Cover
Comença ara de franc 7 Vetten ST.pptx
Summary
# Functies en soorten vetten
Vetten zijn essentiële macronutriënten die cruciale functies vervullen in het lichaam, variërend van energieopslag tot de bouw van celstructuren en het transport van voedingsstoffen.
## 1. Omschrijving van vetten
Vetten, ook wel lipiden genoemd, zijn onmisbaar in een gezond voedingspatroon. Ze leveren met 9 kilocalorieën per gram een aanzienlijke hoeveelheid energie. Vetten zijn niet in water oplosbaar, maar komen wel in alle lichaamscellen voor. Ze zijn aanwezig in vrijwel alle voedingsmiddelen, hoewel noten, zaden en pitten er bijzonder rijk aan zijn. Het is een misvatting te denken dat men vetarm zou kunnen leven; vetten zijn noodzakelijk voor een goede lichaamsfunctie.
## 2. Functies van vetten
Vetten vervullen diverse belangrijke functies in het lichaam:
* **Energielevering:** Vetten zijn een primaire bron van energie (9 kcal/gram).
* **Bouwstof:** Ze vormen een bouwsteen voor cellen.
* **Warmte en isolatie:** Vetweefsel zorgt voor lichaamswarmte en bescherming van organen.
* **Transport:** In de vorm van lipoproteïnen regelen vetten het transport van vetten naar de cellen.
* **Opslag van energie:** Vet is een efficiënte manier voor het lichaam om energie op te slaan.
* **Opname van vitamines:** Vetten zijn essentieel voor de goede opname van de vetoplosbare vitamines A, D, E en K.
* **Smaak:** Vetten dragen bij aan de smaak van voedsel.
* **Vertraagde maagwerking:** Ze zorgen voor een langzamer ledigen van de maag.
* **Verzadigingsgevoel:** Vetten geven een sneller en langer verzadigingsgevoel.
## 3. Soorten vetzuren
Vetten worden onderverdeeld op basis van de structuur van hun vetzuurketens, met name het al dan niet voorkomen van dubbele bindingen tussen de koolstofatomen.
### 3.1 Verzadigde vetzuren
Bij verzadigde vetzuren zijn de koolstofatomen in de keten met een enkele binding aan elkaar verbonden. Het lichaam kan deze vetzuren zelf aanmaken uit koolhydraten en andere vetten, waardoor ze niet essentieel zijn via de voeding. Verzadigde vetzuren worden over het algemeen als minder gezond beschouwd en kunnen het cholesterolgehalte verhogen.
* **Bronnen:** Dierlijke producten zoals vlees, vis (met uitzondering van vette vissoorten zoals makreel, haring, paling, sardine en zalm), melk (3,5% vet), melkproducten (roomboter), cacao, koek, sauzen en snacks.
### 3.2 Onverzadigde vetzuren
Onverzadigde vetzuren bevatten één of meer dubbele bindingen tussen de koolstofatomen. Deze vetzuren zijn essentieel voor het menselijk lichaam omdat het ze niet zelf kan aanmaken en ze dus via de voeding opgenomen moeten worden. Ze komen voornamelijk voor in plantaardige voedingsmiddelen en worden vaak aangeduid als "goede vetten".
#### 3.2.1 Enkelvoudige onverzadigde vetzuren (EOV)
Bij enkelvoudig onverzadigde vetzuren is er één dubbele binding aanwezig in de vetzuurketen. De meeste EOV zijn vloeibaar bij kamertemperatuur.
* **Omega-9-vetzuren:** Deze vetzuren, zoals oleïnezuur, worden onder andere gevonden in olijven, olijfolie, avocado, amandelen en noten. Ze worden in verband gebracht met een cholesterolverlagend effect en het bevorderen van elastische celwanden.
#### 3.2.2 Meervoudige onverzadigde vetzuren (MOV)
Bij meervoudig onverzadigde vetzuren zijn er twee of meer dubbele bindingen in de vetzuurketen.
* **Omega-3-vetzuren:** Deze essentiële vetzuren zijn onder andere te vinden in vette vis (makreel, haring, paling, sardine, zalm), walnoten, lijnzaad (gebroken), notenolie, koolzaadolie, zaden, pitten, avocado, vijgen, bonen, maïs, knoflook en groene groenten.
* **Positieve eigenschappen:** Kunnen bijdragen aan het voorkomen van hart- en vaatziekten, artritis en depressies. Ze verlagen het cholesterolgehalte, hebben een ontstekingsremmend effect en zijn belangrijk voor de hersenontwikkeling en het gezichtsvermogen bij ongeboren baby's.
* **Tekorten:** Kunnen leiden tot leerstoornissen en verminderd gezichtsvermogen.
* **Omega-6-vetzuren:** Deze vetzuren worden gevonden in plantaardige oliën zoals zonnebloemolie en maïsolie.
* **Positieve eigenschappen:** Kunnen de aanmaak van cholesterol remmen en het afweersysteem versterken.
* **Caveat:** Een te grote inname van omega-6 vetzuren kan ontstekingen bevorderen en de werking van insuline remmen.
> **Tip:** Het is belangrijk om een goede verhouding te hebben tussen omega-3 en omega-6 vetzuren voor optimale gezondheid.
Het vet in voedingsmiddelen is altijd een combinatie van verzadigde en onverzadigde vetten, waarbij de verhouding kan verschillen. Oliën bevatten bijvoorbeeld veel EOV en ook wat verzadigde vetten. Vette vis levert diverse MOV naast verzadigde vetten.
### 3.3 Gehard vet of transvet
Gehard vet, ook wel transvet genoemd, ontstaat wanneer vloeibaar onverzadigd vet tijdens een fabricageproces (hydrogenering) wordt gehard. Dit proces verbetert de houdbaarheid en smeerbaarheid van vetten, maar verandert de gezonde structuur van onverzadigde vetzuren, waardoor transvetzuren ontstaan. Grote hoeveelheden transvetzuren zijn schadelijk voor de gezondheid.
* **Bronnen:** Harde margarines, bak-, braad- en frituurvetten, koek, gebak en hartige snacks.
## 4. Vetvertering
De vertering van vetten begint in de maag, waar vetten de maaglediging vertragen. De eigenlijke vertering start in de twaalfvingerige darm:
1. **Gal:** Gal, geproduceerd door de lever, emulgeert grote vetdruppels tot kleinere druppeltjes (micellen). Dit vergroot het oppervlak voor de enzymen.
2. **Lipase:** Het enzym lipase, aanwezig in gal en alvleessap, breekt vet af tot glycerol en drie vetzuren.
3. **Absorptie:** Glycerol en de drie vetzuren worden in de dunne darm opgenomen en komen via de bloedbaan in het lichaam terecht.
## 5. Cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof die essentieel is voor het lichaam. Het lichaam maakt zelf cholesterol aan, voornamelijk in de lever.
### 5.1 Functies van cholesterol
* **Bouwstof:** Onderdeel van celmembranen.
* **Vetvertering:** Nodig voor de aanmaak van galzuren, wat de vetvertering en -absorptie bevordert.
* **Vitamine D:** Essentieel voor de vorming van vitamine D in de huid en het transport ervan.
* **Hormonen:** Nodig voor de productie van hormonen.
* **Transportmiddel:** Samen met eiwitten vormt cholesterol lipoproteïnen (vet-eiwitcomplexen) die vetten transporteren in het lichaam. Deze worden voornamelijk in de lever en darm geproduceerd.
### 5.2 Bronnen van cholesterol
Cholesterol komt voor in cholesterolrijke voedingsmiddelen, voornamelijk van dierlijke oorsprong (zoals roomboter en slagroom). Plantaardige voedingsmiddelen zoals fruit en groenten bevatten geen cholesterol.
### 5.3 Soorten cholesterol
* **LDL (Low Density Lipoprotein):** Dit eiwit transporteert cholesterol van de lever naar de organen. Een hoge LDL-waarde kan leiden tot vernauwing van de bloedvaten en wordt daarom "slecht" cholesterol genoemd.
* **HDL (High Density Lipoprotein):** Dit eiwit transporteert cholesterol weg uit de organen, breekt het af en verwijdert het. HDL wordt daarom "goed" cholesterol genoemd.
### 5.4 Risico's en oorzaken van te veel cholesterol
* Stress
* Overgewicht
* Weinig lichaamsbeweging
* Ongezonde voeding
* Erfelijke aanleg
* Hoge bloeddruk
* Leeftijd
Een teveel aan cholesterol in de bloedbaan kan leiden tot hart- en vaatziekten.
### 5.5 Cholesterol verlagen
* Voldoende voedingsvezels consumeren.
* Beperken van de opname van geïndustrialiseerde suikers.
* Knoflook en olijfolie consumeren.
* Beperken van de inname van cholesterolrijke voeding.
* Plantaardige vetten (rijk aan onverzadigde vetzuren) bevorderen de verlaging van het cholesterolgehalte.
> **Tip:** Het lichaam maakt zelf cholesterol aan, maar de hoeveelheid die we via de voeding opnemen, kan wel beperkt worden.
## 6. Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vet
Ongeveer 20 tot 35% van de totale dagelijkse energie-inname mag uit vet bestaan, met een absolute bovengrens van maximaal 40%.
* **Voorbeeld:** Bij een dagelijkse inname van 1400 kilocalorieën mag 20-35% vet zijn, wat neerkomt op 280 tot 490 kilocalorieën uit vet. Omdat 1 gram vet 9 kilocalorieën levert, mag dit neerkomen op 31 tot 54 gram vet per dag.
> **Tip:** Let er bij het samenstellen van de voeding op dat voornamelijk producten met onverzadigde vetzuren worden gegeten, zoals plantaardige oliën, noten, zaden, olijven, avocado en vette vis.
## 7. Wat gebeurt er bij tekorten?
Een tekort aan vetten kan leiden tot:
* Tekort aan vetoplosbare vitamines (A, D, E, K).
* Depressie.
* Meer hongergevoel.
* Disbalans in voedingsstoffen.
## 8. Wat gebeurt er bij te veel vet?
Een overschot aan vet kan leiden tot:
* Energie-overschot en gewichtstoename.
* Fysieke klachten zoals diabetes, hart- en vaatziekten, slaapstoornissen.
* Psychische en emotionele problemen.
* Slechte algehele gezondheid, met overgewicht, obesitas en zwaarlijvigheid als gevolg.
> **Tip:** Vergelijk etiketten van voedingsmiddelen en let specifiek op het gehalte aan verzadigde vetten.
---
# Vetvertering en cholesterol
Dit gedeelte behandelt het proces van vetvertering in het spijsverteringsstelsel en introduceert cholesterol, inclusief de functies, bronnen en soorten.
### 2.1 Vetvertering
De vertering van vetten is een cruciaal proces dat plaatsvindt in verschillende delen van het spijsverteringsstelsel.
#### 2.1.1 Maag
In de maag wordt de vertering van vetten vertraagd door de aanwezigheid van vetten zelf.
#### 2.1.2 Twaalfvingerige darm
De twaalfvingerige darm is de plaats waar de eigenlijke vetvertering start. Twee buisjes monden hier uit en voeren spijsverteringssappen aan die essentieel zijn voor dit proces. Gal speelt een belangrijke rol door grote vetdruppels te emulgeren tot zeer kleine druppels (micellen), wat de werking van het enzym lipase vergemakkelijkt. Alvleesklierensap bevat lipase, dat vet afbreekt tot glycerol en drie vetzuren.
#### 2.1.3 Dunne darm
In de dunne darm worden glycerol en de drie vetzuren opgenomen. Deze worden vervolgens via de bloedvaten naar de bloedbaan getransporteerd.
### 2.2 Cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof (lipide) die essentieel is voor het lichaam. Het wordt gebruikt voor de aanmaak van cellen, hormonen, vitamine D en galzuren. De behoefte aan cholesterol is hoger bij baby's, kinderen, zwangere vrouwen en moeders die borstvoeding geven. Hoewel cholesterol een slechte reputatie heeft, is het onmisbaar. Gevaar ontstaat pas bij een te hoge concentratie cholesterol in de bloedbaan, wat kan leiden tot vernauwing van de bloedvaten.
#### 2.2.1 Bronnen van cholesterol
Cholesterol is afkomstig uit cholesterolrijke voedingsmiddelen, voornamelijk van dierlijke oorsprong, zoals roomboter en slagroom. Daarnaast wordt cholesterol ook aangemaakt door de lever. Plantaardige voedingsmiddelen zoals fruit en groenten bevatten geen cholesterol.
#### 2.2.2 Functies van cholesterol
* **Bouwstof celmembranen:** Cholesterol is een integraal onderdeel van de celmembranen.
* **Vetvertering en absorptie:** Het draagt bij aan een goede vetvertering en absorptie door de aanmaak van galzuur.
* **Vitamine D vorming:** Het speelt een rol bij de vorming van vitamine D in de huid en het transport ervan naar de nieren.
* **Hormoonproductie:** Cholesterol is een voorloper voor de productie van diverse hormonen.
* **Transportmiddel voor vetten:** Samen met eiwitten vormt cholesterol lipoproteïnen, complexen die vetten door het lichaam transporteren. Deze worden voornamelijk in de lever en darmen geproduceerd.
#### 2.2.3 Soorten cholesterol (lipoproteïnen)
* **LDL (lage densiteit lipoproteïnen):** Dit eiwit transporteert cholesterol van de lever naar de organen. Een hoge concentratie LDL kan leiden tot aderverkalking en wordt daarom geassocieerd met 'slecht' cholesterol.
* **HDL (hoge densiteit lipoproteïne):** Dit eiwit neemt cholesterol uit de organen op, breekt het af en voert het af. HDL wordt daarom beschouwd als 'goed' cholesterol.
#### 2.2.4 Risico's en oorzaken van een hoog cholesterolgehalte
* Stress
* Overgewicht
* Weinig lichaamsbeweging
* Ongezonde voeding
* Erfelijke aanleg
* Hoge bloeddruk
Naarmate de leeftijd vordert, neemt de kans op hart- en vaatziekten toe, wat een integrale aanpak van voeding en levensstijl vereist.
#### 2.2.5 Cholesterol verlagen
* Voldoende voedingsvezels consumeren.
* Beperken van de opname van geïndustrialiseerde suikers.
* Knoflook en olijfolie kunnen gunstig zijn.
* Hoewel de lever zelf cholesterol aanmaakt, kan de opname van cholesterol uit voeding wel beperkt worden.
* Plantaardige vetten, rijk aan onverzadigde vetzuren (OV), verlagen het cholesterolgehalte in het bloed.
### 2.3 Soorten vetzuren
Vetzuren zijn de bouwstenen van vetten en worden ingedeeld op basis van de bindingen tussen de koolstofatomen.
#### 2.3.1 Verzadigde vetzuren (VV)
Bij verzadigde vetzuren zijn de koolstofatomen enkel verbonden met elkaar. Het lichaam kan deze zelf aanmaken uit koolhydraten en andere vetten, waardoor ze niet essentieel zijn. Ze worden beschouwd als ongezonde vetten met een beperkte functie en verhogen het cholesterolgehalte. Bronnen zijn onder andere vlees, vis (behalve vette vissoorten), melk en melkproducten, roomboter, cacao, koek, sauzen en snacks.
#### 2.3.2 Onverzadigde vetzuren (OV)
Bij onverzadigde vetzuren zijn de koolstofatomen verbonden met één of meer dubbele bindingen. Deze zijn essentieel voor de mens omdat het lichaam ze niet zelf kan aanmaken en ze via de voeding opgenomen moeten worden. Ze komen voornamelijk voor in plantaardige voedingsmiddelen en worden beschouwd als 'goede vetten'.
##### 2.3.2.1 Enkelvoudige onverzadigde vetzuren (EOV)
Deze vetzuren bevatten één dubbele binding. Ze zijn meestal vloeibaar bij kamertemperatuur.
* **Omega-9-vetzuren:** Gevonden in olijven, olijfolie, avocado, amandelen en noten. Ze worden geassocieerd met een cholesterolverlagend effect en het stimuleren van elastische celwanden.
##### 2.3.2.2 Meervoudige onverzadigde vetzuren (MOV)
Deze vetzuren bevatten meer dan één dubbele binding.
* **Omega-3-vetzuren:** Te vinden in vette vis (makreel, haring, paling, sardine, zalm), walnoten, lijnzaad, notenolie, koolzaadolie, zaden, pitten, avocado, vijgen, bonen, maïs, knoflook en groene groenten.
* **Positieve eigenschappen:** Preventie van hart- en vaatziekten, artritis en depressies; verlaging van het cholesterolgehalte; ontstekingsremmend; belangrijk voor hersenontwikkeling en gezichtsvermogen bij ongeboren baby's.
* **Tekorten:** Leerstoornissen, verminderd gezichtsvermogen.
* **Omega-6-vetzuren:** Voorkomend in plantaardige oliën zoals zonnebloemolie en maïsolie.
* **Positieve eigenschappen:** Remt de aanmaak van cholesterol, versterkt het afweersysteem.
* **Waarschuwing:** Een te grote inname kan ontstekingen bevorderen en de werking van insuline remmen.
> **Tip:** Omega-3, omega-6 en omega-9 vetzuren hebben een positieve invloed op de gezondheid. Zorg voor een goede verhouding tussen deze essentiële vetzuren.
#### 2.3.3 Gehard vet of transvet
Gehard vet, ook wel transvet genoemd, ontstaat tijdens het fabricageproces (hydrogenering) waarbij vloeibaar onverzadigd vet hard wordt gemaakt. Dit gebeurt om vetten langer houdbaar te maken en de smeerbaarheid te verbeteren. Het proces verandert de structuur van onverzadigde vetten en creëert transvetzuren. Grote hoeveelheden transvet zijn schadelijk. Ze komen voor in harde margarines, bak-, braad- en frituurvetten, koek, gebak en hartige snacks.
> **Tip:** Vergelijk etiketten, met name het gehalte aan verzadigde vetten, om bewuste keuzes te maken.
### 2.4 Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vet
De aanbevolen dagelijkse inname van vet varieert tussen 20% en 35% van de totale energie, met een maximale bovengrens van 40%.
> **Voorbeeld:** Bij een dagelijkse inname van 1400 kilocalorieën (kcal), mag 20% tot 35% hiervan uit vet bestaan, wat neerkomt op 280 tot 490 kcal. Aangezien 1 gram vet 9 kcal levert, betekent dit dat men 31 tot 54 gram vet per dag mag consumeren.
Het is belangrijk om voornamelijk producten met onverzadigde vetzuren te consumeren, zoals plantaardige oliën, noten, zaden, olijven, avocado en vette vis.
### 2.5 Tekorten aan vetten
Een tekort aan vetten kan leiden tot:
* Tekort aan vetoplosbare vitamines (A, D, E, K) met specifieke functies voor huid, ogen, groei, immuunsysteem, botten, tanden, antioxidantwerking, celstofwisseling en bloedstolling.
* Depressie.
* Meer honger.
* Uit balans raken van voedingsstoffen.
### 2.6 Te veel vetten
Een teveel aan vetten kan leiden tot:
* Energie-overschot en gewichtstoename.
* Lichamelijke klachten zoals diabetes.
* Hart- en vaatziekten.
* Slaapstoornissen.
* Psychische en emotionele problemen.
* Slechte algehele gezondheid, waaronder overgewicht, obesitas en zwaarlijvigheid.
---
# Aanbevolen hoeveelheid en tekorten/overschotten aan vet
Dit onderwerp behandelt de aanbevolen dagelijkse inname van vet, hoe deze te berekenen, en de gezondheidsgevolgen van zowel een tekort als een overschot, inclusief specifieke vitamine tekorten en lichamelijke klachten.
### 3.1 Functies van vetten
Vetten zijn essentieel voor het lichaam en vervullen diverse cruciale functies:
* **Energiebron:** Vetten leveren de meeste calorieën (negen kilocalorieën per gram).
* **Bouwstof:** Ze zijn een bestanddeel van alle cellen.
* **Isolatie en bescherming:** Vetten zorgen voor warmte en beschermen organen.
* **Transport:** In de vorm van lipoproteïnen regelen ze het transport van vetten naar cellen.
* **Opslag van energie:** Ze dienen als reservebrandstof.
* **Vitamineopname:** Vetten zijn noodzakelijk voor de opname van de vetoplosbare vitamines A, D, E en K.
* **Smaak:** Ze dragen bij aan de smaak van voedsel.
* **Verzadiging:** Ze vertragen de maaglediging en zorgen voor een sneller verzadigingsgevoel.
### 3.2 Soorten vetzuren
Vetten bestaan uit verschillende soorten vetzuren, die elk specifieke eigenschappen en functies hebben:
#### 3.2.1 Verzadigde vetzuren
* **Structuur:** De koolstofatomen zijn verbonden met enkele bindingen.
* **Essentieel:** Niet essentieel voor de mens, omdat het lichaam ze kan aanmaken uit koolhydraten en andere vetten.
* **Gezondheidsaspect:** Worden beschouwd als ongezonde vetten die het cholesterolgehalte kunnen verhogen.
* **Bronnen:** Dierlijke producten zoals vlees, vis (behalve vette vis), melk en melkproducten, roomboter, cacao, koek, sauzen en snacks.
#### 3.2.2 Onverzadigde vetzuren
* **Structuur:** De koolstofatomen zijn verbonden met één of meer dubbele bindingen.
* **Essentieel:** Essentieel voor de mens, omdat ze niet door het lichaam aangemaakt kunnen worden en via de voeding opgenomen moeten worden.
* **Gezondheidsaspect:** Worden beschouwd als "goede vetten" en komen voornamelijk voor in plantaardige voedingsmiddelen.
##### 3.2.2.1 Enkelvoudige onverzadigde vetzuren (EOV)
* **Structuur:** Bevatten één dubbele binding.
* **Fysische staat:** Meestal vloeibaar bij kamertemperatuur.
* **Voorbeelden:** Omega-9-vetzuren, te vinden in olijven, olijfolie, avocado, amandelen en noten.
* **Gezondheidsvoordelen:** Worden in verband gebracht met een cholesterolverlagend effect en het stimuleren van elastische celwanden.
##### 3.2.2.2 Meervoudige onverzadigde vetzuren (MOV)
* **Structuur:** Bevatten meer dan één dubbele binding.
###### 3.2.2.2.1 Omega-3-vetzuren
* **Bronnen:** Vette vis (makreel, haring, paling, sardine, zalm), walnoten, lijnzaad, notenolie, koolzaadolie, zaden en pitten, avocado, vijgen, bonen, maïs, knoflook en groene groenten.
* **Gezondheidsvoordelen:**
* Preventie van hart- en vaatziekten, artritis en depressies.
* Verlaging van het cholesterolgehalte.
* Ontstekingsremmend effect.
* Belangrijk voor de hersenontwikkeling en het gezichtsvermogen van ongeboren baby's.
* **Tekorten:** Kunnen leiden tot leerstoornissen en verminderd gezichtsvermogen.
###### 3.2.2.2.2 Omega-6-vetzuren
* **Bronnen:** Plantaardige oliën zoals zonnebloemolie en maïsolie.
* **Gezondheidsvoordelen:**
* Remmen de aanmaak van cholesterol.
* Versterken het afweersysteem.
* **Waarschuwing:** Een te grote inname kan ontstekingen bevorderen en de werking van insuline remmen.
#### 3.2.3 Gehard vet of transvet
* **Productie:** Ontstaat door het hard maken van vloeibare onverzadigde vetzuren via hydrogenering in een fabricageproces.
* **Toepassing:** Wordt gebruikt voor betere houdbaarheid en smeerbaarheid van vetten.
* **Gezondheidsrisico's:** De structuur van onverzadigde vetzuren verandert tijdens dit proces, waardoor transvetzuren ontstaan. In grote hoeveelheden zijn deze schadelijk.
* **Bronnen:** Harde margarines, bak-, braad- en frituurvetten, koek, gebak en hartige snacks.
### 3.3 Vetvertering
De vertering van vetten is een proces dat plaatsvindt in het maag-darmkanaal:
1. **Maag:** De aanwezigheid van vetten vertraagt de maaglediging.
2. **Twaalfvingerige darm:** Hier begint de daadwerkelijke vetvertering. Gal, geproduceerd door de lever, emulgeert grote vetdruppels tot zeer kleine micellen, wat de werking van lipase vergemakkelijkt. Lipase, een enzym uit het alvleessap, breekt vet af tot glycerol en drie vetzuren.
3. **Dunne darm:** Glycerol en vetzuren worden opgenomen en via de bloedbaan naar het lichaam getransporteerd.
### 3.4 Cholesterol
Cholesterol is een vetachtige stof die essentieel is voor het lichaam en wordt gebruikt voor de aanmaak van cellen, hormonen, vitamine D en galzuren. De behoefte is hoger bij baby's, kinderen, zwangere vrouwen en moeders die borstvoeding geven. Het is niet inherent slecht; gevaar ontstaat bij te veel aanwezigheid in het bloed, wat kan leiden tot vernauwing van bloedvaten.
#### 3.4.1 Bronnen van cholesterol
* **Voeding:** Cholesterolrijke voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong, zoals roomboter en slagroom. Plantaardige voedingsmiddelen bevatten geen cholesterol.
* **Lichaamseigen:** Het lichaam produceert zelf cholesterol, met name in de lever.
#### 3.4.2 Functies van cholesterol
* Bouwstof voor celmembranen.
* Essentieel voor de vetvertering en absorptie (via aanmaak van galzuur).
* Rol bij de vorming van vitamine D in de huid en het transport ervan.
* Productie van hormonen.
* Transportmiddel voor vetten, in combinatie met eiwitten vormt het lipoproteïnen voor transport in het organisme.
#### 3.4.3 Soorten cholesterol (lipoproteïnen)
* **LDL (Low-Density Lipoprotein):** "Slecht" cholesterol. Het eiwit transporteert cholesterol van de lever naar organen. Een hoge LDL-waarde kan leiden tot dichtslibben van bloedvaten en hart- en vaatziekten.
* **HDL (High-Density Lipoprotein):** "Goed" cholesterol. Het eiwit voert overtollig cholesterol uit organen af, breekt het af en verwijdert het uit het lichaam.
#### 3.4.4 Risico's en oorzaken van hoge cholesterol
* Stress
* Overgewicht
* Weinig lichaamsbeweging
* Ongezonde voeding
* Erfelijke aanleg
* Hoge bloeddruk
De kans op hart- en vaatziekten neemt toe met de leeftijd, wat een algehele aanpak van voeding en levensstijl vereist.
#### 3.4.5 Cholesterol verlagen
* Voldoende voedingsvezels consumeren.
* Beperken van industriële suikers.
* Consumptie van knoflook en olijfolie.
* Plantaardige vetten (rijk aan onverzadigde vetzuren) kunnen het cholesterolgehalte in het bloed verlagen.
### 3.5 Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vet
* **Algemene richtlijn:** Vet mag 20% tot 35% van de totale dagelijkse energie-inname uitmaken, met een maximale bovengrens van 40%.
> **Voorbeeld:** Bij een dagelijkse inname van 1400 kilocalorieën, mag 20% tot 35% hiervan uit vet komen, wat neerkomt op 280 tot 490 kilocalorieën. Aangezien 1 gram vet 9 kilocalorieën levert, mag de dagelijkse vetinname 31 tot 54 gram bedragen.
* **Focus op kwaliteit:** Het is belangrijk om voornamelijk producten met onverzadigde vetzuren te consumeren, zoals plantaardige oliën, noten, zaden, olijven, avocado en vette vis.
### 3.6 Tekorten aan vet
Een tekort aan vetten kan leiden tot diverse gezondheidsproblemen, met name door het onvermogen om vetoplosbare vitamines op te nemen:
* **Tekort aan vetoplosbare vitamines (A, D, E, K):**
* **Vitamine A:** Belangrijk voor huid, ogen, groei en immuunsysteem.
* **Vitamine D:** Cruciaal voor sterke botten en tanden.
* **Vitamine E:** Werkt als antioxidant en beschermt het lichaam, en is belangrijk voor celstofwisseling.
* **Vitamine K:** Essentieel voor bloedstolling.
* **Andere klachten:**
* Depressie.
* Meer hongergevoel.
* Uit balans raken van voedingsstoffen.
### 3.7 Overschotten aan vet
Een overconsumptie van vetten, met name van verzadigde en transvetten, kan leiden tot ernstige lichamelijke klachten en gezondheidsproblemen:
* **Gewichtstoename:** Een energie-overschot door te veel vetinname kan leiden tot dik worden.
* **Lichamelijke klachten:**
* Diabetes.
* Hart- en vaatziekten.
* Slaapstoornissen.
* Psychische en emotionele problemen.
* Slechte algehele gezondheid, waaronder overgewicht, obesitas en vetzucht.
> **Tip:** Vergelijk etiketten van voedingsmiddelen en let specifiek op het gehalte aan verzadigde vetten.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Lipiden | Vetachtige stoffen die een cruciale rol spelen in het lichaam als energiebron, bouwstof voor celmembranen en precursor voor hormonen en galzuren. Ze zijn onmisbaar voor diverse fysiologische processen. |
| Essentiële vetzuren | Vetten die het menselijk lichaam niet zelf kan aanmaken en daarom via de voeding opgenomen moeten worden. Deze vetzuren zijn van vitaal belang voor onder andere de hersenontwikkeling en het voorkomen van ontstekingen. |
| Verzadigde vetzuren | Een type vetzuur waarbij de koolstofatomen onderling verbonden zijn door enkele bindingen. Deze vetten worden over het algemeen als minder gezond beschouwd en kunnen bijdragen aan een verhoogd cholesterolgehalte. |
| Onverzadigde vetzuren | Een type vetzuur waarbij de koolstofatomen onderling verbonden zijn door één of meer dubbele bindingen. Deze vetten, waaronder omega-3, omega-6 en omega-9 vetzuren, worden beschouwd als 'goede vetten' en hebben diverse positieve effecten op de gezondheid. |
| Enkelvoudige onverzadigde vetzuren (EOV) | Een subcategorie van onverzadigde vetzuren met één dubbele binding in hun koolstofketen. Ze komen veel voor in plantaardige oliën zoals olijfolie en worden geassocieerd met een cholesterolverlagend effect. |
| Meervoudige onverzadigde vetzuren (MOV) | Een subcategorie van onverzadigde vetzuren met meer dan één dubbele binding in hun koolstofketen. Hieronder vallen belangrijke vetzuren zoals omega-3 en omega-6, die essentieel zijn voor de gezondheid van hart en bloedvaten en de hersenfunctie. |
| Gehard vet of transvet | Vloeibaar onverzadigd vet dat door middel van hydrogenering is omgezet in een vaste vorm. Dit proces verandert de structuur van het vet en kan schadelijk zijn voor de gezondheid, met name voor het cardiovasculaire systeem. |
| Cholesterol | Een vetachtige stof die essentieel is voor het lichaam voor de aanmaak van cellen, hormonen en galzuren. Hoewel het een slechte reputatie heeft, is een bepaalde hoeveelheid noodzakelijk voor een goede gezondheid, maar te veel in het bloed kan leiden tot vernauwing van bloedvaten. |
| Lipoproteïnen | Complexen van vetten en eiwitten die verantwoordelijk zijn voor het transport van lipiden, zoals cholesterol, door het bloed. Ze worden onderverdeeld in LDL (lage densiteit lipoproteïnen, "slechte cholesterol") en HDL (hoge densiteit lipoproteïnen, "goede cholesterol"). |
| Vetoplosbare vitamines | Vitaminen (A, D, E, K) die alleen in aanwezigheid van vet door het lichaam kunnen worden opgenomen en opgeslagen. Een adequaat vetinname is dus cruciaal voor de beschikbaarheid van deze vitamines. |