Cover
Comença ara de franc PPT wondzorg - Copy.pptx
Summary
# Opbouw en functies van de huid
De huid is een complex orgaan met specifieke lagen en structuren die diverse essentiële functies voor het lichaam vervullen, waaronder bescherming, temperatuurregulatie en sensorische waarneming.
### 1.1 Lagen van de huid
De huid bestaat uit drie hoofdlagen:
#### 1.1.1 Epidermis (opperhuid)
De buitenste laag van de huid, die dient als een barrière tegen externe invloeden.
#### 1.1.2 Dermis (lederhuid)
De middelste laag, rijk aan bloedvaten, zenuwen, haarzakjes en klieren. Deze laag biedt structurele ondersteuning en is betrokken bij sensorische waarneming en temperatuurregulatie.
#### 1.1.3 Hypodermis (subcutis)
De diepste laag, bestaande uit vetweefsel. Deze laag isoleert het lichaam, slaat energie op en beschermt onderliggende organen.
### 1.2 Accessoire structuren van de huid
Naast de drie hoofdlagen bevat de huid diverse accessoire structuren:
* **Haren en haarfollikels:** Produceren haar en zijn betrokken bij sensorische waarneming.
* **Nagels:** Beschermen de uiteinden van de vingers en tenen.
* **Talgklieren:** Produceren talg, een olieachtige substantie die de huid en het haar smeert.
* **Zweetklieren:** Produceren zweet, essentieel voor temperatuurregulatie en uitscheiding.
### 1.3 Functies van de huid
De huid vervult een breed scala aan vitale functies:
* **Bescherming:** De huid vormt een fysieke barrière die onderliggende weefsels en lichaamsvloeistoffen beschermt tegen mechanische schade, pathogenen en uitdroging.
* **Temperatuurregulatie:** Door middel van zweten en aanpassing van de bloedtoevoer reguleert de huid de lichaamstemperatuur.
* **Uitscheiding:** De huid speelt een rol in de uitscheiding van water, zouten en afvalstoffen via zweet.
* **Zintuiglijke gewaarwording:** De huid bevat receptoren voor tast, druk, pijn en temperatuur, waardoor we onze omgeving kunnen waarnemen.
* **Vorming en opslag van voedingsstoffen:** De huid kan vitamine D aanmaken onder invloed van zonlicht en slaat vet op als energiereserve.
> **Tip:** De epidermale barrière is cruciaal voor het handhaven van homeostase; eventuele onderbreking kan leiden tot infectie en dehydratie.
### 1.4 Wonden en wondgenezing
Een wond is een onderbreking van de continuïteit van de huid, wat een risico op infectie met zich meebrengt.
#### 1.4.1 Soorten wonden
Wonden kunnen geclassificeerd worden op basis van hun oorsprong, zoals chirurgische wonden, traumatische wonden, oncologische wonden, decubitus en brandwonden.
#### 1.4.2 Fasen van wondgenezing
Wondgenezing verloopt doorgaans in drie fasen:
1. **Reactiefase (ontstekingsfase):** Gekenmerkt door bloeding (vasoconstrictie, stolselvorming) en ontstekingsreacties (vasodilatatie, opruiming van dode cellen en micro-organismen door fagocyten). Symptomen zijn roodheid ($rubor$), warmte ($calor$), pijn ($dolor$), zwelling ($tumor$) en functieverlies ($functio leasa$).
2. **Regeneratiefase:** De huid wordt hersteld door angiogenese (vorming van nieuwe bloedvaten), collageenafzetting en wondcontractie, waarbij granulatieweefsel ontstaat in een vochtig wondmilieu.
3. **Rijpingsfase:** Het litteken wordt kleiner, soepeler en verandert van rood naar wit, een proces dat zes maanden tot twee jaar kan duren.
#### 1.4.3 Soorten wondgenezing
* **Primaire wondgenezing:** Meestal bij kleine wonden met gladde, goed doorbloede en niet-wijkende wondranden, zonder necrose, contaminatie of vreemde lichamen. Dit resulteert in een vlotte genezing.
* **Secundaire wondgenezing:** Komt voor bij grotere, diepere wonden met onregelmatige of wijken-de wondranden, vaak gecompliceerd door contaminatie of infectie. De genezing duurt langer en kan meer littekenvorming geven.
#### 1.4.4 Wondclassificatiemodellen
* **WCS-model:** Classificeert wonden op basis van kleur (zwart, geel, rood).
* **TIME-model:** Een acroniem voor de beschrijving en aanpak van wonden:
* **T**issue: Vitaliteit van weefsel (vitaal of niet-vitaal, necrose).
* **I**nfection: Tekenen van infectie.
* **M**oisture: Vochtbalans van de wond (te droog, te nat).
* **E**dge: Conditie van de wondranden (wijkend, verweekt, wondomgeving).
> **Tip:** Het is belangrijk om inflammatie (ontsteking) niet te verwarren met infectie. Tekenen van infectie omvatten koorts, geur en pus (etter).
### 1.5 Chirurgische wonden en sluitingstechnieken
Chirurgische wonden vereisen specifieke zorg, waaronder het sluiten van de wonde.
#### 1.5.1 Sluitingsmethoden
* **Hechtingen of draadjes:** Kunnen resorbeerbaar of niet-resorbeerbaar zijn, en variëren in dikte en naaldtype. Diverse technieken bestaan, zoals enkelvoudige hechtingen (losse punten, Donatti, Halsted) en doorlopende hechtingen (Surget, intradermale, Lambot).
* **Wondhaakjes (nietjes of staples):** Worden verwijderd met een speciaal instrument.
* **Medische lijm:** Geschikt voor oppervlakkige, pijnloze sluiting, vooral bij kinderen en voor esthetische resultaten.
* **Hechtstrips (steristrips):** Steriele pleisterstrips die naast elkaar of dakpansgewijs worden aangebracht voor snelle, pijnloze en esthetische sluiting, vaak in combinatie met andere methoden of na verwijdering van hechtingen.
### 1.6 Wondbedekkers en verzorging
Wondbedekkers vangen wondvocht op, beschermen de wond tegen contaminatie en dragen bij aan een vochtig wondmilieu.
#### 1.6.1 Soorten wondbedekkers
* **Ademende, zelfklevende verbanden:** Zoals Mepore of Cosmopore, met een absorberend kussen.
* **Waterproof verbanden (bv. Opsite):** Geschikt voor bescherming tijdens douchen.
#### 1.6.2 Verbandwissel
Een verbandwissel wordt alleen uitgevoerd bij actieve bloeding, bevuiling, loskomen van het verband of abnormale zwelling. Het principe is minimale manipulatie.
#### 1.6.3 Reinigen en ontsmetten
* **Reinigen:** Vaak met NaCl 0,9% of een wondreiniger.
* **Ontsmetten:** Wordt toegepast bij infectie. Waterige oplossingen zoals Hibidil en Isobetadine dermicum 10% worden gebruikt. Alcoholische oplossingen worden meestal gebruikt voor desinfectie van werkoppervlakken of de intacte huid, niet op open wonden of slijmvliezen.
> **Let op:** Ontsmetten mag geen ritueel zijn en moet gebaseerd zijn op medisch beleid. Ether kan worden gebruikt om kleefresten te verwijderen, maar mag nooit in de wonde komen vanwege de koude en het verdampende effect.
---
# Wondclassificatie en wondgenezing
Deze sectie beschrijft de definitie en soorten wonden, de drie fasen van wondgenezing, en de classificatiemodellen zoals het WCS- en TIME-model.
### 2.1 Definitie en soorten wonden
Een wond wordt gedefinieerd als een verbreking van de continuïteit van de huid. Dit brengt potentieel gevaar met zich mee voor wondinfectie. Er zijn diverse soorten wonden, waaronder:
* Chirurgische wonden
* Traumatische wonden
* Oncologische wonden
* Decubitus
* Brandwonden
### 2.2 Wondgenezing: de drie fasen
Wondgenezing is een complex proces dat doorgaans in drie fasen verloopt:
#### 2.2.1 Fase 1: Reactiefase
Deze fase, ook wel de bloedings- en ontstekingsfase genoemd, omvat de volgende stappen:
* **Bloedingsfase:** Direct na het ontstaan van de wond treedt vasoconstrictie op om bloedverlies te beperken. Vervolgens vormt zich een stolsel met fibrinedraden.
* **Ontstekingsfase (inflammatiefase):** In deze fase worden dode cellen en micro-organismen opgeruimd. Vasodilatatie in het wondgebied treedt op, en macrofagen fagocyteren deeltjes. De kenmerken van deze ontsteking zijn de klassieke tekenen: rubor (roodheid), calor (warmte), dolor (pijn), tumor (zwelling) en functio leasa (functieverlies).
#### 2.2.2 Fase 2: Regeneratiefase
In deze fase wordt het verloren weefsel vervangen en de wond gesloten:
* **Angiogenese:** De vorming van nieuwe bloedvaten vindt plaats.
* **Collageenvezels:** Nieuwe collageenvezels worden aangemaakt.
* **Wondcontractie:** De wondranden trekken naar elkaar toe.
* **Granulatieweefsel:** Door een vochtig wondmilieu, waarbij vocht van de randen naar het midden trekt, ontstaat granulatieweefsel dat de verloren lederhuid vervangt.
#### 2.2.3 Fase 3: Rijpingsfase
Deze fase is gericht op het uitrijpen van het litteken:
* Het litteken wordt kleiner en verliest zijn rode kleur, om uiteindelijk wit en soepel te worden.
* Dit proces kan zes maanden tot twee jaar duren.
### 2.3 Soorten wondgenezing
Er zijn twee hoofdtypen wondgenezing:
* **Primaire wondgenezing:** Dit vindt meestal plaats bij kleine wonden met gladde, goed doorbloede wondranden die niet veel wijken. De wond is schoon, zonder necrose, contaminatie of vreemde lichamen, wat leidt tot een vlotte genezing.
* **Secundaire wondgenezing:** Dit is vaker het geval bij grotere, diepere wonden met onregelmatige wondranden die meer wijken. Genezing wordt bemoeilijkt door contaminatie, infectie of de aanwezigheid van vreemde lichamen. Ook vasculaire problemen of diabetes kunnen hierbij een rol spelen. Wonden die secundair genezen, duren langer om te sluiten.
> **Tip:** Het handhaven van een vochtig wondmilieu is cruciaal voor een optimale wondgenezing, met name tijdens de regeneratiefase.
### 2.4 Wondclassificatiemodellen
Er bestaan verschillende modellen om wonden te classificeren en de aanpak te bepalen. Twee veelgebruikte modellen zijn het WCS-model en het TIME-model.
#### 2.4.1 WCS-model (Woundcare Consultant Society)
Dit model classificeert wonden op basis van kleur, wat indicaties geeft over de status van het wondbed:
* **Zwart:** Dit duidt op necrose (dood weefsel), wat verwijderd moet worden.
* **Geel:** Dit suggereert exsudaat en mogelijk fibrine, wat duidt op een noodzaak voor reiniging en vochtregulatie.
* **Rood:** Dit wijst op granulatieweefsel en een gezonde wond, die bescherming en vochtbalans nodig heeft.
#### 2.4.2 TIME-model (Schultz et al., 2003)
Het TIME-model is een acroniem dat helpt bij het systematisch beschrijven van een wond en het bepalen van de aanpak:
* **T**issue (weefsel): Beoordeling van de vitaliteit van het weefsel. Is er necrose aanwezig?
* **I**nfection (infectie): Zijn er tekenen van infectie zoals koorts, geur, pus (etter)?
* **M**oisture (vochtbalans): Wordt de juiste vochtbalans behouden? Is de wond te droog of juist te vochtig?
* **E**dge (wondranden): Zijn de wondranden wijkend, verweekt, of hoe is de wondomgeving?
> **Let op:** Inflammatie (ontsteking) is niet hetzelfde als infectie. De vijf tekenen van ontsteking (rubor, calor, dolor, tumor, functio leasa) kunnen ook aanwezig zijn zonder dat er sprake is van een bacteriële infectie.
### 2.5 Chirugische wonden en sluitingstechnieken
Chirurgische wonden vereisen specifieke zorg. Het sluiten van deze wonden kan op verschillende manieren gebeuren:
* **Hechtingen (draadjes):** Deze kunnen resorbeerbaar of niet-resorbeerbaar zijn, variëren in dikte, en worden met verschillende naaldtypen (snijdend, rond, krom) en technieken aangebracht. Voorbeelden van hechtingssoorten zijn:
* Enkelvoudige hechtingen (losse punten, Donatti/verticale matrassteek, Halsted/horizontale matrassteek)
* Doorlopende hechtingen (Surget, intradermale hechting, Lambot)
* **Wondhaakjes (nietjes / staples):** Een snelle methode voor wondsluiting.
* **Medische lijm:** Snel, pijnloos en esthetisch, vooral geschikt voor oppervlakkige wonden of bij kinderen.
* **Hechtstrips (steristrips):** Steriele pleisterstrips die naast elkaar of dakpansgewijs kunnen worden aangebracht, vaak ter ondersteuning na het verwijderen van hechtingen of voor kleine snijwonden.
### 2.6 Wondbedekkers
Wondbedekkers hebben diverse doelen:
* Opvangen van wondvocht en behoud van een vochtig wondmilieu.
* Beschermen van de wond tegen contaminatie van buitenaf.
* Esthetische en psychologische redenen.
De keuze van een wondbedekker hangt af van de specifieke wond, het protocol, en de beschikbaarheid van materialen. Er zijn diverse soorten, waaronder:
* **Ademende, zelfklevende verbanden** (bv. Mepore®, Cosmopore®) die een centraal absorptiekussen hebben en in verschillende maten verkrijgbaar zijn.
* **Waterproof verbanden** (bv. Opsite®), vaak "doucheplakkers" genoemd.
#### 2.6.1 Verbandwissel
Een verbandwissel is niet altijd nodig en mag geen ritueel zijn. Het wordt geïndiceerd bij:
* Actieve bloeding.
* Fysische bevuiling van het verband.
* Loskomen van het verband (vooral bij occlusieve verbanden).
* Abnormale zwelling onder het verband.
Bij een verbandwissel is zo min mogelijk manipulatie van de wond belangrijk. Een droog aseptisch verband (DAV) kan 48 uur na een ingreep ter plaatse blijven, met uitwendige controle van het verband (bv. aftekenen en dateren van bloedvlekken).
### 2.7 Reinigen en ontsmetten van wonden
De rol van antiseptica bij chirurgische wonden wordt in twijfel getrokken. Het beleid van de arts of dienst dient te worden gevolgd.
* **Reinigen:** Wordt doorgaans gedaan met NaCl 0,9% of een specifieke woundcleanser (bv. Flamarins®).
* **Ontsmetten:** Is voornamelijk geïndiceerd bij infectie.
* Waterige oplossingen zoals Hibidil of Isobetadine® dermicum 10% kunnen gebruikt worden. Let op: deze zijn niet geschikt voor zwangeren, vrouwen die borstvoeding geven, kinderen jonger dan 30 maanden, en patiënten met jodiumallergie.
* Alcoholische oplossingen (meestal 70%) worden gebruikt voor het ontsmetten van werkoppervlakken en intacte huid, maar **nooit** op slijmvliezen of open wonden.
Ontsmetten mag evenmin een ritueel zijn.
#### 2.7.1 Verwijderen van kleefresten
Ether kan gebruikt worden om kleefresten van verbanden te verwijderen. Ether ontvet, maar mag absoluut **nooit** in de wond komen vanwege de koude sensatie en het verdampende karakter.
---
# Chirurgische wondzorg en sluitingsmethoden
Deze sectie behandelt de specifieke zorg voor chirurgische wonden en de diverse methoden om deze te sluiten, inclusief de benodigde materialen en technieken.
### 3.1 De huid en de wond
De huid, het grootste orgaan van het menselijk lichaam, vervult diverse vitale functies:
* **Bescherming:** Het vormt een barrière voor onderliggende weefsels en lichaamsvloeistoffen.
* **Temperatuurregeling:** Door middel van zweetklieren en huideren wordt de lichaamstemperatuur gereguleerd.
* **Uitscheiding:** Afvalstoffen, water en zouten worden via de huid uitgescheiden.
* **Zintuiglijke waarneming:** De huid bevat receptoren voor tast, druk, pijn en temperatuur.
* **Vorming en opslag:** De huid is betrokken bij de aanmaak en opslag van vitamine D en vet.
De huid bestaat uit drie lagen: de epidermis (opperhuid), de dermis (lederhuid) en de hypodermis (onderhuidse vetlaag). Accessoire structuren zoals haren, nagels, talgklieren en zweetklieren maken deel uit van de huid.
Een **wonde** wordt gedefinieerd als een verbreking van de continuïteit van de huid. Dit brengt een verhoogd risico op wondinfectie met zich mee. Wonden kunnen chirurgisch, traumatisch, oncologisch, decubitus of brandwonden zijn.
### 3.2 Wondgenezing
Wondgenezing verloopt in drie fasen:
1. **Reactiefase (ontstekingsfase):**
* **Bloedingsfase:** Vasoconstrictie treedt op om bloedverlies te beperken, gevolgd door de vorming van een stolsel.
* **Ontstekingsfase:** Dode cellen en micro-organismen worden opgeruimd. Vasodilatatie in het wondgebied treedt op, en macrofagen fagocyteren vreemd materiaal. Symptomen van ontsteking zijn rubor (roodheid), calor (warmte), dolor (pijn), tumor (zwelling) en functio laesa (functieverlies).
2. **Regeneratiefase:**
* De verloren lederhuid wordt vervangen door nieuw weefsel.
* **Angiogenese** (vorming van nieuwe bloedvaten) vindt plaats.
* Collageenvezels worden aangemaakt.
* **Wondcontractie** helpt de wond te sluiten.
* Een vochtig wondmilieu bevordert de vorming van granulatieweefsel van de wondranden naar het midden.
3. **Rijpingsfase:**
* Het litteken ontwikkelt zich verder en wordt kleiner, van rood naar wit en soepeler. Dit proces kan zes maanden tot twee jaar duren.
#### 3.2.1 Soorten wondgenezing
* **Primaire wondgenezing:** Kenmerkend voor kleine wonden met gladde, goed doorbloede wondranden die nauw op elkaar aansluiten. Deze wonden zijn schoon, zonder necrose, contaminatie of vreemde lichamen, en genezen vlot.
* **Secundaire wondgenezing:** Treedt op bij grotere, diepere wonden met onregelmatige, wijkenende wondranden. Genezing is bemoeilijkt door contaminatie, infectie of vreemde lichamen. Vasculaire problemen en diabetes kunnen dit type genezing ook beïnvloeden. De genezing duurt langer.
#### 3.2.2 Wondclassificatie
Modellen zoals het WCS-model (Woundcare Consultant Society) en het TIME-model helpen bij het classificeren van wonden en het bepalen van de aanpak.
* **WCS-model:** Deelt wonden in de kleuren zwart (necrose), geel (fibrineus beslag) en rood (granulatie) in.
* **TIME-model (Schultz et al., 2003):** Een acroniem dat vier aspecten van de wondbeschrijving aangeeft:
* **T**issue (weefsel): Vitaal of niet-vitaal? Necrose aanwezig?
* **I**nfection (infectie): Tekenen van infectie aanwezig?
* **M**oisture (vochtbalans): Optimale vochtbalans? Te droog of te veel vocht?
* **E**dge (wondranden): Wijken de randen? Verweking? Conditie van de wondomgeving?
Het is belangrijk om **inflammatie** (ontsteking) niet te verwarren met **infectie**. Tekenen van infectie omvatten koorts, pus (etter), geur en slechte wondheling, naast de klassieke ontstekingssymptomen.
### 3.3 Chirurgische wondsluiting
Het sluiten van een chirurgische wonde is cruciaal voor een goede genezing en het voorkomen van complicaties. Diverse methoden worden toegepast:
#### 3.3.1 Hechtingen of draadjes
Hechtingen kunnen **resorbeerbaar** (worden door het lichaam afgebroken) of **niet-resorbeerbaar** zijn. Ze variëren in dikte en worden met verschillende naalden (snijdend of rond, krom) gebruikt. De techniek vereist specifieke instrumenten zoals een naaldvoerder, pincet en schaar.
* **Enkelvoudige hechtingen (losse punten):** Elke steek wordt afzonderlijk geknoopt.
* **Donatti (verticale matrassteek):** Geeft goede approximatie en voorkomt spanning.
* **Halsted (horizontale matrassteek):** Geschikt voor gebieden met veel spanning of voor het ravotten van wondranden.
* **Doorlopende hechtingen:** De draad loopt door de hele wond en wordt aan beide uiteinden vastgeknoopt.
* **Surget:** Een eenvoudige doorlopende hechting.
* **Intradermale hechting:** De draad wordt onder de huid doorgeleid, wat een esthetisch resultaat geeft en littekenvorming minimaliseert.
* **Lambot:** Een specifieke doorlopende hechttechniek.
#### 3.3.2 Wondhaakjes (nietjes / staples)
Huidnietjes, ook wel staples genoemd, zijn een snelle methode voor wondsluiting. Ze worden verwijderd met een specifieke huidnietjes-remover of haakjestang.
#### 3.3.3 Medische lijm
Medische lijm is een snelle, pijnloze en esthetische optie voor oppervlakkige wonden, vooral bij kinderen. Het kan ook in combinatie met andere sluitingsmethoden worden gebruikt.
#### 3.3.4 Hechtstrips (steristrips)
Hechtstrips, ook wel zwaluwstaartjes genoemd, zijn steriele pleisterstrips die naast elkaar of dakpansgewijs worden aangebracht. Ze zijn snel, pijnloos en esthetisch, en worden vaak gebruikt als aanvulling op of na het verwijderen van hechtingen.
### 3.4 Wondbedekkers
Wondbedekkers hebben als doel het opvangen van wondvocht, het beschermen van de wonde tegen externe verontreiniging en het creëren en behouden van een optimaal vochtig wondmilieu. De keuze hangt af van het type wonde, het protocol, de beschikbaarheid van materialen en of een waterproof verband gewenst is.
* **Ademende, zelfklevende verbanden (bv. Mepore®, Cosmopore®):** Deze hebben een centraal absorptiekussen en zijn verkrijgbaar in verschillende maten.
* **Waterproof verbanden (bv. Opsite®):** Deze 'doucheplakkers' bieden een barrière tegen water en zijn geschikt voor wonden waarbij douchen noodzakelijk is.
#### 3.4.1 Verbandwissel
Een verbandwissel is nodig bij:
* Actieve bloeding.
* Fysische bevuiling van het verband.
* Loskomen van het verband.
* Abnormale zwelling onder het verband.
Een verbandwissel mag geen vast ritueel zijn. Uitwendige verbandcontrole kan volstaan, waarbij eventuele veranderingen worden afgetekend en gedateerd. Manipulatie van de wonde dient tot een minimum beperkt te worden.
### 3.5 Reinigen en ontsmetten
De rol van antiseptica bij chirurgische wonden wordt steeds vaker ter discussie gesteld. Het wondbeleid van de arts of dienst dient gevolgd te worden.
* **Reinigen:** Meestal met NaCl 0,9% of een specifieke woundcleanser (bv. Flamarins®).
* **Ontsmetten:** Wordt voornamelijk toegepast bij infecties.
* **Waterige oplossingen:** Hibidil, Isobetadine® dermicum 10% (contra-indicaties: zwangere vrouwen, borstvoeding, kinderen < 30 maanden, jodiumallergie).
* **Alcoholische oplossingen:** Meestal in een concentratie van 70%, gebruikt voor het ontsmetten van werkoppervlakken en de intacte huid, maar niet voor slijmvliezen of open wonden.
Ontsmetten mag geen routinehandeling zijn.
#### 3.5.1 Verwijderen van kleefresten
Ether kan gebruikt worden om kleefresten van verbanden te verwijderen. Het mag **nooit** in de wonde komen. Let op de geur; ether vervliegt snel. Ether is koud.
> **Tip:** Een vochtig wondmilieu bevordert de wondgenezing. Kies daarom wondbedekkers die een optimale vochtbalans behouden.
>
> **Tip:** Bij twijfel over de noodzaak van een verbandwissel of ontsmetting, raadpleeg altijd het protocol of een ervaren collega.
---
# Wondbedekkers en wondreiniging
Dit onderdeel bespreekt het belang van wondbedekkers voor het beheren van wondvocht en het beschermen van wonden, evenals de rol van antiseptica en reinigingsmiddelen bij chirurgische wonden, met de nadruk op het volgen van het beleid van de arts.
### 4.1 Wondbedekkers
Wondbedekkers hebben als primaire functies het opvangen van wondvocht om een vochtig wondmilieu te behouden, het beschermen van de wonde tegen externe verontreiniging, en dienen soms ook om esthetische en psychologische redenen.
De keuze voor een specifiek wondbedekker hangt af van verschillende factoren, waaronder het type wonde, het vastgestelde protocol, de noodzaak voor waterdichtheid, en de beschikbaarheid van materialen.
#### 4.1.1 Soorten wondbedekkers
* **Ademende, zelfklevende verbanden (bv. Mepore®, Cosmopore®)**
* Deze verbanden zijn steriel en hebben een centraal absorberend kussen.
* Ze zijn verkrijgbaar in verschillende maten en vereisen geen speciaal toezicht op het wondhelingsproces.
* **Waterdichte verbanden (bv. Opsite®)**
* Deze zijn ideaal wanneer waterdichtheid vereist is, vaak aangeduid als 'doucheplakkers'.
#### 4.1.2 Verbandwissel
Een verbandwissel wordt uitgevoerd volgens het beleid van de arts of dienst.
* **Indicaties voor verbandwissel:**
* Actieve bloeding.
* Fysische bevuiling van het verband.
* Loskomen van het verband (zeker bij occlusieve verbanden).
* Abnormale zwelling onder het verband (waarbij een depper kan worden gebruikt om de zwelling te beoordelen).
* **Algemene richtlijnen:**
* Het verband mag in principe 48 uur na een ingreep ter plaatse blijven, tenzij anders aangegeven.
* Uitwendige controle van het verband is mogelijk, waarbij eventuele bloedvlekken kunnen worden afgetekend en gedateerd.
* Er dient zo weinig mogelijk gemanipuleerd te worden.
* Een verbandwissel mag geen ritueel worden.
### 4.2 Reiniging en ontsmetting van chirurgische wonden
De rol van antiseptica bij chirurgische wonden wordt in vraag gesteld, en het is cruciaal om het specifieke wondbeleid van de arts of dienst te volgen.
#### 4.2.1 Reinigen
* **Gebruikelijke reinigingsmiddelen:**
* Natriumchloride 0,9% (NaCl 0,9%).
* Woundcleanser, bijvoorbeeld Flamarins®.
#### 4.2.2 Ontsmetten
Ontsmetten wordt overwogen bij een vastgestelde infectie.
* **Waterige oplossingen:**
* Hibidil.
* Isobetadine® dermicum 10%.
* **Let op:** Deze zijn niet aanbevolen voor zwangeren, vrouwen die borstvoeding geven, kinderen jonger dan 30 maanden, en personen met een jodiumallergie.
* **Alcoholische oplossingen:**
* Meestal gebruikt in een concentratie van 70%.
* Worden ingezet voor het ontsmetten van werkoppervlakken en de intacte huid.
* **Cruciaal:** Deze mogen niet gebruikt worden op slijmvliezen of open wonden.
* Ontsmetten mag geen ritueel worden.
#### 4.2.3 Verwijderen van kleefresten
* **Ether:**
* Kan gebruikt worden om kleefresten te verwijderen.
* **Belangrijk:** Ether mag nooit in de wonde komen.
* Let op de geur; ether vervliegt snel. Ether is koud.
> **Tip:** Bij het beoordelen van een wond is het belangrijk om onderscheid te maken tussen inflammatie (ontsteking) en infectie. Tekenen van inflammatie zijn rubor (roodheid), calor (warmte), dolor (pijn), tumor (zwelling) en functio laesa (functieverlies). Tekenen van infectie kunnen koorts, geur en pus (etter) omvatten.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Huid | Het buitenste beschermende orgaan van het lichaam, bestaande uit de epidermis, dermis en subcutis, met diverse functies zoals bescherming, temperatuurregulatie en sensorische waarneming. |
| Epidermis | De buitenste laag van de huid, die bescherming biedt tegen de omgeving en verantwoordelijk is voor de vernieuwing van huidcellen. |
| Dermis | De middelste laag van de huid, gelegen onder de epidermis, die collageen en elastische vezels bevat voor stevigheid en elasticiteit, en ook bloedvaten, zenuwen en haarzakjes huisvest. |
| Hypodermis (subcutis) | De diepste laag van de huid, voornamelijk bestaande uit vetweefsel, die dient voor isolatie, energieopslag en bescherming van onderliggende structuren. |
| Wonde | Een breuk of onderbreking in de continuïteit van de huid of andere weefsels, wat kan leiden tot blootstelling aan infecties en andere complicaties. |
| Wondgenezing | Het natuurlijke proces waarbij beschadigd weefsel wordt hersteld, dat doorgaans drie fasen doorloopt: de reactiefase, de regeneratiefase en de rijpingsfase. |
| Reactiefase | De eerste fase van wondgenezing, gekenmerkt door bloeding en ontsteking, waarbij het lichaam probeert bloedverlies te beperken en dode cellen en micro-organismen op te ruimen. |
| Regeneratiefase | De tweede fase van wondgenezing, waarin nieuw weefsel wordt gevormd (granulatieweefsel) en de wond zich sluit door de aanmaak van collageenvezels en wondcontractie. |
| Rijpingsfase | De laatste fase van wondgenezing, waarbij een litteken zich ontwikkelt, kleiner wordt, van kleur verandert en soepeler wordt over een periode van zes maanden tot twee jaar. |
| Primaire wondgenezing | Een vlotte genezing die optreedt bij kleine, schone wonden met gladde, goed doorbloede wondranden die dicht bij elkaar liggen en gemakkelijk gehecht kunnen worden. |
| Secundaire wondgenezing | Een langzamer genezingsproces dat plaatsvindt bij grotere, diepere, gecontamineerde of geïnfecteerde wonden met onregelmatige randen die meer tijd nodig hebben om te sluiten. |
| WCS-model | Een classificatiemodel voor wonden dat deze indeelt in drie kleuren: zwart (necrose), geel (vocht, debris) en rood (granulatieweefsel, genezend weefsel). |
| TIME-model | Een acroniem dat vier essentiële factoren voor wondbeheer identificeert: Tissue (weefsel), Infection (infectie), Moisture (vochtbalans) en Edge (wondranden). |
| Chirugische wonde | Een wond die ontstaat door een chirurgische ingreep, vaak met gladde randen, die bedoeld is om zo snel en efficiënt mogelijk te genezen met minimale complicaties. |
| Necrose | De dood van cellen of weefsel in een levend organisme, vaak als gevolg van onvoldoende bloedtoevoer, infectie of trauma, wat een zwarte, droge of vochtige massa kan vormen. |
| Granulatieweefsel | Nieuw bindweefsel dat zich vormt tijdens de genezing van wonden, gekenmerkt door kleine, rode knobbeltjes die de basis vormen voor littekenvorming en wondsluiting. |
| Angiogenese | Het proces van vorming van nieuwe bloedvaten uit reeds bestaande bloedvaten, essentieel voor de toevoer van zuurstof en voedingsstoffen tijdens wondgenezing. |
| Vasoconstrictie | Het vernauwen van bloedvaten, wat de bloedstroom beperkt en wordt gebruikt om bloedverlies na een verwonding te minimaliseren. |
| Vasodilatatie | Het verwijden van bloedvaten, wat de bloedtoevoer naar een bepaald gebied verhoogt en vaak voorkomt tijdens de ontstekingsfase van wondgenezing. |
| Fagocytose | Het proces waarbij cellen (fagocyten) ziekteverwekkers, vreemde deeltjes of dode cellen "opeten" en verwijderen, een belangrijk onderdeel van het immuunsysteem en wondreiniging. |
| Litteken | Het weefsel dat achterblijft na genezing van een wond, bestaande uit collageen, dat stevigheid biedt maar de oorspronkelijke huidstructuur niet volledig herstelt. |
| Hechtingsmateriaal | Materialen die worden gebruikt om wondranden bij elkaar te houden tijdens het genezingsproces, zoals chirurgische draden, nietjes, lijm of hechtstrips. |
| Resorbeerbaar hechtingsmateriaal | Chirurgische draden die door het lichaam worden afgebroken en geabsorbeerd, waardoor ze niet verwijderd hoeven te worden. |
| Niet-resorbeerbaar hechtingsmateriaal | Chirurgische draden die niet door het lichaam worden afgebroken en na genezing van de wond moeten worden verwijderd. |
| Medische lijm | Een steriele kleefstof die wordt gebruikt om oppervlakkige wonden snel en pijnloos te sluiten, vooral geschikt voor kinderen en esthetische toepassingen. |
| Hechtstrips (steristrips) | Kleine, steriele kleefstrips die naast elkaar of dakpansgewijs worden aangebracht om wondranden te sluiten, snel, pijnloos en esthetisch. |
| Wondbedekkers | Materialen die op een wond worden aangebracht om het wondvocht op te vangen, de wond te beschermen tegen contaminatie en een vochtig wondmilieu te behouden. |
| NaCl 0,9% (Fysiologisch zout) | Een steriele zoutoplossing die vaak wordt gebruikt voor het reinigen van wonden, omdat het zacht is en het natuurlijke milieu van het lichaam nabootst. |
| Antisepticum | Een middel dat wordt gebruikt om micro-organismen op levende weefsels te doden of hun groei te remmen, zoals Hibidil of Isobetadine. |
| Ether | Een ontvlambare vloeistof die wordt gebruikt om kleefresten van verbanden of etiketten van de huid te verwijderen door het ontvetten van de huid. |