Cover
Jetzt kostenlos starten 4 - Kasstroomanalyse.pptx
Summary
# Inleiding tot kasstroomanalyse
Dit onderwerp introduceert het concept van kasstromen en hun belang in de financiële verslaggeving, met een focus op de doelstellingen en de indeling van kasstromen.
## 1. Omschrijving van een kasstroom
Een kasstroom wordt gedefinieerd als een verandering van beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn, die voortvloeit uit een transactie. De kasstroomtabel biedt inzicht in de historische inkomende en uitgaande geldstromen van een onderneming.
### 1.1 Begrippen rond kasstromen
* **Verandering:** Een stijging van geldmiddelen wordt aangeduid als een *cash inflow* (geldstromen gaan naar binnen), terwijl een daling een *cash outflow* (geldstromen gaan naar buiten) betekent.
* **Beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn:** Dit omvat zowel de liquide middelen (geld in kas en op zichtrekeningen) als kortetermijninvesteringen (met een looptijd van maximaal drie maanden, een hoge realisatiegraad en beperkt risico).
### 1.2 Soorten transacties en kasstromen
Transacties die kasstromen veroorzaken, worden onderverdeeld in drie hoofdactiviteiten:
* **Operationele transacties/activiteiten:** Dit zijn de kernactiviteiten van de onderneming.
* **Investeringstransacties/activiteiten:** Deze omvatten de aan- en verkoop van vaste activa.
* **Financieringstransacties/activiteiten:** Dit betreft het aantrekken van kapitaal (eigen vermogen en leningen) en het aflossen van schulden.
## 2. Doelstelling van kasstroomanalyse
Het hoofddoel van kasstroomanalyse is het verschaffen van inzicht in de geldstromen van een onderneming. Dit omvat het identificeren van de inkomende en uitgaande geldstromen die voortkomen uit de drie eerder genoemde soorten ondernemingsactiviteiten. De analyse helpt bij het beoordelen van het vermogen van een onderneming om in de toekomst positieve nettokasstromen te genereren, aan haar verplichtingen te voldoen, dividenden uit te keren en de behoefte aan externe financiering te bepalen.
> **Tip:** De kasstroomanalyse is cruciaal voor het begrijpen van de financiële gezondheid van een onderneming, aangezien winst uit de resultatenrekening niet altijd gelijk staat aan de werkelijke geldmiddelen die beschikbaar zijn.
## 3. Berekeningsmethoden van kasstromen
Er zijn twee methoden om kasstromen te berekenen: de directe methode en de indirecte methode.
### 3.1 De directe methode
De directe methode geeft een overzicht van de werkelijk ontvangen kasopbrengsten en de daadwerkelijk betaalde kaskosten. Het is een optelling van ontvangen geldmiddelen min de betaalde geldmiddelen. Deze methode kan echter enkel intern worden toegepast en is niet mogelijk op basis van de informatie die in de gepubliceerde jaarrekening beschikbaar is.
### 3.2 De indirecte methode
De indirecte methode berekent de kasstromen, met name de operationele kasstroom, op basis van het resultaat na belastingen en diverse correcties. De investerings- en financieringsstromen worden berekend op basis van mutaties in de balans. Deze methode maakt gebruik van gepubliceerde jaarrekeningen en vereist informatie over twee opeenvolgende boekjaren.
#### 3.2.1 Berekening van de operationele kasstroom (indirecte methode)
De berekening van de operationele kasstroom via de indirecte methode vertrekt van de winst (of het verlies) van het boekjaar na belastingen. Deze winst wordt vervolgens gecorrigeerd voor niet-kaskosten (NKK) en niet-kasopbrengsten (NKO). Ook mutaties in het werkkapitaal, zoals veranderingen in operationele activa en schulden, worden meegenomen.
##### 3.2.1.1 Correcties op basis van de resultatenrekening
Niet-kaskosten (zoals afschrijvingen en waardeverminderingen) worden opgeteld bij de winst, omdat deze kosten weliswaar de winst verminderen, maar geen uitgaande geldstroom vertegenwoordigen. Niet-kasopbrengsten (zoals terugname van voorzieningen of kapitaalsubsidies) worden afgetrokken van de winst, omdat deze de winst verhogen maar geen inkomende geldstroom genereren. Ook meerwaarden op de realisatie van vaste activa worden afgetrokken, aangezien deze de winst verhogen, maar niet direct de operationele kasstroom weergeven.
##### 3.2.1.2 Correcties op basis van de balans
Mutaties in operationele activa en operationele schulden beïnvloeden de kasstroom.
* **Operationele activa:** Een toename van operationele activa (zoals voorraden of vorderingen) leidt tot een daling van de operationele kasstroom (geld is geïnvesteerd). Een afname leidt tot een stijging (geld komt binnen door inning of verkoop).
* **Operationele schulden:** Een toename van operationele schulden (zoals schulden aan leveranciers) leidt tot een stijging van de operationele kasstroom (geld wordt nog niet betaald). Een afname leidt tot een daling (geld wordt afbetaald).
* **Voorzieningen en uitgestelde belastingen:** Mutaties in voorzieningen en uitgestelde belastingen hebben doorgaans een verwaarloosbare impact op de geldstroom en worden daarom vaak op nul gezet.
##### 3.2.1.3 Formule operationele kasstroom
De formule voor de potentiële operationele kasstroom is:
$$ Potentiële operationele kasstroom = Resultaat van het boekjaar na belastingen + Niet-kaskosten - Niet-kasopbrengsten - Opbrengsten uit financiële vaste activa - Meerwaarden bij realisatie vaste activa $$
Vervolgens wordt de operationele kasstroom als volgt berekend:
$$ Operationele kasstroom = Potentiële operationele kasstroom - Toename / + Afname operationele activa + Toename / - Afname operationele schulden + Toename / - Afname voorzieningen en uitgestelde belastingen $$
> **Tip:** Onthoud dat actiefbestanddelen een omgekeerd effect hebben op de kasstroom (toename actief $\rightarrow$ daling geldstroom), terwijl passiefbestanddelen een direct effect hebben (toename passief $\rightarrow$ stijging geldstroom).
> **Voorbeeld:** Een toename van de voorraden (actief) betekent dat er geld is uitgegeven aan voorraden, wat de operationele kasstroom verlaagt. Een toename van schulden aan leveranciers (passief) betekent dat er goederen zijn aangekocht zonder dat er direct geld is betaald, wat de operationele kasstroom verhoogt.
### 3.3 Investeringskasstroom
De investeringskasstroom heeft betrekking op de aan- en verkoop van vaste activa. Een negatieve investeringskasstroom duidt erop dat de onderneming meer heeft geïnvesteerd in vaste activa dan dat ze heeft ontvangen uit de verkoop ervan. Een positieve investeringskasstroom suggereert dat de opbrengsten uit de verkoop van vaste activa de aankopen overstegen.
##### 3.3.1 Formule investeringskasstroom
De formule voor de investeringskasstroom is complex en omvat diverse correcties met betrekking tot de boekwaarde van vaste activa, afschrijvingen, waardeverminderingen, herwaarderingen en realisaties.
$$ Investeringskasstroom = Boekwaarde vaste activa begin boekjaar - Boekwaarde vaste activa einde boekjaar - Afschrijvingen en waardeverminderingen + Terugname afschrijvingen en waardeverminderingen + Geboekte herwaarderingsmeerwaarden - Terugname geboekte herwaarderingsmeerwaarden - Minderwaarden bij realisatie vaste activa + Meerwaarden bij realisatie vaste activa + Opbrengsten uit financiële vaste activa $$
### 3.4 Financieringskasstroom
De financieringskasstroom weerspiegelt transacties die de kapitaalstructuur van de onderneming beïnvloeden, zoals het aantrekken van nieuw eigen vermogen, het aangaan van leningen, het aflossen van schulden en het uitkeren van dividenden.
##### 3.4.1 Formule financieringskasstroom
De berekening van de financieringskasstroom omvat de wijziging in het eigen vermogen en de wijziging in de financiële schulden, na eventuele correcties.
$$ Wijziging in eigen vermogen = Boekwaarde einde boekjaar bestanddelen EV - Boekwaarde begin boekjaar bestanddelen EV + Correcties $$
$$ Wijziging in financiële schulden = Boekwaarde einde bj - Boekwaarde begin bj van bestanddelen LT en KT financiële schulden van bestanddelen LT en KT overige schulden + Correcties $$
## 4. Reële kasstroom
De reële kasstroom, ook wel bekend als de totale kasstroom, is de optelsom van de operationele kasstroom, de investeringskasstroom en de financieringskasstroom. Deze vertegenwoordigt de nettoverandering in de geldmiddelen van de onderneming gedurende een bepaalde periode.
### 4.1 Formule reële kasstroom
$$ Reële kasstroom = Operationele kasstroom + Investeringskasstroom + Financieringskasstroom $$
De reële kasstroom is gelijk aan de verandering in de kasequivalenten (klasse 5 van de balans).
### 4.2 Betekenis en toepassing van de reële kasstroom
De reële kasstroom vertegenwoordigt het bedrag dat overblijft na de kasstromen uit operationele activiteiten en investeringen, en dat beschikbaar is om aan vermogensverschaffers te betalen. Het wordt gebruikt bij de waardering van ondernemingen (huidige waarde van toekomstige vrije kasstromen) en in de investeringsanalyse om de financiële levensvatbaarheid van projecten te evalueren.
> **Tip:** Een positieve operationele kasstroom, een negatieve investeringskasstroom (investeren in groei) en een positieve financieringskasstroom (financiering aantrekken) kunnen wijzen op een gezonde, groeiende onderneming. Echter, de interpretatie hangt sterk af van de specifieke context en sector.
## 5. Interpretatie van kasstromen
De interpretatie van kasstromen is essentieel om de financiële prestaties van een onderneming te beoordelen.
### 5.1 Interpretatie van de operationele kasstroom
* **Positieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert voldoende geldmiddelen uit haar dagelijkse activiteiten om haar lopende uitgaven te dekken. Deze middelen kunnen worden ingezet voor investeringen, schuldaflossingen of dividenduitkeringen.
* **Negatieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert niet genoeg geld uit haar kernactiviteiten en moet mogelijk externe financiering aantrekken om te kunnen blijven opereren, investeren of schulden aflossen.
### 5.2 Interpretatie van de investeringskasstroom
* **Negatieve investeringskasstroom:** De onderneming investeert meer in haar toekomstige capaciteit (bijv. aankoop van machines, gebouwen) dan dat ze ontvangt uit de verkoop van activa. Dit duidt vaak op groei en expansie.
* **Positieve investeringskasstroom:** De onderneming verkoopt meer activa dan ze aankoopt. Dit kan duiden op desinvesteringen, het afbouwen van activa, of het genereren van extra middelen door de verkoop van bezittingen.
### 5.3 Interpretatie van de financieringskasstroom
* **Positieve financieringskasstroom:** De onderneming heeft meer financiering aangetrokken dan afgelost (bijv. door leningen aan te gaan of kapitaal op te halen). Dit kan duiden op een behoefte aan kapitaal voor investeringen of operationele behoeften.
* **Negatieve financieringskasstroom:** De onderneming heeft meer schulden afgelost of eigen vermogen terugbetaald dan dat ze nieuw financiering heeft aangetrokken. Dit kan duiden op een sterke financiële positie of een terugkeer naar aandeelhouders.
### 5.4 Beoordelen van gunstige/ongunstige situaties
Een gunstige situatie met betrekking tot kasstromen wordt vaak gekenmerkt door:
* Een consistente positieve operationele kasstroom.
* Een investeringskasstroom die in lijn is met de strategische doelstellingen van de onderneming (groei of optimalisatie).
* Een financieringskasstroom die de resterende behoeften dekt zonder overmatige schuldenlast.
Een ongunstige situatie kan zich voordoen wanneer de operationele kasstroom negatief is, de onderneming afhankelijk is van externe financiering voor haar dagelijkse operaties, of wanneer er sprake is van een structurele uitstroom van kasmiddelen zonder duidelijke strategische rechtvaardiging.
---
# Berekeningsmethoden en samenstelling van kasstromen
Hier is een gedetailleerde samenvatting van de berekeningsmethoden en samenstelling van kasstromen, gericht op het examen.
## 2. Berekeningsmethoden en samenstelling van kasstromen
Dit gedeelte behandelt de verschillende methoden voor het berekenen van kasstromen, met een specifieke focus op de indirecte methode voor de operationele kasstroom, inclusief de samenstelling en noodzakelijke correcties.
### 2.1 Inleiding tot kasstromen
Een kasstroom wordt gedefinieerd als een verandering van beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn als gevolg van een transactie. De kasstroomtabel verschaft inzicht in de historische inkomende en uitgaande geldstromen van een onderneming. Het hoofddoel van kasstroomanalyse is het verschaffen van inzicht in de geldstromen binnen een onderneming, afkomstig uit drie soorten ondernemingsactiviteiten: operationele activiteiten, investeringsactiviteiten en financieringsactiviteiten.
> **Tip:** De Belgische boekhoudwetgeving schrijft een kasstroomtabel niet verplicht voor voor enkelvoudige jaarrekeningen, maar internationale boekhoudnormen (zoals IAS 7) verplichten deze wel voor beursgenoteerde ondernemingen die geconsolideerde jaarrekeningen opstellen.
### 2.2 Begrippen gerelateerd aan kasstromen
* **Verandering geldmiddelen:**
* Stijging geldmiddelen: cash inflow (geld komt binnen).
* Daling geldmiddelen: cash outflow (geld vloeit weg).
* **Beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn:** Dit omvat geldmiddelen in kas en op zichtrekeningen (liquide middelen, code 54/58) en kortetermijninvesteringen met een looptijd van maximaal drie maanden, een hoge realisatiegraad en een beperkt risico van waardeschommelingen (geldbeleggingen, code 50/53).
* **Transacties:** Kasstromen ontstaan door verschillende soorten transacties:
* **Operationele transacties of operationele activiteiten:** Dit zijn de kernactiviteiten van de onderneming.
* **Investeringstransacties of investeringsactiviteiten:** Aankopen en verkopen van vaste activa.
* **Financieringstransacties of financieringsactiviteiten:** Aantrekken van inbreng/kapitaal, aangaan en aflossen van leningen.
### 2.3 Berekeningsmethoden voor kasstromen
Er zijn twee primaire methoden om kasstromen te berekenen:
#### 2.3.1 De directe methode
De directe methode overziet de werkelijk ontvangen kasopbrengsten en de werkelijk betaalde kaskosten. Het principe is ontvangen geldmiddelen minus betaalde geldmiddelen. Deze methode kan enkel intern worden toegepast en is niet mogelijk op basis van de standaardinformatie uit een gepubliceerde jaarrekening.
#### 2.3.2 De indirecte methode
De indirecte methode is de methode die gebruikt wordt op basis van de gepubliceerde jaarrekening en die de focus vormt voor dit onderdeel.
* De **operationele kasstroom** wordt opgebouwd op basis van het resultaat na belastingen, aangevuld met specifieke correcties.
* De **investeringskasstroom** en **financieringskasstroom** worden opgebouwd op basis van mutaties in de balans en bijkomende correcties.
Deze methode vereist informatie uit de resultatenrekening, de balans en de toelichting voor twee opeenvolgende boekjaren.
##### 2.3.2.1 Berekening van de operationele kasstroom (indirecte methode)
Het vertrekpunt voor de operationele kasstroom is de winst (of het verlies) van het boekjaar na belastingen. Er worden twee soorten correcties aangebracht:
1. **Correcties op basis van de resultatenrekening:** Neutraliseren van niet-kaskosten (NKK) en niet-kasopbrengsten (NKO).
* **Niet-kaskosten (NKK)** zijn kosten die wel in de resultatenrekening zijn opgenomen, maar waar geen uitgaande geldstroom mee gepaard gaat. Voorbeelden zijn afschrijvingen, waardeverminderingen en terugname van voorzieningen. Deze NKK worden opgeteld bij de winst omdat ze het resultaat drukken zonder dat er geld is uitgegeven.
* **Niet-kasopbrengsten (NKO)** zijn opbrengsten die wel in de resultatenrekening zijn opgenomen, maar waar geen inkomende geldstroom mee gepaard gaat. Voorbeelden zijn terugname van afschrijvingen en waardeverminderingen, of opbrengsten uit financiële vaste activa (FVA) en meerwaarden op de realisatie van vaste activa. Deze NKO worden afgetrokken van de winst omdat ze het resultaat verhogen zonder dat er geld is ontvangen.
2. **Correcties op basis van de balans (mutaties in het werkkapitaal):** Deze correcties onderzoeken of de kosten en opbrengsten van de periode effectief zijn ontvangen of betaald. Dit wordt gedaan door te kijken naar de wijzigingen in openstaande vorderingen en schulden.
* **Afname van operationele activa** (bv. daling van vorderingen of voorraden) impliceert dat er meer geld is ontvangen dan wat er aan kosten werd geboekt, wat een positieve impact heeft op de kasstroom.
* **Toename van operationele activa** impliceert dat er meer geld is uitgegeven dan wat er aan kosten werd geboekt, wat een negatieve impact heeft op de kasstroom.
* **Toename van operationele schulden** (bv. stijging van leveranciersschulden) impliceert dat er meer kosten zijn geboekt dan dat er is betaald, wat een positieve impact heeft op de kasstroom.
* **Afname van operationele schulden** impliceert dat er meer is betaald dan wat er aan kosten werd geboekt, wat een negatieve impact heeft op de kasstroom.
* Mutaties in **voorzieningen en uitgestelde belastingen** hebben doorgaans een verwaarloosbare impact op de kasstroom en worden dus vaak als nul beschouwd in de berekening.
**Formule potentiële operationele kasstroom:**
$$ \text{Potentiële operationele kasstroom (EUR)} = \text{Resultaat van het boekjaar na belastingen} + \text{Niet-kaskosten} - \text{Niet-kasopbrengsten} - \text{Opbrengsten uit financiële vaste activa} - \text{Meerwaarden bij realisatie vaste activa} $$
**Formule operationele kasstroom:**
$$ \text{Operationele kasstroom (EUR)} = \text{Potentiële operationele kasstroom} - \Delta \text{operationele activa} + \Delta \text{operationele schulden} + \Delta \text{voorzieningen en UB} $$
Waarbij $\Delta$ staat voor de mutatie (toename of afname). De tekens voor de mutaties zijn:
* Toename operationele activa: minteken (-)
* Afname operationele activa: plusteken (+)
* Toename operationele schulden: plusteken (+)
* Afname operationele schulden: minteken (-)
* Toename voorzieningen en UB: plusteken (+)
* Afname voorzieningen en UB: minteken (-)
**Samenstelling van operationele kasstroom:**
* **Operationele activa:** Actiefbestanddelen die ingezet worden in de bedrijfscyclus, zoals voorraden, bestellingen in uitvoering, vorderingen (ook > 1 jaar tenzij uitgesproken financieel karakter) en overlopende rekeningen.
* **Operationele schulden:** Langlopende en kortlopende niet-financiële schulden, voorzieningen en uitgestelde belastingen.
> **Tip:** Onthoud de logica voor activa en passiva:
> * **Actief:** Een stijging van een actiefbestanddeel (bv. aankoop voorraden) vermindert de geldstroom (pijltjes omgekeerd). Een daling (bv. inning vordering) verhoogt de geldstroom.
> * **Passief:** Een stijging van een passiefbestanddeel (bv. nieuwe lening) verhoogt de geldstroom (pijltjes in dezelfde richting). Een daling (bv. betaling leveranciers) vermindert de geldstroom.
##### 2.3.2.2 Betekenis van de operationele kasstroom
* **Positieve operationele kasstroom:** De onderneming heeft geldmiddelen overgehouden uit haar dagelijkse activiteiten. Deze middelen kunnen gebruikt worden voor investeringen, aflossing van schulden of uitkering van winst.
* **Negatieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert onvoldoende geldmiddelen uit haar dagelijkse activiteiten. Bijkomende middelen zijn nodig voor investeringen, aflossing van schulden, etc.
#### 2.3.3 Investeringskasstroom
De investeringskasstroom omvat de geldstromen gerelateerd aan de aan- en verkoop van vaste activa, zowel materiële als financiële activa. Deze kasstroom geeft inzicht in de investeringsactiviteiten van de onderneming.
> **Tip:** Voor examendoeleinden is het interpreteren van de investeringskasstroom cruciaal, de gedetailleerde berekening is minder belangrijk.
#### 2.3.4 Financieringskasstroom
De financieringskasstroom geeft weer hoe een onderneming haar financiering heeft geregeld. Dit omvat transacties met vermogensverschaffers, zoals het aantrekken of terugbetalen van leningen en het uitgeven of inkopen van eigen aandelen, alsook het uitkeren van dividenden.
> **Tip:** Net als bij de investeringskasstroom is het interpreteren van de financieringskasstroom belangrijker voor het examen dan de gedetailleerde berekening.
#### 2.3.5 Reële kasstroom
De reële kasstroom vertegenwoordigt hetgeen overblijft van de kasstroom uit operaties na aftrek van vervangings- en uitbreidingsinvesteringen, teneinde aan vermogensverschaffers te kunnen betalen. Het is de optelsom van de operationele kasstroom, de investeringskasstroom en de financieringskasstroom. Deze wordt ook berekend als de verandering in klasse 5 van de balans (kasequivalenten).
**Formule reële kasstroom:**
$$ \text{Reële kasstroom (EUR)} = \Delta \text{klasse 5} = \text{Operationele kasstroom} + \text{Investeringskasstroom} + \text{Financieringskasstroom} $$
**Betekenis van de reële kasstroom:**
* Verschaft inzicht in het vermogen van de onderneming om in de toekomst positieve nettokasstromen te genereren.
* Toont het vermogen om aan verplichtingen te voldoen, dividend uit te keren en de behoefte aan externe financiering.
* Belangrijk voor de waardering van ondernemingen (actuele waarde van toekomstige vrije kasstromen) en investeringsanalyse.
> **Tip:** Het verschil tussen de nettowinst en de reële kasstroom uit bedrijfsuitoefening wordt voornamelijk veroorzaakt door de effecten van investerings- en financieringstransacties.
### 2.4 Interpretatie van kasstromen
* **Operationele kasstroom:**
* Positief: Gezonde dagelijkse operaties die geld genereren.
* Negatief: Dagelijkse operaties verbruiken meer geld dan ze opleveren, wat externe financiering vereist.
* **Investeringskasstroom:**
* Negatief: Onderneming investeert in de toekomst (bv. aankoop vaste activa).
* Positief: Onderneming verkoopt activa, wat kan duiden op desinvestering of liquidatie van activa.
* **Financieringskasstroom:**
* Positief: Onderneming trekt financiering aan (bv. nieuwe leningen, uitgifte aandelen).
* Negatief: Onderneming betaalt financiering terug (bv. aflossing leningen, dividenduitkering, inkoop aandelen).
* **Reële kasstroom:** Geeft de totale verandering in de kaspositie weer na alle activiteiten. Een positieve reële kasstroom betekent dat de kaspositie is toegenomen, een negatieve dat deze is afgenomen.
### 2.5 Samenvatting: Wat moet je kennen/kunnen?
* Omschrijven wat een kasstroom is.
* De operationele kasstroom berekenen op basis van de indirecte methode met jaarrekeninggegevens.
* De principes achter de berekening van de operationele kasstroom begrijpen en toepassen.
* Een gegeven of zelf berekende operationele kasstroom interpreteren.
* Een gegeven investeringskasstroom interpreteren.
* Een gegeven financieringskasstroom interpreteren.
* Omschrijven wat een reële kasstroom is.
* Een berekende of gegeven kasstroom beoordelen (gunstig/ongunstig).
---
# Interpretatie van kasstromen en finale beoordeling
Dit deel behandelt de betekenis van de berekende kasstromen, met name de operationele, investerings- en financieringskasstroom, en hoe de reële kasstroom wordt berekend en toegepast.
### 3.1 Omschrijving en doelstelling van kasstroomanalyse
Een kasstroom wordt gedefinieerd als een verandering van beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn als gevolg van een transactie. De kasstroomtabel verschaft inzicht in de historische inkomende en uitgaande geldstromen van een onderneming. Het hoofddoel van kasstroomanalyse is het verschaffen van inzicht in deze geldstromen, die voortkomen uit drie soorten ondernemingsactiviteiten:
* Operationele activiteiten
* Investeringsactiviteiten
* Financieringsactiviteiten
> **Tip:** De kasstroomanalyse is een cruciaal onderdeel voor het beoordelen van de financiële gezondheid van een onderneming. Het geeft een ander perspectief dan de winst- en verliesrekening, omdat het zich richt op de daadwerkelijke geldstromen.
#### 3.1.1 Begrippen gerelateerd aan kasstromen
* **Verandering in geldmiddelen:** Een stijging van geldmiddelen duidt op een cash inflow, terwijl een daling een cash outflow impliceert.
* **Beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn:** Dit omvat geldmiddelen in kas en op zichtrekeningen ('Liquide middelen', code 54/58) en kortetermijninvesteringen met een looptijd van maximaal drie maanden, een hoge realisatiegraad en beperkt risico van waardeschommelingen ('Geldbeleggingen', code 50/53).
* **Transacties:**
* **Operationele transacties of activiteiten:** Dit zijn de kernactiviteiten van de onderneming.
* **Investeringstransacties of investeringsactiviteiten:** Aangekochte en verkochte vaste activa.
* **Financieringstransacties of financieringsactiviteiten:** Aantrekken van inbreng/kapitaal, aangaan en aflossen van leningen.
### 3.2 Berekeningsmethoden van kasstromen
Er zijn twee methoden voor de berekening van kasstromen: de directe en de indirecte methode.
#### 3.2.1 De directe methode
De directe methode geeft een overzicht van werkelijk ontvangen kasopbrengsten en betaalde kaskosten (ontvangen geldmiddelen minus betaalde geldmiddelen). Deze methode kan enkel intern worden toegepast en is onmogelijk op basis van de informatie uit de gepubliceerde jaarrekening.
#### 3.2.2 De indirecte methode
De indirecte methode berekent de kasstromen op basis van de gepubliceerde jaarrekening, waarbij informatie uit twee boekjaren noodzakelijk is. De operationele kasstroom wordt opgebouwd op basis van het resultaat na belastingen en correcties. De investerings- en financieringsstromen worden opgebouwd op basis van mutaties en correcties in de balans.
##### 3.2.2.1 Berekening van de operationele kasstroom (indirecte methode)
De berekening van de operationele kasstroom volgens de indirecte methode vertrekt van het resultaat van het boekjaar na belastingen. Hierbij worden niet-kaskosten (NKK) opgeteld en niet-kasopbrengsten (NKO) afgetrokken.
* **Niet-kaskosten (NKK):** Kosten die geboekt worden maar geen uitgaande geldstroom veroorzaken, zoals afschrijvingen, waardeverminderingen en dotaties aan voorzieningen.
* **Niet-kasopbrengsten (NKO):** Opbrengsten die geboekt worden maar geen inkomende geldstroom genereren, zoals terugnemingen van afschrijvingen en voorzieningen, en meerwaarden op de realisatie van vaste activa.
Daarnaast moet gecorrigeerd worden voor wijzigingen in het werkkapitaal, wat de volgende aanpassingen met zich meebrengt:
* **Toename van operationele activa:** Veroorzaakt een negatieve impact op de kasstroom (geld wordt geïnvesteerd in activa).
* **Afname van operationele activa:** Veroorzaakt een positieve impact op de kasstroom (activa worden verkocht of geïnd).
* **Toename van operationele schulden:** Veroorzaakt een positieve impact op de kasstroom (onderneming ontvangt uitstel van betaling).
* **Afname van operationele schulden:** Veroorzaakt een negatieve impact op de kasstroom (onderneming betaalt schulden).
De formule voor de potentiële operationele kasstroom luidt:
$$ \text{Potentiële operationele kasstroom (EUR)} = \text{Resultaat van het boekjaar na belastingen} + \text{Niet-kaskosten} - \text{Niet-kasopbrengsten} - \text{Opbrengsten uit financiële vaste activa} - \text{Meerwaarden bij realisatie vaste activa} $$
De formule voor de operationele kasstroom is:
$$ \text{Operationele kasstroom (EUR)} = \text{Potentiële operationele kasstroom} - \text{Toename/+ Afname operationele activa} + \text{Toename/− Afname operationele schulden} + \text{Toename/− Afname voorzieningen en UB} $$
* **Operationele activa:** Actiefbestanddelen ingezet in de bedrijfscyclus van de onderneming, zoals voorraden, bestellingen in uitvoering, vorderingen (ook langer dan 1 jaar tenzij specifiek financieel karakter) en overlopende rekeningen.
* **Operationele passiva:** Langlopende en kortlopende niet-financiële schulden, voorzieningen en uitgestelde belastingen.
> **Tip:** Let goed op de tekens bij de mutaties in operationele activa en passiva. Bij activa geldt een omgekeerde relatie (stijging actief = daling kasstroom), terwijl bij passiva de relatie direct is (stijging passief = stijging kasstroom).
##### 3.2.2.2 Berekening van de investeringskasstroom
De investeringskasstroom volgt uit mutaties in de vaste activa. De formule is complexer en omvat diverse correcties voor afschrijvingen, waardeverminderingen, meer- en minderwaarden en opbrengsten uit financiële vaste activa. In de praktijk is deze kasstroom vaak negatief, wat duidt op uitgaven voor investeringen in vaste activa.
##### 3.2.2.3 Berekening van de financieringskasstroom
De financieringskasstroom betreft wijzigingen in het eigen vermogen en de financiële schulden (zowel lang- als kortlopend). Een positieve financieringskasstroom betekent dat de onderneming kapitaal heeft aangetrokken, terwijl een negatieve kasstroom duidt op aflossingen of dividenduitkeringen.
### 3.3 Interpretatie van kasstromen
#### 3.3.1 Interpretatie van de operationele kasstroom
* **Positieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert voldoende geldmiddelen uit haar dagelijkse activiteiten om investeringen, aflossing van schulden en dividenduitkeringen te financieren.
* **Negatieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert onvoldoende geld uit haar kernactiviteiten en moet bijkomende financiering aantrekken om haar activiteiten en investeringen te dekken.
> **Tip:** Bij de interpretatie van de operationele kasstroom is het essentieel om het bedrag te vermelden en uit te leggen of er meer geld is binnengekomen dan uitgegeven door de dagelijkse activiteiten.
#### 3.3.2 Interpretatie van de investeringskasstroom
Een negatieve investeringskasstroom duidt doorgaans op investeringen in vaste activa (aankoop), wat de toekomstige groei en efficiëntie van de onderneming kan ondersteunen. Een positieve investeringskasstroom kan wijzen op de verkoop van activa, wat middelen genereert maar potentieel de operationele capaciteit op lange termijn kan beperken.
#### 3.3.3 Interpretatie van de financieringskasstroom
* **Positieve financieringskasstroom:** Duiding op het aantrekken van extern kapitaal (leningen, nieuwe aandelenuitgiften), wat kan wijzen op groeiambities of noodzaak tot financiering van operationele tekorten of investeringen.
* **Negatieve financieringskasstroom:** Duiding op aflossing van schulden, terugkoop van aandelen of dividenduitkeringen, wat de financiële structuur kan versterken of waarde kan teruggeven aan aandeelhouders.
### 3.4 De reële kasstroom
De reële kasstroom vertegenwoordigt het geld dat overblijft na de investeringen in vervanging en uitbreiding van activa, en dat beschikbaar is voor de vermogensverschaffers (aandeelhouders en schuldeisers).
#### 3.4.1 Berekening van de reële kasstroom
De reële kasstroom wordt berekend als de som van de operationele, investerings- en financieringskasstroom. Dit komt overeen met de nettoverandering in kas en kasequivalenten (klasse 5 van de balans).
$$ \text{Reële kasstroom (EUR)} = \Delta \text{klasse 5} = \text{Operationele kasstroom} + \text{Investeringskasstroom} + \text{Financieringskasstroom} $$
#### 3.4.2 Betekenis en toepassing van de reële kasstroom
De reële kasstroom is cruciaal voor:
* **Waardering van ondernemingen:** Het is de basis voor het waarderen van ondernemingen aan de hand van de actuele waarde van toekomstige vrije kasstromen.
* **Investeringsanalyse:** De financiële evaluatie van investeringsprojecten steunt op de verwachte reële kasstromen.
> **Opmerking:** Het kasstroomoverzicht geeft essentiële informatie over de ontvangsten en uitgaven. Het verschaft inzicht in het vermogen van de onderneming om toekomstige positieve nettokasstromen te genereren, te voldoen aan verplichtingen, dividenden uit te keren en de behoefte aan externe financiering te bepalen. Het verschil tussen de nettowinst en de reële kasstroom uit bedrijfsuitoefening wordt mede bepaald door de effecten van investerings- en financieringstransacties.
### 3.5 Finale beoordeling van kasstromen
Een finale beoordeling omvat het interpreteren van de berekende kasstromen in het licht van de strategie en doelstellingen van de onderneming. Hierbij wordt gekeken naar de volgende aspecten:
* **Is er sprake van een gunstige of ongunstige situatie met betrekking tot kasstromen?**
* Een structureel positieve operationele kasstroom is gunstig.
* Negatieve investeringskasstromen kunnen gunstig zijn indien ze leiden tot productiviteitsverbetering of groei.
* Positieve financieringskasstromen zijn gunstig indien ze nodig zijn voor groei-investeringen, maar ongunstig indien ze duiden op het niet kunnen dekken van operationele tekorten.
* **Hoe dragen de verschillende kasstromen bij aan de totale geldpositie?**
* **Is de onderneming in staat om aan haar financiële verplichtingen te voldoen en waarde te creëren voor aandeelhouders?**
> **Voorbeeld:** Een onderneming met een zeer positieve operationele kasstroom, een negatieve investeringskasstroom (waarin geïnvesteerd wordt in nieuwe technologie) en een negatieve financieringskasstroom (afbetaling van schulden) kan als zeer gezond worden beschouwd. Dit duidt op een sterke kernactiviteit, investeringen voor de toekomst, en een gezonde schuldenreductie.
---
# Samenvatting en oefenmateriaal
Dit onderdeel vat de belangrijkste leerdoelen samen en geeft aan waar studenten de materie verder kunnen bestuderen en oefenen. Het specificeert welke onderdelen niet gekend moeten worden en welke oefeningen gemaakt moeten worden.
### 4.1 Wat moet je kennen en kunnen?
Het succesvol beheersen van dit onderdeel vereist dat studenten de volgende leerdoelen kunnen realiseren:
* **Definitie van kasstroom:** Kunnen omschrijven wat een kasstroom in eigen woorden inhoudt.
* **Berekening van operationele kasstroom (indirecte methode):** De operationele kasstroom correct kunnen berekenen aan de hand van de indirecte methode, gebruikmakend van de gegevens uit een concrete jaarrekening.
* **Principes van indirecte methode:** Alle onderliggende principes voor de berekening van de operationele kasstroom via de indirecte methode kennen en kunnen toepassen op een selectie van jaarrekeninggegevens.
* **Interpretatie van operationele kasstroom:** Een gegeven of zelf berekende operationele kasstroom correct kunnen interpreteren.
* **Interpretatie van investeringskasstroom:** Een gegeven investeringskasstroom correct kunnen interpreteren.
* **Interpretatie van financieringskasstroom:** Een gegeven financieringskasstroom correct kunnen interpreteren.
* **Definitie van reële kasstroom:** In eigen woorden kunnen omschrijven wat een reële kasstroom is.
* **Beoordeling van kasstromen:** Een zelf berekende of gegeven kasstroom kunnen beoordelen.
### 4.2 Waar kan je dit nalezen?
Aanvullende informatie en diepgaandere studie van dit materiaal is te vinden in het handboek 'Analyseer de cijfers van een onderneming'.
* **Hoofdstuk 4: Kasstromenanalyse**
* Pagina's 87 tot en met 109.
#### 4.2.1 Niet te kennen onderdelen
Volgende specifieke onderdelen zijn **niet** vereist voor de beoordeling:
* 4.4.1. Gedetailleerd berekeningsschema investeringskasstroom
* 4.5.1. Gedetailleerd berekeningsschema financieringskasstroom
### 4.3 Hoe kan je hierop oefenen?
Praktische oefening is cruciaal voor het beheersen van deze materie. De volgende oefening wordt aanbevolen:
* **Bereken en bespreek voor het laatste boekjaar (2024) de kasstromen van STUDIO 100 nv:**
* Bereken de operationele kasstroom.
* Interpreteer de investeringskasstroom (deze hoeft niet berekend te worden).
* Interpreteer de financieringskasstroom (deze hoeft niet berekend te worden).
* Bereken de reële kasstroom.
---
### Aanhangsel: Begrippen en Formules (ter ondersteuning van de oefening)
#### 4.4 Operationele kasstroom (indirecte methode)
Een kasstroom is een verandering van beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn als gevolg van een transactie. De kasstroomtabel verschaft inzicht in historische inkomende en uitgaande geldstromen van een onderneming.
De indirecte methode voor het berekenen van de operationele kasstroom start vanuit het resultaat na belastingen en corrigeert dit voor niet-kaskosten en niet-kasopbrengsten, evenals voor mutaties in het werkkapitaal.
**Formule potentiële operationele kasstroom:**
$$
\text{Potentiële operationele kasstroom} = \text{Resultaat van het boekjaar na belastingen} + \text{Niet-kaskosten} - \text{Niet-kasopbrengsten} - \text{Opbrengsten uit financiële vaste activa} - \text{Meerwaarden bij realisatie vaste activa}
$$
**Formule operationele kasstroom:**
$$
\text{Operationele kasstroom} = \text{Potentiële operationele kasstroom} - \text{Toename / + Afname operationele activa} + \text{Toename / - Afname operationele schulden} + \text{Toename / - Afname voorzieningen en UB}
$$
* **Operationele activa** omvatten o.a. voorraden, bestellingen in uitvoering, vorderingen tot één jaar, en overlopende rekeningen.
* **Operationele passiva** omvatten o.a. langlopende en kortlopende niet-financiële schulden, voorzieningen en uitgestelde belastingen.
**Interpretatie van de operationele kasstroom:**
* **Positieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert effectief geldmiddelen uit haar dagelijkse activiteiten. Deze middelen kunnen worden aangewend voor investeringen, aflossing van schulden of winstuitkering.
* **Negatieve operationele kasstroom:** De onderneming genereert onvoldoende geldmiddelen uit haar dagelijkse activiteiten. Er is behoefte aan externe financiering om investeringen, schuldaflossingen en andere verplichtingen te dekken.
#### 4.5 Investeringskasstroom
De investeringskasstroom heeft betrekking op de inkomsten en uitgaven die voortvloeien uit de aan- en verkoop van materiële en financiële vaste activa.
**Formule investeringskasstroom:**
$$
\begin{aligned}
\text{Investeringskasstroom} &= \text{Boekwaarde vaste activa begin boekjaar} - \text{Boekwaarde vaste activa einde boekjaar} - \text{Afschrijvingen en waardeverminderingen} \\
&+ \text{Terugname afschrijvingen en waardeverminderingen} + \text{Geboekte herwaarderingsmeerwaarden} - \text{Terugname geboekte herwaarderingsmeerwaarden} \\
&- \text{Minderwaarden bij realisatie vaste activa} + \text{Meerwaarden bij realisatie vaste activa} + \text{Opbrengsten uit financiële vaste activa}
\end{aligned}
$$
**Interpretatie van de investeringskasstroom:**
Een negatieve investeringskasstroom duidt doorgaans op investeringen in vaste activa, wat kan wijzen op groei en uitbreiding van de onderneming. Een positieve investeringskasstroom kan duiden op desinvesteringen, zoals de verkoop van activa.
#### 4.6 Financieringskasstroom
De financieringskasstroom betreft de geldstromen die verband houden met veranderingen in het eigen vermogen en de financiële schulden (langlopend en kortlopend).
**Formules voor wijzigingen:**
* **Wijziging in eigen vermogen:** Boekwaarde einde boekjaar bestanddelen EV - Boekwaarde begin boekjaar bestanddelen EV + Correcties.
* **Wijziging in financiële schulden:** Boekwaarde einde boekjaar bestanddelen LT en KT financiële schulden van bestanddelen LT en KT overige schulden + Correcties.
**Interpretatie van de financieringskasstroom:**
Een positieve financieringskasstroom impliceert dat de onderneming meer geld heeft aangetrokken dan heeft terugbetaald aan vermogensverschaffers. Een negatieve financieringskasstroom duidt op een terugbetaling van kapitaal of schulden.
#### 4.7 Reële kasstroom
De reële kasstroom vertegenwoordigt wat overblijft van de kasstroom uit operaties, na aftrek van vervangings- en uitbreidingsinvesteringen, dat beschikbaar is om aan vermogensverschaffers te betalen.
**Formule reële kasstroom:**
$$
\text{Reële kasstroom} = \text{Operationele kasstroom} + \text{Investeringskasstroom} + \text{Financieringskasstroom}
$$
Dit is gelijk aan de verandering in klasse 5 van de balans (geldmiddelen en kasequivalenten).
**Interpretatie van de reële kasstroom:**
De reële kasstroom is essentieel voor de waardering van ondernemingen (actuele waarde van toekomstige vrije kasstromen) en voor investeringsanalyses. Het geeft inzicht in het vermogen van de onderneming om aan verplichtingen te voldoen en dividenden uit te keren, en bepaalt de behoefte aan externe financiering.
> **Tip:** Het verschil tussen de nettowinst en de reële kasstroom uit bedrijfsuitoefening wordt voornamelijk veroorzaakt door de effecten van investerings- en financieringstransacties.
> **Tip:** Bij het beoordelen van kasstromen is het belangrijk om de context te begrijpen. Een negatieve investeringskasstroom kan bijvoorbeeld positief zijn als het wijst op strategische groei-investeringen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Kasstroom | Een verandering van beschikbare en realiseerbare geldmiddelen op korte termijn als gevolg van een transactie. |
| Kasstroomtabel | Een financieel overzicht dat inzicht geeft in de historische inkomende en uitgaande geldstromen van een onderneming. |
| Operationele kasstroom | De kasstroom die voortvloeit uit de kernactiviteiten van een onderneming, zoals de verkoop van goederen en diensten. |
| Investeringskasstroom | De kasstroom die verband houdt met de aan- en verkoop van activa die langdurig in de onderneming worden gebruikt, zoals gebouwen en machines. |
| Financieringskasstroom | De kasstroom die gerelateerd is aan de financiering van de onderneming, zoals het aangaan en aflossen van leningen en het uitgeven of inkopen van aandelen. |
| Reële kasstroom | Hetgeen overblijft van de kasstroom uit operaties, na aftrek van vervangings- en uitbreidingsinvesteringen, beschikbaar om aan vermogensverschaffers te betalen. |
| Directe methode | Een methode om kasstromen te berekenen die uitgaat van de werkelijk ontvangen kasopbrengsten en betaalde kaskosten. |
| Indirecte methode | Een methode om kasstromen te berekenen die start vanuit het resultaat na belastingen en dit corrigeert met niet-kaskosten en niet-kasopbrengsten. |
| Niet-kaskosten (NKK) | Kosten die in de resultatenrekening worden opgenomen maar geen uitgaande geldstroom veroorzaken, zoals afschrijvingen. |
| Niet-kasopbrengsten (NKO) | Opbrengsten die in de resultatenrekening worden opgenomen maar geen inkomende geldstroom veroorzaken, zoals terugname van afschrijvingen. |
| Werkkapitaal | Het verschil tussen de operationele activa en de operationele passiva van een onderneming. |
| Balans | Een overzicht dat de aanwending en oorsprong van het vermogen van een onderneming weergeeft op een specifiek moment. |
| Resultatenrekening | Een overzicht dat de kosten en opbrengsten van een onderneming gedurende een bepaalde periode weergeeft, resulterend in winst of verlies. |
| Liquide middelen | Geld dat direct beschikbaar is, zoals geld in kas en op zichtrekeningen. |
| Geldbeleggingen | Kortetermijninvesteringen met een looptijd van maximaal drie maanden en een hoge realisatiegraad, met beperkte waardeschommelingen. |