Cover
Jetzt kostenlos starten 25-26 Verkenning kleuteronderwijs - les 3.pdf
Summary
# Ouderbetrokkenheid en partnerschap in het kleuteronderwijs
Dit onderwerp verkent de essentie van ouderbetrokkenheid, definieert ouderparticipatie en schetst de contouren van een warm partnerschap tussen school en ouders in het kleuteronderwijs.
### 1.1 De definitie en het belang van ouderbetrokkenheid
Ouderbetrokkenheid verwijst naar de positieve invloed die betrokkenheid van ouders heeft op het welbevinden van een kind en diens leer- en ontwikkelingsproces op school. Het concept stelt dat er geen sprake kan zijn van *geen* ouderbetrokkenheid; ouders zijn per definitie altijd op enige manier betrokken [8](#page=8).
Het stimuleren van ouderbetrokkenheid bij kleuters levert gemiddeld zo'n vijf maanden extra vooruitgang op. Om onderwijsachterstanden te voorkomen, is het cruciaal om na te denken over hoe *alle* ouders betrokken kunnen worden. Gerichte stimulering, bijvoorbeeld door te focussen op specifieke gezinnen of resultaten zoals taalvaardigheid, zorgt voor een grotere leerwinst. Er is een positief effect vastgesteld op zowel taal- als rekenvaardigheid bij kleuters, hoewel de effectiviteit van verschillende aanpakken varieert [10](#page=10).
> **Tip:** Het is belangrijk om ouderbetrokkenheid niet te zien als eenrichtingsverkeer waarbij ouders enkel taken moeten uitvoeren, of als beperkt tot oudercontacten, feesten of hulp bij huiswerk [11](#page=11).
Een definitie van ouderbetrokkenheid is dat school en ouders effectief en efficiënt samenwerken om de leerling meer verantwoordelijkheid over zijn eigen ontwikkeling te geven, gericht op het vergroten van kennis en sociale vaardigheden om hem tot een zelfverantwoordelijke burger te vormen [12](#page=12).
### 1.2 Van ouderbetrokkenheid naar ouder-schoolpartnerschap
Ouderbetrokkenheid stoelt op een warm partnerschap, wat steeds vaker wordt aangeduid als ouder-schoolpartnerschap. Dit warme partnerschap kenmerkt zich door wederkerigheid. Leraren worden gezien als onderwijsprofessionals en iedereen wordt beschouwd als expert met een gemeenschappelijk doel: de maximale ontplooiing van het kind. Ouders zijn hierbij ervaringsdeskundigen die hun kind het beste kennen [13](#page=13) [14](#page=14).
De hoofdvraag hierbij is hoe de school ouders kan herkennen, erkennen en valideren in hun ouderrol, en van daaruit een partnerschap kan uitbouwen. Vertrouwen vormt de basis van dit partnerschap [15](#page=15) [16](#page=16).
#### 1.2.1 Wat vergt dit van een leerkracht?
Van een leerkracht wordt een warme, open en empathische houding verwacht, met de bereidheid om veel met elkaar te praten en vooral ook naar elkaar te luisteren. Het vereist ook het werken aan de eigen beroepshouding naar ouders toe, door middel van zelfreflectie om te erkennen dat veel gedrag van ouders een gevolg kan zijn van het eigen gedrag, en door vooroordelen te vermijden. Daarnaast is bepaalde beroepskennis noodzakelijk, onder meer over psychologische processen zoals acceptatie bij ouders wanneer er iets met hun kind aan de hand is, en de betekenis van loyaliteit tussen kind en ouders voor de relatie tussen de leerkracht, het kind en de ouders [17](#page=17).
#### 1.2.2 Loyaliteit en partijdigheid
Loyaliteit kan worden uitgelegd als 'trouw zijn aan', 'voor elkaar opkomen' en 'elkaar niet in de steek laten'. Er wordt onderscheid gemaakt tussen [19](#page=19):
1. **Verticale loyaliteit:** Dit is de sterkste vorm van loyaliteit, ook wel 'existentiële loyaliteit' genoemd, en bestaat tussen ouders/voogd en het kind. Een kind weet dat het zijn bestaan dankt aan zijn ouders, en ouders zijn zich bewust van hun verantwoordelijkheid voor het kind. Het is voor kinderen onmogelijk om emotioneel de banden met hun ouders volledig te verbreken [20](#page=20).
2. **Horizontale loyaliteit:** Dit is een minder sterke vorm van loyaliteit die buiten het kerngezin ontstaat en niets te maken heeft met de 'ontstaansgeschiedenis'. Het betreft gekozen relaties, zoals vriendschappen, collega's of partners [20](#page=20).
Een neutrale houding betekent min of meer aan ieders zijde staan zonder je tegenover een ander op te stellen. Dit is geen eenvoudige opdracht en vereist nauwkeurigheid, vergaande communicatieve vaardigheden en zelfbewustzijn. In situaties met bijvoorbeeld gescheiden ouders, probeert men beide ouders tot elkaar te brengen door te blijven bij de gemeenschappelijkheid van beide: het belang van het kind. Dit belang van het kind is het uitgangspunt in communicatie. Dit wordt ook wel meervoudige of meerzijdige partijdigheid genoemd [21](#page=21).
> **Voorbeeld:** Bij een conflict tussen twee ouders die beiden veel eisend gedrag vertonen naar de school toe, zal de leerkracht proberen de focus te leggen op het belang van het kind, in plaats van partij te kiezen voor één van de ouders.
### 1.3 Kaders voor ouderbetrokkenheid
Er zijn drie kaders ontwikkeld om rond ouderbetrokkenheid te werken [22](#page=22):
#### 1.3.1 Kader 1: De 12 leefsleutels
Dit kader, te vinden op de website "WARM PARTNERSCHAP MET OUDERS" (warmpartnerschapmetouders.weebly.com), bevat 12 leefsleutels die de basis vormen voor een warm partnerschap [23](#page=23).
#### 1.3.2 Kader 2: Het participatiehuis
Ouderbetrokkenheid bevindt zich in de individuele sfeer. Wanneer ouders deze betrokkenheid vertalen naar concreet engagement voor de school, spreekt men van ouderparticipatie. Het participatiehuis kent vijf niveaus van ouderparticipatie [24](#page=24) [25](#page=25):
* **Meeleven:** Zowel ouders die meeleven met de ervaringen van hun kind op school, als de school die meeleeft met de ervaringen van een kind thuis [26](#page=26).
* **Meehelpen:** Het verlenen van hulp door ouders aan hun kind met schoolwerk, hulp van ouders aan de school, en hulp van de school aan het gezin [26](#page=26).
* **Meeweten:** Ouders weten waar hun kind mee bezig is op school en hoe de school werkt [26](#page=26).
* **Meedenken:** Ouders hebben een adviserende inbreng in de ontwikkeling van een project, de schoolorganisatie, het beleid of het reglement van de school [26](#page=26).
* **Meebepalen:** Ouders beslissen mee over bepaalde zaken samen met de school [26](#page=26).
> **Tip:** Bij het werken met het participatiehuis is het belangrijk om te reflecteren hoe de school deze niveaus toepast en hoe divers de ouderpopulatie hierin kan verschillen [6](#page=6).
#### 1.3.3 Kader 3: De betrokkenheidsboom
Dit kader gebruikt een metafoor van een boom met een partnerschapsdriehoek. De betrokkenheidsboom bestaat uit verschillende componenten [27](#page=27):
* **Thuisbetrokkenheid:** Betrokkenheid van ouders vanuit de thuissituatie [28](#page=28).
* **Schoolbetrokkenheid:** Betrokkenheid van ouders op school [29](#page=29).
* **Ouderparticipatie:** Het concrete engagement van ouders voor de school [30](#page=30).
### 1.4 Praktische Toepassing
Voor de komende praktijkdag voor het interviewen van een leerkracht, is het nuttig om de mentor te bevragen naar de manier waarop de school met ouders samenwerkt. Probeer vervolgens zelf of samen met anderen dit te plaatsen in het participatiehuis en zoek naar een link met een kenmerk uit de betrokkenheidsboom [31](#page=31).
#### 1.4.1 Specifieke vaardigheden van de leerkracht
De leerkracht moet discreet omgaan met de gegevens van kinderen. Op basis van overleg met ouders, collega's of verzorgers verstrekt de leerkracht informatie en advies over het kind op school. In overleg met het team, de ouders of verzorgers informeert de leerkracht over en betrekt deze bij het klas- en schoolgebeuren, rekening houdend met de diversiteit van de ouders. De leerkracht dialogeert met ouders over opvoeding en onderwijs en communiceert met ouders met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties [6](#page=6).
---
# De rol van de leraar in het schoolteam en als partner van externen
Dit deel van de studiegids behandelt de veelzijdige rol van de leraar binnen de schoolcontext, zowel in samenwerking met collega's als in interactie met externe partijen [33](#page=33).
### 2.1 De leraar als lid van een schoolteam
De leraar functioneert als een integraal lid van een schoolteam. Dit impliceert een actieve deelname aan samenwerkingsprocessen binnen het team. Essentiële aspecten van deze rol zijn [34](#page=34):
* **Samenwerken:** Er wordt samengewerkt met het schoolteam [34](#page=34).
* **Taakverdeling:** Er wordt een duidelijke taakverdeling afgesproken en deze afspraken worden nageleefd [34](#page=34).
* **Gezamenlijke reflectie:** Leraren denken gezamenlijk na over gebeurtenissen op school en reflecteren op hun eigen pedagogische en didactische benaderingen [34](#page=34).
De oefening BASCO 7 stimuleert leraren om, in duo's, artikelen te lezen en uit te wisselen over het samenwerken onder leraren en de geleerde lessen hieruit [35](#page=35).
> **Tip:** Actieve deelname aan teamvergaderingen en het proactief bijdragen aan de schoolontwikkeling zijn cruciaal voor een effectieve rol als teamlid.
### 2.2 De leraar als partner van externen
Naast de interne samenwerking, speelt de leraar ook een belangrijke rol als partner van externe partijen. Dit omvat het leggen van contacten en het aangaan van samenwerkingen met verschillende externe actoren. De aard van de gesprekken die de leraar voert, kan variëren afhankelijk van de specifieke klas- en schoolcontext [36](#page=36).
De oefening BASCO 8, vergelijkbaar met BASCO 7, moedigt leraren aan om in duo's artikelen te bestuderen die focussen op de samenwerking met externen [37](#page=37).
Een praktische opdracht binnen dit kader is het onderzoeken van de omgeving rondom de school, met als doel te identificeren met welke externe partijen de school reeds samenwerkt [38](#page=38).
> **Tip:** Het opbouwen van een netwerk met externe partners kan waardevolle middelen en ondersteuning bieden voor de school en de leerlingen. Dit kan variëren van lokale organisaties tot gespecialiseerde diensten.
---
# Praktijkdagen en stagevoorbereiding
Dit hoofdstuk behandelt de structuur, vereisten en professionele houding rondom praktijkdagen, met de nadruk op observatie, interviews en de voorbereiding van de student door middel van een stagemap.
### 3.1 Doel en opzet van praktijkdagen
Praktijkdagen zijn bedoeld om de taken van een kleuterleerkracht te verkennen. Dit gebeurt primair door middel van jobshadowing, waarbij de student de leerkracht letterlijk in de schaduw volgt. Daarnaast wordt er via interviews met de mentor dieper ingegaan op de werkzaamheden [40](#page=40).
### 3.2 Voorbereiding op de praktijkdagen
Een grondige voorbereiding is essentieel voor een succesvolle praktijkdag. De stagemap fungeert hierbij als centraal document [41](#page=41) [45](#page=45).
#### 3.2.1 Observatie en documentatie
De student wordt aangemoedigd om de handelingen van de klasleerkracht nauwkeurig te noteren, van het begin tot het einde van de schooldag. Dit omvat diverse taken zoals het opnemen van maaltijden, het invullen van heen- en weerschriftjes, het verwelkomen van kinderen, het vertellen van verhalen, het helpen bij het aankleden, individuele aanmoediging, meespelen, het voorstellen van hoekenwerk en het organiseren van opruimactiviteiten [42](#page=42).
#### 3.2.2 Gesprekken met de mentor
Naast observatie gaat de student in gesprek met zijn mentor om inzicht te krijgen in de taken die niet direct observeerbaar zijn. Dit gesprek vindt bij voorkeur plaats tijdens de laatste speeltijd en wordt gefaciliteerd aan de hand van een leidraad [42](#page=42).
#### 3.2.3 Weekroosters en activiteitenlijsten
De student maakt een gedetailleerd weekrooster met uren waarin alle activiteiten en routines die binnen de klas aan bod komen, worden vermeld. Tevens wordt een oplijsting gemaakt van alle geplande schoolactiviteiten en buitenschoolse activiteiten voor de kleuters. Deze informatie wordt meegenomen naar de les 'verkenning kleuteronderwijs' voor verdere bespreking van de hoofdtaken van een kleuterleerkracht en de koppeling aan de 10 basiscompetenties [42](#page=42).
#### 3.2.4 De stagemap controleren
De stagemap moet in orde zijn en volgens de juiste structuur zijn opgemaakt. De eerste stagedag moet deze map aan de mentor worden voorgelegd. Ook het feedbackboekje dient de eerste ochtend afgegeven te worden met een korte toelichting [46](#page=46).
> **Tip:** Een goede voorbereiding, zoals het op orde hebben van je stagemap, is cruciaal voor een positieve stage-ervaring [45](#page=45) [46](#page=46).
### 3.3 Professionele houding en communicatie
Een waarderende en professionele houding is een belangrijk element tijdens de praktijkdagen [43](#page=43).
#### 3.3.1 Contact met de school
De student toont een waarderende houding ten opzichte van de mentor en de directie voor de geboden kansen op de stageschool. Vóór de eerste praktijkdag stuurt de student een e-mail naar de mentor om zich voor te stellen en de communicatieafspraken te maken. Direct contact opnemen via bellen of sms'en is niet de bedoeling. Op de eerste praktijkdag meldt de student zich bij de directie [43](#page=43).
#### 3.3.2 Oudercontact en verantwoordelijkheid
Ouders of andere familieleden nemen geen contact op met de stageschool. De student neemt zelf de verantwoordelijkheid op om de school te informeren, feedback te vragen en te reageren [43](#page=43).
#### 3.3.3 Stiptheid en voorbereiding
De student is tijdig aanwezig op school en degelijk voorbereid. De spreuk "een voorbereid man/vrouw is er 2 waard" onderstreept het belang hiervan [43](#page=43) [45](#page=45).
#### 3.3.4 Verzorgde houding en voorkomen
Een verzorgde houding en een net voorkomen van de student zijn te verwachten. Dit houdt in dat de student zich houdt aan de schooleigen afspraken wat betreft kledij, gsm-gebruik en het drinken van water tijdens de les. De gewoontes van de klas en de school worden gerespecteerd [44](#page=44).
#### 3.3.5 Taalgebruik
Binnen de muren van de school wordt Standaardnederlands gesproken. Zowel in het bijzijn van kinderen als in dialogen met ouders en mentoren is een verzorgd taalgebruik vereist [44](#page=44).
#### 3.3.6 Discreet omgaan met informatie
De student gaat discreet om met wat hij hoort en ziet in de klas of op school [44](#page=44).
### 3.4 Praktische afspraken en informatievergaring
De student maakt een duidelijke weekplanning en identificeert bij welke leerkracht hij/zij wanneer terecht kan. Er wordt een oplijsting gemaakt van belangrijke afspraken en gebruikelijke werkwijzen in de klas. Het stellen van vragen en het noteren van antwoorden is een essentieel onderdeel van dit proces [46](#page=46).
> **Example:** De student noteert bijvoorbeeld dat de ochtendroutine bestaat uit het zelfstandig klaarleggen van het schoolmateriaal, gevolgd door een gezamenlijk kringgesprek. Ook noteert hij/zij de communicatiekanalen die de leerkracht gebruikt om ouders te informeren, zoals een dagelijks schriftje of een digitale app [42](#page=42).
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Ouderbetrokkenheid | Het niveau waarop ouders betrokken zijn bij de school en het leerproces van hun kind, variërend van meeleven tot meebepalen in schoolzaken. |
| Ouderparticipatie | De concrete vertaling van ouderbetrokkenheid in engagement voor de school, waarbij ouders actief deelnemen aan schoolactiviteiten en -beleid. |
| Warm partnerschap | Een relatie tussen school en ouders die gebaseerd is op wederkerigheid, vertrouwen en een gedeeld doel: de maximale ontplooiing van het kind. Leraren worden gezien als onderwijsprofessionals en ouders als ervaringsdeskundigen. |
| Vertrouwen | Een fundamenteel element in de relatie tussen school en ouders, noodzakelijk voor een effectieve samenwerking en het creëren van een veilige leeromgeving voor het kind. |
| Loyaliteit | Het principe van trouw zijn aan, voor elkaar opkomen en elkaar niet in de steek laten. Dit kan verticaal zijn (tussen ouders en kind) of horizontaal (tussen vrienden, collega's). |
| Verticale loyaliteit | De meest sterke vorm van loyaliteit, ook wel existentiële loyaliteit genoemd, die bestaat tussen ouders/voogd en kind, gebaseerd op de wederzijdse afhankelijkheid en verantwoordelijkheid. |
| Horizontale loyaliteit | Een minder sterke vorm van loyaliteit die ontstaat buiten het kerngezin in gekozen relaties, zoals tussen vrienden, collega's of partners. |
| Meervoudige of meerzijdige partijdigheid | Een neutrale houding waarbij men tracht aan beide zijden te staan zonder zich tegenover een ander op te stellen, met als uitgangspunt het belang van het kind. Dit vereist nauwkeurigheid en communicatieve vaardigheden. |
| Participatiehuis | Een theoretisch kader dat verschillende niveaus van ouderbetrokkenheid en participatie beschrijft, van meeleven tot meebepalen, om de betrokkenheid van ouders te structureren en te stimuleren. |
| Betrokkenheidsboom | Een metafoor, vaak voorgesteld als een partnerschapsdriehoek, die de verschillende aspecten van thuis- en schoolbetrokkenheid van ouders visualiseert en de relatie met de school uitbeeldt. |
| Schoolteam | De groep leraren en ander personeel dat samenwerkt binnen een school, met een gedeelde verantwoordelijkheid voor het onderwijs en de ontwikkeling van de leerlingen. |
| Externen | Personen of organisaties buiten de school die een rol kunnen spelen in het onderwijs of de ontwikkeling van leerlingen, zoals buurtorganisaties, hulpverleners of andere professionals. |
| Jobshadowing | Een onderwijsmethode waarbij studenten meelopen met een professional om diens taken en werkzaamheden te observeren en te leren. |
| Weekrooster | Een gedetailleerd schema dat alle geplande activiteiten, routines en uren van een schoolweek weergeeft, inclusief zowel klassikale als buitenschoolse activiteiten. |
| Stagemap | Een documentatiebestand dat door een student wordt gebruikt om de voorbereiding, observaties en reflecties tijdens een stage te documenteren, vaak volgens een specifieke structuur. |