditionele media zijn er ook veel online nieuwsplatforms en opiniewebsites die bijdragen aan het medialandschap. Deze online media worden gebruikt voor naamsbekendheid, imago-opbouw, crisiscommunicatie, leadgeneratie en loyaliteitsopbouw.
#### 2.2.8 Trends in het medialandschap
Huidige trends tonen een toenemende digitalisering, de integratie van verschillende mediakanalen (bv. online video, sociale media) en een voortdurende evolutie in de manier waarop zenders en ontvangers met elkaar interageren.
* * *
# Het PESO-model en earned media
Dit topic introduceert het PESO-model voor media-output en zoomt specifiek in op earned media, de definitie, kenmerken en het belang ervan als gratis kanaal voor informatieverspreiding.
### 3.1 Het PESO-model voor media-output
Het PESO-model categoriseert de verschillende manieren waarop organisaties media kunnen inzetten voor communicatie. Het model bestaat uit vier onderdelen: Paid Media, Earned Media, Social Media en Owned Media.
* **Paid Media:** Dit betreft het gebruik van media als een betalend kanaal voor informatieverstrekking, zoals traditionele reclame en mediaplanning.
* **Earned Media:** Dit richt zich op het gebruik van de pers als een gratis kanaal voor informatieverspreiding, zoals nieuwsartikelen, interviews en persberichten die door derden worden gepubliceerd.
* **Social Media:** Dit omvat het gebruik van sociale mediaplatforms om zowel paid als earned boodschappen over te brengen.
* **Owned Media:** Dit verwijst naar het gebruik van eigen mediakanalen voor informatieverstrekking, zoals bedrijfswebsites, nieuwsbrieven en eigen socialemediakanalen.
Dit vak richt zich met name op Earned Media en de rol van de pers hierin, maar bekijkt het medialandschap ook vanuit de zender: hoe, wanneer en waarom worden de media gebruikt om een boodschap over te brengen (nieuws, advertising, PR, imago, crisiscommunicatie, etc.).
### 3.2 Earned media: de essentie
Earned media (ook wel 'free media' genoemd) is content met betrekking tot een persoon of organisatie die door een derde partij wordt gepubliceerd zonder enige vorm van betaling aan de publicerende partij. Het omvat artikelen in media, interviews met personen of vertegenwoordigers van organisaties, of redactionele bijdragen in vakbladen en andere publicaties. De term 'earned media' staat in contrast met 'paid media' (reclame). Het kan ook socialemediadeling, onbetaalde vermeldingen door podcast-hosts en -gasten, of mond-tot-mondreclame omvatten.
#### 3.2.1 Kenmerken van earned media
Earned media wordt gekenmerkt door de volgende eigenschappen:
* **Content over de organisatie of product:** De focus ligt op informatie die betrekking heeft op een organisatie, persoon of product.
* **Publicatie door derde partij:** De content wordt verspreid via een medium dat niet direct eigendom is van de organisatie. Het medium fungeert als kanaal.
* **Geen betaling:** Earned media is gratis in tegenstelling tot paid media. Het is effectief 'gratis reclame' of publiciteit.
* **Vrijwillige publicatie:** Derde partijen publiceren de content vrijwillig. Dit omvat traditionele publiciteitsactiviteiten zoals mediarelaties of het versturen van persberichten in de hoop op vrijwillige publicatie van een onafhankelijk artikel.
#### 3.2.2 Het belang van earned media
Earned media is van cruciaal belang voor organisaties om verschillende redenen:
* **Aandacht trekken:** Het helpt om de aandacht van het publiek te trekken voor een organisatie, product of dienst.
* **Naamsbekendheid vergroten:** Het draagt bij aan een grotere bekendheid van een merk of organisatie.
* **Problemen aankaarten:** Het kan gebruikt worden om specifieke problemen of kwesties onder de aandacht te brengen.
* **Imago en reputatie opbouwen/versterken:** Positieve berichtgeving in de media kan het imago en de reputatie van een organisatie aanzienlijk verbeteren.
* **Geloofwaardigheid verhogen:** Informatie die via earned media wordt verspreid, wordt vaak als geloofwaardiger beschouwd door het publiek ("Als het in de krant heeft gestaan, zal het wel waar zijn").
* **Erkenning verkrijgen:** Het kan leiden tot erkenning van de organisatie of haar prestaties.
* **Positionering ten opzichte van concurrentie:** Effectieve earned media-strategieën kunnen helpen bij het positioneren van een organisatie ten opzichte van concurrenten.
* **Goodwill creëren:** Positieve media-aandacht kan leiden tot goodwill bij het publiek en belanghebbenden.
* **Damage control:** In tijden van crisis kan earned media ingezet worden om schade te beperken en de communicatie te sturen.
* **Breed publiek bereiken:** Het kan helpen om een breed publiek te bereiken, zowel online als offline.
#### 3.2.3 De rol van "de pers"
Binnen earned media is "de pers" een centrale speler. Dit omvat een breed scala aan media:
* **Geschreven pers:** Kranten, tijdschriften, vakbladen, etc.
* **Audio:** Radio, podcasts, etc.
* **Internet:** Sociale media, blogs, websites, etc.
* **Visueel:** Televisie, streamingdiensten, etc.
Het medialandschap in België wordt gekenmerkt door mediaconcentratie, waarbij een beperkt aantal grote mediagroepen (zoals DPG Media, Mediahuis, Roularta, VRT en De Vijver Media) een aanzienlijk deel van de markt beheersen. Deze concentratie kan leiden tot een verschraling van de journalistiek, doordat redacties worden samengevoegd en content gedeeld wordt over verschillende publicaties binnen dezelfde groep (synergie).
Het Centrum voor Informatie over de Media (CIM) speelt een rol bij het in kaart brengen van het medialandschap door gegevens te verzamelen over het bereik van verschillende media. De Vlaamse Regulator voor de Media (VRM) controleert de naleving van de mediaregelgeving en behandelt klachten.
> **Tip:** Begrijp de verschillende segmenten van de pers (dagbladen, weekbladen, radio, tv, online) en hun specifieke rol in het verspreiden van earned media. Dit helpt bij het strategisch benaderen van journalisten en media.
### 3.3 Het medialandschap en de media-output
Het medialandschap is divers en kan ingedeeld worden op basis van eigenaarschap, type medium, bereik, en doelgroep. De hieronder genoemde indelingen bieden een context voor hoe earned media tot stand komt.
#### 3.3.1 Indeling van het medialandschap
Het medialandschap kan op verschillende manieren geanalyseerd worden:
* **Op basis van eigenaarschap:** Dit onderscheidt grote mediagroepen, kleinere onafhankelijke media, en publieke omroepen. De concentratie in België is significant, met vijf grote mediagroepen die een groot deel van de markt controleren.
* **Op basis van type medium:** Dit omvat geschreven pers (kranten, tijdschriften), audio (radio), video (televisie), beeld (fotografie, grafiek), internet (nieuwswebsites, blogs, opiniewebsites) en sociale media-platformen.
* **Op basis van bereik:** Dit onderscheidt lokaal, regionaal, nationaal en internationaal opererende media.
* **Op basis van doelgroep en invalshoek:** Denk aan publieke versus commerciële zenders, politieke kleur (linkse/rechtse pers), talen (Nederlands, Frans), en specifieke interesses (bv. financiële pers).
* **Op basis van periodiciteit (geschreven pers):** Dagbladen, weekbladen, maandbladen, etc.
#### 3.3.2 De rol van online en sociale media
De opkomst van internet en sociale media heeft het medialandschap ingrijpend veranderd. Online platforms zijn cruciaal geworden voor het verspreiden van informatie, zowel voor traditionele media die hun content online aanbieden, als voor nieuwe digitale nieuwsbronnen en opiniewebsites. Sociale media fungeren vaak als distributiekanalen en kunnen bijdragen aan het virale karakter van earned media.
> **Voorbeeld:** Een persbericht over een nieuw product kan, indien het interessant genoeg is, leiden tot een nieuwsartikel op een nationale krantenwebsite, een vermelding op een populaire tech-blog, en vervolgens gedeeld worden op LinkedIn en Twitter, wat resulteert in brede earned media-aandacht.
Door de opkomst van digitale kanalen kunnen organisaties hun boodschap sneller en breder verspreiden, maar ook de snelheid van crisiscommunicatie en reputatieschade is toegenomen. De interactie via online en sociale media maakt het voor het publiek ook makkelijker om op content te reageren en deze te delen, wat de impact van earned media kan vergroten.
* * *
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
* Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
* Let op formules en belangrijke definities
* Oefen met de voorbeelden in elke sectie
* Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Medium | Een middel of kanaal dat gebruikt wordt om informatie over te dragen van een zender naar een ontvanger, zoals nieuwsberichten, amusement, educatie of reclame-uitingen. |
| Media | Meervoud van medium; omvat alle communicatiekanalen die gebruikt worden om informatie over te dragen. |
| Zender | De partij die een boodschap creëert en uitzendt via een medium om een specifieke doelstelling te bereiken, zoals aandacht trekken of imago opbouwen. |
| Ontvanger | De persoon of groep die de informatie of boodschap via een medium ontvangt en interpreteert, vaak aangeduid als mediaconsument of -gebruiker. |
| Earned Media | Content die door derden wordt gepubliceerd over een persoon of organisatie zonder directe betaling aan de uitgever, zoals artikelen in nieuwsmedia, interviews of mond-tot-mondreclame. |
| Paid Media | Media die ingezet worden door een organisatie in ruil voor betaling, zoals advertenties in kranten, tijdschriften, op radio of televisie, of online banners. |
| Social Media | Digitale platforms en kanalen die gebruikers in staat stellen om content te creëren, te delen en deel te nemen aan sociale interacties, zoals Facebook, X (voorheen Twitter) en Instagram. |
| Owned Media | Mediakanalen die eigendom zijn van en gecontroleerd worden door een organisatie, zoals de eigen website, bedrijfsblog, nieuwsbrief of bedrijfsprofielen op sociale media. |
| Medialandschap | De totale verzameling van beschikbare media en hun onderlinge relaties, inclusief de eigenaarsstructuren, de verscheidenheid aan kanalen en de invloed op informatieverspreiding. |
| Mediaconcentratie | Het proces waarbij media-eigendom en -controle zich concentreren bij een beperkt aantal groepen of bedrijven, wat kan leiden tot een verminderde diversiteit aan informatie en meningen. |
| CIM (Centrum voor Informatie over de Media) | Een Belgische instelling die gegevens verzamelt over mediagebruik en bereik ten behoeve van de reclamemarkt, en zo het medialandschap in kaart brengt. |
| VRM (Vlaamse Regulator voor de Media) | De onafhankelijke toezichthouder voor de Vlaamse audiovisuele media, belast met de controle op medi regelgeving, de behandeling van klachten en de toekenning van mediavergunningen. |
| PESO-model | Een model dat de vier soorten mediacontent categoriseert: Paid (betaald), Earned (verdiend), Social (sociaal) en Owned (eigen). |
| Deontologie | Een set van ethische principes en gedragsregels die van toepassing zijn op de uitoefening van een beroep, in deze context specifiek gericht op de journalistiek en media. |