Cover
Comença ara de franc Samenvatting Karum Kanesh.docx
Summary
# Geografie en chronologie van Karum Kanesh
Dit onderwerp belicht de geografische locatie, vroege bewoningslagen, naamgevingen en de chronologische evolutie van Karum Kanesh, met specifieke aandacht voor de Assyrische kolonieperiode en latere bewoningsfasen.
### 1.1 Geografische ligging
Karum Kanesh, tegenwoordig bekend als Kültepe, bevindt zich in centraal Turkije, in de provincie Kayseri. De site ligt ongeveer 20 kilometer ten zuidwesten van de stad Kayseri en 20 kilometer van de Kizil Irmak rivier. Verder bevindt het zich 25 kilometer van de slapende vulkaan de Erciyes-berg. De locatie is gelegen in de vruchtbare vlakte van Kayseri, wat de landbouw en veeteelt, beoefend door de inheemse bevolking (gerst, olijven, druiven en schapen), bevorderde. Kanesh lag ook op een kruispunt van belangrijke handelsroutes, wat de vestiging van een Assyrische handelskolonie verklaart, die Assur in Mesopotamië met Anatolië verbond.
### 1.2 Chronologie en naamgeving
De site van Karum Kanesh kent 18 verschillende bouwlagen, wat duidt op een lange gebruiksfase vanaf het Chalcolithicum tot de Romeinse tijd, met perioden van verwoesting en naamswijzigingen. Het belang van de site nam toe met de stichting van de Assyrische handelsnederzetting, hoewel er al inheemse bewoning was vóór de komst van de Assyriërs. De Assyrische invloed op de inheemse bevolking vond plaats rond de 8e laag (ca. 1974/1927 v.Chr.) en duurde tot de verwoesting van de site in 1836 v.Chr. Latere bewoningslagen waren minder prominent.
De site heeft door de tijd heen verschillende namen gekend:
* **Kültepe:** De huidige naam, een Turks dorp gelegen bij de ruïnes, betekent 'Asheuvel', verwijzend naar het verdwijnen van de Assyrische karums aan het einde van de Midden-Bronstijd, vaak gepaard gaande met conflicten en brandstichting.
* **Kaniš (of Kaneš):** De naam van de stad in de Bronstijd, teruggevonden op spijkerschrifttabletten in vroegere lagen. Dit is een van de weinige Bronstijd sites waar de oude naam bekend is.
* **Karum Kanesh:** De naam die de Assyriërs gaven aan hun handelsnederzetting. 'Karum' verwijst enerzijds naar een nederzetting (zoals de benedenstad waar handelaren zich buiten de stadsmuren vestigden) en anderzijds naar een hiërarchische organisatie.
* **Nēša:** De naam die de Hettieten gaven na de heropbouw van de stad. Zij noemden zich ook Nesili.
* **Anisa:** De naam gedurende de hellenistische periode.
### 1.3 Opgravingsgeschiedenis
Spijkerschrifttabletten die vanaf circa 1880 op de antiekmarkten verschenen, trokken de aandacht van West-Europese verzamelaars. Dit leidde in 1893 tot de eerste opgraving onder leiding van Ernest Chantre. Hugo Winckler voerde in 1906 een proefopgraving uit. Belangrijke ontwikkelingen vonden plaats in de interbellumperiode: Bedřich Hrozný ontdekte in 1925 de Karum (benedenstad) met talrijke tabletten, en James Henry Breasted fotografeerde de site in 1929. Moderne archeologische praktijken begonnen in 1948 onder leiding van Tahsin Özgüç (tot 2005), waarna Fikri Kulakoğlu het onderzoek voortzette.
### 1.4 Ontstaan en opbouw van de site
De exacte omstandigheden van het ontstaan van de site zijn onduidelijk, maar de stad bestond al en kende een bloeiperiode vóór de eerste vermelding. Stabiliteit van staten en heersers was cruciaal voor de ontwikkeling van een handelskolonie op deze afstand. De Upper Mound kende bewoning vanaf het begin van het derde millennium v.Chr. met geleidelijke groei, terwijl de Karum aan het begin van het tweede millennium v.Chr. ontstond met een relatief korte gebruiksperiode.
De site, met een diameter van 2,5 kilometer, kent twee zones:
* **Upper Mound Kanesh:** Een circulaire structuur met 18 levels die 21 meter hoog is. Deze zone kende de langste occupatiegeschiedenis, van de Vroege Bronstijd tot de Romeinse tijd. Slechts 5 levels (6-10) tonen resten van bebouwing en komen overeen met de gebruiksperiode van de Karum. Monumentale gebouwen omvatten drie paleizen:
* **South Terrace Palace (Level 8):** Bestaande uit lange hallen en een centrale binnenplaats. Recent onderzoek suggereert dat dit complex mogelijk een temenos of handelsplaats was in plaats van een paleis.
* **Old Palace (Level 8):** Een sub-circulaire, omwalde structuur met een poort aan de zuidzijde. Volgens Özgüç zou dit een 'chamber gate' zijn, wat de defensieve kwaliteit verhoogt.
* **Warsama Palace (Level 7):** Gebouwd op de resten van het Old Palace. Dit was de regeerplaats van vijf koningen. De architectuur toont een centrale binnenplaats, opslagruimtes, en invloeden van de Oud-Babylonische paleisarchitectuur. Het paleis diende ook als opslagruimte en had een handelsfunctie. Twee kleine tempelgebouwen bevinden zich ten zuiden van het paleis.
* **Lower Town; Karum Kanesh:** Bestaat uit 5 levels met een totale hoogte van 2 meter en kende een bewoning van 300 jaar. Deze zone was de handelaarswijk, opgedeeld in wijken door straten en pleinen, mogelijk omwald. In de oudste lagen (IV en III) zijn kleine huizen van leemtichels, terwijl vanaf level II grotere, rijkere huizen met stenen funderingen en houten balken verschenen. De muren waren bepleisterd, de vloeren aangestampte aarde. Huizen hadden twee tot zes kamers en vaak twee bouwlagen. De architectuur weerspiegelt de economische functie met aparte woon- en opslagruimtes. De wegen waren geplaveid, met verhoogde trottoirs en een afwateringssysteem.
### 1.5 Begravingen
Overledenen werden over het algemeen onder de vloeren van huizen begraven in steenkistgraven met inhumaties. Sommige lichamen werden voorzien van gouden oog- en mondstukken, wat wijst op een rituele betekenis, mogelijk gerelateerd aan het hiernamaals. Grafgiften werden ook meegegeven.
### 1.6 Handel en economie
Karum Kanesh was een Assyrische handelsnederzetting, met de benedenstad volledig gericht op handel. De route tussen Karum Kanesh en Assur, de hoofdstad van het Assyrische rijk, werd met ezelkaravanen afgelegd in ongeveer 50 dagen voor de 1200 kilometer. Ondernemersfamilies beheerden deze handel, met familieleden in zowel Kanesh als Assur. De vrouwen speelden een belangrijke rol, vaak achterblijvend in Assur, wat soms leidde tot het nemen van een tweede vrouw in Kanesh, met echtscheidingstabletten als gevolg. Tijdens de karavaantochten werden tol en beschermingskosten betaald, met winsten van 50 tot 100% door de hoge risico's.
Er werden diverse grondstoffen verhandeld:
* **Uit Anatolië:** Metalen zoals zilver, goud en koper.
* **Uit Mesopotamië (en Iran/Babylonië):** Tin, afkomstig uit Iran, en textiel, afkomstig uit Babylonië.
Hypothesen over de Assyrische vestiging in Anatolië suggereren dat het Assyrische rijk door het combineren van tin uit Iran en koper uit Anatolië een monopolie kon verkrijgen op de productie van brons, ondanks de afwezigheid van deze grondstoffen in Mesopotamië.
Het hoofdgebouw voor handel was de *bīt kārim* (karumhuis), centrum voor raadsvergaderingen, administratie, export/import en soms opslag, en fungeerde ook als bank. Kanesh was het hoofdkwartier van de handel in Anatolië, met 35 bekende karu's en kleinere handelsposten (wabartum) onder zijn jurisdictie.
### 1.7 Politiek systeem en archieven
De ontwikkeling van Kanesh als handelskolonie op grote afstand van Assur wijst op een politiek stabiele omgeving. Kanesh was de hoofdzetel van het koninkrijk Kanesh, een netwerk van Assyrische handelssteden in Anatolië. Het diende als politiek centrum voor overeenkomsten tussen lokale heersers en handelssteden, en als doorgeefluik voor communicatie van Assur naar de koloniesteden. De overheid bevond zich in de nog niet teruggevonden *bit karum*. Economisch bepaalde Kanesh belastingen, en juridisch fungeerde de karum als rechtbank. Hoger beroep kon bij de moederstad Assur.
Er zijn meer dan 23.500 spijkerschrifttabletten gevonden, voornamelijk in privé-archieven binnen de Karum (minimaal 70 archieven). Deze bevatten commerciële documenten (overeenkomsten, schuldbrieven, inventarislijsten, reiskosten, juridische documenten, brieven) en persoonlijke documenten (huwelijkscontracten, testamenten, scheidingspapieren). Voor het eerst zijn er ook teksten gevonden over de Anatoliërs, die inzichten bieden in hun geschiedenis, dagelijks leven, maatschappij, economie en persoonlijke relaties. De schrijftaal was Oud-Assyrisch of Akkadisch.
De kleitabletten werden bewaard in klei-containers, houten kisten of zakken. Verbranding heeft de tabletten gehard en bewaard. De plotselinge brand suggereert dat bewoners geen tijd hadden om ze mee te nemen, wat blijkt uit tabletten die nog in hun 'envelop' werden gevonden. Na de eerste verwoesting werd de site opnieuw heropgebouwd en wederom door brand verwoest, maar minder tabletten zijn bewaard gebleven, wat erop duidt dat er toen wel tijd was om sommige mee te nemen. Het vertalen van alle tabletten is een lopend proces met voortdurende nieuwe resultaten.
### 1.8 Aardewerk
* **Vroegste lagen (Level IV):** Voornamelijk handgemaakt aardewerk.
* **Level III:** Aardewerk gemaakt met een sneldraaiend pottenbakkerswiel, vaak zwart of rood beschilderd, met sterke gelijkenissen met Alisar III-stijl aardewerk.
* **Vanaf Level II:** Grote variatie in aardewerkvormen, met voortzetting van oude tradities en nieuwe vormelijkheden door verbeterde technieken. Nabotsing van metalen objecten en zoömorfe keramische artefacten verschijnen. Aardewerk is vaak monochroom beschilderd (rood, bruin, ecru, vaalgeel, grijs, zwart) met dierlijke motieven.
* **Level 1b:** Voortzetting van bestaande typen en enkele nieuwe tradities, variëteit in vormen zet zich voort, maar de schildertraditie stopt.
### 1.9 Vondsten uit de Karum
* **Spijkerschrifttabletten en omhulsels (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Betreffen juridische teksten (bv. diefstal) en leningen (bv. 9 ⅔ minas zilver). Rolzegelafdrukken op omhulsels tonen grafisch bewijs van culturele contacten, met een mix van Mesopotamische onderwerpen in lokale Anatolische stijl (bv. scherp afgelijnde vingers, overdreven gelaatstrekken, visgraatpatroon). Sommige afdrukken tonen Oud-Assyrische stijl (naakte helden, processies naar godheid), anderen Anatolische stijl (minder lineair georiënteerd, overvloed aan figuren) met invloeden van Mesopotamische goden en figuren zoals de 'bull-man'. Een afdruk is een erfstuk uit de Ur III periode, met een Sumerische inscriptie die de oorspronkelijke eigenaar vermeldt.
* **Spijkerschrifttabletten en omhulsels (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Een tablet met een lening van 9 ½ minas zilver. Omhulsels tonen afdrukken van rolzegels van drie getuigen en een vierde afdruk die de terugbetaling faciliteerde. Twee zegels zijn in Oud-Assyrische stijl, één in Anatolische stijl met lichte Mesopotamische invloeden, en één is een erfstuk uit de Ur III periode.
* **Spijkerschrifttablet en omhulsel (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Een tablet met een lening van 7 minas zilver. Op het omhulsel vier zegelafdrukken: twee in Anatolische stijl (bv. processie naar een gezeten godheid) en twee in Syro-Cappadocische stijl (een mengeling van Syrische, Mesopotamische en Anatolische kenmerken, o.a. naakte godin geflankeerd door bull-men).
* **Schoenvormige vaten (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Keramische vaten met hoogstwaarschijnlijk een rituele functie. De vorm is terug te zien op Anatolische zegelafdrukken. Deze waren polychroom beschilderd met geometrische patronen en hadden een 'red burnish' afwerking.
* **Zoömorfe drink- en opslagvaten (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Frequent voorkomende artefacten met een vermoedelijke ceremoniële functie, gelinkt aan Anatolische goden voor drankoffer rituelen. Vaak afgewerkt met 'red burnish' en polychrome beschilderingen. Voorbeelden zijn vaten met leeuwen-, stieren-, beer/wolf-, ramshoofd, en hertenfiguren.
* **Vaten met schenktuit (Level II, ca. 1950-1836 v.Chr.):** Hoog gepolijste vaten, mogelijk voor huishoudelijke of ceremoniële doeleinden. Sommige hadden zoömorfe elementen, zoals een vat met een keramische arend op het handvat, vermoedelijk gebruikt bij rituelen.
* **Vrouwelijk figuur (Level Ib, 1800-1700 v.Chr.):** Een ivoren beeldje gevonden als grafgift, een van de eerste ivoren sculpturen uit centraal Anatolië. Overdreven grote ogen en gelaatstrekken zijn typisch Anatolisch. Het figuur, mogelijk een vruchtbaarheidsgodin zoals Kubaba, zit op een troon.
### 1.10 Einde van de site
Rond 1836 v.Chr. werd de handelsnederzetting in de benedenstad verwoest door een brand, wat bijdroeg aan het behoud van huizen en bezittingen. Onrusten rond Kanesh suggereerden dat de stad een slachtoffer werd, waardoor vooral handelaren de stad verlieten. De plotselinge brand gaf bewoners geen tijd om waardevolle spullen mee te nemen, wat resulteerde in de overvloed aan kleitabletten. Na de verwoesting werd de benedenstad opnieuw bewoond door Assyrische handelaars, maar kende uiteindelijk hetzelfde lot van verwoesting door brand, met minder bewaarde artefacten. Kanesh kwam daarna in Hettitische handen en werd bekend als Nesa.
### 1.11 Huidige situatie
Na de ontdekking door de verschijning van kleitabletten, vonden tussen 1893 en 1925 ongecontroleerde opgravingen plaats die de site beschadigden. Tegenwoordig werkt men aan de bescherming en heropbouw van de ruïnes. De site is beschermd volgens de Turkse wetgeving voor instandhouding van cultureel en natuurlijk erfgoed. In 2001 werden de grenzen verbreed na nieuwe opgravingen. Als een 1e graads archeologische site is bouwen in de directe omgeving verboden, waardoor het nabijgelegen stadje beperkt is in haar groei.
---
# Opbouw en architectuur van de site
Dit deel behandelt de fysieke structuur van Karum Kanesh, met een onderscheid tussen de Upper Mound (Kanesh) en de Lower Town (Karum Kanesh), inclusief details over paleizen, huizen en monumentale gebouwen.
### 2.1 Algemene indeling en structuur
De archeologische site van Karum Kanesh, gelegen in Centraal-Anatolië, kenmerkt zich door een duidelijke opdeling in twee hoofdgebieden: de Upper Mound Kanesh en de Lower Town Karum Kanesh. De gehele site heeft een diameter van ongeveer 2,5 kilometer.
* **Upper Mound Kanesh:** Dit is het oudste deel van de nederzetting met de langste bewoningsgeschiedenis, die teruggaat tot het begin van het derde millennium voor Christus. Het kent achttien bouwlagen, met een totale hoogte van 21 meter. Slechts vijf van deze lagen (lagen 6 tot 10) vertonen resten van bebouwing die overeenkomen met de gebruiksperiode van de Karum.
* **Lower Town (Karum Kanesh):** Gelegen ten noordoosten van de Upper Mound, diende deze zone voornamelijk als de handelaarswijk. De Lower Town telt vijf bouwlagen met een totale hoogte van twee meter en werd gedurende ongeveer 300 jaar intensief gebruikt.
### 2.2 Architectuur van de Upper Mound Kanesh
De Upper Mound Kanesh kende een lange en gelaagde geschiedenis, met opmerkelijke monumentale gebouwen, met name paleizen.
#### 2.2.1 Paleizen
In de bouwlagen van de Upper Mound zijn drie paleizen geïdentificeerd:
* **South Terrace Palace (Level 8):** Dit complex, gelegen aan het zuidelijke uiteinde van de Upper Mound, bestaat uit lange hallen en een centrale binnenplaats. Oorspronkelijk beschouwd als een paleis, wordt in recentere literatuur gesuggereerd dat het mogelijk een *temenos* of een handelsplaats was.
* **Old Palace (Level 8):** Dit paleis is centraal gelegen op de Upper Mound en heeft een subcirculaire structuur die volledig omwald was. Een poort aan de zuidkant, mogelijk een 'chamber gate' zoals bekend uit het derde millennium in Anatolië, zou bijdragen aan de defensieve kwaliteiten.
* **Warsama Palace (Level 7):** Dit recentere paleis is gebouwd op de fundamenten van het Old Palace. Het was de residentie van vijf koningen en vertoont een centrale binnenplaats met aangrenzende ruimtes. Aanwijzingen voor een kelderverdieping zijn gevonden. Dit paleis toont invloeden van de Oud-Babylonische paleisarchitectuur.
#### 2.2.2 Invloed van handel op paleisarchitectuur
De paleizen in Kanesh waren niet puur politieke centra, maar omvatten ook opslagruimtes, wat de sterke economische en handelsfunctie van de stad weerspiegelt. Ten zuiden van de paleizen bevonden zich ook twee kleine tempelgebouwen.
### 2.3 Architectuur van de Lower Town (Karum Kanesh)
De Lower Town functioneerde als de bruisende handelaarswijk en kende, ondanks een kortere gebruiksperiode, een opmerkelijke ontwikkeling in architectuur.
#### 2.3.1 Huizenbouw
* **Vroege lagen (Levels IV en III):** De oudste bewoningslagen kenmerken zich door relatief kleine huizen gebouwd van leemstenen (*mudbrick*).
* **Latere lagen (vanaf Level II):** Met de groeiende economische activiteit ontwikkelden zich grotere en luxere huizen. Deze waren nog steeds van leemstenen, maar beschikten over stenen funderingen en houten balken voor ondersteuning. De stenen funderingen zijn archeologisch bijzonder waardevol vanwege hun zichtbaarheid en conserveringspotentieel. De muren waren bepleisterd, en de vloeren bestonden uit aangestampte aarde. Huizen varieerden in grootte van twee tot zes kamers, en de meeste hadden waarschijnlijk twee bouwlagen.
#### 2.3.2 Invloed van economische functie op woonhuizen
De economische functie was ook in de huizenarchitectuur zichtbaar, met een duidelijke scheiding tussen leefruimtes en opslag- of voorraadruimtes.
#### 2.3.3 Infrastructuur
De straten van de Karum waren geplaveid met stenen, breed genoeg voor karrenverkeer. Daarnaast waren er verhoogde paden voor voetgangers en een functionerend afwateringssysteem.
### 2.4 Begravingen
Over het algemeen werden overledenen begraven onder de vloeren van de huizen. De begraaftraditie omvatte steenkistgraven (*cistgraves*) met inhumaties. Soms werden lichamen voorzien van gouden oog- en mondstukken, wat zou kunnen duiden op rituele betekenis in het hiernamaals. Grafgiften vergezelden de overledenen, wat eveneens connecties met de visie op het hiernamaals kan suggereren.
### 2.5 Vondsten en artefacten
Diverse archeologische vondsten uit de Karum Kanesh bieden inzicht in de architectuur en het leven ter plaatse.
#### 2.5.1 Aardewerk
De aardewerkproductie evolueerde door de verschillende lagen heen:
* **Vroegste laag (Level IV):** Voornamelijk handgemaakt aardewerk.
* **Vanaf Level III:** Groeiende dominantie van aardewerk gemaakt met een sneldraaiend pottenbakkerswiel, vaak zwart of rood beschilderd en met gelijkenissen aan de Alisar III stijl.
* **Vanaf Level II:** Grote variatie in vormelijkheid. Naast voortzetting van oudere tradities, ontstonden nieuwe vormen door technische verbeteringen. Het aardewerk bootste metaal na, en zoömorfe keramische artefacten verschenen. Monochroom beschilderd aardewerk (rood, bruin, ecru, vaalgeel, grijs, zwart) met dierenmotieven was veelvoorkomend.
* **Level Ib:** Voortzetting van bestaande typen en ontstaan van nieuwe tradities, hoewel de schildertraditie stopte.
#### 2.5.2 Keramische vaten en figuren
* **Schoenvormige vaten:** Keramische vaten met een krullende teen, vermoedelijk met een rituele functie. Ze vertonen gelijkenissen met weergaven op Anatolische zegels en konden godheden of koningen representeren. Vaak afgewerkt met 'red burnish' en polychrome geometrische patronen.
* **Zoömorfe drink- en opslagvaten:** Rhyta en opslagvaten, vaak met een ceremoniële functie gelinkt aan Anatolische goden en drankoffer rituelen. Voorbeelden zijn vaten in de vorm van een leeuwenhoofd, stierenhoofd, beer, wolf, ramshoofd en herten. Ook deze vertonen 'red burnish' en polychrome geometrische patronen.
* **Vaten met schenktuit:** Vaak hoog gepolijst, mogelijk met een huishoudelijke of ceremoniële functie. Sommige voegden zoömorfe elementen toe, zoals een vat met een keramische arend op het handvat, vermoedelijk gebruikt bij rituelen.
* **Vrouwelijk figuur:** Een ivoren beeldje uit Level Ib, gevonden als grafgift. Dit is een van de eerste ivoren sculpturen uit Centraal-Anatolië. De overdreven gezichtskenmerken zijn typisch Anatolisch. De figuur, gezeten op een troon, wordt geïnterpreteerd als een godin, mogelijk de vruchtbaarheidsgodin Kubaba.
> **Tip:** De aanwezigheid van zoömorfe en antropomorfe vaten benadrukt het belang van symboliek en rituelen in het dagelijks leven van de bewoners van Karum Kanesh.
#### 2.5.3 Spijkerschrifttabletten en omhulsels
Vondsten van spijkerschrifttabletten, vaak met hun omhulsels, bieden gedetailleerde inzichten in juridische, commerciële en persoonlijke zaken, evenals in de artistieke uitwisseling tussen culturen.
* **Tablet en omhulsel 66.245.5 (Level II):** Betreft een wettelijke tekst over diefstal. De rolzegelafdrukken op het omhulsel tonen Mesopotamische onderwerpen in een lokale Anatolische stijl, met een mix van scherpe lijnen en overdreven gezichtskenmerken en ogen.
* **Tablet en omhulsel 66.245.15 (Level II):** Een bon van een lening van zilver. De omhulselafdrukken van rolzegels van getuigen tonen een rijkdom aan stijlen: Oud-Assyrisch, Anatolisch met Mesopotamische invloeden, en een erfstuk uit de Ur III periode. De diversiteit van deze afdrukken is kenmerkend voor Kanesh.
* **Tablet en omhulsel 66.245.16 (Level II):** Behandelt een lening van zilver. De omhulsel toont vier zegelafdrukken: twee in Anatolische stijl met kenmerkende grote ogen en een processie naar een gezeten godheid, en twee in Syro-Cappadocische stijl, een fusie van Syrische, Mesopotamische en Anatolische kenmerken, met onder andere naakte godinnen en bull-men.
> **Tip:** De rolzegelafdrukken op de omhulsels zijn cruciale bronnen voor het bestuderen van artistieke syncretisme en culturele uitwisseling tussen Mesopotamië, Anatolië en Syrië tijdens de periode van de Assyrische koloniën.
### 2.6 Monumentale gebouwen en defensie
* **Omwallingen:** Sommige structuren, zoals het Old Palace, waren mogelijk volledig omwald om de defensieve kwaliteiten te verhogen. De mogelijke omwalling van de Karum zelf wordt ook gesuggereerd.
* **Chamber Gate:** Het principe van een 'chamber gate' bij het Old Palace duidt op een strategische benadering van verdediging, waarbij de poort een geïntegreerd onderdeel vormde van de omwalling.
### 2.7 Einde van de site
Rond 1836 voor Christus werd de handelskolonie in de benedenstad verwoest door een brand, waarschijnlijk als gevolg van onrusten. Deze plotselinge gebeurtenis resulteerde in het behoud van veel bezittingen, waaronder een groot aantal kleitabletten. Na deze verwoesting werd de site heropgebouwd, maar er zijn minder archeologische sporen en kennis van deze latere periode. De stad kwam later in Hettitische handen en stond bekend als Nesa.
---
# Handel, economie en administratie
Dit onderwerp verkent de handelsfunctie van Karum Kanesh, de bijbehorende handelsroutes, de uitwisseling van goederen, het politieke en economische systeem, en de rol van de spijkerschrifttabletten als archieven.
### 3.1 Geografische en chronologische context van Karum Kanesh
Karum Kanesh, hedendaags bekend als Kültepe, is gelegen in Centraal-Turkije, in de provincie Kayseri. De stad ligt niet in Mesopotamië, maar in het vroegere Anatolië, op korte afstand van de Kizil Irmak rivier en de slapende vulkaan Erciyes-berg. De vruchtbare vlakte van Kayseri maakte landbouw en veeteelt mogelijk, met name van gerst, olijven, druiven en schapen. De strategische ligging op een kruispunt van belangrijke handelsroutes was de reden voor de Assyrische vestiging van een handelskolonie.
De site kent 18 bouwlagen, met een lange gebruiksgeschiedenis vanaf het Chalcolithicum tot aan de Romeinse tijd. Het belang nam toe met de vestiging van de Assyriërs, die zich vermengden met de lokale Anatolische bevolking. Dit proces eindigde met de verwoesting van de site in 1836 v.Chr. Na deze verwoesting zijn er nog bewoningslagen geweest, maar met minder archeologisch belang.
Karum Kanesh heeft door de tijd heen verschillende namen gekend: Kaniš (of Kaneš) in vroegere bronstijd lagen, Karum Kanesh door de Assyriërs, Nēša door de Hettieten, en Anisa in de Hellenistische periode. Het woord "Karum" heeft twee betekenissen: een nederzetting (de benedenstad waar handelaars zich vestigden) en een hiërarchisch opgezette organisatie.
### 3.2 Archeologische opgravingsgeschiedenis
De interesse in Karum Kanesh begon rond 1880 met de verschijning van spijkerschrifttabletten op antiekmarkten. Dit leidde tot de eerste opgravingen door Ernest Chantre in 1893 en een proefopgraving door Hugo Winckler in 1906. De ontdekking van de Karum (benedenstad) door Bedřich Hrozný in 1925, met zijn vele tabletten, was een belangrijke ontwikkeling. James Henry Breasted fotografeerde de site in 1929. Moderne archeologische praktijken startten in 1948 onder leiding van Tahsin Özgüç, later opgevolgd door Fikri Kulakoğlu.
### 3.3 Opbouw van de site
De site, met een diameter van 2,5 kilometer, kan worden onderverdeeld in twee zones: de Upper Mound Kanesh en de Lower Town Kanesh (Karum Kanesh), de handelaarswijk.
#### 3.3.1 Upper Mound Kanesh
De Upper Mound heeft een circulaire structuur met 18 bouwlagen, wat resulteert in een hoogte van 21 meter. Deze zone kende de langste bewoningsgeschiedenis, van de vroege Bronstijd tot de Romeinse tijd. Bebouwing is voornamelijk aangetroffen in de lagen 6 tot 10, die overeenkomen met de gebruiksperiode van de Karum. Monumentale gebouwen omvatten drie paleizen:
* **South Terrace Palace** (level 8): Gekenmerkt door lange hallen en een centrale binnenplaats. Recent onderzoek suggereert dat het mogelijk een handelsplaats of temenos was in plaats van een paleis.
* **Old Palace** (level 8): Een sub-circulaire structuur, mogelijk volledig omwald met een 'chamber gate' voor verhoogde defensieve kwaliteit.
* **Warsama Palace** (level 7): Gebouwd op de restanten van het Old Palace. Het was de zetel van vijf koningen en vertoont invloeden van de Oud-Babylonische paleisarchitectuur. Het paleis had opslagruimtes, wat de handelsfunctie weerspiegelt. Twee kleine tempelgebouwen bevinden zich ten zuiden van het paleis.
#### 3.3.2 Lower Town; Karum Kanesh
De Lower Town bestond uit 5 bouwlagen met een totale hoogte van twee meter en functioneerde gedurende 300 jaar als de handelaarswijk. De Karum was onderverdeeld in wijken door straten en pleinen. De oudste lagen (IV en III) tonen kleine huizen van leemtichels. Vanaf level II werden grotere, rijkere huizen gebouwd met stenen funderingen en houten balken. De muren waren bepleisterd en de vloeren bestonden uit aangestampte aarde. Huizen hadden doorgaans twee tot zes ruimtes en mogelijk twee bouwlagen. De architectuur weerspiegelde de economische functie, met aparte leef- en opslagruimtes. De wegen waren geplaveid en voorzien van een afwateringssysteem.
### 3.4 Handel en economie
Karum Kanesh was een Assyrische handelsnederzetting, met de benedenstad volledig gericht op deze functie. De belangrijkste handelsroute liep tussen Karum Kanesh en Assur, de hoofdstad van het Assyrische rijk. Deze 1200 kilometer lange tocht met ezelkaravanen duurde gemiddeld 50 dagen. De handel werd gedreven door ondernemersfamilies met vertegenwoordigers in beide steden.
De economische activiteit op deze routes omvatte de betaling van tol voor doorgang en bescherming. De winsten konden aanzienlijk zijn, tot wel 50 tot 100 procent, vanwege de hoge risico's. Handelsproducten varieerden van metalen zoals zilver, goud en koper uit Anatolië, tot tin uit Iran en textiel uit Babylonië. De Assyriërs verkregen hiermee een monopolie op bronsbewerking, ondanks het ontbreken van deze grondstoffen in Mesopotamië.
Het hoofdgebouw voor handel was de *bīt kārim* of karumhuis, een centrum voor export en import, opslag en bankzaken. Kanesh was het belangrijkste handelscentrum met 35 bekende karu en kleinere handelsposten (wabartum) onder zijn beheer. Kanesh zorgde ook voor diplomatieke contacten met lokale koningen.
### 3.5 Politiek systeem
De ontwikkeling van Kanesh als handelskolonie op grote afstand van Assur wijst op politieke stabiliteit. Kanesh functioneerde als hoofdzetel van het koninkrijk Kanesh, een netwerk van Assyrische handelssteden in Anatolië. De stad had een strikt politieke functie, sloot overeenkomsten met lokale heersers en fungeerde als doorgeefluik voor communicatie vanuit Assur. De overheid van Kanesh was gevestigd in de *bīt karum*. Economisch was Kanesh belangrijk voor belastingheffing en had het een juridische functie als rechtbank voor koloniesteden. Hogere beroepen konden naar Assur worden verhuisd.
### 3.6 Archieven
In Kanesh zijn meer dan 23.500 spijkerschrifttabletten gevonden, voornamelijk in privé-archieven. Er zijn minstens 70 archieven in de Karum gevonden, met documenten over commerciële zaken, juridische kwesties, huwelijkscontracten, testamenten en echtscheidingen. Deze tabletten bieden voor het eerst inzicht in de Anatolische geschiedenis, het dagelijks leven, de maatschappij en persoonlijke relaties. De schrijftaal was Oud-Assyrisch of Akkadisch.
De persoonlijke archieven waren ordelijk georganiseerd en de kleitabletten werden bewaard in containers, kisten of zakken. De branden die de stad troffen, hebben de kleitabletten gehard en zo bewaard. De grote hoeveelheid onvertaalde tabletten zorgt nog steeds voor nieuwe inzichten.
### 3.7 Aardewerk
Het aardewerk van Kanesh toont een evolutie:
* **Vroegste laag (level IV):** Voornamelijk handgemaakt aardewerk.
* **Vanaf level III:** Aardewerk gemaakt met een sneldraaiend pottenbakkerswiel, vaak zwart of rood beschilderd, met gelijkenissen aan Alisar III stijl.
* **Vanaf level II:** Grote variatie in vorm, met voortzetting van oudere tradities en nieuwe technische competenties. Aardewerk bootste metalen objecten na en zoömorfe artefacten verschenen. Schilderingen waren vaak monochroom met dierenmotieven.
* **Level 1b:** Voortzetting van bestaande typen aardewerk met nieuwe tradities, maar de schildertraditie stopte.
### 3.8 Vondsten uit de Karum
Diverse artefacten getuigen van de handels- en culturele uitwisseling:
* **Spijkerschrifttabletten en omhulsels (Level II, 1950-1836 v.Chr.):** Documenten zoals een wettelijke tekst over diefstal en een bon van een zilverlening. De omhulsels tonen rolzegelafdrukken met zowel Mesopotamische onderwerpen in lokale Anatolische stijl, als Assyrische en Anatoliëse stijlen. Deze artefacten illustreren de contacten tussen verschillende culturen en de variëteit aan gebruikte zegels, waaronder erfstukken.
* **Schoenvormige vaten (Level II, 1950-1836 v.Chr.):** Keramische vaten met een rituele functie, waarvan de vorm terug te zien is op Anatolische zegelafdrukken. Ze zijn vaak afgewerkt met 'red burnish' en polychroom beschilderd met geometrische patronen.
* **Zoömorfe drink- en opslagvaten (Level II, 1950-1836 v.Chr.):** Vaten in de vorm van dieren (leeuwen, stieren, beren, wolven, rammen, herten) die vermoedelijk een ceremoniële functie hadden en gelinkt worden aan het Anatolische pantheon. Ze zijn vaak afgewerkt met 'red burnish' en polychrome geometrische patronen.
* **Vaten met schenktuit (Level II, 1950-1836 v.Chr.):** Hoog gepolijste vaten, mogelijk voor huishoudelijk of ceremonieel gebruik. Sommige vaten bevatten zoömorfe elementen, zoals een keramische arend op het handvat, wat wijst op ritueel gebruik.
* **Vrouwelijk figuur (Level Ib, 1800-1700 v.Chr.):** Een ivoren beeldje, gevonden als grafgift. Dit is een van de eerste ivoren sculpturen uit Centraal-Anatolië en stelt mogelijk een godin, zoals de vruchtbaarheidsgodin Kubaba, voor.
### 3.9 Einde van de site
Rond 1836 v.Chr. werd de handelskolonie in de benedenstad verwoest door een brand. Dit incident, mogelijk door onrusten, leidde tot de verlating van de stad door handelaars. De plotselinge aard van de brand verklaart het grote aantal overgebleven kleitabletten. Handel ging echter door in andere delen van Anatolië. Na enige tijd werd de benedenstad opnieuw bewoond door Assyrische handelaars, maar deze heropgebouwde karum kende een soortgelijk lot en brandde eveneens af, met minder bewaarde artefacten. Kanesh kwam later in Hettitische handen en werd bekend als Nesa.
### 3.10 Huidige situatie
Na de ontdekking van kleitabletten op de zwarte markt en in musea, vonden er tussen 1893 en 1925 ongecontroleerde opgravingen plaats die de site beschadigden. Hedendaags wordt er gewerkt aan de bescherming en heropbouw van de ruïnes onder leiding van het Ministerie van Cultuur en Toerisme van Ankara University. Sinds circa 1977 staat de site onder bescherming van de Turkse wetgeving. In 2001 werden de grenzen van de archeologische site verbreed. Het nabijgelegen stadje Kültepe bestond al vóór deze beschermende wetgeving werd ingevoerd. Momenteel wonen er relatief weinig mensen vanwege bouwbeperkingen.
---
# Archeologische vondsten en materiële cultuur
Dit onderwerp belicht specifieke archeologische vondsten uit Karum Kanesh die essentieel zijn voor het reconstrueren van het dagelijks leven, culturele contacten en economische activiteiten in de periode van de Assyrische kolonie.
### 4.1 Spijkerschrifttabletten en zegelafdrukken
De ontdekking van duizenden spijkerschrifttabletten in Karum Kanesh, voornamelijk uit privé-archieven, biedt een ongekend inzicht in de sociale, economische en juridische aspecten van het leven van de Assyrische handelaren en de lokale Anatolische bevolking.
#### 4.1.1 Inhoud en betekenis van de tabletten
De tabletten bestrijken een breed scala aan onderwerpen, waaronder:
* **Commerciële documenten:** Overeenkomsten, schuldbrieven, inventarislijsten, reiskosten en handelsafspraken.
* **Juridische documenten:** Rechtszaken, getuigenissen en officiële akten.
* **Familiezaken:** Huwelijkscontracten, testamenten en echtscheidingspapieren, wat wijst op de complexiteit van familierelaties en erfrecht.
* **Persoonlijke correspondentie:** Brieven die inzicht geven in de dagelijkse beslommeringen en interpersoonlijke communicatie.
* **Informatie over Anatolië:** Voor het eerst werden teksten gevonden die gedetailleerde informatie bevatten over de geschiedenis, maatschappij, economie en persoonlijke relaties van de Anatoliërs.
De schrijftaal die werd gebruikt was Oud-Assyrisch of Akkadisch, welke door de Assyrische handelaren werd geïntroduceerd en door de lokale bevolking werd overgenomen.
> **Tip:** De grote hoeveelheid bewaarde kleitabletten, ondanks de verwoesting van de site door brand, is cruciaal voor het begrip van deze periode. De snelheid waarmee de brand zich verspreidde, voorkwam dat veel documenten konden worden meegenomen, waardoor ze verhard en bewaard bleven.
#### 4.1.2 Rolzegels en culturele interactie
De omhulsels van de spijkerschrifttabletten dragen afdrukken van rolzegels die een rijke bron van informatie vormen over culturele contacten en artistieke stijlen. Deze afdrukken tonen een fascinerende mix van Mesopotamische, Anatolische en Syro-Cappadocische invloeden.
* **Mesopotamische thema's in lokale stijl:** Veel zegelafdrukken tonen typisch Mesopotamische scènes, zoals processies naar godheden of helden die strijden met dieren. Deze werden echter uitgevoerd in een lokale Anatolische stijl, gekenmerkt door overdreven gezichtskenmerken, grote ogen en specifieke kledingpatronen zoals visgraatmotieven.
* **Rolzegels versus stempelzegels:** Het gebruik van rolzegels in Kanesh, hoewel gestandaardiseerd in Mesopotamië, weerspiegelt een overgangsfase waarin het stempelzegelgebruik in Anatolië nog ingeburgerd was.
* **Synthese van stijlen:** Syro-Cappadocische zegelafdrukken tonen een samensmelting van kenmerken uit Syrië, Mesopotamië en Anatolië, met afbeeldingen van godinnen, bull-men en processies.
* **Erfgoedzegels:** Soms werden oudere zegels uit de Ur III-periode hergebruikt, waarbij de originele inscripties, die de identiteit van de oorspronkelijke eigenaar vermelden, behouden bleven, wat een direct inkijkje geeft in historische figuren en hun connecties.
> **Voorbeeld:** De zegelafdrukken op tablet 66.245.15 tonen een indrukwekkende diversiteit, variërend van naakte helden in Oud-Assyrische stijl tot een Anatolische weergod en een Mesopotamische 'bull-man'. Dit illustreert de gelaagdheid van culturele invloeden en de flexibiliteit in het gebruik van zegels.
### 4.2 Aardewerk
De studie van aardewerk uit Karum Kanesh biedt inzicht in technologische ontwikkelingen, stilistische evoluties en regionale handelsrelaties door de verschillende bewoningslagen heen.
#### 4.2.1 Evolutie van aardewerkproductie
* **Vroege lagen (Level IV):** Grotendeels handgemaakt aardewerk.
* **Vanaf Level III:** Toenemend gebruik van de sneldraaiende pottenbakkerswiel. Dit aardewerk is vaak zwart of rood beschilderd en vertoont sterke gelijkenissen met aardewerk uit Alisar III.
* **Vanaf Level II:** Grote variatie in vormen en decoratie. Naast voortzetting van oudere tradities, ontstaan nieuwe technieken en vormen, vaak geïnspireerd door metalen objecten. Monochrome beschilderingen (rood, bruin, ecru, geel, grijs, zwart) en dierenmotieven zijn veelvoorkomend.
* **Level Ib:** Voortzetting van bestaande aardewerktradities, maar de schildertraditie neemt af.
#### 4.2.2 Specifieke vondsten van aardewerk
* **Schoenvormige vaten:** Deze keramische vaten, mogelijk met een rituele functie, vertonen een vorm die terug te zien is op Anatolische zegelafdrukken bij de representatie van godheden en koningen. Ze zijn vaak rood gepolijst en polychroom beschilderd met geometrische patronen.
* **Zoömorfe drink- en opslagvaten (Rhyta):** Deze vaten, in de vorm van dieren zoals leeuwen, stieren, beren, wolven, rammen, herten en zelfs een leeuw, dienden vermoedelijk ceremoniële doeleinden, mogelijk gerelateerd aan drankoffer rituelen in het Anatolische pantheon. Ze kenmerken zich door 'red burnish' afwerking met polychrome beschilderingen en geometrische patronen.
* **Vaten met schenktuit:** Vaak hoog gepolijst, deze vaten konden zowel een huishoudelijke als ceremoniële functie hebben. Sommige bevatten zoömorfe elementen, zoals een vat met een keramische arend op het handvat, wat suggereert dat dit bij rituelen werd gebruikt.
> **Tip:** Let bij het bestuderen van aardewerk op de gebruikte technieken (handgemaakt vs. pottenbakkerswiel), decoratiemotieven (kleuren, patronen, thema's) en de vormelijkheid, aangezien deze aspecten veel kunnen vertellen over culturele uitwisseling en technologische capaciteiten.
### 4.3 Andere artefacten
#### 4.3.1 Ivoren sculptuur
Een ivoren beeldje van een vrouwelijk figuur, gevonden in level Ib van Karum Kanesh, is een van de eerste ivoren sculpturen uit Centraal-Anatolië. Het beeldje, gevonden als grafgift, vertoont typisch Anatolische kenmerken zoals overdreven grote ogen. De zittende houding van het figuur suggereert dat het mogelijk een godin, zoals de vruchtbaarheidsgodin Kubaba, voorstelt.
#### 4.3.2 Grafgiften
Onder de vloeren van huizen werden steenkistgraven (cistgraves) gevonden met inhumaties. Sommige lichamen waren voorzien van gouden oog- en mondstukken, wat kan wijzen op rituele betekenissen of een specifieke visie op het hiernamaals. De aanwezigheid van grafgiften in deze graven ondersteunt dit verder.
---
# Opgravingsgeschiedenis en huidige situatie
Dit deel behandelt de evolutie van de archeologische ontdekkingen op de site Karum Kanesh, vanaf de eerste vondsten op de antiekmarkt tot de moderne opgravingspraktijken en de huidige beschermingsstatus.
### 5.1 Historische ontdekkingen en vroege opgravingen
De interesse in Karum Kanesh werd gewekt rond 1880 toen spijkerschrifttabletten op lokale antiekmarkten verschenen. Deze vondsten trokken de aandacht van West-Europese instellingen, zoals het British Museum, die probeerden deze tabletten te verwerven. Als reactie hierop vonden de eerste gecontroleerde opgravingen plaats in 1893, geleid door Ernest Chantre. Hij voerde twee seizoenen lang opgravingen uit. Enkele jaren later, in 1906, deed de Duitse archeoloog Hugo Winckler een verkennende opgraving in zijn zoektocht naar de Hettitische hoofdstad Hattusa.
Een belangrijke ontwikkeling vond plaats in het interbellum. In 1925 ontdekte Bedřich Hrozný de Karum (de benedenstad), een gebied waar talrijke tabletten met teksten werden aangetroffen. In 1929 voltooide de Amerikaan James Henry Breasted een volledige fotografische documentatie van de site.
### 5.2 Moderne archeologische praktijken
De moderne archeologische praktijken op Karum Kanesh begonnen in 1948, direct na de Tweede Wereldoorlog. Het onderzoek werd geleid door Tahsin Özgüç namens de Türk Tarih Kurumu (Turkse Historische Genootschap) tot aan zijn overlijden in 2005. Daarna werd het onderzoek voortgezet door Fikri Kulakoğlu.
### 5.3 Ontstaan en opbouw van de site
Hoewel de exacte omstandigheden van het ontstaan van de site onduidelijk zijn, wist men dat de stad al bestond en een bloeiperiode had meegemaakt vóór de eerste vermelding ervan. De vroege lagen van de site, met name de Upper Mound Kanesh, vertonen bewoning vanaf het begin van het derde millennium v.Chr. De site kende een geleidelijke groei door de eeuwen heen. De Karum, de handelsnederzetting, ontstond pas aan het begin van het tweede millennium v.Chr. en had een relatief korte gebruiksperiode.
De site, die een diameter van 2,5 kilometer omvat, kan worden onderverdeeld in twee hoofdgebieden: de Upper Mound Kanesh en de Lower Town Kanesh, ook wel bekend als de handelaarswijk Karum Kanesh.
#### 5.3.1 Upper Mound Kanesh
De Upper Mound kenmerkt zich door een circulaire structuur met 18 verschillende bouwlagen, die een totale hoogte van 21 meter vormen. Dit deel van de site heeft de langste bewoningsgeschiedenis, van de vroege Bronstijd tot de Romeinse periode. Van deze lagen zijn er slechts vijf met resten van bebouwing geïdentificeerd, namelijk lagen 6 tot 10, die samenvallen met de gebruiksperiode van de Karum. Monumentale gebouwen omvatten drie paleizen: twee in level 8 en één in level 7.
* **South Terrace Palace:** Gelegen in level 8 aan het zuidelijke uiteinde van de Upper Mound. Het complex bestaat uit lange hallen en een centrale binnenplaats. Hoewel oorspronkelijk als paleis geïnterpreteerd, wordt in recentere literatuur gesuggereerd dat het mogelijk een temenos (heilig gebied) of een handelsplaats was.
* **Old Palace:** Gelegen in level 8, centraler op de Upper Mound. Dit was een deels omwalde structuur met een poort aan de zuidzijde, mogelijk een "chamber gate" die diende voor verhoogde defensie.
* **Warsama Palace:** Gebouwd op de resten van het Old Palace in level 7. Dit was de regeerplaats van vijf koningen en toont een centrale binnenplaats met aangrenzende ruimtes, mogelijk een kelderverdieping en een "annex" die dienst deed als wachttoren. Invloeden van de Oud-Babylonische paleisarchitectuur zijn herkenbaar, evenals de integratie van opslagruimtes, wat de handelsfunctie van het paleis benadrukt.
Twee kleine tempelgebouwen bevinden zich ten zuiden van de paleizen.
#### 5.3.2 Lower Town: Karum Kanesh
De Lower Town telt slechts 5 bouwlagen met een totale hoogte van twee meter en kende een bewoning van ongeveer 300 jaar. Deze zone fungeerde primair als handelaarswijk. De Karum was ingedeeld in wijken door middel van een netwerk van straten en pleinen. De oudste lagen (IV en III) tonen relatief kleine huizen van leemstenen. Vanaf level II, gedreven door economische groei, ontstonden grotere en luxere huizen met stenen funderingen en houten balken. Deze huizen waren gepleisterd en de vloeren bestonden uit aangestampte aarde. Woningen varieerden in grootte en telden doorgaans twee verdiepingen. De architectuur weerspiegelde de economische functie met zowel leefruimtes als opslagruimtes. De straten waren geplaveid en voorzien van een afwateringssysteem.
### 5.4 Begravingen
De algemene begraafpraktijk in Kanesh omvatte steenkistgraven met inhumaties onder de vloeren van huizen. Sommige lichamen werden voorzien van gouden oog- en mondstukken, mogelijk met een rituele betekenis, en grafgiften werden meegegeven.
### 5.5 Handel en economie
Karum Kanesh was een Assyrische handelsnederzetting waar de benedenstad volledig gericht was op handel. De meest bekende handelsroute liep tussen Karum Kanesh en Assur, de Assyrische hoofdstad. Deze route van 1200 kilometer werd per ezelkaravaan in ongeveer 50 dagen afgelegd door ondernemersfamilies. De handel kende aanzienlijke winsten, vaak tussen de 50 en 100 procent, ondanks de hoge risico's.
Grondstoffen die werden verhandeld:
* **Uit Anatolië:** Voornamelijk metalen zoals zilver, goud en koper.
* **Uit Mesopotamië:** Voornamelijk tin (uit Iran) en textiel (uit Babylonië).
Hypotheses over het belang van deze handelsnederzetting:
* Het verkrijgen van tin uit Iran en koper uit Anatolië gaf het Assyrische rijk een monopoliepositie in de productie van brons, ondanks dat deze grondstoffen niet in Mesopotamië beschikbaar waren.
Het **bīt kārim** (karumhuis) was het hoofdgebouw voor handel, waar raadsvergaderingen en administratie plaatsvonden. Het fungeerde als centrum voor export en import, soms ook als opslaghuis en bank. Kanesh was het hoofdkwartier van de handel in Anatolië en onderhield diplomatieke contacten met lokale koningen. Naast 35 bekende karu, had Kanesh ook wabartum onder zijn jurisdictie, kleinere handelsposten langs de handelsroutes.
### 5.6 Politiek Systeem
De ontwikkeling van Kanesh als handelskolonie op grote afstand van Assur duidt op een politiek stabiele omgeving. Kanesh diende als hoofdzetel van het koninkrijk Kanesh, een verzameling Assyrische handelssteden in Anatolië. Het had een strikt politieke functie, sloot overeenkomsten met lokale heersers en fungeerde als communicatieknooppunt voor berichten van Assur. De overheid was gevestigd in de (nog niet teruggevonden) bīt karum. Economisch speelde Kanesh een rol in belastingheffing en had het een juridische functie als rechtbank voor geschillen in de koloniesteden, met beroepsmogelijkheid bij de moederstad Assur.
### 5.7 Archieven
Er zijn in Kanesh meer dan 23.500 spijkerschrifttabletten gevonden, voornamelijk in privé-archieven en minstens 70 archieven in de karum. Deze documenten omvatten commerciële zaken (overeenkomsten, schuldbrieven, inventarislijsten), juridische documenten, brieven, huwelijkscontracten, testamenten en scheidingspapieren. Uniek is de aanwezigheid van teksten over de Anatoliërs, wat voorheen beperkt was tot archeologische vondsten. Deze tabletten verschaffen inzicht in hun geschiedenis, dagelijks leven, maatschappij, economie en persoonlijke relaties. De schrijftaal was Oud-Assyrisch of Akkadisch, overgenomen van de Assyrische handelaren.
De persoonlijke archieven van de bewoners waren zeer ordelijk georganiseerd en werden bewaard in klei-containers, houten kisten of zakken. Na branden verhardden de kleitabletten, wat hun conservering bevorderde. Het feit dat veel tabletten intact zijn gebleven, inclusief exemplaren die nog verzonden of geopend moesten worden, suggereert dat de branden plotseling waren en bewoners geen tijd hadden om alles mee te nemen. Na de eerste brand werd de site heropgebouwd, maar er zijn minder tabletten uit deze periode bewaard gebleven, wat erop wijst dat er toen wel enige spullen konden worden meegenomen. Door de grote hoeveelheid tabletten is nog niet alles vertaald, waardoor er nog steeds nieuwe onderzoeksresultaten bijkomen.
### 5.8 Aardewerk
In de vroegste laag (level IV) werd voornamelijk handgemaakt aardewerk gevonden. Vanaf level III nam aardewerk gemaakt met een sneldraaiend pottenbakkerswiel de overhand, vaak zwart of rood beschilderd en vertonend gelijkenissen met Alisar III stijl. Vanaf level II ontstond een grote variatie in aardewerkvormen, met imitatie van metalen objecten en zoömorfe keramische artefacten. Het aardewerk was monochroom beschilderd in diverse kleuren en dierenmotieven waren veelvoorkomend. Level 1b toonde een voortzetting van bestaande typen en nieuwe tradities, hoewel de schildertraditie stopte.
### 5.9 Vondsten uit de Karum
Diverse archeologische vondsten uit Karum Kanesh, met name uit Level II (circa 1950-1836 v.Chr.), illustreren de rijke handels- en culturele uitwisseling:
* **Spijkerschrifttablet en omhulsel (66.245.5):** Een juridische tekst over diefstal. De rolzegelafdrukken op het omhulsel tonen Mesopotamische onderwerpen in een lokale Anatolische stijl, met een combinatie van culturele invloeden.
* **Spijkerschrifttablet en omhulsel (66.245.15):** Een bon van een lening van 9 ⅔ minas aan zilver. De zegelafdrukken van drie getuigen en één facilitator tonen een mix van Oud-Assyrische, Anatolische en een erfstuk uit de Ur III periode, wat de diverse contacten van Kanesh benadrukt.
* **Spijkerschrifttablet en omhulsel (66.245.16):** Een tablet dat een lening van 7 minas aan zilver behandelt. De vier zegelafdrukken op het omhulsel zijn in Anatolische en Syro-Cappadocische stijl, wat de synthese van verschillende culturele tradities in Kanesh illustreert.
* **Schoenvormige vaten:** Keramische vaten met een rituele functie, waarvan de vorm gelijkenissen vertoont met representaties op Anatolische zegelafdrukken. Ze waren vaak rood gepolijst en polychroom beschilderd.
* **Zoömorfe drink- en opslagvaten:** Frequent voorkomend in Level II, vermoedelijk voor ceremoniële doeleinden. Bekende voorbeelden zijn vaten in de vorm van een leeuwenhoofd, stierenhoofd, beer, wolf, ramshoofd, leeuw en herten.
* **Vaten met schenktuit:** Vaak hoog gepolijst, met mogelijke huishoudelijke of ceremoniële functies. Sommige vaten hadden zoömorfe elementen, zoals een keramische arend op het handvat, wat wijst op gebruik bij rituelen.
* **Vrouwelijk figuur:** Een ivoren beeldje uit Level Ib (1800-1700 v.Chr.) gevonden als grafgift. Het is een van de eerste ivoren sculpturen uit Centraal-Anatolië, en de overdreven gezichtskenmerken zijn typisch Anatolisch. Het figuur, gezeten op een troon, wordt geïnterpreteerd als een godin, mogelijk de vruchtbaarheidsgodin Kubaba.
### 5.10 Einde van de site
Rond 1836 v.Chr. werd de handelskolonie in de benedenstad verwoest door een brand, wat leidde tot het behoud van huizen en bezittingen. De brand, mogelijk het gevolg van omringende onrust, trof vooral de handelaren. De plotselinge aard van de brand verklaart het grote aantal bewaard gebleven kleitabletten. Hoewel Kanesh werd vernietigd, ging de handel elders in Anatolië waarschijnlijk door. Na enige tijd werd de benedenstad opnieuw bewoond door Assyrische handelaars, maar ook deze heropgebouwde karum kende uiteindelijk hetzelfde lot van vernietiging door brand, met minder overgebleven artefacten. Later kwam Kanesh in Hettitische handen en werd het bekend als Nesa.
### 5.11 Huidige situatie
Na de ontdekking van de site door de verschijning van kleitabletten op de zwarte markt en in musea, vonden tussen 1893 en 1925 ongecontroleerde opgravingen plaats die de site beschadigden. Dankzij recente opgravingen, uitgevoerd in samenwerking met het ministerie van Cultuur en Toerisme en de Ankara University, wordt nu gewerkt aan de bescherming en restauratie van de ruïnes. De site staat sinds circa 1977 onder bescherming van de "Turkish Legislation for Preservation of Cultural and Natural Property, Law No.: 2863". In 2001 werden de grenzen van de archeologische site verbreed na nieuwe opgravingen. Als een "1e graad archeologische site" is bouwen in de directe omgeving niet meer toegestaan. Het nabijgelegen stadje Kültepe bestond al vóór de invoering van deze beschermende wetgeving. Momenteel wonen er relatief weinig mensen vanwege het bouwverbod. De UNESCO heeft de site in 2014 toegevoegd aan de voorlopige lijst van werelderfgoederen.
---
## Veelgemaakte fouten om te vermijden
- Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens
- Let op formules en belangrijke definities
- Oefen met de voorbeelden in elke sectie
- Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen
Glossary
| Term | Definition |
|------|------------|
| Chalcolithicum | Een prehistorische periode die wordt gekenmerkt door het gelijktijdig gebruik van steen en koper voor werktuigen en wapens. Dit overlapt vaak met het Neolithicum en de vroege Bronstijd. |
| Spijkerschrift | Een van de oudste schriftsystemen ter wereld, ontstaan in Mesopotamië, gekenmerkt door wigvormige tekens die in kleitabletten werden gedrukt. Het werd gebruikt voor administratieve, economische, literaire en religieuze doeleinden. |
| Karum | Een term uit het Oud-Assyrisch die verwijst naar een handelsnederzetting of handelswijk, vaak gelegen buiten de stadsmuren. Het kon ook een hiërarchisch opgezette organisatie aanduiden. |
| Upper Mound | Het hogere gedeelte van een archeologische site, dat vaak de oudste bewoningslagen en monumentale gebouwen bevat, zoals paleizen en tempels. |
| Lower Town | Het lagere gedeelte van een archeologische site, vaak de woonwijk voor ambachtslieden en handelaren, zoals de Karum-wijk in Kanesh. |
| Temenos | Een afgebakend heilig gebied rond een tempel of heiligdom, bedoeld als een heilige ruimte voor religieuze ceremonies en activiteiten. |
| Mudbrick | Bouwmateriaal gemaakt van klei vermengd met water en vaak organisch materiaal zoals stro, gevormd tot bakstenen en gedroogd in de zon. |
| Rolzegel | Een cilindervormig object van steen of ander materiaal, gegraveerd met afbeeldingen en teksten, dat werd gerold over klei om een afdruk te maken en diende als persoonlijke identificatie of zegel. |
| Stempelzegel | Een plat object met een gravure, dat werd gebruikt om afdrukken te maken op klei, een alternatief of voorloper van de rolzegel. |
| Syro-Cappadocische stijl | Een kunsthistorische stijl die kenmerkend is voor de Oud-Assyrische periode in Anatolië, waarbij Syrische, Mesopotamische en Anatolische invloeden samenkomen in afbeeldingen op zegels en tabletten. |
| Rhyton | Een drinkbeker, vaak versierd in de vorm van een dierlijke kop of een ander figuratief element, dat werd gebruikt voor ceremoniële doeleinden. |
| Zoömorfe artefacten | Voorwerpen die de vorm hebben van dieren, zoals vazen, potten of beeldjes. |
| Red Burnish | Een afwerkingstechniek voor aardewerk waarbij het oppervlak gepolijst werd om een glanzende, rode kleur te verkrijgen, vaak gevolgd door decoratie. |
| Inhumatie | De begrafenis van een lichaam in een graf. |
| Steenkistgraven (Cistgraves) | Graven die zijn opgebouwd uit stenen platen, vaak gebruikt voor het begraven van individuen. |
| Grafgiften | Voorwerpen die bij een overledene in het graf worden geplaatst, bedoeld voor gebruik in het hiernamaals of als teken van status. |
| Ur III periode | Een periode in de geschiedenis van Mesopotamië (ca. 2100-2000 v.Chr.), bekend om de derde dynastie van Ur, een bloeiende Sumerische staat. |
| Midden Bronstijd | Een archeologische periode die globaal dateert van circa 2000 tot 1600 v.Chr., gekenmerkt door ontwikkelingen in metaalbewerking en handelsnetwerken. |
| Oud-Assyrische periode | Een periode in de geschiedenis van Assyrië (ca. 2000-1750 v.Chr.), bekend om de koloniale handel met Anatolië en de ontwikkeling van spijkerschrift-economische documenten. |
| Hettieten | Een Indo-Europese volk dat een groot rijk stichtte in Anatolië in de late Bronstijd, bekend om hun taal, wetten en architectuur. |
| Hellenistische periode | De periode in de geschiedenis van het Middellandse Zeegebied na de veroveringen van Alexander de Grote, van ongeveer 323 v.Chr. tot 31 v.Chr. |
| Klassieke Oudheid | De periode in de geschiedenis die het oude Griekenland en Rome omvat, globaal van de 8e eeuw v.Chr. tot de 5e eeuw n.Chr. |
| Assur | Een oude stad in Mesopotamië en de eerste hoofdstad van het Assyrische Rijk, een belangrijk centrum van handel en macht. |
| Tigris | Een grote rivier in West-Azië die door Turkije, Syrië en Irak stroomt en samen met de Eufraat de Mesopotamische rivierdelta vormt. |
| Babylonië | Een oude regio in het zuiden van Mesopotamië, bekend om zijn rijke cultuur en de stad Babylon. |
| Iran | Een land in West-Azië, historisch bekend als Perzië, dat een belangrijke bron van grondstoffen en culturele invloed was. |
| Kizil Irmak | De langste rivier van Turkije, die door Centraal-Anatolië stroomt en uitmondt in de Zwarte Zee. |
| Erciyes-berg | Een slapende vulkaan in Centraal-Anatolië, nabij de stad Kayseri. |
| Nēša | Een alternatieve naam voor de stad Kanesh, gebruikt door de Hettieten. |
| Nesili | De benaming die de Hettieten gebruikten om zichzelf te beschrijven, afgeleid van de stad Nēša. |
| Anisa | Een naam die de stad Kanesh droeg tijdens de hellenistische periode. |
| Hattusa | De oude hoofdstad van het Hettitische Rijk, gelegen in het huidige Turkije. |
| Türk Tarih Kurumu | De Turkse Historische Vereniging, een academische instelling die zich bezighoudt met de studie van de Turkse geschiedenis en archeologie. |
| Huis van Karum | Het centrale gebouw van een Karum, waar raadsvergaderingen en administratie plaatsvonden; ook wel bekend als 'bīt kārim'. |
| Wabartum | Kleinere handelsposten of stations langs handelsroutes, die afhankelijk waren van grotere Karums. |
| Ur-lugal-banda | Een schrijver uit de Ur III periode, wiens naam vermeld staat op een erfstuk dat in Kanesh werd gevonden. |
| Ibbi-Sin | De laatste koning van de derde dynastie van Ur, een belangrijke figuur in de vroege geschiedenis van Mesopotamië. |
| Lamma | Een godheid in de Mesopotamische mythologie, vaak afgebeeld als een beschermende godheid die aanbidders naar goden of koningen leidt. |
| Kubaba | Een Hettitische godin, vaak geassocieerd met vruchtbaarheid en mogelijk koningschap. |