embryo 2.pdf

# Ontwikkeling van het prosencephalon (voorbrein) ### Kernidee - Het prosencephalon, of voorbrein, ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) - Het diencephalon vormt diverse neuronale centra en banen, en de dak-, vloerplaat en ependyma ervan dragen bij aan gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes en de hypofyse [1](#page=1) [2](#page=2) - Het telencephalon ontwikkelt zich verder tot de hersenhelften, commissuren, reukbollen en de basale ganglia [1](#page=1) [2](#page=2) ### Ontwikkeling van het diencephalon - De wanden van het diencephalon differentiëren tot neuronale centra en banen [1](#page=1) [2](#page=2) - De dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon vormen gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen [1](#page=1) [2](#page=2) - De achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) is een van de structuren die hieruit ontstaan [1](#page=1) [2](#page=2) ### Ontwikkeling van het telencephalon - Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften en de commissuren [1](#page=1) [2](#page=2) - Het vormt ook de reukbollen en reukbanen, die deel uitmaken van het rhinencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) - Het dikkere ventrale deel, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia worden [1](#page=1) [2](#page=2) --- ### Kernconcepten * Het prosencephalon, of voorbrein, bestaat uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . * Het diencephalon vormt neurale centra en banen, en de dakplaat, vloerplaat en ependyma ervan geven aanleiding tot gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen . * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en andere verbindende structuren . * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia zullen worden . ### Belangrijke structuren en hun oorsprong * **Diencephalon:** * Vormt diverse neuronale centra en banen . * Geeft aanleiding tot optische blaasjes . * Draagt bij aan de choroïde plexus . * Vormt circumventriculaire organen, inclusief de neurohypofyse . * **Telencephalon (dorsaal - pallium):** * Vormt de hersenhelften . * Creëert commissuren en verbindende structuren . * Vormt de reukbollen en reukbanen, deel van het rhinencephalon . * **Telencephalon (ventraal - subpallium):** * Vormt de ganglion eminences . * Deze ontwikkelen zich tot de basale ganglia . ### Verband met andere hersengebieden * Het prosencephalon vormt samen met de hersenstam en het ruggenmerg de basis van het centrale zenuwstelsel . * De banen van het mesencephalon verbinden het prosencephalon met de achterhersenen en het ruggenmerg . ### Afwijkingen en Functionele Implicaties (via gerelateerde structuren) * Obstructie van de cerebrale aquaduct van Sylvius (deel van het mesencephalon) kan leiden tot hydrocefalus, waarbij ventrikels zwellen en de hersenschors dunner wordt . * Defecten in de ontwikkeling van het cerebellum (deel van het metencephalon) kunnen leiden tot ataxieën en zijn geassocieerd met autismespectrumstoornissen . --- * Het prosencephalon, of voorbrein, splitst zich in het diencephalon en het telencephalon [13](#page=13) [15](#page=15). * Het diencephalon vormt structuren zoals de thalamus, epithalamus en hypothalamus [13](#page=13) [15](#page=15). * Het telencephalon ontwikkelt zich tot de hersenhelften, basale ganglia, reukbollen en reukbanen [13](#page=13) [15](#page=15). ### Diencephalon ontwikkeling * De alarplaten van het diencephalon vormen drie neuromeren: prosomeren [16](#page=16). * Rostraal: vormt prethalamus en hypothalamus [16](#page=16). * Middelste: vormt thalamus en epithalamus [16](#page=16). * Caudaal: vormt pretectum [16](#page=16). * De thalamus functioneert als relaiscentrum voor de cerebrale cortex [16](#page=16). * Visuele informatie wordt verwerkt door de laterale geniculate nucleus [16](#page=16). * Auditieve informatie door de mediale geniculate nucleus [16](#page=16). * Somatosensatie door de ventrale posterieure kernen [16](#page=16). * De hypothalamus reguleert endocriene activiteit, autonome reacties en is betrokken bij emotie en arousal [16](#page=16). * Thalamus en hypothalamus worden gescheiden door de hypothalamische sulcus rond de 5e week [16](#page=16). * De thalamus groeit snel en kan fuseren over de derde ventrikel (interthalamische adhesies) [16](#page=16). * Bij 10 weken zijn het mammillaire lichaam, pijnappelklier en achterkwab van de hypofyse zichtbaar [16](#page=16). ### Telencephalon ontwikkeling * De hersenhelften ontstaan als belvormige uitgroeiingen van het telencephalon rond dag 32 [16](#page=16). * Na 16 weken bedekken de ovale hemisferen het diencephalon [16](#page=16). * De dikkere vloer bevat ganglionaire eminenties die de basale ganglia vormen [16](#page=16). * De interne capsule draagt axonen tussen thalamus, cortex en lagere hersendelen [16](#page=16). * Elke laterale ventrikel communiceert met de derde ventrikel via het foramen van Monro [16](#page=16). * De choroïde fissuur in de laterale ventrikel bevat de choroïde plexus die hersenvocht produceert [16](#page=16). * Het oppervlak van de hersenschors wordt gegroefd met gyri en sulci, beginnend in de 4e maand [16](#page=16). * De temporale kwab vormt zich, creëert de laterale hersengroef en de insula [16](#page=16). * Bij 6 maanden zijn de sulcus centralis en sulcus occipitalis gevormd [16](#page=16). ### Postnatale groei * Bij geboorte is het hersenvolume circa 25% van het volwassen volume [16](#page=16). --- ## Ontwikkeling van het prosencephalon ### Vorming van het diencephalon - Alarplaten vormen 3 prosomeren: rostraal (prethalamus, hypothalamus), middelste (thalamus, epithalamus), caudaal (pretectum) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Thalamus en hypothalamus differentiëren tot kernen met diverse functies [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Thalamus fungeert als relaiscentrum voor de cerebrale cortex [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Specifieke kernen in de thalamus verwerken visuele (laterale geniculate nucleus), auditieve (mediale geniculate nucleus) en somatosensorische informatie (ventrale posterieure kernen) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Hypothalamus reguleert endocriene activiteit (hypofyse) en autonome reacties [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Hypothalamus draagt bij aan het limbisch systeem voor emotiecontrole en viscerale responsen [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Hypothalamus controleert ook hersenactiviteit (slaap en waakzaamheid) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Thalamus en hypothalamus zijn vanaf de 5e week zichtbaar als zwellingen, gescheiden door de hypothalamische sulcus [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Thalamus groeit onevenredig na de 7e week en wordt het grootste deel van het diencephalon [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - De thalami kunnen elkaar ontmoeten en fuseren via interthalamische adhesies over de IIIde ventrikel [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Tegen het einde van de 6e week is de thalamus onderscheiden van de epithalamus door de sulcus dorsalis [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Tegen 10 weken zijn specialisaties zoals het mammilaire lichaam, pijnappelklier en achterste hypofysekwab zichtbaar [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). ### Vorming van de hypofyse - Tegen de 3e week ontwikkelt het infundibulum zich uit de bodem van de IIIde ventrikel [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Ectodermale placode in het dak van het stomodeum vormt het zakje van Rathke [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Het zakje van Rathke vormt de adenohypofyse (voorkwab) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Het distale deel van het infundibulum vormt de neurohypofyse (achterkwab) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Neurohypofyse geeft oxytocine en vasopressine af op neurale stimulatie [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Adenohypofyse wordt gecontroleerd door hypothalamische hormonen en reguleert groei, homeostase, metabolisme en voortplanting [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). ### Vorming van het telencephalon - Hersenhelften verschijnen rond dag 32 als uitgroeiingen van het telencephalon [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Na 16 weken bedekken de hemisferen het diencephalon [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - De vloer van de hemisfeer bevat neuronale aggregaties (ganglionaire eminenties) die de basale ganglia vormen [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - De interne capsule, door het corpus striatum, bevat axonen tussen thalamus en cortex [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Laterale ventrikels communiceren met de IIIde ventrikel via het interventriculaire foramen (Monro) [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - De choroïde fissuur bevat de choroïde plexus die cerebrospinale vloeistof produceert [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). - Hersenhelften ontwikkelen gyri en sulci naarmate ze groeien [20](#page=20) [21](#page=21) [22](#page=22) [23](#page=23). ### Ontwikkeling van de hersenventrikels ### Vorming van de commissuren ### Cytodifferentiatie en laminatie van de neocortex --- * Het prosencephalon, of voorbrein, ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . * De wanden van het diencephalon differentiëren tot neuronale centra en banen . * De dakplaat, vloerplaat en ependym van het diencephalon vormen gespecialiseerde structuren zoals de optische blaasjes, choroïde plexus en circumventriculaire organen, inclusief de neurohypofyse . * Het dunne, dorsale deel van het telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en verbindende structuren . * Het telencephalon vormt ook de reukbollen en reukbanen, samen met de reukcentra in de hersenhelften, het rhinencephalon . * Het dikkere, ventrale deel van het telencephalon (subpallium) vormt de ganglion eminences, waaruit later de basale ganglia ontstaan . --- * De ontwikkeling van het prosencephalon omvat de vorming van zowel het diencephalon als het telencephalon . * Specifieke structuren zoals de optische blaasjes, choroïde plexus en circumventriculaire organen (inclusief de neurohypofyse) ontstaan uit de dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon . * Het dunne dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften, commissuren en verbindende structuren . * Het pallium is ook verantwoordelijk voor de vorming van de reukbollen en reukbanen, samen met de reukcentra en banen van de hersenhelften, die het rhinencephalon vormen . * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, welt uit in het neurale kanaal om de ganglion eminences te vormen, waaruit later de basale ganglia ontstaan . --- * Het prosencephalon (voorbrein) ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . ### Sleutelfeiten * Het diencephalon vormt diverse neuronale centra en banen . * De dakplaat, vloerplaat en ependym van het diencephalon vormen gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes en de choroïde plexus . * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en reukbollen/banen (rhinencephalon) . * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia worden . * **Prosencephalon:** Het voorbrein, bestaande uit diencephalon en telencephalon . * **Diencephalon:** Ontwikkelt zich tot thalamus, epithalamus en hypothalamus [39](#page=39). * **Telencephalon:** Vormt de cerebrale hemisferen, reukbollen en basale ganglia . * **Rhinencephalon:** Het "neus-hersenen" deel, gevormd door reukbollen, reukbanen en reukcentra . * **Ganglion eminences:** Vormen de basale ganglia uit het subpallium . ### Implicaties * Ontwikkelingsdefecten in het prosencephalon kunnen leiden tot diverse neurologische aandoeningen [39](#page=39). * De ontwikkeling van de basale ganglia uit het subpallium is cruciaal voor motorische controle . * De vorming van de hersenhelften uit het pallium is fundamenteel voor hogere cognitieve functies . - > **Tip:** Onthoud dat het prosencephalon zich opsplitst in het diencephalon en telencephalon, die elk specifieke structuren vormen --- * Het prosencephalon, of voorbrein, is een van de drie primaire hersenblaasjes en ontwikkelt zich verder tot het diencephalon en het telencephalon . * Deze onderdelen vormen respectievelijk de thalamus, epithalamus, hypothalamus en de hersenhelften . ### Sleutelconcepten * Het prosencephalon splitst zich in het diencephalon en het telencephalon . * Het diencephalon vormt de basis voor de thalamus, epithalamus en hypothalamus . * De wanden van het diencephalon differentiëren tot diverse neuronale centra en banen . * De dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon genereren gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen . * De achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) ontwikkelt zich ook uit structuren van het diencephalon . * Het dorsale telencephalon (pallium) ontwikkelt zich tot de hersenhelften, commissuren en verbindende structuren . * Het telencephalon vormt ook de reukbollen en reukbanen, samen het rhinencephalon . * Het ventrale deel van het telencephalon (subpallium) vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia zullen worden . * De ontwikkeling van het diencephalon is cruciaal voor de vorming van belangrijke sensorische relais (thalamus), regulatie van lichaamsfuncties (hypothalamus) en hormonale controle (epithalamus) . * Het telencephalon legt de basis voor de hogere cognitieve functies, motorische controle (via basale ganglia) en de verwerking van reukinformatie . * Afwijkingen in de ontwikkeling van deze delen kunnen leiden tot diverse neurologische en ontwikkelingsstoornissen . --- ### Kernideeën * Het prosencephalon (voorbrein) bestaat uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . * De ontwikkeling van deze blaasjes vormt de basis voor de hogere hersencentra, inclusief de hersenschors . ### Belangrijke structuren en hun ontwikkeling * De wanden differentiëren tot neuronale centra en banen . * De dakplaat, vloerplaat en ependyma vormen gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen, waaronder de neurohypofyse . * **Telencephalon:** * Het dunne dorsale deel (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en verbindende structuren . * Het vormt ook de reukbollen en reukbanen, die bijdragen aan het rhinencephalon . * Het dikkere ventrale deel (subpallium) vormt de ganglion eminences, welke later de basale ganglia worden . ### Bijbehorende ventrikels en aandoeningen * De primitieve ventrikel van het mesencephalon wordt de cerebrale aquaduct van Sylvius, die hersenvocht naar de IVde ventrikel leidt [52](#page=52). * Obstructie van dit aquaduct kan leiden tot hydrocefalus, met zwelling van de IIIde en laterale ventrikels en dunner wordende hersenschors [52](#page=52). --- * Het prosencephalon, of voorbrein, is een van de drie primaire hersenblaasjes en bestaat uit het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * De wanden van het diencephalon differentiëren tot verschillende neuronale centra en banen [55](#page=55). * Het dunne dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia worden [55](#page=55). * De dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon ontwikkelen gespecialiseerde structuren [55](#page=55). * Hieronder vallen de optische blaasjes, de choroïde plexus en de circumventriculaire organen, inclusief de neurohypofyse [55](#page=55). * Het pallium vormt de cerebrale hemisferen en de commissuren die deze verbinden [55](#page=55). * Het vormt ook de reukbollen en reukbanen, die samen met de reukcentra van de hemisferen het rhinencephalon vormen [55](#page=55). * Het subpallium ontwikkelt zich tot de basale ganglia [55](#page=55). --- * Het prosencephalon, of voorbrein, ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * Het diencephalon vormt diverse neuronale centra en banen, en draagt bij aan gespecialiseerde structuren zoals de optische blaasjes, choroïde plexus en circumventriculaire organen [55](#page=55). * Het telencephalon splitst zich in een dun dorsaal deel (pallium), dat aanleiding geeft tot de hersenhelften en commissuren, en een dikker ventraal deel (subpallium), dat de basale ganglia vormt [55](#page=55). * Het diencephalon ontwikkelt zich tot structuren zoals de thalamus, epithalamus en hypothalamus [54](#page=54). * De dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon zijn betrokken bij de vorming van de neurohypofyse [55](#page=55). * Het pallium van het telencephalon vormt de hersenhelften, inclusief de reukbollen en reukbanen (rhinencephalon) [55](#page=55). * Het subpallium van het telencephalon vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia worden [55](#page=55). ### Gerelateerde onderwerpen * De ontwikkeling van het prosencephalon omvat ook de vorming van de hersenventrikels [54](#page=54). * Daarnaast zijn de commissuren, cytodifferentiatie en laminatie van de neocortex gerelateerd aan de ontwikkeling van het telencephalon [54](#page=54). --- # Ontwikkeling van de pons en het cerebellum ### Kernidee * Het metencephalon is de voorloper van de pons en het cerebellum . * De pons fungeert als een brug die het ruggenmerg en de hersenschors met het cerebellum verbindt . * Het cerebellum is cruciaal voor balans en houdingscontrole . ### Kernfeiten * De pons ontwikkelt zich door celproliferatie en vezelbanen aan de ventrale zijde van het metencephalon . * De pons bevat massieve axonale banen uit de marginale laag van de basale kolommen van het metencephalon . * Ventraal gelegen pontiene kernen geleiden input van het cerebrum naar het cerebellum . * Het cerebellum ontstaat uit de alarplaten van het metencephalon en de aangrenzende rhombische lippen . * De rhombische lippen dragen bij aan de vorming van cerebellaire granulecellen en diepe cerebellaire kernen . ### Kernconcepten * Het rudiment van het cerebellum wordt herkend als verdikte cerebellaire primordia . * Tegen de tweede maand ontmoeten de craniale delen van de cerebellaire platen elkaar, vormen een primordium dat de 4e ventrikel bedekt . * Tegen het midden van de derde maand puilt het cerebellum dorsaal uit, vormend een haltervormige zwelling . * Het ontwikkelende cerebellum wordt gescheiden door de posterolaterale fissuur in craniale en caudale delen . * Het caudale deel bevat flocculonodulaire lobben, het meest primitieve deel . * Het grotere craniale deel bestaat uit de vermis en cerebellaire hemisferen . * De primaire fissuur verdeelt de vermis en hemisferen in een voorste en middelste lob tegen het einde van de derde maand . * Extra fissuren verdelen verdere lobben, en het oppervlak wordt gegroefd in folia . * Fissuurvorming en foliatie vergroten het oppervlak van de cerebellaire cortex aanzienlijk . * Het cerebellum heeft een interne groep diepe kernen en een externe cortex . * Vier diepe kernen worden aan elke kant gevormd: dentate, globose, emboliforme en fastigiale kernen . * Alle output van de cerebellaire cortex wordt via deze diepe kernen geleid . * De cerebellaire cortex heeft een regelmatige cytoarchitectuur met celtypen in lagen gerangschikt . ### Implicaties * Misvormingen zoals hypoplasie, dysplasie en heterotopieën kunnen optreden tijdens de cerebellaire ontwikkeling . * Cerebellaire defecten kunnen worden veroorzaakt door omgevingsgifstoffen of genetische afwijkingen . * Aandoeningen van het cerebellum resulteren vaak in ataxieën door de rol in motorische coördinatie, evenwicht en houding . * Subtiele ontwikkelingsdefecten in cerebellaire circuits kunnen ten grondslag liggen aan diverse aandoeningen, zoals autisme spectrum stoornissen . --- ### Vorming van de pons * Het metencephalon differentieert en geeft aanleiding tot de pons en het cerebellum . * De pons (Latijn voor "brug") verbindt het ruggenmerg en de hersenschors met het cerebellum . * De pons wordt gevormd door proliferatie van cellen en vezelbanen aan de ventrale zijde van het metencephalon . * Het bevat massieve axonale banen, voornamelijk afkomstig uit de marginale laag van de basale kolommen van het metencephalon . * Ventraal gelegen pontiene kernen geven input van het cerebrum door aan het cerebellum . ### Vorming van het cerebellum * Het cerebellum is afkomstig van de alarplaten van het metencephalon en de aangrenzende rhombische lippen . * De rhombische lippen dragen bij aan de vorming van cerebellaire granulecellen en de diepe cerebellaire kernen . * Het rudiment van het cerebellum is eerst herkenbaar als verdikte cerebellaire primordia . * Tegen de 2e maand ontmoeten de craniale delen van de groeiende cerebellaire platen elkaar over de middellijn, wat een enkel primordium vormt dat de 4e ventrikel bedekt . * Tegen het midden van de 3e maand puilt het cerebellum dorsaal uit, wat een haltervormige zwelling vormt . * Het ontwikkelende cerebellum wordt gescheiden in craniale en caudale delen door de posterolaterale fissuur . * Het caudale deel (flocculonodulaire lobben) is het meest primitieve deel . * Het grotere craniale deel bestaat uit een mediane zwelling (vermis) die de cerebellaire hemisferen verbindt . * De primaire fissuur verdeelt het cerebellum tegen het einde van de 3e maand in een voorste en middelste lob . * Extra transversale fissuren verdelen het cerebellum verder in lobben . * Het oppervlak van de lobben wordt gegroefd in dicht opeengepakte, bladvormige transversale gyri genaamd folia . * Deze fissuurvorming en foliatie vergroten het oppervlak van de cerebellaire cortex . * Het cerebellum bevat 2 soorten grijze stof: diepe cerebellaire kernen en een externe cerebellaire cortex . * De 4 diepe kernen zijn de dentate, globose, emboliforme en fastigiale kernen . * Alle output van de cerebellaire cortex wordt via deze kernen doorgegeven . ### Misvormingen en disfunctie van het cerebellum * Mogelijke misvormingen zijn hypoplasieën, dysplasieën en heterotopieën . * Cerebellaire defecten kunnen worden veroorzaakt door omgevingsgifstoffen en genetische afwijkingen . * Cerebellaire aandoeningen leiden vaak tot ataxieën (verstoringen van motorische coördinatie) . * Subtiele ontwikkelingsdefecten kunnen ten grondslag liggen aan andere aandoeningen, zoals stoornissen in het autismespectrum . --- # Vorming van het mesencephalon ### Kernconcepten * Het mesencephalon is een van de drie primaire hersenblaasjes die ontstaan uit de neurale buis . * Het vormt het middenbrein, dat essentiële verbindingen legt tussen de voorhersenen, achterhersenen en het ruggenmerg . ### Ontwikkeling en structuren * Het mesencephalon bevat belangrijke neuronale centra en de motorische kernen van de oogzenuwen III (oculomotorisch) en IV (trochleair) . * Het sensorische deel van de trigeminuszenuw (V) heeft een kern in het mesencephalon, de mesencefale trigeminale nucleus . * Dorsale zwellingen op het mesencephalon worden de colliculi superior en inferior genoemd . * De mesencefale alarplaten vormen de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . * De mesencefale basale platen vormen de rode kernen en de kernen van de oculomotorische zenuw . * De primitieve ventrikel van het mesencephalon wordt de cerebrale aquaduct van Sylvius . ### Functies van onderdelen * De colliculi superior ontvangen signalen van de retina en zijn betrokken bij oogreflexen . * De colliculi inferior zijn deel van de auditieve route, waarbij informatie van de cochlea naar de hersenschors wordt geleid . ### Afwijkingen * Obstructie van de cerebrale aquaduct van Sylvius kan leiden tot hydrocefalus . * Hydrocefalus veroorzaakt zwelling van de hersenventrikels III en lateraal, met dunner worden van de hersenschors . * Dit kan leiden tot vergroting van de schedel, vooral bij langdurige obstructie . - > **Tip:** Hydrocefalus kan prenataal of kort na de geboorte behandeld worden met een shunt om de druk te verlichten --- * Het mesencephalon, of middenbrein, wordt gevormd vanuit de embryonale hersenblaasjes . * Het bestaat voornamelijk uit witte stof die de voorhersenen verbindt met de achterhersenen en het ruggenmerg . ### Belangrijke structuren en functies * Bevat belangrijke neuronale centra, waaronder kernen van vier hersenzenuwen . * Motorische kernen van de oculomotorius (III) en trochlearis (IV) zenuwen bevinden zich hier . * Een deel van de sensorische nucleus van de trigeminuszenuw (V), de mesencephale trigeminale nucleus, is aanwezig . * De superior en inferior colliculi zijn prominente zwellingen aan de dorsale zijde . * De superior colliculi ontvangen axonen van de retina en bemiddelen oogreflexen . * De inferior colliculi zijn deel van de auditieve route, geleidend van de cochlea naar hersengebieden . * De primitieve ventrikel van het mesencephalon wordt het cerebrale aquaduct van Sylvius . ### Ontwikkelingsprocessen * De colliculi ontstaan door proliferatie en migratie van mesencephale alarplaatcellen . * Een ondiepe longitudinale groef op het dorsale oppervlak (week 6-12) vormt de corpora bigemina . * Een transversale groef verdeelt deze om de superior en inferior colliculi te vormen . * Mesencephale alarplaten vormen de gelaagde nucleaire lagen van de colliculi, periaqueductale grijze stof en substantia nigra . * Mesencephale basale platen vormen de rode kernen en oculomotorius kernen . * Hydrocefalus (waterhoofd) kan ontstaan door obstructie van de cerebrale aquaduct van Sylvius . * Dit blokkeert de stroom van cerebrospinale vloeistof (CSF) . * Resulteert in gezwollen ventrikels (III, lateraal) en abnormaal dunne hersenschors . * Kan leiden tot uitzetting van de schedel door verhoogde druk . * Behandeling omvat vaak het plaatsen van een shunt . --- ### Kernstructuren en functies * Het mesencephalon (middenbrein) bestaat grotendeels uit witte stof, die de voorhersenen verbindt met de achterhersenen en het ruggenmerg . * Het bevat belangrijke neuronale centra, waaronder de motorische kernen van de oculomotorius (III) en trochlearis (IV) zenuwen . * Een deel van de sensorische nucleus van de trigeminus (V) zenuw, de mesencefale trigeminale nucleus, bevindt zich ook in het mesencephalon . ### Dorsale structuren (tectum) * De colliculi superior en inferior zijn vier prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het middenbrein . * De colliculi superior ontvangen axonen van de retina en bemiddelen oogreflexen . * De colliculi inferior maken deel uit van de auditieve route, waarbij informatie van de cochlea naar de auditieve hersengebieden wordt geleid . * De colliculi ontstaan uit mesencefale alarplaatcellen die prolifereren en migreren . - Een ondiepe groef op het dorsale oppervlak tussen week 6 en 12 vormt de corpora bigemina, die verder door een transversale groef worden verdeeld in de colliculi superior en inferior * De mesencefale alarplaten vormen de gestratificeerde nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . ### Ventrale structuren (tegmentum) * De mesencefale basale platen vormen de rode kernen en de kernen van de oculomotorius zenuw . ### Ventrikel en afwijkingen * De primitieve ventrikel van het mesencephalon ontwikkelt zich tot de smalle cerebrale aquaduct van Sylvius . * Cerebrospinale vloeistof (CSF) die door de plexus choroideus wordt geproduceerd, stroomt normaal gesproken door dit aquaduct naar de vierde ventrikel . * Een obstructie van de CSF-stroom door het aquaduct leidt tot hydrocefalus (waterhoofd) . * Kenmerken van hydrocefalus zijn gezwollen derde en laterale ventrikels, verdunning van de hersenschors en uitzetting van de schedel . * Deze aandoening vereist chirurgie, zoals het plaatsen van een shunt, om de druk te verlichten . --- ### Kernstructuur en functie * Het mesencephalon vormt het middenbrein . * Het bestaat grotendeels uit witte stof, met banen die de voorhersenen verbinden met de achterhersenen en het ruggenmerg . * Het bevat belangrijke neuronale centra, waaronder kernen van vier hersenzenuwen . ### Belangrijke structuren en hun ontwikkeling * De motorkernen van de oculomotorische (III) en trochleaire (IV) zenuwen bevinden zich in het mesencephalon . * Een deel van de sensorische nucleus van de trigeminale zenuw (V), de mesencephale trigeminale nucleus, is ook aanwezig . * De colliculi superior en inferior zijn prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het middenbrein . * De colliculi superior ontvangen axonen van de retina en mediëren oogreflexen . * De colliculi inferior vormen een deel van de auditieve route, waarbij informatie van de cochlea naar de auditieve hersengebieden wordt geleid . * Mesencephale alarplaten vormen de gestratificeerde nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . * De mesencephale basale platen vormen de rode kernen en de kernen van de oculomotorische zenuw . * De primitieve ventrikel van het mesencephalon wordt de smalle cerebrale aquaduct van Sylvius . ### Ontwikkelingsafwijkingen * Een obstructie van de cerebrale aquaduct van Sylvius kan leiden tot hydrocefalus . * Hydrocefalus resulteert in gezwollen IIIde en laterale ventrikels en een abnormaal dunne hersenschors . * De schedelnaden kunnen uit elkaar worden geduwd door de groeiende hersenen, wat leidt tot vergroting van de schedelbeenderen . * Behandeling van hydrocefalus omvat het plaatsen van een shunt om cerebrospinale vloeistof af te voeren en de druk te verlichten . --- ### Kernpunten * Het mesencephalon, een deel van de hersenstam, ontwikkelt zich uit het prosencephalon . * De ontwikkeling van het mesencephalon is gerelateerd aan de vorming van de hersenventrikels en commissuren . ### Specifieke processen * Het mesencephalon bevat het cerebrale aquaduct (van Sylvius) . * Structuren zoals de thalamus en hypothalamus (diencephalon) worden geassocieerd met de ontwikkeling van het mesencephalon . * De basale ganglia, die later gevormd worden, hebben hun oorsprong in neuronale aggregaties van de telencephalon vloer . ### Tijdlijn en observaties * De thalamus en hypothalamus zijn zichtbaar als zwellingen aan het einde van de 5e week . * Tegen 10 weken zijn specialisaties van het diencephalon duidelijk, waaronder het mammilaire lichaam en de pijnappelklier . * De hersenhelften verschijnen rond dag 32 en bedekken na 16 weken het diencephalon . ### Groei en differentiatie * De thalamus groeit onevenredig na de 7e week en wordt het grootste deel van het diencephalon . * Thalami kunnen elkaar ontmoeten en fuseren, wat leidt tot interthalamische adhesies . * De groei van de hersenhelften is continu gedurende de embryonale en foetale ontwikkeling . * De hersenschors begint te vouwen in gyri en sulci, beginnend met de laterale hersenfossa . * De hersenen zijn bij de geboorte ongeveer 25% van het volwassen volume, met verdere groei door myelinisatie . --- ### Kernideeën * Het mesencephalon (middenbrein) ontwikkelt zich uit de prosencephalon . * Het bevat veel witte stof, voornamelijk banen die de voorhersenen verbinden met de achterhersenen en het ruggenmerg . * Bevat kernen van vier craniale zenuwen: motorkernen van oculomotorius (III) en trochlearis (IV), en een deel van de sensorische nucleus van trigeminus (V) . * De colliculi superior en inferior zijn prominente zwellingen op het dorsale oppervlak . * Colliculi superior bemiddelen oogreflexen door axonen van de retina te ontvangen . * Colliculi inferior zijn deel van de auditieve route, sturen informatie van de cochlea naar de hersenschors . ### Ontwikkelingsmechanismen * Colliculi worden gevormd door proliferatie en migratie van mesencephale alarplaatcellen . * Een longitudinale groef (week 6-12) creëert de corpora bigemina . * Een transversale groef verdeelt de corpora bigemina in colliculi superior en inferior . * Mesencephale alarplaten vormen de gestratificeerde lagen van de colliculi, periaqueductale grijze stof en substantia nigra . * Mesencephale basale platen vormen de rode kernen en de oculomotorische zenuwkernen . * De ventrikel van het mesencephalon wordt de cerebrale aquaduct van Sylvius . * **Hydrocefalus:** Obstructie van de aquaduct van Sylvius, leidend tot opeenhoping van hersenvocht (CSF) . * Dit veroorzaakt uitzetting van de derde en laterale ventrikels en verdunning van de hersenschors . * De schedelnaden worden uit elkaar geduwd, resulterend in een vergrote schedel . * Behandeling vereist chirurgie (shunt) om CSF af te voeren . --- ### Kernfuncties en structuren * Het mesencephalon (middenbrein) bestaat voornamelijk uit witte stof, verbindend de voor- en achterhersenen met het ruggenmerg . * Het bevat belangrijke neuronale centra, waaronder kernen van craniale zenuwen . * De motorkernen van de oculomotorische (III) en trochleaire (IV) zenuwen zijn hier gelegen . * Een deel van de sensorische nucleus van de trigeminale zenuw (V), de mesencephale trigeminale nucleus, bevindt zich ook in het mesencephalon . ### Ontwikkeling van de colliculi * De colliculi superior en inferior zijn prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het mesencephalon . * De colliculi superior ontvangen axonen van de retinae en zijn betrokken bij oogreflexen . * De colliculi inferior zijn deel van de auditieve route, geleidend informatie van de cochlea naar de hersenschors . * De colliculi ontstaan uit prolifererende en migrerenende mesencefale alarplaatcellen . * Een longitudinale groef tussen week 6-12 vormt de corpora bigemina; een transversale groef verdeelt deze in colliculi superior en inferior . * Mesencefale alarplaten vormen de nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . ### Andere structuren en de ventrikel * Hersenvocht stroomt normaal door dit aquaduct naar de vierde ventrikel . ### Afwijkingen: Hydrocefalus * Obstructie van de aquaduct van Sylvius kan leiden tot hydrocefalus (waterhoofd) . * Dit resulteert in gezwollen IIIe en laterale ventrikels met abnormaal dunne hersenschors . * De groeiende hersenen duwen schedelnaden uit elkaar, leidend tot vergroting van de schedel . * Correctie, vaak postnataal, vereist een shunt om cerebrospinale vloeistof af te voeren . --- * Het mesencephalon, of middenbrein, bestaat grotendeels uit witte stof die de voorhersenen verbindt met de achterhersenen en het ruggenmerg . * Bevat belangrijke neuronale centra, waaronder de motorische kernen van de oculomotorius (III) en trochlearis (IV) zenuwen . * Omvat ook een deel van de sensorische nucleus van de trigeminuszenuw, de mesencephale trigeminale nucleus . ### Ontwikkeling en anatomie * De colliculi ontstaan uit prolifererende en migrerenende mesencephale alarplaatcellen . * Een longitudinale groef (6-12 weken) creëert de corpora bigemina, verder onderverdeeld door een transversale groef in de colliculi superior en inferior . * De mesencephale alarplaten vormen de nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . * De mesencephale basale platen vormen de rode kernen en de kernen van de oculomotoriuszenuw . ### Afwijkingen in de ontwikkeling * Dit resulteert in zwelling van de derde en laterale ventrikels, dunner worden van de hersenschors en vergroting van de schedel . * Hydrocefalus vereist vaak chirurgische correctie met een shunt om cerebrospinale vloeistof af te voeren . --- * Het mesencephalon, of middenbrein, bevat voornamelijk witte stof, bestaande uit de grote banen die de voorhersenen verbinden met de achterhersenen en het ruggenmerg . * Het middenbrein herbergt belangrijke neuronale centra en de kernen van vier hersenzenuwen . ### Hersenzenuwkernen * De motorische kernen van de oculomotorius (III) en trochlearis (IV) zenuwen bevinden zich in het mesencephalon . * Een deel van de sensorische nucleus van de trigeminus (V) zenuw, de mesencefale trigeminale nucleus, is ook in het mesencephalon gelegen . ### Dorsale structuren (colliculi) * De colliculi superior en inferior zijn zichtbaar als vier prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het middenbrein . * De colliculi superior ontvangen axonen van de retina en zijn betrokken bij oogreflexen . * De colliculi inferior maken deel uit van de perceptuele route voor informatie van de cochlea naar de auditieve hersengebieden . * De colliculi worden gevormd door mesencefale alarplaatcellen die prolifereren en migreren . * Een ondiepe longitudinale groef tussen week 6 en 12 creëert de corpora bigemina op het dorsale oppervlak . * Een transversale groef verdeelt deze zwellingen verder tot de colliculi superior en inferior . ### Ventrale structuren en ventrikel * Hersenvocht (CSF) stroomt normaal via het aquaduct van Sylvius naar de vierde ventrikel . * Obstructie van het aquaduct tijdens de foetale ontwikkeling kan leiden tot hydrocefalus . * Bij hydrocefalus zwellen de derde en laterale ventrikels op met vloeistof, waardoor de hersenschors dun wordt . * De groeiende hersenen duwen de schedelnaden uit elkaar, wat leidt tot een vergroting van de schedel . * Behandeling, prenataal of kort na de geboorte, omvat het plaatsen van een shunt om CSF af te voeren en druk te verlichten . --- * Het bevat belangrijke neuronale centra, waaronder de motorische kernen van de oogzenuwen III (oculomotorisch) en IV (trochleair), en een deel van de sensorische nucleus van de trigeminuszenuw (V) . * De cerebrale aquaduct van Sylvius is de primitieve ventrikel van het mesencephalon . ### Ontwikkeling en structuur * De colliculi superior en inferior zijn prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het middenbrein, gevormd door mesencefale alarplaatcellen . * De colliculi inferior vormen een deel van de auditieve route, waarbij informatie van de cochlea naar de hersenschors wordt geleid . * Een longitudinale groef ontwikkelt zich tussen week 6 en 12 op het dorsale oppervlak, wat leidt tot de vorming van de corpora bigemina . * De mesencefale alarplaten vormen de gestratificeerde lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra . * Hydrocefalus ("waterhoofd") kan ontstaan door obstructie van de cerebrale aquaduct van Sylvius . * Dit leidt tot een ophoping van hersenvocht (CSF) in de IIIde en laterale ventrikels . * De ventrikels zetten uit, waardoor de hersenschors abnormaal dun wordt . * De schedelnaden kunnen uit elkaar gedrukt worden door de groeiende hersenen, wat leidt tot een vergroting van de schedel . * Behandeling van hydrocefalus omvat vaak het plaatsen van een shunt om de CSF-druk te verlichten . --- ### Kernaspecten * Het mesencephalon, of middenbrein, bestaat grotendeels uit witte stof, bestaande uit banen die de voorhersenen verbinden met de achterhersenen en het ruggenmerg [52](#page=52). - Het bevat diverse belangrijke neuronale centra, waaronder de motorische kernen van de nervus oculomotorius (III) en nervus trochlearis (IV), alsook een deel van de sensorische nucleus van de nervus trigeminus ### Belangrijke structuren en hun vorming * De colliculi superior en inferior zijn vier prominente zwellingen aan de dorsale zijde van het middenbrein [52](#page=52). * De colliculi superior ontvangen axonen van de retina en zijn betrokken bij oogreflexen [52](#page=52). * De colliculi inferior maken deel uit van de perceptuele route voor auditieve informatie van de cochlea naar de hersenschors [52](#page=52). * De colliculi ontstaan uit prolifererende en migrerenende mesencephale alarplaatcellen [52](#page=52). * Een longitudinale groef tussen week 6 en 12 vormt de corpora bigemina op het dorsale oppervlak [52](#page=52). * Een transversale groef verdeelt deze zwellingen tot de colliculi superior en inferior [52](#page=52). * De mesencephale alarplaten vormen de gestratificeerde nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra [52](#page=52). * De mesencephale basale platen vormen de rode kernen en de kernen van de nervus oculomotorius [52](#page=52). * De primitieve ventrikel van het mesencephalon wordt de smalle cerebrale aquaduct van Sylvius [52](#page=52). * Cerebrospinale vloeistof (CSF) stroomt normaal door het aquaduct naar de vierde ventrikel [52](#page=52). * Obstructie van de CSF-stroom door het aquaduct tijdens de foetale ontwikkeling leidt tot hydrocefalus [52](#page=52). * Hydrocefalus kenmerkt zich door gezwollen derde en laterale ventrikels, dunne hersenschors en uitzetting van de schedelbeenderen [52](#page=52). * Behandeling van hydrocefalus vereist vaak een shunt om CSF af te voeren en druk te verlichten [52](#page=52). --- # Ontwikkeling van het diencephalon ### Kernconcepten * Het prosencephalon (voorbrein) ontwikkelt zich tot twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . * De wanden van het diencephalon vormen diverse neuronale centra en banen . * Specifieke structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen ontstaan vanuit de dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon . ### Sleutelfeiten * De dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon genereren gespecialiseerde structuren . * Hieronder valt onder andere de achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) . * De optische blaasjes ontstaan uit het diencephalon . * De choroïde plexus heeft eveneens oorsprong in het diencephalon . ### Relatie met andere structuren * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften . * Het telencephalon draagt ook bij aan commissuren en verbindende structuren . * De reukbollen en -banen, samen met hersencentra, vormen het rhinencephalon . * Het dikkere ventrale telencephalon (subpallium) vormt de ganglion eminences, die de basale ganglia worden . --- ### Vorming van het prosencephalon * Het prosencephalon (voorbrein) bestaat uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon . * De wanden van het diencephalon differentiëren tot diverse neuronale centra en banen . * De dakplaat, vloerplaat en ependym van het diencephalon leiden tot gespecialiseerde structuren via unieke mechanismen . * Optische blaasjes . * Choroïde plexus . * Circumventriculaire organen, waaronder de achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) . * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en verbindende structuren . * Het dorsale telencephalon vormt ook de reukbollen en reukbanen, die samen met reukcentra en banen de rhinencephalon vormen . * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, puilt uit in het neurale kanaal om de ganglion eminences te vormen, waaruit later de basale ganglia ontstaan . --- # Vorming van het telencephalon en de hersenhelften ### Kernidee * Het telencephalon is het anterieure deel van het prosencephalon en vormt uiteindelijk de hersenhelften [2](#page=2) [5](#page=5). ### Belangrijkste feiten * Het telencephalon ontwikkelt zich uit het voorbrein (prosencephalon) [2](#page=2) [5](#page=5). * Het dunne dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften [2](#page=2) [5](#page=5). * Het telencephalon is ook verantwoordelijk voor de vorming van commissuren en andere verbindende structuren [2](#page=2) [5](#page=5). * De reukbollen en reukbanen worden gevormd uit het telencephalon [2](#page=2) [5](#page=5). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de basale ganglia [2](#page=2) [5](#page=5). ### Belangrijkste concepten * Het telencephalon vormt samen met de reukcentra en banen van de hersenhelften het rhinencephalon ("neus-hersenen") [2](#page=2) [5](#page=5). * De proliferatie van cellen in het subpallium leidt tot de vorming van ganglion eminences [2](#page=2) [5](#page=5). * De hersenhelften ontstaan uit het pallium, het dorsale deel van het telencephalon [2](#page=2) [5](#page=5). ### Implicaties * De ontwikkeling van de hersenhelften is cruciaal voor hogere cognitieve functies en motorische controle. * Defecten in de vorming van het telencephalon kunnen leiden tot afwijkingen in reukzin en de ontwikkeling van de basale ganglia. * De commissuren gevormd uit het telencephalon zijn essentieel voor de communicatie tussen de hersenhelften. --- * Het prosencephalon, het voorbrein, ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * Het telencephalon vormt de hersenhelften en verbindende structuren, evenals de reukorganen [55](#page=55). ### Ontwikkeling van het telencephalon * Het dunne, dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften en commissuren [55](#page=55). * Het pallium genereert ook de bulbi olfactorii (reukbollen) en tractus olfactorii (reukbanen) [55](#page=55). * Samen met de reukcentra in de hersenhelften vormen deze het rhinencephalon (neus-hersenen) [55](#page=55). * Het dikkere, ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences [55](#page=55). * Deze ganglion eminences differentiëren later tot de basale ganglia [55](#page=55). --- ### Kernideeën * Het telencephalon is het grootste deel van het voorbrein (prosencephalon) en vormt uiteindelijk de hersenhelften [55](#page=55). * Het telencephalon is opgebouwd uit een dorsaal deel (pallium) en een ventraal deel (subpallium) [55](#page=55). ### Belangrijke feiten * Het dunne dorsale telencephalon, ook wel pallium genoemd, geeft aanleiding tot de hersenhelften [55](#page=55). * Het pallium vormt ook de commissuren en andere structuren die de hersenhelften met elkaar verbinden [55](#page=55). * Daarnaast vormt het pallium de reukbollen en reukbanen, die samen het rhinencephalon vormen [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, puilt uit in het neurale kanaal [55](#page=55). * Het subpallium vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia zullen vormen [55](#page=55). * De vorming van de hersenhelften uit het telencephalon is cruciaal voor hogere cognitieve functies. * De ontwikkeling van commissuren is essentieel voor de communicatie tussen de twee hersenhelften. * De vorming van de basale ganglia uit het subpallium is belangrijk voor motorische controle en andere functies. --- * Het telencephalon vormt de twee cerebrale hemisferen en de structuren die deze verbinden [55](#page=55). * Het bestaat uit een dun dorsaal deel (pallium) en een dikker ventraal deel (subpallium) [55](#page=55). * Het prosencephalon (voorbrein) bestaat uit het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * De wanden van het diencephalon differentiëren tot neuronale centra en banen [55](#page=55). * Dakplaat, vloerplaat en ependym van het diencephalon vormen gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen [55](#page=55). * De achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) ontwikkelt zich ook uit structuren van het diencephalon [55](#page=55). * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) geeft aanleiding tot de hersenhelften [55](#page=55). * Commissuren en andere verbindende structuren van de hersenhelften ontstaan uit het pallium [55](#page=55). * De reukbollen en reukbanen worden gevormd door het pallium en maken deel uit van het rhinencephalon [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences [55](#page=55). * De ganglion eminences zullen later de basale ganglia vormen [55](#page=55). ### Gevolgen * De ontwikkeling van het telencephalon leidt tot de vorming van de cerebrale hemisferen, die complexe cognitieve functies uitvoeren [55](#page=55). * De verbindingen tussen de hemisferen (commissuren) zijn essentieel voor interhemisferische communicatie [55](#page=55). * De reukcentra in het rhinencephalon zijn cruciaal voor de reukzin [55](#page=55). * De vorming van de basale ganglia uit het subpallium is fundamenteel voor motorische controle en leren [55](#page=55). --- * Het prosencephalon, het voorbrein, splitst zich in het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * Het telencephalon vormt de hersenhelften, commissuren en andere verbindende structuren [55](#page=55). * Het dorsale deel van het telencephalon, het pallium, ontwikkelt zich tot de hersenhelften [55](#page=55). * Het pallium genereert ook de commissuren en structuren die de hersenhelften verbinden [55](#page=55). * De reukbollen en reukbanen ontstaan uit het pallium en vormen samen met de reukcentra het rhinencephalon [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia zullen worden [55](#page=55). ### Belangrijke concepten * Het telencephalon is het cerebrale deel van het voorbrein dat verantwoordelijk is voor hogere hersenfuncties. * Commissuren zijn zenuwbanen die de twee hersenhelften met elkaar verbinden. * Het rhinencephalon is het deel van de hersenen dat gerelateerd is aan de reukzin. * De basale ganglia spelen een rol in motorische controle en leren. * De ontwikkeling van het telencephalon is cruciaal voor de vorming van de cerebrale cortex, het grootste deel van het menselijk brein. * Defecten in de ontwikkeling van het telencephalon kunnen leiden tot diverse neurologische aandoeningen. * De differentiatie van het pallium en subpallium leidt tot de complexe structuur van de hersenschors en de subcorticale kernen. --- * Het telencephalon vormt de twee cerebrale hemisferen, de grootste delen van het brein, en is cruciaal voor hogere cognitieve functies [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het telencephalon, een secundair hersenblaasje van het prosencephalon, ontwikkelt zich tot de hersenhelften [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De dorsale, dunne deel van het telencephalon (pallium) vormt de hersenschors, inclusief de grotere structuren die de hersenhelften met elkaar verbinden [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het telencephalon genereert ook de reukbollen en reukbanen, die samen met de reukcentra van de hersenhelften het rhinencephalon vormen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon (subpallium) ontwikkelt zich tot de ganglion eminences, die later de basale ganglia vormen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De vorming van de hersenhelften omvat de ontwikkeling van de cerebrale hemisferen en de commissuren die deze verbinden [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De hersenventrikels zijn uitbreidingen van de oorspronkelijke neurale buis die ook gevormd worden tijdens de ontwikkeling van het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De ontwikkeling omvat cytodifferentiatie en laminatie van de neocortex [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het pallium vormt de cortex van de hersenhelften [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het subpallium draagt bij aan de vorming van subcorticale structuren zoals de basale ganglia [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Commissuren zijn zenuwbanen die de twee hersenhelften met elkaar verbinden, zoals het corpus callosum [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De vorming van de hersenhelften gaat gepaard met de differentiatie van de neurale buis [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De neiging tot het vormen van reukcentra en banen wordt aangeduid met de term rhinencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Afwijkingen in de ontwikkeling van het telencephalon kunnen leiden tot ernstige neurologische en cognitieve stoornissen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het begrip van deze ontwikkelingsprocessen is essentieel voor het begrijpen van aangeboren hersenafwijkingen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). --- ### Kernconcepten * Het telencephalon is het grootste deel van de voorhersenen (prosencephalon) en ontwikkelt zich tot de hersenhelften [55](#page=55). * Het telencephalon wordt gevormd uit het dunne, dorsale deel (pallium) en het dikkere, ventrale deel (subpallium) [55](#page=55). ### Ontwikkeling van het pallium * Het pallium vormt de cerebrale hemisferen [55](#page=55). * Het vormt ook commissuren en andere verbindende structuren tussen de hemisferen [55](#page=55). * De reukbollen en reukbanen ontstaan uit het pallium en vormen samen met de reukcentra van de hersenhelften het rhinencephalon [55](#page=55). ### Ontwikkeling van het subpallium * Het subpallium puilt uit in het neurale kanaal [55](#page=55). * Het subpallium vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia zullen worden [55](#page=55). ### Gevolgen voor de hersenhelften * Het telencephalon is verantwoordelijk voor de vorming van de twee grote hersenhelften [55](#page=55). * De ontwikkeling van het telencephalon leidt tot de complexe structuren die de cerebrale cortex vormen [55](#page=55). --- * Het telencephalon, een secundair hersenblaasje van het prosencephalon, ontwikkelt zich tot de hersenhelften en de commissuren [55](#page=55). * Het telencephalon is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de reukbollen en reukbanen (rhinencephalon) [55](#page=55). * Het ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia worden [55](#page=55). ### Ontwikkeling van de hersenhelften * Het dunne dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften [55](#page=55). * De hersenhelften worden verbonden door commissuren en andere structuren [55](#page=55). ### Specifieke Structuren * Het rhinencephalon omvat de reukbollen, reukbanen en reukcentra [55](#page=55). * Het subpallium ontwikkelt zich tot de basale ganglia [55](#page=55). ### Gerelateerde Concepten * Het telencephalon is een deel van het prosencephalon, samen met het diencephalon [55](#page=55). * De ontwikkeling van het telencephalon draagt bij aan de latere complexiteit van de hersenen. --- * Het prosencephalon (voorbrein) bestaat uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * Het dunne dorsale telencephalon (pallium) vormt de hersenhelften, commissuren en andere verbindende structuren [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences die later de basale ganglia worden [55](#page=55). * Het pallium vormt ook de reukbollen en reukbanen, deel van het rhinencephalon [55](#page=55). * De hersenhelften ontwikkelen zich uit de dorsale zijde van het telencephalon [55](#page=55). * Deze ontwikkeling omvat de vorming van de cortex en subcorticale structuren [55](#page=55). * Commissuren, zoals het corpus callosum, verbinden de twee hersenhelften en ontstaan uit het telencephalon [55](#page=55). ### Vorming van de basale ganglia * De ganglion eminences, afkomstig uit het subpallium van het telencephalon, vormen de basale ganglia [55](#page=55). * De basale ganglia zijn cruciaal voor motorische controle en leren [55](#page=55). ### Vorming van de reukstructuren * De reukbollen en reukbanen, die deel uitmaken van het rhinencephalon, ontwikkelen zich uit het telencephalon [55](#page=55). * Deze structuren zijn essentieel voor de verwerking van geurinformatie [55](#page=55). --- * Het telencephalon vormt de twee hersenhelften, de commissuren en andere verbindende structuren [55](#page=55). * Het dunne dorsale deel (pallium) vormt de hersenschors [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel (subpallium) vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia zullen worden [55](#page=55). * Het telencephalon ontwikkelt ook de reukbollen en reukbanen, samen met reukcentra in de hersenhelften, wat het rhinencephalon vormt [55](#page=55). * Dakplaat, vloerplaat en ependyma van het diencephalon vormen gespecialiseerde structuren zoals optische blaasjes, de choroïde plexus en circumventriculaire organen [55](#page=55). * De achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse) is ook afkomstig van het diencephalon [55](#page=55). * De ontwikkeling van het pallium is cruciaal voor de vorming van de hersenschors, de basis voor hogere cognitieve functies [55](#page=55). * De vorming van de basale ganglia uit het subpallium is essentieel voor motorische controle en leren [55](#page=55). * Het rhinencephalon is de anatomische basis voor de reukzin [55](#page=55). --- * Het telencephalon, het grootste deel van het prosencephalon, ontwikkelt zich tot de hersenhelften, inclusief de hersenschors, basale ganglia en reukbollen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het dunne dorsale deel, het pallium, vormt de hersenhelften en commissuren terwijl het dikkere ventrale deel, het subpallium, de basale ganglia vormt [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het prosencephalon splitst zich in het diencephalon en het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het telencephalon vormt de reukbollen en reukbanen, die het rhinencephalon vormen [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De basale ganglia ontstaan uit de ganglion eminences in het neurale kanaal [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Vorming van de hersenhelften en hun verbindende commissuren komt voort uit het dorsale telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). ### Sleutelconcepten * Het telencephalon is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de twee hersenhelften [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Commissuren zijn structuren die de hersenhelften met elkaar verbinden, en deze ontwikkelen zich uit het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * Het rhinencephalon, geassocieerd met de reuk, wordt gevormd door de reukbollen en reukbanen van het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). * De basale ganglia, die een rol spelen in motorische controle, ontstaan uit het subpallium van het telencephalon [1](#page=1) [2](#page=2) [3](#page=3) [4](#page=4) [5](#page=5) [6](#page=6). --- * Het prosencephalon, of voorbrein, ontwikkelt zich uit twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon [55](#page=55). * Het dunne dorsale deel van het telencephalon, het pallium, vormt de hersenhelften, commissuren en andere verbindende structuren [55](#page=55). * Het dikkere ventrale deel van het telencephalon, het subpallium, vormt de ganglion eminences, die later de basale ganglia worden [55](#page=55). * Het telencephalon is ook verantwoordelijk voor de vorming van de reukbollen en -banen, welke samen met de reukcentra van de hersenhelften het rhinencephalon vormen [55](#page=55). ### Vorming van de hersenhelften * De hersenhelften (cerebrale hemisferen) ontwikkelen zich uit het pallium van het telencephalon [55](#page=55). * Grote delen van het telencephalon bestaan uit witte stof, voornamelijk de banen die de voorhersenen verbinden met de achterhersenen en het ruggenmerg [52](#page=52). * De ontwikkeling van de hersenhelften omvat belangrijke processen zoals cytodifferentiatie en laminatie van de neocortex [39](#page=39). * Commissuren, structuren die de twee hersenhelften met elkaar verbinden, worden ook gevormd vanuit het telencephalon [55](#page=55). * Het subpallium van het telencephalon ontwikkelt zich tot de ganglion eminences [55](#page=55). * Deze ganglion eminences vormen uiteindelijk de basale ganglia, cruciale structuren voor motorische controle en beweging [55](#page=55). ### Vorming van het rhinencephalon * De reukbollen en reukbanen, die deel uitmaken van het olfactorische systeem, ontstaan uit het pallium van het telencephalon [55](#page=55). * Samen met de reukcentra en -banen in de hersenhelften vormen deze het rhinencephalon ("neus-hersenen") [55](#page=55). --- ## Veelgemaakte fouten om te vermijden - Bestudeer alle onderwerpen grondig voor examens - Let op formules en belangrijke definities - Oefen met de voorbeelden in elke sectie - Memoriseer niet zonder de onderliggende concepten te begrijpen

| Term | Definition | |------|------------| | Prosencephalon (Voorbrein) | Het voorste deel van de embryonale hersenen, dat zich verder ontwikkelt tot het diencephalon en het telencephalon. Dit deel van de hersenen is verantwoordelijk voor hogere cognitieve functies, sensorische verwerking en motorische controle. | | Diencephalon | Een van de twee secundaire hersenblaasjes die voortkomen uit het prosencephalon. Het diencephalon vormt structuren zoals de thalamus, epithalamus en hypothalamus, die cruciaal zijn voor sensorische informatieverwerking, hormonale regulatie en autonome functies. | | Telencephalon | Het andere secundaire hersenblaasje dat voortkomt uit het prosencephalon. Het telencephalon ontwikkelt zich tot de hersenhelften, de hersenschors, de basale ganglia, de reukbollen en de commissuren die de hersenhelften verbinden. | | Hersenblaasjes | Vroege embryonale structuren die zich ontwikkelen uit de neurale buis en uiteindelijk de verschillende delen van de hersenen vormen. De drie primaire hersenblaasjes zijn het prosencephalon, mesencephalon en rhombencephalon. | | Neurulatie | Het proces waarbij de neurale plaat zich vormt en oprolt om de neurale buis te vormen, de voorloper van het centrale zenuwstelsel. Dit is een fundamentele stap in de vroege ontwikkeling van de hersenen en het ruggenmerg. | | Alarplaten | De dorsale, sensorische delen van de wanden van de neurale buis. Deze platen dragen bij aan de vorming van de hersenschors en andere sensorische centra in de hersenen. | | Basale platen | De ventrale, motorische delen van de wanden van de neurale buis. Deze platen vormen de motorische kernen en andere motorische structuren in de hersenstam en het ruggenmerg. | | Cerebellaire platen | Verdikkingen in de alarplaten van het metencephalon die de basis vormen voor de ontwikkeling van het cerebellum. Deze platen ondergaan verdere proliferatie en differentiatie om de cerebellaire hemisferen en de vermis te vormen. | | Rhombische lippen | Structuren die grenzen aan de alarplaten van het rhombencephalon en die bijdragen aan de vorming van het cerebellum, met name de granulecellen en de diepe cerebellaire kernen. | | Cerebellaire cortex | De buitenste laag van het cerebellum, gekenmerkt door een zeer regelmatige cytoarchitectuur en gelaagde celtypen. Deze cortex is essentieel voor de verwerking van motorische informatie, balans en coördinatie. | | Diepe cerebellaire kernen | Groepen neuronen binnenin het cerebellum die output van de cerebellaire cortex ontvangen en doorgeven aan andere hersengebieden. Voorbeelden zijn de dentate, globose, emboliforme en fastigiale kernen. | | Folia | Bladvormige, dicht opeengepakte dwarsgyri op het oppervlak van het cerebellum, die het oppervlak van de cerebellaire cortex aanzienlijk vergroten en de verwerkingscapaciteit verbeteren. | | Metencephalon | Het deel van de hersenen dat zich ontwikkelt tot de pons en het cerebellum. Dit is een van de vijf primaire hersenblaasjes die ontstaan uit de hersenbuis tijdens de embryonale ontwikkeling. | | Pons | Een structuur in de hersenstam, afkomstig van het metencephalon, die fungeert als een "brug" voor het doorgeven van signalen tussen het ruggenmerg, de hersenschors en het cerebellum. Het bevat massieve axonale banen. | | Cerebellum | Het kleine brein, afkomstig van het metencephalon, dat een centrum is voor balans en houdingscontrole. Het ontwikkelt zich uit de alarplaten van het metencephalon en de rhombische lippen. | | Vermis | Het smalle, mediane deel van het cerebellum dat de twee cerebellaire hemisferen verbindt. Het ontwikkelt zich uit het craniale deel van het cerebellum. | | Cerebellaire hemisferen | De twee laterale delen van het cerebellum die samen met de vermis het grootste deel van het volwassen cerebellum vormen. | | Hypoplasie | Een onderontwikkeling van een orgaan of weefsel, in deze context specifiek van het cerebellum, wat kan leiden tot neurologische stoornissen. | | Dysplasie | Een abnormale ontwikkeling van weefsel, wat bij het cerebellum kan leiden tot structurele afwijkingen en functionele beperkingen. | | Term | Definitie | | Mesencephalon | Het mesencephalon, ook wel middenbrein genoemd, is een deel van de hersenstam dat een cruciale rol speelt in de verbinding tussen de voorhersenen en de achterhersenen, en het ruggenmerg. Het bevat belangrijke neuronale centra en kernen van craniale zenuwen, zoals de oculomotorische en trochleaire zenuwen. | | Colliculi | De colliculi superior en inferior zijn vier prominente zwellingen aan de dorsale zijde van het mesencephalon. De colliculi superior zijn betrokken bij oogreflexen door axonen van de retina te ontvangen, terwijl de colliculi inferior een rol spelen in de auditieve perceptie door informatie van de cochlea naar de hersenschors te leiden. | | Cerebrale aquaduct van Sylvius | Dit is de smalle cerebrale aquaduct die ontstaat uit de primitieve ventrikel van het mesencephalon tijdens de ontwikkeling. Het dient als een kanaal voor de doorstroming van hersenvocht (CSF) van de voorhersenen naar de vierde ventrikel. | | Hydrocefalus | Een aangeboren aandoening die wordt veroorzaakt door een obstructie van de doorstroming van hersenvocht (CSF) door het aquaduct van Sylvius. Dit leidt tot een ophoping van vocht in de hersenventrikels, uitzetting van de ventrikels en verdunning van de hersenschors, met mogelijke extreme vergroting van de schedel als gevolg. | | Substantia nigra | Een belangrijk neuronale centrum binnen het mesencephalon, gevormd door mesencefale alarplaatcellen. Het speelt een rol in motorische controle en is betrokken bij aandoeningen zoals Parkinson. | | Rode kernen | De rode kernen zijn onderdeel van de mesencefale basale platen en spelen een rol in motorische functies, met name in de coördinatie van bewegingen. | | Periaqueductale grijze stof | Dit is een gebied van grijze stof rondom het aquaduct van Sylvius in het mesencephalon. Het is betrokken bij pijnmodulatie, defensieve gedragingen en autonome functies. | | Prosencephalon | Het prosencephalon, ook wel het voorbrein genoemd, is een van de drie primaire hersenblaasjes die zich ontwikkelen uit de neurale buis. Het prosencephalon splitst zich verder in twee secundaire hersenblaasjes: het diencephalon en het telencephalon. | | Optische blaasjes | De optische blaasjes zijn gespecialiseerde structuren die ontstaan uit de dakplaat, vloerplaat en ependym van het diencephalon tijdens de embryonale ontwikkeling. Deze blaasjes zijn precursors van de ogen en spelen een cruciale rol in de visuele ontwikkeling. | | Choroïde plexus | De choroïde plexus is een netwerk van bloedvaten dat zich ontwikkelt in de dakplaat van de hersenventrikels, waaronder die van het diencephalon. Het is verantwoordelijk voor de productie van hersenvocht (cerebrospinale vloeistof). | | Circumventriculaire organen | De circumventriculaire organen zijn gespecialiseerde structuren die zich rondom de hersenventrikels bevinden en geen bloed-hersenbarrière hebben. Ze spelen een rol in de endocriene regulatie en de monitoring van de samenstelling van het hersenvocht, en omvatten onder andere de achterkwab van de hypofyse (neurohypofyse). | | Medulla oblongata | Het deel van de hersenstam dat het meest lijkt op het ruggenmerg, verantwoordelijk voor het reguleren van vitale functies zoals ademhaling en hartslag, en dient als relaiscentrum tussen het ruggenmerg en hogere hersencentra. | | Myelencephalon | Het embryonale deel van de hersenen dat zich ontwikkelt tot de medulla oblongata, gekenmerkt door zijn gelijkenis met het ruggenmerg en de aanwezigheid van vitale regulatiecentra. | | Rhombencephalon | Het achterste deel van de embryonale hersenen, dat zich verder ontwikkelt tot de pons, het cerebellum en de medulla oblongata. | | Cerebellaire kernen | Groepen interne grijze stof in het cerebellum, waaronder de dentate, globose, emboliforme en fastigiale kernen, die alle output van de cerebellaire cortex verwerken en doorgeven. | | Aquaduct van Sylvius | De smalle cerebrale aquaduct die de primitieve ventrikel van het mesencephalon vormt en de doorstroming van hersenvocht naar de vierde ventrikel mogelijk maakt. | | Colliculi superior | Prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het mesencephalon die axonen van de retinae ontvangen en oogreflexen mediëren. Ze ontstaan uit mesencefale alarplaatcellen die zich vermenigvuldigen en migreren. | | Colliculi inferior | Prominente zwellingen op het dorsale oppervlak van het mesencephalon die deel uitmaken van de perceptuele route voor auditieve informatie, waarbij signalen van de cochlea naar de auditieve gebieden van de hersenhelften worden doorgestuurd. Ze ontstaan uit mesencefale alarplaatcellen. | | Mesencefale alarplaten | De dorsale delen van de wanden van het mesencephalon die zich ontwikkelen tot de gestratificeerde nucleaire lagen van de colliculi, de periaqueductale grijze stof en de substantia nigra. | | Mesencefale basale platen | De ventrale delen van de wanden van het mesencephalon die zich ontwikkelen tot de rode kernen en de kernen van de oculomotorische zenuw. | | Afwijkingen in de ontwikkeling van het mesencephalon | Diverse misvormingen die kunnen optreden tijdens de ontwikkeling van het mesencephalon, zoals hydrocefalus, die kan leiden tot ernstige neurologische problemen door verhoogde intracraniële druk en vervorming van hersenstructuren. | | Secundaire hersenblaasjes | Secundaire hersenblaasjes zijn de onderverdelingen van de drie primaire hersenblaasjes (prosencephalon, mesencephalon, rhombencephalon) die zich tijdens de embryonale ontwikkeling vormen. Het prosencephalon splitst zich bijvoorbeeld in het diencephalon en het telencephalon. | | Neurohypofyse | De neurohypofyse, of achterkwab van de hypofyse, is een deel van de hypofyse dat hormonen produceert en opslaat, zoals antidiuretisch hormoon (ADH) en oxytocine. Het ontwikkelt zich uit de dakplaat van het diencephalon en is nauw verbonden met de hypothalamus. | | Hersenhelften | De twee grote, symmetrische delen van het cerebrum, gevormd uit het telencephalon, die verantwoordelijk zijn voor hogere cognitieve functies. | | Commissuren | Zenuwbanen die de twee hersenhelften met elkaar verbinden, waardoor communicatie tussen de linker- en rechterhersenhelft mogelijk is. | | Rhinencephalon | Het "neus-hersenen" deel, gevormd door de reukbollen en reukbanen van het telencephalon, samen met de reukcentra en banen van de hersenhelften. | | Reukbollen | Structuren in het telencephalon die betrokken zijn bij de verwerking van geurinformatie. | | Reukbanen | Zenuwbanen die geurinformatie van de reukbollen naar andere delen van de hersenen geleiden. | | Subpallium | Het ventrale, dikkere deel van het telencephalon dat uitpuilt in het neurale kanaal en de ganglion eminences vormt, welke later de basale ganglia zullen worden. | | Ganglion eminences | Structuren die zich vormen uit het subpallium van het telencephalon en die later differentiëren tot de basale ganglia. | | Basale ganglia | Een groep subcorticale kernen in de hersenen die betrokken zijn bij motorische controle, leren en andere cognitieve functies. | | Pallium | Het dunne, dorsale deel van het telencephalon dat zich ontwikkelt tot de hersenhelften en de cortex. |